Samen op Weg 2008 n°2

Page 1

SAMEN OP WEG Don Bosco Noord-Zuid

1

T WEED E KWA RTA A L 2008

p4

MOTARD, DICHTER EN DENKER

Driemaandelijks tijdschrift: Zestiende jaargang nr 2

p6

TERUG NAAR DE KERN VAN DE ZENDING

p 12

Dienst Dienst Missie Missie en en Ontwikkelingssamenwerking Ontwikkelingssamenwerking

INLEEFREIS HAÏTI

d m o s

België - Belgique P.B. - P.P. Gent X 3/1751 Afgiftekantoor Gent X ISSN=1370-5814

P 602488


2

Graag uw mening Met dit nummer heeft u de 62ste editie van ons tijdschrift ‘Samen op weg’ in handen. In een tijdspanne van iets meer dan vijf-

De evoluties gingen hand in hand met de technologie, de mogelijkheden van het redactieteam en het huis en de vernieuwingen op het vlak van de geschreven communicatie. Zo evolueerde ‘Samen op weg’ achtereenvolgens van 4 naar 8 bladzijden om uiteindelijk 16 pagina’s te tellen in 2006.

tien jaar heeft het tijdschrift verschillende gedaanten gekend om te worden tot wat het nu is.

Elke ‘kwantitatieve sprong’ werd vergezeld door een modernere presentatie. Onze doelstelling is zoals steeds ons ontwikkelingswerk met u, lezers, te delen. Wij willen de projecten, die wij in diverse ontwikkelingslanden ondersteunen, aan u voorstellen of iets vertellen over de boeiende ontmoetingen tijdens onze dienstreizen. Daarbij willen wij u ook informeren over de ontwikkelingsthema’s die in onze activiteiten verweven zitten of over de internationale gebeurtenissen die onze acties beïnvloeden. Maar wij willen u er ook bij betrekken. De middenbladzijden zijn gewoonlijk gewijd aan een project waarvoor wij een beroep doen op uw edelmoedigheid en ondersteuning, die wij telkens opnieuw bewaarheid weten. Twee jaar geleden hebben wij de structuur van het tijdschrift gewijzigd tot twee grote delen. Het eerste deel behandelt de activiteiten in het Zuiden, terwijl het tweede gedeelte vooral oog heeft voor de initiatieven die wij in België nemen op het gebied van de ontwikkelingseducatie.

Vandaag willen wij op u beroep doen met een totaal ander verzoek: wij willen uw mening kennen. Wij willen ervoor zorgen dat ons tijdschrift zo aantrekkelijk mogelijk blijft. Daarom hadden wij graag van u vernomen wat u over het tijdschrift denkt: is het helder, interessant, mooi en aangenaam om te lezen? Schenkt het tijdschrift u de informatie die u zocht en op een zo volledig mogelijke wijze? Dat zijn vragen die wij u stellen ( en ook nog heel wat andere) en waarop u alleen het antwoord hebt. Daarom vindt u in de bijlage van 2 bladzijden een kleine vragenlijst. Het zou ons zeer verheugen als u de vragenlijst invult en terugstuurt naar onze zetel: DMOSCOMIDE, Leopold II-laan 195, 1080 Brussel. Wij houden u zeker en vast op de hoogte van de resultaten van deze enquête. Het redactieteam rekent dankbaar op uw medewerking. Bij voorbaat van harte dank. ✒ Françoise Léonard, directrice


ZUID

3

Motard, dichter en denker Hij moet zuchten als mensen soms naar zijn schoenen kijken wanneer ze hem zo op zijn waarde willen taxeren. Wie langer dan een kwartier naar hem luistert, leert dat nochtans vlug af. Het zit van

‘Niets doe ik zo graag als op mijn moto rijden,’ vertelt de Bretoense salesiaan Pierre Chopin. ‘Dan kan ik filosoferen, het leven bekijken, mensen ontmoeten. Mensen die mij toezwaaien en vragen om te stoppen voor een babbel.’ Niet dat ze daar allemaal even vriendelijk zijn in Congo-Brazzaville en omgeving. ‘Enkele maanden geleden had ik een ongeval. Aan 80 km/uur tegen het asfalt gesmakt. Verdoofd, een hoofdwonde en een geschaafd been. Er stond al vlug wat volk rond mij, ik hoorde discussies. Ik voelde mij nog half versuft, maar enkele mensen riepen: Ah, neen, dat gaan jullie hem toch niet aandoen? Hij is onze pastoor!’ Dat was zijn redding. Of de redding van zijn moto.

_ PIERRE TROUBADOUR Chopin, iets over de zeventig, is zevenendertig jaar missionaris in Afrika. We zijn samen op weg in Kameroen, van Yaounde naar Douala. Ik herinner mij dat hij enkele jaren geleden met zijn gitaar en spreuken vormingssessies rond projecten opluisterde. ‘Muziek is mijn tweede leven. Klarinet, saxofoon en ja, gitaar ook. Ik maak zelf teksten. Opstandige, soms grappige liedjes. Geen verzet tegen de armoede, neen, diepgaander: verzet in naam van de ergste miserie van mensen.’ Zoals ik ooit in Gabon ‘aalmoezenier van de katholieke billen’ was (de majoretteband van de parochie), schrijf ik nu in Brazzaville teksten voor ‘Brazza La Galère’, een popgroepje. Ik kreeg van hen mijn bijnaam: Piam of Pierre Amant (de minnezanger). Als we door de eerste bidonvilles van Douala rijden, zal hij mij nog vertellen hoe hij al in Frankrijk voor ‘blousons noirs’ vakantiekampen organiseerde. We houden halt voor de zoveelste politiecontrole. Kameroen is nog maar net zware rellen in Douala en omstreken te boven gekomen. De agenten roepen tegen elkaar:

‘Wahids?!’ We begrijpen pas in tweede instantie dat ze het over ‘whites’, blanken hebben. Ze kijken boos, arrogant en dom. Eén inspecteert mijn pas, kijkt niet naar het Kameroense maar naar het Congolese visum. De ander probeert Anaclet, de chauffeur te intimideren: ‘Ja, ja, alles in orde. Maar je hebt je veiligheidsgordel niet aan!’ ‘Ik maakte die los om jou mijn papieren te geven.’ ‘Ja, ja, en waar is de gevarendriehoek?’

