2005_08_doorbraak

Page 1

België-Belgique P.B. Antwerpen X 8/2828

ISSN 0012-5474

Vlaanderen staat in Europa

8

Maandblad September 2005 Afgiftekantoor Antwerpen X Passendalestraat 1a 2600 Berchem

DE

LUIDRUCHTIGEN ...

Koning Albert verwees naar aanleiding van de Belgische nationale feestdag naar een enquête in maart 2005, waar op de vraag ‘Moet België volgens u één blijven?’ 87 % bevestigend zou hebben geantwoord. Het maakt wel indruk, een koning die zijn rijk en zijn kroon rechtvaardigt door te verwijzen naar een opiniepeiling. ‘Volk wil dat België blijft’, kopte Het Laatste Nieuws de dag nadien. Niet zonder trots voegde men daaraan toe dat de peiling er één was ‘van deze krant, samen met VTM, La Libre Belgique en RTL-Tvi’, en bij onder anderen 750 Vlamingen werd gehouden tussen 9 en 17 maart. ‘Alhoewel 13 % het tegenovergestelde denkt, en dat soms luidruchtig te kennen geeft, mag men niet vergeten dat de overgrote meerderheid van onze bevolking de eenheid aankleeft’, aldus een optimistische Albert. We zijn niet ondeugend genoeg om te twijfelen aan de zin van dergelijke peilingen. Maar hebben de verfoeide luidruchtigen gelijk als ze opmerken dat het de moeite zou lonen eens een opiniepeiling te houden over vragen als ‘Gaat u ermee akkoord dat jaarlijks 12 miljard euro van Vlaanderen naar Wallonië stroomt?’, ‘Vindt u dat de sociale zekerheid moet gesplitst worden?’ of ‘Vindt u het logisch dat de minderheid van dit land de politieke agenda bepaalt?’. We willen genoemd onderzoek (uitgevoerd door Ipsos/Inra) niet vergelijken met de Stemmenkampioen, de wekelijkse internetbevraging waarmee Het Laatste Nieuws politiek verwart met commercieel geïnspireerde stemmingmakerij. De professoren Marc Swyngedouw (KU Leuven) en Carl Devos (U Gent) hebben – rijkelijk laat – brandhout gemaakt van dit ‘kansspel van de gokindustrie’ dat enkel wordt gevoed door een internetpanel (De Morgen, 28 juli) We willen wél de belgofiele waarheid van Albert en Het Laatste Nieuws

lichtjes nuanceren aan de hand van de resultaten van een bescheiden bevraging die Doorbraak bij 800 Vlamingen liet uitvoeren. Die peiling (zie www.doorbraak.org voor meer details) leerde dat circa 20 % ondervraagden vindt dat Vlaanderen onafhankelijk moet worden, terwijl 50 % daar (nog) geen voorstander van is. De overige 30 % is neutraal of heeft geen mening. Dat is toch een ietsje ander gegeven. Bovendien vond 52,3 % dat Vlaanderen meer bevoegdheden moet krijgen, terwijl maar 12,9 % daar niet mee akkoord ging. Iets waarover Zijne Majesteit op 21 juli blijkbaar helemaal niets te vertellen had. In het Vlaams Parlement vormen de partijen van confederalisten en nationalisten een meerderheid. Buitenlandse waarnemers (zie blz 14) zien dat België terminaal is. Vlaamse progressieven vinden nauwelijks nog argumenten om het thema te verdoezelen of te negeren. De jongste maanden zien duidelijk ook meer Franstaligen (zie blz 8) in dat Wallonië beter zelf voor zijn toekomst kan zorgen. Tussen 'met België als het kan' en 'zonder België, omdat het moet', ligt maar een dunne scheidingslijn. Het zijn niet alleen de ‘verzuurde’ separatisten die dit opmerken. Toch houdt Vlaanderen er best rekening mee dat zelfs vermolmde constructies tegen een stootje kunnen. Het verder overtuigen van de publieke opinie dat ook zij beter wordt van een autonomer of onafhankelijk Vlaanderen, het vinden van een consensus over het probleem Brussel, een realistisch werkpad uittekenen voor een haalbare afbouw van de transfers, het leggen van de nodige juridisch fundamenten om ook op internationaal vlak het Vlaamse autonomiestreven aanvaardbaar te maken, het blijven grote uitdagingen. Achter de schermen wordt hieraan gewerkt, maar aan welk tempo? Jan Van de Casteele


P

K

E R S W I J S

O R T

P ERSWIJS – K ORT

DOKTERS Mathias Danneels in Het Nieuwsblad, 11 augustus 2005. ‘Het Belgische kroonjuweel Electrabel komt volledig in Franse handen. Voor de zoveelste keer in de geschiedenis van 175/25 jaar België heeft de financiele as Brussel-Parijs voortreffelijk gefunctioneerd. Links of rechts zal hier en daar voor de schone schijn nog een occasionele ,,Flamand de service’’ worden verleid, maar echt veel te piepen heeft Vlaanderen niet, wanneer de echt grote energiejongens zich in de salons terugtrekken.’ Yves Leterme in Menzo, 30 juli: ‘Wij zijn niet meer de CVP van vroeger waarmee men zomaar kan “rammelen”. Er is vrijheid van meningsuiting in dit land en Elio zegt over de N-VA wat hij wil, maar ik zal daar absoluut geen rekening mee houden. Hij moet zwijgen over ons. Het is niet de man die José Happart in zijn partij gecultiveerd heeft die mij op dat vlak lessen moet lezen.’ Etienne Vermeersch in Humo, 19 juli: ‘Potentieel lopen er meer dan één miljard economische vluchtelingen op onze aardbol rond. Als we die allemaal welkom heten in het Westen, staan er in een mum van tijd vijftig of zestig miljoen aan onze Belgische deuren te kloppen. Als we de poorten van Europa wagenwijd openzetten, is het gedaan met onze sociale zekerheid’. Erik Donckier in Het Belang van Limburg, 22 juli : ‘We evolueren in snel tempo in de richting van twee regio’s die naast elkaar

bestaan, nog weinig gemeen hebben, hoogstens dezelfde koning delen, maar uiteindelijk uiteengaan. Daarna is zelfs geen koning meer nodig. Maar ja, wie is de dag van vandaag nog zeker van zijn job?’ Mathias Danneels in Het Nieuwsblad, 21 juli 2005: ‘Wie fier is Belg te zijn in dit land is géén bekrompen nationalist, wel integendeel. Het neo-Belgicistische status quo heet juist het toppunt van progressief postmodernisme te wezen. Wie fier is Vlaming te zijn daarentegen, is per definitie een achterlijke, xenofobe idioot die met zijn laarzen in de modder van de jaren dertig is blijven steken. Het spijt ons: we hebben deze kromme redenering nooit begrepen, we zullen ze nooit begrijpen en we willen ze zelfs niet begrijpen. Pijnlijk is verder dat de Franstalige pers maar blijft grossieren in aftandse clichés over de egoïstische Vlaming. Terwijl er weinig volkeren zijn die hun naaste buur zo solidair en gaarne blijven zien...’ Paul-Henry Gendebien in De Morgen, 16 juli: ‘En het federalisme dan? Relatietherapie om een mislukt huwelijk te rekken. Dat levert wat tijdwinst op, maar het huwelijk blijft evengoed gedoemd. Met iedere ronde van de staatshervorming nemen de tegenstellingen toe. Er is eigenlijk niets dat ons nog bindt. (...) Ik snap niet waarom er zo dramatisch wordt gedaan over een scheiding. Niks zo zielig als een koppel dat tegen zijn zin samen blijft wonen.’

Begin juli trok een massa Vlaamse studenten richting Heizel voor het toelatingsexamen geneeskunde. Bij de Franstaligen is dit examen er niet. Het zou er komen... na het eerste jaar. En dat terwijl er nu al één arts is voor 159 Brusselaars en één voor 233 Walen tegenover één voor 270 Vlamingen. Vlaanderen probeert ervoor te zorgen dat er niet te veel artsen afstuderen (over de volgende 7 jaar 272 minder dan het toegelaten contingent). In Wallonië is men daar nauwelijks om bekommerd, aldus dr. Louis Ide, ondervoorzitter van N-VA.

FLITSPALEN BIJ Vlaanderen plaatst de volgende maanden ruim 100 nieuwe flitspalen om in 2006 over bijna 1200 flitspalen te beschikken. Het veel dichter bevolkte Vlaanderen investeert hiermee in verkeersveiligheid, strakke handhaving en een hoge pakkans. De “opbrengsten” van die investering verdwijnen in het federale Verkeersveiligheidsfonds (het vroegere Boetefonds), dat vervolgens een deel weer ter beschikking stelt van de 196 politiezones. De verdeelsleutel die het Verkeersveiligheidsfonds daarbij hanteert, is nadelig voor Vlaanderen en zorgt ervoor dat Vlaanderen een veel kleiner deel terugkrijgt dan het bijdraagt.

JEUGDSANCTIERECHT Op 14 juli werd in de Kamer de wet op de jeugdbescherming goedgekeurd. Met de verzuchtingen van het Vlaams Parlement – het zijn nochtans de gemeenschappen die instaan voor uitvoering en financiering van de wet – en van de Vlaamse jeugdmagistraten werd geen rekening gehouden. Er komt geen strengere aanpak, jeugdrechters mogen geen echte strafsancties uitspreken, een plaatsing in Everberg kan maar voor feiten beteugeld met vijf jaar celstraf. Vlaamse partijen, in het Vlaams regeerakkoord duidelijk voorstanders van een jeugdsanctierecht, lijken te buigen voor Laurette Onkelinx. ‘Inge Vervotte heeft zich in dit dossier redelijk onzichtbaar gemaakt. ‘Het enige waarover ze nu nog kan onderhandelen, is de wijze waarop de nieuwe beschermingswet zal worden uitgevoerd. Vervotte heeft zich hiermee gedegradeerd tot de Assepoester van stiefmoeder Onkelinx’, aldus Kamerlid Bart Laeremans (Vlaams Belang) vervolg blz. 5

DOORBRAAK nr. 8 – september 2005

2


VERBAZING

OVER EEN KUNSTMATIG NON-LAND

D E S AMIZDAT

Belien is een man naar mijn hart: verstandig, onvervaard, belezen en als niet één de verdediger van het vrije woord. Een vechter voor meningen die bij de militanten van het Vrije Woord geen sympathie wekt. Paul Belien (46 jaar), jurist, historicus en onafhankelijk publicist (onder meer als uitgever van Secessie) is gebeten om te weten, zou De Morgen schrijven in een milde bui. Het geweten is zijn enige leidraad.

B ELIEN

band die Paul Belien legt tussen de geschiedenis van België en de ontwikkeling van de Europese Unie is de ruggengraat van A Throne in Brussels; Britain, the Saxe-Coburgs and the Belgianisation of Europe. De afwijzing door een meerderheid van de Fransen en de Nederlanders van de Europese grondwet past in het parallellisme dat Belien ziet.

