Rapportage ledenonderzoek VGN AWBZ Zorgcontractering 2013

Page 1

Rapportage ledenonderzoek VGN

AWBZ Zorgcontractering 2013


Rapportage ledenonderzoek VGN AWBZ Zorgcontractering 2013


Colofon Onderzoek uitgevoerd door ICSB Marketing en Strategie Drs. Yousri Mandour Loes Wevers MSc. In opdracht van Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland Oudlaan 4 Postbus 413 3500 AK Utrecht Telefoon: 030-27 39 300 Fax: 030-27 39 387 Mail: info@vgn.nl Twitter: @VGNbranche www.vgn.nl Ontwerp Mariël Lam, bno, ‘s-Hertogenbosch

VGN-publicatie 713.230 Januari 2013

Een exemplaar van deze publicatie is te downloaden vanaf de website van de VGN: www.vgn.nl.


Voorwoord

De Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN) heeft laten onderzoeken welke ervaringen haar leden hebben met de zorginkoop 2013 en hoe dit proces met de verschillende zorgkantoren/ concessiehouders is verlopen. De uitkomsten van dit onderzoek kunt u lezen in dit rapport AWBZ Zorgcontractering 2013. De reden om juist nu de leden te enquêteren is dat er voor 2013 forse bezuinigingen zijn ingepland voor de gehandicaptenzorg, onder andere op het vervoer en door het afschaffen van de zogeheten ‘Agemamiddelen’. Het inkoopbeleid van de zorgkantoren bovenop deze bezuinigingen heeft tot veel onvrede geleid. Deze enquête maakt de onvrede tastbaar en geeft een concreet beeld van het proces van zorgcontractering en de uiteindelijke afspraken. Uit het onderzoek blijkt dat een ruime meerderheid van de zorgaanbieders problemen verwacht als gevolg van de zorgcontractering. Meer dan de helft van de zorgaanbieders vindt dat er geen proportionele eisen zijn gehanteerd bij de zorginkoop. Zo moet in veel gevallen de zorg aan cliënten voor eigen rekening worden voortgezet

als de middelen van het ontoereikende budget zijn opgebruikt. Ook worden nieuwe gunningscriteria gehanteerd die niet meer te beïnvloeden zijn. Daarnaast verschillen de eisen tussen de concessiehouders en is er onzekerheid over de mogelijkheden voor groei. Tenslotte wordt de eenzijdige oplegging van het beleid door de zorgkantoren aan de zorgaanbieders als onredelijke eis ervaren. Onze leden hebben grote behoefte aan stabiele gunningscriteria en continuïteit in visie en beleid. Zij steken de beschikbare tijd en middelen liever in de zorg dan in alle administratieve rompslomp die nu bij de contractering komt kijken. De VGN pleit dan ook voor uniformering en meerjarenafspraken. Hierdoor kan het contracteringsproces in onze visie veel eenvoudiger, eenduidiger en met meer zekerheid voor iedereen worden vormgegeven. Zeker met het oog op de plannen die het kabinet voor de zwaardere zorg in onze sector heeft, past het om hier voortvarend mee aan de slag te gaan. Dit rapport geeft ons een goede basis om hierover met alle betrokkenen in gesprek te gaan.

Hans Schirmbeck, Directeur VGN

3

Ledenonderzoek VGN AWBZ Zorgcontractering 2013


Inhoud

Voorwoord

3

Samenvatting 7 1 Onderzoeksverantwoording

9

1.1 Respons

9

1.2 Kenmerken respondenten

9

1.3 Respondenten onderverdeeld naar concessiehouders

10

2 Productieafspraken

5

11

2.1 Tarieven intramurale zorg

12

2.2 Knelpunten als gevolg van productieafspraken ZZP’s

12

2.3 Capaciteitsmutaties

13

2.4 Meerzorg

13

2.5 Herschikking productieafspraken 2012 intramuraal

13

2.6 Extramurale tarieven

14

2.7 Vervoer

14

2.8 Meerjarenafspraken

15

2.9 Herschikking productieafspraken extramuraal

15

2.10 Suggesties ter verbetering van het inkoopbeleid

15

3

Knelpunten en verwachte problemen

17

3.1 Disproportionele en onrechtvaardige eisen

17

3.2 Verwachting problemen zorgcontractering

19

Ledenonderzoek VGN AWBZ Zorgcontractering 2013


Samenvatting

Algemeen De vragenlijst is uitgezet onder de 164 leden van VGN. In totaal hebben 90 zorgaanbieders deelgenomen aan de enquête, een deel heeft zelfs twee of meer keer deelgenomen (voor verschillende concessiehouders). De respons komt daarmee op 134 enquêtes. De respons in aantal organisaties bedraagt daarmee 55%, in aantal enquêtes zelfs 82%. De omvang van de productieafspraken telt op tot ruim € 4,4 miljard. Het totale zorgkostenbudget is ongeveer € 6,5 miljard. In productieafspraken is de respons dus 68% van het totale zorgkosten budget. Problemen voor zorgaanbieders De druk op de VGN-leden met betrekking tot de zorgcontractering is groot. Bijna drie kwart (72%) van de zorgaanbieders verwacht problemen die het directe gevolg zijn van de zorgcontractering 2013. Deze betreffen vooral ontoereikende groeimogelijkheden, een verslechtering van de financiële positie en een verschraling van de zorg. Daarnaast merken verschillende respondenten op dat het afgesproken budget niet toereikend is. Bovenstaande problemen worden versterkt door de knelpunten rondom de tarieven voor vervoer; veel zorgaanbieders ervaren problemen bij het aanvragen van vervoer. Ook vindt een ruime meerderheid (59%) van de respondenten dat zorgkantoren geen proportionele eisen hanteren bij het inkopen van zorg. Zorgaanbieders hebben behoefte aan duidelijke (meerjaren)afspraken, zodat er meer continuïteit bereikt wordt. Druk op de tarieven Een meerderheid van de zorgaanbieders ervaart druk op de tarieven: zij kunnen niet tegen het maximum contracteren. De kortingen op de tarieven zijn soms fors, deze variëren van 2,2% als laagste korting intramuraal tot 4,1% voor extramurale zorg exclusief dagbesteding. Respondenten merken hierbij op dat het moeilijk is de maximale tarieven te contracteren, omdat de

