Fietsscheurkalender 2015 Kosmos.indd 1
27-06-2014 11:16:28
De Fiets scheurkalender 2015 Peter Tetteroo & Henk Tetteroo
Kosmos Uitgevers, Utrecht/Antwerpen
IN DEZE KALENDER Maandag een rubriek over Wielertaal. Dinsdag komen de Wielertoeristen aan het woord en vind je het in te vullen logboek. Op woensdag gaat het over de Praktijk (voeding, training, blessures). Donderdag is gereserveerd voor Razende reporters: Mark Vanlombeek en Gio Lippens. Vrijdag is gereserveerd voor de Bezemwagen, Quiz, Ranglijsten, Wielermonumenten en Verzamelingen. Zaterdag komen Renners, Oud-renners en voormalige Pedaalridders aan het woord. Zondag lezen we het verhaal: Een schitterende droom (Rooks’ zegetocht op de Alpe d’Huez). Is er een belangrijke Koers dan krijgt deze voorrang op het bovenstaande. Tijdens de Giro en de Tour schrijven we voornamelijk over deze etappekoersen. De genoemde data van de koersen zijn gebaseerd op de koerskalender van het voorgaande jaar en op de vroeg bekende data 2015. Alles onder voorbehoud. Er kan zich van alles voordoen waardoor plannen, routes, namen en data worden gewijzigd. De Fietsscheurkalender, een jaar fietsen, een jaar scheuren.
DONDERDAG
1 JAN VOOR
WOOR
Nieuwjaarsreceptie Beste wensen Hopen dat het een mooi wielerjaar wordt. Dat Sep Vanmarcke ‘De Omloop’ wint. Dat Weening hoge ogen gooit in de Giro. Dat Mollema op het podium komt in de Tour. Dat Gilbert de Ronde van Lombardije wint. Dat het maar vroeg lente mag worden met temperaturen boven de 15 graden. Dat het maar laat herfst mag worden met temperaturen onder de 15 graden. Dat we onze persoonlijke recordjes breken. Dat we veel rond Gent, Valkenburg en Oudenaarde mogen fietsen. Dat we eindelijk die ene berg op komen zonder afstappen.
D
Dat de Muur weer in De Ronde wordt opgenomen. Dat we niet te vaak vallen. Dat er weer een echte Tour Féminin op de agenda komt. Dat Marianne Vos dan die Tour ook wint. Dat we elkaar weer treffen in die ene mooie toertocht. Dat we elkaar treffen in Taverne ’t Hemelrijck. Dat we elkaar weer treffen rond de koers. Proost! Op een prachtig wielerjaar.
DINSDAG
10 FEB WIELE
RTOER
Patrick en La Cannibale – 4
IST
‘Net voorbij de bocht van SaintEstève zit het spel op de wagen. Ik blokkeer van het een op andere moment en een na een rijden mijn “metgezellen” mij voorbij. Ik denk bij mezelf dat ik een slecht moment doormaak en dat het wel zal beteren. Niets is minder waar. Het wordt alsmaar erger. Ik zit inderdaad op de highway to hell. Op een gegeven moment besluit ik een sanitaire stop in te lassen en een goede slok te drinken. Een paar minuutjes en ik zit weer in het zadel. Blijkbaar heeft het niet geholpen. Ik heb nog steeds geen macht in de benen.’
‘Met de moed der wanhoop duw ik wat ik kan maar het is hopeloos. Ik geraak met moeite vooruit terwijl mijn hartslag niet eens aan de 145 komt. Maar opgeven staat tot nader order niet in mijn woordenboek. Eindelijk komt Chalet Reynard in zicht. Op het iets vlakkere gedeelte kan ik een drietal tandjes bijschakelen. Ik krijg de indruk dat het iets beter loopt maar eenmaal de bocht voorbij blijkt dit toch een vals gevoel te zijn geweest.’ Wordt vervolgd
DONDERDAG
5 MRT REPOR
TER
Professie reporter – Mark
#4
‘Ik was twaalf, dertien jaar. Misschien had het te maken met het eerste verslag wat ik ooit hoorde uit Frascati, maar ik had het geweldig voor de Italianen. We ruilden de wielrennerplaatjes die bij de kauwgom zaten. Van Looy was de populairste. Je moest vijf andere prentjes geven voor één van Van Looy. Wij dachten ook dat er minder Van Looys in de pakjes zaten dan anderen. Derderangs coureurs had je voortdurend. Ik hoefde Van Looy niet, maar de Italianen. Die namen ook: Guido Carlesi en mijn absolute favoriet van toen Graziano Battistini. Een lange klimmer met die mooie naam: Gra-zia-no Bat-tis-tini. Je had ook nog Arnaldo Pambianco, Gastone Nencini, die de Tour van 1960 gewonnen heeft. Dat waren mijn favorieten.’
