2008Lokaal15

Page 1

Halfmaandelijks magazine van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten vzw - Paviljoenstraat 9 - 1030 Brussel | verschijnt 20 x per jaar | Afgiftekantoor Gent X | P2A9746

NR 15 VAN 1 oktober 2008

VVSG-MAGAZINE VOOR GEMEENTE EN OCMW

Gemeenten geven gas

Interview met Daniël Termont : ‘Publigas schrijft wereldgeschiedenis.’

Lokaal dienstencentrum voor iedereen

De drie grote mythes van Fost Plus


Partner voor openbare besturen Afvalbeheer bij openbare besturen is een vak apart. Indaver is een specialist die dit vak verstaat als geen ander. Zij speelt feilloos in op de noden van de publieke sector. Meer en meer verwacht men van openbare besturen dat zij over de nodige knowhow beschikken op het vlak van technische expertise, milieureglementering, financieel en commercieel beleid. Indaver is door haar jarenlange ervaring een betrouwbare partner voor de openbare besturen. Samen met de lokale overheid zoekt Indaver naar de beste oplossing waarbij preventie, selectieve inzameling en verwerking voorop staan. Zij verwerkt vrijwel alle afvalfracties van het huishoudelijk afval en hiermee gelijkgesteld bedrijfsafval. Op een duurzame en kwaliteitsvolle manier. info@indaver.be

Tel. +32 15 28 80 24

www.indaver.be www.indaver.com

Toonaangevend in duurzaam afvalbeheer


NR 15 VAN 1 oktober 2008

VVSG-MAGAZINE VOOR GEMEENTE EN OCMW

Halfmaandelijks magazine van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten vzw - Paviljoenstraat 9 - 1030 Brussel | verschijnt 20 x per jaar | Afgiftekantoor Gent X | P2A9746

BART LASUY

INHOUD

LOKAAL NUMMER 15 VAN 1 oktober 2008

Gemeenten geven gas

12

Interview met Daniël Termont : ‘Publigas schrijft wereldgeschiedenis.’

‘Publigas schrijft wereldgeschiedenis.’

Lokaal dienstencentrum voor iedereen De drie grote mythes van Fost Plus

STEFAN DEWICKERE

Volgens Daniël Termont kan Publigas ervoor zorgen dat België altijd gas krijgt. Uit tevredenheid bleef Lokaal-fotograaf Bart Lasuy thuis en zette soep op zijn eigen pitje.

Daniël Termont, de Gentse burgemeester die voorzitter is van Publigas, is na maanden zware onderhandelingen een tevreden man: ‘Het resultaat is het best mogelijke compromis met de best mogelijke garanties voor de gasbevoorrading van ons land.’

5 Opinie: Kennis van het Nederlands verhoogt ook voor leefloners kans op werk

KORT LOKAAL 6 Nieuws, print & web, perspiraat, column

12 Interview met Daniël Termont: ‘Publigas schrijft wereldgeschiedenis.’ 16 Gemeentelijk gas – de cijfers 18 Preventie door lokale veiligheidsdiagnose

FORUM 20 Door e-notulering meer tijd voor de belangrijke kwesties 22 Lokale raad & Ronde van Vlaanderen 23 Geknipte politicus Alexis Calmeyn

Door e-notulering meer tijd voor de belangrijke kwesties Het is de droom van beleidsmakers om geen tijd te verspillen aan routinezaken of aan punten waarover geen discussie bestaat. Hiervoor heeft Kortrijk de e-notulering in het leven geroepen.

43

WERKVELD De drie grote mythes van Fost Plus Klare kijk Ook gewestwegen moeten proper In het lokale dienstencentrum kan iedereen voor welzijn terecht 33 Praktijk in Staden 34 De donderdag van Tijs Goethals

24 27 28 31

Minister Vanackere presenteert ontwerp woonzorgdecreet

WETMATIG

LAYLA AERTS

37 Berichten, boekbesprekingen 46 Agenda & Triljoen

STEFAN DEWICKERE

ORGANISATIE

20

In het ontwerp komt Vlaams minister van Welzijn Steven Vanackere op enkele belangrijke punten tegemoet aan de kritiek die de VVSG had op het voorontwerp. De lokale dienstencentra worden extra op de kaart gezet. En de openbare schoonmaak- en klusjesdiensten zijn in het ontwerp opgenomen. 1 oktober 2008 LOKAAL 3


Binnenkort wordt het OCMW-decreet gestemd. Zorg ervoor dat u meteen mee bent! Zo gauw het decreet is goedgekeurd, krijgt u de actualisatie van de codex in de bus. Niet te missen dus! Zopas werd bovendien het deel ‘aanvullende wetgeving’ van de codex herwerkt en overzichtelijker gemaakt.

De OCMW-codex De OCMW-codex bestaat uit twee ringbanden en een cd-rom, met daarop de codex in elektronisch formaat. Uniek aan de OCMW-codex is de toevoeging van wetskennis én praktijkervaring per wetsartikel. U vindt dus precies die verwijzingen of commentaren die u nodig heeft om het artikel correct toe te passen. Waar nodig wordt ook de integrale tekst van de uitvoeringsbesluiten weergegeven. Hoofdredacteur van de OCMW-codex is Piet Van Schuylenbergh, directeur afdeling OCMW’s van de VVSG. Het updaten van de codex gebeurt in samenwerking met Inforum. Voor de OCMW-raadsleden en -personeelsleden is er de OCMWgids met de OCMW-basiswetgeving.

NIEUW!

Het OCMW-decreet ontleed

Een team van VVSG-stafmedewerkers zet de implicaties van het nieuwe OCMW-decreet imp haarfijn uiteen. Alles wat u over het nieuwe haa decreet moet weten, vindt u in deze beknopte dec gids, opgesteld in vraag- en antwoordvorm. gid Ook wordt duidelijk aangegeven welke arOo tikelen wanneer in werking treden. Met deze tike pocket hebt u de eerste interpretatie van het nieuwe decreet binnen handbereik. Auteurs: Piet Van Schuylenbergh, Pieter Vanderstappen, Jan Leroy, Katleen Janssens, David Vanholsbeeck De VVSG licht de implicaties van het nieuwe decreet toe tijdens een reeks van studiedagen i.s.m. de provinciale bestuursscholen. Alle info op www.vvsg.be.

Bestelkaart Politeia // Ravensteingalerij 28 // 1000 Brussel // Fax: 02 289 26 19 // Tel: 02 289 26 10. Of bestel via www.politeia.be // e-mail: info@politeia.be

Ja, ik bestel

....... ex. van De OCMW-Codex (2 delen incl. cd-rom)** VVSG-leden: 109 euro*, niet-leden: 129 euro*. ....... ex. van Het OCMW-decreet ontleed VVSG-leden 21 euro*, niet-leden: 25 euro*. ....... ex. van De OCMW-Gids VVSG-leden: 21 euro*, niet-leden: 25 euro*.

Organisatie/bestuur: ...........................................................................................................................

Datum en handtekening

Naam: ................................................................................................................................................ Functie: .............................................................................................................................................. Tel. : ............................................................ E-mail: .......................................................................... Adres: ................................................................................................................................................. BTW: ................................................................................................................................................... * Prijzen incl. BTW maar excl. verzendingskosten. Prijzen geldig t.e.m. 31 december 2008. Kijk voor exacte prijzen altijd op onze website www.politeia.be ** De bijwerkingen worden mij automatisch opgestuurd tegen 0,46 euro/blz, (update cd-rom 29 euro) tot schriftelijke wederopzegging. Uw gegevens worden door ons in een bestand bijgehouden en niet aan derden doorgegeven. Overeenkomstig de Wet op de privacy heeft u inzage- en correctierecht.


opinie Piet Van Schuylenbergh

Stefan Dewickere

Kennis van het Nederlands verhoogt ook voor leefloners kans op werk

I

Piet Van Schuylenbergh is directeur van de VVSG-afdeling OCMW’s

n deze communautair barre tijden hangt er altijd spanning in de lucht als er taalgevoelige dossiers in de pers komen. Dus ook wanneer OCMW’s in Vlaanderen van hun leefloners vragen Nederlands te leren. Voor een aantal Brusselse OCMWvoorzitters is dit zelfs een aanleiding om in hun pen te kruipen en te gewagen van een inbreuk op de Grondwet (met grote G) en op het Handvest van de Europese Unie. Wat is daar nu eigenlijk van aan?

Voor alle duidelijkheid: de kennis van het Nederlands is in Vlaanderen geen voorwaarde om een leefloon te ontvangen. Ze staat niet in de wet en OCMW’s kunnen niet op eigen houtje eigen voorwaarden aan de wet toevoegen. Wat wel in de wet staat is dat leefloners werkbereid moeten zijn. De leefloonwet vraagt van de OCMW’s de nodige inspanningen om zoveel mogelijk cliënten aangepast werk te bezorgen en de federale overheid geeft hun finanOCMW’s mogen verwachten ciële stimulansen om dit engagement te kunnen uitvoeren. OCMW’s nemen deze verantwoordelijkheid effectief op en dat een hulpvrager zelf ook werken met hun cliënten allerlei trajecten op maat uit om inspanningen doet om hun kansen op de arbeidsmarkt te verhogen. Maar daar staat ook iets tegenover: OCMW’s mogen verwachten dat zijn kans op werk te verhogen. een hulpvrager zelf ook inspanningen doet om zijn kans op werk te verhogen. Een gebrek aan kennis van het Nederlands is een ernstige hinderpaal om werk te vinden, dus is het niet meer dan redelijk dat leefloners bereid moeten zijn het te leren. Dit is niets nieuws en het wordt heus niet enkel in Geraardsbergen of Gent zo toegepast. Tal van OCMW’s ondersteunen de inspanningen van hun cliënten om Nederlands te leren door zelf taalcursussen aan te bieden of de opleidingskosten op zich te nemen. Dit is des te belangrijker omdat één vierde van de leefloners in Vlaanderen anderstalig is. Ook voor anderstaligen die geen leefloon aanvragen, is kennis van het Nederlands onontbeerlijk om zich in Vlaanderen in te burgeren. Steeds is er begrip voor de individuele situatie van elke cliënt. Maar zonder bereidheid van de cliënt leveren die inspanningen niks op. Vergelijk het met iemand die ongeschoold is: als hij niet bereid is om in samenspraak met het OCMW een aangepaste beroepsopleiding te volgen, zullen zijn kansen op de arbeidsmarkt bijzonder klein blijven. Het OCMW mag die inspanning dus echt wel vragen. Besluit: een OCMW in Vlaanderen kan het leefloon niet weigeren omdat de aanvrager geen Nederlands kent; een OCMW kan het leefloon wel stopzetten indien blijkt dat de aanvrager niet bereid is Nederlands te leren. Het OCMW beoordeelt elke situatie individueel. I

LOKAAL is het magazine en ledenblad van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten vzw en verschijnt tweemaal per maand Paviljoenstraat 9, 1030 Brussel T 02-211 55 00 • F 02-211 56 00 lokaal@vvsg.be www.vvsg.be Verantwoordelijk uitgever Mark Suykens, directeur VVSG

Bladmanagement Jan Van Alsenoy Abonnementen VVSG-leden: 78 euro, vanaf 10 ex. 65 euro; niet-leden: 145 euro VVSG, Nicole Van Wichelen T 02-211 55 43 Regie vacatures VVSG, Nicole Van Wichelen, T 02-211 55 43

Regie advertenties Cprojects&Advertising, Peter De Vester, T 03 326 18 92, media@cprojects.be Hoofdredactie Marlies van Bouwel Redactiesecretariaat Inge Ruiters, T 02‑211 55 44 Eindredactie Marleen Capelle

Kernredactie Pieter Plas, Inge Ruiters, Jan Van Alsenoy, Marlies van Bouwel, Bart Van Moerkerke Columnisten Johan Ackaert, Pieter Bos Illustraties Bart Lasuy, Stefan Dewickere, Layla Aerts (fotografen), Nix (cartoonist), Pol Despeghel (schilder) Vormgeving visueel denken (Gent)

Drukwerk Schaubroeck (Nazareth) Lokaal wordt gedrukt op het kringlooppapier Cyclus

VVSG-bestuur Jef Gabriels, voorzitter Sas van Rouveroij, voorzitter raad van bestuur Theo Janssens, voorzitter afdeling OCMW’s

Ondertekende artikels verbinden alleen de auteurs. Reacties zijn welkom. De redactie zal deze naar eigen inzicht al dan niet opnemen, inkorten of er melding van maken. Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd en/ of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, elektronische drager of op welke wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

Met de steun van Dexia en Ethias, partners van de VVSG

1 oktober 2008 LOKAAL 5


KORT LOKAAL NIEUWS

Bedragen verkeersveiligheidsfonds 2008 nog altijd niet gekend Veel politiezones vragen zich terecht af wanneer de federale overheid de definitieve bedragen van het verkeersveiligheidsfonds bekend zal maken. Eigenlijk moesten ze deze bedragen al op 9 februari 2008 kennen.

e ministers van Financiën, Begroting, Binnenlandse Zaken en Mobiliteit maken er duidelijk geen punt van om de door hen bepaalde wettelijke termijnen na te leven. Veel politiezones komen nu in de problemen omdat zij nog altijd de juiste bedragen niet kennen die ze moeten inschrijven in de begroting 2008. De tijd dringt want de zones hebben nog tot 15 november de tijd om hun begrotingswijziging naar de gouverneur te versturen. Een tweede probleem is dat de bedragen voor de politiezones lager zouden liggen dan de vorige jaren. Uit een berekening van de FOD Mobiliteit (de concrete cijfers heeft de VVSG niet ontvangen) zou blijken dat de zones dit jaar 15% minder middelen dan vorig jaar zullen ontvangen uit het fonds. De VVSG stelt zich hier ernstige vragen bij want nog nooit waren er

STEFAN DEWICKERE

D

De zones zouden dit jaar veel minder krijgen terwijl er nog nooit zoveel onmiddellijke inningen waren.

zoveel onmiddellijke inningen. Bovendien worden de middelen uit het fonds meer en meer aangewend voor de financiering van de federale politie. Dit strookt niet met de afspraken. Koen Van Heddeghem en Arne Dormaels

Gemeentelijke websites elk jaar beter Jaarlijks worden de websites van de 308 Vlaamse en 19 Brusselse gemeenten doorgelicht door Indigov. Opnieuw schittert de site van Gent bovenaan, maar ook kleinere gemeenten doen een inhaalbeweging. Nu de inhoud er is, moeten de gemeenten werk maken van service.

G

ent wordt op de hielen gevolgd door Leuven dat nu al voor het derde jaar zijn plaats in de ranglijst verbetert. Beide steden scoren sterk op elk van de 110 indicatoren die verwerkt worden in een gemeentelijke score. In die indicatoren zitten items zoals de kwaliteit van het informatieaanbod en de elektronische diensten, de democratische mogelijkheden van de site en de gebruiksvriendelijk-

heid. De kloof tussen de grote steden en de kleine gemeenten neemt af. Al een paar jaar geven Zwijndrecht en Edegem het goede voorbeeld, maar ook Brasschaat, Neerpelt, Meeuwen-Gruitrode en Bornem doen het dit jaar zeer goed. Minpunten Burgers komen online al wel te weten wat hun rechten en plichten zijn, maar

de gemeentelijke website is een eenrichtingsinformatiekanaal, online participatie heeft nog een lange weg te gaan. Een op de tien gemeenten hinkt bovendien hopeloos achterop en heeft een totaal nieuw concept voor haar website nodig. Marlies van Bouwel ÎÎDe volledige studie is te bestellen bij anne.struyven@indigov.be, de prijs bedraagt 275 euro, exclusief btw, www.indigov.be Het persbericht en een beknopte presentatie staan op http://monitor.indigov.be/

Tot 15 oktober: Oproep voortrajecten en socioprofessionele inschakelingstrajecten 2009 As 1 van het federale programma van het Europees Sociaal Fonds helpt OCMW-cliënteel op de arbeidsmarkt in te schakelen door activerende voortrajecten op tewerkstelling en socioprofessionele inschakeltrajecten te subsidiëren. Bij activerende voortrajecten op tewerkstelling ligt het accent op de maatschappelijke inschakeling en het stabiliseren van de persoonlijke situatie van de deelnemer om nadien een brug te slaan naar tewerkstelling. Via socioprofessionele inschakeltrajecten binnen artikel 60-tewerkstelling worden vaardigheden en competenties verder ontwikkeld in een arbeidsomgeving om vervolgens de stap te zetten naar duurzame tewerkstelling. De trajecten staan open voor OCMW-cliënten die recht hebben op leefloon of financiële steun. ÎÎwww.mi-is.be

6 LOKAAL 1 oktober 2008


PRINT & WEB

GF

Water in historic city centres

Op de Open Bedrijvendag zetten ook gemeenten de deuren van hun nieuwe of vernieuwde gebouwen open voor het publiek.

Innovatieve gemeenten De eerste zondag van oktober staat in het teken van de Open Bedrijvendag, dit jaar onder de noemer ‘Technologische Innovatie’. Voor gemeenten is dit de ideale gelegenheid om hun ondernemend karakter in de verf te zetten en de lokale economie een extra duwtje in de rug te geven. Dankzij de gemeenteactie kunnen bedrijven in groep deelnemen, samen met en ondersteund door het gemeentebestuur.

D

e gemeente is de lokale coĂśrdinator van de Open Bedrijvendag en tegelijkertijd ook gastheer van het evenement. Gemeenten stellen ook gemeentelijke diensten open. Zo kun je op zondag 5Â oktober een blik werpen achter de schermen van de brandweerkorpsen van Tienen, Anzegem en Brecht of de technische diensten van Halle en Veurne. In Sint-Niklaas nemen drie stedelijke vestigingen deel: de dienst Toerisme, het recreatiepark De Ster en het museum SteM. Enkele gemeenten maken van de gelegenheid gebruik om nieuwe gebouwen aan hun inwoners voor te stellen: in Veurne het stadskantoor en de bibliotheek de Seylsteen, in Tielt en Menen de vernieuwde stadhuizen en in Dilsen-Stokkem de Stedelijke Werk-

plaatsen en het splinternieuwe con­t ainerpark. In Oudenaarde stelt het OCMW zich interactief voor met de leefgroepwerking, de serviceflats, de nieuwe bewonerskamers, de mindermobielencentrale en het restaurant. De gemeenten Merelbeke, Melle en Oosterzele nemen samen deel als Land van Rhode. Je kunt er terecht op de containerparken van Merelbeke en Oosterzele en het gemeentelijke depot van Melle, de uitvalsbasis van het uitvoerende technische personeel. In Ranst kun je een kijkje nemen in het opvangcentrum voor asielzoekers en in Willebroek is de lokale politie de gastheer. Leen Van der Meeren

p de Werelddag van de Stedenbouw op 18 november zoekt de Vlaamse Vereniging voor Ruimte en Planning naar actuele strategieĂŤn voor het bouwblok in het Antwerpse congres-

ĂŽĂŽwww.openbedrijvendag.be

centrum Elzenveld. Lezingen en een debat met spraakmakende burgemeesters gaan dieper in op de kleinere woningen, de investeringsdruk, het energievraagstuk en de stedelijke ecologie. Na de

In 2007 verkocht De Lijn in Vlaanderen 252.016 Buzzy Pazzen en 153.868 Omnipassen. Het gemiddelde aantal abonnementen per honderd inwoners voor alle Vlaamse

uitreiking van de Planningsprijzen opent de reizende tentoonstelling CERDĂ€, Urbs i territori. Tom Dumez ĂŽĂŽwww.vrp.be

6,6

gemeenten is 6,6. Koplopers zijn Zwijndrecht (28,4%), Antwerpen (16,7%) en Aartselaar (12,0%). Laakdal en Bilzen behalen net de gemiddelde score. Het geringste aantal abonnementen vinden we in Zele (1,3%), Wezembeek-Oppem (1,1%) en Linkebeek (0,9%). Bekijk de toestand in uw eigen gemeente op www.lokalestatistieken.be.

J. Huisman, Water in historic city centres: Breda, Chester, Gent, ’s-Hertogenbosch, Limerick, Mechelen, uitgeverij Van Kemenade, Breda, 19,50 euro

Naar een Vlaams publiek-

Dwars door het bouwblok

O

Historische stadscentra worden almaar meer onderdeel van de belevingseconomie. Dit heeft gevolgen voor de inrichting en de kwaliteitseisen die eraan gesteld worden. Water, vaak de bron van het ontstaan van de stad, kan hierbij een belangrijke rol spelen. Ook het veranderende klimaat noopt tot nieuw waterbeheer in de stad, met meer aandacht voor berging, afvoer en ecologie. Zes middelgrote steden gingen in het kader van een Europees samenwerkingsprogramma op zoek naar oplossingen voor deze nieuwe vereisten. Dit rijkelijk geïllustreerde boek beschrijft de waterprojecten die Breda, ’s-Hertogenbosch, Gent, Mechelen, Chester en Limerick daartoe ontwikkelden. Het wil bestuurders, gemeenteraadsleden, bewonersgroepen, ondernemers, water- en milieuorganisaties inspireren en informeren over de kansen die water biedt bij de inrichting van de stad van de 21ste eeuw.

rechtelijk archiefdecreet

Met de opeenvolgende staatshervormingen heeft Vlaanderen de bevoegdheid gekregen om het openbare archiefwezen te organiseren. Hoe een sluitende regelgeving voor het archiefwezen eruit kan zien, wordt geschetst in Naar een Vlaams publiekrechtelijk archiefdecreet, uitgegeven door de Vlaamse Vereniging voor Bibliotheek-, Archief- en Documentatiewezen vzw (VVBAD). De publicatie vloeit voort uit een studieopdracht die de Vlaamse overheid toevertrouwde aan de VVBAD. Voor deze studie werden alle archiefniveaus geconsulteerd om in overleg met een advies- en begeleidingscommissie tot een samenhangend concept te komen. De tekst van het eindrapport werd voor deze uitgave aangescherpt. Het boek wil de discussie stimuleren, in de hoop dat op korte termijn een breed gedragen Vlaams publiekrechtelijk archiefdecreet tot stand kan komen. Naar een Vlaams publiekrechtelijk archiefdecreet, uitgave VVBAD, 25 euro, www.vvbad.be

1 oktober 2008 LOKAAL 7


KORT LOKAAL NIEUWS

Gezamenlijke aankoop van stookolie via OCMW Vanuit verschillende hoeken bereikt ons de vraag naar het VVSG-standpunt over OCMW’s die voor hun burgers de gezamenlijke aankoop van stookolie regelen.

mdat de stookolieprijzen zo hoog zijn, vindt de VVSG deze initiatieven lovenswaardig, maar het spreekt voor zich dat dit geen structurele oplossing is voor de hoge energiekosten. Die oplossing moet volgens de VVSG van de federale overheid komen. Her en der neemt een OCMW het initiatief om zo’n gezamenlijke aankoop te regelen. Het systeem biedt inderdaad voordelen: het grote aantal liters zou garant moeten staan voor een hoge korting voor de consument en het OCMW profileert zich naar de (brede) bevolking. Het OCMW kan dit doen op basis van een vrijblijvende clausule in het bestek van de aankoop van de eigen stookolie (al dan niet voor de eigen doelgroep), maar de meeste OCMW’s houden dit buiten het kader van de wetgeving overheidsopdrachten. Ze treden dan louter op als tussenpersoon tussen aankoper en leverancier. OCMW’s maken het best aan iedereen duidelijk dat het OCMW alleen bestellingen verzamelt en doorgeefluik is tussen wie bestelt en de uiteindelijke leverancier. Om te bepalen wie er zal leveren, schrijft het OCMW het best een redelijk aantal leveranciers aan om de grootste korting te verkrijgen en de gekozen leveranciers een faire kans te geven. Voor gemeentebesturen geldt hetzelfde.

Katrien Colpaert-Arickx en Nathalie Debast

LAYLA AERTS

O

OCMW’s willen één werkingsbudget waarmee ze de cliënten met energieproblemen globaal kunnen bijstaan.

Stookoliefonds: nieuwe regels blijven miskenning opdracht OCMW’s

V

lak voor de start van het nieuwe stookoliefondsseizoen 2008-2009 kondigde federaal minister van Maatschappelijke Integratie Marie Arena nieuwe regels aan. Die zijn nog altijd een miskenning van het maatschappelijke werk bij de OCMW’s. De regeling is administratief en nog altijd degradeert ze de OCMW’s tot bankautomaten. En doordat men voor de categorie van de bescheiden inkomens geen rekening houdt met het bezit van onroerende goederen of spaargelden, komt het geld voor een stuk terecht waar het niet hoort. Blijkbaar heeft de federale overheid veel minder problemen met dit nevenverschijnsel dan de OCMW’s die de regeling moeten toepassen. Nochtans is dit een verspilling van belastinggeld. Een overheidssubsidie zal mensen met financiële middelen ook niet aanzetten om energiebesparende maatregelen te nemen, wat binnen een omvattend energiebeleid nochtans evenzeer een prioriteit zou moeten zijn. De OCMW’s herhalen dan ook hun eis om de bestaande federale fondsen (stookoliefonds, fondsen gas en elektriciteit, fonds ter reductie van de globale energiekosten) samen te voegen tot één energiefonds. Dat moet resulteren in één werkingsbudget voor de OCMW’s, waarmee ze cliënten met energieproblemen op basis van maatschappelijk werk de beste hulp kunnen bieden en waarover ze op een globale manier verantwoording afleggen. Het mag dan geen rol spelen of hulpvragers gas, elektriciteit of stookolie gebruiken. Net voordat de minister de nieuwe regeling bekendmaakte, herhaalden de OCMW’s hun standpunt.

Nathalie Debast ÎÎLees het volledige persbericht op www.vvsg.be. De rondzendbrief met de wijzigingen vindt u op www.mi-is.be.

Tot 15 oktober: Oproep werkervaringstrajecten voor artikel zestigers 2009 Het Vlaamse Agentschap van het Europees Sociaal Fonds subsidieert werkervaringstrajecten die uitsluitend openstaan voor artikel zestigers. Zij zijn erop gericht de artikel zestigers na een on the jobwerkervaring van twaalf maanden in het reguliere circuit te laten uitstromen. OCMW’s kunnen niet indienen als promotor, wel als partner in een samenwerkingsverband. ÎÎwww.esf-agentschap.be of www.vvsg.be, knop werk, OCMW & tewerkstelling, werkervaring vanaf 2009

8 LOKAAL 1 oktober 2008


PRINT & WEB

Nieuw: helpdesk sociale-huurbesluit

V

anaf 1 oktober 2008 kunnen ook de lokale besturen met hun vragen over het sociale-huurbesluit terecht bij de helpdesk van de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (VMSW). Tot nog toe konden ze met hun concrete toepassingsvragen enkel terecht bij de VVSG. U kunt dus alle vragen over het sociale-huurbesluit mailen naar de helpdesk. Binnen een week krijgt u een antwoord, tenzij u een interpretatievraag stelt waarvoor het departement RWO geraadpleegd moet worden. OCMW’s en gemeenten die gekozen hebben voor toewijzing op basis van het puntensysteem kunnen met hun vragen over de toepassing van het puntensysteem terecht bij de helpdesk van het Vlaams Overleg Bewonersbelangen.