7

Ledenonderzoek VGN AWBZ Zorgcontractering 2013

gunningcriteria laat bekend worden en niet meer te beïnvloeden zijn door de zorgaanbieders. De tariefkortingen worden gecombineerd met druk op de productieafspraken: de volumes zijn vaak kleiner dan zorgaanbieders zouden willen contracteren. Dit leidt tot grote behoefte aan herschikking, terwijl respondenten aangeven dat zij liever op voorhand duidelijkheid hebben. Ongeveer de helft van de respondenten heeft met betrekking tot 2012 in de herschikking geheel overeenstemming bereikt met het zorgkantoor, de overige respondenten hebben dit vooral in grote mate kunnen doen. Knelpunten ZZP’s Als gevolg van de afspraken rondom de zorgzwaartepakketten, verwachten veel zorgaanbieders knelpunten. Zorgaanbieders kunnen onvoldoende zware zorgzwaartepakketten afspreken. Daarnaast zijn er problemen om, als gevolg van het wegvallen van ZZP 1-2, op leegvallende plaatsen zwaardere zorg te contracteren. Dit leidt tot problemen voor de zorgaanbieders, omdat zij hierdoor onvoldoende afspraken kunnen maken en doordat de afspraken die wel gemaakt worden, vaak onvoldoende budget opleveren. Capaciteitsmutaties Er is sterke behoefte aan tijdige duidelijkheid rondom capaciteitsmutaties. Op dit moment heeft 58% van de zorgaanbieders die in 2013 te maken hebben met capaciteitsmutaties als gevolg van ver- en nieuwbouw hiervoor geen afspraken kunnen maken. Nog eens 20% heeft hier slechts in beperkte mate afspraken over kunnen maken. Dit gebrek aan afspraken leidt tot grote onzekerheid bij de zorgaanbieders: zij zijn onzeker of de uitbreiding van capaciteit vergoed wordt. Dit is vooral opvallend aangezien capaciteitsmutaties vaak langlopende trajecten betreft, waarvoor soms in eerdere fasen al toestemming is gegeven, maar die nu nog niet in productieafspraken worden omgezet.


Vervoer Omtrent het aanvragen van vervoer hebben zich voor de contracteerronde 2013 veel problemen voorgedaan. 68% van de zorgaanbieders ervaart knelpunten bij de aanvraag voor vervoer. Hiervan geeft ruim de helft aan dat het zorgkantoor niet meewerkt aan het verkrijgen van hogere tarieven voor vervoer. Daarnaast wordt volgens een derde van de zorgaanbieders geen vervoer afgesproken dat voorheen via nacalculatie werd gefinancierd. Bovendien geven verscheidene organisaties aan dat zij bijna alle vervoerskosten voorheen via de nacalculatie ontvingen. Slechts 6% van de zorgaanbieders die problemen ervaren, heeft (nog) geen actie ondernomen tegen het zorgkantoor. De helft van de organisaties heeft schriftelijk de bezwaren kenbaar gemaakt, nog eens 48% heeft overleg aangevraagd met het zorgkantoor. Ook uit de open opmerkingen van respondenten blijkt dat de afspraken rondom vervoer één van de grootste knelpunten zijn die zij ervaren. Dit betekent voor sommige organisaties een forse korting op hun totaalbudget. Meerjarenafspraken Zorgaanbieders hebben behoefte aan continuïteit in visie en beleid. Dit uit zich ook in de wens van meerjarenafspraken: 70% van de respondenten acht deze voor ketensamenwerking wenselijk, voor capaciteitsmutaties loopt dit zelfs op tot 91%. Er is behoefte aan een stabiel beleid, wat alleen gerealiseerd kan worden door het maken van meerjarenafspraken en door duurzame gunningcriteria. Stabiele gunningcriteria en redelijke eisen Een meerderheid van de respondenten verwacht problemen en knelpunten als gevolg van de zorgcontractering 2013. Zij vinden dat het zorgkantoor vaak onredelijke eisen stelt en gunningcriteria hanteert die niet meer te beïnvloeden zijn. De belangrijkste onredelijke eis is dat de zorgaanbieder onvoorwaardelijk akkoord moet gaan met alle inkoopdocumenten en bijbehorende bijlagen. Daarnaast geeft ruim de helft van de respondenten aan dat voortzetting van zorglevering voor eigen rekening is na bereiken van

8

Ledenonderzoek VGN AWBZ Zorgcontractering 2013

het productieplafond. Daarnaast geeft 51% aan dat het zorgkantoor eenzijdig beslist over bijstelling van de productieafspraken. Hoewel veel respondenten actie hebben ondernomen richting het zorgkantoor, voornamelijk door het aanvragen van overleg en door schriftelijk de bezwaren kenbaar te maken, zijn de resultaten van deze acties beperkt. 51% heeft de onrechtvaardige eisen van het zorgkantoor (noodgedwongen) geaccepteerd. Ook wanneer specifiek naar de resultaten van de acties wordt gevraagd, blijkt dat de meeste zorgaanbieders aangeven dat de eisen slechts beperkt zijn bijgesteld of dat hun acties geen enkel resultaat hebben gesorteerd.