‘Hier vlakbij in Sint-Lambrechts-Woluwe, rond het gemeentehuis, was elk jaar een Na-Tourcriterium. Daar ging ik met mijn vader en mijn paar nonkels naartoe. Dat was voor ons de enige gelegenheid om die renners eens te zien. Daar reed dan de Italiaanse kampioen in zijn prachtige kampioenstrui en de anderen in die blauwe truitjes, bruingebrand, het waren reuzen voor mij, rank en slank, zoals die daar kwamen. Dat was schitterend als kleine jongen. Hoe ouder ik werd, vijftien, zestien, zeventien jaar, ik bleef dat maar zeggen. Ik wil wielerreporter worden.’
ZATERDAG
11 APR RENN
ER
Bradley Wiggins Bradley Wiggins over Parijs-Roubaix: ‘Ik werd als jongetje al verliefd op deze koers. Steeds als ik in Arenberg ben, voel ik me weer twaalf. Nadat ik de koers in 1993 op de televisie zag, miste ik geen editie meer. Het is voor mij de grootste en beste wielerwedstrijd ter wereld. Het is de enige race waarvoor ik altijd moeite doe om hem te zien. Live of op de televisie. Als ik gestopt ben met wielrennen zal het ook nog de enige koers zijn waar ik de televisie voor zal aanzetten. Voor mij zou het mooi zijn als ze mij 40 kilometer voor het einde uit een helikopter zouden gooien zodat ik me aan het wiel van Cancellara zou kunnen zetten. Nu is het zo dat in de 230 kilometer daarvoor een paar Franse kereltjes in de weg hebben gereden en mij een hufter noemen.’
‘Er heerst toch wel wat teleurstelling,’ zei Wiggins na afloop tegen Cyclingnews. ‘Ik had echt goede benen en in de finale voelde ik me nog erg sterk. Maar er was ook een moment waarop ik mezelf even moest knijpen, dat zal ik niet ontkennen. Het was een eer om er in de finale nog bij te zitten, om Boonen in te halen op het Carrefour. Het was heel speciaal om het velodroom binnen te rijden in een groep met Cancellara, maar het was fantastisch om er daar nog bij te zitten en ik weet nu dat ik me kan meten met deze jongens. De top tien.’
VRIJDAG
8 MEI QUIZ
Test je wielerkennis! 1. Pedro Horrillo viel in de Giro van 2009, 80 meter diep in een ravijn. Niemand zag het gebeuren. Welke Nederlandse ploeggenoot zag in een flits de witte Giant van Pedro tegen de vangrail staan en sloeg meteen alarm via de communicatie? 2. Waarom is de leiderstrui in de Giro roze? 3. Welke Nederlander droeg deze roze trui acht keer? 4. Drie renners wonnen vijf keer de Giro en zijn daarmee recordhouder. Noem er tenminste twee. 5. Welke Belg droeg 79 keer de roze trui? 6. In de Tour is de groene trui voor de beste sprinter. Wie krijgt de groene trui in de Giro? 7. Welke Belg won tweemaal de groene trui in de Giro? 8. Welke Italiaan won zevenmaal het eindklassement van de bergtrui en heeft daarmee het record in handen? 9. Welke Nederlander won driemaal de paarse sprinterstrui? 10. Welke twee legendarische wielrenners waren elkaars concurrent in de Giro in de jaren 50?
