6 minute read
Bijlage I Definities en bronnen van kerncijfers
Bijlage I
Definities en bronnen van kerncijfers
Algemene toelichting
De kerncijfers van de Universiteit Leiden zijn inclusief Geneeskunde/LUMC, met uitzondering van fte in dienst en het percentage tijdelijk wp in de eerste geldstroom.
In de tabellen Kerncijfers zijn de resultaten van de vijf recentste realisatiejaren opgenomen. In de tabel staan boven in de kolommen de realisatiejaren. Bij met name onder het kopje onderwijs betreffen de indicatoren verschillende cohorten/studiejaren; een cohortjaar of studiejaar is de periode van 1 september t/m 31 augustus. Op welke cohorten/studiejaren de opgenomen cijfers betrekking hebben, staat aangegeven bij de afzonderlijke indicatoren.
Onderwijs
Instroom propedeuse bachelor (tabel Kerncijfers)
Instroom eerstejaars opleiding-instelling in de propedeuse bachelor (eoi-p), hoofdinschrijvingen op peildatum 1 oktober. De cijfers betreffen de studiejaren 2016/17 t/m 2020/21. Bron: 1cijferHO-bestanden uit BRON HO
Instroom propedeuse bachelor (tabel Bestuursafspraken)
Instroom eerstejaars-instelling in de propedeuse bachelor (ei-p), hoofdinschrijvingen op peildatum 1 oktober. De cijfers betreffen de studiejaren 2016/17 t/m 2020/21. Bron: 1cijferHO-bestanden uit BRON HO
Deelnemers excellentie-onderwijs
Het aantal nieuwe deelnemers aan een door het Siriusplatform erkend traject excellentieonderwijs afgezet tegen de instroom in de propedeuse per 1 oktober van hetzelfde studiejaar. Universitaire totalen zijn inclusief het Leiden University College The Hague. De cijfers betreffen de studiejaren 2016/17 t/m 2020/21. Bronnen: ■ Studentenadministratiesysteem uSis/administratie
Honours College ■ Instroom propedeuse: 1cijferHO-bestand uit BRON HO
Contacturen B-1
Het aandeel van de voltijds bacheloropleidingen met tenminste twaalf geprogrammeerde contacturen en overige gestructureerde uren (klokuren per week) in het eerste jaar van de voltijds bacheloropleidingen. De cijfers betreffen de studiejaren 2016/17 t/m 2020/21. Bron: e-Studiegids
Instroom master (tabel Kerncijfers)
Instroom eerstejaars opleiding-instelling in de master (alle geaccrediteerde masteropleidingen), alle nieuwe opleidingsinschrijvingen over een heel studiejaar. De cijfers betreffen de studiejaren 2016/17 t/m 2020/21. Bron: 1cijferHO-bestanden uit BRON HO, aangevuld uit studentenadministratiesysteem uSis
Instroom master met buitenlandse nationaliteit (tabel Kerncijfers)
Instroom van eerstejaars opleiding-instelling in de master (alle geaccrediteerde masteropleidingen) met een niet-Nederlandse nationaliteit. De cijfers betreffen de studiejaren 2016/17 t/m 2020/21. Bron: 1cijferHO-bestanden uit BRON HO, aangevuld uit studentenadministratiesysteem uSis
Instroom master (tabel Bestuursafspraken)
Instroom in de eerste master aan de instelling (emi), alle eerste masterinschrijvingen gepeild over een heel studiejaar. Betreft alle geaccrediteerde masteropleidingen. De cijfers betreffen de studiejaren 2016/17 t/m 2020/21. Bron: 1cijferHO-bestanden uit BRON HO, aangevuld uit studentenadministratiesysteem uSis
Instroom in masters uit buitenland (tabel Bestuursafspraken)
Instroom in de eerste master aan de instelling (emi) met een buitenlandse vooropleiding als hoogste vooropleiding. De cijfers betreffen de studiejaren 2016/17 t/m 2020/21. Bron: 1cijferHO-bestanden uit BRON HO, aangevuld uit studentenadministratiesysteem uSis
