DMOS2-2010_DEF:Opmaak 1
19-06-2010
09:38
Pagina 1
BelgiĂŤ - Belgique P.B. - P.P. Gent X 3/1751 Afgiftekantoor Gent X ISSN=1370-5814
Don Bosco Noord-Zuid
WEG
TWEEDE KWARTAAL 2010
Driemaandelijks tijdschrift: Achttiende jaargang nr 2
P 602488
2
DMOS2-2010_DEF:Opmaak 1
19-06-2010
09:38
Pagina 2
VOETBAL EN ONTWIKKELING … In deze Samen Op Weg: ZUID
3 West-Afrika DMOS-COMIDE viert met een artikelenreeks de twintigste verjaardag van het kinderrechtenverdrag. Vandaag spreken we over de kinderslavernij in West-Afrika en het recht van kinderen op bescherming tegen economische uitbuiting.
6 Meten is weten Elk jaar krijgen wij dankzij uw vrijgevigheid een pak geld binnen. Graag berichten wij hierover op een transparante manier waar dit geld naartoe gaat.
8 Haïti Sinds 1935 helpen de Salesianen Haïti. Ook vandaag laten wij de getroffen bevolking niet in de steek. DMOS-COMIDE organiseert daarom in Vlaanderen de solidariteit met de Salesiaanse werken in Haïti. Een stand van zaken.
NOORD
10 School-voor-schoolproject Twee scholen kozen ervoor om hun mondiale vorming kracht bij te zetten door een uitwisseling uit te bouwen met een school in het Zuiden. Dit ging gepaard met verwachtingen, successen en teleurstellingen.
12 Vrijwilligers Een terugblik van twee enthousiaste vrijwilligers die zich zes maanden ingezet hebben in het Centre des Jeunes de Gatenga in Kigali (Rwanda).
Op een wereldkampioenschap voetbal zijn er altijd twee winnaars: het winnende land op sportief vlak en het gastland op economisch vlak. Dat zegt men althans. Het is zeer onwaarschijnlijk dat Zuid-Afrika de nieuwe wereldkampioen wordt en bovendien kan men zich de vraag stellen in welke mate het land het verwachte economische voordeel zal halen uit het sportevenement... De Zuid-Afrikaanse regering heeft een totale investering goedgekeurd van 3 miljard euro voor de infrastructuur die dient te worden gebouwd in het kader van de wereldbeker, maar het is weinig waarschijnlijk dat die investering kan worden terugverdiend door de verwachte toestroom van toeristen, zelfs indien men voorziet dat het wereldkampioenschap om en bij de 150.000 nieuwe banen zal scheppen. Eén sector haalt duurzaam financieel voordeel uit een overwinning op het wereldkampioenschap : het voetbal zelf, evenals de Fédération Internationale de Football Association (FIFA) die verantwoordelijk is voor het internationale voetbal. Haar taken omvatten o.a. de organisatie en het beheer van het wereldkampioenschap. 94% van haar inkomsten haalt de federatie uit televisierechten, marketing en sponsoring. In 2008 boekte de FIFA een nettowinst van 184 miljoen dollar op een totale omzet van 957 miljoen dollar. Is het om haar geweten te sussen dat de FIFA een officiële campagne lanceert getiteld “20 Centres for 2010″, met als doel 20 gemeenschapscentra “Football for Hope” te bouwen in Zuid-Afrika, Mali, Ghana, Kenia, Rwanda, Namibië en in andere Afrikaanse landen die nog niet nader zijn vastgelegd?
“Die centra zullen dienst doen als platform voor de gemeenschappen ter promotie van de kinderrechten, onderwijs, gezondheid, AIDS/HIV-preventie, maatschappelijke integratie en zorg voor het milieu. Op die manier zal de FIFA Afrika een erfenis nalaten die nog lange tijd na het laatste fluitsignaal van de Wereldbeker 2010 zal blijven bestaan”, aldus de voorzitter van de FIFA, Sepp Blatter. Kortom, alle hoop is welkom !
Françoise Léonard, Directrice
14 Achterban Een confrontatie met het schrijnende watertekort in Madagaskar.
15 DEWERELD.BE 2
DMOS-COMIDE kiest ervoor haar publicaties op milieuvriendelijk papier te drukken. FSC is een label of keurmerk op een hout- of papierproduct dat aangeeft dat een product afkomstig is uit een duurzaam beheerd bos (www.fsc.be).
DMOS2-2010_DEF:Opmaak 1
09:38
Pagina 3
WEST-AFRIKA
SLAVERNIJ IN DE 21E EEUW 20 JAAR KINDERRECHTEN
DE SMAAK VAN CHOCOLADE
In 1989 keurde de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties het historische kinderrechtenverdrag goed. Om de verjaardag van het kinderrechtenverdrag te vieren, om het werk van onze partners te belichten maar vooral om de noodkreet van de getroffen kinderen blijvend onder de aandacht te brengen, plaatst Samen op Weg in 2010 in elk nummer een artikel van het kinderrechtenverdrag centraal. In dit nummer focussen we ons op artikel 32: Kinderen hebben het recht op bescherming tegen economische exploitatie
Chocolade... fondant... of melk al dan niet bestrooid met nootjes... of heerlijke chocoladetruffels. Geen enkele landgenoot, jong of oud, en ook geen enkele buitenlandse toerist kan weerstaan aan de heerlijke zoete verlokking van onze Belgische chocolade. Het chocolaatje bij de koffie, de choco op de boterham, het paasei gebracht door de klokken vanuit Rome, de exquise praline: allen worden ze door ons met smaak verorberd. Jaarlijks stopt elke Belg gemiddeld 9,69 kilogram chocolade achter de kiezen. En elke gram smaakt even zoet. Voor onze partners in West-Afrika en duizenden kinderen in die regio smaakt chocolade echter walgelijk. Chocolade heeft voor hen de bittere bijsmaak van zweet, van bloed en van heel veel tranen. Chocolade betekent voor hen een jarenlang bestaan als slaaf.
SAMEN OP WEG
2/2010
ZUID
19-06-2010
Kinderrechten: Ge誰nspireerd door het gedachtegoed van Don Bosco, bestrijdt DMOS-COMIDE armoede in het Zuiden door kansarme jongeren vorming en onderwijs aan te bieden. 3
DMOS2-2010_DEF:Opmaak 1
19-06-2010
09:38
Pagina 4
“Voor onze partners in West-Afrika en duizenden kinderen in die regio smaakt chocolade echter walgelijk. Chocolade heeft voor hen de bittere bijsmaak van zweet, van bloed en van heel veel tranen.”
Ivoorkust is de voornaamste producent van cacao. Ongeveer 800.000 boeren werken in deze sector. Volgens de meest voorzichtige cijfers werken er ruim 280.000 kinderen op de cacaoplantages. Meer dan 10.000 onder hen zijn slaven. Een kindslaaf kost je ongeveer 200 euro. Daarna mag je het kind gebruiken zoals je wilt. Je moet trachten twee dingen te vermijden namelijk dat het kind kan ontsnappen of dat het voortijdig crepeert. In beide gevallen verlies je immers je investering.