‘EEN

KUNSTMATIG LAND – ZOALS BELGIË – HEEFT EEN STERKERE DOSIS CORRUPTIE IN ZIJN BLOED, VERKRACHT MAKKELIJKER DE RECHTSREGELS EN IS ONBETROUWBAAR IN ZIJN INTERNATIONALE BETREKKINGEN.’

Dat was de eerste samizdattekst van Belien. Een tweede samizdattekst is A Throne in Brussels, dat hij uitgeeft bij het Britse Imprint-Academic. Zijn vaststellingen over het koningshuis, België en wat hij met een lelijk en correct woord noemt, de “belgianisation” van de Europese Unie, zijn voor bange harten staatsgevaarlijk.

Het europeanisme en het belgicisme wortelen in eenzelfde discours. De Belgische scribent en propagandist Léon Hennebicq in 1904: ‘Wordt België niet het laboratorium van Europa genoemd? Inderdaad, wij zijn een natie in constructie. Het probleem van de economische expansie is een perfecte kopie van het probleem van de constructie van een nationale identiteit. Twee verschillende talen, verschillende klassen zonder samenhang, een parochiale mentaliteit, een gehechtheid aan de plaatselijke gemeenschap die grenst aan schadelijk egoïsme, vormen de elementen van een middelpuntvliedende kracht. De oplossing is economische expansie die ons politiek sterker maakt door ons te verenigen.’

Voor Belgen is de Europese Unie een kleiner mysterie dan voor andere Europeanen. De verzinsels, de kliekjes, de ruzies, de ondoorzichtigheid, de kloof tussen bestuur en burger die Europa handicappen, waren tussen Maas en IJzer dagelijkse kost tijdens de voorbije 175 jaar. De profetische

Zes op zes van de Belgische vorsten waren er nooit gerust in: hoelang overleeft België? Leopold I en zijn vijf koninklijke opvolgers kennen de kunstmatigheid van hun land en weten dat een flink deel van hun burgers amper een sikkepit geeft om België. De kroon is de broodwinning

Belien schrijft samizdatboeken, zoals de dissidenten achter het IJzeren Gordijn. Abortus. Het grote taboe (Roularta Books, 1992) lichtte de achtergronden toe van de bezwaren van koning Boudewijn tegen de abortuswet en verwierp (terecht in mijn ogen) de vruchtafdrijving als kindermoord. Het boek werd straal genegeerd door alle kranten en de televisie.

3

In tegenstelling met normale staten, worden kunstmatige staten geconstrueerd. Belien volgt Friedrich A. von Hayek. Constructivisme betekent voor Hayek: volgens min of meer specifieke plannen of rationele schema’s. Kunstmatige staten ontstaan door geweld of aan conferentietafels. Zij verenigen mensen met een verschillende culturele, taalkundige, religieuze of etnische achtergrond en zijn dus multinationaal. Tot in de late jaren tachtig van de vorige eeuw telde Europa vier kunstmatige staten: België, Tsjechoslovakije, Joegoslavië en de Sovjetunie. Vandaag blijft België over. Een kunstmatig land heeft een sterkere dosis corruptie in zijn bloed, verkracht makkelijker de rechtsregels en is onbetrouwbaar in zijn internationale betrekkingen. Als er geen nationaal bewustzijn is dat de Belgen bindt, wat maakt het dan mogelijk dat het kijvende huwelijk verdergaat? Leopold I mikte op het katholicisme, Leopold II op het kolonialisme, Albert I omhelsde het socialisme en een corporatistische interpretatie van het sociale overleg. Dat laatste werd gecontinueerd door zijn opvolgers. De splitsing van de sociale zekerheid, geëist door veel Vlamingen, raakt de kern van het Belgische systeem. Het cement van die steunbeer van België gaat terug tot Albert I en zijn raadgevers Emile Waxweiler en Emile Sigogne. Deze Sigogne was een adviseur van de Belgische Werkliedenpartij (Albert I had een rode entourage) en schreef Socialisme et Monarche. Het lag onder de hoofdkussens van Albert I en zijn opvolgers. Frans Crols Directeur redactie van Trends

DOORBRAAK nr. 8 – september 2005

C OMMENTAAR

Het debacle van België is een voorspiegeling van het debacle van Europa, een Groot-België gemetseld in het EU-hoofdkwartier. Wilt u zich, terwijl de officiële feestvreugde over 175 jaar België schettert, amuseren en verbazen? Dan is Paul Belien uw gids. Belien schrijft grappig en slim over België en zijn zes koningen. En gaandeweg groeit de verbazing over een non-land.

VAN

van de dynastie van Saksen-Coburg. De monarchen zochten bestendig naar verenigende elementen om het gebrekkige natiegevoelen en de afwezigheid van een genereus patriottisme te compenseren. De Belgische geschiedenis is een dramatische zoektocht naar de burgerzin, de civieke lijmstof, die normale – niet-kunstmatige – landen bindt.


A THRONE

E EN

IN

BRUSSELS

DOORGELICHT

DOODGEZWEGEN BOEK ...

M ONARCHIE

EN

S TAATSVORMING

J

ournalist dr. Paul Belien publiceerde onlangs in een merkwaardig, controversieel doch uitstekend gedocumenteerd werk zijn visie op de geschiedenis van België. Wellicht niet toevallig valt de publicatie van zijn werk in de periode dat de 175ste verjaardag van het land wordt gevierd. De erudiete Belien, die naast zijn rechtenstudies onlangs ook nog een Ph.d.graad in internationale studies behaalde, publiceerde zijn werk in het Engels, een taal die hij moeiteloos en stijlvol beheerst, zoals zijn columns in de Wall Street Journal en het Britse weekblad The Spectator telkens weer aantonen. Belien, die onder meer met zijn webstek en tijdschrift Secessie zijn voorkeur voor een onafhankelijk en republikeins Vlaanderen nooit heeft verborgen, is erin geslaagd een lezenswaardige en interessante historische studie af te werken. Daarin spelen de geschiedenis van de Belgische dynastie en de opeenvolgende Belgische koningen met hun hofhouding een hoofdrol.

TEGEN DE STROOM De persoonlijkheid van Belien en zijn politieke achtergrond kleuren van meet af aan de toon van zijn studie. Zijn eigenzinnige en vaak controversiële standpunten omtrent een aantal politieke, religieuze en ethische vraagstukken hebben hem niet alleen binnen het Belgische establishment, maar merkwaardig genoeg ook binnen zijn eigen Vlaams-nationale kamp niet alleen vrienden gemaakt. Deze neiging om tegen de stroom op te roeien en zijn compromisloze stellingnamen komen ook in deze studie tot uiting. Zij beïnvloeden nogal eens negatief de beoordeling van zijn werk. Als waardevolle historische studie, die een belangrijke bijdrage vormt tot de geschiedenis van België en van zijn dynastie, overtuigt het werk bijwijlen niet, wegens de systematisch anti-royalistische ondertoon, die de historische objectiviteit niet altijd ten goede komt. Bovendien doorkruist ook de soms pamflettaire woordkeuze van zijn werk de historisch-wetenschappelijke waarde ervan. Globaal gezien echter, is het toch een indrukwekkende studie.

DOORBRAAK nr. 8 – september 2005

Dat de opeenvolgende Belgische koningen het Vlaams-nationalisme geen goed hart toedragen, is een welbekend feit dat in het boek als een rode draad PAUL BELIEN, A THRONE IN doorheen de BRUSSELS. BRITAIN, THE SAXECOBURGS AND THE geschiedenis BELGIANISATION OF EUROPE. van het land 402 BLZ., €39 OP REK. loopt. Vanuit 979-6385300-86. het standpunt van de Saksen-Coburgs lijkt zulks overigens nogal begrijpelijk: tenslotte viseert die politieke richting ten dele tevens het einde van hun bewind. Ook andere koninklijke families elders keken doorgaans niet met begrip neer op diegenen die het op het voortbestaan van hun rijk hadden gemunt. Wanneer de aversie echter bij uitbreiding voor de hele Vlaamse bevolking zou gelden, ontstaat er wel een probleem. Daartegenover staat de onontkoombare vaststelling dat zelfs vandaag, met de gekende politieke constellatie in Vlaanderen, de gedachte van een Vlaamse republiek slechts een duidelijke minderheid van de Vlamingen blijkt aan te spreken.

BELANGENVERMENGING Als de Vlaamse beweging betreurt dat zij van koningswege onvoldoende aandacht kreeg inzake haar – gerechtvaardigde – eisen voor gelijkberechtiging en tegen de systematische discriminatie waarvan de Vlamingen het slachtoffer zijn, dan zou ze tevens eens moeten overwegen hoe het komt dat de koninklijke familie nog steeds een duidelijk grotere populariteit geniet dan de Vlaamse beweging – ook in Vlaanderen.

4

Belien tracht in zijn studie aan te tonen hoe dat komt en verwijst naar de belangenvereniging die het Belgische “corporatistische” stelsel, het federale bestel en de leidende kringen in dit land telkens weer samenbrengt en samenhoudt. Hij ontwaart tevens een bestendige onderwerping van het Vlaamse volk aan de hogere belangen van België – ondanks het feit dat Vlaanderen 175 jaar lang steeds weer de drijvende kracht is gebleken in dit land, alle discriminatoire vernederingen en tegenspoed ten spijt. Men zoekt in zijn werk tevergeefs naar de vaststelling dat het Vlaanderen vooral te vaak heeft ontbroken aan politieke leiders met visie, realiteitszin, moed en doorzettingsvermogen, om de Belgische impasse die hij onderkent op politiekrealistische en aanvaardbare wijze te doorbreken. Doorheen de Belgische geschiedenis heeft de Vlaamse gemeenschap een zware prijs betaald voor het gebrek aan oordeelsvermogen en assertiviteit van haar leiders. Het boek van Belien leest doorgaans als een roman, is vlot geschreven en zorgvuldig gedocumenteerd. Als historische studie steekt het dan ook vér boven vele gelijkaardige oefeningen uit. Toch moet worden erkend dat de aangehaalde bronnen niet altijd de nodige credibiliteit genieten. De mening van een dr. Goebbels over een Belgische Koning – dan nog wel neergeschreven in het dagboek van de Reichsminister – lijkt op zijn minst een betwistbare bron. En zo zijn er nog wel enkele andere voorbeelden waarbij de geciteerde auteurs niet meteen een grote betrouwbaarheid uitstralen.

PARALLEL NIET OVERTUIGEND Ook, en vooral, lijkt ons het parallel dat wordt getrokken tussen België als staat en de EU als supranationale organisatie ver gezocht en weinig overtuigend. Hoe groot ook het democratische deficit van “Europa” als instelling mag zijn, het oorspronkelijke opzet – waarvan niemand destijds, in de jaren 1950, geloofde dat het een dergelijke vlucht zou nemen – was er een van bestendiging van vrede en welvaart. De Verenigde Nederlanden, die in 1815 in Wenen werden gesticht door de geallieerden van destijds, zouden vandaag een van de machtigste staten in de EU zijn, een economische grootmacht die wellicht zowel de Eerste als


de Tweede Wereldoorlog had kunnen voorkomen. Duitsland zou het immers waarschijnlijk niet hebben gewaagd een dergelijke economische macht, gevormd door het huidige Nederland en België, aan te vallen. Maar zelfs het België dat in 1830 ontstond, was in de tweede helft van de negentiende eeuw uitgegroeid tot de vijfde grootste industriële staat ter wereld.

