“EEN INDRUKW EKKEN
DE EXPOSITIE ”
REN INSTRIJKEN, “AAIEN EN TEGEN DE HA T ALLEBEI OVERTUIGEND.” DE LAATSTE AAI DOET HE * * * * DE VOLKSKRANT
TOTZOVER.NL
ALGEMEEN DA GBLAD
Nederlands Uitvaart Museum
nr 1
VAN EYCK
Hemelse precisie
jan-feb 2020 • € 9,95 • verschijnt 8x per jaar Den Haag
George Stubbs Portrettist van luxepaarden Utrecht
Joop Moesman Surrealist met
Bergen, Museum Kranenburgh vrouwenobsessie Riehen-Basel
Edward Hopper
Van schildersdoek naar witte doek
+ de tentoonstellingsagenda 32 pagina’s gratis bijlage
LINGS t TENTOONSTEL complete overzich AGENDA Het meest
Gent, Museum voor Schone Kunsten
BP
WEGENS SUCCES VERLENGD T/M 23 FEBRUARI 2020
nr 1 • 2020
OI” O M D EREN HET PAROOL O R T N “O
museumtijdschrift
EERBETOON AAN DODE DIEREN
MET O.A. HERMAN DE VRIES | STEPHAN VANFLETEREN | JOP VISSERS VORSTENBOSCH | TINKEBELL
DE LAATSTE AAI
Extra! 4 kunstkaarten
20
JAN
8
MRT
INHOUD-
Beeld omslag: Jan van Eyck, ‘Portret van een man met blauwe kaproen’, 1428-30, olieverf op paneel, 22 x 17 cm, Muzeul National Brukenthal, Sibiu
museumtijdschrift.nl
nr 1 / januari-februari 2020
34
Edward Hopper, ‘Second Story Sunlight’, 1960, olieverf op doek, 102 x 127 cm, Whitney Museum of American Art, New York © Erven Josephine Hopper / 2019, Prolitteris, Zürich
64
54 6
58 OUDE KUNST
20 Jan van Eyck
Hoe de mysterieuze Vlaamse meester een revolutie teweegbracht door Erik Spaans OUD, MODERN EN HEDENDAAGS
26 De kleurrijke blik
Brengen ‘zwarte’ tentoonstellingen in 2020 eindelijk meer diversiteit? door Edo Dijksterhuis
26 11-18
MUSEUM - KORT
De mooiste tentoonstellingen in binnen- en buitenland, inclusief de vooruitblik
HEDENDAAGSE KUNST
34 Mark Manders
Met monumentale, archetypische beelden ontsnappen aan de tijd door Frits de Coninck MODERNE KUNST
42 Joop Moesman
Nederlands enige surrealist en zijn complexe relatie tot vrouwen door Robert-Jan Muller INTERVIEW
71-77
32 53
MUSEUM & MEER het atelier Jan Beutener de gevestigde Ans Markus de nieuwkomer Justine Tjallinks en Gus Drake boeken etc. nieuw: de lezerspagina Met abonneevoordeel, arrangementen en reacties
COLUMNS
Oek de Jong Het lam van Zurbarán nieuw: Op zaal De sokkel
46 Stationskunst
Evelien de Munck Mortier over bijzondere kunstwerken rond het spoor door Sophia Zürcher OUDE KUNST
54 Edele dieren
De Brit George Stubbs wist het karakter van paarden feilloos te vatten door Saskia Cohen HEDENDAAGSE KUNST
58 Onderwaterwereld
De diepte van de zee biedt inspiratie voor uiteenlopende kunstenaars door Arjan Reinders MODERNE KUNST
64 Edward Hopper
Het verstilde, filmische werk van de ‘typisch Amerikaanse’ schilder door Kees Keijer
7
Jan van Eyck, ‘De Annunciatie’, ca. 1434-1436, olieverf op paneel, overgebracht op doek, 92,7 x 36,7 cm, National Gallery of Art, Washington
S
pinnenwebben die tevoorschijn komen bij een schoonmaakbeurt – het klinkt een beetje merkwaardig. Normaalgesproken worden spinnenwebben bij het schoonmaken juist opgeruimd. Maar bij de restauratie van het vermaarde veelluik De Aanbidding van het Lam Gods (1432) uit de Gentse SintBaafskathedraal ging het dus andersom. Na het verwijderen van de vergeelde vernislagen van het paneel waarop opdrachtgever Joos Vijd in geknielde houding is afgebeeld, werden details zichtbaar die eeuwenlang verborgen waren, waaronder de ragfijn geschilderde draden van een spinnenweb. Met dit soort details gaf de maker van het werk, Jan van Eyck (ca. 1390-1441), de voorstelling een zweem van alledaags realisme. Hij durfde daarin behoorlijk ver te gaan: de rimpels, aderen en pukkels op het gelaat van de opdrachtgever van Het Lam Gods zijn genadeloos gedetailleerd weergegeven. Ook schiep Van Eyck er zichtbaar genoegen in om huiselijke voorwerpen als een zandloper, reukflesje of koperen kandelaar met de precisie van een stilleven schilder weer te geven. Voorwerpen hellen op illusionistische wijze over de rand van het beeldvlak en boeken zijn zó nauwgezet geschilderd, dat je de pagina’s haast kunt tellen. De schilder gooit de deur open om het gewone leven binnen te laten in zijn religieuze taferelen. Anders gezegd: Van Eyck maakte gretig gebruik van aardse details om hemelse onderwerpen te verbeelden.