Totaal aantal ingeschrevenen
Totaal aantal ingeschrevenen (voltijd + deeltijd, inclusief extraneï) voor alle geaccrediteerde opleidingen, ontdubbeld op basis van hoofdstudie. De cijfers betreffen de studiejaren 2016/17 t/m 2020/21. Bron: 1cijferHO-bestanden uit BRON HO, aangevuld uit studentenadministratiesysteem uSis
Tevredenheid studenten bachelor en master (NSE)
Totaal van de themascores uit de Nationale Studenten Enquête. De cijfers betreffen de studiejaren 2014/2015 t/m 2018/19. Bron: instellingsbestanden NSE (5-puntsschaal)
Diploma’s
Aantal bachelor- respectievelijk (post)masterdiploma’s. De cijfers betreffen de studiejaren 2015/2016 t/m 2019/20. Een studiejaar is de periode van 1 september t/m 31 augustus. Bron: 1cijferHO-bestanden uit BRON HO
Niet-negatief BSA-advies in 1e bachelorjaar
Het percentage voltijds studenten dat aan het einde van het eerste studiejaar geen negatief BSA-advies heeft gekregen. De cijfers betreffen de instroomcohorten 2015/2016 t/m 2019/20. Bron: BSA-rapportage Universiteit Leiden uit studentenadministratiesysteem uSis
Uitval na 1 jaar
Het aandeel studenten van het totaal aantal voltijds bachelorstudenten (eerstejaars instelling-propedeuse) dat na één jaar studie niet meer bij de instelling staat ingeschreven. De cijfers betreffen de instroomcohorten 2015/2016 t/m 2019/20. Bron: KUO-bestanden VSNU, bewerking 1cijferHO- bestanden uit BRON HO
Omzwaai na 1 jaar
Het aandeel studenten van het totaal aantal voltijds bachelorstudenten (eerstejaars instelling-propedeuse) dat na één jaar studie overstapt naar een andere studie bij dezelfde instelling. De cijfers betreffen de instroomcohorten 2015/2016 t/m 2019/20. Bron: KUO-bestanden VSNU, bewerking 1cijferHObestanden uit BRON HO
Herinschrijversrendement in 4 jaar
Het aandeel herinschrijvers bij de instelling van de voltijds bachelorstudenten (eerstejaars instelling-propedeuse) dat binnen vier jaar een diploma bij die instelling behaalt. De cijfers betreffen de instroomcohorten 2012/13 t/m 2016/17. Bron: KUO-bestanden VSNU, bewerking 1cijferHO- bestanden uit BRON HO
Rendement 1- resp. 2-jarige master in 2 resp. 3 jaar
Aandeel studenten van het totaal aantal voltijdse instroom in de master als eerstejaars master bij LEI (emi) dat binnen genoemd aantal studiejaren na studieaanvang het masterdiploma heeft behaald. Gerekend wordt vanaf de maand van instroom tot en met de maand van het diploma. De cijfers betreffen de instroomcohorten 2014/15 t/m 2018/19 bij 1-jarige masters, 2013/14 t/m 2017/18 bij 2-jarige masters, en 2012/13 t/m 2016/17 bij 3-jarige masters. Bron: KUO-bestanden VSNU, bewerking 1cijferHO-bestanden uit BRON HO, aangevuld uit studentenadministratiesysteem uSis
Onderzoek
De periode waarop de cijfers betrekking hebben: promotierendement heeft betrekking op de instroomcohorten 2010 tot en met 2014. Alle overige cijfers betreffen de kalenderjaren 2016 t/m 2020.
Aantal promoties
Aantal promoties aan de Universiteit Leiden. Bron: registratie bij bureau Pedel
Wetenschappelijke publicaties
Aantal wetenschappelijke publicaties geregistreerd in het onderzoeksinformatiesysteem Converis. Datum telling: eerste werkdag van maart na afloop van het betreffend kalenderjaar. Geneeskunde/LUMC levert de cijfers uit het eigen registratiesysteem.