De VVSG vindt het een goede zaak dat beide helpdesks voortaan ook toegankelijk zijn voor OCMW’s en gemeenten. Dit betekent uiteraard niet dat de VVSG zich vanaf nu niet meer inlaat met het sociale-huurbesluit, integendeel. De VVSG blijft actief ijveren voor een sociale-huurbesluit dat voldoende rekening houdt met de eigenheid van de lokale besturen. Alle ervaringen en opmerkingen die ons hierbij kunnen helpen, blijven dus welkom. Lut Verbeeck

ĂŽĂŽHelpdesk Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen: sh@vmsw.be of T 02-505 44 54 Helpdesk Vlaams Overleg Bewonersbelangen: www.vob-vzw.be of T 03-366 30 15

Leefloonwet: geen rekening met meest kwetsbaren De leefloonbedragen zijn te laag om menswaardig te kunnen leven. Ze moeten naar omhoog. Bovendien houdt de wet te weinig rekening met cliĂŤnten met zware problemen.

D

e federale overheid heeft de leefloonbedragen de voorbije jaren enkele keren verhoogd, maar ze zijn nog altijd te laag om menswaardig te kunnen leven. Zowel voor alleenstaanden als voor mensen met kinderen zitten de bedragen onder de Europese armoedegrens (EAG) en dat is onaanvaardbaar. De stijgende huur- en energieprijzen maken het onmogelijk om nog menswaardig te leven met een leefloon. Deze mensen zijn vaak verplicht schulden te maken enkel maar om te overleven. Maandelijks krijgt een alleenstaande nu 711 euro (EAG: 860 euro), een samenwonende 474 euro en een gezin met minderjarige kinderen 949 euro (EAG: 1117 euro). Binnen het leefloon houdt men ook geen rekening met het aantal kinderen in een gezin. De VVSG waarschuwt echter wel voor het gevaar van werkloosheidsvallen die kunnen ontstaan wanneer het

behoud van het leefloonstatuut interessanter is dan het verwerven van een inkomen uit arbeid. Er moet dus een spanning zijn met inkomen uit arbeid en sociale voordelen worden beter gekoppeld aan een inkomensgrens dan aan een statuut. Op die manier kunnen mensen die aan de slag gaan ook nog – minstens tijdelijk – genieten van een aantal voordelen, wat de overgang minder bruusk maakt. Kwetsbare groep wordt zichtbaar Het blijkt steeds duidelijker dat er een groep van OCMWcliÍnten is met zodanig zware problemen dat ze ondanks uitgebreide inspanningen niet meer aan het werk kunnen. Ten gevolge van een sterk activeringsbeleid bereiken de OCMW’s een fase waarin deze kwetsbare groep steeds zichtbaarder wordt. De VVSG pleit voor een verruiming van de wettelijke mogelijkheden en een

versterking van de OCMWsociale diensten, zodat de OCMW’s hun fundamentele taak van begeleider en ondersteuner ook voor deze groep kunnen uitvoeren. De OCMW’s willen deze mensen niet opgeven, maar de leefloonwet staat onvoldoende stil bij de meest kwetsbaren en erkent naast tewerkstelling geen andere maatschappelijk zinvolle activiteiten zoals vrijwilligerswerk of arbeidszorginitiatieven. Ondanks de hoge nood op het terrein krijgt het OCMW van de federale overheid geen aanmoediging om met deze groep op een waardevolle manier om te gaan. Op dit moment zijn OCMW’s voor de begeleiding van deze cliÍnten aangewezen op toevallige en beperkte projectsubsidies die ze bij elkaar schooien, op de inbreng van eigen gemeentelijke middelen of op de goodwill van partners die bereid zijn met deze groep cliÍnten van het OCMW om te gaan.

Topics lokale bedrijfsbelastingen De belangstelling voor lokale belastingen in het algemeen en gemeentelijke bedrijfsbelastingen in het bijzonder neemt de jongste jaren merkbaar toe. Gemeentebelastingen zijn verhoudingsgewijze immers een grotere plaats gaan innemen in het totaal van de fiscale lasten van de bedrijven. In dit boek wordt nader ingegaan op de grenzen van de gemeentelijke bevoegdheid voor bedrijfsbelastingen. Een dergelijke benadering dringt zich op vanwege de grondwettelijke fiscale autonomie van de gemeenten. Die leidt ertoe dat belastingen tussen twee gemeenten ondanks hun identieke benaming toch totaal kunnen verschillen op het vlak van concept, belastingplichtige, belastbare feiten of tarieven. Een louter praktische analyse van bestaande gemeentelijke bedrijfsbelastingen zou daarom alleen illustreren hoe die lokale bedrijfsbelastingen er doorgaans

Nathalie Debast

uitzien, maar zou niets zeggen over de effectieve belasting in uw gemeente noch over de wettigheid van de belastingvorm die uw gemeente kiest. In dit boek worden de grondwettelijke bepalingen, de algemene beginselen en de wettelijke regels die de gemeentelijke belastingbevoegdheid definiĂŤren en beperken, stelselmatig geanalyseerd en met concrete voorbeelden toegelicht. Daarnaast wordt ook aandacht besteed aan de procedure waarmee lokale belastingen kunnen worden betwist. In een laatste, praktisch deel wordt ten slotte stilgestaan bij de gebruikelijke structuur van een gemeentelijk belasting- of retributiereglement. De bijdragen werden geschreven door auteurs die door hun wetenschappelijke activiteiten, hun praktijkervaring of beide onderlegd zijn in de problematiek van lokale bedrijfsbelastingen.Â

ĂŽĂŽVoor de leefloonbedragen: Inforumnummer 176935

M. De Jonckheere (red.), Topics lokale bedrijfsbelastingen, uitgeverij Intersentia, Mortsel, 75 euro

1 oktober 2008 LOKAAL 9


PERSPIRAAT

KORT LOKAAL NIEUWS

“ Het Antwerpse systeem werkt in

de praktijk, het is beter voor het milieu, goedkoper en rechtvaardiger omdat de burger zijn kosten zelf kan verminderen door beter te selecteren. Frans van der Steen, directeur van het Haags Milieucentrum in een vergelijkende studie naar de afvalophaling in Den Haag, Rotterdam, Nijmegen en Antwerpen Gazet van Antwerpen 3/9

“ De recreatieve fietsroutes kent

iedereen en die leven. Het bovenlokale functionele fietsroutenetwerk niet. Laten we het een leuke naam geven en het zichtbaarder maken, dan zal het meer gebruikt worden. Vlaams minister Kathleen Van Brempt wil meer mensen op de fiets voor woon-werk- en woonschoolverkeer – De Morgen 17/9

Europese ontwikkelingsdagen

E

ind juni ontvingen alle lokale besturen in België (en alle lidstaten van de EU) een algemene oproep van Europees Commissaris Louis Michel voor Twinning for Development. Daarbij werd gevraagd om een partnerschap met een lokaal bestuur in het Zuiden af te sluiten en aanwezig te zijn op de European Development Days in Straatsburg (15-17 november). Het programma bevat geen co-financiering door de Europese Commissie voor projecten die uitgevoerd worden in de partnergemeente in het Zuiden. Het aanvraagformulier blijft dan ook beperkt tot het meegeven van informatie over de samenwerking tussen twee lokale besturen en de mogelijke projecten die daarbij uitgevoerd worden. Uit deze aanvragen worden enkele besturen gekozen die vervolgens uitgenodigd worden om hun samenwerkingsovereenkomst te tekenen tijdens de European Development Days in Straatsburg. Als het dossier wordt goedgekeurd, is er een budget voor de reis- en verblijfkosten voor de zuiderse partner.

Christophe Ramont

Europa voor de burger en Gouden Sterren

“ Er bestaan situaties waarin het

zinvol is om rel te schoppen denk aan Leuven Vlaams, toen een paar woelige betogingen het laatste zetje gaven dat nodig was om het unitaire België te laten kraken. Maar als je zwak staat zoals wij, dan is zo’n strategie zinloos. Daarom hebben we ook alles gedaan om rellen te beletten. Als wij rellen hadden gewild, dan waren ze van een totaal andere orde geweest dan je nu hebt gezien. Abou Jahjah in een gesprek met Tom Naegels, die in 2002 als journalist de AEL volgde en er ook in zijn pas verfilmde roman Los over schreef - De Standaard 13/9

De Europese Commissie organiseert voor de vierde keer het Forum Europa voor de burger, het programma waaronder de jumelages vallen. Het vindt plaats in Brussel en start met de uitreiking van de Gouden Sterren op 13 november. Bij de twaalf geselecteerde projecten zitten ook twee Vlaamse lokale besturen: Olen en Gent. Op 14 november zal het Forum vooral aandacht besteden aan burgerparticipatie en de rol van de civiele maatschappij.

“ Er is geluisterd naar wat eigen bewoners en buitenstaanders goed en minder goed vinden aan ons stadje. Dat heeft geleid tot het citymarketingplan 2008 waarmee we de stad op de kaart van de Benelux willen zetten. Theo Schuurmans, burgemeester van Hamont-Achel, dat de kwaliteitsstad van Noord-Limburg moet worden – Belang van Limburg 6/9

“ Wij zoeken de gulden middenweg tussen vrije media en een mooi straatbeeld.” Antwerps schepen Ludo Van Campenhout over het ontwerp voor de nieuwe Bouwcode van Antwerpen die volgens TV Vlaanderen in strijd is met de Europese en Vlaamse regels - Gazet van Antwerpen 12/9 10 LOKAAL 1 oktober 2008

EU

Betty Dewachter ÎÎInschrijvingen online op www.ec.europa.eu/citizenship/index_en.html

Over goed lokaal bestuur

D

e Raad van Europa kreeg een rare bijklank door het bezoek van haar delegatie naar aanleiding van de nietbenoemde burgemeesters. Anderzijds heeft deze Raad heel interessante initiatieven zoals de Week van de Lokale Democratie in oktober, waaraan in België vooral Brusselse en enkele Waalse gemeenten meedoen. Een ander initiatief is het project Goed lokaal

bestuur. Het gaat om twaalf criteria zoals openheid en transparantie, gezond financieel beheer, efficiëntie, duurzaamheid en langetermijndenken. Aan de gemeenten die zich kunnen meten aan deze twaalf criteria zou een Europees label van innovatie en goed bestuur en een Europese prijs voor Uitmuntendheid worden toegekend. De vaststelling en de selectie is in handen van nationale of

regionale panels, samengesteld uit onafhankelijke deskundigen. Het is geen verplichting om deel te nemen en er is geen strikte timing vooropgesteld. Op dit ogenblik nemen Genk, Zoersel,Sint-KatelijneWaver en Waregem deel. Binnenkort vindt een eerste bijeenkomst plaats, in samenwerking met het Agentschap Binnenlands Bestuur. Betty Dewachter


JOHAN ACKAERT column

Vuil Vlaming zwerft

WVW wint van BHV Wallpaper uit de antizwerfvuilcampagne

D

e Vlaamse overheid richt dit najaar haar pijlen op de mobiele Vlaming. Met een campagne wil ze automobilisten, trein-, tram- en busgebruikers een geweten schoppen door zelf de omgeving te ontsieren met affiches van zwerfvuil. Gemeenten en intercommunales kunnen het campagnemateriaal gratis downloaden en naar believen gebruiken. Ontdek zelf het magazine Trash, de ‘Vuil’-icons en de wallpapers. Ook de intussen bekroonde tv-spot is op de website te bekijken. Liesbet Noé ÎÎwww.indevuilbak.be knop ontdek de campagne

87% tekent in op samenwerkingsovereenkomst milieu

D

it jaar tekenen 268 van de 308 gemeenten in op de nieuwe Samenwerkingsovereenkomst (milieuconvenant) 2008-2013. Meer dan de helft van de gemeenten (164) engageert zich op het onderscheidingsniveau. Dat betekent dat zij naast de basisverplichtingen ook nog verschillende extra acties op punten uitvoeren voor een extra subsidie waarmee een duurzaamheidsambtenaar kan worden aangeworven. Steven Verbanck ÎÎNagaan of uw gemeente intekende op de basis (1) of het onderscheidingsniveau (2) kunt u op www.lne.be, knop lokale overheden; voor vragen: caplo@lne.vlaanderen.be of T 02-553 80 39

Het is zowat een vaste traditie geworden dat de voltallige land- en tuinbouwsectoren ons na een verwaterde zomer overstelpen met jobstijdingen over mislukte oogsten, verzopen aardappelen, rottend fruit, dreigende hongersnood en de pan uit swingende voedselprijzen. Maar de voorbije uitgeregende zomer (een uitspraak die volgens weerkundigen overigens niet klopt, wat echte ervaringsdeskundigen ertoe aanzet te twijfelen aan het waarnemingsvermogen van de eerste categorie in de cafetaria van het KMI) zorgde ook voor een totale ommekeer in het brede maatschappelijke debat. We maakten ons in de julimaand allemaal zorgen over hoe regeringen, bemiddelaars, drie wijzen (dat deze in de zomer optreden en niet begin januari, zegt overigens ook al iets over klimaatsveranderingen), gemeenschappen en gewesten, desnoods het BOIC een uitweg zouden zoeken uit de institutionele impasse. En kijk nu hier, de eerste helft van september verving WVW BHV in het dagelijkse gesprek, zowel in de kroegen en treincoupés als in de Canvasprogramma’s. Dat zelfs de doorgaans zichzelf als kwaliteitskranten en -tijdschriften omschrijvende bladen in berichtgeving, commentaren en opiniestukken niet onder een tekort aan ruimte leden om de miserie van Wendy Van Wanten breed uit te smeren, is op zich al indicatief voor de diepgaande maatschappelijke transformaties die we thans mogen beleven. Beste lezer, in tegenstelling tot wat u denkt bulkt de vorige paragraaf geenszins van cynisme. De figuurlijke val van Wendy is politiek en maatschappelijk veel relevanter dan die van de Belgacombaas, Fortis-topmannen en politiebonzen bijeen! De publieke defenestratie van Wendy luidt immers niet alleen de

teloorgang van de BV-cultuur in maar ondermijnt evenzeer de politieke stabiliteit in dit land. U was aan het einde van de vorige eeuw allemaal getuige van de steile opgang van de BV’s in de politiek. Zij waren toen het redmiddel bij uitstek om de democratie nieuw leven in te blazen. Het maatschappelijke vertrouwen in politieke partijen was in die periode door toedoen van allerhande schandalen en crisissen teruggevallen tot nul. Daarnaast verzwakte de schaalvergroting van de kieskringen de electorale aantrekkingskracht van onze lokale mandatarissen bij parlementsverkiezingen. (Wie kent immers een burgemeester van een halve marathon verder?) Kortom, het partijsysteem kraakte in al zijn voegen. Partijen en politici leken afgevoerd te zijn naar de vuilnisbelten van de politieke geschiedenis. Mensen vertrouwden nog enkel wie ze dagelijks zagen aantreden in amusementsprogramma’s en verketterden de verkozenen des volks in de nieuwsprogramma’s. Geprezen zijn dan ook de partijleiders van toen die het BV-schap als deus ex machina in het politieke systeem loodsten, om orde op politieke zaken te stellen en de democratie te vrijwaren van meer ellende. Nu het volkse geloof in de heilbrengende kracht van BV’s allicht onherstelbare schade is toegebracht, rijzen dan ook vragen over de toekomst van de democratie. Wie zal nu het kiesvee aan partijen moeten lijmen? Wedden dat, zeker als we terugkeren naar de oude arrondissementele kieskringen (BHV verdient een oplossing, nietwaar), de lokale mandatarissen opnieuw massaal worden gemobiliseerd? Tot de cover van Dag Allemaal of, God verhoede, Lokaal kopt met schokkende titels als ‘Celie: paaldanseres in Vilvoorde?’. I

1 oktober 2008 LOKAAL 11


STEFAN DEWICKERE

Daniël Termont: ‘Met een blokkeringsminderheid in Distrigas zullen we er altijd voor kunnen zorgen dat België gas krijgt.’


ORGANISATIE INterview DANIËL TERMONT

‘ Publigas schrijft wereldgeschiedenis.’ ‘Het is uniek in de wereldgeschiedenis dat een land via onderhandelingen zijn gasvoorziening en al zijn installaties van gas weer volledig in handen neemt.’ Publigas-voorzitter Daniël Termont is uitermate tevreden met de overeenkomst die de holding bereikte met de Franse energiereus GDF Suez. Publigas wordt meerderheidsaandeelhouder in gasnetwerkbeheerder Fluxys, en Fluxys heeft de controle over de aardgasterminal in Zeebrugge.

D

Bart Van Moerkerke

e voorbije maanden voerde Publigas, de holding waarin de gemeenten via een getrapt systeem een belangrijke rol spelen, bikkelharde onderhandelingen met de Franse energiereus GDF Suez met als inzet de controle over de Belgische gasmarkt (zie het kader met de belangrijke spelers op pagina 16). Publigasvoorzitter en Gents burgemeester Daniël Termont voelde zich als een vis in het water bij de partij armworstelen op hoog niveau. ‘Dit soort onderhandelingen is voor mij niet nieuw. Als schepen van Economie en van de Haven in Gent heb ik vaak internationaal onderhandeld. Ik ben ook al dertig jaar actief in de energiesector. Met Jean-Pierre Hansen, de directeur van Suez, zat ik al heel vaak rond de tafel, bijvoorbeeld over de oprichting van Eandis. Ook Suez-topman Gérard Mestrallet ken ik al vele jaren.’

Publigas krijgt volgens de overeenkomst met GDF Suez een meerderheid van netbeheerder Fluxys in handen. Waarom is het belangrijk dat de overheid het gasnetwerk controleert? ‘Alle politieke partijen in ons land zijn het erover eens dat de overheid vat moet hebben op de gasinstallaties, op de leidingen. Als een private speler het netwerk in handen heeft, zou hij de handel in zijn eigen gas kunnen bevoordelen. Zeker op piekmomenten zou hij concurrenten van het net kunnen houden om enkel het eigen gas te verkopen. Daarom moet de overheid de leidingen in handen hebben en erover waken dat er vrije toegang is tot het net en de installaties. Dat is de kern van de liberalisering van de markt die uiteindelijk moet leiden tot lagere prijzen voor de consument.’ 1 oktober 2008 LOKAAL 13


ORGANISATIE INterview DANIËL TERMONT

‘Om dezelfde reden is het belangrijk dat de overheid, via Fluxys, de controle heeft over Fluxys International, de aardgasterminal in Zeebrugge. Als een privaat bedrijf die belangrijke toegangspoort in handen heeft, kan het evengoed concurrenten benadelen of dwarsbomen. Het is aan de overheid om erover te waken dat dit niet gebeurt.’ De overheid, akkoord, maar waarom de gemeenten? ‘Omdat dit historisch zo gegroeid is, de gemeenten hebben de aandelen in Fluxys. Persoonlijk vind ik dit ook eerder een taak van de federale regering. Ik heb tijdens de afgelopen onderhandelingen zeer nauw samengewerkt met de top van de federale regering en in het bijzonder met minister van Energie Paul Magnette.’ ‘Ik wil er trouwens wel op wijzen dat het feit dat de gemeenten de aandeelhouders zijn, een lucratieve zaak is geweest. De waarde van de aandelen is tussen 1996 en 2008 enorm gestegen, los van het grote dividend dat elk jaar aan de gemeenten is uitgekeerd.’

Wat zal er gebeuren met het geld uit de verkoop van 6,25 procent Distrigas-aandelen? Wordt dat aan de gemeenten uitgekeerd? ‘Die vraag krijg ik ook van collega-burgemeesters en van schepenen van Financiën. Zij horen de kassa al rinkelen. Ik denk dat het niet verstandig zou zijn uit te keren, ook al hebben we grote reserves in zowel Distrigas als Fluxys. Alles wat je uitkeert en niet investeert, leidt ertoe dat je patrimonium niet groeit en het ondermijnt de zekerheid dat je ook in de toekomst hetzelfde grote dividend kunt behouden. Ik vind dat we de opbrengst van de verkoop van de 6,25 procent moeten gebruiken om, althans voor een deel, onze meerderheid te kopen in Fluxys. Wat we dan nog tekort komen, zouden we kunnen afnemen van financiële reserves die we hebben in Distrigas. Maar daarover moeten we nog onderhandelen met ENI. We zullen in elk geval geen euro moeten vragen aan de gemeenten voor heel die operatie, terwijl we onze positie gevoelig hebben versterkt.’

STEFAN DEWICKERE

U had het al over de controle op de terminal in Zeebrugge. In de pers rezen nogal wat twijfels Publigas gaat naar een meerderheidsparticipatie over wie nu eigenlijk die controle heeft, GDF Suez in Fluxys maar heeft ook nog 31,25 procent van of Publigas. ‘De journalisten die schrijven dat Publigas de aandelen van Distrigas. Moeten de gemeenten niets te zeggen heeft, kennen de inhoud van in een commercieel bedrijf aanwezig blijven? onze aandeelhoudersovereenkomst niet. Wat ‘Aan de ene kant vind ik het niet de opdracht het eigenaarschap betreft, is het duidelijk dat van de overheid om te participeren in bedrijDaniël Termont: Suez 60 procent in handen zal hebben, Puven die gas kopen en verkopen, zoals Distrigas. Aan de andere kant, als we eruit stappen, bligas en Fluxys elk 20 procent. Maar al de ‘De overheid moet erover hebben we niets meer te zeggen over de toerest – het strategische beheer, het commerciwaken dat er vrije toegang is komstige gasvoorziening van ons land. Dan ële beheer, het dagelijkse beheer, het onderhebben we enkel nog de installaties in hanhoud – gebeurt door Fluxys. En wie zal 51,28 tot het net en de installaties. den. Dat risico mogen we niet nemen. De raad procent van de aandelen in Fluxys hebben? Dat is de kern van de van bestuur van Publigas beslist in de laatste Publigas. Het gaat zo ver dat de raad van beweek van september over de Distrigas-aanstuur van Fluxys de bestuurders van de terliberalisering die uiteindelijk delen, maar ik zal ervoor pleiten om ze zeker minal zal aanduiden. Niet GDF Suez zal in de moet leiden tot lagere prijzen gedeeltelijk te houden. Niet alleen omwille algemene vergadering van de terminal zegvan de toenemende waarde ervan en omwille gen wie de bestuurders zullen zijn, dat doen voor de consument.’ van het dividend, maar vooral omdat we zicht wij. De voorzitter van het directiecomité van moeten houden op heel de gastransactie in Fluxys wordt afgevaardigd bestuurder van de ons land. Met een blokkeringsminderheid in Distrigas zullen we terminal. Er staat zeer duidelijk in de overeenkomst dat Fluxys samen met het Italiaanse ENI, dat de Distrigas-aandelen overde controle heeft over de terminal. Dat wordt ook door GDF nam van Suez, volledig vat hebben op alles wat met gas te maken Suez erkend.’ heeft in België. Stel dat er om een of andere reden gasschaarste komt. Dan zullen commerciële bedrijven als ENI, Suez en andere Wat betekent die 60 procent in handen van GDF Suez dan? het liefst willen verkopen aan de meest biedende. Met een blok‘Dat is een soort naakte eigendom van de terminal. GDF Suez keringsminderheid zullen we er altijd voor kunnen zorgen dat zal in de algemene vergadering de jaarrekening en de begroBelgië gas krijgt. Dat is voor onze economie en voor de burgers ting kunnen goedkeuren, het zal zijn akkoord kunnen geven ongelofelijk belangrijk. Stappen we eruit, dan kan niemand gaover de verdeling van de dividenden. GDF Suez zal inderdaad randeren dat we in de toekomst nog gas hebben.’ 60 procent van de dividenden kunnen meenemen, dat is juist. Dat hebben we moeten toegeven. Maar dat is alles. Als De Tijd Tot hoe ver mogen jullie zakken om een blokkeringsminderheid te schrijft dat een aandeelhoudersovereenkomst een vodje papier houden? is, dan neemt de krant een loopje met de wetgeving. Het is een ‘We hebben met ENI onderhandeld dat we tot 15 procent mowettelijk document.’ gen gaan om onze rechten te behouden. Ik zal er bij de raad van bestuur voor pleiten te verkopen tot 25 procent. Dat is een blokWat kan Publigas doen als Suez de inhoud van de overeenkomst niet keringsminderheid volgens de nieuwe vennootschapswetgeving. naleeft? Los van de aandeelhoudersovereenkomst met ENI hebben we ‘Op het eerste gezicht misschien niet veel, maar vergeet niet dat dan ook de wet achter ons.’ wij ons gesteund weten door de federale regering. Die heeft een 14 LOKAAL 1 oktober 2008


wet in de pijplijn – die het parlement nog moet goedkeuren – om handelaars in gas zoals GDF Suez, te verplichten hun aandeel in Fluxys te laten zakken tot onder 25 procent. Als GDF Suez in het verhaal van de terminal de overeenkomst niet zou naleven, kan de regering ook daar vastleggen dat het bedrijf moet verkopen tot onder 25 procent. Dan kunnen wij met Publigas de meerderheid verwerven, want wij hebben een voorkooprecht op de aandelen van GDF Suez.’

STEFAN DEWICKERE

Hoe wordt de overeenkomst over de terminal geëvalueerd? ‘Tegen de algemene vergadering van 2010 moet er een grondige evaluatie gebeuren door twee mensen van Publigas en twee van GDF Suez. Zij zullen samen bekijken of de overeenkomst goed is voor de bevoorrading van ons land, en voor het onderhoud en de investeringen in de terminal. Ze zullen nagaan of iedereen gebruik kan maken van de terminal, met andere woorden of er geen discriminatie is. En ze zullen de corporate governance evalueren, de wijze waarop de terminal beheerd en geleid wordt. Als die vier mensen niet overeenkomen, dan komt er een arbitrage met onder meer de regeringscommissaris. Dan heeft de minister het dus voor het zeggen. Als hij oordeelt dat GDF Suez misbruik maakt van de terminal, dan kan hij maatregelen nemen. Het is een sluitend verhaal. Ik begrijp niet waarop sommige mensen zich baseren om te zeggen dat GDF Suez de baas zal spelen.’

spreidt. Ik kampte als schepen vaak met dat probleem en ook in dit dossier lag het moeilijk. Ik moest voldoende informatie geven aan de gemeentebestuurders en aan de financieringsintercommunales die de aandeelhouders zijn van Publigas, zodat ze de beslissingen goed konden volgen, maar tegelijkertijd mocht ik geen beursgevoelige informatie vrijgeven. Een concreet voorbeeld is dat ik de prijzen van de aandelen waarover we aan het onderhandelen waren, tot op het allerlaatste moment geheim heb moeten houden, zelfs voor onze bestuurders. Alle bestuurders van Publigas hebben ook een geheimhoudingsverklaring ondertekend: ze moesten de informatie die het onderhandelingsteam hun gaf voor zichzelf houden. Het is dus altijd een beetje laveren tussen openbaarheid en geheimhouding. Ik probeer zo open mogelijk te zijn over het “politieke” aspect en de nodige bescheidenheid aan de dag te leggen voor het bedrijfsmatige en beursgevoelige.’

Daniël Termont: ‘Vorig jaar heette het in de pers nog dat Publigas en Termont aan het dagdromen waren dat ze ooit de meerderheid zouden hebben in Fluxys. Vandaag is het zo ver.’