'Het niveau van onze scholen moet goed blijven, ook op het platteland.' Chopin lacht met zijn ogen. Hij heeft al voor hetere vuren gestaan. Niet toen hij als jonge Franse militair naar Madagaskar gestuurd werd (‘Vakantietijd!’). Of evenmin met jeugdige gevangenen met wie hij zich in het weekend liet opsluiten (met verbaasde toestemming van de directie) om met hen te praten, te zingen, te spelen, te bidden. Maar in de oorlogsdagen in Congo-Brazzaville, een tiental jaar terug. In vluchtelingenkampen de jongste jaren.

SAMEN OP WEG

2/2008

binnen.


4

_ NIET VERBODEN OM NA TE DENKEN EN TE DROMEN Wanneer de Rwandese chauffeur, Anaclet, begint te vertellen over zijn ontsnapping uit Kigali in 1994, dommelt Pierre Chopin in slaap over de kilo’s boeken die hij bij zich heeft. Twintig kilometer evenaarswoud verder is hij terug wakker. Terwijl wij achter een vrachtwagen met zware boomstammen blij-

nationaal congres in Ouagadougou (Burkina Faso) over beroepsonderwijs. Maar ook in Brazzaville denkt hij verder na. Liefst met anderen. Chopin: ‘Op recepties bij ambassadeurs, bij bezoeken aan bedrijven, tijdens stages zien wij de behoeften van de economie vandaag. Daarop moeten wij onze beroepsvormingen afstemmen! Anders leiden wij toekomstige werklozen op. De oude technologie van injectiepom-

drukdoende mensen. ‘Weet je wat Don Bosco ooit in Turijn aan heren en dames van aanzien vertelde? ‘Als wij ons vandaag niet bekommeren om niet geschoolde jongeren van de grootstad, zullen zij zich wel morgen met ons bezighouden!’ ‘Heeft Don Bosco dat echt gezegd?’ vraag ik hem. ‘Bien sûr,’ zegt hij zo ernstig als hij kan, met zijn hand voor zijn mond. ✒ Marc VAN LAERE

ven hangen, hervindt Chopin zijn elan: ‘Nu ben ik medeverantwoordelijk voor de beroepsschool Cité Don Bosco in Brazzaville. Als verdediger van het beroepsonderwijs ben ik de laatste van de Mohikanen. Ik heb niet de indruk dat er veel jonge Afrikaanse medebroeders zin hebben in het overnemen van de beroepsscholen. Spijtig. Want echte ontwikkeling voor arme jongeren in Congo begint dáár.’ Hij schuift mij enkele van zijn vele publicaties op de schoot, en wijst op een fragment. ‘Een bekend Congolees schrijver zei

‘Een diepe wens in hem: dat de Afrikanen de touwtjes meer in handen

ooit dat je nooit de lift moet nemen in een land waar ze geen liften kunnen herstellen.’ Chopin kijkt mij uitdagend aan: ‘De jongeren in onze centra kunnen zowel liften herstellen als ze onderhouden zodat ze niet in panne vallen!’ Vorig jaar was hij nog aanwezig op een inter-

pen en carburatoren verdwijnt, op de werven moet je nu machines kennen die de pannes detecteren.’ Daarvoor ook gebruikt Chopin zijn moto of de auto, om te lobbyen in de stad. En als er geen elektriciteitspanne is, schuimt hij het internet af op zoek naar interessant materiaal: ‘Ik las dat Spanjaarden geïnteresseerd zijn in de productie van palmolie als brandstof voor biodiesel. Dát zijn de gaten in de markt waarop wij een antwoord moeten bieden.’ Net voorbij Edea worden wij opnieuw gecontroleerd. Minder grimmig deze keer. Als de spijkerplanken die over de weg liggen, worden weggeschoven, trekken we traag op. ‘Een rebel, een echte ninja, kwam na de oorlog bij mij biechten. Hij wilde zijn leven beteren, zei hij. Ik weigerde. Ik zei hem: jij gaat je eerst inschrijven in een beroepsschool. Daarna krijg je vergeving. Dan pas maak je echt kans dat je je leven een nieuwe draai kunt geven.’ Een half uur later rijden we de immense rattenkuil Douala binnen. Het is er vuil, lawaaierig, broeierig warm. Plassen en putten op de weg. Extra controles. Zwetende,


5

ZUID

Dominicaanse domino-effecten Ondanks

de

positieve

en

zonnige

associaties

die

de

Dominicaanse Republiek in het Westen oproept, scoort het eiland nog steeds niet goed op de ontwikkelingsindex van de Verenigde Naties. De armoede in de hoofdstad is schrijnend. Het verhaal van don Miguel is echter een van de zeldzame uitzonderingen op de regel. straatwerk kennen: schoenen poetsen, kranten verkopen, fruit of snoep venten, ramen lappen, grafzerken oppoetsen op Allerheiligen!” Zes jaar lang leefde en werkte Miguel op straat, levend van dag op dag, van karwei op karwei. Tot op de dag dat hij de schoenen wou poetsen van een oudere man. Het bleek dat die schoenen toebehoorden aan padre Bartolomé. Net zoals Bartolomé de las Casas in de 16e eeuw streed voor de rechten van de inheemse bevolking, zette de salesiaanse padre zich in voor de straatkinderen en –werkers van Santo Domingo. Vanaf die dag nam Miguels leven een definitieve wending. Hij haalde zijn schoolachterstand in op de Escuela Santo Domingo Savio, leerde allerhande praktische beroepsvaardigheden en belandde na zes jaar als manusje-van-alles in een bedrijfje dat chemische verpakkingen maakte. Enkele jaren later werd Miguel bij datzelfde bedrijf gepromoveerd tot verkoper en na vijftien jaar trouwe dienst werd hij benoemd tot technisch assistent. Vandaag leidt hij, samen met zijn drie zonen, al tien jaar zijn eigen, bescheiden onderneming. Van een domino-effect gesproken. “Het leven zit vol onverwachte wendingen, maar met doorzettingsvermogen en vertrouwen kun je dromen waarmaken”, doceert hij wijs terwijl hij een laatste presidente bestelt. ✒ Filip VANHESTE