Slechts 54 % van de ambtenaren bij de federale overheid zijn Nederlandstaligen, terwijl zowat 59 % van de Belgische bevolking Nederlands spreekt. Vlaanderen zou in één klap 15 000 tot 20 000 jobs kunnen binnenhalen, indien de scheeftrekking hier wordt rechtgezet. Dat becijferde Joris Van Hauthem (Vlaams Belang), na een lange zoektocht en veel vragen in het parlement. ‘De federale overheid is een transfermachine voor banen’, aldus Van Hauthem. Alleen De Tijd (4 juli) en (De Standaard, 4 aug.) besteedden aandacht aan dit detail. In de centrale diensten (verspreid over heel het land) moeten volgens de taalwetgeving de topfuncties paritair worden verdeeld (50 N/50 Fr). Voor de rest van

Foto Doorbraak

VLAANDEREN, LEOPOLD I)

HET

werk. Maar hij brengt te weinig overtuigende argumenten aan om aan te tonen dat hier een soort samenzwering, of zelfs een parallel tussen de EU en België zou te vinden zijn.

KRITIEK Bij de verschijning van Beliens boek kreeg het gunstige kritiek in GrootBrittannië, natuurlijk niet het minst vanuit eurosceptische hoek. Daniel Hannan, journalist bij de Daily Telegraph en Europees Parlementslid voor de Britse Conservatieven, noemde het boek ‘nauwgezet gedocumenteerd

Samengevat: een lezenswaardig boek en een belangrijke historische studie – zelfs al hoeft men het niet altijd eens te zijn met de thesissen van de auteur. Rudi De Ceuster publicist-journalist "A THRONE IN BRUSSELS": € 39 OP REK. 979-6385300-86, “BOEK BELIEN” SINT-PAULUSSTRAAT 70, 2400 MOL, ISBN 18 454 0033 X

T E W E I N I G I N A D M I N I S T R AT I E de centrale diensten moet een taalkader worden opgesteld waarin een verdeling wordt gemaakt naargelang het werkvolume. Haast geen enkel ministerie heeft echter nog zo’n taalkader. Na de Copernicushervorming raakten de taalkaders helemaal in onbruik. De Vaste Commissie voor Taaltoezicht klaagt die onwettige toestand aan, maar zonder effect.

In gedecentraliseerde diensten (zoals lokale belastingkantoren) loopt het anders. Daar moeten de ambtenaren de taal van de streek spreken. Dan is het uiteindelijk de bevoegde minister die beslist hoeveel ambtenaren de lokale diensten per landsdeel toegewezen krijgen. Zo heeft Wallonië ruim 570 gevangenisbewaarders meer dan Vlaanderen.

AANTAL Aandeel bevolking Federale overheidsdiensten (vroegere ministeries) Federale instellingen (gevangenispersoneel, kanselarij Eerste Minister Instellingen openbaar nut en sociale zekerheid Autonome overheidsbedrijven (De Post, NMBS etc...)

5

JOBS

VLAAMS

FRANSTALIG

80 140

59-60 % 53 %

40-41 % 47 %

2 722

53,5 %

46,5 %

21 719

52 %

48 %

138 000

54,4 %

45,6 %

DOORBRAAK nr. 8 – september 2005

S TAATSVORMING

VLAMINGEN

EN

EN

De EGKS en later de EEG, voorlopers van de EU, werden opgericht op een moment dat Europa was leeggebloed, na twee wereldoorlogen op enkele decennia tijd. Beide conflicten hadden miljoenen slachtoffers geëist en in de aan- en afloop ervan speelde tweemaal de vrijwaring van België als onafhankelijke staat een belangrijke rol. Andere Europese staten hebben een zware prijs betaald voor het behoud van België en krijgen daarvoor niet altijd de vereiste erkentelijkheid hier te lande. Belien verwijst daar eveneens naar in zijn

DE SAKSEN-COBURGS

KWAM NOOIT GOED (ILL.:

Ondertussen haalt A Throne in Brussels in België weinig krantenkoppen. Het lijkt wel of het werk deels doodgezwegen wordt. Nochtans heeft het boek de verdienste dat het in het Engels is geschreven, en dus ook door het Belgische establishment kan worden gelezen. Mocht Belien het in het Nederlands hebben geschreven, dan ware dat veel minder het geval geweest.

M ONARCHIE

Mocht Wallonië meer blijk hebben gegeven van dynamiek en mercantiele ingesteldheid, in plaats van zich te verliezen in een uitzichtloze politiek van overheids- en transferfinanciering, subsidiëring en betutteling, met het collectivistische partijsysteem dat de regio vandaag tot verpaupering heeft gebracht, dan zou ook de Belgische Staat met twee, in plaats van één enkele welgestelde regio, wellicht nog deels een lichtend voorbeeld in Europa zijn gebleven.

en zeer lezenswaardig’, en voegde eraan toe: ‘Als u slechts één boek over België leest, kies dan dit’. Lord Ralph Harris, stichter en directeur van het London Institute for Economic Affairs, noemde het een ‘uiterst goed geschreven, aangrijpende historische analyse die ervoor waarschuwt dat de EU de weg van België opgaat, naar een corrupte, corporatistische, opgelegde staatsstructuur die geen nationale samenhang noch eensgezindheid vertoont’. Lord ReesMogg, voormalig hoofdredacteur van de Londense Times, noemde naar aanleiding van het verschijnen van Beliens boek ‘the Belgianisation’ van Europa ‘een ware bedreiging’.


VOLMACHTEN

OF GEMEDIATISEERDE SPEKTAKELCONGRESSEN

M OETEN

PARTIJEN DEMOCRATISCH ZIJN ?

Maar voorzittersverkiezingen zijn natuurlijk niet zonder gevaar. Partijen die electoraal goed bezig zijn, kunnen het zich meestal wel veroorloven om een reële competitie toe te laten. Bij partijen die daarentegen in een neerwaartse spiraal zitten en door interne twisten worden verdeeld, is de kans groot dat de voorzittersverkiezing de neergang versnelt. Dat was bijvoorbeeld het geval met de eerste en enige rechtstreekse voorzittersverkiezing die wijlen de Volksunie einde 1999 heeft georganiseerd. Meestal nemen de partijen dan het zekere voor het

Nochtans is er geen dwingende morele reden waarom een partij intern als een democratie zou moeten functioneren. Terwijl de inwoners van een staat willens nillens zijn onderworpen aan de besluiten van de politici, hebben de leden onzekere en laten ze van een partij altijd de enkel een consensusmogelijkheid om de parkandidaat in het strijdtij te verlaten. Er is niets perk treden, die het dat de interne critici van dan hoogstens tegen Somers belet om de deur een aantal kansloze TOEN VERHOFSTADT IN 2004 OP EEN PARTIJCONGRES DREIGDE KOPJE ONDER TE GAAN IN HET achter zich dicht te trekfiguranten mag opneMIGRANTENDEBAT, KWAM "OUDE GLORIE" WILLY DE CLERCQ HEM REDDEN MET EEN PATHETIken en naar een andere SCHE OPROEP. men. partij over te stappen, of Hoe meer de electorale competitie op een andere liberale partij op te richten. het scherp van de snee wordt gevoerd, Net zoals de leden van het Vlaams Blok Ook andere vormen van inspraak in met kiezers die wisselvalliger zijn dan perfect wisten dat ze niet meteen tot de partijen zijn vaak nep. Neem nu de ooit en de partijen die door het mediameest democratisch georganiseerde congressen waarop de leden zogezegd circus worden verplicht om steeds korclub toetraden. de koers van de partij kunnen uitteketer op de bal te spelen, hoe vervelender nen of de partijleiding kunnen terughet voor partijleiders is dat leden en fluiten. In werkelijkheid zijn die conmilitanten hen voor de voeten lopen. Er is zelfs een aantal goeie redenen te gressen zorgvuldig geregisseerde Maar paradoxaal genoeg lijkt er binnen bedenken waarom een partij er beter mediaspektakels waar niets aan het de partijen juist een tendens naar aan doet om zich niet democratisch te toeval wordt overgelaten en alles in het steeds meer interne ledeninspraak en organiseren. Voor een partij komt het werk wordt gesteld om ongelukken te democratie. De spectaculairste uiting er in de eerste plaats op aan om verkievermijden. En als het toch mis dreigt te daarvan was de wonderlijke vermenigzingen te winnen. Daartoe moet een lopen, dan bestaat de klassieke truuk vuldiging van de voorzittersverkiezinpartij voldoende wendbaar zijn om erin om een of andere oude glorie op te gen in de jaren 1990. In Vlaanderen zich voortdurend aan te passen aan de voeren die dan een pathetische oproep was de VLD de eerste partij die de wijzigende politieke context en zich doet om, in het belang van de partij, de voorzitter door alle leden liet verkiestrategisch optimaal te positioneren. rangen te sluiten rond de voorzitter. zen. Dat leverde meteen een mooi Het inspraakproces vertraagt die mediaspektakel op en werkte aanstekebesluitvorming en bezorgt de partij Soms, heel uitzonderlijk, weigeren de lijk op bijna alle andere partijen die de lood in de vleugels. Bovendien is het militanten in de pas te lopen en zetten jaren daarna als dominosteentjes vievaak zo dat de actieve leden van een ze de partijleiding toch in hun hemd. len voor de rechtstreekse voorzitterspartij een stuk radicaler zijn dan de kieEen van de zeer schaarse voorbeelden verkiezing. zers. Naarmate die militanten het meer is de weigering van de VU-partijraad voor het zeggen hebben, dreigt een van 10 juli 1999 om Bert Anciaux partij minder aantrekkelijk te worden minister te laten worden in de Vlaamse En daarmee is meteen de echte reden voor het brede electoraat. regering. Maar de rest van dat verhaal aangegeven voor het ‘democratiseis genoegzaam bekend. ringsproces’ binnen de partijen. In De partijen weten dat natuurlijk en wezen ging het hier om een marketingzijn er niet echt op gebrand om de Bart Maddens operatie die de partij een open en leden veel in de pap te laten brokken. Foto Reporters

W ETSTRAAT

M

oet een partij aan dezelfde democratische normen beantwoorden als een staat? Blijkbaar wel, als we voortgaan op de kritiek die Bart Somers kreeg toen hij zich als voorzitter volmachten toeëigende. De VLD is een echte dictatuur geworden, luidde het verontwaardigd. Dat is trouwens ook een van de redenen waarom het Vlaams Blok volgens sommigen geen democratische partij was: de partij werd stalinistisch geleid en duldde geen inspraak van leden.

dynamisch imago diende te bezorgen bij de kiezers. En die de partij er vooral voor diende te hoeden om als vastgeroest en ‘ondemocratisch’ te worden gebrandmerkt.