U was persoonlijk nochtans niet gewonnen om GDF Suez 60 procent van de aandelen te laten. ‘Voor mijn part moest er geen akkoord komen. Ik heb er altijd voor gepleit die 60 procent niet toe te staan en GDF Suez enkel te laten meedoen in een minderheidsparticipatie. Voor de Franse maatschappij was dat onaanvaardbaar, ze wilde absoluut een terminal. Ik heb tijdens een crisisvergadering op 2 juli zelfs mijn mandaat ter beschikking gesteld toen veel bestuurders van Publigas aandrongen op een akkoord. Ze hebben me uiteindelijk kunnen overtuigen. Niet toegeven betekende zo goed als zeker oorlog met GDF Suez. Was dat goed voor België? Het resultaat is het best mogelijke compromis met de best mogelijke garanties voor de gasbevoorrading van ons land. Vorig jaar heette het in de pers nog dat Publigas en Termont aan het dagdromen waren dat ze ooit de meerderheid zouden hebben in Fluxys. Vandaag is het zo ver. Zonder overdrijven, het is uniek in de wereldgeschiedenis dat een land via onderhandelingen zijn gasvoorziening en al zijn installaties van gas weer volledig in handen neemt. Zonder geld te vragen aan de regering of welke overheid ook. Ik ben daar fier op.’ Een burgemeester moet informatie openbaar maken, in toponderhandelingen met beursgenoteerde bedrijven geldt geheimhouding. Hoe kunt u die twee met elkaar verzoenen? ‘Dat is een groot probleem. Tegenover de verplichte openbaarheid van bestuur als burgemeester staat de zeer stringente wetgeving met zware sancties als je beursgevoelige informatie ver

Kreeg u al veel vragen van collega-politici over het bereikte akkoord? ‘Neen. De paar mensen die reageerden, vroegen om geld. Het is een zeer ingewikkelde materie waarop maar weinig gemeentebestuurders zicht hebben. Ook de geslotenheid en de zwijgplicht maken dat niet alles gemakkelijk uit te leggen is. Ik sta er wel van te kijken hoeveel mensen in de straat mij al aanspraken over de overeenkomst. Zeer merkwaardig. De gewone vrouw en man hebben het dossier wel gevolgd via de media. Ik ben pas terug van een diamanten bruiloft in een bejaardentehuis en een van die bejaarden wenste me proficiat met wat ik had gedaan voor het gas. Dat doet me veel plezier.’

Publigas is een grote speler op de gasmarkt maar heeft geen website. Hoe kan dat? ‘We hebben zelfs geen secretaresse, ik schrijf mijn brieven zelf. We huren bij Intermixt wat personele en logistieke ondersteuning in, maar Publigas heeft zelf geen personeelsleden. We laten ons wel bijstaan en begeleiden door de beste externe bureaus. Toch moeten we eens bekijken of we geen beperkte staf nodig hebben. We zullen ook politieke mandatarissen moeten aantrekken die tijd en energie willen vrijmaken om Fluxys en Distrigas van dichtbij op te volgen.’ Hoe lang blijft u nog voorzitter van Publigas? ‘Het mandaat is gebonden aan de gemeentelijke legislatuur. Ik ben nu bijna acht jaar voorzitter en blijf in principe nog goed vier jaar. Ik zou in elk geval graag realiseren wat we overeengekomen zijn met GDF Suez om te bewijzen dat we een goed akkoord hebben. Ik heb er de voorbije jaren en maanden enorm veel tijd in gestoken. Het gebeurde dat ik op zondagavond nog naar Brussel reed om tot diep in de nacht te onderhandelen. Het was zwaar maar het was de moeite waard. Ik ben meer dan tevreden met het resultaat.’ Bart Van Moerkerke is redacteur van Lokaal 1 oktober 2008 LOKAAL 15


ORGANISATIE FINANCIËN

Gemeentelijk gas – de cijfers Via de holding Publigas spelen de gemeenten een belangrijke rol in het aandeelhouderschap van de gasbedrijven Distrigas en Fluxys. De al doorgevoerde en nog geplande verschuivingen in dat aandeelhouderschap hebben vooral te maken met de fusie tussen de energiegroepen Suez en Gaz de France. Om te vermijden dat de macht van die groep te groot zou worden, besliste de Europese Commissie dat GDF Suez niet langer aandeelhouder mocht zijn in Distrigas en zijn participatie in Fluxys moest terugdringen. Maar wie is wie in dit hele verhaal? Jan Leroy Publigas Publigas is een holding die in 1996 werd opgericht. Publigas zelf had aanvankelijk maar één participatie, namelijk die in Distrigas. Na de afsplitsing van de gastransportactiviteiten in Fluxys werd Publigas ook in dat bedrijf aandeelhouder, met een participatie van aanvankelijk telkens 31,25%. Die par-

giegroep ENI. Op dit moment ligt het overnamedossier nog bij 15 de Europese Commissie. Wellicht zal de verkoop in de loop van oktober effectief plaatsvinden en komt er eind van die maand ook 40,8 een openbaar overnamebod door ENI op de resterende aandelen. Publigas heeft nog niet30 beslist wat het met zijn huidige participatie in Distrigas zal doen. Die beslissing valt nog dit najaar. 14,20

De aandeelhouders van Publigas

Het aandeelhouderschap van Distrigas en Fluxys

15 40,8

11,50 57,25

30 31,25

14,20

40,8%: Vlaamse financieringsintercommunales van de gemengde energiesector; die financieringsintercommunales zelf zijn in handen van de betrokken gemeenten 11,50 14,20%: Vlaamse Energieholding VEH met de zuivere energiesector 57,25 (en via die weg de betrokken gemeenten), maar ook o.m. Dexia en Ethias 31,25 30,00%: Waalse intercommunales en Socofe, een Waalse energieholding 15,00%: Brusselse energie-intercommunale. ticipaties hebben, omgerekend voor het aandeel van de Vlaamse gemeenten en tegen de beurskoersen van 9 september 2009, een waarde van 810 (Distrigas) en 299 (Fluxys) miljoen euro. Distrigas Distrigas werd opgericht 11,50in 1929. Aanvankelijk was het zowel actief in de invoer en de verkoop van aardgas, als in het beheer van het transportleidingennet. Dat57,25 netbeheer ging, wegens de vrijmaking van de energiemarkt, in 2001 naar Fluxys. 31,25 dwong GDF Suez om zijn participatie De Europese Commissie van de hand te doen. Uiteindelijk ging die naar de Italiaanse ener16 LOKAAL 1 oktober 2008

57,25%: GDF Suez 31,25%: Publigas 11,50%: beursgenoteerd

11,50 57,25

é én ‘gouden aandeel’ voor de Belgische 31,25 Staat. Dat bijzondere aandeel levert een aantal rechten op binnen de raad van bestuur en de algemene vergadering. Fluxys Fluxys beheert, na de opdeling van Distrigas, sinds 2001 het Belgische transportnet van aardgas. Doordat Fluxys zijn oorsprong vindt in Distrigas, was het aandeelhouderschap tot voor kort ook identiek, namelijk: 57,25%: GDF Suez; 31,25% (intussen gestegen tot 32,54%): Publigas; 11,50% (intussen gezakt tot 10,21%): beursgenoteerd en 1 ‘gouden aandeel’ voor de Belgische Staat. Dat bijzondere aandeel 20 levert een aantal rechten op binnen de raad van bestuur en de algemene vergadering. Europa verplichtte Suez om zijn participatie te beperken tot ten 60 hoogste 45%. Na maandenlange onderhandelingen kwam het 20


30 14,20

op 3 september tot een akkoord. Publigas neemt tegen 2600 euro per stuk 87.804 aandelen Fluxys over van GDF Suez en komt daardoor op een participatie van iets meer dan 45%, terwijl GDF Suez zakt tot net onder 45%. Eind 2009 zal de participatie van Publigas verder stijgen tot 51,28% door een bijkomende overname van11,50 aandelen in handen van GDF Suez tegen 2680 euro per aandeel. 57,25 Er is bovendien een wet op komst die GDF Suez verplicht om zijn aandeel in Fluxys onder de 25% te laten zakken. Als dat 31,25 doorgaat, zullen Publigas en GDF Suez in onderling akkoord beslissen wat er met het teveel aan Fluxysaandelen in de portefeuille van GDF Suez moet gebeuren. In ieder geval beschikt Publigas ook dan over een voorkooprecht. De financiering van de ruim 228 miljoen euro voor de opstap naar 45% in Fluxys doet Publigas volledig met eigen middelen en een overbruggingskrediet. Ook voor de verhoging van de participatie naar meer dan 51% eind 2009 zal Publigas geen 11,50 kapitaalverhoging nodig hebben. 57,25van Publigas zijn Financiële gevolgen voor de aandeelhouders er op dat vlak dus niet. 31,25

Het aandeelhouderschap van Fluxys International

GERICHT OP DE TOEKOMST: ENERGIEBESPARING MET DE UITERST ZUINIGE REMEHA CONDENSATIEKETELS

Avanta de kleine krachtpatser Remeha

Quinta compact en sterk en nog sterker in cascade

Remeha

20

20

Gas 210 Eco Gas 310 Eco Gas 610 Eco...

60

PRO

voor de meest professionele installaties in middelgrote en grote projecten

Remeha

60%: GDF Suez 20%: Publigas 20%: Fluxys Fluxys International Dit nieuw op te richten bedrijf wordt eigenaar van de aardgasterminal in Zeebrugge. Er is een akkoord tussen Publigas en GDF Suez over het aandeelhouderschap. Het is wel de bedoeling dat het beheer van Fluxys International in handen komt van Fluxys, en dat Fluxys ook de raad van bestuur voordraagt. Jan Leroy is VVSG-stafmedewerker Lokale Financiën

www.mampaey.be

J.L. Mampaey bvba Uitbreidingstraat 54 2600 Antwerpen Tel 03 230 71 06 - Fax 03 230 11 53 info@mampaey.be

• www.fluxys.be, www.distrigas.be

Adv_Mampaey_halveP.indd 1

1 oktober 2008 15-05-2008 LOKAAL 17 09:51:56


ORGANISATIE VEILIGHEIDSBELEID

Preventie door lokale veiligheidsdiagnose Al vijftien jaar preventie De Leuvense preventiedienst werd in 1993 opgericht en is als steundienst ondergebracht bij de lokale politie. Hij telt tien medewerkers. Leuven werkt preventief aan volgende fenomenen: inbraak, autocriminaliteit, geweld in schoolmilieu, fietsdiefstal, intrafamiliaal geweld, sociale overlast, gauwdiefstal, uitgaansgeweld en druggerelateerde overlast. Een apart luik van het veiligheids- en preventieplan vormt het MAT (Mobiel Ambulant Team), dat instaat voor de ambulante drughulpverlening. Een ander gedeelte van het plan handelt over de taken van de gemeenschapswachten. Tot slot is er de subsidiëring van een buurtwerker bij de dienst Welzijnszaken. Meer informatie vindt u op www.leuven. be/preventie of via preventie@leuven.be.

Net als 101 andere steden en gemeenten heeft Leuven een veiligheids- en preventieplan om criminaliteit, overlast en onveiligheidsgevoelens tegen te gaan. Omdat die fenomenen overal anders zijn, is ook het preventiewerk heel divers. Als voorwaarde voor een veiligheidscontract wil de FOD Binnenlandse Zaken een diagnose van de stedelijke veiligheid. Hiermee krijg je zicht op criminaliteit en overlast, maar vooral ook op de preventievormen. Daniëlla Descamps en Johan Tuerlinckx

D

e Leuvense preventiedienst bestaat nu vijftien jaar en onderging een hele evolutie. De grootste nieuwigheid zijn de veiligheids- en preventieplannen waarbij criminaliteitsfenomenen over een periode van vier jaar (2007-2010) worden benaderd. Hierbij biedt de Directie Lokale Integrale Veiligheid (FOD Binnenlandse Zaken) Leuven ondersteuning om te werken aan negen fenomenen, waaronder inbraak, intrafamiliaal geweld, uitgaansgeweld en fietsdiefstal. Om deze thema’s te selecteren maakte de Leuvense preventiedienst een lokale veiligheidsdiagnose (LVD). Objectieve en subjectieve veiligheid Een groot deel van de diagnose bestaat uit een beschrijving van de objectieve veiligheid in Leuven. Hiervoor kon de preventie18 LOKAAL 1 oktober 2008

dienst rekenen op de jaarcijfers van de cel criminaliteitsanalyse van de lokale politie. Maar deze cijfers geven enkel de omvang en evolutie van de gemelde delicten weer. Een groot aantal delicten wordt niet geregistreerd en komt niet in deze statistieken terecht. Uit de politiecijfers blijkt dat een aantal fenomenen jaarlijks terugkomen. Zo is er bij het begin van het academiejaar een piek in het aantal fietsdiefstallen. Andere fenomenen zijn meer ‘trendgevoelig’. Bij inbraken zijn er variaties in modus operandi, daderkenmerken en doelwit. Als aanvulling op de politiecijfers is er in de LVD aandacht voor de subjectieve veiligheid. Een bruikbaar meetinstrument is de tweejaarlijkse veiligheidsmonitor. In 2006 wees deze aan dat de Leuvenaars zich overwegend zelden of nooit onveilig

voelden, een status-quo ten opzichte van 2004. Ook kwam tot uiting dat fietsdiefstal nog steeds in de top drie van buurtproblemen staat, een belangrijke indicator voor het preventiewerk. De veiligheidsmonitor maakt evoluties over een langere periode zichtbaar, bijvoorbeeld van 1997 tot 2006. Nadelen voor Leuven zijn dat er geen opsplitsing per buurt mogelijk is en dat studenten niet gehoord worden. Een politionele bevolkingsenquête van dit jaar zal het mogelijk maken deze leemten op te vullen. Andere aanvullingen bij objectieve en subjectieve gegevens zijn afkomstig uit de hulpverlening, bijvoorbeeld de jaarcijfers van de drughulpverlening via het Mobiel Ambulant Team. Momenteel werkt de preventiedienst ook aan twee enquêtes van experts op het gebied van drugs en alcohol. De cijfers van deze ‘monitoring’-onderzoeken krijgen zeker een plaats in toekomstige updates van de LVD. Zeven procent Wie de Leuvense LVD doorneemt krijgt niet enkel zicht op de criminaliteit, overlast en onveiligheid, maar ook op de meest diverse achtergrondgegevens. Cijfers over de bevolkingssamenstelling, gezinsgrootte en migratie geven inzicht in het stedelijke leven en zijn cruciaal om een effectief preventie-


In Leuven worden veel fietsen gestolen. Dat komt door de vele studenten, een groep waaraan de preventiedienst extra aandacht moet besteden. Maar anderzijds krijgt de Leuvense preventiedienst veel input in de diagnose door de samenwerking met het criminologische instituut van de KU Leuven.

Hulp van de universiteit Veel input in de diagnose is afkomstig uit samenwerking met de KU Leuven. Door de aanwezigheid van een criminologisch instituut heeft Leuven het voorrecht een geliefkoosd terrein te zijn voor allerhande onderzoeken. Zo voerden studenten al diverse onderzoeken naar fietsdiefstal, fietsbeleid en aangifte van overlast. Daarnaast begeleidt de preventiedienst regelmatig stagiairs criminologie, vaak met een on-

derzoeksopdracht. Zo was er een kleinschalig onderzoek naar intergenerationele conflicten in buurten. Een ander onderzoek naar gedrag van tien- tot twaalfjarigen wees uit dat de Leuvense basisscholen op zoek zijn naar preventieve projecten in verband met pesten. Een grote meerwaarde was het overleg over het preventiewerk met interne en externe stakeholders of belangengroepen. Voor de acties en projecten van de preventiedienst is samenwerking met de meest uiteenlopende partners essentieel voor goede resultaten. De opmaak en updates van de LVD vormen een uitgelezen moment om met onze stakeholders in dialoog te gaan. Om een levendig en correct beeld te krijgen ging de preventiedienst in gesprek met Leuvense sleutelfiguren bij politie, provincie, stadswachten, dienst welzijnszaken en het parket. Ook werd de preventieraad ingeschakeld als stedelijk adviesorgaan en

Daniëlla Descamps is preventieambtenaar en Johan Tuerlinckx is interne evaluator van de Leuvense preventiedienst.

advertentie

Eindejaarstoelagen voor lokale overheden Berekening en voorwaarden voor iedereen in dienst van lokale overheden Na deze opleiding:

t heeft u een reglementair kader van eindejaarstoelagen; t weet u waar de verschillen en aandachtspunten zitten voor statutaire of contractuele werknemers;

r heeft u inzicht in de gevolgen voor de sociale zekerheid; r krijgt u praktische antwoorden op veel voorkomende vragen; r heeft u de berekening volledig in de vingers.

© Meer weten en inschrijven: SD Worx

www.sdworx.be/opleidingen/overheid

en

Opleiding

Alle andere opleidingen vindt u via www.sdworx.be/opleidingen

Meer info? SD Worx Opleidingen Tel. 03 220 22 84 - opleidingen@sd.be

080556

STEFAN DEWICKERE

beleid te organiseren. Zo is er bijvoorbeeld de opvallend grote in- en uitwijkintensiteit van Leuvenaars, waardoor ongeveer 7% van de bevolking jaarlijks wordt ‘vervangen’. Dit maakt dat de preventiedienst voortdurend moet investeren in de bekendmaking van projecten en acties. En dan zijn er nog de 30.000 studenten. Zij geven de stad een typisch karakter en vormen een belangrijk doelpubliek voor het preventiewerk.

werd de gemeenteraadscommissie veiligheid geconsulteerd. Een dergelijke uitgebreide veiligheidsdiagnostiek kost vanzelfsprekend heel veel inspanningen. Gelukkig bleef het document niet ongelezen. Aan de hand van de LVD gebeurde een duidelijke selectie van fenomenen die in Leuven aangepakt moeten en kunnen worden. Aansluitend biedt de LVD de mogelijkheid gericht preventieve acties en inspanningen te ontwikkelen en te evalueren. Preventiewerk kan en mag niet met de natte vinger gebeuren, dit zou enkel ondoeltreffende acties opleveren. Andere voordelen moeten in de nabije toekomst blijken: in welke mate draagt een LVD bij tot het idee van integrale veiligheid? Kan deze diagnostiek, ondanks de verschillen in referentieperiode, een rol spelen in de opmaak van andere beleidsplannen dan het veiligheids- en preventieplan?

080633 adv1 SD Worx_Lokaal.indd 1

15-09-2008 10:21:24

1 oktober 2008 LOKAAL 19


FORUM BESLUITVORMING

Op basis van titel en beknopte samenvatting kun je kiezen of je het dossier volledig wilt raadplegen of enkel een detail.

Door e-notulering meer tijd voor de belangrijke kwesties Elke college- of raadsbeslissing is in klare taal geschreven, met een zeer duidelijke titel en een samenvatting. Overtypen hoeft niet meer, een dossier groeit in het systeem en wie advies moet geven of een handtekening zetten, krijgt een automatische pop-up. Bovendien wordt aan al wat routine is, in Kortrijk geen tijd meer verspild. Zo blijft er in het college of op de gemeenteraad meer tijd over om over de belangrijke kwesties te discussiëren. Marlies van Bouwel

D

e e-notulering in Kortrijk is meer dan een nieuwe software voor de notulen, het doel ervan is een grotere bestuurskracht. Daarom werd van bij het begin het besluitvormingsproces als uitgangspunt genomen. Het moment van beslissen op de raad of op het college is maar een stap in een besluitvormingsproces. ‘Het is een andere manier van communiceren en zelfs een andere manier van denken voor de mensen van de administratie die de dossiers opmaken,’ zegt Petra Verhenne, juriste bij stadsbestuur. Het project begon in 2006 met een taalproject: ‘Toen werd iedereen aangezet om geen gelet op en overwegende dat meer te gebruiken maar een actieve taal. Zo zouden de dossiers leesbaarder worden voor de eigen administratie, voor de politici 20 LOKAAL 1 oktober 2008

en voor de gebruikers. Bovendien wilden we dezelfde samenvatting rechtstreeks in onze communicatie kunnen gebruiken. In eerste instantie was het project vooral toegespitst op de briefwisseling van de stad

zelfde dingen. Uiteindelijk is de uitrol een mooiere organisatie geworden, dat hebben we ook te danken aan onze ICT-mensen,’ voegt stadssecretaris Geert Hillaert hieraan toe. Cultuurschok Petra Verhenne en collega Johan Vermandele leidden het vormingstraject voor de implementatie van de nieuwe software. Per directie kregen maximaal twee mensen een opleiding waarmee ze aan de slag konden in hun eigen directie. Petra Verhenne: ‘In een eerste analyse hadden we gemerkt dat in elke directie mensen met heel andere functies de besluiten voorbereidden. Toen was de rolverdeling niet

Iedereen werd aangezet om geen ‘gelet op’ en ‘overwegende dat’ meer te gebruiken maar een actieve taal. met de buitenwereld, maar dat hebben we dus ondertussen doorgetrokken tot in de besluitvorming.’ ‘We merkten ook dat er heel veel tijd verloren ging in het almaar overtikken van de-

duidelijk, nu hebben we een handboek waarin stap voor stap vermeld staat wie de opdracht geeft, wie verantwoordelijk is, wie zaken behandelt, wanneer en op welke punten de directeurs tussenkomen.’


STEFAN DEWICKERE

Volgens Geert Hillaert werd het debat grondig gevoerd: ‘Welke nota’s maakt een directeur en welke laat hij maken, waarbij hij door de medewerker wordt geïnformeerd? Dat debat zorgde voor een cultuurschok: mensen die verantwoordelijkheid dragen, moet je ook verantwoordelijk maken.’ Voor hem duurde dit debat iets te lang: ‘Het nam veel tijd in beslag voordat we de ICT erbij konden betrekken. Nu zit het product goed. De verantwoordelijkheid voor besluitvorming van goede kwaliteit ligt nu overduidelijk bij de directies.’ Routing Dat volledig van de papieren dossiers zou worden afgestapt, was van meet af aan duidelijk. Vroeger was het op donderdagmiddag altijd druk in de wandelgangen van het stadhuis. Geert Hillaert: ‘Je zag de collega’s ijsberen omdat ze nog dringend een handtekening nodig hadden van een of andere schepen. Als een dossier nu klaar is voor ondertekening, krijgt de schepen automatisch een verwittiging.’ ‘Bovendien is het dossier in het systeem gegroeid. Vroeger had je een aparte nota voor college of gemeenteraad. Op de basistekst volgen nu de adviezen. Zo wordt het dossier stap voor stap aangevuld en opgebouwd,’ zegt Petra Verhenne. Bovendien zijn veel adviezen bij besluiten standaardadviezen – zoals het advies van de dienst Leefmilieu om vuilnisbakken te leveren voor een evenement. ‘Eigenlijk wacht je dan op een advies dat in 99 procent van de gevallen toch gunstig is. Dit zijn eigenlijk eerder informatieve werkopdrachten. Voor dit soort opdrachten wachten we niet meer op een reactie. We maken de afspraken via het systeem. Is er binnen een week geen ongunstige reactie, dan wordt het als een gunstige beschouwd. Zo kun je veel planmatiger werken,’ zegt ook Geert Hillaert. En vergat men vroeger wel eens iemand te informeren, nu krijgen alle betrokkenen standaard een mail omdat in het systeem modeldossiers zitten. Petra Verhenne: ‘Begin je met een dossier, dan kun je kiezen voor een leeg dossier, een modeldossier voor evenementen bijvoorbeeld of een ander. Zo moet je maar één keer een mooi model maken. Anders mail je de ene keer, telefoneer je of spreek je iemand aan, nu is er een toegang en een uitstroom. Ook bij terugkerende dossiers blijven de commentaren aan het dossier hangen, zo word je bij volgende dossiers herinnerd aan de aanbevelingen uit het vorige dossier.’

Slagkracht in de besluitvorming ‘In Kortrijk kunnen schepenen en raadsleden digitaal de dossiers overlopen. Alle dossiers zijn voor iedereen duidelijk en in een klare taal opgesteld. Elk dossier bevat ook een beknopte titel en een samenvatting in vijf regeltjes. Als je die hebt gelezen, kun je kiezen of je het dossier volledig wilt raadplegen of enkel een detail. Met de zoekfunctie krijgen raadsleden bovendien een compleet overzicht van alle besluiten van college en raad in verband met een project,’ vertelt Petra verder. Toch zit nog

het college een bericht in de mailbox dat het dossier behandeld en goedgekeurd is. Als er toch bemerkingen zijn, staat dat mee in dat bericht,’ zegt Petra Verhenne. De samenvatting van het dossier kan meteen in de communicatie worden gebruikt. ‘Op deze manier heb je vooral ook een groter draagvlak voor alle beslissingen en kan niemand zich verschuilen achter “ik wist er niets van”. Ook bij politieke keuzes kun je de keuze beter verantwoorden want in het dossier staan alle bekommernissen vermeld,’ zegt ook Geert Hillaert.

Alles wat tijdens de collegezitting geen A-punt is, is in principe dan al goedgekeurd. Dit verhoogt de kwaliteit van de besluitvorming en de discussie. niet alles in het systeem. De begroting is niet digitaal, evenmin als de plannen die niet op een A4’tje te krijgen zijn. Die moeten de raadsleden nog op het gemeentehuis komen consulteren. Net zoals in Antwerpen en Gent krijgen de dossiers ook een normering: A-dossiers zijn discussiepunten, de B’s zijn routinepunten en C zijn opleveringen of inhoudelijk interessante punten waarover politiek geen discussie bestaat. Geert Hillaert: ‘In het handboek staat duidelijk omschreven wat discussiepunten zijn. Wanneer ik op donderdag het college van dinsdag voorbereid, zet ik een aantal punten op de discussieagenda. Dit zijn de politiek belangrijke dossiers of hernemingen van uitgestelde dossiers waarmee ik het college er attent op maak dat het weer op de agenda staat. Ook de directeurs kennen de criteria en kunnen de codering ter discussie meegeven. De leden van het college krijgen voor de A-punten de nota helemaal uitgeprint en voor de rest enkel de titel en de essentie. De burgemeester en schepenen lezen zeker de A-punten, en ze kunnen op maandag van een B-punt nog wel een A-punt maken zodat het punt wel ter discussie komt tijdens de collegezitting. Want alles wat dan geen A-punt is, is in principe dan al goedgekeurd. Dit verhoogt de kwaliteit van de besluitvorming en de discussie.’ Na de beslissing meteen communiceren ‘Wie verantwoordelijk is voor een dossier dat geen A-status heeft, krijgt meteen na

Bovendien is het een zeer open systeem. ‘Iedereen weet heel vlug wat er gaande is. Als het dossier klaar is voor beslissing, staat het ook open voor alle directies die dan nog commentaar kunnen geven – al is dat enkel zichtbaar voor wie de commentaar levert en voor degene voor wie het bedoeld is. Voor de rest blijf je zien wie wat aan het dossier heeft gewijzigd, wie de status heeft veranderd en wie heeft getekend. Er zijn ook sluizen ingebouwd zodat zichtbaar is aan wie er op dat moment advies wordt gevraagd,’ zegt Petra Verhenne. Nog uitbreidingen mogelijk Volgens Geert Hillaert zit er nog groei in het systeem. Meer nog: hij is op zoek naar geïnteresseerde partijen zodat het systeem verder kan verbreden en er nog meer toepassingen ontwikkeld kunnen worden. ‘Zo zouden ook gemeentelijke vzw’s, autonome gemeentebedrijven of zelfs de lokale adviesraden erbij kunnen aansluiten, we zouden de modeldossiers aan hen kunnen bezorgen zodat ze voor bepaalde standaardprocedures (bv. overheidsopdrachten) gratis onze expertise kunnen gebruiken. Maar daarvoor hebben we bijkomende apparatuur nodig en een bijkomende beschrijving van rollen.’