2/2008

Het jeugdverhaal van don Miguel is dat van vele Dominicanen. Hij groeide op in Villa Juana, een van de sloppenwijken rond Santo Domingo. In een kleine stenen barak leefde hij er met zijn moeder, vier zussen en een oudere broer. Vader was er vandoor gegaan toen Miguel vijf was. Gebrek aan werk en een andere, jongere vrouw hadden hem genoopt tot een nieuwe levenswandel. Het was het tijdperk van dictator Trujillo. Met een grote slok Presidente, het nationale bier, spoelt Miguel zijn verbittering door. “Onze moeder werkte her en der als naaister, maar dat was natuurlijk onvoldoende om zes monden te voeden”, vertelt hij mij. “Op mijn zesde ging ik voor het eerst met Heriberto, onze grote broer, mee de straat op. In plaats van op school te leren lezen en schrijven, leerde ik alle kneepjes van het ondankbare

SAMEN OP WEG

Op vrijdag 7 maart werd een bijeenkomst in Santo Domingo van een twintigtal LatijnsAmerikaanse landen succesvol afgesloten met de symbolische handdruk tussen de Colombiaanse president Uribe en zijn Ecuadoraanse ambtsgenoot Correa. Daarmee werd een punt gezet achter het escalerende diplomatische conflict dat ontstaan is na de luchtaanval van het Colombiaanse leger op het grondgebied van Ecuador in hun strijd tegen de FARC-rebellen. Het moet ongeveer op dat historische moment zijn dat don Miguel mij uitdaagt voor een partijtje Dominicaanse domino. Gezeten op het terras van een luidruchtig straatcafé, op een steenworp van het presidentiële paleis waar de grote jongens hun ruzies beslechten, doet de 57-jarige Miguel Gutiérrez mij tussen de dominostenen door zijn relaas over hoe hij als kleine jongen dagelijks moest vechten. Niet tegen communistische rebellen of neoconservatieve presidenten, wel tegen de armoede die het leeuwendeel van de Dominicanen al decennia lang teistert.


6

_ EEN BELANGRIJKE OPDRACHT In zijn openingstoespraak omschreef don Chávez op kernachtige wijze de opdracht van het 26e Algemeen Kapittel: ‘Wij hebben hetzelfde DNA als onze vader Don Bosco’, zei hij, ‘waarvan onze genen de passie zijn voor het heil van de jongeren, het vertrouwen in de waarde van een goed onderwijs, de grote capaciteit om veel mensen te mobiliseren, om een beweging op gang te trekken met heel veel medewerkers die gemakkelijk met elkaar delen. En dat door onze missie tot de jeugd.’

_ EEN INGRIJPEND GEBEUREN

Terug naar de kern van de zending Tijdens de voorbije maanden maart en april had in Rome het 26e Algemeen Kapittel van de salesianen van Don Bosco plaats onder het voorzitterschap van don Pascual Chávez, 9e opvolger van Don Bosco en algemeen overste. Het Algemeen Kapittel bepaalt de grote beleidslijnen van de congregatie voor de komende zes jaar. Het was een mondiaal gebeuren met 232 aanwezigen uit 120 landen. We keken als ngo naar belangrijke tendensen die zich in het Zuiden aftekenen.

Het Algemeen Kapittel was voor don Chávez een pinkstergebeuren. Een profetisch gebeuren ook dat verliep in het spanningsveld tussen herdenken en vooruitzien, tussen trouwe dankbaarheid tegenover de oorsprong en de onvoorwaardelijke openheid voor Gods nieuwheid. Op die manier kreeg elke aanwezige op het kapittel de opdracht een actieve medewerker te zijn met zijn verantwoordelijkheden, zijn verwachtingen en zijn rijke ervaringen. Elke salesiaan moet klaar zijn om te luisteren naar de tekenen van de tijd. ‘Terwijl we terugkeren naar de oorsprong van het charisma, naar Don Bosco zelf, worden we voortgestuwd naar de toekomst,’ zei don Chávez. Vanuit die reflectie worden de salesianen en hun medewerkers ertoe uitgenodigd zich met vertrouwen en creativiteit open te stellen voor de nieuwe modaliteiten om het charisma van Don Bosco vandaag tot uitdrukking te brengen. Het zal hen beter in staat stellen te beantwoorden aan de situaties van de jongeren, hun nieuwe soorten armoede te begrijpen en te dienen, nieuwe opportune gelegenheden aan te bieden voor hun humane ontwikkeling en hun opvoeding, voor hun geloofsparkoers en voor de volheid van hun leven.


ZUID

De oproep die de algemeen overste tot de kapittelleden richtte, gold eveneens voor alle medewerkers in de grote Don Boscofamilie waarin het brede salesiaanse ngo-netwerk thuishoort. In het spoor van het Algemeen Kapittel kijken we naar de ontwikkeling van ons partnernetwerk – de congregatie van de salesianen – tijdens het laatste decennium. Er dienen zich nieuwe grensgebieden van de zending aan op geografisch, sociaal, cultureel en religieus gebied, waar we opgeroepen worden om met meer aangepaste structuren en middelen aanwezig te zijn, die meer aan de nieuwe hedendaagse eisen beantwoorden.