Onderzoeksinzet in fte
De arbeidstijd die het wp (in dienst + NWO/FOM, alle geldstromen) aan onderzoek besteedt. Dit wordt in samenwerking met de faculteiten modelmatig berekend op basis van de gemiddelde capaciteit in fte over het kalenderjaar. Bron: SAP/HR resp. PeopleSoft
Promotierendement in 6 jaar
Aandeel promovendi van de totale instroom van promovendi in dienst van de Universiteit Leiden + NWO/FOM dat binnen de nominale duur + twee jaar is gepromoveerd (gerekend van aanstellingsdatum van instroom tot promotiedatum). Bron: promoties bij bureau Pedel, aangevuld met gegevens uit SAP/HR en gegevens Geneeskunde/LUMC
Promotieduur
De promotieduur van promovendi in dienst van de universiteit + NWO/FOM per promotiejaar, gerekend van de aanstellingsdatum tot de promotiedatum. Bij eenheden met lage cohortaantallen zijn 5-jaarstotalen genomen. Bron: promoties bij bureau Pedel, aangevuld met gegevens uit SAP/HR en gegevens Geneeskunde/LUMC
Personeel in dienst
De periode waarop de cijfers betrekking hebben: alle cijfers betreffen de stand ultimo 2016 t/m 2020.
Personeel in dienst in fte (ultimo)
Personeel in dienst (in fte) van de universiteit resp. Geneeskunde/LUMC per 31 december van het betreffende jaar. Het totaal is inclusief het deel van de student-assistenten dat nog in dienst is van de universiteit; deze categorie wordt in toenemende mate via uitzendbureaus ingehuurd en dan niet in SAP/HR geregistreerd als zijnde in dienst. Bron: SAP/HR
% vrouwen in hogere functies
Aandeel aanstellingen (fte) vrouwelijk personeel in schaal 15 of hoger. Bron: SAP/HR resp. PeopleSoft
% tijdelijk wp in eerste geldstroom
Percentage wetenschappelijk personeel (exclusief promovendi) in tijdelijke dienst van de universiteit per 31-12 van elk jaar, bekostigd in de eerste geldstroom. Jaarlijkse meting over personeel in dienst per ultimo, berekend in fte. Bron: SAP/HR
% BKO-certificaten
Aandeel wetenschappelijke staf met een aanstelling van 0,5 fte of meer en een dienstverband van één jaar of langer dat uiterlijk twee jaar na indiensttreding in bezit is van het BKO-certificaat. Bron: SAP/HR
% vrouwelijke hoogleraren (tabel Bestuursafspraken)
Aandeel vrouwen in het totaal van hoogleraren. Jaarlijkse meting over personeel in dienst per ultimo, in fte Bron: LEI: SAP/HR; LUMC/Geneeskunde: WOPI-LUMC
Aandeel obp (tabel Bestuursafspraken)
Aandeel van overig obp in het totaal van personeel in dienst (in fte ultimo berekend). ‘Overig obp’ betreft het obp exclusief O&O (onderwijs- en onderzoeksondersteunend beheerspersoneel) en exclusief student-assistenten. De gegevens van de Faculteit Wiskunde en Natuurwetenschappen zijn inclusief FOM-ers. Bron: SAP/HR
% tijdelijk personeel eerste geldstroom (tabel Bestuursafspraken)
Het aandeel van tijdelijk personeel eerste geldstroom in het totaal in fte van personeel 1e geldstroom, exclusief promovendi en student-assistenten. Jaarlijkse meting over personeel in dienst per ultimo, berekend in fte. Bron: SAP/HR
% docenten (tabel Bestuursafspraken)
Het aandeel van docenten (teller) in de totale populatie hoogleraar, uhd, ud en docent (noemer). Jaarlijkse meting over personeel in dienst per ultimo, berekend in fte. Bron: SAP/HR
Financiën
De periode waarop de cijfers betrekking hebben: alle cijfers betreffen de kalenderjaren 2016 t/m 2020. Berekend conform richtlijnen en definities Jaarrekening. Bron: Jaarrekening