Marlies van Bouwel is hoofdredacteur van Lokaal 1 oktober 2008 LOKAAL 21


LOKALE RAAD ?

Het verschil tussen een ondervoorzitter en een waarnemend voorzitter van de OCMW-raad

!

De functie van waarnemend voorzitter is tijdelijk, ter vervanging van de voorzitter, terwijl de functie van ondervoorzitter permanent is. Ook is er een verschil in bevoegdheden en bezoldiging.

FORUM VVSG-RONDE VAN VLAANDEREN

OCMW’s kunnen een of twee ondervoorzitters hebben wanneer de gemeente gekozen heeft om een of twee schepenen minder te hebben, en de OCMW-raad gemachtigd werd tot het aanstellen van respectievelijk een of twee ondervoorzitters. Deze machtiging moet blijken uit een verklaring op een ontvankelijke akte van voordracht van een schepen, of door een uitdrukkelijke beslissing van de gemeenteraad op de installatievergadering. Dan kan de OCMW-raad onder de leden van het vaste bureau een of twee ondervoorzitters kiezen. Dit gebeurt bij geheime stemming in evenveel stemrondes als er functies vacant zijn. De OCMW-raad kan in het huishoudelijke reglement bevoegdheden toewijzen aan de ondervoorzitter(s). De voorzitter moet hiermee akkoord gaan, want dit zijn bevoegdheden die hemzelf anders toekomen. Deze bepaling zal waarschijnlijk wijzigen, want volgens het ontwerp van het nieuwe OCMW-decreet kan de voorzitter zelf bevoegdheden overdragen aan de ondervoorzitter(s). De ondervoorzitter krijgt een wedde van het OCMW.

Waarnemend voorzitter

Bij een tijdelijke afwezigheid, in afwachting van een nieuwe voorzittersverkiezing of als de voorzitter betrokken partij is, wordt het voorzitterschap waargenomen door een raadslid dat hiertoe schriftelijk werd aangewezen door de voorzitter. Logischerwijze denken we meteen aan de ondervoorzitter, maar de voorzitter kan perfect een ander raadslid aanduiden. In het nieuwe OCMW-decreet zullen de ondervoorzitters waarschijnlijk voorrang hebben op andere OCMW-raadsleden. Heeft de voorzitter geen waarnemend voorzitter aangesteld, dan bepaalt de organieke wet dat het raadslid met de meeste anciënniteit het voorzitterschap waarneemt. Bij gelijke anciënniteit geldt het aantal stemmen bij de verkiezing tot OCMW-raadslid. De waarnemend voorzitter oefent enkel tijdens de afwezigheid van de voorzitter deze taak uit, maar beschikt dan over alle bevoegdheden van de voorzitter. Ook zal hij de voorzitter vervangen in het college van burgemeester en schepenen als de voorzitter meer dan twaalf weken afwezig is. De waarnemend voorzitter krijgt een wedde na een maand vervanging. Op dat moment verliest de voorzitter zelf zijn wedde.

Waarnemend ondervoorzitter

De ondervoorzitter kan dus voorzitter zijn wanneer hij de voorzitter vervangt in de hierboven beschreven gevallen. Om het helemaal ingewikkeld te maken, is er ook nog een waarnemend ondervoorzitter mogelijk. Als een ondervoorzitter afwezig is, kan de raad immers een tijdelijke vervanger verkiezen. Deze waarnemend ondervoorzitter heeft dezelfde bevoegdheden als de ondervoorzitter, en krijgt pas een wedde na een maand vervanging. Dan vervalt de wedde van de ondervoorzitter.

Plaatsvervangend voorzitter van het vaste bureau en de bijzondere comités

STEFAN DEWICKERE

Ondervoorzitter

Lokale politici die bij willen zijn, volgen de Ronde.

VVSG-Ronde van Vlaanderen in het najaar

Actualiteit en stevige dossiers voorop De VVSG trekt een nieuwe Ronde Van Vlaanderen op gang. Nu de besturen bijna twee jaar aan de slag zijn, is het voor de Politieke Academie een ideaal moment om lokale bestuurders van harte uit te nodigen op een avondprogramma. Met de actualiteit voorop en enkele stevige dossiers. Tijdens de workshops brengen de VVSG-medewerkers hun kennis in; de deelnemers wisselen hun ervaringen en inzichten uit. De deelnemer stelt zelf zijn programma samen.

Acht workshops

• Primeur: de checklist voor verzelfstandiging • Als een lokaal bestuur afval ophaalt bij een bedrijf • OCMW-voorzitter en ook schepen, een onmogelijke combinatie? • Het woonzorgdecreet schetst de zorg van morgen • Brandweerhervorming - stand van zaken • Het Sociaal Huis in de steigers • De I-scan: uw ICT-beleid in kaart gebracht • Duurzame ontwikkeling: lege doos of concrete realisaties?

Naast de ondervoorzitters en waarnemend voorzitters van de OCMW-raad bestaan er ook plaatsvervangers voor het voorzitten van het vaste bureau en de bijzondere comités. De organieke wet zegt dat de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn van rechtswege deze vergaderingen voorzit. Het vaste bureau en de bijzondere comités hebben wel de mogelijkheid om elk afzonderlijk een plaatsvervangend voorzitter aan te duiden. Deze zal dan bij afwezigheid van de voorzitter de vergadering voorzitten van het vaste bureau of het bijzondere comité dat hem heeft aangewezen. Werd geen plaatsvervangend voorzitter aangewezen, dan zit het lid van het vaste bureau of bijzondere comité met de meeste anciënniteit de vergadering voor. De plaatsvervangend voorzitter krijgt geen extra bevoegdheden.

Voor wie

Artikel 25, 27 §3, 28bis, 38 en 39 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de OCMW’s. Artikel 53-59 van het ontwerpdecreet van 23 mei 2008 betreffende de OCMW’s.

Telkens van 18.30 tot 21.45 uur, inclusief broodje vooraf en drankje achteraf

Mail uw vraag over de OCMW-raad naar pieter.vanderstappen@vvsg.be

Info en inschrijving: www.vvsg.be

22 LOKAAL 1 oktober 2008

• speciaal voor burgemeesters, OCMW-voorzitters, schepenen en raadsleden van OCMW en gemeente • ook leidinggevenden en medewerkers zijn welkom

Waar en wanneer

• Lokeren, woensdag 22 oktober • Leuven, donderdag 23 oktober • Hasselt, maandag 3 november • Torhout, woensdag 5 november • Malle, donderdag 6 november


Toen hij in 2004 overleed, was Jean Calmeyn 39 jaar burgemeester van de faciliteitengemeente Drogenbos. Na de verkiezingen van 2006 trad Alexis Calmeyn in de voetsporen van zijn vader. ‘Ik heb heel veel van mijn vader geleerd, maar ik was ook zonder hem wellicht politiek actief geworden. Politiek ligt me.’

STEFAN DEWICKERE

‘ We hebben geen andere ambitie dan een goed dagelijks beleid van de gemeente.’

DE GEKNIPTE POLITICUS

Alexis Calmeyn, geroepen als burgemeester Alexis Calmeyn komt uit een gezin met zes kinderen, niet één van zijn broers of zussen is politiek actief. Zelf ging hij, zodra hij kon lopen, overal met zijn vader mee. ‘Politiek ligt je of ligt je niet, je kunt het niet aanleren. Ik heb met mijn vader heel veel van mening gewisseld. Burgemeester zijn van Drogenbos was zijn taak, zijn grootste levenswerk. Ook ik beschouw het als een soort roeping. Het vraagt heel veel tijd en inzet. In een kleine gemeente klopt iedereen voor alles bij de burgemeester aan. Die bereikbaarheid is ook een grote troef. Burgers moeten inspraak hebben, het bestuur moet samen met de inwoners nadenken over oplossingen voor problemen.’ ‘Ik stak veel op van mijn vader, maar zijn stijl is uiteraard niet de mijne. Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2006 hebben we een vernieuwing en een verjonging doorgevoerd. Met enkele leden van de partij van mijn vader, de Lijst van de Burgemeester, en enkele nieuwe mensen hebben we Drogenbos Plus opgericht. We leveren twee schepenen en de burgemeester, de Union des Francophones heeft één schepen. In een faciliteitengemeente worden de schepenen rechtstreeks verkozen. Opmerkelijk, het zijn drie vrouwen. We vormen een goeie, complementaire ploeg.’ ‘Drogenbos Plus is een lokale partij. Geen van onze 24 leden is aangesloten bij een nationale partij. We zijn onafhankelijk en we hebben geen andere ambitie dan een goed dagelijks beleid van de gemeente. We zijn ook een volkomen tweetalige partij. Ik ben fier te mogen zeggen dat we ons uit het woelige communautaire vaarwater houden. Natuurlijk voelen we de communautaire druk, maar het is onze taak als politici om die af

te houden. De meeste inwoners van de gemeente zijn tweetalig, zij begrijpen evenmin wat er aan de hand is op federaal niveau. De bevolking vraagt geen geruzie, ze betaalt niet voor gekibbel in de gemeenteraad. De inwoners willen dat de stoep in orde is, dat de straat proper ligt, dat het aangenaam wonen blijft in Drogenbos.’ ‘Het behoud van de taalfaciliteiten is voor onze gemeente van cruciaal belang. Daar zullen we blijven voor vechten. Een mogelijke aanhechting bij Brussel zal niet zomaar alle problemen oplossen. Dat vraagt een grondig onderzoek, gemeente per gemeente, waarbij alles in rekening wordt gebracht. Wat zijn de voor- en nadelen? Wat is het kostenplaatje?’ ‘We voelen natuurlijk wel de druk van Brussel. Het vele verkeer vraagt doorgedreven inspanningen om het wonen in de gemeente aangenaam te houden. Ook de woningmarkt staat onder druk. De verhuur- en verkoopprijzen van huizen zijn hoog. Voor inwoners met een eigendom is dat een goede zaak. Aan de andere kant moeten we ervoor zorgen dat zij – en hun kinderen – hier kunnen blijven wonen. Daarom moet bij socialewoningprojecten bijvoorbeeld de voorkeur gaan naar de eigen inwoners.’ ‘Ik heb nog een baan naast de politiek. Ik werk twee dagen per week als preventieadviseur bij openbare werken. Ik ben bezig met veiligheid en preventie bij de aanleg van water-, gas- en elektriciteitsleidingen. Vroeger deed ik dat voltijds maar dat was niet houdbaar. Zeker niet als ik ook nog wat tijd wilde overhouden voor mijn gezin. Nu heb ik een evenwicht gevonden, maar het blijft lastig. Eigenlijk staat op de burgemeesterstaak geen tijdsbeperking.’ I BVM

1 oktober 2008 LOKAAL 23


WERKVELD AFVALBELEID


De drie grote mythes van Fost Plus Dit jaar heeft Fost Plus een nieuwe erkenning aangevraagd. Fost Plus is de organisatie die de wettelijke verplichtingen voor de terugnameplicht van verpakkingsafval uitvoert. Binnen de samenwerking tussen lokale besturen en Fost Plus valt onder meer de inzameling en recyclage van papieren en kartonnen verpakkingen, glazen verpakkingen en het zogenaamde PMD. Op haar laatste jaarvergadering liet Fost Plus nog maar eens een klaagzang horen over die stoute gemeenten en intercommunales die altijd maar meer vragen, terwijl Fost Plus het toch al zo goed doet. De VVSG analyseerde de realiteit. Christof Delatter

Mythe 1: Fost Plus betaalt de totale en reële kosten van de inzameling van het huishoudelijke verpakkingsafval.

W

STEFAN DEWICKERE

ettelijk gezien moet Fost Plus aan de gemeenten en intercommunales de reële en volledige kosten van inzameling en verwerking van het huishoudelijke verpakkingsafval betalen, inclusief de algemene kosten, daarin ook inbegrepen de kosten voor verwijdering van eventuele residu’s die daarbij ontstaan. Fost Plus laat graag uitschijnen dat het ruimschoots aan deze verplichting voldoet. In de praktijk klopt dit echter niet en dragen lokale besturen nog altijd substantiële kosten voor de inzameling van dit afval. Zo blijkt uit een onderzoek van de Interregionale Verpakkingscommissie, uitgevoerd door Organic Waste Systems en auditor KPMG (Analyse van de huis-aan-huisinzameling van papier/karton en van de bepalende factoren op het vlak van de kostprijs) dat de kosten voor de inzameling van papier en karton voor 33,02% veroorzaakt worden door verpakkingen en dus voor 66,98% door niet-verpakkingen. Fost Plus vergoedt op dit ogenblik maar 30% van de kosten voor inzameling van papier en karton, wat betekent dat de lokale besturen verhoudingsgewijs een te groot aandeel betalen. Fost Plus betaalt jaarlijks ongeveer 525.000 euro te weinig aan de Vlaamse lokale besturen. Een analyse van het studiebureau Belconsulting wees uit dat het onderhoud van Eén op de drie mensen brengt PMD naar het containerpark, voor papier en karton is dat nog meer. Toch geeft Fost Plus geen enkele vergoeding voor het gebruik van de gemeentelijke infrastructuur en de inzet van het gemeentepersoneel.

de glasbolsites 690 euro per jaar per site kost, boven op het onderhoud dat nu bij de lediging gebeurt. Dit betreft dus aanvullend onderhoud dat gemeenten zelf doen. Geëxtrapoleerd naar heel Vlaanderen investeren de gemeenten zo jaarlijks additioneel iets meer dan 3 miljoen euro in de reinheid van deze sites. Voor de inname van het openbare domein door deze glasbollen betaalt Fost Plus niets. De sorteerboodschap voor PMD blijft voor onduidelijkheid zorgen bij de bevolking. Regelmatig moeten gemeenten acties organiseren waarbij ze de controle op de inhoud van de PMD-zakken intensifiëren. Zakken met te veel ander afval krijgen dan een rode sticker en blijven staan. In de praktijk nemen veel gezinnen dergelijke geweigerde zakken niet terug binnen. Er ontstaat dan een hele discussie met de gemeente over de weigering. Dikwijls eindigt de zak een paar huizen verder. Doordat de zakken anoniem zijn, heeft de gemeente geen andere keus dan ze alsnog te gaan ophalen. Hiervoor ontvangt ze geen enkele compensatie. De containerparken spelen een cruciale rol in de inzameling. In tegenstelling tot de huis-aan-huisinzameling bieden ze de bevolking een belangrijke flexibiliteit om afval kwijt te raken, puur afhankelijk van de specifieke behoeften. Een enquête leert dat één op de drie mensen PMD naar het containerpark brengt (Testaankoop, april 2008). Papier en karton is de fractie die de burger het vaakst naar het containerpark brengt, volgens een onderzoek van

Akron uit 2004 in opdracht van Interafval. Fost Plus vergoedt vandaag enkel het transport van het containerpark naar de verwerker (en de recyclage). Voor het gebruik van de gemeentelijke infrastructuur en de inzet van het gemeentepersoneel op de containerparken is er geen vergoeding. Op basis van het kostprijsberekeningsmodel dat Interafval in samenwerking met de Ovam ontwikkelde, kost dit voor Vlaanderen 7.507.715 euro per jaar, volledig gefinancierd door de gemeenten. Fost Plus beperkt de selectieve inzameling van plastics tot plastic f lessen en f lacons. De lokale besturen zamelen echter nog andere fracties uit het verpakkingsafval selectief in op de containerparken. In het kader van de huidige erkenning krijgen ze daar een vergoeding voor, maar die dekt maar een fractie van de volledige kosten voor inzameling en verwerking van deze fracties. Als we ervan uitgaan dat Fost Plus vandaag ongeveer de helft betaalt – en dat is een overschatting –, betekent dit dat de gemeenten aanvullend nog 700.000 euro per jaar ophoesten. Fost Plus verwerpt diverse, algemeen aanvaarde inzamelmethoden en vergoedt maar een beperkt deel van de kosten ervan. Daarbij denken we bijvoorbeeld aan de glasinzameling aan huis, of ondergrondse recipiënten in stedelijke kernen. Verpakkingsafval blijkt goed te zijn voor 54,07 gewichtsprocent van het in Vlaanderen aangetroffen zwerfvuil, volgens 1 oktober 2008 LOKAAL 25


WERKVELD AFVALBELEID

een analyse van proefstroken door de Ovam in 2006. Fost Plus heeft de voorbije erkenningsperiode 5 miljoen euro uitgetrokken ter bestrijding van het zwerfvuil. Dit bedrag werd deels gebruikt voor de huidige 25 euro vergoeding voor het onderhoud van de glasbolsites, en ter ondersteuning van de ‘in de vuilbak’-campagne. Dit is een fractie van de kosten die lokale besturen hebben voor het opruimen van zwerfvuil, dat voor meer dan de helft uit verpakkingsafval bestaat. Tot slot komt er nog altijd verpakkings-

afval in het restafval terecht. Dit lijstje is vast en zeker niet volledig. Diverse van de erin vermelde aspecten blijken (nog) niet becijferbaar, andere wel. De som van enkel deze laatste kosten leert ons dat de Vlaamse lokale besturen, boven op de inspanningen van Fost Plus, samen jaarlijks 11.732.715 euro uit de gemeentelijke begrotingen moeten halen voor het beheer van huishoudelijk verpakkingsafval. Dat komt neer op 1,92 euro per inwoner per jaar, ondanks het wettelijke principe dat Fost Plus voor de totale en reële kos-

ten moet instaan. Binnen die opdracht maar met de huidige vergoedingen betaalde Fost Plus in 2007 een bedrag van 5,22 euro per inwoner (zie Fost Plus, Jaarverslag 2007, p. 41).

Realiteit: Fost Plus betaalt vandaag slechts drie vierde van de kosten voor beheer van huishoudelijk verpakkingsafval.

Mythe 2: We zijn niet alleen de beste van Europa, we hebben ook het plafond bereikt.

F

ost Plus profileert zich – terecht! – als het sterkst presterende erkende organisme van Europa. In 2007 slaagde Fost Plus er inderdaad in om, weliswaar deels op kosten van de lokale besturen, via de selectieve inzameling van verpakkingsafval 90,8% van het gewicht van de verpakkingen van hun leden te recycleren en 94,1% van de verpakkingen nuttig toe te passen. Paradoxaal genoeg haalt Fost Plus dit indrukwekkende cijfer mede door het bestaan van vrijbuiters op de markt (wier hoeveelheden niet in de noemer verschijnen). Die vrijbuiters brengen verpakkingen op de markt maar sluiten niet aan bij Fost Plus en profiteren mee van de inspanningen van bedrijven die de wet wel naleven. Anderzijds zamelt Fost Plus ook verpakkingen in die niet onder de terug-

nameplicht vallen. Bij de door Fost Plus aangegeven metalen zit een deeltje oud ijzer dat na de afvalverbranding wordt gerecupereerd. Tot slot zamelt Fost Plus via zijn circuit ook kleine hoeveelheden bedrijfsafval in. Dat alles leidt tot een overschatting van de ingezamelde hoeveelheden, en een onderschatting van de hoeveelheden waarvoor Fost Plus verantwoordelijkheid draagt. Mooie cijfers dus, maar tegelijk zijn er binnen het verpakkingsafval van huishoudelijke oorsprong nog perfect recycleerbare stromen die niet ingezameld of gerecycleerd worden. Een voorbeeld daarvan zijn de toenemende stroom verpakkingen in polipropyleen (flessen en flacons zoals die van douchegel, drankbekers, botervlootjes, champignonbakjes,

chocopotten, ijsbakjes, mosselbakjes of dozen van vochtige doekjes). De sorteerinstallaties hebben bij gebrek aan impuls vanuit Fost Plus de voorbije jaren nauwelijks gewerkt aan mogelijke innovaties om recyclage van deze stromen technisch mogelijk te maken. Adequate investeringen in verbeterde sorteerinstallaties kunnen de milieuwinst verhogen. Er is dus absoluut nog ruimte voor meer en betere selectieve inzameling via de huidige inzamelmethoden.

Realiteit: Er is wel degelijk nog marge voor bijkomende milieuwinst.

advertentie

Snel ruimte nodig??

Snel nood aan ruimte? Op zoek naar een snelle, flexibele oplossing? Een duidelijke, gedetailleerde offerte binnen de 48u? Verifieerbare kwaliteit, niet enkel in België maar wereldwijd? Frisomat ontwerpt, produceert en bouwt reeds 30 jaar innovatieve gebouwen uit koudgewalst, verzinkt staal. Een juiste prijs en korte levertijd voor elk project. Just in time, in overeenstemming met lokale statische normering.

Snel ruimte nodig, praat met ons. Lokaal08_nl_sept08.indd 1

26 LOKAAL 1 oktober 2008

www.frisomat.be

13/08/2008 16:59:11


Mythe 3: Het Fost Plus-systeem werkt probleemloos en tot tevredenheid van iedereen. n zijn jaarverslag benadrukt Fost Plus het belang van innovatie, kwaliteit, (‌) samenwerking en respect en presenteert het zich als een slagvaardige, dynamische en efficiÍnte organisatie. Voor een deel is ze dat natuurlijk ook. We kunnen ons echter niet van de indruk ontdoen dat Fost Plus soms problemen onder de mat veegt door ze op andere betrokkenen in het afvalbeleid af te schuiven. Zo blijft de sorteerboodschap voor PMD onduidelijk voor de bevolking. Mooie grafieken over een constant gehalte aan residu in de blauwe zak verbergen de discussies die gemeentelijke personeelsleden voeren met de bevolking over wat nu wel en wat niet in die zak thuishoort. We verwezen al naar de problemen met controle tijdens de ophaling, en het achterblijven van geweigerde PMD-zakken. Glasbollen blijven een storende factor in het straatbeeld en zorgen voor lokale hinder. Deze recipiÍnten trekken ook ander afval aan, nachtelijk gebruik ervan leidt tot geluidshinder, en de helft van de bevolking vindt dat deze sites er onvoldoende verzorgd uitzien (zie Testaankoop 519). Verpakkingsafval blijft prominent aanwezig in het zwerfvuil. Bij de toewijzing van de markten voor inzameling legt Fost Plus een zeer grote klemtoon op de kostprijs, waardoor aan kwaliteit wordt ingeboet. Ophalers die op het randje van het onveilige werken, krijgen hierdoor een concurrentievoordeel. Fost

Plus gaat onvoldoende in op vragen vanwege de intercommunales om in de lastenboeken meer aspecten van kwaliteit en veiligheid op te nemen. De manier waarop nu papier en karton wordt ingezameld is op termijn onhoudbaar want het is een te zware belasting voor het laadpersoneel. Sommige leden van Fost Plus misleiden de bevolking door uit te pakken met zogenaamde composteerbare verpakkingen. Niet alleen zijn die niet te onderscheiden van de andere verpakkingen, in veel gevallen blijken ze maar gedeeltelijk biologisch afbreekbaar. Daarmee zijn ze niets meer dan een dun laagje groen vernis op een blijvend milieuprobleem. Dat houdt de betrokken verpakkingsverantwoordelijken niet tegen om te pas en te onpas naar de bevolking te communiceren over ‘hoe onbegrijpelijk het toch is dat deze verpakkingen niet in het GFT mogen’.

Realiteit: Feitelijke problemen verdwijnen niet door er geen aandacht aan te schenken. Het is nu aan de drie gewesten om te laten zien op welke basis ze een nieuwe erkenning aan Fost Plus geven: de mythes of de realiteit. Of blijven we, zoals Sisyphus, een steen naar de top van de berg rollen? Christof Delatter is VVSG-stafmedewerker Afvalbeleid

Glasbollen blijven een storende factor in het straatbeeld en zorgen voor lokale hinder.

Waardebon

Gratis loopbaanbegeleiding. Enkel voor specifieke profielen(*) bij Arabel vzw 6 individuele gespreksuren met professionele loopbaanadviseurs

arabel

Voorwaarden t POEFS WPPSXBBSEF EBU V FFO KBBS XFSLFSWBSJOH IFFGU FO NPNFOUFFM XFSL[BBN CFOU #PWFOEJFO IFFGU V OPH HFFO HFTVCTJEJFFSEF begeleiding gevolgd. Zelfstandigen komen eveneens in aanmerking. t V CFIPPSU UPU Ă?Ă?O WBO EF WPMHFOEF QSPĂśFMFO QMVTTFS LPSUHFTDIPPME )40 WBO PSJHJOF CVJUFO EF &6 PG BSCFJETHFIBOEJDBQU .FFS JOGP XXX KVNQ BSBCFM PSH

Bel voor een afspraak: t )BSUKF #SVTTFM t .FMMF t #SVHHF Of mail naar loopbaan@arabel.org ESF investeert in jouw toekomst.

1 oktober 2008 LOKAAL 27

DANIEL GEERAERTS

I


WERKVELD AFVALBELEID

Ook gewestwegen moeten proper Gewestweg of gemeenteweg? Inwoners maken geen onderscheid. Als de straat vuil is, klagen ze bij de gemeente. Daarom reinigen gemeenten vaak zelf de gewestwegen, ook al is dit niet hun taak. In het mobiliteitsconvenant ziet de VVSG een kans om de werkzaamheden van beide overheidsniveaus beter te coördineren en een mogelijkheid voor gemeenten om een redelijke vergoeding te krijgen voor de gewestwegen die ze al schoonhouden. Liesbet Noé

V

laanderen telt 6233 kilometer gewestwegen waarvan 833 kilometer autosnelwegen. Die wegen worden ook het intensiefst gebruikt. Dit maakt ze zeer gevoelig voor zwerfvuil. Hoofdwegen, snelwegen en op- en afritten van snelwegen behoren tot de vuilste locaties, zo bleek uit een zwerfvuilstudie van de Vlaamse overheid. Aangepaste ruimfrequentie nodig Het onderhoud aan en op gewestwegen is een taak voor het Vlaamse Gewest. Dat besteedt het uit via de districten van de Afdelingen van de Administratie Wegen en Verkeer. Het bestek van de Vlaamse overheid legt voor zwerfvuil drie tot zeven opraapbeurten per jaar op, afhankelijk van de gewestweg. Voor intensief gebruikte wegen volstaat deze frequentie niet. Gevolg hiervan is dat de gemeenten vaak extra reinigingsbeurten op eigen kosten inlassen. De afvalintercommunale IVAGO staat in voor de openbare netheid in Gent. Paul Dobbelaere is er algemeen directeur. ‘De stad Gent telt meer dan honderd kilometer gewestwegen, verspreid over het hele grondgebied. Het zijn niet alleen grote invalswegen, maar dikwijls ook kleinere straten, ja zelfs pleinen die historisch gezien als gewestgebied worden beschouwd. De ruimfrequentie aan deze gewestwegen volstaat vaak niet. IVAGO is verplicht om er extra veegbeurten uit te voeren om het algemene netheidsbeeld van de stad te kunnen bewaren. De Gentenaars maken immers geen onderscheid tussen een gewest- en een gemeenteweg. Klagen over vuile wegen doen ze bij IVAGO, punt uit. Samenwerking zou dus logisch zijn. En als IVAGO meehelpt aan het onderhoud van de gewestwegen, dan is een billijke vergoeding van de Vlaamse overheid hiervoor eigenlijk niet meer dan normaal. Onderhandelingen in het verleden hebben jammer genoeg niets opgeleverd. Hetzelfde geldt trouwens voor sluikstorten langs gewestwegen. De burger belt niet naar het gewest om een sluikstort op te ruimen.’