FONKELEND De tentoonstelling ‘Van Eyck. Een optische revolutie’ biedt opgefriste schilderijen van de meester en accentueert diens rol als artistiek pionier. Dat gaat gepaard met veel publicitair tromgeroffel. Veel werken zullen voor het eerst te zien zijn ‘in hun oorspronkelijke fonkelende toestand, zoals alleen Van Eycks tijdgenoten ze konden bewonderen’, aldus het Museum voor Schone Kunsten. Met gepaste trots wordt gemeld dat op deze ‘grootste Jan van Eycktentoonstelling ooit’ de helft van alle
22
bewaard gebleven werken van de meester bijeen is gebracht. Over hoe groot zijn oeuvre is, lopen de meningen uiteen. De ‘rekkelijken’ tellen 22 à 23 kunstwerken, terwijl de teller van de ‘preciezen’ stokt rond de vijftien. De acht, in de afgelopen jaren gerestaureerde, buitenluiken van het Lam Godsaltaarstuk vormen de rode draad. Ze worden afzonderlijk en verdeeld over de tentoonstellingszalen getoond, om de belangrijkste thema’s in het oeuvre van Van Eyck te illustreren, en zijn aangevuld met andere schilderijen van de meester en/of zijn medewerkers. Verder zijn er zo’n tachtig miniaturen, tekeningen, sculpturen en tapijten uit de Bourgondische Nederlanden te zien naast een aantal werken van Italiaanse tijdgenoten als Fra Angelico, Pisanello en Masaccio. Er is veel aandacht voor de artistieke en politieke kringen waarin Van Eyck verkeerde en voor zijn opdrachtgevers, maar ook voor de historische ontwikkelingen in de Vlaamse steden (Brugge, Gent, Rijsel) waar hij werkzaam was. In de late Middeleeuwen kwamen handel, cultuur en nijverheid in Vlaanderen tot grote bloei. Maar daarmee is beslist niet
gezegd dat alles pais en vree was. Jan van Eyck leefde in turbulente tijden. Er waren gewelddadige oproeren in de Gentse lakenindustrie en Vlaanderen kreeg te maken met een boycot van de Duitse Hanze. Brugge raakte in een economische crisis, die uitmondde in een opstand tegen de vorst. Geïnspireerd door Jeanne d’Arc boekte het Franse leger ondertussen een reeks successen in de oorlog met Engeland, alvorens de Maagd van Orléans op de brandstapel belandde. Het krijgsgewoel strekte zich in deze jaren uit tot in Vlaanderen, waar pest en hongersnood regelmatig de kop opstaken. Over wat Jan van Eyck in deze roerige tijden zoal uitspookte, weten we maar weinig. De schilder verbleef een tijdje in Den Haag en maakte deel uit van een diplomatiek gezelschap dat door de Bourgondische hertog Filips de Goede (1396-1467) naar Lissabon werd gezonden ter voorbereiding van diens huwelijk met de Portugese prinses Isabella. Van Eyck moet meer hebben gereisd. Wellicht bezocht hij Spanje en Italië en misschien zelfs het Heilige Land. Vast staat dat hij veel respect genoot van Filips de Goede en daar een bijzondere status aan ontleende. Van Eyck onttrok zich aan de regels van de schildersgilden, zoals restricties van het aantal leerlingen en assistenten, en hoefde evenmin contributies of belastingen te betalen. Dat Van Eyck een bijzondere positie innam, blijkt ook uit het feit dat hij – destijds zeer ongebruikelijk – zijn werken signeerde. Bij meerdere schilderijen schreef hij het devies ‘als ich can’ op de lijst, wat zoveel betekent als: ‘ik doe er alles aan om zo goed mogelijk te schilderen’. Het getuigt volgens de catalogus bij de tentoonstelling van een ‘voor die tijd voor een schilder opmerkelijke graad van zelfbewustzijn’.
