Najaarscatalogus 2021

Page 1

NAJAAR 2021

---by ----

Frida Kahlo

najaar

David Bowie compleet In het licht van Cuyp voor de liefhebber van geschiedenis en kunst


Frida Kahlo: wereldwijd icoon en cultfiguur De Mexicaanse Frida Kahlo (1907-1954) is zonder twijfel een van de bekendste en meest geliefde kunstenaars ter wereld. Door haar indrukwekkende kunstwerken, opvallende verschijning, roerige leven en bijzondere levensstijl is zij een wereldwijd icoon geworden. Frida Kahlo heeft een onuitwisbare indruk achtergelaten met haar gedurfde gevoel voor schoonheid en haar idealen over gelijkheid voor iedereen. Hoewel haar leven grotendeels bepaald werd door tegenslag, wist ze haar pijn en emotionele strijd om te zetten in buitengewone kunstwerken. Overal ter wereld halen jong en oud nog altijd veel kracht en inspiratie uit haar kunst en levensverhaal. Het boek Viva la Frida! Life and art of Frida Kahlo, dat verschijnt bij de gelijknamig tentoonstelling in het Drents Museum, werpt licht op de wereld van Frida Kahlo en de manier waarop cultuur, politiek, gender, handicap en nationale identiteit haar leven, haar stijl en haar gedurfde en taboedoorbrekende kunst hebben beïnvloed. Voor de eerste keer zijn de wereldberoemde collecties van schilderijen en tekeningen van Museo Dolores Olmedo en de persoonlijke bezittingen als kleding, korsetten en sieraden uit de collectie van Museo Frida Kahlo samen te zien. De samenwerking met de twee toonaangevende Mexicaanse musea biedt het Drents Museum de unieke kans om het complete Frida-verhaal te vertellen.

Kahlo’s persoonlijke bezittingen en levensverhaal kleuren haar werk verder in 4


Leven en kunst van misschien wel de meest bekende kunstenaar uit de twintigste eeuw


VI VA L A FR IDA!

Lucienne Bloch (1909-1999) Frida op de grens, 1932, foto, 8.9 x 6 cm, Throckmorton Fine Art, New York

We wonen op de ste Het uitz 35 verdieping. Maar heticwhort isdt fantastisch. York... Dus ik g heet in New bekeren to a me maar Maar dat ist hnetognudisme. erger... ...voor het publiek dan

Gezicht op New York, 1932 (Opgedragen aan Dolores del Río) Potlood op papier, 27 x 20 cm, privécollectie

106

DOLORES DEL R ÍO

Rivera, graaf, Diego , Onbekende foto res del Río o en Dolo Frida Kahl e onbekend foto, collecti ongedateerd,

Een kleurrijk en aantrekkelijk boek, vormgegeven in de geest van Frida Kahlo 6

In de jaren 1930 tot en met 1933 verbleven Diego Rivera en Frida Kahlo grotendeels in Amerika. Rivera was op dat moment een veelgevraagd kunstenaar in de VS en kreeg grote opdrachten voor muurschilderingen in openbare gebouwen. Door het MOMA in New York werd hij uitgenodigd voor een solotentoonstelling van 22 december 1931 tot 27 januari 1932. Het was voor Kahlo de eerste keer dat zij in New York verbleef, maar niet de laatste. Veel ontmoetingen met welgestelde mensen en andere personen uit de culturele wereld volgden. Het echtpaar verbleef in het Barbizon Plaza Hotel op een

kamer die niet genoeg ruimte bood om te werken. Wel maakte Frida er deze tekening van het uitzicht op de stad met wolkenkrabbers en een brug. Ze droeg de tekening op aan haar vriendin, de Mexicaanse actrice Dolores del Río (1905-1983). Zij was op dat moment razend populair in de Amerikaanse filmwereld en figureerde in een groot aantal films. Del Río wordt gezien als de eerste Mexicaanse vrouwelijke filmster in Hollywood en één van de grootste actrices uit de Mexicaanse filmindustrie. Rivera en andere Mexicaanse kunstenaars schilderden haar portret meerdere malen.


Annemiek Rens is kunsthistoricus en werkt als hoofd­ conservator bij het Drents Museum. Haar aandachtsgebied is kunst vanaf 1850.

gerelateerde boeken

HET BELOOFDE L A ND?

leven verschillende keren voor langere tijd in Amerika. In 1932 was zij er samen met Diego Rivera voor zijn werk. Dat zij zichzelf op dat moment nog vooral als ‘de vrouw van’ zag, komt naar voren in haar signatuur ‘Carmen Rivera’. In 1932 was zij alweer twee jaar in de VS en regelmatig had ze heimwee naar haar Mexico. In Amerika was weliswaar veel mogelijk en lagen de opdrachten voor Rivera voor het oprapen, maar het was ook een wereld waar het draaide om kapitalisme, productie en succesverhalen. In de VS werd Frida zich nog meer bewust van haar roots. Ze ging

zich in Mexicaanse kleding hullen en droeg haar afkomst met trots uit. Ook in het schilderij is het duidelijk waar haar voorkeur ligt. Zij draagt de Mexicaanse vlag in haar hand. De Amerikaanse vlag verdwijnt bijna in de dikke rookwolken van de fabriek. Toch voelde Kahlo zich ook thuis in het moderne Amerika en bleef ook deze wereld een bron van aantrekkingskracht.

107

Frida Kahlo schilderde in Zelfportret op de grens tussen Mexico en de VS een onderwerp dat ook vandaag de dag voor veel Mexicanen actueel is. Aan de ene kant het land waar je wortels zijn, een land met een eeuwenoude cultuur door Frida gesymboliseerd in het schilderij door de oorspronkelijke planten en de Azteekse tempel en beeldjes. Aan de andere kant het ‘beloofde’ land waarin de consumptiemaatschappij centraal staat met de schoorstenen van de Ford River Rouge fabriek en de wolkenkrabbers van Detroit. Frida verbleef in haar

Zelfportret op de grens tussen Mexico en de VS, 1932 Olieverf op metaal, 31 x 35 cm, Modern Art International Foundation (Courtesy Maria and Manuel Reyero)

Viva la Frida! Life and art of Frida Kahlo Annemiek Rens (red.) ISBN 978 94 625 8458 7 (NL) ISBN 978 94 625 8459 4 (EN) € 29,95

216 pag. 23,2 x 28,9 cm circa 500 afbeeldingen in kleur en zwart-wit gebonden NUR 646 oktober 2021

In samenwerking met Drents Museum Tentoonstelling 8 oktober 2021 t/m 27 maart 2022 Vormgeving Suzanne Hertogs


David Bowie: rockster,stijlicoon, kameleon De imposante muzikale carrière van David Bowie omvat 50 jaar en 28 studioalbums. Zijn meesterlijke vermogen om zichzelf steeds opnieuw uit te vinden, spreekt tot op de dag van vandaag tot de verbeelding. David Bowie compleet ontleedt liefdevol en grondig elk album en elk nummer dat ooit door David Bowie is uitgebracht. Volg de ‘Thin White Duke’ van zijn eerste album uit 1967 tot en met het slotstuk Blackstar. Nieuwe analyses en archiefinterviews met een breed scala aan muzikanten, modellen, acteurs, producers en executives die allemaal met hem werkten, dompelen ons diep onder in Bowies verleden. Van een jonge, rusteloze muzikant in Londen tot een muzikale grootmacht die samenwerkte met artiesten als Queen, Mick Jagger, Tina Turner, Nile Rodgers, Brain Eno en Iggy Pop. Dit unieke boek, gebaseerd op jaren van onderzoek, vertelt hoe elk nummer werd geschreven, gecomponeerd en opgenomen, welke instrumenten werden gebruikt en wie ze bespeelden. De honderden bijzondere foto’s van de meest visueel aantrekkelijke artiest uit de muziek­ geschiedenis, maken het boek David Bowie compleet een must-have voor elke fan van klassieke rock. David Bowie compleet verschijnt ter gelegenheid van de 75e geboortedag van Bowie op 8 januari 2022.

Een must-have voor elke fan van klassieke rock 8


t Clerc

Benoît Clerc

DAVID BOWIE COMPLEET HET VERHAAL VAN DE 456 SONGS

Auteur en componist Benoît Clerc houdt zich al meer dan vijftien jaar professioneel bezig met het Franse lied. Na ruim 200 concerten als zanger in verschillende formaties, verwisselde hij tussen 2012 en 2019 van werkterrein door met zogenaamde ‘distant audiences’ (penitentiaire inrichtingen, psychiatrische ziekenhuizen) te werken aan muzikale creatie in gesloten omgevingen. Tegenwoordig is hij werkzaam als componist voor televisie, reclame en film. In 2018 richtte hij zijn eigen productiebedrijf op, Tivoli Songs. In die hoedanigheid werkte hij samen met zangeres Margaux Christie, voor wie hij het lied ‘Pearl’ schreef.