NEP

WINNEN

MARKETING

DOORBRAAK nr. 8 – september 2005

6


ALS

DE

SZ

WORDT GESPLITST, VALT FEDERALE STAAT UITEEN

B ELGIË

IN EEN GLAZEN BOL

D

Het was veeleer deprimerende lectuur in De Standaard van 8 augustus. Steven Samyn schreef dat ‘de kans dat België in 2025 nog bestaat, vrij groot is,’ al voegde hij er wel aan toe dat het land er dan ‘heel anders zal uitzien dan vandaag.’ Op dezelfde pagina verscheen echter het stukje Café de toekomst waarin dezelfde DS-redacteur een nieuwsfeit van 8 augustus 2025 fingeert. We leren er uit dat tienduizenden Vlamingen de dag voordien in Halle hebben betoogd voor de eis om de kieskring BHV te splitsen. Minister van Staat Geert Bourgeois, zo meldt het stukje, vindt dat er na zestig jaar eindelijk (onverwijld?) schot in de zaak moet komen, terwijl Marie-Rose Morel, de voorzitster van de Vlaamse Unie (opvolger van het veroordeelde Vlaams Belang) benadrukt dat er geen prijs voor de splitsing mag worden betaald. Het stukje uit ‘de toekomst’ spreekt de nevenstaande bewering van Samyn dat België, indien het in 2025 nog zal bestaan, er ‘heel anders zal uitzien dan vandaag’ bijgevolg grondig tegen. Het België van 2025 zal nog steeds gebouwd zijn op het geduld van de Vlamingen, die zestig jaar na de eerste betoging voor een splitsing van BHV nog altijd niet verkregen zullen hebben wat hen toekomt. De voorspelling van DS dat België in 2025 nog zal bestaan, komt dan ook neer op de voorspelling dat het geduld van de Vlamingen in 2025 nog altijd niet uitgeput zal zijn. Indien DS gelijk krijgt, impliceert dit bovendien de nederlaag van de strategie die zowel de partijen van Bourgeois als Morel vandaag voeren. Niet iedereen is er echter even gerust in als DS dat België in 2025 nog zal bestaan. Op dezelfde 8 augustus dat de artikelen van Samyn verschenen, werd ik geïnterviewd door een journalist van RTBf die achtergrondinformatie wilde vergaren over de mogelijke scenario’s

na het uiteenvallen van België. Bij de Franstalige omroep houdt men er wel degelijk rekening mee dat de kans reëel is dat België uiteenvalt. Men probeert er daarom de post-België-scenario’s al op een rij te zetten. Toen ik met de Waalse collega van RTBf sprak (in het Nederlands uiteraard), vroeg ik me af waarom DS de moeite niet had gedaan om in zijn bijdrage over ons land in 2025 de mogelijke scenario’s van het post-België uit te tekenen.

ONMACHT VAN VLAANDEREN IS GEVOLG VAN HET ONTBREKEN VAN EEN ÉCHTE LIBERALE PARTIJ EN VAN DE POLITIEKE IMPOTENTIE VAN DE TWEE VLAAMS-NATIONALE PARTIJEN.

Is dit journalistieke luiheid van DS of gaat het om een thema dat in de Vlaamse pers taboe is?

ZWAKTEBOD Ik heb de RTBf-man verteld dat ik de kans dat België binnen tien jaar nog bestaat, op zo’n twintig procent schat. Ik denk dat het lot van België nauw verbonden is met dat van de Europese Unie. Vaak wordt binnen de Vlaamse beweging gezegd (gehoopt) dat België zal ‘verwasemen’ in de Europese superstaat. Dat is, ten eerste, een zwaktebod: de hoop dat Europa een einde zal stellen aan België omdat de lankmoedige Vlamingen daartoe zelf niet in staat zijn. Maar, ten tweede, geloof ik juist het tegendeel: België zal niet verdwijnen (‘verwasemen’) dankzij de opbloei van Europa als federale staat, maar België zal verdwijnen omdat het project om van Europa een federale staat te maken onmogelijk blijkt. Het federale koninkrijk België zal ten onder gaan samen met de droom om van Europa een federale staat te maken.

CRUCIAAL THEMA Vandaar dat het thema van de splitsing van de SZ zo cruciaal is. Er bestaat een hele reeks federale staten in de wereld waar de deelstaten in mindere of meerdere mate hun eigen SZ-stelsels hebben (Zwitserland, Canada, Verenigde Staten, Duitsland, zelfs Spanje). In België is dit onmogelijk, wat bewijst dat België geen echte federale staat is, maar een artificiele constructie zonder enig natiegevoel. Omdat Vlaanderen en Wallonië over sociaal-economische thema’s verschillend denken, wordt de splitsing van de SZ welhaast onvermijdelijk. Zodra het West-Europese welvaartsstaatmodel (het zogenaamde Rijnlandmodel) implodeert, stuikt de hele Belgische SZconstructie hoe dan ook in elkaar. Zoals de Sovjet-Unie, Tsjechoslovakije en Joegoslavië na de implosie van het communisme uit elkaar vielen, zal met België hetzelfde gebeuren. Ik vind dan ook dat liberalen, die op een grondige – en voor de (Waalse) socialisten onaanvaardbare – hervorming van de SZ aansturen, en Vlaamsnationalisten, die de Belgische SZ willen splitsen, dezelfde strijd voeren. De onmacht van Vlaanderen vandaag is zowel een gevolg van het ontbreken van een echte liberale partij als van de politieke impotentie van de twee Vlaams-nationale partijen. Ongetwijfeld is het deze onmacht, die zich situeert op het micropolitieke terrein van de Belgische partijpolitiek, die DS doet veronderstellen dat België binnen twee decennia nog zal bestaan. De macropolitieke indicatoren, namelijk de Europese evolutie en onhoudbaarheid van de welvaartsstaat, doen echter het tegendeel veronderstellen. Paul Belien

7

DOORBRAAK nr. 8 – september 2005

S TAATSVORMING

e maanden juli en augustus zijn in de journalistiek gekend als de komkommertijd. De Standaard bracht tijdens die periode een reeks Leven in 2025 waarin werd beschreven hoe ons land er binnen twee decennia zou uitzien.

We leven aan de vooravond van de implosie van de sociale welvaartsstaat zoals die in de loop van de voorbije eeuw in West-Europa ontstond. Het project om van Europa een soort supranationale welvaartsstaat te maken, is daardoor bij voorbaat gedoemd. Het enige Europa dat mogelijk is, is het Angelsaksische model van een pan-nationale vrijhandelsorganisatie. Tegelijk is ook België gedoemd, omdat dit land, behalve door de monarchie, enkel door de Sociale Zekerheid (SZ) bij elkaar wordt gehouden. Indien de SZ wordt gesplitst, valt België uiteen.


OOK HUMO

BOOG ZICH EENS OVER HET FEEST

B ELG

175/25

BEN JE MAAR ALS JE NIETS ANDERS KAN ZIJN

Waar moet het met het vaderland (175) heen? Humo (19 juli) vroeg het aan een aantal prominente figuren. Wat een in hoofdzaak progressief publiek naar aanleiding van 175 jaar België bijeenpraat, laat aanvoelen dat men ook in die kringen niet te best meer weet waar men de argumenten pro Belgica moet halen. Claude Javeau, professor sociologie in Brussel, windt er alvast geen doekjes om: ‘Ze hebben van de belgitude de hoop gemaakt dat we allemaal weer Belgen zouden worden. Die hoop deel ik niet. België is terminaal, men heeft de behandeling stopgezet. En dat is niet erg. We hebben België niet meer nodig: Wallonië en Vlaanderen kunnen perfect onafhankelijk zijn en Brussel wordt een Europees disctrict, waar we over dertig jaar allemaal Engels zullen spreken’. Ook Louis Tobback liet nog maar eens verstaan dat hij niet zo’n verstokte België-fan is: ‘Belgen bestaan niet. Na 1830 heeft men kunstmatig getracht een land in leven te roepen, en daar heeft men dan een eenheidstaal aan verbonden, het Frans, en die over het hele grondgebied opgedrongen. Maar dat is dan dankzij de Vlaamse onderpastoortjes mislukt... Niet dat ik voor een Verenigd Dietsland ben, dat is een zaak van een paar geflipte nationalisten. Maar Nederland en Vlaanderen zouden wel beter wat korter bij elkaar staan...’

GRAN CANARIA Dat Tobback een rationeel en pragmatisch politicus is, bleek nog uit enkele andere voltreffers: ‘Wie heeft er hier in Leuven het gevoel samen te leven met de Walen? Wie niet op een federale administratie in Brussel werkt, ziet een Waal alleen nog op vakantie: op die manier leven we ook samen met die van Gran Canaria, hé?... Ik geef toe: het Belgische voordeel neemt af, zeker als je begint na te tellen of er geen transfers zijn van Noord naar Zuid...’ Ondanks dat laatste blijft Tobback het socialistische solidariteitsprinciep trouw en dist hij nog maar eens de flauwe vergelijking op met transfers naar Limburg. Niet onterecht is zijn vaststelling dat de ‘vervluchtiging van België in

DOORBRAAK nr. 8 – september 2005

Europa’ trager gaat dan verwacht... En hij komt uit bij de stelling dat dit land niet zal springen ‘omdat er geen alternatief is’. Tsjechen en Slovaken hadden elk hun eigen hoofdstad, Praag en Bratislava. Onze moeilijkheid is het bestaan van Brussel. Dat Tobback niet zo gelukkig is met de bevoorrechte positie van Brussel is duidelijk. ‘De communautaire spanning in dit land is niet zozeer een probleem van Vlamingen en Walen, maar ontstaat bijna altijd door Brussel. De Brusselaars maken ambras, niet de Walen... Het drama is dat de Vlamingen ten overstaan van Brussel geen enkele strategie hebben. Tenzij: geld geven. De federale regering gooit er elk jaar miljarden naartoe, de Vlaamse regering koopt cinema’s, cafés, lege bedrijfspanden en wat weet ik allemaal op om er culturele centra van te maken, ze betaalt de Brusselse tram, en zo kan ik doorgaan. Maar we durven er wel geen enkele voorwaarde aan te verbinden. We durven niet zeggen: en nu ga je fuseren! Of: en nu ga je plooien in het dossier van de luchthaven! Neen, we geven ze geld en we ondergaan ook nog eens hun wet. Dat maakt mij woest’. Ook prof. Kris Deschouwer, Brusselse Vlaming uit een verfranst nest, noemt Brussel de handrem op de ontbinding van België: ‘Er is één punt waar we nooit uit zullen geraken: Brussel en de rand.’ Maar zijn oplossing voor de communautaire problemen is simpel, in de twee betekenissen van het woord: zwijg erover!... ‘Noord en Zuid hebben een andere lezing van het verleden, van de toestand vandaag en van de ideale toestand. Daarom: zwijg daarover... BrusselHalle-Vilvoorde is niet opgelost, maar wat dan nog?...’ Wat een zwaktebod. Iets minder lachwekkend is zijn bedenking over Brussels DC, waar hij helemaal niet in gelooft. Dat kan maar ‘als

8

zowel de Franstaligen als Nederlandstaligen die stad niet langer claimen...’ Bovendien: een Europees district veronderstelt dat de EU wil betalen. En alle lidstaten zouden het erover eens moeten zijn. Leg aan Frankrijk maar eens uit dat Brussel een betere hoofdstad is dan Strasbourg.