GELEERD MAN Jan van Eyck voltooide in 1432 het omvangrijke Lam Gods-retabel, waaraan zijn oudere broer Hubert in de jaren twintig reeds begonnen was. Tot frustratie van kunsthistorici kan geen enkel individueel werk aan Hubert worden toegeschreven. Hetzelfde geldt voor die ándere broer,
Van Eyck onttrok zich aan de regels van de schildersgilden.
Jan van Eyck, ‘De Madonna bij de fontein’, ca. 1440, olieverf op paneel, 21,3 x 17,2 cm, part. coll., courtesy Frick Collection
Jacob Lawrence, ‘Wounded Man’, 1968, Walter O. Evans Foundation for Art and Literature, te zien op ‘Tell Me Your Story’
26
Rembrandt van Rijn, ‘Tronie van een zwarte vrouw’, ca. 1630, ets, staat II, 9,7 x 7,7 cm, Museum Het Rembrandthuis, te zien op ‘Hier. Zwart in Rembrandts tijd’
OUDMODERN& HEDENDAAGS-
HET JAAR VAN
de kleurrijke blik Musea zoeken al een tijdje naar andere verhalen en een breder publiek. Dit jaar staat in opmerkelijk veel tentoonstellingen de zwarte cultuur centraal. Hype of eindelijk meerstemmigheid? DOOR EDO DIJKSTERHUIS
D
e invloed van zwarte cultuur op de mode, in het Centraal Museum in Utrecht. ‘Tell Me Your Story’ in Kunsthal Kade in Amersfoort, met honderd jaar Afro-Amerikaanse kunst. ‘Zwart in Rembrandts tijd’ in Museum Het Rembrandthuis en een tentoonstelling over de wortels van de hedendaagse Surinaamse kunst in het Stedelijk Museum Amsterdam. Het is slechts een kleine greep uit het museale aanbod van 2020 waarin het werk van zwarte kunstenaars, de zwarte mens in de kunst of zwarte cultuur als inspiratiebron centraal staat. Wie de tentoonstellingsagenda’s bestudeert, komt tot de conclusie dat dit een omslagjaar belooft te worden. Grote katalysator van de hausse aan ‘zwarte’ tentoonstellingen is het Rijksmuseum, waar vanaf eind september een grote tentoonstelling is te zien over slavernij. Volgens conservator Valika Smeulders bestaat er echter al langer aandacht voor het onderwerp. “De Unesco gaf in de jaren negentig een aanzet met het wereldwijde Slave Route Project. In 2003 en 2013, respectievelijk 140 en 150 jaar na de afschaffing van de slavernij, zijn in Nederland belangrijke slavernijentoonstellingen geweest, in onder andere het Wereldmuseum, het Tropenmuseum en het Scheepvaartmuseum. De opening in 2016 van het National
Hendrick Heerschop, ‘Koning Caspar’, 1654, olieverf op paneel, Staatliche Museen zu Berlin, Berlijn, te zien op ‘Hier. Zwart in Rembrandts tijd’
Zacht briesende
boven: ‘Mares and Foals in a River Landscape’, 1763-68, olieverf op doek, 102 x 162 cm, Tate Britain, Londen rechts: ‘Lord Torrington’s Hunt Servants, Setting Out from Southill, Bedfordshire’, ca. 1767, olieverf op doek, 61 x 105 cm, Mount Stuart, Isle of Bute
54