Voorzijde stofomslag: © Snowdon/Trunk Archive/PhotoSenso Achterzijde stofomslag: © Terry O’Neill/Iconic Images/DALLE Boekband: © Terry O’Neill/Iconic Images/DALLE

Wereldwijd bewonderd om zijn eigenzinnigheid en creativiteit


Van een jonge en rusteloze muzikant naar een muzikale grootmacht

Een aangeschoten Bowie bij een optreden in Top Pop, wat de legendarische clip van ‘Rebel Rebel’ wordt.

E FAN

VOOR DE DAVID BOWI

1974

d probeert te slapen in Als David Bowie op een avon heeft hij last van een een Londense hotelkamer, telen met de riff van amateurgitarist die zit te wors boven te gaan om de ‘Rebel Rebel’. Hij besluit naar geven. Wanneer de deur lastpost een lesje gitaar te oog met tennisser John opengaat, staat hij oog in e gitaar om zijn nek… McEnroe met een elektrisch

den, helemaal in het begin gesteund, in 1973. […] Hij heeft enkele van mijn songs gecoverd, […] en hij was een grote supporter van ons […]. Nou ja, we denken aan hem.’77 De Boss betovert zijn publiek die avond met een ontroerende en bezielende ‘Rebel Rebel’.

Een gitaarriff dat je herkent uit duizenden Terwijl assistent-geluidstechnicus Andy Morris de laatste kabels oprolt na een sessie in de Olympic Studios die duurde tot vier uur ’s nachts, is hij getuige van het ontstaan van deze legendarische riff. Bowie vraagt hem om met de enige microfoon die nog aangesloten is een loopje op te nemen dat hij maar blijft spelen terwijl hij wacht op zijn chauffeur, Tony Mascia. Daarna wordt er een sessie georganiseerd in de Trident Studios met het benodigde materieel om snel de eindmix te masteren. Op die 27 december 1973 komt Alan Parker de artiest een handje helpen. De gitarist, die in november 1970 had meegewerkt aan de opname van de single ‘Holy Holy’, toen Ronson, Woodmansey en Visconti het Bowie-schip hadden verlaten, wordt op het album genoemd bij ‘1984’, maar wordt verder vergeten op deze beroemde plaat. ‘Voor ‘Rebel Rebel’ had [David] zo’n 75 procent van de riff,’ vertelt hij. ‘Hij wilde het een beetje zoals een Rolling Stones-riff. Zo heeft hij het voor me gespeeld en toen begon ik er een beetje mee te improviseren. Ik zei: “Als we nou dit en dat doen en het wat scheller maken en we er wat bends in doen?” Hij zei: “Ja, dat vind ik goed. Doen we.”’78 Anders dan Mick Ronson, die als een echte gitaarheld met Marshall-versterkers werkte en zijn Fuzz-pedaal liet loeien, stelt Parker zich tevreden met de warmte van de buizen van zijn Fender Twin Reverb, dé versterker voor iedere zichzelf respecterende bluesgitarist, die toen voorzien was van een unieke Wharfedale-speaker. Met zijn zwarte Les Paul Standard levert hij een korte maar onvergetelijke bijdrage en voegt ook de beroemde bend toe die het refrein afsluit (vooral op 1:24). Bij gebrek aan credits moet je hem op zijn woord geloven als hij in 2011 stelt: ‘Ik herken mijn eigen manier van spelen en mijn eigen sound. Ik weet dat ik het ben.’53 Iemand anders, Peter Hince, die maar zelden wordt genoemd door biografen, maar wiens geschiedenis nauw verbonden is met de rock uit de jaren zeventig, is een keer getuige 204 DIAMOND DOGS

10

van de geluidsexperimenten van Bowie. Hij is dan als piepjonge roadie in dienst bij de ster en is bij de meeste sessies van Diamond Dogs aanwezig. Hince, de toekomstige chef techniek, vertrouweling en fotograaf van Queen, staat nog aan het begin van zijn carrière wanneer hij voor David Bowie werkt. Hij voegt een interessant detail toe over de tamboerijn die je in de song hoort: ‘Ik was daar voor als er wat nodig was en [David] wilde een tamboerijn, dus ik moest er één gaan halen. In plaats van de tamboerijn met zijn hand te bespelen sloeg David hem op de voorkant van een akoestische gitaar om een ander geluid te krijgen. […] Hij wilde altijd grenzen verleggen.’79

Een beroemde clip met kortstondig personage Wanneer Bowie in Nederland is om een prestigieuze Edison in ontvangst te nemen, maakt hij daarvan gebruik om zijn nieuwe single te promoten. Bij de uitzending van Top Pop, op 13 februari 1974, doet hij een playback van ‘Rebel Rebel’, dat twee dagen later uitkomt, met een Japanse Kent PB-24-Ggitaar die hij een aantal keer bijna laat vallen. Hij is gekleed in een pak van Freddie Burretti, maar zonder het jasje dat tijdens een eerdere persconferentie van hem is gestolen door journaliste Elly de Waard, die een interview werd geweigerd. Bovendien heeft de zanger last van bindvliesontsteking, wat hij maskeert met een ooglapje. Die onverwacht succesvolle video wordt legendarisch, vooral vanwege de outfit van Bowie, die sommigen vergelijken met Halloween Jack, een van de personages van Diamond Dogs. Maar wanneer de clip is uitgezonden en de bindvliesontsteking weg is, draagt de zanger gewonere kleding tijdens de tournee.

Het ongeluk van de één is soms het geluk van de ander. Op 21 februari 1974 wacht het team van Top of the Pops, het beroemde BBC-programma, op de bandopname van ‘Rebel Rebel’ voor het optrede n van Bowie. Omdat de opname niet komt, moet het optreden worden geannuleerd. Queen, een nog onbekende groep, wordt dan uitgenodigd om zijn single ‘Seven Seas of Rhye’ te komen spelen. Dat is het begin van de roem voor de band van Freddie Mercur y.


gerelateerde boeken

David Bowie compleet Benoît Clerc ISBN 978 94 625 8453 2 € 59,95

608 pag. 21 x 27 cm circa 500 afbeeldingen in kleur en zwart-wit gebonden NUR 660, 666 december 2021


Aelbert Cuyp: gouden nevels en monumentale koeien Aelbert Cuyp (1620-1691) is een van de belangrijkste land­ schapsschilders uit de zeventiende eeuw. Tegenwoordig is de kunstenaar uit Dordrecht internationaal bekend en geliefd om zijn in gouden zonlicht badende landschappen – veelal gestoffeerd met herders, ruiters en vee – en havengezichten vol zeilschepen en vaak met het silhouet van zijn geboortestad op de achtergrond. In zijn eigen tijd was Cuyp echter een volstrekt lokale kunstenaar. Pas halverwege de achttiende eeuw werd zijn werk in het buitenland ontdekt, eerst en vooral in Engeland. Daar ontstond zelfs een ware Cuyp-rage. In In het licht van Cuyp staat de impact van Cuyp op de Britse landschapschilderkunst centraal. Naast Cuyps eigen zon­ overgoten landschappen en verstilde riviergezichten zijn ook werken van grootheden als Thomas Gainsborough, John Constable en J.M.W. Turner te zien. Deze Engelse kunstenaars en minder bekende meesters als Richard Wilson, John Crome en Augustus Wall Callcott hadden een diepe bewondering voor hun Hollandse voorganger en hebben zich dikwijls laten inspireren door de gouden nevel en de monumentale koeien in Cuyps schilderijen. Voor de tentoonstelling en de rijk geïllustreerde catalogus is jarenlang onderzoek verricht door een team van Nederlandse en Engelse kunsthistorici, waarbij verrassende feiten over de Cuyp-manie en Cuyps betekenis voor de Britse landschaps­ schilderkunst naar boven zijn gekomen.