EEN VEEL BREDER PROBLEEM Onze partners in West-Afrika worden dagelijks geconfronteerd met de realiteit van de kindslavernij. Een belangrijk deel van de straatkinderen die ze opvangen in de Salesiaanse centra in Kara (Togo), Cotonou en Porto Novo (Benin) zijn kindslaven die hetzij konden ontsnappen, hetzij uit de handen van mensenhandelaars werden bevrijd. Volgens Human Rights Watch komt het fenomeen voor in alle landen van de regio. Overigens blijft kindslavernij niet beperkt tot de cacaoteelt. Volgens onze partners komt het in vrijwel alle economische sectoren voor. Zo komen we kinderarbeid en kindslavernij tegen in de grind- en zandwinning (waar ze vaak overdreven zware lasten moeten tillen), de landbouw (waar ze ondermeer worden blootgesteld aan pesticiden), houtverwerkings- of lederverwerkingsindustrie (waar ze moeten omgaan met gevaarlijke machines) en vele andere industriële, landbouw of handelssectoren. Uiteraard vormen kindslaven ook gewillige slachtoffers in bars en in de seksindustrie. Eén van de meest verdoken vormen van slavernij is de wereld van de huishoudelijke hulpjes. Binnenskamers worden kinderen niet alleen onderworpen aan moordende werkdagen maar ook aan mentaal, fysiek en seksueel misbruik. Getuigenissen van slachtoffers spreken meestal van werkdagen van vijf uur ’s ochtends tot middernacht, opsluiting, gebrek aan voedsel en mishandeling.
HOE KAN HET ZOVER KOMEN? Men kan zich de vraag stellen hoe deze kinderen in de slavernij terechtkomen. Sleutelwoorden hier zijn onwetendheid en armoede. De ouders van deze kinderen zijn te arm om echt in het onderhoud van hun gezin te kunnen voorzien. De kinderhandelaars spelen hier handig op in en spiegelen de ouders voor dat ze voor de kinderen een (beroeps)opleiding en in een later stadium werk in één van de buurlanden of in de hoofdstad kunnen regelen. Voor de ouders betekent dit een droom die in vervulling gaat. Hun kind zal immers een beroepsopleiding kunnen volgen, in zijn/haar onderhoud kunnen voorzien en wie weet zelfs de rest van de familie financieel een stukje kunnen ondersteunen. En aangezien alle ouders (overal ter wereld) het beste voor hun kinderen willen, stemmen ze vaak in wanneer de kinderhandelaars langskomen. Oudere kinderen worden meestal direct door de handelaars benaderd. Hen wordt voorgespiegeld dat ze op korte termijn een radio of een fiets zullen krijgen wanneer ze met de handelaars meegaan. In alle gevallen blijken deze beloftes en alle voorgespiegelde dromen uiteraard bedrog. Kindslavernij is een onderdeel van een heel ingewikkeld debat rond kinderarbeid. Het is immers belangrijk om een onderscheid te maken tussen kinderwerk en kinderarbeid. Zeker in Afrika is het immers heel
4
gewoon dat kinderen (heel hard) meewerken met de ouders om in het onderhoud van het gezin te voorzien. Zeker binnen de landbouw en dus ook in de cacaoteelt is dit een diep geworteld cultureel fenomeen. Onze partners respecteren het dat kinderen meewerken met de ouders ook al omdat ze op deze manier vaak (landbouw)technieken leren die de kinderen later van pas kunnen komen. Onaanvaardbaar wordt kinderarbeid echter wanneer de gezondheid of de ontwikkeling van het kind wordt geschaad. Of wanneer de arbeid de veiligheid, het zelfwaardegevoel of de lichamelijke integriteit van het kind aantast. Kinderen moeten worden beschermd tegen arbeid die hun persoonlijke ontwikkeling volledig blokkeert. En uiteraard is slavernij waarbij kinderen als koopwaar worden verhandeld en als voorwerp worden behandeld volstrekt ontoelaatbaar.
“Kinderen moeten beschermd worden tegen arbeid die hun persoonlijke ontwikkeling volledig blokkeert.” Niet alleen het kinderwerk maar ook de voortdurende migratiestromen tussen de landen in West-Afrika bemoeilijken de controle op de kindslavernij. Mensen gaan al van oudsher binnen de regio op weg om hun geluk elders te beproeven en ook kinderen maken deel uit van deze migratiestromen. Het is bovendien volstrekt normaal om je kind naar de stad te sturen waar het dan door de familie wordt opgevangen waar het onderdak en een opleiding krijgt. Vele huislavinnen worden zodoende naar de buitenwereld omschreven als ‘een ver familielid dat inwoont’, een bewering die vaak moeilijk controleerbaar is.
DE ROL VAN ONZE PARTNERS IN HET ZUIDEN De Salesiaanse centra proberen hun bijdrage te leveren in de strijd tegen de kindslavernij. Hierboven vermeldden we reeds dat ze de kinderen door opvang, (psychologische) begeleiding en een beroepsopleiding in de Salesiaanse centra opnieuw een toekomst trachten te bieden. Tevens proberen ze, indien mogelijk, de kinderen opnieuw in hun oorspronkelijke gezin of bij andere familieleden te integreren. De Salesianen en hun medewerkers beseffen echter dat deze (weliswaar
DMOS2-2010_DEF:Opmaak 1
ZUID
19-06-2010
09:38
Pagina 5
WEST-AFRIKA
noodzakelijke) initiatieven slechts plaatsvinden wanneer het kwaad reeds is geschied. Daarom proberen ze ook een meer actieve rol te spelen om kindslavernij te voorkomen. In de regio rond Kara (Togo) zijn de Salesianen daarom medeoprichters van Resope. Resope is een netwerk van NGO’s, vakbonden en organisaties uit het brede middenveld dat in 2006 werd opgericht. Doel van dit netwerk is om de kinderen in de regio te beschermen en schendingen van kinderrechten op te sporen en te voorkomen. Resope beseft dat de strijd tegen de kindslavernij alleen maar gewonnen kan worden wanneer ze nauw samenwerken met justitie, politie en overheidsdiensten. In het verleden bleek immers maar al te vaak dat ook politionele diensten een negatieve rol speelden binnen kindertrafieken. Een samenwerkingsverband met de verschillende overheidsdiensten is dus absoluut noodzakelijk om de kinderhandelaars de pas af te snijden.
ONZE VERANTWOORDELIJKHEID Op deze wijze trachten onze partners in het zuiden een dijk op te werpen tegen de kindslavernij. En wij... wat kunnen wij doen? Vele vormen van kindslavernij kunnen we niet oplossen. De praktijk van huisslavinnen bijvoorbeeld kan slechts door de lokale overheid worden aangepakt. Toch kunnen ook wij een rol spelen binnen deze problematiek. Uiteraard door onze partners op diverse manieren te blijven steunen. Maar ook door ons consumptiepatroon aan te passen. Er bestaat immers bijvoorbeeld chocolade die niet gelijkstaat aan een reepje verpakte kinderuitbuiting: Fair Trade chocolade werkt rechtstreeks samen met de boeren en kent hen een eerlijke prijs toe. Door te kiezen voor dit product kunnen we, samen met onze partners in het zuiden, echt genieten van chocolade... chocolade die niet alleen kindvriendelijk is aan de zijde van de consumenten maar die ook en vooral kindvriendelijk is aan de zijde van de producenten.
