dossier 2022-260.pdf

Page 1

Uitspraak beroepsinstantie OVB/2022/260

Vlaamse overheid Beroepsinstantie inzake openbaarheid van bestuur en hergebruik van overheidsinformatie Afdeling openbaarheid van bestuur Havenlaan 88, bus 20 1000 BRUSSEL T : 02 553 57 25 Mail: openbaarheid@vlaanderen.be Dossiernummer: OVB/2022/260

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur Bevoegdheid beroepsinstantie Bestuursdecreet van 7 december 2018, titel II, hoofdstuk 3, afdeling 6. Besluit van de Vlaamse Regering van 19 juli 2007 tot oprichting van de beroepsinstantie inzake openbaarheid van bestuur en hergebruik van overheidsinformatie. Voorafgaande procedure Op 11 augustus 2022 diende xxx (hierna vermeld als: verzoeker) een verzoek in bij de Commissie voor Medische Ethiek van het Universitair Ziekenhuis Gent (hierna vermeld als: het UZ Gent) om een kopij te krijgen van de adviezen, raad en documenten van de Commissie voor Medische Ethiek die gaan over het screenen van embryo’s op de aanwezigheid (of afwezigheid) van erfelijke doofheid. Op 25 augustus 2022 meldde het UZ Gent de verzoeker dat de termijn verlengd werd tot 40 kalenderdagen. Op 6 september 2022 werd het openbaarheidsverzoek afgewezen door het UZ Gent. Op 8 september 2022 diende de verzoeker beroep in bij de beroepsinstantie tegen de weigeringsbeslissing van UZ Gent. Dit beroep werd geregistreerd op 8 september 2022. Ontvankelijkheid van het beroep Het oorspronkelijke verzoek dateert van 11 augustus 2022. De in beroep aangevochten beslissing van het UZ Gent van 6 september 2022 maakt melding van de beroepsmogelijkheden, maar niet van de modaliteiten, zoals voorgeschreven in artikel II.43, §1, derde lid van

www.vlaanderen.be


het Bestuursdecreet. Bijgevolg start de termijn om beroep in te dienen overeenkomstig artikel II.48, §1, vierde lid van het Bestuursdecreet pas vier maanden na de kennisgeving van deze beslissing. Op 8 september 2022 tekent de verzoeker beroep aan tegen de weigeringsbeslissing van 6 september 2022. Het beroep is tijdig en wordt bijgevolg ontvankelijk bevonden. Gegrondheid van het beroep Overeenkomstig artikel II.31, eerste lid Bestuursdecreet heeft het recht op passieve openbaarheid betrekking op bestuursdocumenten. Op grond van deze bepaling is elke instantie in principe verplicht aan eenieder die erom verzoekt inzage te geven in, uitleg te verschaffen over of een afschrift te bezorgen van de gewenste bestuursdocumenten. De openbaarmaking kan slechts geweigerd worden mits toepassing wordt gemaakt van één of meerdere uitzonderingen, zoals gestipuleerd in de artikelen II.33 tot en met II.39 van voormeld decreet.

1.

Bestreden beslissing

In haar beslissing van 6 september 2022 weigerde het UZ Gent om aan verzoeker een kopij te verlenen van het gevraagde (de adviezen, raad en documenten van de Commissie voor Medische Ethiek die gaan over het screenen van embryo’s op de aanwezigheid (of afwezigheid) van erfelijke doofheid), omwille van artikel 9ter van de bijlage bij het Koninklijk Besluit van 23 oktober 1964 tot bepaling van de normen die door de ziekenhuizen en hun diensten moeten worden nageleefd (ingevoegd door het Koninklijk Besluit van 12 augustus 1994), dat in de voorlaatste zin het volgende bepaalt:

“De adviezen en raadgevingen van het Comité zijn vertrouwelijk en niet bindend en ze zijn het voorwerp van een gemotiveerd verslag dat uitsluitend aan de verzoeker wordt overgezonden en waarin de verschillende standpunten van de leden worden weergegeven.” 2. Inhoud van het beroepschrift Verzoeker diende op 8 september 2022 beroep in tegen deze beslissing van het UZ Gent en dit omdat de weigeringsgrond, aangehaald door het UZ Gent, niet behoort tot de weigeringsgronden die voorzien zijn in de ‘wet’ en omdat deze weigeringsgrond niet pertinent gemotiveerd is.

3. Beoordeling door de beroepsinstantie In het Bestuursdecreet komt de bescherming van de adviezen en raadgevingen van het Ethisch Comité inderdaad, zoals verzoeker terecht stelt, niet als uitzondering voor. De organieke wetgeving met betrekking tot het gezondheidsbeleid is volgens artikel 5, §1, I, lid 1, 1°, a) van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, een federale aangelegenheid. Het ontbreken van regels op het vlak van de bescherming van deze adviezen en raadgevingen, in het Bestuursdecreet is dus een gevolg van de onbevoegdheid van de decreetgever. Het Bestuursdecreet laat de federale regelgeving, meer bepaald het Koninklijk Besluit van 23 oktober 1964 tot bepaling van de normen die door de ziekenhuizen en hun diensten moeten worden nageleefd (ingevoegd door het Koninklijk Besluit van 12 augustus 1994) echter onverlet en ontslaat instanties er niet van die regelgeving te eerbiedigen bij het nemen van beslissingen over aanvragen tot openbaarmaking.

https://www.vlaanderen.be/openbaarheid-van-bestuur

uitspraak beroepsinstantie OVB/2022/260

pagina 2 van 3


Het beroep dient bijgevolg als ongegrond beschouwd te worden. Na beraadslaging,

BESLUIT: Het beroepschrift van xxx d.d. 8 september 2022 tegen de weigeringsbeslissing d.d. 6 september 2022 vanwege het UZ Gent wordt als ontvankelijk doch ongegrond beschouwd. Brussel, 30 september 2022 Voor de beroepsinstantie, afdeling openbaarheid van bestuur, Bruno ASSCHERICKX Voorzitter

https://www.vlaanderen.be/openbaarheid-van-bestuur

uitspraak beroepsinstantie OVB/2022/260

pagina 3 van 3


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.