1. Jos van Emden. 2. La Gazzetta dello Sport werd/wordt op roze papier gedrukt. 3. Erik Breukink. 4. Binda, Coppi en Merckx. 5. Eddy Merckx. 6. De winnaar van het bergklassement. 7. Lucien Van Impe. 8. Gino Bartali. 9. Johan van der Velde. 10. Bartali en Coppi.
MAANDAG
3 AUG WIELE
RTAAL
(31) Turbo Het woorddeel ‘turbo-’ is populair geworden toen Jan Kuitenbrouwer in 1987 zijn boekje Turbotaal het licht deed zien. Het was terecht spraakmakend en zelfs zo dat het door middelbare scholieren heel veel werd gelezen (gebeurt bijna nooit met boeken over taal). Turbotaal is volgens het woordenboek: eigentijdse taal, opzettelijk doorspekt met modewoorden. Hip, snel. Een turbo in een automotor zorgt ervoor dat de verbranding efficiënter wordt. In veel woorden heeft het woorddeel een versterkende betekenis. Een ‘turbokoe’ geeft heel veel melk, een ‘turbotrut’ is een enorme trut.
‘Turbo-’ is het broertje van ‘jumbo-’. Ook versterkend: ‘jumbojet’, ‘jumbokrediet’. In wielertaal: Hij zet de turbo op of aan (hij gaat nog eens wat harder fietsen). Mooi synoniem: hij geeft gas. Mooi omdat in beide de autometafoor zit, alsof de coureur een auto is dus. Nog twee: de turbo erop gooien, de turbo openzetten. André Greipel heeft turbodijen (heel brede), Jelle Nijdam had ze, had daarom als bijnaam Turbo Jelle. Een turbosprint is een zeer krachtige sprint. Door de versterkende betekenis past het woorddeel bij woorden als straf, serieus, fel en nog enkele. Maar dit zijn vooral Zuid-Nederlandse woorden. Ik heb ze eerder in deze rubriek besproken.
WOENSDAG
2 DEC PRAKT
IJK
Tips voor cyclocrossers – 2 - Lopen met de fiets. 1. Je gaat met je rechterarm onder de schuine buis door naar je stuur. 2. Doe hetzelfde maar grijp de remgrepen vast. 3. Je gaat niet onder de buis door, maar bij het balhoofd naar de remgrepen. - Dalen. Probeer bij een afdaling altijd je ideale lijn in de gaten te houden.
- Door de bocht. Zorg ervoor dat je naar de juiste versnelling hebt geschakeld voordat je de bocht in gaat. - Zand. Houd het tempo aan. Ga niet langzamer rijden. Schakel op het moment dat je nog voldoende snelheid hebt en probeer zo zwaar mogelijk te trappen omdat je dan makkelijker door het spoor gaat. Bron: Grinta!
ZONDAG
20 DEC ROOK
S’ ZEG
Een schitterende droom – 29
E
Gert-Jan Theunisse: ‘Nu ik zelf voor de televisie zit mee te leven, kan ik me pas voorstellen hoe buitenzinnig gek mensen van onze prestatie moeten zijn geworden. Maar in zo’n haastige gestreste wereld van topsport gaan dit soort dingen snel voorbij en denk je meteen weer aan de volgende dag.’
De volgende dagen brachten echter weinig nieuw succes voor Rooks en Theunisse. Na de etappe naar Alpe d’Huez stond de Brabander 3 minuten en 55 seconden achter Pedro Delgado en was de Noord-Hollander nog slechts 1 minuut en 38 seconden verwijderd van het geel. Hoewel sommigen nog altijd denken dat hij die Tour had kunnen winnen, vond Rooks dat nooit een realistisch doel: ‘Er volgde nog een klimtijdrit waarin ik meer dan een minuut moest toegeven op Delgado.’ Wordt vervolgd Bron: Peter Tetteroo, Rooks en Theunisse, koningskoppel ondanks alles, Tirion Sport, Utrecht 2012.
Fietsscheurkalender 2015 Kosmos.indd 1
27-06-2014 11:16:28