_ NIEUWE AANWEZIGHEDEN

Al die nieuwe aanwezigheden kunnen wij samenvatten onder de noemer ‘aandacht voor de minsten’. Vanuit het charisma van Don Bosco, die het integrale heil van elke jongere voor ogen had, nodigt de congregatie haar leden en haar medewerkers uit, om van die ‘aandacht voor de minsten’ de kernactiviteit, de core business, van alle projecten en werken op alle domeinen te maken. Met de ‘minsten’ bedoelen we de jongeren in bedreigde situaties op psychosociaal vlak; in bedreigde situaties ter oorzake van economische, culturele en religieuze armoede; de armen op affectief, moreel en spiritueel gebied; jongeren die ontwricht zijn als gevolg van moeilijke familietoestanden; jongeren die leven aan de rand van de maatschappij en kerk. In die situaties moet de opvoeding haar kritisch woord laten horen als een instrument om de dagelijkse realiteit te doorgronden en om waardige vormings – en levenskansen te scheppen. De genoemde uitdagingen verschillen van continent tot continent en zijn vaak beïn-

men, maar de noden blijven torenhoog. Ze worden geconfronteerd met schrijnende situaties: de armoede, de politieke en sociale instabiliteit, de verwoestende epidemie van AIDS-HIV, het ontbreken van sociaaleconomische mogelijkheden voor jongeren, om zich heen grijpende religieuze conflicten. Het lenigen van die noden en noodsituaties is een niet geringe opgave, niet alleen voor de Afrikaanse politieke en sociale leiders, maar ook voor de salesianen en hun medewerkers uit de ngo-sector. Het is ook een zware uitdaging om de nodige financiële middelen te vinden om de jongeren te leiden op de weg van de ontwikkeling opdat zij zich op een waardige wijze zelf kunnen bedruipen. Tijdens het Algemeen Kapittel had in Rome op 15 en 16 maart een ontmoeting plaats tussen de salesiaanse ngo’s , waaronder DMOSCOMIDE, en een talrijke groep kapittelleden. Het doel was vooral een betere samenwerking te bereiken voor de ontwikkeling van kinderen en jongeren in de hele wereld, maar vooral in de ontwikkelingsgebieden van het Zuiden. Om op een efficiënte manier te timmeren aan de moeilijke weg van solidariteit is het fundamenteel belangrijk dat de salesianen, de salesiaanse

SAMEN OP WEG

2/2008

De salesianen van Don Bosco hebben zich in het verleden op heel veel terreinen ingezet, met een bijzondere aandacht voor de armste jongeren. Hun werkterreinen lagen vooral in het onderwijs, de opvangcentra voor de straatkinderen in de verschillende continenten, parochies, bezinningscentra en oratorio’s waar kinderen en jongeren een thuis vonden. De sociaaleconomische en culturele ontwikkelingen door o.m. de globalisatie van

• Programma’s ten gunste van migranten, • Webpagina’s en de evolutie van de communicatiemedia, • Telefonische opvang, 24 uur op 24 uur, ten dienste van jongeren met depressies.

7

de wereld in de jongste decennia heeft verschillende nieuwe vormen van opvang en opvoeding van specifieke groepen in het leven geroepen. Het zijn ‘nieuwe aanwezigheden’ in antwoord op nieuwe uitdagingen. Wij noemen de belangrijkste: • Opvanghuizen voor jongeren die door seksueel toerisme zijn uitgebuit, • Tehuizen voor preventie tegen aids/hiv, • Werken voor de drugverslaafden en voor de zigeunerkinderen, • Structuren ten dienste van de zorg voor de heropleving van de religieuze opvoeding, • Projecten in de vluchtelingenkampen en de personen die er verblijven wegens oorlogssituaties,

vloed door de lokale politieke en socio-economische omstandigheden. Zo staat o.m. Afrika voor enorme uitdagingen die ook in de salesiaanse wereld en door de partnerngo’s gekend zijn.

_ AFRIKA UITGEDAAGD Het Afrikaanse continent is de laatste decennia door meervoudige gesels geslagen. De salesianen van Don Bosco hebben de laatste dertig jaar in Afrika een grote inhaalbeweging gemaakt sinds de start van het Afrikaproject in de jaren ‘70. Hun aanwezigheid is in vele landen sterk toegeno-

ngo’s en elke groep van de salesiaanse familie op harmonieuze manier samenwerken. Don Francis Alencherry, raadslid voor de missies, die de bijeenkomst voorzat, betoogde nadrukkelijk: ‘Samenwerken garandeert een grotere macht in de verdediging van de rechten van de minstbedeelden’. Dat is het uiteindelijke doel dat ook DMOSCOMIDE voor ogen houdt bij alle interventies in Zuid-Amerika, Afrika en Azië. ✒ Omer BOSSUYT


8

DB-TECH

India

Consolidatie van het niet-formeel beroepsonderwijs in India De Indische economie draait op volle toeren en de vooruitzichten zijn veelbelovend: een jaarlijkse economische groei van 8%, een toename van de onderwijsvoorzieningen en betere lonen voor specialisten. Ondanks die positieve economische ontwikkeling heerst er een negatieve toestand die gekenmerkt wordt door hoge werkloosheid bij de ongeschoolde en onvoorbereide beroepsbevolking en door slechte loonvoorwaarden op de ongeorganiseerde arbeidsmarkt. Die paradox is te wijten aan een aantal factoren zoals het gebrekkige schoolsysteem met als gevolg de hoge dropoutcijfers op school (100 miljoen kinderen die niet naar school gaan), het beperkte aanbod en de lage kwaliteit van het technisch en beroepsonderwijs en de slechte arbeidsvoorwaarden in de informele sector. Slechts 10% van de jongeren tussen 15-19 jaar zitten in het technisch en beroepsonderwijs. De Indische overheid wil het gebrek aan scholing bij de beroepsbevolking verminderen door in samenwerking met de privésector een toegankelijk marktgericht onderwijsaanbod te promoten. Vanuit de ngo-sector wil DBTech-India (DBTI) daartoe bijdragen en zich sterker profileren om als partner van de overheid een mogelijk hervormingsproces verder te stimuleren en te beïnvloeden.

_ DB-TECH INDIA In India komen jaarlijks 12, 8 miljoen jongeren op de arbeidsmarkt terecht. Een groot aantal van hen zijn laaggeschoolde jongeren die het secundair onderwijs niet beëindigen. Deze omvangrijke groep komt meestal onvoorbereid en zonder specifieke beroepsopleiding in ongeorganiseerde arbeidscircuits terecht. Ze hebben slechts toegang tot minderwaardige en slecht betaalde jobs. Daartegenover is er een enorme vraag naar geschoolde arbeidskrachten in de informele sector. De Indische overheid en in het bijzonder het ministerie van Arbeid wil deze afstand tussen vraag en aanbod alsook het grote tekort aan technisch geschoolde arbeidskrachten wegwerken.