De Britse George Stubbs wist zich te ontwikkelen tot dé paardenportrettist van de achttiende eeuw. Dat deed hij door uitvoerig anatomisch onderzoek en met een fijn gevoel voor de wensen van de heersende klasse. DOOR SASKIA COHEN
OUDEKUNST-
raspaarden
I
s het de nabijheid van het Hof? Of de ligging naast duinen en strand, waar het zo fijn draven is? Wat het ook mag zijn, het Mauritshuis in Den Haag heeft iets met paarden. Tien jaar geleden was er de mooie tentoonstelling ‘Te paard! De wereld van Philips Wouwerman’, die verfijnde en o zo productieve zeventiende-eeuwse Haarlemse schilder in wiens werk paarden prominent figureren. Nu is er aandacht voor de achttiendeeeuwse Britse ‘paardenportrettist’ George Stubbs. Zijn werk wordt getoond in een kernachtige presentatie, met als blikvanger het spectaculaire, bijna levensgrote schilderij van het raspaard Whistlejacket
(1762), de trots van de National Gallery in Londen. Stubbs mag dan beroemd zijn in het Verenigd Koninkrijk, in Nederland is zijn faam nog niet tot een breed publiek doorgedrongen. Vreemd is dat niet. George Stubbs (1724-1806) schilderde in opdracht van de Britse adel en zijn werk bleef grotendeels in privébezit. Als het wel op de markt kwam, ging het binnen de kortste keren voor veel geld naar ‘nieuwe adel’, zoals de Amerikaanse bankierszoon, filantroop en racepaardenfokker Paul Mellon. In Nederlandse openbare collecties vinden we kortom geen schilderijen van Stubbs. Toch is een selectie van zijn werk nu ‘on the continent’ te zien. De
55
S L A T NE M L I F IN DE rd Hopper, a w d E n a v n je ri De schilde mheid, zijn a a z n e e e ld ti rs e vol v auwelijks in n n e k ro p s e lg a norma tion Beyeler a d n o F . n ie z te Europa in en toont g n ri e d n ra e v r a brengt da t witte doek. e h t e m p a h c ts zijn verwan IJER DOOR KEES KE
H
et beeld van Amerika in de twintigste eeuw is voor velen onlosmakelijk verbonden met de schilderijen van Edward Hopper. Wie kent ze niet, de stadsgezichten met eenzame verkopers, brede stroken zonlicht over lege trottoirs, een drogisterij om vier uur ‘s ochtends. Niemand anders wist het isolement van verveelde paren in hotels zo intens weer te geven, of een New Yorkse diner waar de laatste gasten een sigaret roken. In de schilderijen van Hopper heerst vaak een siësta-achtige loomheid. Figuren zijn in zichzelf gekeerd en wachten op wat komen gaat. Ze zijn uiterst onderkoeld geobserveerd, maar juist daardoor worden de scènes ervaren als een confrontatie met de condition humaine, met de leegheid van het bestaan. Niet voor niets wordt Edward Hopper (1882-1966) in de Verenigde Staten algemeen beschouwd als de grootste Amerikaanse realist van de twintigste eeuw.