SAMEN OP WEG
2/2010
Een tweede aandachtspunt van Resope ligt in de sensibilisering van ouders, kinderen en jongeren. Medewerkers van Resope (en dus ook van de Salesiaanse centra) trekken rond om met mensen in de dorpen Eric Joris te praten; ze geven workshops in scholen en projecteren kortfilmpjes in de kleine buurtbioscopen. Op deze manieren trachten ze ouders en mogelijke slachtoffers er van te overtuigen dat de kinderhandelaars niet het “Een samenwerkingsverband met de verschillende overheidsdiensten beste voorhebben met is dus absoluut noodzakelijk om de kinderhandelaars de pas af te hun slachtoffers. snijden.”
DMOS-COMIDE is de Belgische ngo van Don Bosco. Via vorming en beroepsonderwijs stellen we kansarme jongeren in staat om zelf aan hun ontwikkeling en die van hun omgeving te werken. 5
DMOS2-2010_DEF:Opmaak 1
ZUID
19-06-2010
09:38
Pagina 6
METEN IS WETEN
METEN IS WETEN Wij kunnen sinds 1999 jaarlijks een lijst uit onze boekhouding laten stromen van elk bedrag dat betaald werd aan het Zuiden. De cijfers die u ziet zijn, per land, de som van de bedragen die van onze bankrekeningen naar het Zuiden vertrokken tussen 1 januari en 31 december 2009. Het gaat om een pak geld, voor een stuk dankzij uw vrijgevigheid en dat ondanks de tijden van economische en financiële crisis. Crisis doet nadenken over wat belangrijk is in het leven.
Wij geven, in grafiekvorm, ook het type van toelage aan. In de lijn van het opzet van de Don Boscoscholen gaat het grootste deel naar informeel onderwijs. Kijk en vergelijk! Onze balans- en resultatenrekening zijn consulteerbaar op onze website, op www.donorinfo.be en binnenkort op www.coprogram.be .
Voor projecten zonder medefinanciering gaat 98 % van de binnengekomen giften naar het Zuiden, voor projecten met medefinanciering van Belgische of Europese overheid houden wij enkel de administratieve vergoeding die contractueel voorzien is. DMOS-COMIDE is niet zo’n bekende speler op de markt. U komt onze naam niet zo vaak tegen in de supermarkt, in de krant of op televisie maar wij trachten optimaal middelen aan onze Zuidwerking te besteden. Wij zijn ook lid van de Vereniging voor Ethiek in de Fondsenwerving (VEF) en moeten onze cijfers ook jaarlijks aan hen voorleggen. Wenst u meer informatie? Vraag het aan ondergetekenden. Wenst u een legaat over te maken? Contacteer Omer Bossuyt, onze voorzitter. Voor uw steun aan het Zuiden: alvast bedankt!
Jan DE BROECK en Peter GOOSSENS
AFRIKA Centraal-Afrika Centraal-Afrikaanse republiek Congo - Brazzaville Congo - Kinshasa Gabon Kameroen Oost-Afrika Burundi Ethiopië Kenia Rwanda Tanzania Uganda West-Afrika Benin Burkina Faso Ivoorkust Mali Senegal Togo Zuidelijk Afrika Zuid-Afrika Indische Oceaan Madagaskar Totaal Afrika
betaald bedrag 329.291,69 10.000,00 883.210,85 4.500,00 451.656,92 12.960,52 14.694,20 489.838,58 99.436,41 11.244,60 10.104,33 36.291,44 25.851,98 452.247,99 28.000,00 15.000,00 14.484,20
eigen projecten
225.359,23
329.291,69 10.000,00 657.851,62 4.500,00 16.100,00
435.556,92
454.909,79 18.216,56
411.759,58
12.960,52 14.694,20 34.928,79 81.219,85 11.244,60 10.104,33 36.291,44 25.851,98 40.488,41 28.000,00 15.000,00 14.484,20
68.612,33
51.410,57
17.201,76
438.852,22 3.396.278,26
411.750,98 2.008.963,63
27.101,24 1.387.314,63
DMOS-COMIDE brengt graag transparante informatie over de middelen.
6
medefinanciering
DMOS2-2010_DEF:Opmaak 1
19-06-2010
09:38
Pagina 7
S€PA : de toekomst van het betalingsverkeer in Europa
Andeslanden Bolivië Colombia Ecuador Peru Centraal-Amerika Guatemala Mexico Grote Antillen Dominikaanse republiek Haïti Zuid-Amerika Argentinië Brazilië Chili Uruguay Totaal Amerika
BEDRAG VOOR FISCALE AFTREKBAARHEID € 35 OF € 40 IN 2011 ?
Er zijn onderhandelingen bezig om het minimumbedrag voor fiscale aftrekbaarheid voor de giften die vanaf 1 januari 2011 gedaan worden, op te trekken tot € 35,00 of € 40,00. Eens de wet gestemd, zullen wij dit natuurlijk laten weten in al onze publicaties en op onze website www.dmos-comide.org In de huidige context van stagnerende economie en een mogelijk lange fase van regeringsvorming lijkt ons de aanpassing weinig waarschijnlijk maar we zijn er wel op In geval van twijfels kan u de boekhouding voorbereid. van DMOS-COMIDE contacteren op e-mail adres dmos.comide@skynet.be of telefoneren naar Jan De Broeck of Peter Goossens.
2/2010
Reeds nu staat op uw rekeninguittreksel het IBAN-bankrekeningnummer en de BIC (Bank Identifier Code) van uw bank vermeld. Ook de overschrijvingsstroken zullen worden aangepast. DMOS-COMIDE zal in deze overgang noch koploper, noch staartrijder zijn. Wij vermelden alvast ons IBAN-bankrekeningnummer en BIC op onze website en in onze colofon. U beslist voor een stuk zelf wanneer u overschakelt.
Zolang u zelf met het oude systeem betaalt, blijft u storten op ons rekeningnummer 435-8034101-59. Als u opteert voor het IBAN-systeem, betekent dit dat vanaf dat ogenblik al uw betalingen met IBAN-bankrekeningnummers zullen gebeuren: zowel uw eigen opdracht als de rekening van de begunstigde worden dan in IBAN-formaat ingegeven. Voor DMOS-COMIDE wordt dit BE84 4358 0341 0159 en de BIC-code is KREDBEBB. Als wij merken dat de IBANoverschrijving de norm wordt, zullen wij ook ons overschrijvingsformulier dat u in bijlage aantreft, aanpassen.
405.416,74 802.543,40 373.326,60 437.485,99
404.727,09 779.846,80 356.206,60 367.725,70
21.295,00 16.912,03
21.295,00
14.500,00 81.340,31
14.500,00
10.000,00 62.246,74 13.674,92 20.255,56 2.258.997,29
689,65 22.696,60 17.120,00 69.760,29
16.912,03
81.340,31
1.944.301,19
10.000,00 62.246,74 13.674,92 20.255,56 314.696,10
Midden-Oosten Libanon India en naburige landen India Nepal Indochinees schiereiland Cambodja Thailand Zuidoost Aziatische eilanden Filipijnen Oost-Timor Totaal Azië
45.641,15 33.463,37
45.641,15 33.463,37
232.253,85 9.109,60 2.733.441,31
1.983.194,90
232.253,85 9.109,60 750.246,41
TOTAAL
8.388.716,86
5.936.459,72
2.452.257,14
10.814,20 2.397.525,88 4.633,26
SAMEN OP WEG
Tussen 28 januari 2008 en 31 december 2010 migreren alle Europese banken naar een "Single Euro Payments Area". Dit betekent dat vanaf 1 januari 2011 alle betalingen binnen deze zone als interne betalingen zullen beschouwd worden, zonder bijkomende kosten. Daartoe is het nodig dat in alle landen de bankrekeningnummers aangepast worden tot een uniek systeem met controlekarakters, met name het IBAN-systeem (International Bank Account Number).