12


in he t lich t van cuyp

cuyp

in he t l i c h t v a n

a e l b e r t c u y p & g a i n s b o r o u g h c o n s t a b l e t u r n e r


7

aelbert cuyp dordrecht 1620 – 1691 dordrecht

Portret van de 20-jarige eend Sijctghen

Linksonder: A cuyp / linksboven: 1647 / linksmidden: 1650 Inscriptie linksboven: Ick ben gebroet te wercken.dam/ k’was jonck en goet. doen ick hier quam/ in voogelen borch, sonder te paeren/ heb ick geleeft, wel twintich jaren/ wel hondert eijers tsjaers geleijt/ daerom ben ick geconterfeijt/ gebroocken beennen, tooch wt geneesen/ gesondt en bont is noch mijn weesen/ en als ick sijctghen steruen sal/ soo schrijft hoe out, en tjaer getal/ 1647./ anno vijftich dartich daeghen/ in october hoort men claeghen/ sijctghen doot, dit is al waer/ out zijnde drijentwintich jaer/ 1650. Paneel, 35 x 41,5 cm Dordrecht, Dordrechts Museum, inv.nr. dm/004/849

het museum, 2004 (met steun van de Mondriaanstichting, Vereniging Rembrandt, Gemeente Dordrecht en Stichting Vrienden van de Dordtse Musea) tentoonstellingen

Boedapest 2014­2015, nr. 167; Den Haag 2015­2016, nr. 4 (met eerdere tentoonstel­ lingen en literatuur) liter atuur

Veth 1921, p. 380­384; Chong 1992, nr. 88; Meijer 2002, p. 71, af b. 79; Paarlberg 2004, passim; Van Noortwijk & Paarlberg 2010, p. 38

h e rko m s t

Veiling Delft, ca. 1895; P.A.M. Davyt, Delft (op 22 augustus 1896 ingebracht bij Christie’s Londen, maar niet geveild); G.H. Veth, Dordrecht, 1903; J. Veth, Bussum, 1925; A.J. Moes­Veth, Almelo, 1980; via vererving in particuliere ver ­ zame ling te Peize; aangekocht door

a e l b e rt c u y p, Hollands riviergezicht, ca. 1640, paneel, 42 x 65 cm, Dordrecht, Dordrechts Museum

96

Grootmeester Cuyp werd pas laat ontdekt, maar geen ander werd in korte tijd zo populair 14

jl

Aan het begin van zijn carrière, tussen 1639 en 1645, schilderde Aelbert Cuyp drie voorstellingen van de mythologische zanger en dichter Orpheus waarop de meest uiteenlopende exotische en inheemse dieren voorkomen.1 Hiertoe behoort het grootste schilderij dat we van hem kennen: Orpheus speelt voor de dieren (af b. 1). Toen dit zich in 1799 in de collectie van de 1st Marquess of Bute bevond, werd de vioolspelende zanger gezien als een zelfportret.2 Orpheus was een symbool van artistieke inspiratie en dierenliefde, en Cuyp kan zich in die rol nadrukkelijk als dierenschilder hebben geprofileerd. Gustav Waagen zag het grote stuk in 1854 in Luton Hoo en constateerde over de beesten naast Orpheus: ‘Those next to him are such as were the most familiar to Cuyp, such as a cow, a horse, a dog, a cat, a hare’; de aap achter Orpheus zag hij kennelijk over het hoofd. Het viel hem daarnaast op dat de meeste van de exoti­ sche dieren meer op de achtergrond staan: ‘Those with which he was less acquinted, elephants, tigers, &c., are seen only at a great distance.’3 Het Portret van de 20-jarige eend Sijctghen is het mooiste voor­ beeld van een alledaags, vertrouwd en lokaal onderwerp.4 Voor de Dordtse schilder en schrijver Jan Veth was het eenbelangrijk bewijs van Cuyps kwaliteit en toewijding als dierenschilder (zie ook de inleiding op p. XX). Toen het in bezit van zijn vader was, schreef hij erover: ‘Blijkbaar heeft Cuyp al het gedierte om zich heen als goede kameraads aangezien. Een oude eend met zorg door hem gekonter feit, kreeg op het bewuste schilderstukje er een gelegenheidsversje bij toe, al haar wederwaardigheden ver­ meldend, en later werd dit rijm nog met een vriendschappe­ lijk graf schrift aangevuld. Wie dat doet, moet hart voor zijn beesten hebben gehad.’5 Het gedicht dat linksboven op het paneeltje geschilderd is, maakt het schilderij en het verhaal van de eend extra bijzonder. Sijctghen of Sijtje spreekt ons in de versregels toe en laat weten dat ze was uitgebroed in het dorp Werkendam, vlakbij Dordrecht. Ze was


In de achttiende eeuw werd Cuyp ongekend populair in Groot-Brittannië, zijn werk mocht in geen country house ontbreken

gerelateerde boeken

in de Nederlandse geschiedenis. De zeventiende eeuw noemt men vaak de Gouden Eeuw vanwege de grote rijkdom die toen werd vergaard, en de indrukwekkende

h E t G rOt E

schilderkunst uit één van de meest opmerkelijke perioden

GOUDEN EEUW bOEk

h E t G rOt E

GOUDEN EEUW bOEk et Grote Gouden Eeuw Boek geeft een compleet overzicht van de

h

In deze reeks verschenen eerder

cultuur die tot bloei kwam. Het was vooral de schilderkunst die daarin uitblonk. Talloze schilders met groot talent schiepen ge-

Het Grote 40-45 Boek

Jeroen Giltaij werd na zijn studie

durende die hele eeuw meesterwerken, die na ruim vier eeuwen

René Kok en Erik Somers

in 1972 assistent-conservator

nog steeds bewondering wekken. Hun schilderijen behoren tot de

in samenwerking met het niod

tekenkunst in het Museum

pronkstukken van musea waar dan ook ter wereld.

Boijmans Van Beuningen, waar

Aan het begin van de zeventiende eeuw begon men landschappen,

Het Grote Jaren 50 Boek

hij de catalogus schreef van de

stillevens, taferelen uit het dagelijks leven, zeegezichten en kerk-

Paul Brood, René Kok en

tekeningen van Rembrandt en

interieurs te schilderen zoals nog niet eerder was vertoond. Het

Erik Somers

zijn school. In 1978 werd hij hier

lijkt alsof de schilders hun dagelijkse omgeving wilden vastleggen,

in samenwerking met het

hoofdconservator oude schilder-

maar zij deden dat allemaal in het atelier achter de ezel. De

Nationaal Archief

en beeldhouwkunst en organi-

schilders hadden een verbeeldingskracht die men zich nu niet

seerde hij verschillende ten-

meer kan voorstellen. De hele eeuw lang dienden zich nieuwe

toonstellingen, onder meer over

talenten met een eigen stijl aan. De schilderkunst van de Gouden

thema’s in de zeventiende-eeuw-

Eeuw kenmerkt zich door een niet aflatende creativiteit, de

se schilderkunst. De catalogus

enorme productie en een stijl, die uniek was en kenmerkend

van de tentoonstelling over de

Het Grote Boerderijen Boek Ben Kooij en Judith Toebast in samenwerking met de Rijksdienst voor het Cultureel

voor die tijd. De grote namen Rembrandt, Vermeer en Frans Hals

architectuurschilderkunst werd

zijn wereldberoemd, maar ook de schilderijen van meesters met

in 1991 bekroond met de Prix

minder bekende namen zijn vaak prachtig, heerlijk, kostelijk of

Minda de Gunzburg. Hij promo-

indrukwekkend.

Erfgoed

veerde in 1997 op de Siciliaanse verzamelaar Antonio Ruffo,

Het Grote Gouden Eeuw Boek is geschreven en samengesteld door

die schilderijen bij Rembrandt

Jeroen Giltaij, oud-hoofdconservator Oude Schilderkunst in het

bestelde. In 2004 verscheen zijn

Museum Boijmans Van Beuningen.

h E t G rOt E

GOUDEN EEUW bOEk

beknopte overzicht van de schilderkunst van de Gouden Eeuw, uitgangspunt voor dit boek.

j e ro e n g i lta i j

www.wbooks.com

een deugdzame en productieve eend die wel honderd eieren per jaar legde. Haar bijzonder hoge leeftijd van 20 jaar werd met trots vermeld als aanleiding voor het portret (eenden worden meestal 12, hooguit 15 jaar oud). Niet voor niets benadrukt Sijctghen in de laatste twee regels van het eerste deel van het gedicht (uit 1647) dat haar leeftijd en sterfjaar vastgelegd moeten worden als zij komt te overlijden. In 1650 zijn inderdaad vier regels aan het versje toe gevoegd met de trieste mededeling dat Sijctghen op 23­jarige leeftijd is overleden.

1

2 3 4

Washington/Londen/Amsterdam 2001­2002, nr. 1; Chong 1992, nrs. 10, 71; zie ook Dordrecht 2002, nr. 24 (geen Orpheus­scene, maar Adam geeft de dieren namen). Chong 1992, p. 318. Waagen 1854, dl. 3, p. 480. Er bestaat een tweede, iets aangepaste versie van het schilderij die Fred Meijer naar mijn mening terecht afschreef als

5

een authentiek werk van Cuyp: zie Den Haag 2015­2016, p. 54­56, af b. 4a. Meijer wees op een lichte vlek op dat stuk waar een vierde ei bedoeld kan zijn. Dat ei was waarschijnlijk in 1810 nog zichtbaar, aangezien het toen op een Dordtse veiling werd omschreven als ‘[…] een nest met vier Eijeren […]’; zie Chong 1992, nr. 89. Veth 1904, p. 171.