MEERWAARDE Alain Gerlache, algemeen directeur televisie RTBf en ex-woordvoerder van Verhofstadt is dan weer veel nuchterder: ‘Op de Zestien heb ik gemerkt dat Verhofstadt met één regering in feite twee aparte landen moest bedienen ... In feite leven we al in een confederaal land. Noord en Zuid beleven niet dezelfde actualiteit ... Ik begrijp dat de Vlamingen zich afvragen wat de meerwaarde van België is. Voor de Franstaligen is die meerwaarde gezien de economische en sociale toestand van Wallonië veel duidelijker ... Transfers zijn voor de Walen misschien een soort verdovingsmiddel. Franstaligen zijn gaan inzien dat de heropleving van Wallonië hoofdzakelijk een Waals probleem is en dat ze op eigen kracht moeten rekenen. Gedaan dus met de historische verklaringen: we hebben het zo slecht omdat onze industrieën verdwenen zijn, omdat de grote financiële groepen, weggetrokken zijn... Dat is nu allemaal wel erg lang geleden ... ‘ Voorwaar, een progressief standpunt in Humo. België splitsen vind Gerlache wel achterhaald, maar ook hij heeft nauwelijks een argument om het niet te doen: ‘Stel dat jullie morgen de Republiek Vlaanderen hebben. So what? Verandert de wereldeconomie daardoor?’. Het laatste woord is voor de twee fanatiekste tegenstanders van “communautaire” beweging. Béatrice Delvaux, hoofdredactrice van Le Soir: ‘De kwestie Brussel is onoplosbaar. Als de Vlamingen het separatisme willen, kunnen de Franstaligen heel makkelijk zeggen: “Bèh oui, partez, mais sans Bruxelles”. Het wapen van de Franstaligen heet Brussel’. We eindigen met veel plezier met een citaatje van onze Vlaamse vriend Benno Barnard: ‘Ik hoor dat binnen het N-VA wel eens geopperd wordt: ‘Brussel laat maar vallen.’ Da’s de fascistoïde kant van de Vlaamse beweging, de afkeer van de grote stad zit er diep in’. Die Barnard moet lang in de zon gezeten hebben. Jan Van de Casteele


OOK

HISTORICI BOTSEN OP DE GRENZEN

Z ELFS

GEEN “B ELGISCHE ” GESCHIEDENIS MEER ! H

Van een ooit zo Belgische historische traditie – ze werd letterlijk en figuurlijk uit nauwelijks meer dan de dichte nevels der tijden te voorschijn getoverd om toch maar te bewijzen dat ‘s Lands Glorie van la Belgique van 1830 veel meer was dan een al dan niet gelukkig resultaat van toevallige omstandigheden – zou er vandaag dus niet veel meer overblijven.

TWEE MATEN Ook het schrijven van de Belgische geschiedenis zou zich hebben “aangepast” aan het bestaan van Belgische deelstaten. Ter illustratie van dat uiteengroeien verwijst Gotovitch onder meer naar het feit dat Vlaamse historici veel gemakkelijker een uitgever vinden voor dikke wetenschappelijke studies, terwijl hun collega’s van ten zuiden van de taalgrens te horen krijgen dat 200 bladzijden voor een boek echt de grens is om een uitgever te verleiden. Het zou natuurlijk kunnen – maar daar spreekt natuurlijk ons uitzonderlijk slecht karakter – dat de Franstalige wetenschappelijke klager gebeten is omdat hij blijkbaar niet mag meespelen bij het schrijven en publiceren van een liefst driedelige nieuwe Nieuwste Geschiedenis van België (Lannoo).

Dat is overigens niet van belang. Wat telt, is zijn weeklacht over de teloorgang van de (unitaire) Belgische geschiedschrijving. Een treurzang die ons niet eens moet JOSÉ GOTOVITCH, verbazen: zijn reBEDROEFD OM DE kwisitoor is immers TELOORGANG VAN DE UNITAIRE GESCHIEDniets meer dan de SCHRIJVING zoveelste illustratie van het grote gelijk van wijlen die andere grote Franstalige, Jules Destrée, die begin vorige eeuw al urbi en orbi liet weten dat er in dit Belgen lang geen Belgen meer zijn, alleen Vlamingen en Walen. Later probeerde deze Waalse “stoute” socialist ons te laten geloven dat men zijn uitspraak niet al te ernstig moest nemen, meer dan een wat al te openhartige jeugdzonde was dat nu eenmaal niet... En dus kon Jules Destrée een gerenommeerd Waals-Belgisch staatsman worden die zelfs de latere koning Boudewijn op bezoek kreeg toen hij in zijn Wallonië een standbeeld kreeg. Het (Belgische) geschiedenislandschap vertoont soms erg kronkelachtige meanders...

FEESTJE BOUWEN Het eerste deel zou nog dit jaar in de boekhandel liggen. Het is een niet bepaald goedkoop, maar wel een Belgisch initiatief want zowel Nederlandstalige historici als geschiedkundigen met een Franse pen werkten er aan mee. De tijd dat dé Belgische historicus Henri Pirenne die Belgische geschiedenis als het ware kon ontdekken en ze op zijn eentje ook nog kon uitleggen en neerpennen, is dus eens en voorgoed geschiedenis. José Gotovitch is dus niet bij de ploeg die de Nieuwste Geschiedenis van België schreef.

Intussen blijven wij wel zitten met dat eigenlijk niet bestaande België. We doen zelfs alsof we het 175-jarige bestaan ervan vieren. We zijn zelfs op zoek naar de allergrootste Belg aller tijden, een blijkbaar erg moeilijke zoektocht want, tenzij intussen de Grootste Belg-prijs werd uitgereikt, zijn de organisatoren van deze flauwe soap nog altijd op zoek naar die historische vader of moeder aller Belgen. De rondborstige Eva Pauwels is voorlopig de enige Belgische die weet dat zij het niet zal worden. Het was anders

9

Wij voelen oprecht mee met de historicus José Gotovitch, het verbaast ons alleen dat zijn “verdriet over België” zo lang op zich liet wachten. Zijn treurnis doet ons denken aan de gedwongen droefheid van de “bekende” Marc Reynebeau, ook een historicus maar dan uit Vlaanderen afkomstig. In zijn jongste boek Een geschiedenis van België laat die met ingehouden droefheid horen dat ook zijn België vervluchtigt. Een proces dat overigens op veel andere vlakken al veel langer bezig is en dan hebben we het niet eens over het politieke en het sociaal-economische uiteengroeien van de twee grote deelstaten van dit landje.

FRANSTALIGE BRIL Als student rechten in Gent – toen kweekte men daar nog “doctors in de rechten” – leerde ik bij grondwetspecialist wijlen André Mast dat er maar één Belgische uitleg was voor onze Belgische grondwet. Niet waar, orakelde nieuwkomer grondwetkenner Francis Delpérée, men kan die Belgische grondwet ook door een Franstalige bril lezen. We vonden dat toen onvoorstelbaar, maar dat is natuurlijk heel lang geleden. Vandaag wagen nog maar weinig Vlaamse advocaten het om voor een Franstalige rechter te pleiten: naar hun aanvoelen worden daar immers andere Belgische wetboeken gebruikt, die men overigens alleen maar in het Frans leest. Geen Belgisch recht meer? Geen Belgische geschiedenis meer? Het “Belgische verdriet” van Gotovitch kwam er in volle BHV-twist. Volgens de Franstalige historicus een toch wel echt verkeerde Vlaamse voorstelling van zaken! En dan maar verbaasd zijn dat er geen Belgische geschiedenis meer kan worden geschreven... Marc Platel

DOORBRAAK nr. 8 – september 2005

G ESCHIEDENIS

ij stelde het niet zo duidelijk, maar de klaagzang van de Franstalige historicus José Gotovitch in Le Soir kwam daar toch op neer: volgens deze toch wel erg bekende naam onder de Franstalige Belgische historici is het in dit land van Maas en Schelde inderdaad niet meer mogelijk om Vlaamse en Franstalige geschiedkundigen samen éénzelfde Belgische geschiedenis te laten schrijven.

goed geprobeerd van de stoute geesten achter die stunt. Zij haalden immers op die manier het hele opzet onderuit: die grootste Belg in de Belgische betekenis van het woord is immers niet te vinden. Mogen wij veronderstellen dat historicus José Gotovitch dat nu stilaan ook begint te begrijpen. Zonder twijfel – zo durven wij veronderstellen – tot zijn allergrootste persoonlijke Fransalige Belgische spijt.


VRIJE TRIBUNE

D UIDELIJKE

VOORWAARDEN

VOOR HULP

O PINIE

De huidige organisatie van de Sociale Zekerheid (SZ) is gebaseerd op interindividuele financiële solidariteit: van de gezonden naar de zieken, van gezinnen met veel, naar gezinnen met weinig kinderen, van werkende bevolking naar de werklozen, van de actieven naar de niet-actieven, van de rijken naar de armen, en met de vergrijzing voor de deur steeds meer van de jongere actieve generatie naar de ouderen. De inkomsten voor de SZ komen hoofdzakelijk van werkgevers en werknemers, dus uit arbeid (samen 74 %). Verder door de Staat en door alternatieve financieringsbronnen (De Tijd, 14 juni 2005). Deze inkomsten worden centraal vergaard. Ook de uitgaven gebeuren centraal. Het budget wordt niet voorafgaandelijk naar de gemeenschappen verdeeld. Deze uitgaven zijn enorm: in 2003 bedroegen ze 48 miljard euro (Abafim).

Bovendien worden de gemeenschappen niet geresponsabiliseerd tot een spaarzaam beleid. De geldtransfers, die een gevolg zijn van de unitair gestructureerde SZ, betekenen tenslotte een zware aderlating voor Vlaanderen, zonder dat Wallonië hiermee uit het economisch slop wordt gehaald. Om bovengenoemde redenen pleit het Aktiekomitee Vlaamse Sociale Zekerheid sinds nu al tien jaar voor de overheveling van de totale SZ naar de beide grote gemeenschappen.

PROBLEEM Als we weten dat de inkomsten voor 74 % uit arbeid komen en als we vaststellen dat het aantal werkenden vermindert en het aantal niet-werkenden stijgt (een versmallende basis en verbredende top van de bevolkingspiramide), dan ontstaat er een reuzengroot probleem. Je kunt dat probleem wat indijken door de mensen langer te laten werken maar vooral de werkloosheid moet worden teruggedrongen. De tweede en derde pensioenpijlers, die op kapitalisatie berusten, kunnen worden verstevigd en reserves kunnen worden aangelegd. De algemene uitgaven kunnen worden verminderd. En op termijn kan een nataliteitspolitiek vruchten afwerpen. Er is echter een tweede groep problemen, die samenhangt met de unitaire organisatie van de SZ. De sociale noden, die verschillend zijn in de Vlaamse en Franse Gemeenschap, kunnen nu niet op een aangepaste wijze worden aangepakt omdat de gemeenschappen niet beschikken over de daarvoor noodzakelijke hefbomen in de SZ. Eigen klemtonen kunnen niet worden gelegd door het ontbreken van coherente bevoegdheidspakketten per gemeenschap. DOORBRAAK nr. 8 – september 2005

‘FINANCIEEL

HULPPLAN NIET BOVENOP MAAR IN PLAATS VAN HUIDIGE TRANSFERS.’