10.814,20 1.983.194,90
414.330,98 4.633,26
7
DMOS2-2010_DEF:Opmaak 1
ZUID
19-06-2010
09:38
Pagina 8
HAÎTI
SAMEN HAÏTI WEER OPBOUWEN
In april verzamelden alle salesiaanse NGO’s uit Europa en de VS in Haïti voor een ‘rondetafelconferentie’. Samen met de salesianen werden concrete afspraken gemaakt om de wederopbouw van het zwaar getroffen land te coördineren. DMOS-COMIDE was ook van de partij.
Voordien bezochten de deelnemers de getroffen scholen in en rond de hoofdstad Port-au-Prince. Nogmaals wordt duidelijk welke ravage de 32 seconden durende aardschok aangericht had: minstens 230.000 doden, 316.000 gewonden verzorgd in een ziekenhuis of mobiele medische post, 1,5 miljoen mensen wonen in vluchtelingenkampen. Het presidentiële paleis, de kathedraal en 90 % van de scholen in en rond de hoofdstad werden vernietigd, symbolisch voor de politieke overheid, de kerk en het onderwijs die letterlijk en figuurlijk in puin liggen. Overal ligt nog puin van ingestorte gebouwen, met eronder nog steeds lijken. Hier en daar wordt het puin geruimd … met bezem en schop. De regering blijft onmachtig om echt hulp te bieden en de heropbouw te coördineren. Het land blijft afhankelijk van buitenlandse hulp. De grote uitdaging wordt om de inwoners van Haïti te ondersteunen zodat zij zelf hun land kunnen heropbouwen en hun lot (eindelijk) in eigen handen kunnen nemen.
“De grote uitdaging wordt om de inwoners van Haïti te ondersteunen zodat zij zelf hun land kunnen heropbouwen en hun lot (eindelijk) in eigen handen kunnen nemen.” Hieraan willen we met DMOS-COMIDE meewerken. Net als in de andere landen waar we actief zijn, werken we samen met lokale partners, gecoördineerd door het ontwikkelingsbureau. Dit bureau onder leiding van Haïtianen leidt de heropbouw en volgt de financiën op. Het werd versterkt met een team van ingenieurs, architecten en projectleiders en
8
wordt begeleid door ervaren medewerkers uit het buitenland. Eén van hun hoofdopdrachten is scholen te bouwen die bestand zijn tegen nieuwe aardschokken en de orkanen die elk jaar opnieuw het schiereiland teisteren. Eén van de projecten is de heropbouw van de school en het internaat in Gressier, een stadje op 20 km van de hoofdstad in een vruchtbare landbouwzone, vlakbij het epicentrum van de aardbeving. Omwille van de gunstige ligging en vlotte bereikbaarheid, zeker vanuit de volksbuurten van de hoofdstad, wordt deze school als eerste terug opgebouwd en uitgebreid. Met DMOS-COMIDE willen we helpen bij de heropbouw en het terug in werking stellen van de ‘école fondamentale’ voor leerlingen van 6 tot 15 jaar. Ook de zwaar getroffen technische school ENAM en de werken van OPEPB en Lakay in het centrum van de stad zullen heropgebouwd worden. Eerst wordt uitgekeken naar een geschiktere locatie voor ENAM. Pas daarna kunnen de terreinen die door de verhuis vrijkomen, gebruikt worden om de scholen van OPEPB en het project voor straatkinderen LAKAY meer ruimte te geven. De sporen van de aardbeving blijven overal zichtbaar. Maar meer en meer wordt de heropbouw zichtbaar en dat geeft de mensen terug hoop. Een belangrijke stap was de heropstart van de scholen. Aan ons nu om de Haïtianen de komende jaren alle kansen en steun te geven opdat ze hun land kunnen heropbouwen en eindelijk hun lot in eigen handen nemen.
09:38
Pagina 9
Van 17 tot 24 maart, een maand na de aardbeving, bracht DMOS-COMIDE samen met Farnières-Haïti een terreinbezoek aan Haïti. Enkele fragmenten uit het verslag: WOENSDAG 17 MAART Langzaam nadert het vliegtuig de luchthaven van Port-au-Prince. Vanuit de lucht vallen onmiddellijk de blauwe en witte zeilen van de vele tentenkampen op. Ook in elke tuin, op elk stukje open ruimte zien we tenten en dekzeilen, overal. In Haïti valt de nacht om 18u00. Na onze bagage opgepikt te hebben in de voorlopige ontvangsthal (de vroegere cargoruimte) maken we buiten een eerste maal kennis met de drukte van de hoofdstad. We zijn een maand na de aardbeving, vanaf morgen reizen we het land door om de schade op te meten en te zien waar we kunnen helpen.
VRIJDAG 19 MAART Nadat we gisteren kennis gemaakt hebben met het ontwikkelingsbureau, bezoeken we vandaag de zwaar getroffen Salesiaanse scholen in en rond Port-au-Prince. De eerste stop is Gressier. Het internaat ligt volledig in puin, de eetzaal en polyvalente zaal zijn door de schok 10cm verplaatst. De internen, die niet naar huis kunnen, leven in tenten. De lessen en de studie gebeuren onder een zeil. Daarna terug de 4x4 in richting centrum Port-au-Prince. Op de middenberm van de weg langs de kust zijn mensen volop bezig tenten te bouwen met restafval. Kilometers lang. Elke vrije ruimte wordt opgevuld met doeken, zeilen en tenten. Onze bestemming, Thorland, was ooit een oase in de stad: een jeugdcentrum met enkele sportvelden, een groene speelplaats en open ruimtes. Nu wonen hier 12.000 mensen in tenten. Het is regenseizoen. De sportterreinen zijn herschapen in een modderpoel. Opzij staan enkele grotere tenten waar moeders met hun baby’s wachten op medische hulp. Bij de enige pomp staan mensen zich te wassen, anderen komen water halen. Overal spelen kinderen. In een tent van enkele vierkante meters woont een gans gezin, met niets meer dan een zeil boven het hoofd, wat kleren en wat dekens. Aan de ingang van het domein is het Mexicaanse leger neergestreken. In een legerkeuken worden elke dag 9.000 maaltijden bereid en uitgedeeld. Alles verloopt rustig. Net als in het ganse tentenkamp trouwens. Malaria, tyfus, complicaties bij zwangerschap en diarree zijn de meest voorkomende medische problemen in het kamp. Bij het verlaten van het terrein wassen we onze handen met desinfecterende zeep. Hopelijk zijn alle bacteriën weg, maar de beelden blijven ons voor ogen staan. Dit laat je niet meer los. We rijden door naar ENAM. Ooit de modelschool voor het technisch onderwijs voor het ganse land. In september was net een volledig nieuw hoofdgebouw ingehuldigd. Nu ligt alles in puin. Hier stierven 250 leerlingen. Ze werden midden op de speelplaats in een massagraf begraven. De mensen die dit alles meegemaakt hebben, kunnen niet zwijgen over het moment van de aardbeving. Iedereen wil zijn verhaal kwijt. Wij kunnen alleen maar sprakeloos luisteren.