1 Onderzoeksverantwoording

1.1 Respons

Tabel 1.2 – Jaaromzet (som der bedrijfsopbrengsten) van

In de periode van 6 november tot en met 27 november 2012 was de vragenlijst over de AWBZ Zorgcontractering 2012–2013 beschikbaar voor de leden van VGN. In totaal hebben 90 leden deelgenomen aan het onderzoek. Een aantal zorgaanbieders heeft de enquête niet alleen ingevuld voor hun belangrijkste zorgkantoor, maar heeft deze enquête ook voor één of meerdere andere zorgkantoren ingevuld. In totaal betreft dit 44 organisaties. Het totale aantal volledig ingevulde vragenlijsten komt daarmee uit op 134. Het responspercentage in aantal zorgaanbieders ligt daarmee op 53%. In tabel 1.1 vindt u een overzicht van de respons. Tabel 1.1 – Respons enquête AWBZ Zorgcontractering 2013 Aantal benaderde respondenten + respons Aantal benaderde zorgaanbieders

170

Aantal deelnemende zorgaanbieders

90

Aantal ingevulde enquêtes

134

Responspercentage aantal zorgaanbieders

53%

Responspercentage aantal enquêtes

79%

1.2 Kenmerken respondenten Bijna een derde van de zorgaanbieders heeft een jaaromzet tussen de € 10 en € 50 miljoen (32%). 24% van de zorgaanbieders heeft een omzet kleiner dan € 10 miljoen, 22% heeft een omzet tussen € 50 en € 100 miljoen. Daarnaast heeft 21% van de respondenten een omzet van meer dan € 100 miljoen. Het volledige overzicht is te vinden in de nevenstaande tabel.

de organisatie Jaaromzet

Aantal %

Jaaromzet kleiner dan € 10 miljoen 22

24%

Jaaromzet tussen € 10 en € 50 miljoen 29

32%

Jaaromzet tussen € 50 en € 100 miljoen 20

22%

Jaaromzet groter dan € 100 miljoen 19

21%

Totaal 90

100%

De financiële productieafspraak van de zorgaanbieders is gemiddeld € 32,4 miljoen. De productieafspraak met het zorgkantoor varieert daarbij van € 200.000 tot € 183 miljoen. De productieomvang die is opgegeven door respondenten aan deze enquête bedraagt opgeteld ruim € 4,4 miljard. Het totale budget voor de branche bedraagt ongeveer € 6,5 miljard (inclusief kapitaallasten en overige opbrengsten). Wanneer we dit omrekenen naar een zeer ruwe schatting van de respons, betekent dit dat de respons ongeveer 68% is. Meer dan een derde van de zorgaanbieders heeft een productieafspraak met het zorgkantoor die kleiner is dan € 10 miljoen. Een kwart van de zorgaanbieders heeft een productieafspraak die groter is dan € 50 miljoen met het zorgkantoor. In tabel 1.3 staat deze verdeling in productieafspraken weergegeven. Tabel 1.3 – Omvang productieafspraak met het zorgkantoor Productieafspraak met het zorgkantoor Aantal % Minder dan € 10 miljoen 47

35%

€ 10 tot € 20 miljoen 19

14%

€ 20 tot € 50 miljoen 35

26%

Meer dan € 50 miljoen 33

25%

Totaal 134 100%

9

Ledenonderzoek VGN AWBZ Zorgcontractering 2013


Een ruime meerderheid van de zorgaanbieders biedt zowel intramurale als extramurale zorg aan (79%). 13% van de organisaties biedt enkel extramurale zorg, 8% biedt enkel intramurale zorg (inclusief Volledig Pakket Thuis). Tabel 1.4 – Productieafspraken: intra- en/of extramuraal Productieafspraken: intra- en/of extramuraal

Aantal %

Intra- en extramurale zorg 106

79%

Alleen intramurale zorg (inclusief Volledig Pakket Thuis) 10

8%

Alleen extramurale zorg 18

13%

Totaal 134

100%

1.3 Respondenten onderverdeeld naar concessiehouders De respondenten hebben de vragenlijst in eerste instantie ingevuld voor één van de zorgkantoren waarmee zij een productieafspraak hebben gemaakt. Daarnaast konden zij echter meerdere malen deelnemen aan de enquête, om deze ook in te vullen voor andere zorgkantoren waarmee zij afspraken hebben gemaakt. Het grootste aantal respondenten heeft de enquête ingevuld voor Achmea/Agis, gevolgd door CZ, VGZ en Menzis. Voor de overige concessiehouders is de respons aanmerkelijk kleiner, deze is kleiner dan 10%. Tabel 1.5 – Verdeling respons over concessiehouders/ zorgkantoren Concessiehouders/zorgkantoren

Aantal

%

Achmea/Agis 37

28%

Menzis 21

16%

CZ 27 20% VGZ 25 19% DSW 5

4%

Zorg en Zekerheid 8

6%

De Friesland 8

6%

Salland 3

2%

Totaal 134

100%

10

Ledenonderzoek VGN AWBZ Zorgcontractering 2013


2 Productieafspraken

Een meerderheid van de zorgaanbieders (79%) heeft op basis van een tweezijdig verzoek afspraken gemaakt met het zorgkantoor. De overige 21% heeft een eenzijdig verzoek (geen overeenstemming met het zorgkantoor) bij de NZa ingediend. Wanneer we dit uitsplitsen naar concessiehouder, blijkt dat vooral bij Menzis bovengemiddeld vaak afspraken gemaakt zijn via een eenzijdig verzoek. Hierbij merken verschillende respondenten op dat dit voortkwam uit technische problemen bij Menzis vlak voor het aflopen van de indientermijn en de vertraging die daarmee samenhing. Dit percentage was het laagst bij VGZ. De belangrijkste reden om een eenzijdig verzoek in te dienen was het bezwaar tegen de vervoertarieven.