EEN VLAAMSE SZ Een Vlaamse SZ stelt grote verwachtingen. Ook binnen de Vlaamse Gemeenschap pleiten wij voor het behoud van een interindividuele solidariteit. We zullen eindelijk eigen klemtonen in de subsectoren van de SZ kunnen leggen. We zullen een grotere efficiëntie aan de dag kunnen leggen door het aansluiten van die subsectoren op de daarmee overeenstemmende gemeenschapsbevoegdheden. De Vlaamse, maar ook de Franse Gemeenschap, zullen worden geresponsabiliseerd tot een spaarzaam beleid. Die responsabilisering zal de Vlaamse en Franse Gemeenschap dwingen tot zelfredzaamheid en tot creatieve(re) antwoorden op de uitdaging van ontgroening en vergrijzing.

GOUDFONDS De vrijgekomen bedragen, die nu via de SZ uit Vlaanderen worden getransfereerd, zullen kunnen worden aangewend voor de leniging van Vlaamse sociale noden, die nu in de koelkast blij-

10

ven zitten. Een deel ervan kan worden opzij gezet. Dit “Goudfonds” kan dienen voor het aanleggen van een reserve voor een Vlaams pensioenfonds. Een ander deel kan, zo nodig, worden aangewend voor een voorwaardelijke financiële solidariteit met Wallonië zolang België nog bestaat, en later eventueel voor de interstatelijke financiële solidariteit met andere landen in de Europese Unie.

OVERGANGSFASE Ondanks het feit dat we over geen studies beschikken die sinds 1830 geldtransfers van Wallonië naar Vlaanderen aantoonden, begrijpen we dat in de aanloop naar een zelfbedruipende SZ van de Franse Gemeenschap best een korte overgangsfase wordt ingebouwd. Op het ogenblik van de toewijzing van deze SZ aan de beide grote gemeenschappen, kan namelijk met de Franse Gemeenschap een financieel hulpplan worden onderhandeld. De voornaamste voorwaarden zullen zijn: - We vertrekken van het huidige transferbedrag, dat echter in de tijd snel moet afnemen. - We verlangen een degelijke resultaatsverbintenis naar economische heropleving in Wallonië. Dit betekent dat de fondsen hoofdzakelijk dienen te worden aangewend voor investeringen en niet voor consumptie, zoals dit vandaag het geval is. - Vlaanderen verwacht politieke loyaliteit. Wij eisen eerbiediging van het territorialiteitsbeginsel en toepassing van de taalwetten in Brussel. Wij willen wel onderstrepen dat dit financieel hulpplan niet bovenop de huidige Vlaams-Waalse transfers komt, maar in plaats van deze transfers. Wij zijn ervan overtuigd dat deze voorstellen op termijn een win-winsituatie betekenen voor de beide gemeenschappen. Gui Celen, voorzitter AK-VSZ Eric Ponette, bestuurslid AK-VSZ


VRIJ-SPRAAK

IK FDF WIL BOYCOT

GRAPJE VAN DEMOL ‘Saint-Josse ta belediye baskan Demannez yaptrdg yönlendirme’, aldus Johan Demol (Vlaams Belang) in een lokaal verspreid pamflet. Vertaling: ‘De burgemeester brengt de bevolking in gevaar’. Dat het Vlaams Belang in Brussel ook in het Frans campagne voert, dat zijn we inmiddels gewend. Nu kiest de partij dus ook voor het Turks. Opmerkelijk voor een partij die de Turken in ons land liever kwijt is dan rijk en die enkele maanden geleden nog met scherp schoot op de N-VA Brussel, die toen eveneens Turks gebruikte op een affiche. Gaat het Vlaams Belang nu zelf vreemd? Toch niet, aldus Demol. ‘Het was maar een grapje.’ Hebt u hem?

FLAMAND DE SERVICE Schrijven dat het met de tweetaligheid van de lokale ambtenaren in de Brusselse praktijk soms pover is gesteld, is een understatement. Een voorbeeld: ‘Brutélé stelt zo’n 190 mensen te werk. De klager is het enige personeelslid dat wettelijk tweetalig is en krijgt geen bevordering’, aldus de Vaste Commissie voor Taaltoezicht. Ondanks informatieplicht worden ‘vragen van het personeel om te weten wie, waar en wanneer is bevorderd niet beantwoord’, Aanvechting voor de rechtbank wordt zo onmogelijk. De Vaste Commissie vraagt Brussels minister-president Charles Picqué om op te treden tegen deze ‘ernstige tekortkomingen’. We zijn benieuwd.

Het is niet de bedoeling dat we deze rubriek misbruiken om elke keer onze toeristische ervaringen met de lezer te delen, maar we haalden onze inspiratie toch weer in Istanbul. Reizen om te leren, niet? Voor de tweede keer in drie maanden streken we neer aan het boeiende snijpunt van de Zee van Marmara, de Bosporus en de Gouden Hoorn. We beseffen dat er in deze turbulente terrorismetijden minder nodig is om verdacht te lijken. Bij onze terugkomst vernamen we trouwens dat er een bomaanslag was gepleegd in... Istanbul. Niks van gemerkt ginder. Tijdens dat handjevol dagen Istanbul ontmoetten we meer lokale Nederlandstaligen dan in sommige PS-kringen. Met de belofte van een gratis appelthee laat een mens zich een tapijtenwinkel binnenlokken en krijgt daar dan deskundige uitleg in onvervalst Gents. Een juwelenverkoper probeert sympathie te verwekken met de ijsbreker: ‘Antwaarpe is een schoën stad’. Hij kan het weten, want woonde jarenlang in Breda. Istanbul en Blankenberge hebben niet alleen de ligging aan de zee gemeen. Ze weten in beide steden Antwerpen goed liggen. Zo ook Nuray, die ons een dag door een stuk Constantinopel gidste. Haar Nederlands was onberispelijk. Onze bewondering steeg nog enkele graden toen ze vertelde dat ze school had gelopen aan het Atheneum van Berchem. Wie leert daar nu nog keurig Nederlands? Ooit smeten ze er Paul van Ostaijen buiten en van pure ellende begon die gedichten te schrijven. Maar dat is heel lang geleden. Nuray koos na haar middelbare studies voor een Turkse universiteit en bleef er hangen. Onder meer om Vlaamse en noord-Nederlandse toeristen diets te maken. We leerden van haar dat Turkse meisjesleerlingen geen hoofddoek mogen dragen op school en leraressen al helemaal niet. Uw dienaar zou in Istanbul trouwens een andere job moeten

zoeken, want Turkse leraars mogen geen mannen-met-baarden-zijn. Nooit vermoed dat er landen zijn waar ik voor het schoolbord zou worden geweerd wegens een te religieus uiterlijk. Die Atatürk ging er met de grove borstel door. Goed voor de man dat hij toen ginder in de politiek zat en niet nu hier. Dan raakte hij wellicht verstrikt in het cordon sanitaire. Nuray had trouwens ook goed nieuws voor kandidaat-islamieten. Volgens haar is alcoholgebruik niet formeel verboden door de grote profeet. Mohammed waarschuwde wel voor overmatig gebruik en dat heeft hij dan weer gemeen met tante Roza. Die vindt te veel zuipen ook maar niks. Toch een wezenlijk verschil tussen Mohammed en tante Roza. Mohammed telt erg fanatieke volgelingen. Nonkel René leeft Roza’s opvattingen over alcohol minder rechtlijnig na. Terug naar Nuray. Als goede gids wilde ze de haar toevertrouwde toeristen graag enkele nuttige tips aan de hand doen. Bijvoorbeeld over de talloze marchandeurs die in dichte drommen geld uit de bezoekende zakken proberen te kloppen met de verkoop van een fluit, een reeks postkaarten of een fez (door Atatürk ook verboden trouwens). ‘Ik ben geen racist’, begon Nuray wat verrassend, ‘maar je moet opletten voor die verkopers.’ En dan verwacht je dat er op volgt: ‘want die slijten rommel’ of ‘hun prijzen liggen veel te hoog’. Neen, Nuray wilde ons waarschuwen voor een andere onprettigheid. ‘Dat zijn bijna allemaal Koerden’. Onbetrouwbare armoezaaiers uit het diepe oosten, voegde ze er aan toe. Aan het Atheneum van Berchem leren ze verrassend keurig Nederlands, maar de genoegens van de multiculturele samenleving worden er niet echt stevig ingeprent. Peter De Roover

Gerard Bouvier

11

DOORBRAAK nr. 8 – september 2005

O PINIE -G ORIK

De Vlaamse regering werkt aan een strategisch plan voor Zaventem. Als aanzet loopt een bevraging van het publiek in de omliggende gemeenten. Ook vier Brusselse gemeenten werden uitgenodigd om aan het onderzoek mee te werken. Een mooi gebaar, maar... niet mooi genoeg voor het FDF. De anti-Vlaamse partij roept op tot een Brusselse boycot. Omdat Vlaanderen het heeft aangedurfd rechtstreeks naar de samenwerking met Brusselse gemeenten te hengelen en niet via het Brussels Gewest. En omdat het document dat ter beschikking werd gesteld enkel in het Nederlands werd opgesteld.

BEN GEEN RACIST, MAAR ...


GRONDWET

IS GEEN GOEDE ZAAK

V LAANDEREN EN DE E UROPESE HERFST

HETE

E UROPESE U NIE

Na het Franse “non” ( 54 %) en het Nederlandse “neen” (62 %) tegen de Europese “Grondwet” hadden veel politici en eurocraten het over een diepe crisis in de EU. Zij pleitten nochtans niet voor een onderzoek naar de diepere oorzaken, noch naar de gevolgen ervan voor de toekomstige Unie en zagen vaak enkel een gebrekkige voorlichting als enige reden voor de afwijzing[1]. Het tegengestelde is waar: hoe meer de EU-burger afweet van het Europees Verdrag tot Vaststelling van een Europese Grondwet [2], hoe meer hij ertegen is gekant. Het Verdrag is om verschillende redenen geen goede zaak: 1. Het is niet opgesteld door een daartoe verkozen grondwetgevende vergadering 2. Het is geen echte grondwet die de burger tegen onrecht en willekeur van de overheid beschermt, maar veeleer een politiek programma 3. De tekst is onleesbaar en vaak tegenstrijdig, waardoor de rechterlijke macht vaak uitsluitsel zal moeten geven en daardoor te veel macht krijgt (gouvernement des juges) 4. De tekst is haast niet amendeerbaar 5. De grondwet is niet veel meer dan een bundeling van teksten die in de loop van vijftig jaar door de uitvoerende macht en de eurocraten zijn opgesteld en die bovendien hun macht bevestigt. 6. Het Verdrag voorziet bovendien niet in een heuse parlementaire controle op de uitvoerende macht noch in een echte scheiding der machten. Na de afkeuring door twee lidstaten kan de “Grondwet” niet meer van kracht worden. Toch worden bepalingen ervan al uitgevoerd: 1. Oprichting van drie Agentschappen: grondrechten, defensie en controle van de buitengrenzen en van de Europese buitenlandse dienst inclusief een minister van Buitenlandse Zaken en het Ruimtevaartprogramma. 2. Toepassing van een wederzijdse defensieclausule die misschien de Navo ondermijnt. 3. Invoering van een Europees wetboek van strafrecht mét openbare aanklager (Eurojust) en een gemeenschappelijk asielbeleid. 4. Rechtspraak voorbarig gebaseerd op het in de “Grondwet” opgenomen DOORBRAAK nr. 8 – september 2005

Handvest van Grondrechten, dat overigens ten dele niet in een grondwet thuishoort en dat vooralsnog geen juridische grondslag heeft.