ZONDAG 21 MAART In de namiddag staat het bezoek aan een tweetal scholen van de zusters van Don Bosco op het programma. Van de school in Pétionville rest nu enkel nog een kale vlakte. De school is volledig ingestort en nadien door de Italiaanse burgerbescherming opgeruimd. Gelukkig vielen er geen slachtoffers. De klassen waren net afgelopen, alle leerlingen stonden op de speelplaats. De zusters zelf wonen in tenten, hun kapel is een tent en hun woonkamer een tentzeil. Eén van de zusters toont een kruisbeeld met een gebroken Christusbeeld: “Zelf Jezus verloor zijn handen tijdens de aardbeving” vertelt ze er bij. In afwachting dat de scholen terug beginnen, zijn de zusters alvast gestart met speelpleinwerking. Op die manier hebben de kinderen iets om handen. Honderden kinderen spelen, lachen en maken er plezier. Achteraan staan al drie van de meer dan tien grote witte tenten waar straks les in moet gegeven worden. Om de ouders wat moed te geven, zijn de zusters alvast met de inschrijvingen begonnen voor de school. Op twee dagen tijd kregen ze meer dan 1.800 aanvragen … Wanneer we de volgende dag huiswaarts keren, blijven de pakkende beelden op ons netvlies gebrand. Hier is nog veel werk te doen. Luk Delft
2/2010
19-06-2010
SAMEN OP WEG
DMOS2-2010_DEF:Opmaak 1
Sinds 1935 helpen de Salesianen Haïti. Ook vandaag laten wij de getroffen bevolking niet in de steek. DMOS-COMIDE organiseert daarom in Vlaanderen de solidariteit met de Salesiaanse werken in Haïti.
9
DMOS2-2010_DEF:Opmaak 1
NOORD
19-06-2010
09:38
Pagina 10
SCHOOL-VOOR-SCHOOLPROJECT
EEN SCHOOL-VOOR-SCHOO EEN GELEIDELIJK GROEIPROCES Zoals dat gaat bij alle pilootprojecten moet je door een fase van ‘trial and error’. In deze terugblik zetten we de ‘grote zoektocht’ van twee werkgroepen mondiale vorming in de kijker. Zij probeerden via een school-voor-schoolproject hun werking rond mondiale vorming op te starten.
PROCESBEGELEIDING ROND MONDIALE VORMING
“We willen als NGO graag onze maatschappelijke verantwoordelijkheid opnemen en scholen sterker maken in het opvoeden van hun leerlingen tot actieve wereldburgers.”
Toen in 2008 ons splinternieuw programma voor de Noordwerking van start ging, zochten we scholen die op zoek waren naar begeleiding rond mondiale vorming. Zo wilden we als NGO graag onze maatschappelijke verantwoordelijkheid opnemen en scholen sterker maken in het opvoeden van hun leerlingen tot actieve wereldburgers. Ons plan was om met een werkgroep van leerkrachten, al of niet vergezeld van een directielid, een meer gedragen werking rond mondiale vorming uit te bouwen.
SCHOOL-VOOR-SCHOOLPROJECT Vier scholen gingen in op onze uitnodiging. Twee van hen kozen ervoor om onmiddellijk hun startende werking rond mondiale vorming op te hangen aan een school-voor-schoolproject. We probeerden een match te maken tussen Don Bosco Halle BUSO en Don Bosco Ebolowa in Kameroen en ook tussen Don Bosco Helchteren en Don Bosco Gatenga in Rwanda. Alle partners waren bereid om elkaar te leren kennen, maar de manier waarop dit kon gebeuren was nog onbepaald.
DON BOSCO HALLE BUSO EN DON BOSCO EBOLOWA
op een website en nodigden de school in Kameroen uit om daar te gaan kijken. De werkgroep had samen met de procesbegeleidster van DMOS-COMIDE de krijtlijnen uitgezet. Ze wilden vooral een uitwisseling opzetten rond gelijkenissen en verschillen. Daardoor wilden ze een ‘vreemde cultuur’ minder vreemd maken en de BUSO jongeren met een lichtmentale handicap over de muur laten kijken van hun eigen leefwereld. Een typische doelstelling van mondiale vorming. Wat de school in Kameroen juist verwachtte werd niet gevraagd. Ze veronderstelden dat de school in Kameroen zich ook zou voorstellen en iets gelijkaardig zou kunnen opsturen. COMMUNICATIE Oorspronkelijk verliep de communicatie van directeur tot directeur. Met ondersteuning van de leerkrachten werden er e-mails opgesteld. Het adres van het filmpje op de website werd toegestuurd en de verwachting geformuleerd om ook van hen informatie te krijgen. TELEURSTELLING Toen pas enkele maanden later een reactie kwam en er vijf fotootjes in de bijlage zaten was er teleurstelling. De dynamiek van de werkgroep viel wat stil en de motivatie om movo tot bij de leerlingen te brengen was nog veraf.
VERWACHTINGEN De school voor buitengewoon onderwijs, Don Bosco Halle BUSO, wilde voor hun leerlingen een aangepaste werking rond mondiale vorming opstarten. In een uitwisseling met een technische en beroepsschool in Kameroen zagen ze wel iets. Het plan rijpte om vooral met het vijfde jaar houtbewerking aan de slag te gaan. Zo maakten ze een filmpje waar een leerling uit de houtbewerking centraal stond. De camera volgde hem aan het begin van de schooldag, zoemde op hem in tijdens het werken in het houtatelier en op de speelplaats. Dit plaatsten ze
Scholen: DMOS-COMIDE steunt scholen in hun denkproces hoe leerlingen te kunnen opleiden tot verantwoordelijke wereldburgers, die zich bewust zijn van onze impact op het Zuiden. 10
DMOS2-2010_DEF:Opmaak 1
19-06-2010
09:38
Pagina 11
OOLPROJECT STAP VOOR STAP Na een stevige evaluatie kon de werking bijgestuurd worden. Los van de reacties uit Kameroen zou Ebolowa toch in de kijker geplaatst worden voor leerlingen en leerkrachten. En een bredere werking rond mondiale vorming uitbouwen in de eigen school stond op nr. 1. De eerste stap hierin was de projectdag rond ‘Saved by the bell’. Op de internationale dag van de leerkracht werd het belang van onderwijs centraal gesteld: iedereen heeft recht op onderwijs!
“Op de internationale dag van de leerkracht werd het belang van onderwijs centraal gesteld: iedereen heeft recht op onderwijs!”
TOEKOMST Via onze zuidmedewerker werd er een bezoek geregeld tussen de prefect, een Poolse Salesiaan uit Ebolowa en de school in Halle. Dit rechtstreekse contact was hartverwarmend en zal ongetwijfeld een volgende stap mogelijk maken.