respondenten aangeeft dat de zorginkoop in 2013 gelijk is gebleven ten opzichte van 2012, blijkt ook dat een aanzienlijk aantal aspecten fors is verslechterd. Waar veranderingen worden gesignaleerd, zijn deze vaak negatief: de verslechtering is voor alle aspecten groter dan de verbetering. Tabel 2.2 – Veranderingen AWBZ-zorginkoop 2013

t.o.v. 2012 Veranderingen AWBZ-zorginkoop 2013 t.o.v. 2012

Verbeterd

Administratieve lasten

Gelijk

Ver-

gebleven slechterd

12% 73% 15%

Heldere criteria gunning en prijsafslag

6% 69% 25%

Stabiliteit criteria

Tabel 2.1 – Productieafspraken op basis van een één- of

gunning en prijsafslag

3% 58% 39%

Ruimte voor innovatie

3% 70% 28%

tweezijdig verzoek

Op voorhand geen Productieafspraken

Tweezijdig verzoek Eenzijdig

Achmea/Agis

verzoek

productielimiet en cliënt kiest aanbieder

81%

19%

Ruimte voor inbreng

Menzis

62%

38%

vanuit de zorgaanbieder

CZ

78%

22%

Afstemming inkoop op

VGZ

88%

12%

de regionale/lokale

Overig

83%

17%

omstandigheden

Totaal

79%

21%

Ruimte voor meerjarenafspraken

3% 50% 48% 5% 65% 30%

2% 73% 26% 1% 71% 28%

Stimulansen voor

Van de 90 deelnemende zorgaanbieders, zijn er 35 die afspraken maken met meerdere concessiehouders. Van deze 35 ervaren 30 (86%) knelpunten doordat zij met meerdere concessiehouders afspraken maken. Dit betreft vooral verschillen in criteria per concessiehouder en verschillen in procedure. De overige 14% ervaart die problemen niet als gevolg van meerdere productieafspraken bij verschillende concessiehouders. Aan respondenten is gevraagd hoe de AWBZzorginkoop 2013 is veranderd ten opzichte van 2012. Hoewel een meerderheid van de

11

Ledenonderzoek VGN AWBZ Zorgcontractering 2013

kwaliteitsverbetering

7% 75% 18%

Inkoop extramurale behandeling

10% 69% 21%

Inkoop ZZP met behandeling

6% 62% 32%

Kwaliteitsbeleid

4% 73% 24%

Overeenkomst AWBZ 2013

3% 81% 17%

De meest forse veranderingen hebben plaatsgevonden met betrekking tot ‘op voorhand geen productielimiet en cliënt kiest aanbieder’, wat


volgens de helft van de respondenten veranderd is. Deze verandering is vooral in negatieve zin: 48% vindt dat er een verslechtering heeft plaatsgevonden. Ook de stabiliteit in criteria voor gunning en prijsafslag en de inkoop van ZZP met behandeling zijn fors verslechterd, met respectievelijk 39% en 32%. De grootste verbetering heeft plaatsgevonden op het gebied van administratieve lasten, namelijk 12%. Deze verbetering is echter nog steeds kleiner dan de verslechtering die door 15% van de respondenten wordt ervaren.

2.1 Tarieven intramurale zorg Aan de zorgaanbieders die (ook) intramurale zorg leveren, is gevraagd of zij gekort zijn in de tarieven. Deze tarieven zijn bevraagd voor zorgzwaartepakketten VG, LG, ZG, LVG en SGLVG. In tabel 2.3 zijn de resultaten weergegeven. De kortingen blijken het hoogst te zijn voor zorgzwaartepakketten VG en SGLVG. Hierbij moet worden opgemerkt dat voor de zorg-zwaartepakketten SGLVG het minst vaak kortingen zijn opgegeven, omdat veel respondenten dit niet leveren.

2.2 Knelpunten als gevolg van productie afspraken ZZP’s Aan respondenten is gevraagd of er knelpunten ontstaan binnen de zorgorganisatie als gevolg van de productieafspraken 2013 voor de zorgzwaartepakketten. Bijna twee derde van de respondenten (65%) verwacht dat er knelpunten binnen de organisatie ontstaan. Naast de in tabel 2.4 genoemde knelpunten, gaven de respondenten bij de ‘andere knelpunten’ vooral aan dat zij onvoldoende pakketten hebben kunnen afspreken en dat het totale budget onvoldoende is. Daarnaast ervaren respondenten te weinig groeimogelijkheden. Dit komt ook in de volgende paragraaf aan de orde. Tabel 2.4 – Knelpunten als gevolg van productieafspraken

voor zorgzwaartepakketten (n=78) Knelpunten als gevolg van productieafspraken ZZP’s % We hebben onvoldoende zware zorgzwaartepakketten kunnen afspreken

45%

Problemen om, als gevolg van het wegvallen van zorgzwaartepakket 1-2, op leegvallende plaatsen zwaardere zorg te contracteren

38%

Problemen met de toekenning van toeslagen

24%

Er is geen overeenstemming bereikt over de

Bij een uitsplitsing naar concessiehouder benadrukken we allereerst dat de resultaten niet overal representatief zijn, vanwege een te kleine respons die een korting hebben opgegeven. Wel zijn de resultaten richtinggevend: de kortingen lijken bij VGZ ondergemiddeld, waar deze vooral bij CZ bovengemiddeld zijn.