Tewerkstelling in India. Het samenwerkingsverband Don Bosco Tech India (DBTI) is de nationale koepelorganisatie van alle salesiaanse technische en beroepsscholen in India. Het nationale netwerk omvat 123 technische scholen met 455 verschillende opleidingseenheden en telt circa 25.000 leerlingen. Het initiatief beoogt de hervorming, verbetering en erkenning van het niet-formeel beroepsonderwijs in India en is erop gericht de meerwaarde van het netwerk te optimaliseren en valoriseren. Het is de bedoeling om de impact van het Don Bosco netwerk te verhogen en zich op nationaal vlak te profileren als een belangrijke partner voor de hervorming van het technisch en beroepsonder-

‘Scholen die zich engageren in procesbegeleiding willen werken aan een duurzame visie op mondiale vorming.’ De bevoegde overheidsdienst (DGE&T) wil zo in samenwerking met privé-partners een hervormingsbeleid stimuleren voor het technisch en beroepsonderwijs. In dit kader worden o.m. initiatieven gestimuleerd om de inlijving van vroegtijdige schoolverlaters op de arbeidsmarkt te verbeteren.

_ DON BOSCO TECH INDIA OP HET NATIONAAL SEMINARIE VOOR BEROEPSONDERWIJS

DMOS-COMIDE is sinds 2005 samen met haar Indische partnerorganisaties actief betrokken bij de oprichting van een samenwerkingsverband dat de herstructurering, uitbreiding en erkenning van het niet-formeel beroepsonderwijs in India beoogt. Het NVTS Project (National Vocational Training System) is een initiatief dat gestalte kreeg door samenwerking met de regionale ontwikkelingsorganisaties, de Duitse technische coöperatie (GTZ) en het ministerie van Arbeid en

Op uitnodiging van het ministerie van Arbeid en Tewerkstelling nam Don Bosco Tech India (DBTI) deel aan een nationaal seminarie over opleidingen voor de informele sector in India. Van bij de aanvang was het ontwikkelingsbureau in New Delhi als “leading agency” actief betrokken bij het nationale initiatief voor de implementatie van een duurzame ontwikkelingsstrategie voor laaggeschoolde jongeren en kansarme vrouwen. Om het proces verder te

wijs (TVET) zijnde o.a. standaardisatie en erkenning niet-formele opleidingen in India.


ZUID

• Om de beoogde doelstellingen te bereiken werden in de voorbereidende fase verschillende stappen ondernomen om de samenwerking te concreti-

Verder hebben DMOS-COMIDE, DBN en GTZ beslist om de mogelijkheden voor een gemeenschappelijk beleid en verdere samenwerking te concretiseren. De ontwikkelingsbureaus van het Don Bosco netwerk worden in het proces betrokken en op de hoogte gebracht van het mandaat, het takenpakket, de beslissingen en het activiteitenprogramma. Het gemeen-

schappelijke vademecum en de website worden verder uitgebreid. De verantwoordelijkheden van de commissie alsook de samenwerkingsmodaliteiten van de organisatie worden uitgewerkt. Het samenwerkingsverband met NVTS/GTZ zal verlengd worden en de samenwerking met internationale organisaties, alsook met de centrale overheid en nationaal erkende ngo’s wordt verder onderzocht.

_ GEMEENSCHAPPELIJKE DOELSTELLINGEN BINNEN HET NVTS PROJECT: 1. Organisatorische versterking om de effectiviteit te verhogen • Uitbouw van een nationaal netwerk (platform) ter ondersteuning van het niet-formeel beroepsonderwijs en de tewerkstelling van laaggeschoolde jongeren binnen het informele arbeidscircuit. • Oprichting van een nationale coördinatiestructuur. • Structurele samenwerking op nationaal niveau en ontwikkeling website. • Opstarten van aangepaste programma’s en projecten tussen scholen en bedrijven. 1. Capaciteitsopbouw, begeleiding en ondersteuning • Definitie, doelstelling en afbakening van het NF beroepsonderwijs in India (criteria). • Planning, monitoring en evaluatie op nationaal vlak (centraal databanksysteem). • Uitwisseling van expertise en kennis, ervaring en informatie, methodologie, etc. • Opleiding en bijscholing van leerkrachten en instructeurs in diverse vakgebieden.

2. Kwalificatie en erkenning door de overheid • Aangepaste en op elkaar afgestelde syllabi en curricula (standaardisatie, referentiekader). • Ontwikkeling en proliferatie van korte opleidingen voor de informele sector (modules). • Officiële erkenning, homologatie/certificatie van het NF-beroepsonderwijs in India. ✒ Jochim LOURDUSWAMY en Danny VANDEPUTTE

2/2008

Naast de opleidingen en diensten die tewerkstelling beogen staan de vormingscentra in voor tal van socio-educatieve activiteiten die daarbij aansluiten en zo het holistische karakter van het salesiaanse opvoedingsproject illustreren en waarmaken. Verder voorziet het netwerk in de nodige capaciteitsopbouw om de beheerscapaciteit en competenties van de beroepscentra en van de regio in zijn geheel te versterken. Aldus beogen de deelacties een structurele verbetering en optimalisering van de lokale werking in functie van reële noden en behoeften op het terrein.

seren. Het betrof o.m. de toepassing van innoverende benaderingen voor het niet-formele beroepsonderwijs, de intranetwerking tussen de Don Bosco beroepsscholen in India (78 centra), de opvolging en beïnvloeding van het nationale beleid betreffende het beroepsonderwijs, het ontwikkelen van het curriculum (begeleidingstrajecten, beroepsgericht modulair curriculum, …), de standaardisatie van kwaliteitsnormen, referentiekader, richtlijnen, procedures, criteria.

SAMEN OP WEG

stimuleren werden verschillende sessies en workshops ingericht en werden er diverse pilootprojecten opgestart.

9


10

Haïti heeft ook talent Tijdens de vastencampagne legde onze samenwerking met Broederlijk Delen geen windeieren. In heel wat Don Boscoscholen in Vlaanderen werd de solidariteit gestimuleerd: een sfeerbeeld

_ HOBOKEN In Don Bosco Hoboken stond als afsluiter van het tweede trimester een mondiale dag op het programma. De hele school ging op voettocht en sponsorde zo Haïtiaanse projecten. In de workshops werd het dagelijks leven op Haïti iets dichterbij gebracht, via vliegers en maskers maken, djembé spelen, koken, bakken, voetballen en naar waargebeurde verhalen luisteren konden de leerlingen zich meer en meer inleven. De quiz scherpte de kennis nog wat aan.