DON BOSCO HELCHTEREN EN DON BOSCO GATENGA VERWACHTINGEN In Don Bosco Helchteren TSO/BSO hadden ze jarenlang een project in Roemenië gesteund. Jaar naar jaar leverden sponsortochten en leveringen van bevriende bedrijven uit de buurt materiaal. In de vakantie trokken enkele leerkrachten en leerlingen dan naar Roemenië om effectief iets te bouwen of op te knappen. Doordat er zoveel vooruitgang was geboekt en omdat Roemenië toetrad tot de EU ging men op zoek naar een nieuwe uitdaging. Zo wilden ze contacten leggen met het Don Bosco jongerencentrum in Gatenga in Rwanda en in een eerste stap elkaar wat beter leren kennen.
GEEN TELEURSTELLING Doordat de verwachtingen niet te hoog gespannen zijn en de communicatie zonder veel misverstanden verloopt, is in dit schoolvoor-schoolproject niet echt ‘frustratie’ te bespeuren. STAP VOOR STAP De directeur van Gatenga kon op het einde van vorig schooljaar aanwezig zijn op de slotviering en ontving er de opbrengst van de sponsortocht. Hij gaf een gouden tip: investeer een gedeelte van uw opbrengst in een vliegtuigticket naar Rwanda, want wij vinden het even belangrijk om elkaar te ontmoeten en zo van elkaar te leren!
Lut VAN DAELE SCREENING VAN EEN SC HOOL-VOOR -SCHOOLPR WELKE STRUIK OJECT ELBLOKKEN? • Communiceren in een taal die door beide part goed beheerst ijen niet wordt, creëert misverstanden. • Wij vinden planni ng en deadlines richtinggevend, flexibiliteit norm zij vinden aal. • Wij vragen zonder omwegen wat w e willen. Zij durv weigeren en ze en niet ggen ja, ook al willen/kunnen niet op ingaan. ze er eigenlijk • Wij willen onze blik verruimen en wereldburge Zij vinden uitwiss rs vormen. eling tussen leer krachten vooral • Financiële hulp cr in teressant. eëert een onge lijke relatie. WELKE KANSE N? • Een ideale kans om • Een ideale kans het Zuiden een gezicht geven om een genuan ceerder beeld te over N/Z vormen • Een ideale kans om van elkaar te le TIPS ren in twee richt ingen • Geef het groeipro ces tijd • Schakel taalleerkr • Laat niet heel uw achten mee in voor de communicat ie schoolwerking rond movo afha het al dan niet ngen van slagen van een school-voor-sc • Elkaar in werke hoolproject lijkheid ontmoe ten vergemakke samenwerking lijkt de • Groei naar elkaar toe, door aan de verwachtin beide partners gen van tegemoet te ko men. Meer info: katr ien.dewilde@dm os-comide.org
2/2010
Het was erg fijn dat de school in Ebolowa ook op diezelfde dag activiteiten organiseerde om het belang van onderwijs in de kijker te zetten bij de eigen leerlingen en personeel. De communicatie was wat aangezwengeld met hulp van DMOS-COMIDE. Ook het feit dat we de educatieve pakketten die Studio Globo ter beschikking stelde om deze dag inhoud te geven konden doorsturen omdat ze ook in het Frans ter beschikking waren, werkte erg positief. Zo kreeg de school van Ebolowa hierbij ook educatieve ondersteuning en namen ze deze kans met beide handen aan. Op deze manier werd er een krachtig eerste moment van verbondenheid gecreëerd.
COMMUNICATIE Doordat de directeur van het centrum een Vlaamse Salesiaan is en er ook een Waalse dame daar als vrijwilligster sinds enkele jaren woont, verliep de communicatie zonder te veel misverstanden. DMOS-COMIDE nam meestal hiervoor het initiatief.
SAMEN OP WEG
Marc Van Laere van onze zuiddienst stelde enthousiast de school van Ebolowa in zijn brede context voor. Zo maakten leerlingen en leerkrachten kennis met de ‘zusterschool’ en zag men gelijkenissen en verschillen tussen Vlaamse en Kameroense schoolgaande jeugd. In een tweede activiteit brainstormden de leerlingen met hun vakleerkrachten over hun motivatie om naar school te gaan. Dit schreven ze op grote tekstballonnen. Vaak zeiden ze niet zo gemotiveerd te zijn, maar vonden ze het toch erg belangrijk om naar school te kunnen gaan.
11
DMOS2-2010_DEF:Opmaak 1
NOORD
22-06-2010
22:12
Pagina 12
VRIJWILLIGERS
EEN VERRIJKENDE ERVARING IN RWANDA In 2008 besloten Liesbeth en Wouter naar het buitenland te vertrekken en vonden in DMOS-COMIDE de ideale partner om hun droom waar te maken. Na een relatief korte maar intense voorbereiding, vertrokken ze naar het Centre des Jeunes de Gatenga in Kigali (Rwanda).
HET JONGERENCENTRUM VAN GATENGA Het is een salesiaans centrum, opgericht en geleid door de salesianen van Don Bosco, gelegen op een groot domein van ongeveer tien hectare aan de rand van de stad en omgeven door de vele heuvels die Rwanda zo typeren. Bij aankomst op het centrum valt het grote Don Bosco beeld als eerste op. Verder staan er op het terrein de gebouwen van de gemeenschap, de schoolgebouwen waar beroepsopleiding (lassen, naaien, schrijnwerkerij, secretariaat, constructie, elektriciteit en agri-cuisine) gegeven wordt, het internaat, de kapel, de gebouwen voor de landbouwactiviteiten en sportvelden. Oorspronkelijk was het vooral moerasgebied, maar dat is recent gedeeltelijk drooggelegd. Die extra gronden worden nu bewerkt om eten te hebben voor de leerlingen en ook voor de gemeenschap zelf. De meeste leerlingen zijn kansarme jongeren die soms zelfs hun lagere school niet hebben kunnen afmaken en voor wie het Centrum van Gatenga een laatste vangnet is om toch nog een scholing te krijgen. De aangeboden opleidingen zijn dan ook beroepsopleidingen met een stage tijdens het laatste jaar zodat de meeste leerlingen (+/- 85%) direct aan werk geraken. Met een 600-tal schoolgaande leerlingen, zowel internen als externen, bruist het centrum voortdurend van het leven. ’s Morgens vroeg komen alle kinderen samen aan het beeld van Don Bosco waar de
12
dag begint met een ochtendwoord, nadien beginnen de lessen. Als deel van hun opleiding of om hun studies te betalen, werken de kinderen ook mee op de velden. ‘s Namiddags worden er allerlei activiteiten georganiseerd (er is een groep "acrobaten", "tambourineurs", een zangkoor, voetbaltraining, ...). In de grote kapel op het domein komen mensen van de buurt naar de vieringen.
ZINVOLLE TAKEN Het was niet zo evident om in dit grote en drukke jongerencentrum snel onze plaats te vinden en we liepen er in het begin dan ook letterlijk en figuurlijk verloren. Van directeur pater Frans kregen we gelukkig veel tijd en vrijheid om Gatenga te leren kennen en te zoeken naar taken waarin we van nut zouden kunnen zijn. Wouter maakte een jaarplanning voor het onderhoud van de gronden en de landbouwpercelen. Normaal moest iedereen meewerken, maar wanneer er wat en wat wanneer gebeurde leek van ondergeschikt belang. Ook de leerlingen zouden op het veld moeten meewerken, maar tijdens de uren dat ze er moesten zijn, waren ze meestal zoek of plots met iets anders –dringend natuurlijk…- bezig. Het Afrikaanse
09:39
ritme bestaat... Yes we can... but when ??? Het gaf veel voldoening om te zien dat op het einde van ons verblijf de velden er verzorgder bijlagen dan in het begin en het aanbod en de opbrengst groter waren.