omzetting van capaciteit zonder behandeling naar capaciteit met behandeling

19%

Problemen om voldoende zorgzwaartepakketten VG3 te contracteren

17%

Problemen om voldoende zorgzwaartepakketten VG3 en 4 met behandeling te contracteren

14%

Problemen om voldoende zorgzwaartepakketten LG 1-2 te contracteren

5%

Anders 53%

Tabel 2.3 – Kortingen op tarieven voor intramurale zorg Tarieven intramurale zorg

Achmea

Menzis

CZ

VGZ

Overig

Totaal

Aantal

Zorgzwaartepakketten VG

2,7%

3,0%

3,1%

2,0%

2,0%

2,6% 104

Zorgzwaartepakketten LG

2,3%

2,7%*

3,0%

1,5%

2,0%*

2,2% 48

Zorgzwaartepakketten ZG

2,6%*

2,6%*

2,7%*

1,6%*

2,5%*

2,4% 25

Zorgzwaartepakketten LVG

2,2%*

2,8%*

2,7%*

2,1%*

2,2%*

2,4% 34

Zorgzwaartepakketten SGLVG

3,6%*

2,7%*

2,9%*

2,2%*

2,1%*

2,6% 18

* Deze resultaten moeten met voorzichtigheid worden geïnterpreteerd, wegens de lage respons voor die zorgzwaartepakketten en/of concessiehouders.

12

Ledenonderzoek VGN AWBZ Zorgcontractering 2013


2.3 Capaciteitsmutaties

Tabel 2.5 – Knelpunten die worden ervaren bij het

Voor 35% van de zorgaanbieders was een capaciteitsmutatie in relatie tot ver- en nieuwbouw in 2013 niet van toepassing. Voor de overige 65% van de zorgaanbieders was een capaciteitsmutatie wel van toepassing. Zij hebben slechts in zeer beperkte mate productieafspraken kunnen maken over deze mutatie: 58% van hen heeft geen afspraken kunnen maken in relatie tot deze mutatie. Nog eens 20% heeft hier slechts in beperkte mate afspraken over kunnen maken. 17% heeft in grote mate productieafspraken kunnen maken over deze mutaties, slechts 5% heeft dit voor alle gewenste mutaties kunnen doen. Doordat beperkt of op zeer late termijn afspraken worden gemaakt over capaciteitsmutaties, leidt dit tot onzekerheid voor de zorgaanbieders over de financiering. Dit wordt geïllustreerd aan de hand van de volgende opmerkingen: “In 2013 zal een nieuwbouw project gereed komen. Dit project was in 2006 gestart met goedkeuring van het zorgkantoor. De beschikkingen van College bouw zijn aanwezig. Zorgkantoor wil geen garantie afgeven voor financiering van dit pand en de uitbreiding met 24 plaatsen verblijf inclusief behandeling.” “Uitbreiding 2012 is nog niet omgezet in productievolume.”

2.4 Meerzorg Aan respondenten is gevraagd of zij knelpunten hebben ervaren bij het aanvragen van meerzorg (voorheen extreme zorgzwaarte). Voor 35% van de zorgaanbieders was dit niet van toepassing. Van degenen voor wie dit wel van toepassing was, geeft 34% aan dat zij knelpunten hebben ervaren bij het aanvragen van meerzorg, de overige 66% heeft daarbij geen knelpunten ervaren. De ‘andere knelpunten’ die genoemd worden zijn vooral dat het Centrum voor Consultatie en Expertise (CCE) vaker afwijst.

13

Ledenonderzoek VGN AWBZ Zorgcontractering 2013

aanvragen van meerzorg (n=26) Knelpunten bij meerzorg % Nieuwe werkwijze heeft (te) hoge administratieve lasten

54%

Het zorgkantoor kon in het algemeen niet tijdig voldoende informatie geven over de nieuwe werkwijze

46%

Het zorgkantoor gaf geen duidelijkheid over de werkwijze

27%

Problemen om toeslagen af te spreken bij laat afgegeven CCE adviezen

19%

Zorgkantoor wijst aanvragen met positief CCE advies af

0%

Anders

50%

2.5 Herschikking productieafspraken 2012 intramuraal Tegelijk met de nieuwe afspraken voor 2013 is er op 1 november eenmalig de mogelijkheid geweest om de afspraken van 2012 te herzien, de zogenaamde herschikkingsronde. Voor 4% van de zorgaanbieders was herschikking niet van toepassing omdat de productieafspraken over 2012 toereikend waren voor de cliënten in zorg. 13% van de respondenten heeft in beperkte mate overeenstemming bereikt over herschikking, 37% heeft hierover in grote mate overeenstemming bereikt. Bijna de helft van de zorgaanbieders (46%) heeft geheel overeenstemming bereikt over herschikking voor 2012 om recht te doen aan de intramurale cliëntenmix. Wanneer we dit uitsplitsen naar concessiehouder, blijkt dat bij Achmea en Menzis respondenten bovengemiddeld gehele overeenstemming hebben bereikt over herschikking. Bij CZ is dit aandeel het kleinst. Daarnaast is het aandeel respondenten dat maar in beperkte mate overeenstemming heeft bereikt over herschikking bij CZ het grootst.


Tabel 2.6 – Herschikking productieafspraken 2012 (n=116) VGZ

Overig

Totaal

Niet van toepassing

Herschikking afspraken intramuraal 2012

Achmea

3% 0%

16%

0%

0%

4%

Geheel

61% 50%

32%

36%

44%

46%

In grote mate

29% 35%

32%

50%

44%

37%

In beperkte mate

7% 15%

20%

14%

11%

13%

Naast de herschikking van de productieafspraken 2012 is ook gevraagd of respondenten overeenstemming hebben bereikt met het zorgkantoor over het behouden van de intensiveringsmiddelen. 79% van de zorgaanbieders geeft aan dat zij hierover overeenstemming heeft bereikt. De respondenten die hebben aangegeven hier geen overeenstemming over te hebben bereikt, zeggen dat dit nog niet door het zorgkantoor is getoetst of dat zij hier nog niet over gesproken hebben. Dit betekent dat bestaande afspraken hierover voor 2012 blijven staan, omdat dit de laatste mogelijkheid tot aanpassing van de afspraken 2012 is.