97

In het licht van Cuyp Aelbert Cuyp & Gainsborough Constable - Turner Sander Paarlberg (red.) ISBN 978 94 625 8455 6 (NL) ISBN 978 94 625 8457 0 (EN) € 29,95

240 pag. 24 x 28 cm circa 200 afbeeldingen in kleur gebonden NUR 646 oktober 2021

In samenwerking met Dordrechts Museum Tentoonstelling 3 oktober 2021 t/m 6 maart 2022 Vormgeving Jantijn van den Heuvel Richard den Dool


Wereldgeschiedenis van de werkende mens De wereld aan het werk is de eerste echte wereldgeschiedenis van menselijke arbeid, van de tijd van de prehistorische jagerverzamelaar tot de kantoormens van vandaag. Werken doen we omdat we wel zullen moeten, maar ook omdat we er plezier in hebben. Van de jager-verzamelaars die 700.000 jaar geleden bijeenkwamen tot de mensen die virtueel vergaderen via Zoom: mensen hebben werk altijd ingezet als middel om de wereld naar hun hand te zetten. Jan Lucassen beschrijft op virtuoze wijze het inclusieve verhaal van de werkende mens. Aan de hand van sprekende voor­ beelden uit China, India, Noord- en Zuid-Amerika, Afrika en Europa laat hij zien hoe de mens vorm geeft aan werk. Op overzichtelijk niveau thuis, in het huishouden, maar ook in de stam of het samenlevingsverband, in de stad en in de staat. Natuurlijk gaat het daarbij ook over de verdeling van arbeid tussen mannen, vrouwen en kinderen, de invloed van geld, van arbeiders die zich verenigen in collectieven en over de invloed van migratie, slavernij en – typerend voor de dag van vandaag – vrije tijd. Jan Lucassen brilliantly anchors world history in human agency through work - Patrick Manning This magisterial study distills a life’s work to make sense of labor relations over millennia - Eileen Boris

Verschijnt in de Maand van de Geschiedenis met als thema ‘Aan het werk’ 16


Jan Lucassen studeerde geschiedenis aan de Universiteit Leiden. Hij doceerde geschiedenis in Den Haag, Utrecht, Hull en Amsterdam. In 1988 trad hij toe tot het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis. Van 1990 tot aan zijn pensionering in 2012 was hij hoogleraar internationale en vergelijkende sociale geschiedenis in Amsterdam.

Handboek van de prehistorische jager-verzamelaar tot de hedendaagse kantoormens

gerelateerde boeken

De wereld aan het werk Van de prehistorie tot nu Jan Lucassen ISBN 978 94 625 8468 6 ISBN 978 94 625 8469 3 (ebook) € 34,95

512 pag. 17 x 24 cm circa 70 afbeeldingen in kleur en zwart-wit paperback met flappen NUR 680 oktober 2021

In samenwerking met Yale University Press, Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis Vormgeving Afra Dijkstra (cover)


Cultuurgeschiedenis van voorname kringen ­ Goede namen: dat is de wereld van de betere kringen, dubbele namen, oud geld, deftigheid en voornaamheid. Het zijn de families die vaak generaties lang stad en land bestuurd hebben: adel en patriciaat. Ze vormden de top van de maat­schappelijke piramide, gaven de toon aan en waren tot ver in de twintigste eeuw te vinden op plaatsen van macht en aanzien, of dat nu de regering was, het bedrijfsleven of de KNVB. Centraal in dit boek staat de vraag of en hoe deze deftige kringen zich hebben gehandhaafd in de roerige naoorlogse periode, met haar erfbelasting, de revolte tegen het regentendom en de opkomst van nieuwe elites. Het bezit van goede namen wordt bekeken op drie aspecten: het verkrijgen, behouden en verliezen ervan. Daarbij komen veel opmerkelijke zaken aan bod: de mislukte sanering van dubbele namen, de mogelijkheden om ook nu nog in adel of patriciaat opgenomen te worden, de ophef rond ‘de vrouwelijke lijn’, het mores leren van rijke nieuwkomers, zwarte schapen en de gevolgen van foute keuzes, en de ondernemersmentaliteit van huidige jonge aristocraten, naast nog veel meer. Duidelijk wordt dat de rol van adel en patriciaat in de Nederlandse samenleving nog niet is uitgespeeld, mede dankzij de behoefte aan verhalen en beelden van aristocratische rijkdom, kastelen en buitenplaatsen, oftewel ‘het sprookje’, waar de media maar al te graag in voorzien.

De rol van adel en patriciaat in de Nederlandse samenleving is nog lang niet uitgespeeld 18


­

Kees Bruin promoveerde bij de Universiteit van Amsterdam op een studie naar de geschiedenis van het Nederlandse decoratiestelsel. Hij publiceerde ook over Amsterdamse oude en nieuwe elites, het Nederlandse adelsbeleid, multicultureel samenleven in de Utrechtse volksbuurt en Rembrandtverering in de twintigste eeuw.

Het verkrijgen, behouden en verliezen van een goede naam

gerelateerde boeken fiWapenspreuken van Nederlandse geslachtenfl

Goede namen Adel en patriciaat in naoorlogs Nederland Kees Bruin ISBN 978 94 625 8460 0 € 24,95

304 pag. 17 x 24 cm circa 25 afbeeldingen in kleur paperback met flappen NUR 680 oktober 2021

Christoph E.G. ten Houte de Lange Alle Diderik de Jonge Jan Spoelder

fiWapenspreuken van Nederlandse geslachtenfl

Vormgeving Victor de Leeuw (cover)


Reizen door de Nederlanden 1600-1700 Reizigers uit de hele wereld bezochten de Republiek der Verenigde Provinciën gedurende de zeventiende en acht­ tiende eeuw, voor zaken, een studie of uit nieuwsgierigheid naar het jonge land. Dankzij de uitgebreide reisverslagen die zij nalieten beschikken we over een groot aantal observaties en ervaringen van deze buitenstaanders. Hoe was het om door de Republiek te reizen? Wat bezochten en bewonderden zij? En wat vonden de reizigers van het land, de cultuur en haar bewoners? In dit boek vergezellen we deze reizigers op hun tocht met de trekvaart over de binnenwateren (efficiënt, maar met overlast van pijprokers), gaan we naar de beste winkels om prenten te kopen, bezoeken we een obscure religieuze sekte in Friesland en lachen we om de boter-obsessie van de Hollanders. We zijn getuige van hun ontmoetingen met kunstenaars, verzamelaars en geleerden, en beleven – door hun ogen – de vele schilde­ rijen, beelden en gebouwen die in deze periode werden gemaakt. In het geval van het praalgraf van Willem de Zwijger in Delft en de stadsuitbreiding van Amsterdam kunnen we de bouwwerkzaamheden zelfs op de voet volgen. De reisverslagen vormen waardevolle momentopnames van een land dat razendsnel veranderde. Samen met kunstwerken en andere objecten uit Nederlandse museumcollecties bieden zij een verfrissende blik op de jonge Republiek.

Reisverslagen als momentopnames van een veranderend land

20


Angela Jager en Marije Osnabrugge zijn beide kunsthistorici en als postdoctoraal onderzoekers werkzaam aan de ­Universiteit van Genève in een project dat vastgeroeste ideeën over de kunst en cultuur van de Nederlandse zeventiende eeuw bevraagt en zo nodig bijstelt.

h E t G rOt E

schilderkunst uit één van de meest opmerkelijke perioden

in de Nederlandse geschiedenis. De zeventiende eeuw noemt men vaak de Gouden Eeuw vanwege de grote rijkdom die toen werd vergaard, en de indrukwekkende

h E t G rOt E

GOUDEN EEUW bOEk et Grote Gouden Eeuw Boek geeft een compleet overzicht van de

h

GOUDEN EEUW bOEk

Op bezoek in de Republiek

gerelateerde boeken

In deze reeks verschenen eerder

cultuur die tot bloei kwam. Het was vooral de schilderkunst die daarin uitblonk. Talloze schilders met groot talent schiepen ge-

Het Grote 40-45 Boek

Jeroen Giltaij werd na zijn studie

durende die hele eeuw meesterwerken, die na ruim vier eeuwen

René Kok en Erik Somers

in 1972 assistent-conservator

nog steeds bewondering wekken. Hun schilderijen behoren tot de

in samenwerking met het niod

tekenkunst in het Museum

pronkstukken van musea waar dan ook ter wereld.