Pagina 13
Onze dagelijkse leefwereld speelde zich af in de Salesiaanse gemeenschap waardoor het soms moeilijk was om voeling te krijgen met de plaatselijke cultuur. Regelmatig gingen we ’s avonds buiten om ergens op een bank een pintje te drinken, naar de mensen te kijken en –nog meer– bekeken te worden. Daarbij viel het ons op dat Rwandezen niet zo’n open boek zijn zoals we ons de Afrikanen voorstelden. De geschiedenis en de huidige situatie zorgen blijkbaar voor het nodige wantrouwen. De taalbarrière en cultuurverschillen maakten het soms moeilijk om een ongedwongen en open gesprek te hebben. Toch hebben we veel mensen leren kennen: de paters en broeders van de gemeenschap, de collega’s van het werk, de plaatselijke cafébaas (die onze bestelling al klaarzette als hij ons zag aankomen) alsook enkele Belgische expats. We bezochten vaak plaatsen waar het leek of ze nog nooit een blanke (“muzungu”) gezien hadden. Kinderen wilden aan onze haren voelen en onze mouwen opstropen om te zien of het daar even wit was. Al deze ervaringen en kennismakingen maakten veel indruk op ons en we keken dan ook erg uit naar het bezoek van onze familie om dit alles met hen te delen. Ook al om nog eens een gewoon gesprek te hebben in onze eigen taal, met mensen die we goed kennen. Want soms was het wel wat eenzaam, zelfs met ons twee.
“Het Afrikaanse ritme bestaat... Yes we can... but when ???”
Liesbeth werkte in het sociale bureau, waar men een luisterend oor biedt aan en oplossingen zoekt voor de kinderen met problemen (vooral van materiële aard zoals geen woonst of eten hebben, schoolgeld niet kunnen betalen,…). Soms gingen we op huisbezoek om te bemiddelen bij familiale problemen. Er is veel armoede, maar anderzijds was het ontroerend om te zien welk een grote solidariteit er is. Daarnaast werkte zij ook in een psychotherapeutisch centrum, soms om patiënten te zien, maar voornamelijk om supervisie en opleiding van de verpleging te doen. Het was boeiend en gevarieerd werk, maar niet altijd gemakkelijk omwille van het cultuurverschil en het verschil in werkritme. Je boos maken is “not done”. Het levert je meewarige blikken op en de commentaar dat je “patience” moet hebben. Geduld is er een ware deugd! Maar we raakten gewoon aan het trage ritme en de daar bijhorende frustraties. Dus als onze Rwandese collega’s pas om 11u toekwamen op het werk (i.p.v. om 7u30!) omdat het te fel regende, maakten we ons al minder druk. Werkuren zijn in Rwanda blijkbaar flexibeler dan hier in België.
“Kinderen wilden aan onze haren voelen en onze mouwen opstropen om te zien of het daar even wit was.”
Samen met de familie hebben we heel het land doorkruist: prachtige landschappen gezien, een vulkaan beklommen (en toen toevallig op een groep gorilla's gestoten), naar het kivumeer geweest, gewandeld in het regenwoud, veel dieren gezien in het wildpark, ...
AANWEZIG VERLEDEN In april maakten we de “week van de nationale rouw” mee (een week waarin de genocide van ’94 herdacht wordt). Er heerste een alomtegenwoordige sombere sfeer en het leven leek stil te liggen: er mocht geen vrolijke muziek gedraaid worden, de winkels waren maar beperkt open, mensen werden verplicht om naar de herdenkingsvieringen te gaan en werden ’s avonds door de politie uit het café gehaald om hieraan deel te nemen,… Veel overlevenden kwamen getuigen op radio, tv en in de talrijke avondwakes, waarvan we er één bijwoonden. De sfeer is gespannen en de oude wonden zijn duidelijk nog niet geheeld. Ook voor de aanwezige Europeanen is het niet gemakkelijk aangezien zij door de regering als medeschuldigen worden aangewezen.
RELATIVERING
2/2010
19-06-2010
SAMEN OP WEG
DMOS2-2010_DEF:Opmaak 1
Het levensritme in Rwanda is veel trager. Wat komt, komt en wat niet komt, komt niet. Berusting? Er is ook weinig oog voor het esthetische. Meer overleven dan leven? Toch voelden we ons alsmaar meer thuis en raakten gewoon aan het Afrikaanse ritme en de gewoontes. Koude douches, gekko’s in de badkamer, kapotte toiletten, stroompannes, ... werden voor ons normaal. Onze tijd in Rwanda was een prachtige ervaring en het afscheid was niet gemakkelijk. We zijn heel dankbaar voor de kans die we kregen en blij met de opgedane ervaring. Een verrijking!
Liesbeth Santermans en Wouter Gijsenbergs
Vrijwilligerswerk in het Zuiden Wie het voelt tintelen in de tenen om ook voor een periode van tenminste een half jaar naar Afrika, India of Zuid-Amerika te trekken, surft naar www.dmos-comide.org 13
DMOS2-2010_DEF:Opmaak 1
NOORD
22-06-2010
22:12
Pagina 14
ACHTERBAN
ONEERLIJK VERDEELD Eén van de acties gezien op de TV naar aanleiding van de Wereldwaterdag: 400 studenten bleven drie minuten stil staan op de markt van Sint Truiden en wilden daarmee de aandacht vestigen op het waterprobleem. Ik hoop dat het niet zó maar een stunt was, maar dat de sensibilisatie iedere kijker én deelnemer aansprak. Iets meer dan een half jaar geleden werd ik op 9000 km van thuis geconfronteerd met een schrijnend watertekort en hoe levensnoodzakelijk het voor mensen uit Madagaskar wel is. Door gebrek aan sanitaire voorzieningen sterven meer dan de helft van de kinderen onder de vijf jaar aan diarree. Als ze dorst hebben putten ze water uit een riviertje dicht bij hun huis zelfs al is dat verre van schoon. Huidinfecties en aandoeningen aan de luchtwegen zijn het gevolg van al die verontreinigde waterbronnen. We bezochten een nomadenstam in het Zuidwesten van dit Rode eiland. Al vele weken waren de mannen aan het graven. Ze zaten al twintig meter diep maar water bleef uit. Ik zal nooit die gelukzalige gezichten vergeten toen we onze jerrycans leeggoten in hun bidons. De altijd lachende kinderen, gekleed in lompen, zagen er vuil en bestoft uit, hadden verwondingen aan de voeten en snottebellen aan de lopende meter. Maar er ging een warmte van hen uit die wij hier in het kille Westen missen.