STEFAN DEWICKERE

Lokaal netheidsbeleid in cijfers De ‘gemiddelde’ Vlaamse veger is 45 jaar. In Lokaal 11 van 16 juni werd verkeerd aangegeven dat de gemiddelde veger 38 jaar oud is. Twee van de drie gemeenten heeft machinaal óf manueel veegpersoneel in dienst. In de helft van de Vlaamse gemeenten vegen manuele én machinale vegers de straten. Twee van de drie gemeenten beschikken over ten minste één machine om de straten proper te houden. De helft hiervan heeft een grote veegmachine. Bron: VVSG-enquête lokaal netheidsbeleid

28 LOKAAL 1 oktober 2008

Opruimbeurten beter coördineren Gemeenten weten niet welke aannemers op hun grondgebied werken uitvoeren in opdracht van het gewest en wanneer de opruimbeurten plaats zullen vinden. Vooral dit laatste ligt moeilijk omdat de planning van de aannemers erg afhankelijk is van derden, bijvoorbeeld bij de inzet van bepaalde machines, en van de weersomstandigheden. Het zal al een grote stap vooruit zijn als een gemeente weet welke aannemer er op haar grondgebied veegwerken uitvoert. De gemeente kan de eigen onderhoudstaken dan afstemmen op die van de aannemer van het gewest. Goed vegen is een samenspel Vlakke, lange wegvakken machinaal reinigen gaat vlot. Maar de veegmachines kunnen jammer genoeg niet overal even gemakkelijk bij. Manuele veegbeurten moeten dan de puntjes op de i zetten rond palen en straatmeubilair, aan verkeersdrempels, op kruispunten… Grondig ruimen is een combinatie van machinaal en manueel vegen. Ook de reiniging van specifieke bouwconstructies zoals taluds en bruggen is geen sinecure. ‘Het vuil komt bijeen op plaatsen waar de machines niet bij kunnen. De stadsarbeiders moeten aanvullende manuele ruimbeurten inlassen. Via een gericht gebruik van module 6 van het mobiliteitsconvenant kunnen het machinale en manuele onderhoud beter op elkaar worden afgestemd,’ zegt Jorn Verbeeck, adviseur van de Antwerpse schepen van Leefmilieu en Openbare Werken Guy Lauwers. Module 6 inzetten Gemeenten die het mobiliteitsconvenant met de Vlaamse overheid afsluiten, kunnen via module 6 specifieke onderhoudstaken overnemen van het gewest. Die module biedt gemeenten de mogelijkheid om gewestwegen, fietspaden en aangrenzende groenzones net te houden tegen een vergoeding. Het minimale pakket (taken 1 tot 5, zie kader) bestaat onder meer uit het maaien van bermen en gazons, onderhoud en snoei van beplantingen, verwijderen van zwerfvuil en proper houden van verkeersborden. Dat is dus meer dan zwerfvuil ruimen. Lokaal coördineren Tot nog toe ondertekenden 301 van de 308 gemeenten het mobiliteitsconvenant. Slechts 33 gemeenten ondertekenden module 6. Doordat het mobiliteitsconvenant onderhoudstaken met een uiteenlopend karakter (taken 1 tot 5) aaneenkoppelt, kunnen


KLARE KIJK Takenpakket module 6 mobiliteitsconvenant Minimaal uit te voeren Taak 1: maaien van bermen, grachten en taluds buiten bebouwde kom en veiligheidsmaaien Taak 2: maaien van gazons in parkzones binnen bebouwde kom Taak 3: onderhoud beplantingen met snoei, onderhoud ondergrond, hakhoutbeheer Taak 4: verwijderen zwerfvuil Taak 5: reiniging niet inwendig verlichte bebakening en verkeersborden

Vrijblijvend uit te voeren Taak 6: afsteken en verwijderen graskanten Taak 7: zuigborstelwerken Taak 8: snoeien van hoogstammen, begeleidingssnoei en onderhoudssnoei Taak 9: ledigen en zuiveren van waterslikkers, aquadrains, onderzoeksputten van RWA-afwateringen Het aanvullende bestek omschrijft elke deelopdracht in detail.

gemeenten module 6 vaak niet ondertekenen. De uitvoering van maai- en snoeiwerken vergt bijvoorbeeld gespecialiseerd personeel en materieel. Snoeien van hoogstambomen en maaien van taluds is van een heel andere orde dan zwerfvuil verwijderen in een wegberm of het wegdek mechanisch borstelen. Om meer gemeenten de kans te geven de onderhoudstaken van gewest- en gemeentewegen te coördineren vraagt de VVSG aan Vlaams minister van Openbare Werken Hilde Crevits om het verplichte takenpakket van module 6 op te splitsen. Het voorstel is taak 4 (verwijderen van zwerfvuil) en taak 7 (zuigborstelwerken en verwijderen van onkruid in verhardingsnaden) praktisch en financieel los te koppelen van de andere taken van de module 6. Zo kunnen meer gemeenten de netheid van de gewestwegen in hun gemeente verbeteren tegen een billijke vergoeding. De minister onderzoekt de vraag van de VVSG. Verder gaan De lokale besturen willen de gewestelijke en lokale reinigingstaken vooral meer op elkaar afstemmen. Sommige willen nog verder gaan. Jorn Verbeeck: ‘Om een aanvaardbare netheid van het openbare domein te garanderen wil de stad Antwerpen naast de zwerfvuiltaken ook de onkruidbestrijding aan gewestwegen zelf uitvoeren. Door het pesticidendecreet moet het gebruik van chemische producten voor onkruidbestrijding stapsgewijs worden afgebouwd. Enerzijds kunnen we dit opvangen via sociale tewerkstelling. Door deze onderhoudstaken te laten uitvoeren door laaggeschoolden kunnen we ze naar het reguliere arbeidscircuit leiden, maar ook het meerwerk opvangen. Zo slaan we twee vliegen in één klap. Anderzijds biedt de bewuste keuze voor ecologisch beheer op bepaalde plaatsen de mogelijkheid om prioriteiten en accenten voor netheid te leggen. Zo streven wij naar een optimalisatie van de verschillende onderhoudstaken van het openbare domein op ons grondgebied in samenwerking met het gewest.’ Liesbet Noé is VVSG-stafmedewerker Afvalbeleid • OVAM, 2007, Zwerfvuil in Vlaanderen 2006. Analyse aan de hand van proefstroken. www.statbel.fgov.be/figures/d133_nl.asp www.mobielvlaanderen.be, knop mobiliteitsconvenant

?

WIE regelt straatnamen en huisnummers?

! Gemeenten zijn vrij om hun nieuwe straten namen te geven,

bestaande straatnamen te wijzigen en de huisnummers te bepalen. Ondanks deze autonomie gelden er spelregels.

Straatnamen

Bij de keuze van een straatnaam gaat de voorkeur uit naar een naam die een band heeft met de plaatselijke geschiedenis, het kunst- en cultuurleven, de volkskunde of de toponymie. Namen van nog levende personen zijn niet toegestaan, met uitzondering van leden van de koninklijke familie. De eigennaam wordt op het bord kort toegelicht. Voor elke nieuwe straatnaam of wijziging van een bestaande straatnaam organiseert de gemeente een openbaar onderzoek dat ze – minstens – met een openbare aanplakking bekendmaakt. Iedereen kan binnen een periode van 30 dagen op het voorstel reageren. Bij een wijziging van een bestaande straatnaam worden alle meerderjarige bewoners van de straat en alle mensen die een eigendom in deze straat bezitten maar elders in België verblijven, aangeschreven met het bericht van de voorgenomen wijziging en de motivering ervan. De ingreep heeft immers belangrijke administratieve en daarmee ook sociale en financiële gevolgen. Gelijktijdig met het openbare onderzoek wordt de gemeentelijke cultuurraad gevraagd om binnen 30 dagen een standpunt te bepalen. Gelijktijdig kan ook advies gevraagd worden aan de koninklijke commissie voor advies voor plaatsnaamgeving. Om gewoon taal- en spelfouten in de plaatsnaamgeving recht te zetten volstaat een eenvoudig advies van de provinciale commissie voor plaatsnaamgeving. Omdat deze procedure soms lang duurt, is het raadzaam eraan te beginnen zodra de verkavelingsvergunning is verleend of de gemeenteraad over de zaak heeft beslist. Zo weten ook de aannemers waar ze materiaal moeten leveren.

Huisnummers

In principe vertrekt de nummering vanuit het centrum. De huizen en gebouwen aan de linkerzijde krijgen oneven, die aan de rechterzijde even nummers. Elk gebouw, met uitzondering van de bijgebouwen, krijgt een nummer. Er wordt maar één nummer toegekend per zelfstandige entiteit. Deze afbakening is niet evident, onderzoek van de concrete omstandigheden ter plaatse geeft dan een antwoord. Bij de nummering reserveert de gemeente steeds een nummer voor de onbebouwde percelen. Het creëren van bijkomende nummers gebeurt door een letter aan het huisnummer toe te voegen zoals de nummers 15A en 15B. Als dit te ingewikkeld of rommelig wordt, vindt een hernummering van de hele straat plaats. De nummering van appartementen mag niet afhangen van de eigenaar of bewoner. De appartementnummering wordt afgestemd op die van de busnummering. Dan kan een hulpdienst de woning vlot terugvinden. Bij de nummering geeft het eerste cijfer de verdieping aan en de volgende cijfers het appartementsnummer van die verdieping. Een appartement dat gelegen is aan de Dorpsstraat 5 en het tweede appartement op de benedenverdieping is, krijgt het nummer 5/002. Het erboven gelegen appartement draagt het nummer 5/102. Sommige gemeenten leggen de toekenning en de gevelplaatsing van de nummers vast in een politieverordening. Het Centraal Referentieadressenbestand bevat de straatnamen en huisnummers, inclusief de juiste ligging. Dit bevordert de uitwisseling van adresgegevens tussen de verschillende overheden. www.vvsg.be, knop omgeving, huisvesting, bouwen en wonen, straatnamen en huisnummers Mail uw vragen over huisvesting naar xavier.buijs@vvsg.be

1 oktober 2008 LOKAAL 29


Communiceren met moeilijk bereikbare groepen

NIEUW

in het handboek

Communicatiemanagement voor openbare besturen Aanverwante publicaties van Jos Huypens Omgaan met de media is (geen) kinderspel

Omgaan met de media is (geen) kinderspel Een journalistieke verkenning

Jos Huypens

Fondsen werven is (geen) kinderspel

Fondsen werven is (geen) kinderspel Jos Huypens

Omgaan met de media is (geen) kinderspel Een goede perstekst schrijven, een persconferentie geven, een interview afnemen of er eentje geven, duidelijk uitleggen waar uw organisatie voor staat aan uw doelpubliek: het is beslist geen sinecure! In deze handige gids geeft Jos Huypens een aantal praktische tips aan al wie af en toe beroepshalve met de media te maken heeft. Fondsen werven is (geen) kinderspel Heel wat organisaties uit de social-profitsector leven en overleven bij de gratie van overheidssteun en in heel wat gevallen ook dankzij de inbreng van privégelden. De afgelopen jaren is het zoeken van externe financiering voor heel wat instellingen zelfs een professionele bezigheid geworden. Dit boekje is als standaardwerkje bedoeld voor al wie op zoek is naar (meer) middelen voor zijn organisatie.

Beide boekjes verschenen in de reeks “Communiceren is (geen) kinderspel”. Bent u graag meteen mee met alle ontwikkelingen op het gebied van communicatie in openbare besturen en de non-profitsector? Abonneer u dan op de reeks en vind alle nieuwe titels als eerste in uw brievenbus, en bovendien met 15% korting.

BESTELKAART

In het volledig nieuwe hoofdstuk “Communiceren met moeilijk bereikbare groepen” van het handboek Communicatiemanagement voor openbare besturen tracht Jos Huypens de lezer een antwoord te bieden op volgende vragen: Met welk communicatiemiddel bereik ik bepaalde groepen het best? Hoe communiceer ik eenvoudig en doeltreffend? Hoe bereken ik een AVI-niveau? Hoe evalueer ik met een eenvoudige formule de leesbaarheid van een tekst? Het losbladige werk Communicatiemanagement voor openbare besturen is een praktische gids voor al wie in aanraking komt met een of ander aspect van communicatie. Het boek licht de basiselementen van communicatie toe en beantwoordt o.a. volgende vragen: wat is de plaats van een communicatieafdeling in een organisatie? Hoe stel ik een communicatieplan op met doelgroepenanalyse? Hoe begin ik aan een infoblad en een website? Hoe organiseer ik een bewonersvergadering? Hoe kan ik het best omgaan met de media? Hoe communiceer ik bij een crisis? Hoe evalueer ik communicatieacties? U leert ook zelf uw personeelsblad te maken en op een goede manier om te gaan met een intranet. Bij het boek hoort een cd-rom met daarop niet alleen de relevante wet- en regelgeving maar ook handige software, om bijvoorbeeld zelf uw nieuwsbrief te maken. Auteur Jos Huypens was o.a. journalist en hoofdredacteur van Gazet van Antwerpen. Nu heeft hij zijn eigen communicatieadviesbureau Communicado Int. en is hij als communicatiespecialist actief aan UAMS.

Bestel via www.politeia.be of stuur of fax deze strook naar: Uitgeverij Politeia, Ravensteingalerij 28, 1000 Brussel / fax: 02 289 26 19

0

Ja, ik bestel … exemplaren van Communicatiemanagement voor openbare besturen tegen € 79** (VVSG-leden) of € 99** (niet-leden) … exemplaren van Omgaan met de media is (geen) kinderspel tegen € 19,95 per exemplaar* … exemplaren van Fondsen werven is (geen) kinderspel tegen € 24,95 per exemplaar*

0

Ja, ik neem een abonnement op de pocketreeks Communiceren is geen kinderspel en ontvang 15% korting op alle nieuwe titels.

Naam:

Adres:

Functie: Organisatie:

Btw-nummer:

E-mail:

Datum:

Tel.:

Handtekening:

* Prijzen geldig tot 31-12-2008. Uw gegevens worden door ons in een bestand bijgehouden en niet aan derden doorgegeven. Overeenkomstig de wet op de privacy heeft u inzage- en correctierecht. ** Het betreft hier een losbladige publicatie. Aanvullingen worden u automatisch toegestuurd tegen €0,46 per blz. en dit tot schriftelijke wederopzegging.


WERKVELD OUDERENBELEID

Het leven zoals het is in De Horizon door de ogen van Maria (80)

STEFAN DEWICKERE

‘Ik woon al drie jaar boven De Horizon in een bejaardenflat dat ik huur van de dienst Huisvesting van de stad Gent. Na twee knieprotheses was boodschappen doen en koken een probleem geworden. Toen ik de eerste dag kwam eten, was het erg druk en heb ik wat geholpen. De volgende dag kreeg ik de vraag of ik vrijwilliger wilde worden. Je ziet, ik kwam hulp vragen en kan nu zelf nog helpen als vrijwilliger. Ik verwachtte niet veel van het dienstencentrum, eigenlijk wist ik niet goed wat het was. Maar zonder de ondersteuning van De Horizon zou het voor mij af en toe moeilijk worden om zelfstandig te blijven wonen. Nu ga ik er ook elke week naar de kapper en af en toe laat ik mijn gezicht verzorgen of ga ik naar de pedicure. Op de maandelijkse gespreksgroep Aandacht voor elkaar ben ik meestal present. Ik werk als vrijwilliger in de bar, tijdens een snoepnamiddag doe ik de kassa en tijdens het middagmaal help ik met opdienen en afwassen. Sinds kort doe ik ook de pietjesbak. Als ze mij iets vragen, dan doe ik het met plezier. Mijn leven is veranderd, ik ben nu weer bij de mensen. Ik heb negentien jaar met een zieke man thuisgezeten. Nu ben ik zes jaar alleen. Ik kom weer tot mezelf en heb ondertussen veel mensen in de buurt leren kennen. Er is altijd wel iets te doen. Als een activiteit je niet interesseert, dan doe je gewoon aan iets anders mee.’

In het lokale dienstencentrum kan iedereen voor welzijn terecht De werking van de lokale dienstencentra wordt geregeld door het Thuiszorgdecreet. Het lokale dienstencentrum is een buurtgerichte welzijnsvoorziening die erop gericht is mensen zo lang mogelijk zelfstandig goed te laten functioneren in hun thuismilieu. Er is bijzondere aandacht voor senioren en thuiszorggebruikers, maar iedereen uit de lokale leefgemeenschap kan er terecht. Ann Van der Vreken, Cindy Vanhoomissen, Maureen Bauwens

H

et unieke van het lokale dienstencentrum is dat het verschillende functies onder één dak verenigt. Zo kan de dienstverlening bestaan uit een restaurant, een wasserette, een pedicure, een boodschappendienst, een klusjesdienst, mobiliteits

ondersteuning of het uitlenen van personenalarmsystemen. Dit aanbod wordt voor een stuk vrij bepaald door de specifieke plaatselijke behoeften. Informatie wordt in het dienstencentrum verstrekt via een spreekuur, informatienamiddagen, fol-

ders, een eigen activiteitenblaadje of via artikelen over actuele welzijnsthema’s in de gemeentelijke informatiekrant. Daarnaast biedt het dienstencentrum recreatieve en vormende activiteiten aan, vooral om het sociale contact tussen mensen te stimuleren en een zinvolle tijdsbesteding aan te bieden. Voor dit aanbod staan vaak vrijwilligers in. Anderzijds is het dienstencentrum een waar reservoir waarin vrijwilligerswerk groeit en waaruit nieuwe vrijwilligers worden geworven. Met het educatieve aanbod krijgen mensen de mogelijkheid om hun kennis en kunde bij te schaven of om bij te blijven. De thuiszorg ten slotte vormt de brug tussen het actieve, valide leven en het zelfstandig blijven leven ondanks beperkin1 oktober 2008 LOKAAL 31


WERKVELD OUDERENBELEID

Telefoonster De Telefoonster is een thuiszorgmethodiek die enkele dienstencentra aanbieden om sociaal isolement te voorkomen en de sociale veiligheid te versterken. De 83-jarige Germaine krijgt elke dag telefoon van het lokale dienstencentrum ’t Plein (OCMW Dendermonde): ‘Elke ochtend om half tien belt even trouw een vrijwilliger van de Telefoonster. Al twee jaar lang. Elke dag, ook op zaterdag en zondag, ook op feestdagen. Altijd vriendelijk. Hoe het gaat, wil die dan weten, of er iets scheelt, of ik erover wil praten, wat ik van het weer vind. Omdat ik weet dat er elke dag iemand zal bellen, voel ik me meer op mijn gemak. En zo’n gesprekje doet deugd, want de dagen duren lang als je helemaal alleen bent.’ gen. Hierdoor gaat de band die iemand met het dienstencentrum opbouwt, in een volgende levensfase niet verloren, maar krijgt hij een andere inhoud. De gebruiker kiest uit een aanbod aan sociale activiteiten en krijgt op termijn eventueel zorg aan huis via de zorgopvolging door de maatschappelijk werker of contactbezoeken door vrijwilligers. In elk geval is die zorg aanvullend op het reguliere aanbod. Lage drempel Het bundelen van al deze verschillende functies onder één dak is een wezensken-

merk van de lokale dienstencentra. Een ander kenmerk is de lage drempel. Door de inbedding in een buurt wordt het lokale dienstencentrum een vertrouwde plek, waar je snel even langsloopt. De openingstijden zijn er ruim. Niemand hoeft geloofsbrieven of een lidmaatschap voor te leggen. Er vallen geen administratieve

graag gebruik van het potentieel in die buurt ten gunste van het individu, maar ook van de gemeenschap. Samenwerking met bestaande verenigingen is daarbij een troef. Een andere belangrijke eigenschap is dat het natuurlijke potentieel aan zorg en ondersteuning dat in de samenleving voor-

Het dienstencentrum heeft een lage drempel. Geen administratieve procedures, geen lidmaatschap, geen spreekuren. Je komt en je wordt geholpen. procedures te doorlopen, geen afspraken te maken, geen schaarse spreekuren te boeken. Je komt en je wordt geholpen. De prijzen van het aanbod zijn voor iedereen haalbaar. Maar ook letterlijk is de drempel laag: mindervaliden en mensen die slecht te been zijn, kunnen van de infrastructuur gebruik maken. De ontmoetingsfunctie en het recreatieve aanbod slopen drempels naar andere delen van de werking. Menselijk kapitaal Een lokaal dienstencentrum werkt in eerste instantie voor de omringende wijk. Het benadert zijn gebruikers dicht bij huis, in hun vertrouwde omgeving, te midden van het leven en de mensen die ze kennen. Het dienstencentrum maakt

handen is, benut wordt om de doelstellingen te realiseren. De spontane zorg- en aandachtsreflex van mensen ten opzichte van elkaar is niet meer evident aanwezig in de samenleving. Maar het lokale dienstencentrum bespeelt zeer bewust de balans tussen geven en krijgen om dit proces op gang te krijgen of in stand te houden. Doordat diverse functies binnen het dienstencentrum dooreenlopen, kruisen ook mensen met verschillende gebruikersprofielen elkaar. Het dienstencentrum zet ook het potentieel uit zijn achterban graag en veel in, omdat zinvol bezig blijven, actief blijven, iets doen voor anderen betekenis geeft aan het leven. Naast erkenning voor deze talenten en de inzet heeft het vrijwilligerswerk in het dienstencentrum ook een

‘25 jaar lang heb ik gezorgd voor mijn vijf kinderen en vijf stiefkinderen, dat was een drukke dagtaak en tegen mezelf zei ik: “Nu kan ik misschien niet doen wat ik graag wil doen, maar dat komt later wel.” Toen mijn kinderen twintig jaar geleden het huis uit waren, vroeg de centrumleider van het lokale dienstencentrum dat toen nog in de kinderschoenen stond, of ik niet met een fietsclub wilde beginnen. Ik kende de streek en kon ervoor zorgen dat we op de terugweg wind in de rug hadden en dat we onderweg iets konden drinken. Veel meer organisatie is daar niet voor nodig. Langzaamaan is de fietsclub uitgegroeid tot een volwaardige club met een bestuur, begeleiders en een volgauto. Elke vrijdag trekken we er met vijftig mensen op uit.’ ‘Omdat er niets met de tuin van het dienstencentrum gebeurde, heb ik voorgesteld om er een paar petanquebanen in aan te leggen. Ook die club is gegroeid, tot veertig leden. Sindsdien heb ik ook nog een bowling- en scrabbleclub opgericht. Verder ben ik lid van het adviesorgaan van het lokale dienstencentrum en van de seniorenraad die advies geeft aan de gemeenteraad over een bijkomende halte voor de belbus aan het rusthuis of een leuning langsheen het wandelpad.’ ‘Vrijwilligerswerk kost altijd een beetje tijd en energie, maar dat is tot nu toe geen probleem. Ik zal alles zo lang mogelijk doen. Zodra het te veel tijd of energie kost, stop ik er wel mee.’

32 LOKAAL 1 oktober 2008

FOTOGRAFIE LEERMAN

Een Gentse vrijwilliger vertelt


STEFAN DEWICKERE

PRAKTIJK

Een centrumleider vertelt ‘Officieel heb ik op dinsdagvoormiddag spreekuur, maar in feite is het hier altijd instuif. De meeste van onze mensen gebruiken het internet niet en ze zijn weinig mobiel. De laatste jaren zijn de energieleverancier, het postkantoor, het ziekenfonds en de vakbond uit de dorpen en wijken weggetrokken. Maar de vragen blijven: over de hoge rekening van de elektriciteit, de onduidelijkheden in de afrekening van de gezamenlijke kosten van de sociale flats, een melding voor de dienst Gezinszorg. Alle vragen komen binnen, we proberen ze meteen te beantwoorden, soms duurt dat een paar dagen, soms geven we de vraag door aan een beter bevoegde dienst. In feite zijn wij de pioniers van het één-loketsysteem. We krijgen ook telefoontjes van een bezorgde buur die al een dag geen beweging gehoord of gezien heeft bij de oudere dame naast de deur. Het ziekenhuis meldt dat een gebruiker van ons restaurant ontslagen wordt en morgen wil komen eten. Iemand die laaggeletterd is, vraagt om een bestelbon in een catalogus in te vullen. Iemand wil meer weten over de nieuwe cursussen. Er komt een melding van een defecte zitbank in de buurt, een klacht over het restaurant, een aanvraag voor de schoonmaakdienst, een vraag om bemiddeling bij de kabelmaatschappij, een bestelling voor de boodschappendienst. Het lijkt een duiventil, maar het maakt de drempel wel laag voor mensen die iets willen weten.’

belangrijk sociaal surplus. Zo blijven mensen onder de mensen komen en houden ze contact met elkaar. Vrijwilligerswerk in het dienstencentrum is dan niet alleen een middel, maar ook een doel. Centraal aanspreekpunt In een lokaal dienstencentrum kunnen de gebruikers met al hun vragen terecht, ze worden niet van het kastje naar de muur gestuurd. Soms ligt het antwoord binnen het eigen aanbod, soms volgt er doorverwijzing naar een meer gepaste dienst. De vergrijzing en de individualisering zijn twee serieuze maatschappelijke vraagstukken die het dienstencentrum betaalbaar probeert op te lossen. Het ondersteunt mensen in hun wens thuis oud te worden en het zorgt ervoor dat mensen de overstap naar een rusthuis lang kunnen uitstellen. Omdat het zingeving biedt aan gebruikers en vrijwilligers, werkt het preventief tegen depressies. Het dienstencentrum geeft sociale veiligheid: je kunt gerust zijn want je kunt altijd ergens terecht.

STADEN – Met de ontwikkeling van een Zorgdienst naast de Thuisdienst staat het OCMW de Stadense bevolking bij in crisissituaties. De Zorgdienst helpt tijdelijk waar onmiddellijke hulpverlening noodzakelijk is. Wanneer de hulpvraag een blijvend karakter heeft of krijgt, worden de cliënten naar de Thuisdienst doorverwezen.

Zorg in crisissituaties De Zorgdienst ondersteunt de Thuisdienst door zich uitsluitend tot mensen in crisissituaties te richten. Beide diensten doen dezelfde huishoudelijke taken die tot het gewone onderhoud van een woning horen zoals afstoffen, ramen lappen, vloeren schrobben, wassen, strijken, koken en boodschappen doen. Mensen die plots in een crisissituatie belanden, kunnen tijdelijk voor minimaal twee uur de Zorgdienst inschakelen. Zo kan een verzorgende ’s morgens bij jonge gezinnen de kinderen naar school brengen of bij een bejaarde, na haar ontslag uit het ziekenhuis, onmiddellijk thuis gaan helpen zodat ze weer zelfstandig kan wonen. De aanvragen komen telefonisch of per mail binnen bij Dorine Ligneel, verantwoordelijke voor de Thuisdienst. ‘We zijn op 1 maart met de Zorgdienst gestart, als een proefproject voor zes maanden. We stelden vast dat mensen die dringende hulp nodig hadden, dikwijls in de kou bleven staan. Om vlugger en adequater in te spelen op een onmiddellijke en dringende hulpvraag aan huis moesten we onze dienstverlening aanpassen. Door de opsplitsing van onze dienstverlening in een Thuisdienst en een Zorgdienst kunnen we nu ook sneller reageren. Mensen in noodsituaties helpen we met de Zorgdienst binnen een week, dat is dan een flexibele dienstverlening op maat van de cliënt. Bij de Zorgdienst werken op dit ogenblik twee verzorgenden. Als er geen vraag voor thuishulp is, worden ze in het rusthuis ingeschakeld. Maar de vraag is zo groot dat ze tot nu toe uitsluitend hulp aan huis hebben geboden. De verzorgenden zijn zeer enthousiast over hun opdrachten. Hoewel ze tijdens deze kortstondige hulp geen vertrouwensband met hun cliënt kunnen opbouwen, genieten ze van een grote flexibiliteit en hebben ze geen weekendwerk meer. Het werk biedt zeer veel voldoening door de grote dankbaarheid die de verzorgenden van hun cliënten in nood ontvangen. Wanneer we merken dat de tijdelijke hulpvraag een permanent karakter krijgt, zoeken we naar gepaste hulp via onze Thuisdienst of bij privéorganisaties zoals Familiehulp, Familiezorg, Solidariteit en zo.’