_ HECHTEL Twee leerkrachten staken hun licht op over de vastencampagne op de lanceerdag van Broederlijk Delen. Hugo Keunen (schoolanimator bij BD) zorgde voor een intense ontmoeting tussen leerlingen en Elwando Nelson. Deze Haïtiaanse getuige vertelde vol vuur over zijn land en zijn ervaringen bij ‘Kiro Haiti’. Bij zijn terugblik op het verblijf in ons land zei hij:’ De bezoeken aan diverse jeugdgroepen hier hebben me geholpen

de verschillen tussen de Vlaamse en Haïtiaanse jongeren te zien. In Haïti zijn de jongeren vrijer, maar is er meer gevaar voor delinquentie door de armoede.’

_ GENK Onder de titel ‘Kienen voor het goede doel’ vond op 18 februari de eerste kiendag ten voordele van Broederlijk Delen/DMOS en de Wereldwinkel plaats. De actie bleek een schot in de roos. Alle leerlingen vonden het heel prettig om leuke prijzen in de wacht te slepen. Leerkrachten en andere sympathisanten zorgden voor: cd’s, dvd’s, usb-stick, mp3-speler en schoonheidsartikelen. Tijdens het kienen werd een hapje en een drankje geserveerd met producten van de Wereldwinkel.

_ HALLE (TSO/BSO) Vanuit Halle werd gesignaleerd dat er verscheidene leerkrachten met de campagnefilm ‘Haïti heeft ook talent’ onder hun arm rondliepen en dat de educatieve site veelvuldig werd geopend. We kunnen dus met een gerust hart veronderstellen dat dit massaal gebruikt werd.

_ DAGCENTRUM DE WIP IN HALLE Als sponsoractie werd er tijdens de vasten bespaard op zoetigheden. Als de kinderen en/of begeleiders geen dessert of vieruurtje aten bracht dat elke keer 30 cent op voor de straatkinderenprojecten in Haïti. Omdat ze vooral de nadruk


11

legden op het recht op onderwijs kreeg elk kind/begeleider per gespaard vieruurtje/ dessert een kleurpotloodje. Dat werd op de slogan ‘Ieder kind heeft recht op onderwijs’ in de leefruimte gekleefd. Zo kwamen ze samen tot het bijeengespaarde bedrag.

_ HAACHT (TSO/BSO) Een hele mondiale week lang werd Haïti en de wereldproblematiek onder de aandacht gebracht. Via toneel, informatieve spelen, olievatenpercussie, koken, uitleg over de projecten en verkoop van wereldwinkelproducten werd het schoolleven in Haacht een beetje ‘tropisch’ bijgekleurd. De voetbalmatch met de millenniumbal tussen leerkrachten en leerlingen bracht een onvergetelijke ambiance. Of de knappe leerkrachtenbenen of de cheerleaders met de meeste aandacht ging lopen is tot nu nog onbekend.

_ HAACHT ASO Op de mondiale dag werden de klassen door elkaar geschud en volgde elke groep een eigen parcours. In het enorm veelzijdige programma ging vooral het koken en het dansen met de meeste waardering van de leerlingen lopen. Het toonmoment van de workshop percussie deed de school op zijn grondvesten daveren. ’s Avonds werd er onder de titel ‘Ayiti’ verslag uitgebracht aan ouders en sympathisanten over de geslaagde projectdag en de projecten die gesponsord zullen worden. Op de tonen van Haïtiaanse muziek werd er nagepraat en genoten van aangepaste hapjes en drankjes. Samen met Broederlijk Delen blikken we terug op een deugddoende vastencampagne en zindert de warmte van solidariteit nog na. ✒ Lut VAN DAELE

SAMEN OP WEG

2/2008

NOORD


12

Sprekende cijfers Wij kunnen sinds 1999 jaarlijks een lijst uit onze boekhouding halen van elk bedrag dat overgemaakt werd aan het Zuiden. De cijfers die u ziet zijn, per land, de som van de bedragen die van onze bankrekeningen naar het Zuiden vertrokken. Het gaat om een pak geld, voor een stuk dank zij uw vrijgevigheid. Wij geven, in grafiekvorm, ook het type van toelage aan. In de lijn van het opzet van de Don Boscoscholen gaat het grootste deel naar informeel onderwijs.

Kijk en vergelijk ! Onze balans- en resultatenrekening zijn consulteerbaar op onze website, op www.donorinfo.be en binnenkort op www.coprogram.be . Voor projecten zonder medefinanciering gaat 98 % van de binnengekomen giften naar het Zuiden, voor projecten met medefinanciering van Belgische of Europese overheid houden wij enkel de administratieve vergoeding die contractueel voorzien is.

DMOS-COMIDE is niet zo’n bekende speler op de markt. U komt onze naam niet zo vaak tegen in de supermarkt, in de krant, op televisie maar wij trachten optimaal middelen aan onze Zuidwerking te besteden. Op 19 december 2007 verscheen er in De Standaard een artikel met als titel "Wat gebeurt er met uw geld?" en DMOS-COMIDE bleek van de ondervraagde NGO's degene te zijn waarvan het grootste percentage gelden naar het Zuiden ging en met de laagste personeelskosten, procentueel gezien. Wenst u meer informatie ? Vraag het aan ondergetekenden. Wenst u een legaat over te maken ? Contacteer Omer Bossuyt, onze voorzitter. ✒ Jan DE BROECK en Peter GOOSSENS

AFRIKA Centraal-Afrika

betaald bedrag

medefinanciering

eigen projecten

486.420,35

99.554,69 34.125,00 530.487,42 4.892,85 4.231,00

Centraal-Afrikaanse republiek Kongo - Brazzaville Kongo - Kinshasa Gabon Kameroen