2.6 Extramurale tarieven Aan respondenten is gevraagd hoeveel de tarieven voor extramurale zorg afwijken van het maximum. Hierbij is onderscheid gemaakt tussen extramurale zorg (exclusief dagbesteding) en extramurale dagbesteding. Slechts 1 respondent heeft aangegeven dat de korting voor deze zorgtypen niet van toepassing is.

Menzis CZ

laagst bij Achmea, beide kortingen zijn daar volgens respondenten ondergemiddeld.

2.7 Vervoer Aan zorgaanbieders is gevraagd of zij knelpunten hebben ervaren bij het aanvragen van vervoer. Voor slechts 10% van de zorgaanbieders was het aanvragen van vervoer niet van toepassing. Van de respondenten die wel vervoer hebben aangevraagd, heeft ruim tweederde (68%) knelpunten ervaren bij de aanvraag. Bij de ‘andere’ knelpunten wordt vooral aangegeven dat het budget ontoereikend is of dat bijna al het vervoer in de nacalculatie zat en daarmee nu niet wordt afgesproken of onzeker is. Tabel 2.8 – Ervaren knelpunten bij aanvraag van vervoer (n=84) Knelpunten bij aanvraag vervoer % Het zorgkantoor werkt niet mee aan het verkrijgen van een hoger tarief 57% Het zorgkantoor spreekt geen vervoer af dat eerder via nacalculatie werd gefinancierd 33%

De korting bij VGZ is het hoogst voor de extramurale zorg exclusief dagbesteding, maar is volgens respondenten ondergemiddeld ten aanzien van de dagbesteding. De overige concessiehouders voeren de hoogste kortingen, met volgens de respondenten 5% voor extramurale zorg exclusief dagbesteding en 4,2% voor extramurale dagbesteding. De kortingen zijn het

Het zorgkantoor spreekt geen vervoer af voor cliënten met een indicatie die op instellingsterreinen wonen 12% Anders 37%

Respondenten zijn op verschillende wijzen met deze knelpunten omgegaan. De helft heeft

Tabel 2.7 – Korting op extramurale tarieven (n totaal=126) Achmea

Menzis

CZ

VGZ

Extramurale zorg (excl. dagbesteding)

Tarieven extramurale zorg

2,6%

4,0%

4,2%

5,2%

5,0%

4,1% 119

Extramurale dagbesteding

2,5%

4,2%

4,0%

3,1%

4,2%

3,5% 101

14

Ledenonderzoek VGN AWBZ Zorgcontractering 2013

Overig

Totaal

Aantal


schriftelijk de bezwaren kenbaar gemaakt. Dit wordt op de voet gevolgd door overleg dat de zorgaanbieders hebben aangevraagd met het zorgkantoor. Slechts 6% van de zorgaanbieders heeft (nog) geen actie ondernomen. De ‘andere acties’ die zorgaanbieders hebben ondernomen lopen sterk uiteen.

Tabel 2.10 – Wenselijkheid van meerjarenafspraken (n=90) Meerjarenafspraken wenselijk % Capaciteitsmutaties 91% Kwaliteitskader gehandicaptenzorg 87% Kwaliteitsbeleid algemeen 82% Zorginnovatie 76% Ketensamenwerking 71%

Tabel 2.9 – Ervaren knelpunten bij aanvraag van vervoer (n=84)

2.9 Herschikking productieafspraken extramuraal

Acties om tot een hoger tarief van vervoer te komen

%

Schriftelijk de bezwaren kenbaar gemaakt

50%

Overleg aangevraagd met het zorgkantoor

48%

Beroep op artikel 4:84 AWB (knelpuntenpot)

37%

Ook bij de extramurale zorg is het op 1 november mogelijk de afspraken 2012 eenmalig te herzien en tot herschikking te komen. 6% van de zorgaanbieders geeft aan dat herschikking van de productieafspraken 2012 om recht te doen aan de extramurale zorgvraag niet van toepassing is. Ruim de helft van de zorgaanbieders heeft volledige overeenstemming bereikt met het zorgkantoor over herschikking. 31% van de zorgaanbieders heeft hier in grote mate overeenstemming over bereikt, 11% heeft dit slechts in beperkte mate kunnen doen (zie tabel 2.11 onderaan deze pagina).

Eenzijdige productieafspraken bij de NZa ingediend

35%

Bezwaarbrief aan NZa bij tweezijdig verzoek

32%

Vragen gesteld in de Q&A procedure

13%

(Regionale) cliëntenorganisatie(s) ingeschakeld

12%

Juridische actie tegen het zorgkantoor, bijv. een kort geding

1%

Anders

32%

(Nog) geen actie ondernomen

6%

2.8 Meerjarenafspraken Meerjarenafspraken zijn volgens een ruime meerderheid van de respondenten wenselijk. 71% van de respondenten vindt meerjarenafspraken voor ketensamenwerking wenselijk, 91% vindt meerjarenafspraken voor capaciteitsmutaties wenselijk. Respondenten geven aan dat meerjarenafspraken leiden tot een stabieler beleid. Overige meerjarenafspraken zouden vooral het vervoer betreffen.