64
MODERNEKUNST-
‘Cape Ann Granite’, 1928, olieverf op doek, 73,5 x 102,3 cm, part. coll. © Erven Josephine Hopper / 2019, ProLitteris, Zürich
65
FUNDATIE
VOLGEND NUMMER Van feministische barok tot videokunst Artemisia Gentileschi
Nam June Paik
Oceanië
Artemisia Gentileschi, ‘Zelfportret als luitspeler’, 1615-18
Nam June Paik, ‘TV-Buddha’, 1974
Boegbeeld van een kano, Salomonseilanden, 19e eeuw
VANAF 18 JANUARI 2020 OPEN DI T/M ZO 11-17 UUR, BLIJMARKT 20, ZWOLLE TEL: 0572-388188, WWW.MUSEUMDEFUNDATIE.NL
Martin Kobe Mirjam Völker Robert Seidel Titus Schade
Meer lezen? Kijk op www.museumtijdschrift.nl voor actuele informatie, tips, recensies en interviews
Peter Alma Erik Andriesse Chris Beekman Else Berg Jan Beutener Henri de Braekeleer Jean Brusselmans James Ensor Jacoba van Heemskerck Vilmos Huszár Raoul Hynkes Isaac Israels Dick Ket Pyke Koch Herman Kruyder Bart van der Leck Les Deux Garçons Lou Loeber Jacobus van Looy Reinier Lucassen Jan Mankes Piet Meiners
IN MUSEUM DE FUNDATIE EN KASTEEL HET NIJENHUIS:
Julia, uit de serie Insomnia, foto, 45 x 60 cm.
ANNABEL OOSTEWEEGHEL INSOMNIA
Museumtijdschrift nummer 2 ligt op 10 maart in de winkel Museumtijdschrift verschijnt 8x per jaar
(om de 6 weken en tijdens zomer en winter om de 8 weken)
Een prachtig welkomstcadeau voor nieuwe abonnees
Oost-Duitsland, Forst Zinna, Bioscoop in een Russische kazerne, archival pigment print 87x110 cm.
MARTIN ROEMERS
RELICS OF THE COLD WAR
Erwin Olaf Vincent Rijnbende Thijs Rinsema Margaretha Roosenboom Wout Schram Jan Sluijters Gustave de Smet Léon de Smet Willem Steelink jr. Charley Toorop Walter Vaes Floris Verster Kees Verwey Piet van Wijngaerdt Rik Wouters
Stilleven Het Nederlandse en Belgische stilleven vanaf 1870
Met CRUX laat Museum de Fundatie een nieuwe generatie schilders uit Leipzig zien. De grote schildertraditie van Leipzig en hun virtuositeit en aandacht voor architectuur en landschap verbindt hen. De wegen van Martin Kobe, Mirjam Völker, Robert Seidel en Titus Schade kruisten toen zij studeerden aan de beroemde Hochschule für Grafik und Buchkunst in Leipzig. Kobe was Meisterschüler bij Arno Rink; Völker, Seidel en Schade bij Neo Rauch.
Stilleven Het Nederlandse en Belgische stilleven vanaf 1870
Stilleven - Het Nederlandse en Belgische stilleven vanaf 1870
Het grote Nederlandse kunst boek
Kunstenaars als Floris Verster, James Ensor, Jan Sluijters en Pyke Koch kiezen vol overtuiging voor het stilleven. Tot op de dag van vandaag is het stilleven populair. Nederlands bekendste fotograaf Erwin Olaf maakt bijvoorbeeld prachtige bloemstillevens. In Stilleven staat de betekenis van dit genre in de moderne en hedendaagse kunst centraal.
Zes eeuwen kunstgeschiedenis. Dat is zeshonderd jaar van kleur en traditie, vernieuwing en lef. Van verf en canvas, glas en steen. Dit boek is in de eerste plaats een feest der herkenning voor kunstliefhebbers. Maar er zijn ook verrassingen: kunstwerken die misschien nog onbekend zijn en die buiten de geijkte paden treden. Dit overzichtswerk is geschreven door Din Pieters, oud-hoofdredacteur Museumtijdschrift.
ISBN: 9789462583474
ISBN: 9789462582781
€ 24,95
PIM TROOSTER DE RENOVATIE
cadeau bij een tweejarig abonnemen t
cadeau bij een jaarabonnemen t
€ 49,95
Voor de liefhebber van geschiedenis en kunst
OOK VERKRIJGBAAR IN DE BOEKHANDEL, BESTEL OP WWW.WBOOKS.COM OF BEL 038 - 467 34 00 (GRATIS VERZENDING BINNEN NEDERLAND)