Boijmans Van Beuningen, waar

Aan het begin van de zeventiende eeuw begon men landschappen,

Het Grote Jaren 50 Boek

hij de catalogus schreef van de

stillevens, taferelen uit het dagelijks leven, zeegezichten en kerk-

Paul Brood, René Kok en

tekeningen van Rembrandt en

interieurs te schilderen zoals nog niet eerder was vertoond. Het

Erik Somers

zijn school. In 1978 werd hij hier

lijkt alsof de schilders hun dagelijkse omgeving wilden vastleggen,

in samenwerking met het

hoofdconservator oude schilder-

maar zij deden dat allemaal in het atelier achter de ezel. De

Nationaal Archief

en beeldhouwkunst en organi-

schilders hadden een verbeeldingskracht die men zich nu niet

seerde hij verschillende ten-

meer kan voorstellen. De hele eeuw lang dienden zich nieuwe

toonstellingen, onder meer over

talenten met een eigen stijl aan. De schilderkunst van de Gouden

thema’s in de zeventiende-eeuw-

Eeuw kenmerkt zich door een niet aflatende creativiteit, de

se schilderkunst. De catalogus

enorme productie en een stijl, die uniek was en kenmerkend

van de tentoonstelling over de

Het Grote Boerderijen Boek Ben Kooij en Judith Toebast in samenwerking met de Rijksdienst voor het Cultureel

voor die tijd. De grote namen Rembrandt, Vermeer en Frans Hals

architectuurschilderkunst werd

zijn wereldberoemd, maar ook de schilderijen van meesters met

in 1991 bekroond met de Prix

minder bekende namen zijn vaak prachtig, heerlijk, kostelijk of

Minda de Gunzburg. Hij promo-

indrukwekkend.

Erfgoed

veerde in 1997 op de Siciliaanse verzamelaar Antonio Ruffo,

De ‘Gouden Eeuw’ door buitenlandse ogen

Het Grote Gouden Eeuw Boek is geschreven en samengesteld door

die schilderijen bij Rembrandt

Jeroen Giltaij, oud-hoofdconservator Oude Schilderkunst in het

bestelde. In 2004 verscheen zijn

Museum Boijmans Van Beuningen.

derkunst van de Gouden Eeuw, uitgangspunt voor dit boek.

j e ro e n g i lta i j

www.wbooks.com

Angela Jager & Marije Osnabrugge

Op bezoek in de Republiek De ‘Gouden Eeuw’ door buitenlandse ogen Angela Jager Marije Osnabrugge ISBN 978 94 625 8465 5 € 24,95

128 pag. 22,5 x 27 cm circa 50 afbeeldingen in kleur gebonden NUR 646 november 2021

h E t G rOt E

GOUDEN EEUW bOEk

beknopte overzicht van de schil-

Vormgeving Victor de Leeuw


De stad, de mode en de vrijheid Maison Amsterdam gaat over 250 jaar modegeschiedenis van de hoofdstad: de vrijzinnige en creatieve stad waar alles kan. Het vertelt het verhaal van de excentrieke modestad die Amsterdam daardoor werd. Centraal staat hoe het thema vrijheid, maar ook onvrijheid, het modebeeld door de eeuwen heen bepaalde. De lezer maakt in het boek een wandeling door de stad, langs bekende plekken zoals de Dam, de Zeedijk, de Oostelijke Handelskade en het Vondelpark. Iconische haute couture schittert in de wereld van de oude Amsterdamse mode­ paleizen. Maar ook revolutionaire mode­trends, zoals de ministijl van Mary Quant, hebben een plek in dit boek, naast andere stijlen die voortkwamen uit viering en protest, zoals hippie en punk. En hoe kan het ook anders: natuurlijk komt ook Amsterdam Denim Capital aan bod – Amsterdam is de bakermat van vele bekende jeansmerken. De nadruk ligt op individuele kledingstukken en -stijlen, die ieder een eigen verhaal vertellen over vrijheid en onvrijheid, door de ogen van de ontwerper of de maker. Nauw verbonden met actuele thema’s zoals duurzaamheid, gender en diversiteit in de breedste zin van het woord. Maison Amsterdam is het boek bij de langverwachte gelijknamige tentoonstelling in De Nieuwe Kerk.

Amsterdam: de excentrieke en vrijzinnige modestad 22


Ninke Bloemberg is als conservator mode vanuit het Amsterdam Museum medesamensteller van Maison Amsterdam. Daarnaast werkt ze als conservator mode bij het Centraal Museum. Pieter Eckhardt is conservator tentoonstellingen van de Nieuwe Kerk en de Hermitage Amsterdam. Eerder is hij werkzaam geweest bij het Rijksmuseum en het televisieprogramma De Wereld Draait Door.

Ontwerpers van toen en nu Maison

De Nieuwe Kerk en het Amsterdam Museum presenteren

MAISON AMSTERDAM

gerelateerde boeken

DE STAD—DE MODE EN DE VRIJHEID Amsterdam Maison Amsterdam Ninke Bloemberg, Pieter Eckhardt (red.) ISBN 978 90 786 5387 5 € 27,95

160 pag. 23 x 30 cm circa 100 afbeeldingen in kleur en zwart-wit gebonden NUR 680 september 2021

In samenwerking met De Nieuwe Kerk Tentoonstelling 18 september 2021 t/m 3 april 2022 Vormgeving Studio Glamcult


De wereld volgens Carel Willink Carel Willink (1900-1983) woonde bijna heel zijn leven in het gebied rondom het Rijksmuseum. De wereld waarin hij leefde, veranderde hij soms in een wereld die hij schilderde. Hij maakte foto’s van allerlei huizen en beelden in zijn nabije omgeving en gebruikte die in zijn atelier voor een compositie. Daarin zijn elementen uit de werkelijkheid aangevuld met zijn fantasie. Amsterdam door de ogen van Carel Willink toont zijn foto’s en de schilderijen die hij ervan maakte. Zijn biograaf Rémon van Gemeren maakt een wandeling langs de plekken waar Willink inspiratie vond en waar hij woonde. Daarbij vertelt hij hoe Willink werkte en waar het in zijn schilderijen om draaide: een uiting van zijn liefde voor de zichtbare wereld, die hem houvast gaf in een bestaan dat verder nogal mysterieus, absurd en uitzichtloos was.

Wandel mee door het Amsterdam van Carel Willink 24


Rémon van Gemeren studeerde Nederlands. Hij is sinds 2007 docent Nederlands op het Johan de Witt ­Gymnasium in Dordrecht. Hij schreef een biografie over Jan Mankes. Van Gemeren werkt aan een biografie over Carel Willink.

Amsterdam

gerelateerde boeken

door de ogen van

Carel Willink

Amsterdam Carel Willink door de ogen van

Rémon van Gemeren

Amsterdam door de ogen van Carel Willink Rémon van Gemeren ISBN 978 94 625 8464 8 € 24,95

112 pag. 20 x 26,5 cm circa 40 afbeeldingen in kleur en zwart-wit paperback met flappen NUR 646 oktober 2021

Vormgeving Miriam Schlick


Wat iedere Utrechter weten moet Waarom heeft Utrecht zoveel werfkelders? Wat was de Snippen­vlucht? Waarom verspringen de huisnummers aan de Nieuwegracht? Hoe komt ’t Wed aan zijn naam? En wie was Louis Hartlooper eigenlijk? Allemaal vragen waar dit boek antwoord op geeft. Het boek neemt de lezer mee door de oude binnenstad van Utrecht en verhaalt over stadskastelen, de strijd tegen de pest, begijnen, de verdwenen Palmitentempel, brandspuithuisjes en nog veel en veel meer. Op een toegankelijke manier, maar degelijk onderbouwd en met vermelding van bronnen, komen dertig onderwerpen aan de orde. De meeste gaan over plekken in het centrum waar je misschien makkelijk aan voorbij loopt, maar waar een heel verhaal achter zit. Ook zijn er heimweetjes over bekende en minder bekende Utrechters, over naastenliefde en bedrijvigheid, over opmerkelijke panden en over dingen die juist uit het straatbeeld verdwenen zijn. Daarmee is het boek een must-have voor mensen die Utrecht nog niet zo goed kennen, maar ook voor stadsgidsen, historici en andere zogenaamde Utrechtologen. Want over onderwerpen als het kerkenkruis, Sint Maarten en de Utrechtse paus mag dan al veel geschreven zijn, maar hoe zit het nu echt? Je leest het allemaal in dit boek!