BESLISSEN Geen wonder dat blijkens een op 18 juni 2005 door de EU-commissie gepubliceerde peiling slechts 47 % van de burgers positief staat tegenover de EU tegen 50 % eind 2004. Een hete herfst staat nu echter voor de deur. De EU zal niet alleen moeten uitmaken hoe het met de Grondwet verder moet, ze zal ook moeten beslissen omtrent vele andere brandende kwesties. 1. Toetredingsonderhandelingen met Kroatië en vooral met Turkije. Deze laatste wil de Commissie zoals gepland op 3 oktober 2005 starten. Ook speelde de omstreden Turkse toetreding een rol bij de Franse en Nederlandse afwijzing van de Grondwet. Op 29 juli.2005 tekende Turkije een protocol dat zijn douane-unie uitbreidde tot alle EU-lidstaten, maar verduidelijkte meteen dat dit niet de erkenning van de Republiek Cyprus inhoudt. Elke lidstaat kan een veto uitbrengen. Cyprus, Griekenland en wellicht ook Frankrijk zijn daartoe geneigd. 2. Het stimuleren van de kwijnende Europese economie en uitwerking van een Europees sociaal model waarvoor het Britse voorzitterschap al een informele top in oktober heeft gepland.

ting. Ook het dichten van de kloof tussen de meer Atlantisch en op vrijhandel gerichte nieuwe lidstaten en de oude die veelal bij het Rijn/Rhonemodel blijven zweren wordt een moeilijke opgave. Dat wordt ook het geval voor het wegwerken van het ongenoegen van alle kleinere en middelgrote lidstaten over de blokvorming en het overwicht van de grotere en met name van Duitsland en Frankrijk.

NIET RATIFICEREN Nu twee lidstaten de Grondwet hebben verworpen, is die normaliter dood. Het Vlaams Parlement hoeft die dus hoe dan ook niet meer ratificeren. In afwachting dat het zelf EU-lidstaat wordt, moet Vlaanderen zich op dit belangrijk moment ten volle inzetten om het Belgisch en – samen met medestanders – het Europees beleid zo te beïnvloeden dat de EU, eventueel via een nieuwe grondwet, uitgroeit tot het voor Vlaanderen ideale bestel. Dit betekent een territoriaal afgebakende en geografisch zuiver Europese confederatie met slechts beperkte, maar belangrijke bevoegdheden zoals macro-economie, munt, externe betrekkingen, veiligheid en defensie, die al het overige aan de lidstaten overlaat (subsidiariteit). Een confederatie die, uitsluitend op haar terrein, beschikt over een verkozen parlement met twee kamers waarvan de eerste het bevolkingscijfer weerspiegelt en de tweede per land evenveel vertegenwoordigers telt, alsmede een beperkte uitvoerende macht met een kleinschalige administratie en een rechterlijke macht. Het VlaamsEuropees Verbindingsagentschap dat de Vlaamse regering wil oprichten, kan tot het verwezenlijken van die doelstellingen beslist bijdragen. Theo L.R. Lansloot [1] Net als de leiders van de voormalige DDR (waar ik tot aan de hereniging ambassadeur was) die tot kort voor de val van de Berlijnse muur ervan overtuigd waren dat meer voorlichting de DDR-burger kon doen inzien hoe gelukkig hij was aan de socialistische kant ervan te leven.

Andere knelpunten worden ongetwijfeld het liberaliseren van de dienstensector (Bolkesteinrichtlijn) om het concurrentievermogen te verhogen, het opstellen van de EU-begroting 20072013 gekoppeld aan de kwestie van de landbouwsubsidies en de Britse kor-

12

[2] Zie ook artikels ‘Vlaamse stem in Europa’ en ‘Europese Grondwet’ in Doorbraak van respectievelijk mei en juni 2005


VLAAMSE GRAMSCI

POPULISME

In 2003 overleed Antoon Roosens, gewezen secretaris van het Vlaams Aktiekomitee Brussel en Taalgrens en in die zin medeorganisator van de marsen op Brussel. Inspirator van de progressieve Brabantse VU-afscheuring Vlaamse Democraten. Hij was voorzitter van het Masereelfonds, medewerker aan het progressief-Vlaams blaadje Meervoud en tot op zijn laatste dag een actief VVB’er. Een exhaustief overzicht bieden van leven en werk van Toon Roosens, is onbegonnen werk. Een ploeg medewerkers van het maandblad Meervoud sloeg de hand aan de ploeg. Het resultaat... een gemiste kans.

Performer, provocateur, populist, politicus zonder partij. Dat is zowat het samenvattende stempel dat de Nederlandse Volkskrant-journalist Hans Wansink op wijlen Pim Fortuyn kleefde in zijn jongste boek, De erfenis van Fortuyn. Meer echter dan het zoveelste boek over Pim en Pims erfenis, is dit een boeiende studie van het populisme in het algemeen en in het begin eenentwintigste-eeuwse Nederland in het bijzonder. Rekening houdende met de groeiende legitimiteitsdemocratie – een democratie waarin een kiezer zich aan de kant geschoven voelt en de politieke klasse weer tot de orde roept – slaagt Wansink erin om een keurige omschrijving te geven van populisme. Het is een nietideologische beweging die het land weer wil teruggeven aan de burgers. Een beweging van politieke ondernemers, en niet van politici pur sang. Politieke ondernemers die inspelen op de vraag naar correcte politiek, en dus niet weer een nieuw idee aanbieden. HANS WANSINK, DE ERFENIS VAN

FORTUYN.

DE NEDERLANDSE DEMOCRATIE NA DE OPSTAND VAN DE KIEZERS.

351 ISBN

MEULENHOFF,

BLZ.,

€ 16,50,

90 290 7276 8

Een populistische beweging/partij of tendens hoeft niet negatief te zijn, volgens Wansink. De politieke betrokkenheid van een grote groep kiezers neemt toe. Net als de kritiek op de politieke instellingen. Waar een populist hieraan appelleert zonder al te veel diepgang, komt het er in de ‘klassieke’ politiek op aan om het kiezerspubliek correcte en concrete oplossingen te bieden. En er ook iets aan te doen. Fortuyn is aanleiding en rode draad in het boek. Je leest over zijn opgang – eerst als lijsttrekker van het initieel progressieve Leefbaar Nederland – en over zijn media-optredens. Die laatste golden als zijn programma, niet de inhoud waarvoor hij stond. Dat is dan wél het gevaar van populisme. Dat het meer gaat om stijl dan om inhoud, meer om esthetiek dan om ethiek. KDr.

CHRISTIAN DUTOIT DE RODE TONG VAN DE LEEUW. ANTOON ROOSENS (1929-2003).

rele samenleving van Theo van Heijst. Zelfs na twee keer lezen, blijft de vraag wáár het over gaat... Het boek mist coördinatie en eindredactie, zoveel is duidelijk! Toon verdiende beter. Ondertussen verscheen een themanummer Toon Roosens van het Vlaams Marxistisch Tijdschrift (december 2004). Maar dat leidde tot een ware Historikerstreit in goede radicaal-socialistische traditie tussen dat VMT en Meervoud. Er is in klein-links nog niets veranderd... AN

PIM Het aantal boeken dat de jongste paar jaar over het ‘fenomeen Fortuyn’ werd gepubliceerd in Nederland, is niet meer te overzien. Een goede balans over zijn rol in gidsland Nederland, betekenis en evolutie van directe democratie en inspraak van de burgers geeft S.W. Couwenberg in het jongste jaarboek van Civis Mundi.

E.A.

ANALYSE EN STRATEGIE VAN EEN LINKS FLAMINGANT. MEERVOUD, 208 BLZ., € 18,50 OP REK. 001-2384501-26 – MEERVOUD, DRUKPERSSTRAAT 20, 1000 BRUSSEL.

Ere wie ere toekomt. Het portret dat Bernard Daelemans schetst van Toon Roosens’ denken en doen, is de beste bijdrage. In een kritische bloemlezing van tientallen citaten slaagt Daelemans erin een helder beeld te schetsen van Toons specifieke gedachtegoed. Ook de erg persoonlijke en met anekdotes doorspekte terugblik van compagnon de route Roger Bourgeois mag er zijn. Vele andere teksten echter wegen te zwaar op de hand, zijn te ideologisch en doen het evenwicht van het boek overhellen naar een nieuwe bijbel voor klein-links. Wie niet radicaal-links geschoold is, zal bijvoorbeeld een héél zware brok hebben aan de teksten van Miel Dullaert. Jammer is dat er geen teksten van Toon zelf in opgenomen zijn, geen foto’s, geen anekdotes. Ook een goede inleiding ontbreekt. Het biografische portret van historicus Henk Cuypers volstaat amper om een goed beeld te krijgen van leven en werk van Toon. Daartoe is het immers te onvolledig, ontbreken té veel details en is het vaak zoeken naar de causaliteit en de context van vele van Toons activiteiten. Vraag die dan rijst: waarom heeft Christian Dutoit – toch ook een fellow traveller van Toon én met een schitterende pen – dit stuk niet aangescherpt en verfijnd? Hetzelfde geldt voor het stuk over de multicultu-

13

S.W. COUWENBERG, OPSTAND DER BURGERS. DE FORTUYN-REVOLTE EN HET DEMASQUÉ VAN DE OUDE POLITIEK.

DAMON, 256 BLZ., € 16,95, 90 5573 480 2.

Boeiend is hoe de Nederlandse academicus alternatieven analyseert voor de politieke malaise waarin Nederland is terechtgekomen. Daartoe werpt hij ook een blik op het conservatieve alternatief van de Burke Stichting, die zich steeds vaker bevindt in de nucleus van het politiek-maatschappelijke. Afsluiten doet Couwenberg met een status-quaestionis van de Nederlandse identiteit. Daarbij kijkt hij ook over de grens tussen Essen en Roosdaal. ‘KleinNederlands staatsnationalisme en Vlaams particularisme’ staan echter verdere samenwerking in de weg. Maar als taalgenoten al niet samen door dezelfde deur kunnen, hoe zou hetzelfde dan kunnen met niet-Nederlandstalige volken in Europa? De vraag stellen, is ze beantwoorden. KDr.