Ann Van der Vreken, Cindy Vanhoomissen, Maureen Bauwens zijn centrumleiders van De Zonnebloem (Dendermonde), ’t Plein (Dendermonde), Speltincx (Gentbrugge)

Voor de dienstverlening door de Thuis- en Zorgdienst betaalt de cliënt zeven euro per uur. De hulp door de Thuisdienst wordt betaald met dienstencheques, wat een fiscaal voordeel kan opleveren. De betaling van de dienstverlening door de Zorgdienst verloopt via een facturatie op maat. Met uitzondering van het weekend verzekert de Zorgdienst elke dag flexibele dienstverlening tussen 7.30 en 18.30 uur. Inge Ruiters

• De werking van de lokale dienstencentra wordt geregeld door het Thuiszorgdecreet van 14 juli 1998.

ii Dorine Ligneel, verantwoordelijke Thuisdienst OCMW Staden, T 051-70 22 33, dorine.ligneel@ocmwstaden.be

1 oktober 2008 LOKAAL 33


DE DONDERDAG

‘Je zou het misschien niet meteen verwachten, maar mijn werkdagen zijn zeer gevarieerd. Ik zit nooit in een vast stramien, er is geen sleur, het blijft altijd boeiend.’

POL DESPEGHEL

De donderdag van Tijs Goethals, archivaris Poperinge en Vleteren

08.00 Vanmorgen is het stadsarchief open voor het publiek en sta ik ter beschikking van mensen die opzoekwerk komen verrichten. Drie voormiddagen en één namiddag per week kan men hier in de leeszaal archiefstukken raadplegen. Mijn kantoor ligt vlak naast de leeszaal. Mensen komen zich eerst bij mij registreren. Aan de hand van de inventaris zoeken ze het stuk op dat ze nodig hebben. Ik ga de stukken zelf in het depot halen. Dat is het verschil met een bibliotheek. En de stukken worden natuurlijk ook niet uitgeleend. Het archief wordt vrij druk geconsulteerd; vorig jaar kregen we een duizendtal bezoekers over de vloer. Poperinge beschikt over een volledig stadsarchief van de zestiende eeuw tot 1945, en we bezitten ook stukken uit de veertiende en vijftiende eeuw. 10.15 Als mensen vragen hebben, komen

ze gewoon mijn kantoor binnen. Het contact met het publiek is heel aangenaam en de sfeer is ontspannen. En het geeft veel voldoening om mensen te kunnen voorthelpen als hun historisch onderzoek wat is vastgelopen. Het merendeel van de bezoekers doet aan stamboomonderzoek en bestudeert de eigen familiegeschiedenis. Ongeveer tien procent is bezig met de geschiedenis van de stad en de deelgemeenten. Verder doet een aantal studenten hier onderzoek, bijvoorbeeld naar de geschiedenis van het Poperingse laken. Vandaag heb ik voor een onderzoeker ook al stukken over de brandweer opgehaald. Interessant om te weten is dat ongeveer een derde van ons publiek uit Fransen bestaat. De grens is natuurlijk vlakbij. Doorheen de geschiedenis was het niet ongewoon voor Poperingenaars om met Françaises te huwen. Nakomelingen van Poperingenaars die naar Frankrijk zijn 34 LOKAAL 1 oktober 2008

uitgeweken, vinden daar gegevens over terug in de bevolkingsregisters hier.

12.00 Ik sluit de leeszaal af en breng een aantal stukken terug. In het depot beschikken we omgerekend over anderhalve kilometer bergplaats in de vorm van rolrekken. Er is overal klimaatbeheersing, de temperatuur en vochtigheid worden geregeld. Dit is een nagelnieuw gebouw uit 2006, en het is werkelijk perfect voor archivering. Toen ik hier een klein jaar geleden begon, pas afgestudeerd, viel mijn mond open (lacht). 13.30 De archieven van de deelgemeenten zijn onlangs naar hier verhuisd, en die archiefstukken zijn we nu aan het inventariseren. Dat is het echte archivistische werk. Daarnaast ben ik begonnen met het verwerken van het moderne archief in een documentbeheersysteem. De nieuwe databank zal dienen voor inventarisering, maar evengoed zal het mogelijk zijn om zo de vernietiging van bepaalde documenten op basis van wettelijke bewaartermijnen geautomatiseerd te controleren. De stadsdiensten zullen daar zeker de vruchten van plukken. Sommige stukken van het oudere archief kunnen ook al worden gedigitaliseerd. Het is mijn ambitie om uiteindelijk te komen tot een moderne, gecentraliseerde inventaris van het archief van Groot-Poperinge, maar ook van Vleteren. Ik beheer namelijk voor een zevende van mijn werktijd ook het archief van de gemeente Vleteren. Daar werk ik tweewekelijks op maandag en vierwekelijks op dinsdag. 15.15 Een archivaris heeft regelmatig ook kleine administratieve taken af te handelen. Dat kan gaan om de aankoop van verpak-

kingsmateriaal of de betaling van abonnementen, het voorbereiden van nota’s voor het schepencollege enzovoort. Het gebeurt ook dat ik historisch onderzoek verricht op specifiek verzoek van een van de stadsdiensten. Onlangs kreeg ik nog de vraag of de musicus Johannes Tinctoris een Poperingenaar was of niet. In de documenten hier heb ik daar geen aanwijzingen voor kunnen vinden. De burgerlijke stand komt ook regelmatig bij mij terecht om geboortegegevens op te zoeken, bijvoorbeeld wanneer een persoon is gestorven die ouder was dan honderd jaar. Daarbuiten heb ik beroepsmatig vooral contact met de cultuurdienst, de mensen van het Hopmuseum en met de bibliotheek, die zich ook in dit gebouw bevindt.

16.30 Ik tref nog wat voorbereidingen

voor de maandelijkse vrijwilligersavond. Momenteel werk ik met de Vrienden van het Poperings Archief aan de inventarisering en beschrijving van programmaboekjes van de plaatselijke toneelvereniging. Zo creëren we een overzicht van die oude documenten en maken we ze toegankelijk voor het publiek. Ook onze digitale beeldenbank groeit gestaag aan, dankzij het werk van een twintigtal vrijwilligers. Foto’s van particulieren worden ingezameld, ingescand en beschreven. Dat gebeurt in het kader van een regionaal project, waarvoor we samenwerken met zeven Westhoekgemeenten. De gedrevenheid van onze vrijwilligers is heel inspirerend, het is mooi om te zien welk nuttig werk ze leveren. Als stadsarchivaris wil ik een brugfiguur zijn tussen die mensen en het stadsbestuur. De logistieke steun die ze nodig hebben, bied ik hun daarom met veel plezier aan. I PP


Ontdek de snelste weg naar de meest actuele gegevens voor uw statutairen en contractuelen.

sociale wetgeving

fautlefaire.be

personeelsfiscaliteit

Bestuurswijzer De onlinedatabank voor lokale besturen

Bestuurswijzer is uw snelste weg naar de meest actuele gegevens voor uw statutairen en contractuelen. Deze onlinedatabank is namelijk speciaal ontworpen als antwoord op vragen over sociale wetgeving en personeelsfiscaliteit van steden, gemeenten, OCMW’s, intercommunales en provincies. Met Bestuurswijzer hebt u de kennis onder de vingertoppen van ervaren consultants en juridisch adviseurs van de Acerta-groep die dagelijks de statutaire en contractuele tewerkstelling in uw sector opvolgen. Dankzij hun gerichte, altijd actuele informatie en de krachtige, gebruiksvriendelijke functies is Bestuurswijzer uw gedroomde informatiebron!

Test de Bestuurswijzer gratis! Mail naar bestuurswijzer@acerta.be en raadpleeg deze handige onlinedatabank een week lang gratis en vrijblijvend! Ontdek de overzichtelijke boomstructuur, de krachtige zoekfuncties, de handige trefwoorden en links, de updates, de historieken, de printfunctie en het contactformulier!

www.acerta.be


De Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten vzw zoekt: – overheidsopdrachten

halftijds stafmedewerker lokaal gezondheidsbeleid (m/v) om lokale besturen te ondersteunen bij de ontwikkeling van een lokaal gezondheidsbeleid, zodat ze een wezenlijke bijdrage leveren aan het wegwerken of verminderen van de ongelijkheid in de gezondheidszorg. Functie - Je volgt de beleidsontwikkelingen en de wet- en regelgeving inzake gezondheid en verstrekt advies aan de lokale besturen over het wettelijke en organisatorische kader met betrekking tot het lokale gezondheidsbeleid. - Je verzamelt de aanwezige kennis en ervaringen op het terrein en systematiseert deze. Je onderhoudt een netwerk met relevante actoren in de gezondheidssector. Je formuleert in overleg met collega’s, directie, bestuursorganen van de VVSG standpunten en beleidsadviezen, schrijft regelmatig artikels in de publicaties van de VVSG (Lokaal, website, E-zines). Profiel - Je hebt een universitair diploma of bent gelijkwaardig door ervaring. - Je hebt affiniteit met gezondheidsbeleid en een visie over de rol van de lokale besturen daarin. - Je kunt zelfstandig en in teamverband werken, waarbij je rapporteert aan de teamcoördinator. - Je kunt vlot communiceren, beschikt over een vlotte pen en bent sociaal vaardig. - Je bent stressbestendig en flexibel. - Je hebt een praktische kennis van informaticatoepassingen (o.a. outlook, excel, word).

halftijds stafmedewerker OCMW-dienstverlening (m/v) om de belangenbehartiging van en de dienstverlening aan de sociale diensten van de OCMW’s te versterken. Functie - Je werkt projectmatig dossiers en thema’s uit met betrekking tot het ontwikkelen van een kwaliteitsvolle dienstverlening door het OCMW en met betrekking tot de invoering van nieuwe wetgeving (vb. inburgering). - Je schrijft regelmatig artikels in de publicaties van de VVSG (Lokaal, website, E-zines).

s m/v

- & projectmanagement

retari c e s s r u tu

afdeling

beleids

Bes

, met sexamen werving n een aan nctie va n fu e va d e r ti voo nisa ent – in n 3 jaar, de orga em t g va a r to n u r a u ve r een d gaat o rojectm Tienen erve voo eids-& p De stad vingsres eling bel een wer r de afd o n vo va a g 3 aanle s A1a-A secretari bestuurs chten. ra d p so d overhei

and

verb statutair

Beknopte functie-inhoud: het uit-

werken en aanpassen van modellen m.b.t. overheidsopdrachten aan de vigerende regelgeving ten behoeve van alle diensten, teneinde op een uniforme en correcte wijze alle stappen in de procedure te doorlopen. Adviseren en controleren i.v.m. overheidsopdrachten ten behoeve van alle diensten teneinde er voor te zorgen dat de procedures i.v.m. overheidsopdrachten conform de vigerende regelgeving gevoerd worden. Het voeren van procedures i.v.m. overheidsopdrachten m.b.t. ingewikkelde of niet vaak voorkomende materies. Het uitwerken van een gestructureerd aankoopbeleid teneinde de kosten te drukken en de aankoopmomenten te beperken. Het uitwerken van structuren voor stockbeheer. Opstellen en opvolgen van begrotingsvoorstellen en opmaken van een meerjarenplanning van de dienst teneinde de financiële doelstellingen van de afdeling en het gemeentebestuur te behalen.

Voorwaarden voor de functie: in het bezit zijn van een diploma universitair onderwijs of hoger onderwijs van het lange type gelijkwaardig aan universitair onderwijs.

– dienst

naris o i t c n u f ultuur

afdeling

C

vrije tijdszaken

e Kruisboog

r - CC D

cultuu

m/v

et amen, m vingsex van aanwer ie n ct ee n n fu or de atie va organis 3 jaar, vo in c ltuur – r tot de uur van ienst cu gaat ove or een d aken – d en sz vo n jd ve ie ti T er e sres ing vrij De stad werving de afdel van een 3) voor aanleg ris (B1-B a n io ct un boog. cultuurf De Kruis entrum cultuurc

rband

eel ve ontractu

Beknopte functie-inhoud: uitwerken van

Profiel - Je hebt een universitair diploma of bent gelijkwaardig door ervaring. - Je hebt ervaring met projectmatig werken en ervaring met of in een OCMW is een pluspunt. - Je kunt snel (juridische) informatie verwerken en toegankelijk maken. - Je kunt zelfstandig en in teamverband werken, waarbij je rapporteert aan de teamcoördinator. - Je kunt vlot communiceren, beschikt over een vlotte pen en bent sociaal vaardig. - Je bent stressbestendig en flexibel. - Je hebt een praktische kennis van informaticatoepassingen (o.a. outlook, excel, word).

Voorwaarden voor de functie: in het bezit zijn van een diploma van hoger onderwijs van het korte type of daarmee gelijkwaardig/ gelijkgesteld.

Voor meer informatie over beide functies kun je telefoneren naar Lut Verbeeck, T 02-211 55 84

Aanbod

Aanbod Een halftijds contract van bepaalde duur (1 jaar met mogelijkheid tot verlenging afhankelijk van de financiering), een aangepast loonpakket en een soepele werkregeling in een omgeving waar een open geest, professionaliteit, realisme en idealisme samengaan. Detachering vanuit de overheid behoort tot de mogelijkheden. Het is mogelijk deze halftijdse functies te combineren. Sollicitatie met cv stuur je bij voorkeur per e-mail voor 8 oktober 2008 naar VVSG t.a.v. hildegarde.merckx@vvsg.be, Paviljoenstraat 9, 1030 Brussel, F 02-211 56 00

36 LOKAAL 1 oktober 2008

operationele beleidsdoelstellingen, organisatie van eigen culturele activiteiten voor jeugd en volwassenen, verantwoordelijkheid voor het beheer van de toevertrouwde budgetten, uitvoeren van administratieve en ondersteunende taken, verzorgen van externe contacten met het culturele veld en zich voortdurend op de hoogte houden van de ontwikkelingen m.b.t. de dienst; deze assimileren en implementeren binnen de eigen dienst teneinde de procedures, de werking en de kennis actueel te houden.

Bij de stad Tienen kan je rekenen op tal van extralegale voordelen (maaltijdcheques, gratis hospitalisatieverzekering, fietsvergoeding, enz.) en krijg je ruimschoots de gelegenheid om je bij te scholen.

Interesse? Toelatings- en aanwervingsvoorwaarden, uitgebreide functiekaart, examenprogramma en inlichtingen zijn te verkrijgen bij de personeelsdienst, Grote Markt 27, 3300 Tienen, tel 016 80 57 79 of 016 80 57 84. De kandidaturen, vergezeld van een afschrift van het vereiste diploma en van een bewijs van goed zedelijk gedrag, dienen uiterlijk op 13 oktober 2008 gericht te worden aan het college van burgemeester en schepenen, Grote Markt 27, 3300 Tienen.


wetmatig berichten

Afgelopen zomer is de wet op de gemeenschapswachten van 15 mei 2007 op een aantal punten gewijzigd. Zo is er niet langer sprake van een verplicht examen voor de gemeenschapswachten. Daarnaast kan de dienst Gemeenschapswachten ook bestaan uit personen die via een PWA-agentschap of via een rechtspersoon ter beschikking worden gesteld. Het toezicht op de gemeentelijke retributiereglementen ligt niet alleen meer bij de dienst Gemeenschapswachten maar kan ook – zoals voordien – door ander gemeentepersoneel gebeuren. Nieuw is dat ook provinciale bestuursscholen de opleiding kunnen verzorgen. Ten slotte krijgen de gemeenten ook meer tijd om een dienst Gemeenschapswachten op te richten: tegen 9 januari 2009 moet alles in orde zijn. Dit lijkt ons meer dan logisch, want er zijn nog altijd geen uitvoeringsbesluiten. Naar verluidt zouden die tegen het einde van dit jaar beschikbaar zijn. Eigenlijk kan het toch niet dat gemeenten

STEFAN DEWICKERE

Meer tijd voor oprichting dienst Gemeenschapswachten

Tegen 9 januari 2009 moeten de diensten Gemeenschapswachten opgericht zijn.

almaar nieuwe wetten moeten uitvoeren zonder ze over de noodzakelijke informatie beschikken. koen.vanheddeghem@vvsg.be

Titel 3 van de wet houdende diverse (niet dringende) bepalingen van 24 juli 2008, BS van 7 augustus 2008, Inforumnummer 228977. Op www.vvsg.be, knop veiligheid, gemeenschapswachten staat de gecoördineerde versie van de wet op de gemeenschapswachten

Leerplichtcontrole, een taak voor stad en gemeente De namen van de op de inschrijvingslijsten van het ministerie ontbrekende leerplichtige kinderen en jongeren krijgen de gemeenten pas in januari. Sommige gemeenten blijken dan echter uit de lucht te vallen en hebben geen aanspreekpunt voor deze klus. Het decreet laat dit inderdaad over aan het college van burgemeester en schepenen. Wat wordt er van een dergelijk aanspreekpunt verwacht? Wat doet de dienst Leerplichtcontrole van het ministerie zelf vóór de maand januari?

Waar naar school

Het departement onderwijs start de controles op de leerplicht al begin september. De scholen moeten dan hun leerlingenbestanden doorsturen en er wordt opgevolgd wie thuisonderwijs volgt of om medische redenen niet naar school kan. Een probleem is dat niet alle leerplichtigen die in Vlaanderen wonen daar ook school lopen. Met Brussel en Wallonië zijn er sinds kort goede afspraken over het terugvinden van leerlingen die in het Franstalige onderwijs zijn ingeschreven. Dat zou de relatief hoge aantallen niet terug te vinden leerlingen in het Brusselse en aan de taalgrens moeten terugdringen. Het gaat daar om vijftig tot zeventig dossiers per gemeente, terwijl het overgrote deel van de steden en gemeenten minder dan tien dossiers voor basis- en secundair onderwijs samen te verwerken krijgt. Relatief hoge aantallen restdossiers komen ook voor in gemeenten langsheen de grens met Nederland.

Het betreft daar jaarlijks dertig tot vijftig dossiers, hoofdzakelijk van Nederlandse minderjarigen die in Nederland naar school gaan. Dé kroon voor niet-ingeschreven leerlingen gaat naar Antwerpen en Gent, al hebben die steden ondertussen maatregelen genomen om van die kwalijke reputatie af te komen.

Taken aanspreekpunt

In de loop van januari ontvangt elk college van burgemeester en schepenen de restlijst van in de stad of gemeente ingeschreven leerplichtigen die niet zijn teruggevonden en die dus mogelijk niet in orde zijn met de leerplichtwetgeving. In een begeleidende brief suggereert het departement om de lokale politie in te schakelen voor een huisbezoek op het laatst geregistreerde adres van de betrokkenen. De

gemeenten hebben een kleine twee maanden de tijd om de toestand op te helderen. De resterende dossiers worden onmiddellijk daarna doorgespeeld aan de procureur. Het aanspreekpunt oordeelt of de betrokken dossiers gecheckt moeten worden op de dienst Burgerzaken, of er correspondentie wordt gevoerd met de betrokkenen – zinvol met name in de grensgemeenten met Nederland – en verzoekt vervolgens de lokale politie of de sociale politie om een onderzoek ter plekke uit te voeren. Het resultaat van deze acties wordt ten slotte doorgespeeld aan het ministerie van Onderwijs en Vorming. Vooral dat laatste wil nogal eens stroef lopen. Vandaar dat een aanspreekpunt aanduiden echt wel zinvol is. marleen.devry@vvsg.be

Decreet betreffende het flankerend onderwijsbeleid van 30 november 2007, BS van 11 februari 2008

STEFAN DEWICKERE

Het lokale bestuur verleent medewerking aan de controle op de leerplicht. Zo was het vroeger. Zo is het nog. Het decreet betreffende het flankerende onderwijsbeleid op lokaal niveau bevestigt inderdaad deze opdracht voor de Vlaamse steden en gemeenten.

In januari krijgt het college van burgemeester en schepenen een lijst met leerplichtige leerlingen van wie niet geweten is in welke school ze zijn ingeschreven.

1 oktober 2008 LOKAAL 37


Gemeente Oud-Heverlee wil zich op korte termijn versterken met een (m/v) In statutair verband:

stedenbouwkundige voltijds – A1a - A3a Diploma: universitair diploma of gelijkgesteld hoger onderwijs van het lange type of masterdiploma en in het bezit zijn van een diploma opleiding ruimtelijke ordening of bereid zijn dit te behalen.

ZEMST

ZEMST

De gemeente Zemst is op zoek naar

De gemeente Zemst werft een

beleidsmedewerker

communicatieambtenaar

niveau A Heb je interesse om mee een visie te ontwikkelen en een strategie te bepalen met betrekking tot het beleid, om mee beleidsplannen op te maken?

deskundige centrale aankoopdienst niveau B

afdelingshoofd infrastructuur voltijds – A1a - A3a Diploma: universitair diploma of gelijkgesteld hoger onderwijs van het lange type of masterdiploma.

deskundige werken voltijds – C4 - C5/B1 - B3) Diploma- en/of vormingsvereisten in openbare besturen voor aanwerving op het niveau C4-C5 (H.S.O. + specifieke vorming) of B1-B3 (graduaat of bachelor).

Zoekt u een job in een groene landelijke gemeente, waar het goed is om te wonen en te werken, die ook met het openbaar vervoer gemakkelijk bereikbaar is? Dan bent u de kandidaat die wij zoeken. Stuur ten laatste op 17 oktober 2008 uw motivatiebrief, met duidelijke vermelding van de gekozen functie(s), vergezeld van uw cv en een kopie van uw diploma, aangetekend naar het college van burgemeester en schepenen, Gemeentestraat 2, 3054 Oud-Heverlee. De poststempel dient als bewijs.

Bijkomende inlichtingen zijn te verkrijgen bij het gemeentebestuur Oud‑Heverlee, dienst Personeel, Gemeentestraat 2, 3054 Oud-Heverlee, T 016-38 88 29, secretariaat@oud-heverlee.be of via www. oud-heverlee.be Voldoet u aan de voorwaarden van de door u gekozen functie(s), dan wordt u schriftelijk uitgenodigd om deel te nemen aan een bekwaamheidsproef, waarin u de mogelijkheid geboden wordt uw kennis en motivatie te bewijzen.

38 LOKAAL 1 oktober 2008

Heb je interesse in het coördineren en sturen van alle overheidsopdrachten, contracten en verzekeringen? dan is een van deze jobs zeker iets voor jou! Je komt terecht in een dynamische organisatie waarin je een sleutelfiguur zult vormen! Vereisten 1. Beleidsmedewerker - houder zijn van een diploma van het universitair onderwijs of hoger onderwijs van het lange type gelijkgesteld aan universitair onderwijs, of een masterdiploma of daarmee gelijkgesteld in de Rechten of in de Economische, Sociale en Politieke Wetenschappen of in de Toegepaste Economische Wetenschappen; - slagen voor een selectieprocedure. 2. Deskundige Centrale Aankoopdienst - in het bezit zijn van minstens een bachelor in een economische of bedrijfsbeheerrichting; - slagen voor een selectieprocedure.

Interesseert het interne en externe communicatiebeleid van een gemeentebe­stuur je? Werk je graag mee aan de organisatie van gemeentelijke plechtigheden en feesten? Wij zoeken een medewerker voor het voorbereiden en opvolgen van ons in­formatie- en communicatiebeleid. Voorwaaden - houder zijn van minstens een diploma van het hoger onderwijs buiten de universiteit van het korte type richting communicatiebeheer of communicatiemanagement; - slagen voor een selectieprocedure.

deskundige ontwikkelingssamenwerking Heb je interesse in coördinatie, sensibilisatie en capaciteitsopbouw van de gemeentelijke ontwikkelingssamenwerking? Voorwaaden - minstens houder zijn van het diploma van het hoger onderwijs buiten de universiteit van het korte type of een daarmee gelijkgesteld niveau of beschikken over minstens 5 jaar re­levante beroepservaring inzake ontwikkelingssamenwerking; - slagen voor een selectieprocedure. dan is een van deze jobs zeker iets voor jou! Je komt terecht in een dynamische organisatie waarin je een sleutelfiguur vormt en zowel bestaande als nieuwe projecten kan beheren.

Wij bieden Glijdende werktijden, maaltijdcheques, premie voor wie naar het werk fietst of stapt.

Wij bieden Glijdende werktijden, maaltijdcheques, premie voor wie naar het werk fietst of stapt.

Interesse? Zend je kandidatuur, met cv en een kopie van het vereiste diploma, aangetekend naar het college van burgemeester en schepenen, De Griet 1,1980 Zemst. Ze moet ten laatste door de post afgestempeld zijn op vrijdag 10 oktober 2008. Je kunt ze ook tegen ontvangstbewijs afgeven op de Personeelsdienst, tot vrijdag 10 oktober 2008 om 11 uur.

Interesse? Zend je kandidatuur, met cv en een kopie van het vereiste di­ploma, aangetekend naar het college van burgemeester en schepenen, De Griet 1, 1980 Zemst. Ze moet ten laatste door de post afgestempeld zijn op vrijdag 17 oktober 2008. Je kunt ze ook tegen ontvangstbewijs afgeven op de Personeelsdienst, tot vrijdag 17 oktober 2008 om 11 uur.

Inlichtingen: Personeelsdienst, T 015-62 71 41 en www.zemst.be, onder de rubriek Handel en Werken, sectie Jobs.

Inlichtingen: Personeelsdienst, T 015-62 71 41 en www.zemst.be, onder de rubriek Handel en Werken, sectie Jobs.


wetmatig berichten 2de oproep

Korting op gas en elektriciteit

Het OCMW van Vilvoorde werft aan in statutair verband :

Mensen met een bescheiden inkomen die zich verwarmen met gas of elektriciteit krijgen een korting op de factuur.

De regeling voor de korting op de gas- en elektriciteitsfactuur (75, resp. 50 euro) is klaar. Mensen met een bescheiden inkomen die zich verwarmen met gas of elektriciteit, kunnen vanaf oktober 2008 hun aanvraag doen bij de FOD Economie. Omdat de regeling eigenlijk van toepassing is vanaf 1 juli 2008, zal iedereen die zijn jaarafrekening tussen 1 juli en 30 september heeft ontvangen (zonder aanvraagformulier), het aanvraagformulier in oktober toegestuurd krijgen. Wie zijn jaarafrekeningen vanaf oktober verwacht, krijgt het formulier gewoon samen met die jaarafrekening. De regeling geldt enkel voor wie zich verwarmt met gas of elektriciteit. Wie dus stookolie gebruikt om zich te verwarmen, krijgt geen tussenkomst voor zijn elektriciteitsfactuur. Wie zich verwarmt met een collectieve installatie (één gasinstallatie in een appartementsgebouw), moet niet via de eigenaar gaan, maar krijgt het formulier samen met de individuele elektriciteitsafrekening en kan zo zelf zijn aanvraag doen. Wie een sociaal tarief geniet, krijgt deze korting niet. De regeling staat wel open voor wie een budgetmeter gebruikt. Naast de commerciële leveranciers bezorgen ook de distributienetbeheerders het formulier automatisch aan hun klanten.