Het ultieme boek voor Utrechters, Utrechtenaren en Utrechtologen 26


Iris Dijkstra is gediplomeerd nationaal gids en leidt voor­ namelijk groepen rond in Utrecht – haar heim (thuis). In 2000 promoveerde ze in de psychologie, sindsdien is ze werkzaam als wetenschapsjournalist en eindredacteur, en als stadsgids, rondleider en reisbegeleider.

Stadsgids Iris Dijkstra neemt je mee door het onbekende Utrecht

Iris Dijkstra

Iris Dijkstra gerelateerde boeken

Stappen door m’n

Stappen door m’n

stadsie (on)bekend Utrecht in dertig heim-weetjes

Stappen door m’n stadsie (On)bekend Utrecht in dertig heim-weetjes Iris Dijkstra ISBN 978 94 625 8467 9 € 24,95

22 x 22 cm 216 pagina’s circa 200 afbeeldingen in kleur en zwart-wit gebonden NUR 693 oktober 2021

216 pag.

Vormgeving Richard Bos


Ik zou nog best nog wel een keertje net als vroeger ... Een stad is altijd in beweging. Gebouwen verschijnen en verdwijnen, straten worden opgebroken en verlegd en nieuwe woonwijken en industriegebieden verrijzen en groeien. Dat gebeurt altijd en overal, maar in Den Haag namen die ontwikkelingen na de oorlog een ongekende vlucht. De stad ontwikkelde zich tot een internationale en kosmopolitische ‘wereldstad aan zee’. Wie direct na de oorlog de kans op die ontwikkeling zou hebben geschetst, zou zijn uitgelachen en nagewezen. De stad leek onherstelbaar beschadigd en niet bij machte daar weer bovenop te komen. Alleen het platgebombardeerde Rotterdam was er ernstiger aan toe. Toch wist Den Haag uit het puin te herrijzen en in de dynamiek van de wederopbouw nam de welvaart hand over hand toe. De polders Escamp en Mariahoeve waren jarenlang één grote bouwput om de steeds toenemende bevolking te kunnen huis­ vesten. De Haagse samenleving werd steeds multicultureler en ook de jeugd eiste steeds meer zijn plek op met eigen muziek en andere normen en waarden. Deze gehele fascinerende periode is vereeuwigd door fotografen waarvan het werk voor een groot deel wordt bewaard in het Haags Gemeentearchief. Die foto’s geven een intrigerend beeld van het Haagse politieke, het maatschappe­ lijke en culturele leven tussen 1945 en 1970 in de ‘mooie stad achter de duinen’.

Bijzondere foto’s waarin je de stad weer tot leven ziet komen 28


Een intrigerend beeld van het naoorlogse leven in de Hofstad

Den Haag

gerelateerde boeken

Mooie stad 1945-1970 achter de duinen Dick Brongers

Den Haag 1945-1970 Mooie stad achter de duinen Dick Brongers ISBN 978 94 625 8456 3 € 24,95

144 pag. 24 x 31 cm circa 140 afbeeldingen in zwart-wit gebonden NUR 693 oktober 2021

In samenwerking met Haags Gemeentearchief Vormgeving Gijs Dragt


250 jaar bladeren door de tijd 250 jaar geleden begon de geschiedenis van het Brabants Dagblad toen op 2 juli 1771 in Den Bosch de eerste Brabantse krant verscheen. Het begin van 250 jaar roerige pers­ geschiedenis. Kranten volgden elkaar in rap tempo op, soms ook verschenen er drie of vier gelijktijdig. Met de concurrentie en de diversiteit begon ook de strijd om de gunst van de lezer. Die werd bediend met vaste rubrieken, nieuws uit de eigen omgeving, foto’s, puzzels, een speciale sportkrant en zelfs een gratis ongevallenverzekering voor abonnees. Geleidelijk ontstond de ‘moderne’ krant. Steeds manifesteerden zich opstandige redacteuren die zich strijdbaar verzetten tegen de overheid of stellingnamen in het politiek debat. Lang keek de overheid mee over hun schouders, en bij de kranten met een katholieke signatuur deden dat ook de bisschoppen van Den Bosch. De kranten­ mannen, in de twintigste eeuw ook de vrouwen, streden voor hun onafhankelijkheid en ontworstelden zich uiteindelijk aan hun censors. Ook, maar nog moeizaam, toen in 1941 door de Duitse bezetter een fusie werd afgedwongen tussen de twee grote Brabantse nieuwsbladen. Historicus en journalist John van Zuijlen bladert in dit boek door de kranten van weleer: 250 jaar geschiedenis door de ogen van de krant, dat is bladeren door de tijd.

De geschiedenis via de kolommen van de krant 30


John van Zuijlen studeerde geschiedenis en communicatie­­ wetenschappen aan de Nijmeegse universiteit. Hij werkte in het Museum Jan Cunen, bij het Limburgs Volkskundig Museum, het Nederlands Sportmuseum en de Stichting Historisch Boerderij Onderzoek in. Sedert 1984 schrijft hij een wekelijkse historische rubriek in het Brabants Dagblad.

Tydingen die belang hebben

250 JAAR BRABANTS DAGBLAD

Tydingen die belang hebben

gerelateerde boeken

1771- 2021

250 JAAR BRABANTS DAGBLAD

John van Zuijlen

Krantenmakers bleven hetzelfde doen: een krant maken die voor de lezer van belang is ‘Tydingen die belang hebben’ 250 jaar Brabants Dagblad John van Zuijlen ISBN 978 94 625 8454 9 € 24,95

176 pag. 23 x 28 cm circa 150 afbeeldingen in kleur en zwart-wit gebonden NUR 693 oktober 2021

In samenwerking met Brabants Dagblad Vormgeving Stephan Lerou


Het verhaal van de Nederlandse delta Samen met de natuurgebieden langs het Haringvliet en het Hollands Diep staat de Biesbosch op het punt te worden uitgeroepen tot een nationaal park van wereldklasse. Vooruitlopend daarop beschrijft dit boek alvast wat er de afgelopen jaren is gedaan om de natuur in deze delta van de Rijn en de Maas op een hoger plan te brengen. Meteen achter de Haringvlietsluizen – die sinds 2019 op een kier staan! – is in Scheelhoek tachtig hectare landbouwgrond omgezet in natuurgebied. Aan de monding van het Spui zijn zowel de Beninger als de Korendijkse Slikken opgeknapt en uitgebreid. Voor vogels zijn in het Haringvliet twee eilanden opgespoten, de Slijkplaat en Bliek, waarvan Bliek voor het publiek toegankelijk is. De lezer vaart mee naar de Ventjagersplaten, trekt in bij een vogelteller die in een bunker op de Kwade Hoek samen­ woonde met ratten, verneemt hoe een jager/bosbouwer zijn aangeplante bos in de Oeverlanden met fietsbanden beschermde tegen konijnenvraat, gaat mee meeuwen ringen op de Sassenplaat en krijgt begrip voor een rietdekker die een eivormige vogelkijkhut van een rieten dak moest voor­ zien. Ook leert hij wat een vishotel is, hoe het de visarenden en de zeearenden vergaat en hoe zich voor de kust van Voornes Duin een nieuwe waddengebied ontwikkelt.

In 2021 is het 600 jaar geleden dat de Biesbosch ontstond 32


Wim van Wijk kwam ter wereld in de Biesbosch, vlak na de watersnoodramp. In datzelfde huis woont hij nu nog. Als journalist schreef hij voor kranten, vakbladen en tijdschriften over de Biesbosch en over het waterbeheer van Nederland. Jacques van der Neut ontwikkelde zijn fascinatie voor de fotografie in de doka van zijn vader. In 1977 trad hij in dienst bij Staatsbosbeheer. In 1983 werd hij boswachter in de Biesbosch.