Toen voelde ik ook een wee gevoel: hoe zouden we ginds moeten uitleggen dat wij hier zomaar negen liter drinkbaar water doorspoelen na elk toiletgebruik. Zouden zij het begrijpen dat wij koning auto zullen ontdoen van vrieszout en slijk en daarbij ettelijke emmers mooi drinkbaar water zullen gebruiken? En wat dan te zeggen van onze “heerlijke douche” na een uurke joggen waarbij drinkbaar water met liters over onze toch zo bezweette huid stroomt? Zou het écht niet anders en met wat minder kunnen? Je moet eerst eens met hele families uren blootsvoets meestappen, zeulend met allerlei potten en zware reservoirs, kilometers ver door distels en savannegras om water te halen. In vergelijking met ons paradijs is de situatie ginds niet alleen pijnlijk maar ook wraakroepend. Wat voor problemen maken wij van futuliteiten wanneer die mensen iedere dag opnieuw geconfronteerd worden met hóe te overleven. Waarom is alles in de wereld zo oneerlijk verdeeld? Wie zei ook weer dat een Derde Wereldoorlog over water zou gaan? Ondertussen heeft de Oostendse Animatiecel de schouders gezet onder een project voor de opvang van straatmeisjes in Gabon. De Zusters van Don Bosco willen een aantal meisjes een studiebeurs bezorgen, financiële hulp bieden aan schoolverlaters en via microkredieten meisjes in staat stellen om na hun vorming een eigen winkeltje op te zetten. In ruil vertrekt Frits in juli op pelgrimstocht van Oostende naar de Mont-Saint-Michel. Storten kan op 435-8034101-59: vermelden: Frits Gabon.
“Hoe zouden we ginds moeten uitleggen dat wij hier zomaar negen liter drinkbaar water doorspoelen na elk toiletgebruik.”
Een spreker nodig voor uw vereniging? Boek op 059/80.25.17 en Frits opent zijn rugzak vol verhalen: een ludieke kijk in de rugzak van een pelgrim.
Miet Provoost
14
DMOS2-2010_DEF:Opmaak 1
19-06-2010
09:39
Pagina 15
IN MEMORIAM
DEWERELD.BE
IN MEMORIAM DEWERELD.BE VAN VRIJWILLIGSTER TOT MEDEWERKSTER
Van 1964 tot 1968 realiseerde hij zijn levenswerk. Hij bouwde de grote en welbekende Cité des Jeunes van Lubumbashi. Hij zocht hiervoor zelf de middelen bijeen in Lubumbashi maar ook in Europa. Hij leidde de bouwwerken met werkloze jongeren, tekende ’s nachts de plannen en maakte tussendoor de rapporten voor de sponsors en organisaties. Eind 1968 keerde hij terug naar Europa en startte hij, samen met Pater Rik Renckens, een klein bureau dat zich toespitste op het zoeken naar financiële middelen voor de educatieve activiteiten van de salesianen in Congo. Met de jaren groeide dat bureau tot de grote NGO die we vandaag zijn geworden. Eind jaren 80 ging hij op pensioen maar... hij bleef zorg dragen voor meerdere initiatieven voor de armsten in het Zuiden. De raad van bestuur, de directie en het personeel van DMOS-COMIDE willen hun enorme dankbaarheid aan Gerrit uitdrukken voor het prachtige werk dat hij ons heeft nagelaten en dat wij, dag na dag, verder mogen dragen en ontwikkelen.
Katrien De Wilde 2/2010
Hij werd geboren op 27 december 1925. In 1955 trok hij naar Congo. Daar startte hij de afdeling “bouw” van de technische school van Salama (Lubumbashi). Van 1961 tot 1964 was hij professor in het salesiaans vorming- en studiehuis van filosofie te Kansebula .
Van 1 oktober tot 2 april ging ik naar Togo om aan vrijwilligerswerk te doen. Ik kwam in contact met Marc Van Laere van DMOS-COMIDE die me een concrete plaats voorstelde waar ik me dienstbaar kon maken. Ter plaatse werd ik helemaal bevangen door het ontwikkelingswerk. Ik wist dat dit de weg was die ik verder wilde ontdekken en bewandelen. Eens terug thuis ging ik onmiddellijk op zoek naar werk in deze sector. Ik zag dat er bij DMOS-COMIDE een vacature was voor educatieve medewerkster. Mijn ervaring als GON-begeleidster zou me hier dus zeker nog goed van pas komen. Ik waagde mijn kans en werd aangenomen. Sinds 10 mei ben ik aan de slag. Er is een nieuwe wereld voor me aan het opengaan. Ik vind het tot hiertoe allemaal heel leuk en spannend. In de toekomst zullen jullie dus zeker nog meer van me horen.
VROUWENSTEM TIJDENS WK VOETBAL 2010
SAMEN OP WEG
Op vrijdag 28 mei in de vroege ochtend overleed in het rusthuis van Bladel (Nederland) Gerrit Van Asperdt, de stichter van DMOS-COMIDE.
Kick it up! is een Zuid-Afrikaans project dat is opgezet door Global Girl Media, een organisatie die begin 2009 is opgericht in de Verenigde Staten met de bedoeling jonge vrouwen een stem te geven door hen digitale media te leren gebruiken. Hiervan kregen 20 kansarme tienermeisjes een speciale mediaopleiding van ZuidAfrikaanse journalisten, sportcommentaren en belangrijke figuren uit de vrouwensport over alle aspecten van de berichtgeving, ook bloggen en video's monteren. Tijdens het wereldkampioenschap voetbal is het dan de bedoeling dat de meisjes berichtgeving doen maar ze kunnen tevens verhalen over hun eigen leven vertellen. Via verschillende mediakanalen zal het materiaal dan verspreid worden zoals de grote Amerikaanse sportzender ESPN, een van de partners van Global Girl, de videosharingsite YouTube en diverse blogs.
15
DMOS2-2010_DEF:Opmaak 1
Driemaandelijks tijdschrift Verantwoordelijke uitgever:
19-06-2010
09:39
Pagina 16
Achttiende jaargang nr 2 Omer Bossuyt Leopold II-laan 195 B 1080 Brussel info@dmos-comide.org telefoon: 02 427 47 20 bankrekn.: 435-8034101-59 IBAN : BE84 4358 0341 0159 BIC : KREDBEBB
SAMEN OP WEG België - Belgique P.B. - P.P. Gent X 3/1751 Afgiftekantoor Gent X ISSN=1370-5814
Françoise Léonard / Katrien De Wilde / Luk Delft,Wouter Gijsenbergs, Liesbeth Santermans, Miet Provoost en Lut Van Daele / Goossens / Anderz, Evergem / Geers Offset, Oostakker / derde kwartaal 2010 /
Françoise Léonard, Eric Joris, Jan De Broeck, Jan De Broeck en Peter ‘Faire Route Ensemble’ /
Don Bosco Noord-Zuid
SAMEN OP WEG
P 602488
2
Overeenkomstig de wet van 8 december 1992, die de bescherming van de persoonlijke levenssfeer regelt, werd uw naam opgenomen in ons adressenbestand. We gebruiken deze gegevens alleen voor de verspreiding van informatie inzake onze activiteiten. U heeft onbeperkt toegangs- en correctierecht van de door ons over u bewaarde informatie. TWEEDE KWARTAAL 2010
vamac z.i. mandeldal I. de raetlaan b-8870 izegem
Driemaandelijks tijdschrift: Achttiende jaargang nr 2
nv
Tel. 051 31.06.72 - 3 Fax 051 31.21.69
een blad als geen ander
DE BACKER & Co BVBA DUBA
Pompen voor ontwikkelingsprojecten Kasteeldreef 1 B-9230 Wetteren Tel. (09) 369.34.96 / Fax (09) 369.57.52 16
www.kbc.be Vereniging voor Ethiek in de Fondsenwerving