99.554,69 34.125,00 1.016.907,77 4.892,85 461.934,86

Burundi Ethiopië Kenia Rwanda Soedan Tanzania Oeganda

26.620,67 9.360,50 75.099,00 121.821,29 10.325,00 9.326,20 21.045,50

26.620,67 9.360,50 75.099,00 121.821,29 10.325,00 9.326,20 21.045,50

Benin Burkina Faso Ivoorkust Mali Senegal Togo

5.843,74 159.275,24 473.929,40 10.194,35 4.810,84 18.532,04

5.843,74 159.275,24 7.422,12 10.194,35 4.810,84 18.532,04

Zambia Zuid-Afrika

4.809,70 181.724,44

Madagaskar Mauritius Totaal Afrika

441.936,91 1.971,03 3.194.041,02

457.703,86

Oost-Afrika

West-Afrika

466.507,28

Zuidelijk Afrika 4.809,70 181.724,44

Indische Oceaan 413.481,41 2.005.837,34

28.455,50 1.971,03 1.188.203,68


NOORD

13

S€PA : de toekomst van het betalingsverkeer in Europa

AMERIKA Andeslanden

In geval van twijfels kan u de boekhouding van DMOS-COMIDE contacteren op emailadres dmos.comide@skynet.be of telefoneren naar Jan De Broeck of Peter Goossens.

betaald bedrag

medefinanciering

eigen projecten

Bolivia Colombia Ecuador Peru

580.900,43 492.708,62 423.687,79 79.151,08

573.217,43 489.448,33 411.892,33 19.681,47

7.683,00 3.260,29 11.795,46 59.469,61

Costa Rica Mexico

9.172,80 24.700,00

9.172,80 24.700,00

Cuba Haïti

5.000,00 133.822,05

5.000,00 133.822,05

Argentinië Brazilië Chili Totaal Amerika

10.025,00 124.914,58 46.970,80 1.931.053,15

1.494.239,56

10.025,00 124.914,58 46.970,80 436.813,59

betaald bedrag

medefinanciering

eigen projecten

Centraal-Amerika

Grote Antillen

Zuid-Amerika

AZIE Midden-Oosten Libanon

13.748,06

13.748,06

Bangladesh India Nepal

494.079,67 2.313.400,83 3.642,35

Filippijnen Oost-Timor Totaal Azië

222.059,77 519,40 3.047.450,08

2.399.665,60

222.059,77 519,40 647.784,48

TOTAAL

8.172.544,25

5.899.742,50

2.272.801,75

India en naburige landen 492.737,28 1.906.928,32

1.342,39 406.472,51 3.642,35

Zuidoost Aziatische eilanden

2/2008

Reeds nu staat op uw rekeninguittreksel het IBAN-bankrekeningnnummer en de BIC (Bank Identifier Code) van uw bank vermeld. Ook de overschrijvingsstroken zullen worden aangepast. DMOS-COMIDE zal in deze overgang noch koploper, noch staartrijder zijn. Wij vermelden alvast ons IBANbankrekeningnummer en BIC op onze website en in onze colofon. U beslist voor een stuk zelf wanneer u overschakelt.

Zolang u zelf met het oude systeem betaalt, blijft u storten op ons rekeningnummer 435-8034101-59. Als u opteert voor het IBAN-systeem, betekent dit dat vanaf dat ogenblik al uw betalingen met IBAN-bankrekeningnummers zullen gebeuren: zowel uw eigen opdracht als de rekening van de begunstigde worden dan in IBAN-formaat ingegeven. Voor DMOSCOMIDE wordt dit BE84 4358 0341 0159 en de BIC-code is KREDBEBB. Als wij merken dat de IBAN-overschrijving de norm wordt, zullen wij ook ons overschrijvingsformulier dat u in bijlage aantreft, aanpassen.

SAMEN OP WEG

Tussen 28 januari 2008 en 31 december 2010 migreren alle Europese banken naar een "Single Euro Payments Area". Dit betekent dat vanaf 1 januari 2011 alle betalingen binnen deze zone als interne betalingen zullen beschouwd worden, zonder bijkomende kosten. Daartoe is het nodig dat in alle landen de bankrekeningnummers aangepast worden tot een uniek systeem met controlekarakters, met name het IBANsysteem (International Bank Account Number).


14

De vierde pijler Mensen die zich spontaan inzetten voor ‘het goede doel’ vinden al jaar en dag onderdak bij DMOS-COMIDE. We zetten enkelen onder hen in deze rubriek in de kijker.

_ MAMAYA Als ik binnenkom, is ze volop aan het opruimen: ‘Ik stop hier, op het gelijkekansenkabinet. Ik neem even een pauze in Tanzania en dan zoek ik iets nieuws.’ An Van Goey, een energieke jonge vrouw, ontvangt me en begint onmiddellijk over het Peruaanse project ‘Mamaya’ te vertellen. Magaly Montes uit Peru logeert voor drie maanden bij haar. De twee jonge dames startten vorig jaar in Lima een consultancydienst voor verschillende projecten rond kansarme kinderen in Chiclayo en Ayacucho. ‘We willen naast juridische, fiscale en logistieke ondersteuning vooral ons steentje bijdragen via vorming,’ klinkt het. An en Magaly geloven sterk in de kracht van onderwijs. ‘Niet alleen voor kinderen, jongeren en volwassenen uit kansengroepen, maar ook voor organisaties die zich voor hen inzetten, is het belangrijk om de nodige competenties te ontwikkelen om de kwaliteit van hun initiatieven te verhogen of om lokaal ondernemerschap te stimuleren.Alleen zo kan een land vooruit geraken.’ Het klinkt allemaal overtuigend, maar waar ik naar op zoek ben is het waarom van zoveel inzet. ‘Juli 2002, ik ging als studente naar Peru om Spaans te leren en het land te leren kennen. Ik logeerde bij Magaly. Wat me verwonderde, was het lage niveau aan de universiteit. Ik heb zelfs in mijn gebrekkig Spaans les gegeven over de werking van de EU tijdens de stakingen van de profs! Toen ik thuiskwam, heb ik mijn eerste benefietfuif georganiseerd ten voordele van Los Gorriones. www.casahogarlosgorriones.org. ‘ (An)

_ ENGAGEMENT Ik vind het een uitdaging om in mijn vrije tijd samen met leeftijdsgenoten uit andere werelddelen een droom waar te maken: kansen creëren! Zoals in de bekende parabel vind ik dat iedereen van op jonge leeftijd zijn of haar talenten ten volle moet kunnen ontplooien en er iets constructiefs mee doen. Wanneer vele voetjes in dezelfde richting stappen, kunnen ze samen een grote afstand afleggen. Net zoals een duizendpoot, niet toevallig het symbool en de vertaling van 'Mamaya' (Peruaans Quechua-woord).