Geschreven en gefotografeerd door twee Biesboschkenners bij uitstek

Biesbosch en Haringvliet

gerelateerde boeken

natuur van wereldklasse Jaques van der Neut Wim van Wijk

Biesbosch en Haringvliet Natuur van wereldklasse Wim van Wijk, Jacques van der Neut ISBN 978 94 625 8452 5 € 24,95

160 pag. 23 x 28 cm circa 200 foto’s in kleur gebonden NUR 410; 693 oktober 2021

Vormgeving Gijs Dragt


Het tongewelf van de Grote Kerk in Naarden Het lijkt een vriendelijke begroeting, een omhelzing bijna. Het gezicht van de rechter man is vol vertrouwen, en hij legt zijn hand op de rechterarm van zijn metgezel. Maar die steekt hem met links een dolk in de rug. We staan oog in oog met de Middeleeuwen, en met een van de meest dramatische verhalen uit het Oude Testament. Onder het dak van de Grote Kerk Naarden, beroemd van de jaarlijkse opvoering van de Mattheus Passion, bevindt zich een houten gewelf dat tussen 1510 en 1518 is beschilderd met Bijbelse taferelen. De artistieke kwaliteit van deze afbeeldingen is lang onderschat, maar kenners worden steeds enthousiaster. Nu spreken kunsthistorici over de ‘Sixtijnse kapel van het noorden’. De conditie van de schilderingen is recent onderzocht, maar op veel vragen is er nog geen antwoord. In Hemelbestormers proberen (kunst)historici en theologen het geheim van het gewelf te ontrafelen. Wie financierde de schilderingen, en hoe zijn ze uitgevoerd? Wat zijn de afwegingen geweest bij restauraties in het verleden? Wat moest de Middeleeuwse gelovige van de afbeeldingen leren? En wat kunnen de verhalen over verraad, liefde, geloof en trouw nog betekenen voor de bezoeker van nu? Met bijdragen van Jan Greven, Anton Kos, Joost Röselaers en Herman Pleij.

Sixtijnse kapel van het Noorden 34


Marchien den Hertog is hoofdredacteur van Haagse Historie en doet research voor televisiedocumentaires. Froukje Holtrop is kunsthistoricus. Ze is auteur en beeld­ redacteur voor Ons Amsterdam en diverse historische publicaties

De geheimen van 500 jaar oude schilderingen ontrafeld

HEMELBESTORMERS GEHEIMEN VAN HET GEWELF IN DE GROTE KERK NAARDEN

gerelateerde boeken

MARCHIEN DEN HERTOG EN FROUKJE HOLTROP

Hemelbestormers Geheimen van het gewelf in de Grote Kerk Naarden Marchien den Hertog, Froukje Holtrop ISBN 978 94 625 8449 5 € 19,95

128 pag. 20 x 26,5 cm circa 75 afbeeldingen in kleur gebonden NUR 680, 693 oktober 2021

In samenwerking met Grote Kerk Naarden Vormgeving Marinka Reuten


Het complete repertorium van wapenspreuken Tot op heden bestaat geen naslagwerk waarin de wape­n­ spreuken van geslachten en families systematisch worden behandeld. Dit boek voorziet in die lacune. Wapenspreuken van Nederlandse geslachten is een beredeneerd overzicht van wapen­­spreuken van wapens van Nederlandse adellijke en patriciaatsfamilies. Uitgangspunt hierbij zijn de wapen­ spreuken van de Nederlandse adel sinds 1813 en van de Nederlandse patriciaatsfamilies, waarvan de genealogieën zijn gepubliceerd in Nederland’s Adelsboek, Nederland’s Patriciaat, Stam en wapenboek van aanzienlijke Nederlandsche familiën en Repertorium familiewapens bekende Nederlandse geslachten. In totaal gaat het om ongeveer 430 wapenspreuken. Er wordt uitgebreid ingegaan op de aard van de wapenspreuken en op de bronnen waaraan deze zijn ontleend. Ook wordt onderzocht in hoeverre een wapenspreuk een toespeling op de familie­ naam en het familiewapen bevat. Tenslotte komt aan de orde welke families een gelijkluidende wapenspreuk voerden en welke wapenspreuken een vergelijkbare versie in andere talen hebben. De wapenspreuken staan op alfabetische volgorde vermeld met een afbeelding van het betreffende familie­wapen, de familienaam en een korte verwijzing naar een van de genealogieën.

Het eerste complete naslagwerk over Nederlandse adellijke en patriciaatsfamilies 36


Christoph E.G. ten Houte de Lange richtte in 1989 het ­Nederlands Instituut voor Genealogisch en Heraldisch Onder­zoek op. Alle Diderik de Jonge publiceert over de cultuurgeschiedenis van de Nederlandse late achttiende eeuw. Hij is voorzitter van het bestuur van de Stichting ‘Het Blauwe Boekje’, die verantwoordelijk is voor de uitgave van Nederland’s Patriciaat. Jan Spoelder was als c ­ lassicus werkzaam aan het Erasmiaans Gymnasium te Rotterdam en aan het Kennemer Lyceum te Overveen, waar hij tevens rector was.

Wapenspreuken van alle families in het rode en blauwe boekje

fiWapenspreuken van Nederlandse geslachtenfl

Christoph E.G. ten Houte de Lange Alle Diderik de Jonge Jan Spoelder

gerelateerde boeken

fiWapenspreuken van Nederlandse geslachtenfl

Wapenspreuken van Nederlandse geslachten Christoph ten Houte de Lange, Alle Diderik de Jonge, Jan Spoelder ISBN 978 94 625 8463 1 € 29,95

192 pag. 17 x 24 cm circa 450 afbeeldingen in kleur gebonden NUR november 2021

Vormgeving Marjo Starink


Het standaardwerk over 175 jaar spoor Spoorweghistoricus Guus Veenendaal beschrijft in Het Grote Spoor Boek, aan de hand van zo’n 450 foto’s, wat er sinds 1839 op en naast het Nederlandse spoor gebeurde. In deze lange periode veranderde niet alleen het land, maar ook het spoor­ bedrijf ingrijpend. Het nieuwe vervoermiddel zorgde ervoor dat mensen ‘vlug, veilig en voordeelig’ van a naar b konden reizen. De komst van de spoorwegen bracht ook de bouw van spoordijken, bruggen en monumentale stations met zich mee. En niet onbelangrijk: met de komst van de spoorwegen verscheen er ook een uniforme tijd, die overal in Nederland gelijk was. De foto’s in dit boek zijn voor het grootste deel afkomstig uit de rijke collectie van het Spoorwegmuseum in Utrecht. De foto’s zijn ondergebracht in thema’s als personeel, reizigersvervoer, goederen op het spoor, stations en veiligheid. Bij iedereen die meer wil weten over meer dan 180 jaar spoorweggeschiedenis in Nederland mag Het Grote Spoor Boek niet in de kast ontbreken.

Het Nederlandse spoorbedrijf in fotohistorisch perspectief 38


Klassieker op veler verzoek verkrijgbaar in midsize editie

SPOOR

H E T G ROT E

gerelateerde boeken

In deze reeks verschenen eerder Het Grote 40-45 Boek René Kok en Erik Somers In samenwerking met het NIOD Het Grote Jaren 50 Boek Paul Brood, René Kok en Erik Somers In samenwerking met het Nationaal Archief Het Grote Boerderijen Boek Onder redactie van Ben Kooij en Judith Toebast In samenwerking met de Rijks dienst voor het Cultureel Erfgoed Het Grote Gouden Eeuw Boek

H E T G ROT E

Jeroen Giltaij

SPOOR

The Great Golden Age Book Jeroen Giltaij Het Grote Jaren 60 Boek Paul Brood, René Kok en Erik Somers In samenwerking met het

BOEK

Nationaal Archief

GUUS VEENENDAAL JOS ZIJLSTRA JOHAN DE BRUIJN

Het Grote Spoor Boek Guus Veenendaal ISBN 978 94 625 8461 7 € 29,95 Midsize editie

368 pag. 19,5 x 25 cm circa 400 afbeeldingen in kleur en zwart-wit gebonden NUR 680 oktober 2021

In samenwerking met Het Spoorwegmuseum Vormgeving Afra Dijkstra


Zierikzeese meester van de Gouden Eeuw Arnoldus van Anthonissen (1631-1703) is vooral bekend als derde generatie marineschilder, zoon van Hendrick van Anthonissen en kleinzoon van Aert Anthonisz., wiens wortels in Vlaanderen liggen. Familiebanden zijn er met de eveneens als zeeschilders actieve Jan en Julius Porcellis. Arnoldus werkt niet alleen als fijnschilder, hij hanteert ook de grote kwast. In het St. Lucasgilde in Leiden schopt hij het tot deken van de ‘grofschilders’. Ook in Zierikzee drukt hij zijn stempel op het St. Lucasgilde ter plaatse. Daar moet hij een kunsthandel hebben gehad, schildert hij zijn marines, maar evengoed landkaarten, wapenborden en het interieur van het schip Tholen. Zijn (tweede) vrouw runt daarnaast een hoedenwinkel. Hij is een aantal jaar lid van het Middelburgse St. Lucasgilde, waar hij zich laat inschrijven als ‘fijnschilder en merbelaer’, marmer­ imitatieschilder. Van Anthonissen zal veelvuldig hebben geschakeld vanuit zijn brede palet aan vaardigheden en is daarmee een echte zeventiende-eeuwer, een cultureel ondernemer pur sang. Frank van der Ploeg en Inge Schipper beschrijven in dit vierde deel in de veelbesproken reeks over Zeeuwse meesters leven en werk van deze regionale grootmeester met nationale uitstraling.