2.10 Suggesties ter verbetering van het inkoopbeleid Zorgaanbieders geven vooral aan dat er behoefte is aan duidelijke, stabiele en stuurbare criteria. Het zou voor zorgaanbieders prettig zijn als hierbij afstemming plaatsvindt tussen zorgkantoren, zodat het inkoopbeleid op één lijn ligt. Daarnaast is er behoefte aan duidelijkheid over de financiering van de geleverde productie en is er behoefte voor het maken van afspraken op maat voor de zorgorganisatie. Respondenten geven bovendien aan dat zij behoefte hebben aan continuïteit. Deze

Tabel 2.11 – Herschikking productieafspraken 2012 extramuraal (n=124) Menzis

CZ

VGZ

Niet van toepassing

Herschikking afspraken extramuraal

6%

0%

4%

5%

13% 6%

Geheel

67%

58% 54%

41%

42% 53%

In grote mate

21%

37%

35%

32%

33% 31%

In beperkte mate

6%

5%

8%

23%

13% 11%

15

Achmea

Ledenonderzoek VGN AWBZ Zorgcontractering 2013

Overig

Totaal


behoeften worden geïllustreerd aan de hand van de volgende opmerkingen: “Het aantal inkoopdocumenten is te veel en te divers als je met meerdere concessiehouders te maken hebt. Dit geldt ook voor de vele onderlinge verschillen in kwaliteits- en gunningcriteria, tariefopslagen, offerteformats, tussentijdse verantwoording, enz.” “Eén landelijk meerjarig beleid op basis van één set criteria die tijdig bekend zijn en die richten op prestaties in de toekomst die een aanbieder in redelijkheid kan realiseren.” “Formuleer in overleg met zorgaanbieders branchespecifieke AWBZ-gerelateerde criteria, die realistisch en haalbaar zijn en geef die een jaar van tevoren aan. Nu lezen we begin juni in het inkoopdocument waar we half augustus aantoonbaar aan moeten voldoen. Beoordeel alleen de AWBZgerelateerde dienstverlening en laat al het andere (cure, onderwijs) buiten beschouwing.”

16

Ledenonderzoek VGN AWBZ Zorgcontractering 2013


3. Knelpunten en verwachte problemen

3.1 Disproportionele en onrechtvaardige eisen

Tabel 3.2 – Onrechtvaardige eisen (n=79) Onrechtvaardige eisen

Een meerderheid van de respondenten (59%) is van mening dat het zorgkantoor geen proportionele en rechtvaardige eisen hanteert bij de inkoop van zorg. Deze aandelen verschillen per concessiehouder. Bij Achmea is het aandeel respondenten dat vindt dat de concessiehouder geen proportionele eisen hanteert het grootst, bij VGZ is dit aandeel het laagst (zie tabel 3.1 onderaan deze pagina).

%

Eis dat aanbieder onvoorwaardelijk akkoord gaat met alle inkoopdocumenten en bijlagen 58% Voortzetting zorglevering voor eigen rekening na bereiken productieplafond 56% Zorgkantoor hanteert gunningcriteria die niet meer zijn te beïnvloeden 56% Zorgkantoor beslist eenzijdig over bijstelling productieafspraken 51% Leveringsplicht zonder betalingsgarantie 37% Zorgkantoor gebruikt de uitkomsten van

De onrechtvaardige of onredelijke eisen die door het zorgkantoor worden gehanteerd, zijn weergegeven in tabel 3.2. De eisen die het meest worden ervaren door respondenten zijn dat de aanbieder onvoorwaardelijk akkoord moet gaan met alle inkoopdocumenten en bijbehorende bijlagen, dat zorglevering voor eigen rekening is na bereiken van het productieplafond en dat het zorgkantoor gunningcriteria hanteert die niet meer te beïnvloeden zijn.

pijler 1 van het Kwaliteitskader Gehandicaptenzorg zonder de mogelijkheid te bieden deze toe te lichten 35% Zorgkantoor stelt aanvullende kwaliteitseisen, niet ontleend aan het Kwaliteitskader Gehandicaptenzorg 29% Zorgkantoor gebruikt uitkomsten van pijler 2A van het kwaliteitskader Gehandicaptenzorg 23% Eenzijdig boetebeding 13% Zorgkantoor stelt onrealistische eisen ten aanzien van publicatie van uitkomsten van

Verscheidene organisaties geven aan dat zij aan alle criteria en voorwaarden moeten voldoen, terwijl sommige van deze criteria voor hun specifieke organisatie niet van toepassing zijn. De uitkomst van de criteria telt echter wel mee in de berekening van het kortingspercentage. Ook geven verscheidene respondenten aan dat het zorgkantoor teveel onderbouwende stukken opvraagt.

het Kwaliteitskader Gehandicaptenzorg en/of cliëntervaringsonderzoek op www.kiesbeter.nl 10% Oneigenlijke productspecificaties 9% Irreële maximale verhouding geplandeongeplande zorg (prestatiemix) 6% Anders 37%

Tabel 3.1 – Disproportionele eisen naar concessiehouder (n=134) Proportionele en rechtvaardige eisen Achmea

Menzis

CZ

VGZ

Overig

Totaal

Ja

35%

38% 41%

52%

42%

41%

Nee

65%

62% 59%

48%

58%

59%

17

Ledenonderzoek VGN AWBZ Zorgcontractering 2013


Tabel 3.3 – Onrechtvaardige eisen naar concessiehouder (n=79) Onrechtvaardige eisen

Achmea

Menzis

CZ

VGZ

Overig

Totaal

67%

62%

75%

25%

50%

58%

67%

62%

56%

50%

36%

56%

67%

54%

38%

42%

71%

56%

Eis dat aanbieder onvoorwaardelijk akkoord gaat met alle inkoopdocumenten en bijlagen Voortzetting zorglevering voor eigen rekening na bereiken productieplafond Zorgkantoor hanteert gunningcriteria die niet meer zijn te beïnvloeden Zorgkantoor beslist eenzijdig over bijstelling productieafspraken