‘Op school vond ik het als kind onvoorstelbaar onrechtvaardig om ons op te delen volgens rijk - medium – arm. Ik kon dat niet aanvaarden. Ik zat nochtans op een katholieke school. Mijn vader had zich uit de armoede opgewerkt tot ingenieur en liet ons studeren. Hij lepelde ons met de paplepel in dat we anderen moesten helpen.’ (Magaly)

_ ENGAGEMENT Kinderen zijn vaak de grootste slachtoffers van een onrechtvaardige situatie.Als we hen sterker kunnen maken, dan kunnen we misschien op lange termijn een kettingreactie veroorzaken die de samenleving in positieve zin verandert! ‘Ik ben enorm geboeid door andere culturen en geloof erg sterk in samenwerking tussen uitersten. De maan in de zon staat symbool voor mijn drang naar evenwicht en harmonie...mijn warme hete land op zoek naar wijsheid in de koele nacht.’

Zie nog: www.mamaya.eu ✒ Lut VAN DAELE


NOORD

15

dewereld.be _ HIER LATEN WIJ JE LOS, TIM.:

_ TSJECH WORDT MISSIEHOOFD:

Eind vorige maand verongelukte in Segou (Mali) de Spaanse salesiaan José Maria Timoneda (44). Verschillende jaren was ‘Tim’ directeur van het ontwikkelingsbureau ADAFO SDB in Abidjan (Ivoorkust). Daar was hij ook bezieler van een opvangcentrum voor straatkinderen. Sedert vorig jaar werkte hij in Bamako (Mali). Daar vond dan ook de begrafenisplechtigheid plaats in de kathedraal, maar Tims stoffelijke resten werden op vraag van de familie overgebracht naar zijn Catalaanse geboortedorp Bellpuig. DMOSCOMIDE kende Tim als een gedreven missionaris en goede vriend.

Het Algemene Kapittel van de salesianen van Don Bosco dat enkele weken geleden eindigde, koos de Tsjech Vaclav Klement (49) tot hoofd van het missiedepartement van de congregatie. Hij volgt de Indiase salesiaan Francis Alencherry op. Zelf was Klement eerst meer dan vijftien jaar missionaris in Zuid-Korea vooraleer in 2002 regioverantwoordelijke te worden voor Oost-Azië en Oceanië.

_ OLYMPISCHE SPELEN: De Olympische koorts steeg niet alleen bij de doortocht van de fakkel in Londen, Parijs en de VS, in Tibet en in Peking. In Spanje juichtte de Don Bosco school van Valencia toen zijn oud-leerlinge Merche Peris zich met een Spaans record naar de kwalificatie voor Peking zwom. Voor de specialisten: zij zal er deelnemen aan de 100 meter rug. Haar besttijd is 1.01.32, 28 honderdsten van een seconde onder het olympische minimum. Wie weet heeft van een Belgische deelnemer aan de Olympische Spelen 2008 die uit de Don Bosco wereld komt, mag het de redactie laten weten.

SAMEN OP WEG

Er zijn vijftig manieren om Afrika te leren kennen. Trouwen met een Afrikaan(se). Reizen. Lezen. Films. Muziek. Projecten steunen. Bezoek krijgen uit Madagaskar, Mali of Tanzania. Je kan nu ook ‘Aya uit Yopougon’ lezen. Een driedelige strip van Marguerite Abouet en Clément Oubrerie om het ‘echte Afrika’ ‘van binnenuit’ te leren kennen. Abouet vertelt over Ivoorkust, Abidjan (de wijk Yopougon) met gewone mensen en alledaagse besognes. Geen oorlog of hongersnood, maar verliefdheden, jaloezie, vreemdgaan en familieruzies. Het resultaat: een levendige en charmante soap die wereldwijd aanslaat. Een aanrader. In het Nederlands en het Frans verschenen.

2/2008

_ AFRIKAANSE STRIP:


vamac nv z.i. mandeldal I. de raetlaan b-8870 izegem

Tel. 051 31.06.72 - 3 Fax 051 31.21.69

Driemaandelijks tijdschrift Verantwoordelijke uitgever:

DE BACKER & Co BVBA DUBA Pompen voor ontwikkelingsprojecten Kasteeldreef 1 B-9230 Wetteren Tel. (09) 369.34.96 / Fax (09) 369.57.52

een blad als geen ander

Zestiende jaargang nr 2 Omer Bossuyt Leopold II-laan 195 B 1080 Brussel info@dmos-comide.org telefoon: 02 427 47 20 bankrekn.: 435-8034101-59

SAMEN OP WEG HOOFDREDACTEUR: Françoise Léonard / REDACTIE: Omer Bossuyt, Jan De Broeck, Jempi Hoorelbeke, Miet Provoost, Lut Van Daele en Marc Van Laere / LAY-OUT EN DRUK: Geers Offset, Oostakker / FRANSTALIGE EDITIE: ‘Faire Route Ensemble’ VOLGENDE UITGAVE: derde kwartaal 2008 / Ken je mensen die Samen op Weg willen ontvangen, is je adres onjuist of ben je verhuisd, gelieve dit dan te melden aan DMOS-COMIDE, Leopold II-laan 195 te 1080 Brussel, tel. (02) 427 47 20. Overeenkomstig de wet van 8 december 1992, die de bescherming van de persoonlijke levenssfeer regelt, werd uw naam opgenomen in ons adressenbestand. We gebruiken deze gegevens alleen voor de verspreiding van informatie inzake onze activiteiten. U heeft onbeperkt toegangs- en correctierecht van de door ons over u bewaarde informatie.

www.kbc.be Vereniging voor Ethiek in de Fondsenwerving


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.