Arnoldus van Anthonissen, schilderkundige duizendpoot 40


Kunsthistoricus Frank van der Ploeg is actief als beleids­ adviseur, curator en publicist. Hij tekende eerder voor Portretten door Zeeuwse meesters uit de Gouden Eeuw. Inge Schipper, conservator van het Stadhuismuseum Zierikzee, levert een bijdrage over het Zierikzeese St. Lucasgilde.

Deel 4 in de reeks Zeeuwse meesters van de Gouden Eeuw

ARNOLDUS VAN ANTHONISSEN EEN ZEEUWSE MEESTER UIT DE GOUDEN EEUW

gerelateerde boeken

FRANK VAN DER PLOEG

Arnoldus van Anthonissen Een Zeeuwse meester uit de Gouden Eeuw Frank van der Ploeg, Inge Schipper ISBN 978 94 625 8451 8 € 14,95

96 pag. 17 x 24 cm circa 100 afbeeldingen in kleur paperback met flappen NUR 646 december 2021

In samenwerking met Stadhuismuseum Zierikzee Vormgeving Marinka Reuten


Picasso’s monumentale etsenreeks Tussen 1930 en 1937 maakte de wereldberoemde kunstenaar Pablo Picasso (1881-1973) een reeks van 100 monumentale etsen. De reeks is de geschiedenis ingegaan als Suite Vollard, zo genoemd naar Ambroise Vollard. Hij was een van de belangrijkste kunsthandelaars van Parijs. Vanaf hun eerste ontmoeting in 1901 steunde Vollard Picasso’s carrière en gaf later opdracht tot het maken van de prentenserie. Suite Vollard bevat etsen over uiteenlopende onderwerpen, zoals de Griekse mythologie, het atelier van de kunstenaar en Picasso’s bewondering voor het werk van Rembrandt. Alle thema’s die de kunstenaar eigen zijn komen in deze topwerken terug. Elke ets toont Picasso’s absolute meesterschap en grenzenloze verbeeldingskracht in techniek en kunst. Ambroise Vollard is helaas in 1939 overleden bij een tragisch auto-ongeluk, waardoor hij het succes van de serie niet heeft meegemaakt. De prenten uit de serie raakten verspreid. Slechts een beperkt aantal complete series is bewaard gebleven, zoals in de collectie van Fundación MAPFRE in Madrid. Deze is in het najaar in Het Noordbrabants Museum te zien

Fascinerend werk van de kunstenaar die de kunstgeschiedenis op zijn kop zette

100 wereldberoemde etsen vernoemd naar kunsthandelaar Ambroise Vollard 42


Leyre Bozal Chamorro studeerde kunstgeschiedenis aan de Universidad Complutense in Madrid. Sinds 2009 werkt zij als conservator collecties bij Fundación MAPFRE.

gerelateerde boeken

PICASSO’S SUITE VOLLARD

Boven: © Pablo Picasso, Naakte vrouw voor een standbeeld, 1931, c/o Succession Picasso, Pictoright Amsterdam 2021 Onder: © Pablo Picasso, Beeldhouwer, model en sculptuur, 1933, c/o Succession Picasso, Pictoright Amsterdam 2021

Picasso’s Suite Vollard Etsen uit de Fundación MAPFRE collectie Leyre Bozal Chamorro ISBN 978 94 625 8408 2 € 24,95

144 pag. 22,5 x 27 cm circa 100 afbeeldingen in kleur en zwart-wit gebonden

In samenwerking met Het Noordbrabants Museum Tentoonstelling 9 oktober 2021 t/m 13 februari 2022

NUR 646 Vormgeving Frederik de Wal


Surrealisme uit Leipzig Kristina Schuldt (1982, Moskou) creëert in haar schilderijen een eigen beeldtaal. Figuren die doen denken aan Picasso of Léger zitten in een minirok en plateauzolen achter een laptop. Zo krijgt de avantgarde van de 1920’s een update naar de jaren 2020. Krachtig en speels bewegen de vrouwen in Schuldts wereld zich voort. Het zijn vrouwen die ruimte innemen, vrouwen die met bravoure kwetsbaar zijn. Schuldt schildert vaak vanuit persoonlijke ervaring. Zo reflecteert het schilderij Muse onder meer op de worsteling met het niet toekomen aan schilderen. Kristina Schuldt woont en werkt in Leipzig. Zij is onderdeel van de Neue Leipziger Schule, de verzamelnaam voor de Leipziger schilders van de vierde generatie die hun opleiding aan de Hochschule für Grafik und Buchkunst genoten. De tentoonstelling Kristina Schuldt – Brutal Paradise zal te zien zijn van 8 oktober 2021 t/m 13 februari 2022 en is onderdeel van een reeks van vijf opeenvolgende solotentoonstellingen van vrouwelijke kunstenaars die het Drents Museum in 2021/2022 presenteert.

Kristina Schuldt behoort tot de Neue Leipziger Schule 44


gerelateerde boeken

Kristina Schuldt

Brutal Paradise Kristina Schuldt Brutal Paradise Rannilt Pol (red.) ISBN 978 94 625 8462 4 € 24,95

(DETAIL) X XXXX X XX

708

Platformlaarzen en smartphones trekken haar werk naar het heden

Kristina Schuldt

37-0-8

Rannilt Pol studeerde af in Cultuurwetenschappen en Kunst­ geschiedenis. Ze is Beringer Hazewinkel Conservator Kunst in opleiding bij het Drents Museum en stelde de tentoonstelling samen.

80 pag. 23 x 30 cm circa 50 afbeeldingen in kleur paperback met flappen NUR 646 oktober 2021

In samenwerking met Drents Museum Tentoonstelling 8 oktober 2021 t/m 13 februari 2022 Vormgeving Albertine Dijkema


Nederlandse kerkelijke kunst tussen traditie en avantgarde In de periode 1918-1971 werden in Nederland maar liefst duizend kerken en kloosters gebouwd. Religieuze kunstenaars worstelden met de manier waarop ze zich moesten verhouden tot de moderne, profane kunst. Sommige kunstenaars zochten de traditie, anderne de aansluiting bij de avantgarde. De laatste werd door de kerk met grote argwaan bekeken. In overleg met hun opdrachtgevers zochten de meeste religieuze kunstenaars een compromis tussen kerkelijke traditie en moderne kunst. Deze kerkelijke kunst wordt nu bedreigd door sloop en vernietiging. Daarmee komt dit boek precies op tijd. In het boek komen onder meer aan de orde: het glas-in-lood­ ensemble van Lodewijk Schelfhout in de kweekschool in Hilversum; de kerkbouwers Jan van Hardeveld, Jean Huijsmans, Harry Nefkens en Jos Schijvens en de kerkschilder Jaap Min. Ook aan bod komen de bouwkundige identiteit van de wijk Geitenkamp in Arnhem, het Sint Sebastianusbeeld van Zadkine in het Van Abbemuseum, het christelijke oeuvre van Jan Sluijters en de controversiële kruiswegen van Toorop, Servaes, De Haas en Tytgat. Dan gaat het ook over kunst­werken die breken met de christelijke traditie: de voor Nederland unieke koorwand uit 1968 van Libert Ramaekers in Sittard en de even bijzondere Aktion im Moor van Joseph Beuys uit 1971 in de Peel. De teksten in dit boek werden geschreven door jonge kunsten cultuurwetenschappers van de Open Universiteit, onder leiding van Jos Pouls.

Kerkelijke kunst 1918-1971 wordt bedreigd door verval en sloop 46


Jos. H. Pouls PhD is kunst- en cultuurhistoricus. Hij werkte van 1982 tot 2013 in het HBO-Kunstonderwijs en van 1984 tot 2021 aan de Open Universiteit. In 2002 promoveerde hij op een proefschrift over de Bisschoppelijke Bouwcommissie van Roermond. Zijn specialisme is de moderne religieuze kunst en architectuur.

Worstelingen in de modern-christelijke kunst

Jos H. Pouls (red.)

gerelateerde boeken

Jos H. Pouls (red.)

Uit het keurslijf

Uit het keurslijf

De moeilijke strijd om de modern-christelijke kunst in Nederland 1918-1971

Uit het keurslijf De moeilijke strijd om de modern-christelijke kunst in Nederland 1918-1971 Jos Pouls (red.) ISBN 978 94 625 8466 2 € 34,95

224 pag. 20 x 26,5 cm circa 120 afbeeldingen in kleur en zwart-wit gebonden NUR 646 september 2021

In samenwerking met Open Universiteit Vormgeving Marjo Starink


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.