58% 31% 50% 83%

29% 51%

Leveringsplicht zonder betalingsgarantie

38%

43%

39%

31%

33%

37%

Zorgkantoor gebruikt de uitkomsten van pijler 1 van het Kwaliteitskader Gehandicaptenzorg zonder de mogelijkheid te bieden deze toe te lichten

46% 8% 50% 42% 21% 35%

Zorgkantoor stelt aanvullende kwaliteitseisen, niet ontleend aan het Kwaliteitskader 33% 39% 25% 8%

36% 29%

van het kwaliteitskader Gehandicaptenzorg

25%

0%

25%

50%

14%

23%

Eenzijdig boetebeding

13%

15%

19%

0%

14%

13%

cliëntervaringsonderzoek op www.kiesbeter.nl

13%

0%

19%

8%

7%

10%

Oneigenlijke productspecificaties

4%

0%

6%

25%

14%

9%

ongeplande zorg (prestatiemix)

8%

0%

13%

8%

0%

6%

Anders

25% 62% 32% 33%

Gehandicaptenzorg Zorgkantoor gebruikt uitkomsten van pijler 2A

Zorgkantoor stelt onrealistische eisen ten aanzien van publicatie van uitkomsten van het Kwaliteitskader Gehandicaptenzorg en/of

Irreële maximale verhouding geplande43% 37%

* Het aantal respondenten bedraagt 24 voor Achmea, 13 voor Menzis, 16 voor CZ, 12 voor VGZ en 14 voor de overige concessiehouders. Vanwege deze kleine respons zijn de resultaten enkel richtinggevend.

Wanneer we de uitsplitsing van de resultaten per concessiehouder bekijken (resultaten zijn enkel richtinggevend vanwege de kleine respons bij sommige concessiehouders), blijkt dat de resultaten sterk uiteen lopen. VGZ scoort op veel aspecten ondergemiddeld, maar wordt bovengemiddeld vaak genoemd met betrekking tot het eenzijdig beslissen over bijstelling van productieafspraken, het gebruiken van pijler 2a en oneigenlijke productspecificaties. Veel onredelijke eisen worden bij Achmea ervaren, deze concessiehouder scoort op bijna alle genoemde onredelijke eisen bovengemiddeld. CZ eist vooral dat de aanbieder onvoorwaardelijk

18

Ledenonderzoek VGN AWBZ Zorgcontractering 2013

akkoord gaat met alle inkoopdocumenten en bijlagen. Een meerderheid van de zorgaanbieders heeft overleg met het zorgkantoor aangevraagd en/of schriftelijk de bezwaren aan het zorgkantoor kenbaar gemaakt. Bovendien heeft ruim een derde van de respondenten vragen gesteld in de Q&A-procedure. Daar staat tegenover dat 51% van de ondervraagden de onrechtvaardige eisen (noodgedwongen) heeft geaccepteerd.


Tabel 3.4 – Omgaan met onrechtvaardige eisen (n=79)

3.2 Verwachting problemen zorgcontractering

Omgaan met onrechtvaardige eisen % Overleg aangevraagd met het zorgkantoor 66% Schriftelijk de bezwaren aan het zorgkantoor kenbaar gemaakt 60% Vragen gesteld in de Q&A procedure 34% Eenzijdige productieafspraken bij de NZa ingediend 8%

Bijna driekwart van de respondenten (73%) verwacht problemen die het directe gevolg zijn van de zorgcontractering 2013. Zij verwachten vooral ontoereikende groeimogelijkheden, een verslechtering van de financiële positie en verschraling van zorg.

Juridische actie tegen het zorgkantoor, bijvoorbeeld een kort geding 3%

Tabel 3.5 – Verwachte problemen als gevolg van de

(Regionale) cliëntenorganisatie(s) ingeschakeld 1%

zorgcontractering 2013

Anders 10% (Noodgedwongen) geaccepteerd 51%

Verwachte problemen % Ontoereikende groeimogelijkheden 70% Verslechtering financiële positie 67%

De effecten van het omgaan met de onrechtvaardige eisen lijken, gebaseerd op de open opmerkingen van respondenten, beperkt. Een deel van de zorgaanbieders geeft aan dat (een beperkt deel) van hun bezwaren is toegekend. Een meerderheid van de zorgaanbieders stelt echter dat hun acties geen resultaat hebben gehad. In een aantal gevallen is het kwaliteitskader aangepast.

Verschraling van zorg 62% Onbetaalde rekeningen als gevolg van overproductie boven productieplafond 47% Geen zorg kunnen bieden als voorkeursaanbieder van cliënten 42% Leegstand 30% Ontoereikende alternatieven voor extramuralisatie van zorgzwaartepakket 1-2 30% Rem op innovatie 26% Andere problemen 18%

De ‘andere problemen’ die worden verwacht lopen sterk uiteen. Verschillende respondenten geven aan dat het budget als geheel niet toereikend is. Dit komt vooral voort uit knelpunten omtrent de vervoerskosten. Daarnaast geven verschillende zorgaanbieders aan dat cliënten een beperktere keuzevrijheid krijgen als gevolg van de tariefsverlaging voor vervoer.

19

Ledenonderzoek VGN AWBZ Zorgcontractering 2013


VERENIGING GEHANDICAPTENZORG NEDERLAND Oudlaan 4 3515 GA Utrecht

Postbus 413 3500 AK Utrecht

T 030-27 39 300 F 030-27 39 387

www.vgn.nl info@vgn.nl


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.