Druppel op hete plaat

De OCMW’s vrezen dat deze maatregel de problemen van mensen in armoede niet oplost en dat het geld opnieuw voor een stuk terecht zal komen bij mensen die het niet écht nodig hebben. Men houdt immers enkel rekening met het netto belastbaar inkomen. Het bezit van onroerende goederen of spaargelden speelt dus geen rol. Bovendien biedt deze maatregel geen structurele oplossing voor energieproblemen. Daarvoor is een globaal, preventief en met de gewesten afgestemd energiebeleid nodig, dat inspeelt op de kwaliteit van de woningen en het energiegedrag van mensen. Hierin willen ook de OCMW’s een rol spelen, maar dan op basis van behoeften die werden vastgesteld met een sociaal onderzoek en met ingrijpende oplossingen die de energiefactuur blijvend positief beïnvloeden. nathalie.debast@vvsg.be

Wie meent in aanmerking te komen, maakt zijn document zelf over aan de FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie. De regeling staat in de programmawet van 8 juni 2008, BS 16 juni 2008 en KB 1 september 2008, BS 11 september 2008, Inforumnummer 231474.

Meeste zonnepanelen op dak geen vergunning meer nodig Ecologische maatregelen kennen vooral succes als ze financieel lonend zijn. Dat merken we aan de zienderogen toenemende interesse van particulieren om zonnepanelen op hun dak te plaatsen. Helaas hield de regelgeving voor ruimtelijke ordening tot nu toe onvoldoende rekening met deze ‘nieuwigheid’. Daarom moeten mensen soms procedures doorlopen die uiteindelijk toch allemaal tot een vergunning leiden. Vervelend voor hen én voor de gemeente. Daarom heeft de Vlaamse regering besloten dat geen vergunning meer nodig is voor de plaatsing van een zonnepaneel op het dak, op voorwaarde dat specifieke voorschriften over het materiaalgebruik voor een hellend dak geen beperkingen opleggen. Een vergunning blijft ook nog nodig voor een monument. Wil iemand een zonnepaneel plaatsen in een gebied waar wel bepaalde voorschriften gelden, dan kan hij toch een vergunning aanvragen via de zogenaamde afwijkingsprocedure. Dit is een gemakkelijkere procedure dan die van een ‘verkavelingswijziging’ die tot nog toe in bepaalde gevallen moet worden gevolgd. xavier.buijs@vvsg.be

Volgens www2.vlaanderen.be/ruimtelijk treedt deze regeling in werking vanaf 1 september 2008, maar bij het ter perse gaan van deze Lokaal was het wijzigingsbesluit nog niet in het Staatsblad gepubliceerd.

STEFAN DEWICKERE

diensthoofd welzijn niveau A1a - A3a met voltijdse opdracht (m/v) werfreserve 2 jaar De opgave van de volledige diplomavereisten, de toelatings- en aanwervingsvoorwaarden, de aanwervingsprocedure, de functiebeschrijving, de bijzondere aanwervingsvoorwaarden, het geldelijke statuut, het administratieve statuut, de vereiste documenten en eventuele bijkomende inlichtingen zijn te verkrijgen op het secretariaat van het OCMW, T. 02-257.98.06 of per e-mail secretariaat@ocmwvilvoorde.be. De kandidaturen dienen aangetekend of tegen afgifte van een ontvangstbewijs, vergezeld van de nodige bewijsstukken, gericht aan de voorzitter van het OCMW, Kursaalstraat 40, 1800 Vilvoorde. Ze moeten ten laatste toekomen vóór 18 oktober 2008 of kunnen tot dezelfde datum worden afgegeven op het secretariaat tegen ontvangstbewijs.

De gemeente LangemarkPoelkapelle heeft volgende vacature:

stedenbouwkundig ambtenaar niveau A – met wervingsreserve Jouw functie: Je geeft leiding aan de dienst Ruimtelijke Ordening en werkt zowel beleidsvoorbereidend, adviserend en uitvoerend met het aspect ruimte in onze gemeente. Jouw profiel: Je hebt een diploma niveau A en een diploma in stedenbouw/ruimtelijke ordening, dit binnen de zes jaar na aanstelling. Je neemt initiatief en werkt zelfstandig, klantvriendelijk en nauwkeurig. Communicatie is een sterk punt. Je werkt vlot met de pc. Wij bieden je: Een voltijdse contractuele aanwerving van bepaalde duur in afwachting van een statutaire aanstelling, voldoende ruimte en tijd voor het behalen van je diploma stedenbouw, een boeiende betrekking met verantwoordelijkheid, verloning volgens wettelijke barema’s, verscheidene voordelen van alle aard. Interesse? Stuur dan je sollicitatiebrief met cv en met een kopie van je diploma ten laatste op 14 november 2008 naar het college van burgemeester en schepenen, Kasteelstraat 1, 8920 Langemark-Poelkapelle. Voor bijkomende info, T 057-49 09 14 of personeel@langemarkpoelkapelle.be.

1 oktober 2008 LOKAAL 39


GEMEENTE BOORTMEERBEEK

Pittige uitdagingen in een bruisende gemeente Het gemeentebestuur van Boortmeerbeek zoekt een (m/v): Inlichtingen over functiebeschrijving, toelatings- en aanwervingsvoorwaarden en inschrijvingen: college van burgemeester en schepenen, gemeentesecretariaat, Pastorijstraat 2, 3190 Boortmeerbeek, tel. 015 51 11 45 of www.boortmeerbeek.be

milieuambtenaar (B 4-5/statutair)

Voorwaarden: s HOUDER ZIJN VAN EEN DIPLOMA HOGER ONDERWIJS VAN HET KORTE OF LANGE TYPE DAT TOEGANG GEEFT TOT DE FUNCTIE VAN MILIEUAMBTENAAR s HOUDER ZIJN VAN HET 6LAREM ATTEST NODIG OM AAN DE VOORWAARDEN TE VOLDOEN OM DE CONTROLE OP DE HINDERLIJKE INRICHTINGEN VAN KLASSE )) EN ))) TE MOGEN UITVOEREN )NDIEN DE KANDIDAAT NOG NIET IN HET BEZIT IS VAN DIT ATTEST VERBINDT HIJ ZICH ERTOE DIT ATTEST BINNEN EEN PERIODE VAN JAAR TE BEHALEN )N DIT GEVAL WORDT DE STATUTAIRE AANSTELLING AFHANKELIJK GEMAAKT VAN HET HALEN VAN HET ATTEST s TEN MINSTE DRIE JAAR RELEVANTE ERVARING IN EEN OVERHEIDSDIENST OF BIJ EEN INTERGEMEENTELIJKE VERENIGING s RIJBEWIJS " Aanbieding: s STATUTAIRE FUNCTIE OP NIVEAU " s MAALTIJDCHEQUES s HOSPITALISATIEVERZEKERING Kandidaturen met cv moeten vóór 31 oktober 2008 (12u) bij ons toekomen.

De Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten vzw zoekt voor een langdurige vervanging een

halftijds stafmedewerker vorming sociale dienstverlening (m/v) Functie Je bent verantwoordelijk voor het ontwikkelen en organiseren van vorming voor medewerkers van de sociale diensten van OCMW’s, zowel in open aanbod als op maat. Je werkt programma’s uit, maakt het aanbod bekend, evalueert het aanbod en stuurt bij waar nodig, rekening houdend met nieuwe dynamieken en behoeften op het werkveld. Je zoekt en ondersteunt de docenten. Je maakt offertes en contracten en zorgt voor de opvolging hiervan. Voor meer informatie kun je telefoneren naar Lut Verbeeck, T 02-211 55 84

Aanbod Een halftijds vervangingscontract, een aangepast loonpakket en een soepele werkregeling in een omgeving waar een open geest, professionaliteit, realisme en idealisme samengaan. Detachering vanuit de overheid behoort tot de mogelijkheden.

40 LOKAAL 1 oktober 2008

Profiel - Je hebt minstens een diploma hoger onderwijs korte type (HOKT) of bent gelijkwaardig door ervaring; - Je bent vertrouwd met de werking van een OCMW, in het bijzonder met de werking van de sociale dienst; - Je hebt ervaring met het ontwikkelen en geven van vorming; - Je kunt zelfstandig en in teamverband werken; - Je bent communicatief ingesteld en beschikt over een vlotte pen; - Je bent een duizendpoot die stressbestendig is; - Je hebt een zeer praktische kennis van informaticatoepassingen (o.a. outlook, excel, word) en beschikt over een rijbewijs B. Sollicitatie met cv stuur je bij voorkeur per e-mail voor 8 oktober 2008 naar VVSG t.a.v. hildegarde.merckx@vvsg.be, Paviljoenstraat 9, 1030 Brussel, F 02-211 56 00


wetmatig berichten

Groeiend aantal daklozen door overvolle opvangstructuren asielzoekers De hoge bezettingsgraad in het opvangnetwerk voor asielzoekers leidt ertoe dat nieuw aangekomen asielzoekers er niet terechtkunnen. Het federaal agentschap voor de opvang van asielzoekers (Fedasil) vraagt daarom aan de opvangcentra de bewoners die een verblijfsrecht verwerven, binnen twee maanden te doen vertrekken, of zij huisvesting gevonden hebben of niet. Als dat niet het geval is, zullen ze bij het OCMW aankloppen en in de daklozenopvang terechtkomen, voor zover er daar plaats voor hen is. De crisis in het opvangnetwerk voor asielzoekers dijt bijgevolg uit naar andere hulpverleningssectoren.

Bewoners van opvangstructuren die een verblijfsrecht verwerven, moeten doorstromen naar de reguliere OCMW-dienstverlening. Die doorstroming lukt meestal niet op korte termijn omdat er niet voldoende betaalbare en gezonde huisvesting op de markt is en omdat er moeilijkheden zijn met het betalen van een huurwaarborg. Tot nu toe werd er steeds verder gezocht naar een oplossing voor deze bewoners met behoud van hun verblijf in de opvangstructuur. Omwille van de te hoge bezettingsgraad moet Fedasil nu van die praktijk afstappen. Nu geldt dat bewoners die een verblijfsrecht verwerven, het opvangcentrum waar zij verblijven binnen twee maanden moeten verlaten, of zij nu huisvesting gevonden hebben of niet. In uitzonderlijke situaties, bijvoorbeeld bij medische problemen, kan van die termijn afgeweken worden. Het is echter niet de bedoeling om dit tweemaandenprincipe uit te hollen door ruim gebruik te maken van deze afwijkmogelijkheid. Wanneer de termijn van twee maanden verstreken is, moet het opvangcentrum deze mensen wegsturen.

Voor de centra zal deze werkwijze die afwijkt van de vroegere praktijken, waarschijnlijk ook een harde dobber zijn. Fedasil zegt dat het daarom zal controleren of de centra de betrokken bewoners effectief doen vertrekken. Omdat de instructies onmiddellijk van toepassing zijn, had de eerste groep betrokken bewoners op vrijdag 12 september 2008 de opvangcentra moeten verlaten. Bewoners met verblijfsrecht die het opvangcentrum moeten verlaten, kunnen een beroep doen op een OCMW om de nodige OCMW-dienstverlening te krijgen. OCMW’s moeten deze cliënten beschouwen als daklozen. Dat betekent dat het OCMW van de feitelijke verblijfplaats bevoegd is. Met andere woorden, het OCMW van de plaats waar de betrokkenen hun hulpvraag indienen. Uiteraard kunnen de OCMW’s deze cliënten niet ogenblikkelijk een woning aanbieden. Het nijpende tekort op de huisvestingsmarkt laat zich voelen voor alle OCMW-cliënten, niet alleen voor de vreemdelingen die een opvangstructuur moeten verlaten. Deze bewoners zullen dus terechtkomen in noodopvang, transitwoningen en daklozenopvang waar ook al een plaatsgebrek heerst! Het probleem wordt eigenlijk verschoven naar een andere hulpverleningssector dan de opvang van asielzoekers. Ook al begrijpen we dat de overdruk in de opvangcentra onhoudbaar werd en dat het onaanvaardbaar is dat nieuw aangekomen asielzoekers nergens terechtkunnen, toch vinden we dit allesbehalve een goede oplossing. Volgens prognoses is de overdruk in het opvangnetwerk van tijdelijke aard (waarbij het weliswaar moeilijk te voorspellen is wanneer er beterschap te verwachten valt). Een tijdelijke uitbreiding van de opvangcapaciteit gekoppeld aan maatregelen om de toegang tot de woningmarkt voor deze doelgroep (en in feite voor alle OCMW-cliënten) te verbeteren zou zeker meer duurzame resultaten opleveren en niet tot een ontwrichting van een andere hulpverleningssector leiden. Net zoals nieuw aangekomen asielzoekers recht hebben op opvang, hebben ook erkende vluchtelingen, subsidiair beschermde en geregulariseerde vreemdelingen, en bij uitbreiding alle OCMWcliënten, recht op een woning. Het is dan ook

STEFAN DEWICKERE

Eind augustus bezorgde Fedasil instructies aan de directeurs van de opvangcentra beheerd door het Rode Kruis, de Socialistische Mutualiteit en Fedasil zelf om het hoofd te kunnen bieden aan de veel te hoge bezettingsgraad in het opvangnetwerk. Aangezien deze hoge bezettingsgraad met zich meebrengt dat steeds vaker nieuw aangekomen asielzoekers niet meer in de voor hen bestemde opvang terechtkunnen, dringen crisismaatregelen zich op. Deze Fedasil-instructies zijn van toepassing op de bewoners die erkend vluchteling zijn, subsidiaire bescherming kregen of geregulariseerd werden. Volgens de cijfers van Fedasil gaat het momenteel om 600 personen in de centra en 200 personen in de individuele opvangstructuren waaronder de lokale opvanginitiatieven (LOI’s). De Fedasil-instructies richten zich niet tot de individuele opvangstructuren. Voor de LOI’s geldt verder dat er contact moet worden opgenomen met de regiomedewerkers van Fedasil indien de bewoners niet tijdig kunnen vertrekken. Naar rato van de beslissingen van de asielinstanties en de dienst Vreemdelingenzaken komen er verder geregeld nieuwe bewoners in de doelgroep terecht.

Asielzoekers die een verblijfsrecht verwerven moeten de overvolle opvangstructuren verlaten. Maar ook het OCMW heeft voor hen niet meteen een woning.

de hoogste tijd dat er ook langetermijnmaatregelen genomen worden om dit probleem op te lossen. Intussen wordt er in overleg met het kabinet van minister Marie Arena en Fedasil gezocht naar mogelijkheden om de OCMW’s te ondersteunen bij deze opdracht. Tot slot een positieve noot. In de instructies van Fedasil lezen we dat de begeleiding bij het zoeken naar een woning een taak voor de opvangstructuren is (en dus niet voor de OCMW’s). Dat lijkt ons logisch, want de betrokkenen bevinden zich tijdens hun zoektocht in een opvangstructuur en zijn al vertrouwd met de daar aanwezige maatschappelijk werkers. fabienne.crauwels@vvsg.be

Instructies van Fedasil van 29 augustus 2008 betreffende de termijn binnen dewelke de bewoners die het vluchtelingenstatuut of de subsidiaire bescherming hebben verkregen of die geregulariseerd werden, het opvangcentrum moeten verlaten en betreffende de rol van het opvangcentrum in het kader van de overgang naar de financiële steun, Inforumnummer 231541, www.vvsg.be, knop sociaal beleid, vreemdelingen, materiële opvang 1 oktober 2008 LOKAAL 41


is op zoek naar: De intercommunale Leiedal is het intergemeentelijk samenwerkingsverband van de twaalf gemeenten van het arrondissement Kortrijk. Wij helpen onze aangesloten gemeentebesturen bij de uitvoering van hun diverse taken, o.m. op het vlak van stedenbouw en mobiliteit, lokale en regionale economie, woonbeleid, herbestemming, milieu en natuurontwikkeling, lokaal e- government en grensoverschrijdende en Europese samenwerking. In opdracht van de gemeenten ontwikkelt en realiseert de intercommunale ook diverse bedrijventerreinen, woonprojecten en herbestemmingsprojecten in het arrondissement.

Stafmedewerker projectontwikkeling (m/v) U werkt mee aan het lokaal economisch beleid van de gemeenten door ondermeer de ontwikkeling, het beheer en de reconversie van bedrijventerreinen en de ontwikkeling en regie van woonprojecten. Solliciteer vóór 6 oktober 2008

Stafmedewerker organisatieontwikkeling (m/v) U staat mee in voor de ontwikkeling en het toepassen van methodieken voor human resources, kwaliteitszorg en kennisbeheer. Hierdoor werkt u mee aan de professionele uitbouw van de interne werking van zowel Leiedal als van de aangesloten gemeenten. Solliciteer vóór 15 oktober 2008

info Meer informatie over deze vacatures vindt u op www.leiedal.be Stuur uw sollicitatie, samen met uw CV, naar algemeen directeur ir. Karel Debaere, Intercommunale Leiedal President Kennedypark 10 - BE-8500 Kortrijk tel + 32 56 24 16 16 - fax + 32 56 22 89 03 e-mail karel.debaere@leiedal.be

www.leiedal.be 20080909 - vacatures september 21 1

Uw personeelsadvertentie in Lokaal, VVSG-week én op de VVSG-website Inlevering van personeelsadvertenties voor: Lokaal 17 (1 tot 15 november): 13 oktober 2008 Lokaal 18 (16 tot 30 november): 24 oktober 2008 Informatie: Nicole Van Wichelen • T 02-211 55 43 nicole.vanwichelen@vvsg.be

42 LOKAAL 1 oktober 2008

Stafmedewerker beleid en netwerking (m/v) U werkt mee aan de ontwikkeling van het beleid van Leiedal, de gemeenten en de regio. Dit gebeurt door beleidsstudie en -overleg, maar vooral door het uitwerken van concrete initiatieven en projecten. Solliciteer vóór 15 oktober 2008

intergemeentelijke samenwerking - projectontwikkeling - streekontwikkeling

bedrijventerreinen - stedenbouw - milieu - informatie- en communicatietechnologie - mobiliteit - herbestemmingsprojecten

9/09/2008 11:45:23

Het gemeentebestuur van Nijlen gaat over tot de aanwerving van een Planner (m/v) in statutair dienstverband (niveau B1 – B3). Nijlen is een moderne maar nog landelijke gemeente, die de dienstverlening naar de 21.000 inwoners zo goed mogelijk tracht te organiseren.Hiertoe hebben we een stevige technische dienst uitgebouwd met zo'n 60 werknemers. Om deze dienst verder te structureren, analyseren en op te volgen via een goed onderbouwd planningssysteem zijn wij op zoek naar een PLANNER Toelatingsvoorwaarden en aanwervingsvoorwaarden - een gedrag dat in overeenstemming is met de eisen van de beoogde betrekking - burgerlijke en politieke rechten bezitten - houder zijn van een bachelordiploma, ofwel een diploma van het hoger onderwijs van één cyclus of daarmee gelijkgesteld onderwijs of diploma van het hoger onderwijs voor sociale promotie van één cyclus - minimum vijf jaar ervaring bij een overheid of in privédienst - slagen in een aanwervingexamen - de geslaagde kandidaten worden tevens onderworpen aan een psycho-technische proef Wij bieden naast een dynamische werksfeer, een bruto geïndexeerde maandwedde van € 2.143,92 samen met maaltijdcheques en een hospitalisatieverzekering. Relatieve ervaring kan voor maximum 6 jaar worden toegekend als anciënniteit. Alle kandidaturen vergezeld van een uitgebreid curriculum vitae en een kopie van het vereiste diploma moeten uiterlijk op 10 oktober 2008 aangetekend verzonden worden aan het College van Burgemeester en Schepenen, Kerkstraat 4, 2560 Nijlen(postdatum geldt als bewijs) Voor meer informatie en de functiebeschrijving kan je terecht bij Roos Van Tendeloo, personeelsdienst op 03/410.02.81 of roos.van.tendeloo@nijlen.be


wetmatig berichten

Woonzorgdecreet: Vanackere presenteert het ontwerp

Vlaams minister van Welzijn Steven Vanackere wil de mantelzorgers nog meer ondersteunen door een uitbreiding van het professionele zorgaanbod aan huis, zoals de opvang in gastgezinnen, of door het samenbrengen van de gezinszorg met de schoonmaakhulp, de karweihulp en de oppashulp. Hij stimuleert de uitbreiding van de dagverzorgingscentra en de centra voor kortverblijf. Nieuw zijn de assistentiewoningen die meer dan de huidige serviceflats de zorg combineren met meer aandacht voor sociale cohesie. De huidige rusthuizen worden omgevormd tot woonzorgcentra. Het worden open huizen met een integratie in de buurt. Het campus-idee wordt hierbij verlaten. Woonzorgnetwerken (met aanwezigheid van de thuiszorg, de residentiële zorg en de mantelzorg) staan in voor een betere aaneenschakeling van zorg en overleg tussen zorgpartners uit de buurt. Tot slot besteedt het woonzorgdecreet ook bijzondere aandacht aan de financiële toegankelijkheid van de zorg. De volgende jaren zal de uitwerking van een maximumfactuur voor de thuiszorg op de agenda staan.

Meer verplichte taken voor lokale dienstencentra

Het ontwerp woonzorgdecreet stimuleert de lokale dienstencentra nog meer preventief te werken en zich te richten naar personen met een beginnende zorgsituatie. Zo moeten lokale dienstencentra maximaal de laagdrempeligheid waarborgen en bijzondere aandacht besteden aan vereenzaming en aan de toegankelijkheid van het zorgaanbod voor nieuwkomers en etnisch-culturele minderheden. Om te garanderen dat in elk dienstencentrum een specifiek niveau van zorgaanbod aanwezig is, worden verschillende activiteiten die tot nu toe optioneel waren, verplicht. Het gaat om het aanbieden van hygiënische zorg en warme maaltijden, de hulp bij boodschappen, buurthulp en initiatieven om de mobiliteit te verhogen. Ook de algemene informatieve, vormende en recreatieve activiteiten hoort het lokale dienstencentrum voortaan uit te voeren in overleg met de lokale verenigingen en organisaties. In vorige ontwerpen van het decreet waren de recreatieve activiteiten verdwenen of verschoven naar de optionele activiteiten met verplichte samenwerking met de verenigingen. Door het sterke aandringen van de VVSG en de VVDC (Vereniging van Vlaamse

LAYLA AERTS

Op 18 juli keurde de Vlaamse regering het ontwerp woonzorgdecreet principieel goed. Begin september stelde minister Steven Vanackere het ontwerp voor aan de Vlaamse pers. Het nieuwe decreet wil inspelen op nieuwe tendensen, wil zorg op maat aanbieden en zorgcontinuïteit verzekeren.

De huidige rusthuizen worden omgevormd tot woonzorgcentra.

Dienstencentra) en de lokale besturen zelf staan de recreatieve activiteiten nu opnieuw op dezelfde plaats als in het huidige decreet. Het uitlenen van personenalarmtoestellen en het organiseren van een personenalarmcentrale blijven optioneel. De opdracht van woonassistent binnen de groep van assistentiewoningen kan ook worden opgenomen door het erkende lokale dienstencentrum. Waar de lokale dienstencentra in de voorontwerpen thuiszorgdecreet van de zijlijn moesten opereren, zijn zij nu extra op de kaart gezet.

Toch openbare schoonmaak- en klusjesdiensten

Het ontwerp woonzorgdecreet neemt ook de openbare schoonmaak- en klusjesdiensten mee. Hiermee slaagt de VVSG erin een van haar belangrijkste strijdpunten binnen dit dossier te realiseren. De schoonmaakdiensten zijn opgesplitst in diensten die verbonden zijn met een erkende dienst voor gezinszorg en diensten die geen erkende dienst voor gezinszorg hebben. Belangrijk is dat de diensten zich richten tot mensen met een verminderd zelfzorgvermogen. Zowel de dienst verbonden aan gezinszorg als de alleenstaande schoonmaakdienst (in het woonzorgdecreet een dienst voor logistieke hulp) krijgt de mogelijkheid om al dan niet in samenwerkingsverband ook karweihulp aan te bieden. Tegenover het aanbieden van karweihulp zal geen subsidie staan. Hoe de regelgeving over de schoonmaakdiensten uitgewerkt zal worden, moet nog blijken uit de uitvoeringsbesluiten. De mogelijkheid tot opname binnen het woonzorgdecreet van alle openbare schoonmaak- en klusjesdiensten is in ieder geval al een belangrijke stap vooruit in het wegwerken van de discriminatie tussen de openbare en private diensten.

Dagverzorgingscentra krijgen leeftijdsgrens

Dagverzorgingscentra worden in het ontwerp van woonzorgdecreet erkend als ouderenvoorziening. Nieuw is dan ook dat voor hun gebruikers de leeftijdsgrens van 65 jaar wordt ingevoerd. Net zoals nu voor de rusthuizen, zal van deze leeftijdsgrens gemotiveerd afgeweken kunnen worden. De definitie van een dagverzorgingscentrum blijft behouden, met deze wijziging dat ‘zonder overnachting’ wordt geschrapt. Dagverzorgingscentra zullen in specifieke situaties dus ook nachtopvang kunnen aanbieden. Deze specifieke situaties zullen nog in de uitvoeringsbesluiten omschreven worden. Het nieuwe ontwerp maakt het ook mogelijk dat de dagverzorgingscentra die zich richten tot een specifieke doelgroep (bijvoorbeeld palliatieve zorg), daarvoor een specifieke erkenning krijgen. Een dagverzorgingscentrum zal altijd verplicht erkend moeten worden.