DOORBRAAK nr. 8 – september 2005

B OEKEN

BOEKEN


K AMIKAZE -M EGAFOON

K

R A M E R

V E R S U S

K

R A M E R

Als we kameraad-minister-professor en voorzitter in spe van de sp.a Vande Lanotte mogen geloven, dan gaat de regering Verhofstadt voluit door tot 2007. Zelfs ambitieuzer dan ooit tevoren. Vooral om na de zomer de begroting van 2006 en 2007 op poten te zetten. Kwestie van genoeg centen vrij te maken voor de o zo noodzakelijke beslissingen omtrent het loopbaaneinde en de hervormingen in de sociale zekerheid. Over het hete hangijzer van ons aller nationale luchthaven zwijgt hij in alle talen. Sterker nog. De geluidshinder heeft kennelijk ook zijn gehoor aangetast. Want van de hardnekkige geruchten over een georkestreerde val van de regering in het najaar heeft hij niks gehoord. Wil hij ook niks horen. De huidige ploeg heeft het vaste voornemen om de hele rit uit te doen. En daarmee basta! Dat de weg naar de hel geplaveid is met goede voornemens maakt op hem niet de minste indruk. Johan Van Oostende blijft er in geloven en steekt hiermee zelfs ene Willem van Oranje voorbij, die ons lang geleden al liet geloven dat men niet hoeft te hopen om te ondernemen, noch te slagen om te volharden. Of in vrije vertaling: hoe dwazer de hoop, des te vaster. Kameraad Freddy Willockx daarentegen, ziet de toekomst van de regering minder rooskleurig tegemoet en voelt de hete adem van Filip De Verschrikkelijke al in zijn nek. Via de gastvrije kolommen van die zogeheten onverantwoord-interessante-krant heeft hij recent in propria persona een tipje van de rode sluier gelicht en ons heel even laten meegluren door de kristallen glazen van zijn politieke bril. ‘Als ik alle gebeurtenissen en uitspraken van de laatste weken op een rijtje zet, kan ik alleen maar tot de vaststelling komen dat Di Rupo uit is op een val van de regering’, aldus de helderziende van Sint-Niklaas. En eerlijk gezegd, persoonlijk ben ik geneigd om Freddy te geloven. Dat heeft allicht veel te maken met het feit dat er in lelijkheid een zekere bekoring schuilt, op voorwaarde natuurlijk dat de persoon in kwestie over voldoende andere eigenschappen beschikt om dat te compenseren. En voor Freddy is dat zo. Hij is een briljante geest. Was zelfs primus inter pares op de universiteit. Hij heeft daarenboven een hoog Eddy-Wallygehalte, als ge maar begrijpt wat ik hiermee bedoel. En dat heeft Johan niet. Hij is ook moeders mooiste niet, maar hij heeft wat mij betreft al iets te vaak gelogen. Over zijn fameuze Zilverflop onder andere. En dat is jammer. Want het enige wat een leugenaar bereikt, is dat men hem ook niet meer gelooft als hij toevallig (?) de waarheid spreekt. Althans volgens Aristoteles. En die kon het weten. Conclusie: de twee adonissen van de sp.a staan eens te meer lijnrecht tegenover elkaar. Zoiets als Kramer versus Kramer, maar dan in een rood kleedje. Aan u lezer, om nu een keuze te maken. Ik heb de mijne al gemaakt. Kamikaze

M

N EDERLANDSE ‘Echt feest vieren de Belgen niet’, meldde Frans Dijkstra in het dagblad Trouw (22 juli). In de Volkskrant vatte Bart Dirks het nog scherper samen: ‘Jarig België takelt langzaam af’. Dijkstra: ‘Feest is een groot woord voor de viering van de 175ste verjaardag van België. De koning hield zijn feestrede met een doodernstig gezicht. Bij het militaire defilé bleven zelfs honderden stoelen leeg. Elders in de stad trokken draaimolens, oude ambachten en braadworst volk aan. Maar een echt feest wilde het niet worden. Aan de vooravond van de nationale dag dreigde het al mis te gaan. Als vrolijke noot hadden de organisatoren bedacht om het wereldrecord fanfaremuziek te breken. Er zouden meer dan 11 578 muzikanten nodig zijn om een Japans record te overtreffen. Maar de teller op het Brusselse Rogierplein bleef triest hangen bij 1 200 blazers en trommelaars, militaire kapellen inbegrepen.

DOORBRAAK nr. 8 – september 2005

E G A F O O N

KIJK OP

A LBERTS B ELGIË

Voor Belgische evenementen komen de mensen maar moeilijk op de been. De

De Britse historicus Hobsbawn voorspelde de crash ergens tussen 2004 en 2009’,

zes miljoen Vlamingen en vier miljoen Walen leven volstrekt langs elkaar heen. Veel gemeenschappelijk hebben ze niet meer. Koning en krijgsmacht, belastingen en sociale zaken, daar is het zo ongeveer mee gezegd.

constateerde journalist en historicus Marc Reynebeau woensdag in De Standaard. Als hij gelijk heeft, verkeert België al in blessuretijd.

Aan de ene kant hollen de gewesten de staat uit, aan de andere kant dringt de Europese Unie zich op. De EU mag van federaal premier Guy Verhofstadt nog veel verder gaan. Hij is een van de weinige regeringsleiders die nog geestdriftig spreekt over een Europese federatie.’ Bart Dirks in de Volkskrant: ‘Een existentiële crisis overschaduwt de nationale feestdag. “Overleven zal het land wel”, antwoordt Luc Delfosse in het commentaar van de Franstalige krant Le Soir: “Overleven? Maar wat voor akelig lot is dat! Men beeft, men zweet, men kijkt schichtig rond, men takelt af, men ligt op sterven.”

14

Hoezeer de taalgrens België in twee gescheiden werelden deelt, bleek dit voorjaar toen de Frans- en Nederlandstaligen snoeihard botsten over de kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde. De Vlaamse regering eiste eensgezind de “onverwijlde splitsing” van BHV... De Franstaligen in Wallonië en Brussel wilden compensatie: de uitbreiding van het tweetalige Brusselse hoofdstedelijke gewest. Premier Guy Verhofstadt stopte het onoplosbare dossier uiteindelijk ‘in de frigo’ tot na de federale verkiezingen van 2007. Volgens menigeen was dat een bewijs dat het land ‘met spuug en paktouw’ wordt bijeengehouden. Dit najaar staan nog meer moeizame dossiers op de agenda van de uitgebluste federale regering.’


KBC-Open Sparen

Spaar voor later. Wij zorgen dat u altijd aan uw geld kunt.

Energiebesparing Milieutechnologie: afvalverbranding deNOx Explosieve gasmengsels: verwerking in overeenstemming met ATEX

Gespecialiseerd studiewerk en sleutel op de deur levering Mallekotstraat 65, 2500 Lier Tel: ++ (0)3/491.98.78 – Fax: ++ (0)3/491.98.77 E-mail: info@euro-pem.com

U legt geregeld wat opzij. Voor later. Maar als u slim bent, kiest u daarbij voor KBC-Open Sparen. Want zo spaart u in úw tempo en vooral zonder uw geld vast te zetten. U weet maar nooit … Of u nu kiest voor het fiscale voordeel, de veiligheid of het extra rendement, elk van de formules rendeert. Praat er eens over met uw adviseur Sparen en Beleggen of met uw KBC-verzekeringsagent.

OPINIEONDERZOEK VDC LEES: WWW.DOORBRAAK.ORG

C

O L O F O N

Doorbraak is een uitgave van het Vlaams Diensten Centrum vzw. Verschijnt maandelijks (niet in augustus). Hoofdredacteur: Jan Van de Casteele Kernredactie: Karl Drabbe, Katleen Van den Heuvel, Dirk Laeremans, Herman De Mulder, Anke Nobels, Peter De Roover. Redactie-adres: Passendalestraat 1a, 2600 Berchem. Tel (03) 366 18 50 – Fax (03) 366 60 45 e-post: redactie@doorbraak.org – internet: www.doorbraak.org – abonnementen: secretariaat@doorbraak.org Abonnement: € 16,50 voor een abonnement van 12 maanden. Studentenabonnement: € 10 voor een abonnement van 12 maanden, met opgave van leeftijd en onderwijsinstelling. Internet-abonnement: € 10 voor 12 maand toezending van Doorbraak (pdf-bestanden) via internet. Het (studenten)abonnement geeft recht op een gratis Internet-abonnement. Abonnering door storting op rekening 409-9591911-13 van Doorbraak met vermelding van het type abonnement. Doorbraak wordt ook gratis toegestuurd naar de leden van de Vlaamse Volksbeweging vzw. U kunt ook lid worden van de VVB door overschrijving van € 17 op rekening 409-9521741-71 van VVB-leden-administratie. Dan krijgt u naast Doorbraak ook Binnendoor, het ledenblad van de Vlaamse Volksbeweging, toegestuurd. Doorbraak is lid van de Unie van de Uitgevers van de Periodieke Pers. Vormgeving: Jupiter Graphics, De Regenboog 5A, 2800 Mechelen, Tel. 015 52 95 67 Betaalt u uw abonnementsgeld vanuit het buitenland? Vermeld dan bij storting op het hierbovenvermeld rekeningnummer ook het IBAN-nummer BE08 4099 5919 1113 (Bank identificatiecode van KBC-bank = KREDBEBB) Verantwoordelijke uitgever: Dirk Laeremans, Passendalestraat 1a 2600 Berchem. ISSN 0012-5474

15

DOORBRAAK nr. 8 – september 2005


Splits zelf de sociale zekerheid !

De splitsing van de sociale zekerheid is een oude eis van de Vlaamse Beweging maar blijft voorlopig actueel. De politieke wereld is nog altijd doof voor deze vraag onder druk van de traditionele instellingen die het unitaire systeem in stand willen houden. Het Vlaams Neutraal Ziekenfonds steunt deze eis en ijvert ondubbelzinnig voor een splitsing van de sociale zekerheid. Elk lid dat bij ons aansluit, geeft te verstaan dat de splitsing ook zijn bekommernis is. Bouw mee aan een beter en onafhankelijk Vlaanderen,

en zet vandaag nog de stap naar het Vlaams Neutraal Ziekenfonds. Bovendien vindt u in ons een ideale partner in uw ziekteverzekering. Naast de wettelijke verzekering, bieden we u een interessant aanvullend pakket. Zo betalen we onder meer alternatieve raadplegingen, brilglazen, homeopathie, tandprothesen en voetverzorging terug. Daarnaast bieden wij premies bij geboorte en jeugdkampen, een mooie keuze uit boeiende jongerenvakanties en een aantrekkelijke en betaalbare hospitalisatieverzekering.

Aansluiten is heel eenvoudig. Eén telefoontje is voldoende: 0800-179 75. De rest doen wij. Toch nog dit. Het Vlaams Neutraal Ziekenfonds heeft kantoren dicht bij u in de buurt. Vraag ernaar via ons gratis nummer of surf even naar onze webstek: www.vnz.be.

Hoofdzetel: Hoogstratenplein 1 – 2800 Mechelen – www.vnz.be

DOORBRAAK nr. 8 – september 2005

16


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.