Crisisopvang in centrum voor kortverblijf

Een centrum voor kortverblijf blijft in het ontwerp woonzorgdecreet een ouderenvoorziening. Zijn taken uit het voorgaande decreet worden uitgebreid naar crisisopvang. Het ontwerpdecreet bepaalt expliciet dat een erkenning als kortverblijf wordt beschouwd als een bijzondere erkenning en dat de woongelegenheden binnen het centrum van kortverblijf dan ook uitsluitend voor kortverblijf gebruikt mogen worden. Voor de centra van kortverblijf gelden overigens dezelfde extra algemene werkingsprincipes als voor de andere ouderenvoorzieningen: het stimuleren van sociale netwerkvorming, het streven naar integratie in en samenwerking met de buurt waarin ze actief zijn; aandacht voor animatie en ontspan>> vervolg op p. 45

1 oktober 2008 LOKAAL 43


Kortrijk beschikt over een dynamisch en onderKortrijk beschikt over een dynamisch en ondernemend OCMW dat mensen sterker wil maken nemend OCMW dat mensen sterker wil maken en frequent pioniert in nieuwe dienstverlening. en frequent pioniert in nieuwe dienstverlening. Kortrijk beschikt over een dynamisch en onderOm de beleidslijnen verder uit te werken, en de Om de beleidslijnen verder uit te werken, en de nemend OCMW datsturen, mensen sterker wil Kortrijk maken organisatie aan te is het OCMW organisatie aan te sturen, is het OCMW Kortrijk en frequent in nieuwe dienstverlening. op zoek naarpioniert een (m/v): Kortrijk een dynamisch en onderop zoek beschikt naar een over (m/v): Om de beleidslijnen verder uit te werken, en de nemend OCMW dat mensen sterker wil maken organisatie aan te sturen, is het OCMW Kortrijk en frequent pioniert in nieuwe dienstverlening. op zoek beschikt naar een over (m/v): Kortrijk een dynamisch en onderOm de beleidslijnen verder uit te werken, en de nemend OCMW datsturen, mensen sterker wil Kortrijk maken organisatie aan te is het OCMW en in nieuwe dienstverlening. op frequent zoek naarpioniert een (m/v): Om de beleidslijnen verder uit te werken, en de Kortrijk beschikt over een dynamisch en onderUw functie organisatie aan te sturen, is het OCMW Kortrijk nemend OCMW dat mensen sterker wil maken Uw functie U hebt denaar algemene leiding van de diensten van het OCMW, een organisatie met 800 op zoek een (m/v): en frequent pioniert in nieuwe dienstverlening. U hebt de algemene leiding van de diensten van het OCMW, een organisatie met 800 personeelsleden. Als hoofd vanuit deteadministratie personeel vervult u de rol van Om de beleidslijnen verder werken, en en dehet personeelsleden. Als hoofd van de administratie en het personeel vervult u de rol van Uw functie coach en teamleider. U staat in voor de voorbereiding, de uitvoering en de evaluatie van organisatie aan te sturen, is het OCMW Kortrijk coach en teamleider. U staat in voor de voorbereiding, de uitvoering en de evaluatie van U hebt denaar algemene leiding debesluitvorming diensten van het een organisatie met 800 het beleid. Daarnaast bereidtvan u de vanOCMW, de Raad voor Maatschappelijk op een (m/v): hetzoek beleid. Daarnaast bereidt u de besluitvorming van de Raad voor Maatschappelijk personeelsleden. Als hoofd vanspilfiguur de administratie enRaad het personeel vervult u de rol van Welzijn voor en fungeert u als tussen de en het managementteam. Op Uw functie Welzijn voor en fungeert u als spilfiguur tussen de Raad en het managementteam. Op coach envan teamleider. U staat in voor de voorbereiding, de uitvoering en de evaluatieu van het vlak organisatiestructuur, werkprocessen en dienstverlening optimaliseert de U hebt de algemene leiding van de diensten van het OCMW, een organisatie met 800 het vlak van organisatiestructuur, werkprocessen en dienstverlening optimaliseert u de het beleid. Daarnaast bereidt u dealle besluitvorming vanuit dedie Raad voor Maatschappelijk werking van het OCMW. U oefent bevoegdheden wettelijk en decretaal aan personeelsleden. Als hoofd van dealle administratie en het vervult u de rol van werking van het OCMW. U oefent bevoegdheden uitpersoneel die wettelijk en decretaal aan Welzijn voor en fungeert opgedragen. u als spilfiguur tussen de Raad en het managementteam. Op de OCMW-secretaris Uw functie coach en teamleider.zijn U staat in voor de voorbereiding, de uitvoering en de evaluatie van de OCMW-secretaris zijn opgedragen. het vlakde van organisatiestructuur, werkprocessen en dienstverlening optimaliseert u de U hebt algemene de diensten van het een organisatie met 800 het beleid. Daarnaastleiding bereidtvan u de besluitvorming vanOCMW, de Raad voor Maatschappelijk Uw profiel werking van het OCMW. U oefent alle bevoegdheden uit die wettelijk en decretaal aan personeelsleden. Als hoofd van de administratie en het personeel vervult u de rol van Uw profiel Welzijn voor en fungeert u als spilfiguur tussen de Raad en het managementteam. Op U behaalde een masterdiploma (de conformiteit met dede diplomavereisten onderde OCMW-secretaris zijn opgedragen. coach envan teamleider. U staat in voor de voorbereiding, uitvoering en dewordt evaluatie Uw functie U behaalde een masterdiploma (dewerkprocessen conformiteit met de diplomavereisten wordt onderhet vlak organisatiestructuur, en dienstverlening optimaliseert u van de zocht bij deDaarnaast kandidatuurstelling).  besluitvorming U hebt minstensvan vierde jaar ervaring in een leidinghet beleid. bereidt u de Raad voor Maatschappelijk U hebtbijdevan leiding van de van hetvier OCMW, een organisatie met 800 zocht dealgemene kandidatuurstelling). alle Udiensten hebt minstens jaar ervaring inen een leidingwerking het OCMW. U oefent bevoegdheden uit die wettelijk decretaal aan Uw profiel gevende of kaderfunctie van een openbare of private organisatie.  Uw leiderschaps-Op en Welzijn voor en fungeert u als spilfiguur tussen deenRaad en het managementteam. personeelsleden. Als zijn hoofd van deopenbare administratie het personeel u de rol vanen gevende of kaderfunctie van een of private organisatie. vervult Uw leiderschapsde OCMW-secretaris opgedragen. U behaalde een masterdiploma (de conformiteit met de diplomavereisten wordt ondermanagementscapaciteiten koppelt u aan de visie en ingesteldheid om een welzijnshet vlak organisatiestructuur, werkprocessen en ingesteldheid dienstverlening optimaliseert de coach envan teamleider. U staatkoppelt in voor voorbereiding, de uitvoering de welzijnsevaluatieu van managementscapaciteiten ude aan de visie en omen een zocht bij van dete kandidatuurstelling). over U hebt minstensinzicht, vier jaar ervaring in een leidingorganisatie leiden. UU beschikt strategisch creativiteit en een innoverend werking OCMW. oefent alle bevoegdheden wettelijk decretaal aan Uw profiel het beleid. Daarnaast u deover besluitvorming vanuit dedie Raad voor Maatschappelijk organisatie tehet leiden. bereidt U beschikt strategisch inzicht, creativiteit eneneen innoverend gevende of kaderfunctie van een openbare of privateen organisatie.  Uw leiderschapsen denkvermogen.  U hebt zin voor ondernemerschap resultaatsen oplossingsde OCMW-secretaris zijn opgedragen. U behaalde masterdiploma (de conformiteit met de werkt diplomavereisten wordt onderWelzijn vooreen en fungeert u alsvoor spilfiguur tussen de Raad en hetresultaatsmanagementteam. Op denkvermogen.  U hebt zin ondernemerschap en werkt en oplossingsmanagementscapaciteiten koppelt u aan de visie en ingesteldheid om eenals welzijnsgericht.  Verder valt u op door zowel administratieve en juridische kennis, inzicht in de zocht bijvan de kandidatuurstelling). werkprocessen U hebt minstens ervaring in eenalsleidinghet vlak organisatiestructuur, envier dienstverlening optimaliseert gericht. Verder valt u op door zowel administratieve enjaar juridische kennis, inzichtuindede organisatie te leiden.  Uvan beschikt over strategisch inzicht, creativiteit een innoverend bestuurlijke organisatie een OCMW en het lokaal sociaal beleid. en U leiderschapsbent een besluitUw profiel gevende of kaderfunctie van een openbare of private organisatie.  Uw en werking vanorganisatie het OCMW.van U oefent alle bevoegdheden uit diebeleid. wettelijk decretaal aan bestuurlijke een OCMW en het lokaal sociaal  Uen bent een besluitdenkvermogen.  U en hebt zin voor ondernemerschap en werkt resultaatsen oplossingsvaardig organisator coördinator. uconformiteit U bezit zin voor samenwerking eneen communicatie. U behaalde een masterdiploma (de met de diplomavereisten wordt ondermanagementscapaciteiten koppelt aan de visie en ingesteldheid om welzijnsde OCMW-secretaris zijn opgedragen. vaardig organisator en coördinator. U bezit zin voor samenwerking en communicatie. gericht.  Verder valt u op door zowel administratieve en juridische kennis, als inzicht in de zocht bij dete kandidatuurstelling). U hebt minstensinzicht, vier jaar ervaring en in een organisatie leiden.  U beschiktover strategisch creativiteit eenleidinginnoverend We bieden u bestuurlijke organisatie van een OCMW en het lokaal sociaal beleid.  U bent een besluitgevende of kaderfunctie een openbare of privateen organisatie.  Uw leiderschapsen Uw profiel We bieden uboeiende denkvermogen.  U hebt van zin voor ondernemerschap werkt resultaatsen oplossingsEen bijzonder en koppelt maatschappelijk belangrijke job met heel uitdagingen vaardig organisator en coördinator. U bezit zin voor samenwerking enwat communicatie. managementscapaciteiten aan de visie en ingesteldheid om een welzijnsU behaalde een masterdiploma (de uconformiteit met de wordt onderEen bijzonder boeiende maatschappelijk belangrijke job met heel wat uitdagingen gericht.  Verder valt u open door zowel administratieve en diplomavereisten juridische kennis, als inzicht in de en verantwoordelijkheden.  Een aantrekkelijke verloning met extralegale organisatie leiden.  Uvan beschikt over strategisch inzicht, creativiteit eenvoordelen innoverend zocht bij dete kandidatuurstelling). aantrekkelijke U hebt vier jaar ervaring in een leidingen verantwoordelijkheden. een EenOCMW verloning met extralegale voordelen bestuurlijke organisatie enminstens het lokaal sociaal beleid. en U bent een besluitWe bieden u  Uhospitalisatieverzekering). (maaltijdcheques, denkvermogen. hebt zin voor ondernemerschap en werkt resultaatsen oplossingsgevendeorganisator of kaderfunctie van een openbare ofzin private organisatie.  Uw leiderschapsen (maaltijdcheques, hospitalisatieverzekering). vaardig en coördinator.  U bezit voor samenwerking en communicatie. Een bijzonder boeiende maatschappelijk belangrijke job met heel wat uitdagingen gericht.  Verder valt u open door zowel administratieve en juridische kennis, inzicht in de managementscapaciteiten koppelt u aan de visie en ingesteldheid om eenals welzijnsInteresse? en verantwoordelijkheden. een EenOCMW aantrekkelijke verloning met extralegale voordelen Interesse? bestuurlijke organisatie en het lokaal sociaal beleid. en U bent een besluitWe bieden uleiden. organisatie te  Uvan beschikt strategisch eenrecent innoverend We verwachten uwhospitalisatieverzekering). sollicitatie metover cv, een afschriftinzicht, van uwcreativiteit diploma en een bewijs (maaltijdcheques, We verwachten uw sollicitatie met cv, een afschrift van uw diploma en een recent bewijs vaardig organisator en coördinator.  U bezit zin voor samenwerking en communicatie. Een bijzonder boeiende en maatschappelijk belangrijke job met heel wat uitdagingen denkvermogen. hebt zin voor ondernemerschap enper werkt resultaats- enbrief oplossingsvan goed zedelijk U gedrag, uiterlijk op 15 oktober 2008, aangetekende gericht van goed zedelijkvalt gedrag, uiterlijk op administratieve 15 oktoberverloning 2008, per aangetekende brief gericht en verantwoordelijkheden.  Een aantrekkelijke met extralegale voordelen gericht.  Verder u op door zowel en juridische kennis, als inzicht in de Interesse? aan mevrouw voorzitter van het OCMW, Budastraat 27 te 8500 Kortrijk. We biedenorganisatie ude aan mevrouw de voorzitter van het OCMW, Budastraat 27 tebeleid. 8500 Kortrijk. (maaltijdcheques, hospitalisatieverzekering). bestuurlijke van een OCMW en het lokaal sociaal  U bent een besluitWe uw sollicitatie met cv, een afschrift van uw enwat eenuitdagingen recent bewijs Eenverwachten bijzonder boeiende en maatschappelijk belangrijke jobdiploma met heel vaardig organisator en coördinator.  U15bezit zin voor samenwerking en communicatie. van goed zedelijk gedrag, uiterlijk op oktober 2008, permet aangetekende gericht en verantwoordelijkheden.  Een aantrekkelijke verloning extralegalebrief voordelen Interesse? aan mevrouw de voorzitter van het OCMW, Budastraat 27 te 8500 Kortrijk. Info (maaltijdcheques, We verwachten sollicitatie met cv, een afschrift van uw diploma en een recent bewijs We bieden u uwhospitalisatieverzekering). Info Alle informatie over de functie, de op diplomavereisten enper de kan u van zedelijk gedrag, 15 oktober 2008, aangetekende brief gericht Een goed bijzonder boeiende enuiterlijk maatschappelijk belangrijke jobselectieprocedure met heel wat uitdagingen Alle informatie over de functie, diplomavereisten en de selectieprocedure kan u bekomen bij Carine Callemin, T:de 056 24 48 24, M:verloning carine.callemin@ocmwkortrijk.be Interesse? aan mevrouw de voorzitter van het OCMW, Budastraat 27 te 8500 Kortrijk. en verantwoordelijkheden.  Een aantrekkelijke met extralegale voordelen bekomen bij Carine Callemin, T: 056 24 48 24, M: carine.callemin@ocmwkortrijk.be We verwachten uwhospitalisatieverzekering). sollicitatie met cv, een afschrift van uw diploma en een recent bewijs Info (maaltijdcheques, www.ocmwkortrijk.be Alle goed informatie over de functie, de op diplomavereisten enper de selectieprocedure kan u van zedelijk gedrag, uiterlijk 15 oktober 2008, aangetekende brief gericht www.ocmwkortrijk.be bekomen bij Carine Callemin, T: 056 24 48 24, M: carine.callemin@ocmwkortrijk.be aan mevrouw de voorzitter van het OCMW, Budastraat 27 te 8500 Kortrijk. Interesse? Info We uw sollicitatie cv, een afschrift van diploma en een recent Alleverwachten informatie over de functie,met de diplomavereisten enuw de selectieprocedure kan ubewijs www.ocmwkortrijk.be van goed zedelijk gedrag, uiterlijk op 15 oktober 2008, per aangetekende brief gericht bekomen bij Carine Callemin, T: 056 24 48 24, M: carine.callemin@ocmwkortrijk.be aan Infomevrouw de voorzitter van het OCMW, Budastraat 27 te 8500 Kortrijk. www.ocmwkortrijk.be Alle informatie over de functie, de diplomavereisten en de selectieprocedure kan u bekomen bij Carine Callemin, T: 056 24 48 24, M: carine.callemin@ocmwkortrijk.be

SECRETARIS SECRETARIS SECRETARIS SECRETARIS SECRETARIS SECRETARIS

Laakdal is een middelgrote gemeente in de Antwerpse Kempen, ligt op de grens met de provincies Limburg en Vlaams-Brabant en is vlot bereikbaar via de E313. Het gemeentebestuur van Laakdal is ter versterking van de dienst Openbare Werken op zoek naar een

technisch deskundige Openbare Werken B1/B3 Je hoofdtaak bestaat uit het opstarten, beheren en afwerken van (investerings)projecten. Je kunt deze projecten volledig zelfstandig aanpakken en tot een goed einde brengen en het bestuur hierover op een deskundige manier adviseren. Naast projectmatig bezig zijn, bestaat de opdracht ook uit administratieve en technische ondersteuning van het sectorhoofd. Zo behoort het opmaken van lastenboeken, het doen van opmetingen en het technische nazicht van aanbestedingsdossiers tot het takenpakket. Kandidaten dienen te beschikken over een HOKT-diploma of daarmee gelijkgesteld (bv. kandidaats- of bachelordiploma) in een (bouw) technische richting. Wij bieden je een boeiende functie in een aangename en stimulerende omgeving met veel zelfstandigheid. Nuttige ervaring uit de privésector wordt gevaloriseerd voor maximaal 10 jaar. De bruto maandelijkse aanvangswedde aan de huidige index bedraagt € 2.100,22 of € 2.403,72 (10 jr. anciënniteit), eindwedde is € 3.538,81. Het bestuur biedt ook een aantal extralegale voordelen zoals maaltijdcheques, een gratis hospitalisatieverzekering en een fietsvergoeding. Deze betrekking staat open voor zowel mannen als vrouwen.

Meer informatie, de volledige functiebeschrijving en de aanwervingsvoorwaarden voor de functie zijn te verkrijgen op de dienst Personeel & Organisatie (fabienne.janssens@laakdal.be of guy.dejongh@laakdal.be), bij de gemeentesecretaris (jerry.verspreet@laakdal.be) of het sectorhoofd (jan.de.busser@laakdal.be). T 013-67 01 10.

Info

www.ocmwkortrijk.be Alle informatie over de functie, de diplomavereisten en de selectieprocedure kan u bekomen bij Carine Callemin, T: 056 24 48 24, M: carine.callemin@ocmwkortrijk.be www.ocmwkortrijk.be

44 LOKAAL 1 oktober 2008

Solliciteren voor deze betrekking kan bij aangetekend schrijven voor 15 oktober 2008 aan het college van burgemeester en schepenen van de gemeente Laakdal, Kerkstraat 21, 2430 Laakdal. Voeg in ieder geval een kopie van je diploma en een cv bij.


NIEUW VAN VVSG-POLITEIA

wetmatig berichten

>> vervolg van p. 43

ning. Een centrum voor kortverblijf zal altijd verplicht erkend worden.

Assistentiewoningen

Het ontwerp woonzorgdecreet lanceert een nieuwe vorm van ouderenvoorzieningen: de assistentiewoningen. De assistentiewoningen zullen de bestaande serviceflats vervangen. De nieuwe voorziening wordt omschreven als een groep van woningen die samen een functioneel geheel vormen en waar gebruikers, ouder dan 65 jaar, verblijven in individuele wooneenheden. Een assistentiewoning moet niet alleen voorzien in aangepaste huisvesting, maar moet op verzoek van de gebruiker ook ouderenzorg aanbieden, al dan niet in een samenwerkingsverband. Daarnaast zijn extra verplichtingen ten opzichte van de serviceflats het scheppen van de voorwaarden tot sociale netwerkvorming en onmiddellijke hulp in noodsituaties. In een groep van assistentiewoningen is een woonassistent aanwezig. Dat mag een personeelslid van het woonzorgcentrum, het lokale dienstencentrum of de dienst voor gezinszorg zijn. Wanneer een woonzorgcentrum in de onmiddellijke nabijheid van de assistentiewoningen gelegen is, kan het een of meer assistentiewoningen laten erkennen als woongelegenheid van het woonzorgcentrum. Wanneer een bewoner van een assistentiewoning zwaar zorgbehoevend wordt, zal de zorg uit het woonzorgcentrum naar de woning kunnen verhuizen en hoeft de bewoner dus niet noodzakelijk naar het woonzorgcentrum te verhuizen. Een groep van assistentiewoningen moet zich aanmelden bij de Vlaamse regering, maar is niet verplicht zich te laten erkennen. Een erkenning is echter wel nodig en verplicht indien men aanspraak wil maken op subsidies voor de woonassistent en indien men van de mogelijkheid gebruik wil maken om wooneenheden te laten erkennen als woongelegenheid in het woonzorgcentrum.

Rusthuizen worden woonzorgcentra

De meeste rusthuizen kijken al langer over hun eigen muren. Deze tendens wordt nu door het ontwerp woonzorgdecreet erkend, doordat aan ouderenvoorzieningen extra algemene werkingsprincipes worden toegewezen: het stimuleren van sociale netwerkvorming, het streven naar integratie in en samenwerking met de buurt waarin ze ac-

tief zijn; aandacht voor animatie en ontspanning. Een woonzorgcentrum heeft een aantal verplichte taken die verder gaan dan huisvesting en zorg: reactivering en psychosociale ondersteuning en sociale netwerkvorming worden een concrete taak voor het woonzorgcentrum. Een woonzorgcentrum zal zorg kunnen aanbieden buiten de eigen gebouwen, de voorwaarden daarvoor zal de Vlaamse regering nog vastleggen. Het campusidee wordt helemaal verlaten, verschillende vestigingen van eenzelfde soort ouderenvoorziening zullen in de toekomst als een ouderenvoorziening erkend kunnen worden. In het ontwerpdecreet regelt de Vlaamse regering de mogelijkheid om werkingssubsidies toe te kennen aan woonzorgcentra en woonzorgnetwerken die aan bijkomende kwaliteitsvereisten voldoen. Het gaat hier om ten minste: de reële inzet van het personeel in de voorziening, de vorming en bijscholing van personeel, het prijzenbeleid en het opnamebeleid. De modaliteiten hiervan zullen uitgewerkt worden in uitvoeringsbesluiten. Een woonzorgcentrum is verplicht erkend.

Woonzorgnetwerken met overleg

Het concept van de woonzorgnetwerken blijft in het ontwerp woonzorgdecreet behouden. Een woonzorgnetwerk bestaat uit een huisarts of een huisartsenkring, een erkend woonzorgcentrum, een erkend centrum voor kortverblijf, een erkende groep van assistentiewoningen, een erkende dienst voor gezinszorg of een andere erkende thuiszorgvoorziening die zorg aan huis levert. Door samen te werken en te overleggen moeten de verschillende leden van het woonzorgnetwerk de zorgcontinuïteit voor de gebruiker garanderen. Een woonzorgnetwerk oprichten blijft optioneel. Goed werkende woonzorgnetwerken, die rekening houden met kwaliteitsvereisten zoals de reële inzet van het personeel in de voorziening, de vorming en bijscholing van personeel, het prijzenbeleid en het opnamebeleid, kunnen wel aanspraak maken op werkingssubsidies. De Vlaamse regering zal daarvoor wel nog uitvoeringsbesluiten moeten uitschrijven. Het ontwerp woonzorgdecreet ligt nu ter advies voor bij de Raad van State en de SERV. Wijzigingen zijn dus nog mogelijk. elke.verlinden@vvsg.be en elke.vastiau@vvsg.be

Het woonzorgdecreet schetst de zorg van morgen Wat zijn de gevolgen voor stad, dorp, wijk en buurt, voor de gebruiker en het lokale beleid? Begeleiding: VVSG-stafmedewerkers Elke Vastiau en Elke Verlinden

Lokaal Waterbeleid Het waterbeleid is de laatste jaren sterk in beweging. De waterschappen en bekkenbesturen zijn nieuwe structuren om het waterbeleid integraal en over de bestuurlijke grenzen heen te benaderen. Ook het riool- en afvalwaterzuiveringsbeleid werd sinds begin 2005 grondig gereorganiseerd. Zowel de lokale besturen als de Vlaamse overheid staan nu voor een grote uitdaging om de waterkwaliteit in al haar facetten te verbeteren en te garanderen. Hoe zorgen we voor proper water, hoe vermijden we wateroverlast en hoe zorgen we voor water om langs te toeven en om van te genieten? Voor welke taken en kosten staan we? Hoe werken we als lokaal bestuur samen met onze inwoners, andere besturen en andere beleidsdomeinen? Op deze en andere vragen vindt u in de pocket Lokaal Waterbeleid een antwoord. U kunt de pocket bestellen via www.politeia.be, door te mailen naar info@politeia.be of te faxen naar 02-289 26 19. Het boek kost 25 euro voor VVSG-leden en 29 euro voor niet-leden.

VVSG-Ronde van Vlaanderen 22 oktober Lokeren, 23 oktober Leuven, 3 november Hasselt, 5 november Torhout, 6 november Malle Schrijf in op www.vvsg.be 1 oktober 2008 LOKAAL 45


AGENDA Leuven 6 oktober Mechelen 9 oktober Hasselt 10 okotber Zorgvernieuwingsprojecten Voorbereidende workshops voor kandidaatindieners. www.vvsg.be (kalender) Halle 9 oktober Leuven 30 oktober Opvoedingsondersteuning op maat Informatie- en dialoogmoment in het kader van het decreet opvoedingsondersteuning (BS 13 juli 2007). www.vvsg.be (kalender) Antwerpen 13 oktober Europese Dienstenrichtlijn Workshops Screening van de regelgeving door de lokale besturen. www.vvsg.be (kalender) Bornem 14 oktober ICT in lokale besturen V-ICT-OR-congres van informaticapark naar informatiearchitectuur. www.v-ict-or.be (kalender) Aalst 14 oktober Harelbeke 20 oktober Indicatiestelling in de zorgverzekering Vorming over wijzigingen in het scoren op de BEL-foto-schaal in de thuiszorg voor indicatiestellers, medewerkers thuiszorg en specifiek voor medewerkers gezinszorg. www.vvsg.be (kalender) Mechelen 16 oktober Gent 21 oktober Riziv-Financiering Rusthuizen Studiedag over de actuele RIZIV-regelgeving en -financiering van de rusthuizen. www.vvsg.be (kalender)

NIX TrIljoen

46 LOKAAL 1 oktober 2008

Bertem 16 oktober Act in Pas ‘Heet van de naald’ Congres over het zorgmodel Act in Pas met handvatten voor implementatie in de thuiszorg. www.vvsg.be (kalender) Hasselt start 16 oktober Helder en overtuigend communiceren Tweedaags trainingsprogramma voor burgemeesters, schepenen, voorzitters gemeenteraad en OCMW-voorzitters. www.vvsg.be (kalender)

Roeselare 24 oktober Aalst 14 november Mechelen 20 november Samen-Werken aan Leef-tijd Studiedagen over samenwerken vanuit een animatieve grondhouding. www.vvsg.be (kalender) Gent start 4 november Doe-dagen Kinderopvang 2008 Zes vormingsdagen over timemanagement en teambuilding. www.vvsg.be (kalender)

Gent 21 oktober Het bestuur herdacht: voorbij de representatiedemocratie en na de verzorgingsstaat Lezing door Karel De Gucht, minister van Buitenlandse Zaken, in de reeks van de Leerstoel Vandeputte 2008-2009. www.habe.hogent.be/leerstoelvandeputte

Lokeren start 12 november Inname Openbare Weg Gratis opleiding over deze webtoepassing voor steden en gemeenten (openbare werken, communicatiedienst), politiekorpsen (verkeersdienst), brandweerkorpsen (dispatching & interventie) en MUG-diensten (interventie). www.iow.be

Lokeren 22 oktober, Leuven 23 oktober, Hasselt 3 november, Torhout 5 november, Malle 6 november VVSG-Ronde van Vlaanderen Workshops voor lokale mandatarissen. www.vvsg.be (kalender)

Brussel start donderdag 13 november Gemeentelijk personeelsbeleid met oog voor diversiteit Driedaags leertraject geïnspireerd op de ervaringen van andere lokale besturen om een beleid op maat van uw eigen stad of gemeente te ontwikkelen. www.vmc.be (vormingen)

Antwerpen 23 oktober Gent 12 november Milieuvriendelijke overheidsopdrachten Praktische inleiding over een bestek met milieucriteria en hulpinstrumenten. www.INE.be/campagnes/milieuzorg-in-devlaamse-overheid/ milieuzorg-in-de-vlaamseoverheid/instrumenten/vorming

Antwerpen 17 november Wegwijs in het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap Informatiecampagne door de Vereniging voor Personen met een Handicap over de werking van het Vlaams Agentschap als tussenkomstverlenende overheidsinstantie. www.vfg.be

Brussel 23 oktober Update vernieuwingen in het onderwijsbeleid Infomoment over maximumfactuur, schooltoelagen en spijbelbeleid, met onder meer minister Vandenbroucke als spreker. www.vvsg.be (kalender)

Brussel 27 november Divers personeelsbeleid: module 2 Vorming voor personeelsverantwoordelijken met de focus op leeftijdsbewust personeelsbeleid. www.vvsg.be (kalender)




Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.