Carel van Gestel
DE EERSTE ELEKTRISCHE LOCOMOTIEVEN VAN NS
Tijdens de wederopbouwperiode in Nederland na de Tweede Wereldoorlog speelden de spoorwegen een grote rol. Locomotieven waren daarbij van cruciaal belang. Het einde van het stoomtijdperk was echter in zicht, de toekomst was aan de elektrische locomotief, met name over de langere afstanden, zowel in het reizigers- als goederenvervoer. In dit boek volgen we de eerste elektrische locomotieven bij de Nederlandse Spoorwegen van het begin tot het eind: de NS-series 1000, 1100, 1200 en 1300, alsmede de gehuurde locs uit Engeland en Frankrijk. Een boeiende reis door de tijd aan de hand van prachtige foto’s. Nostalgie in optima forma!
nostalgie op het spoor
nostalgie op het spoor
nostalgie op het spoor DE EERSTE ELEKTRISCHE LOCOMOTIEVEN VAN NS
Carel van Gestel
INHOUD INLEIDING 4
1 NUT EN NOODZAAK
1947-1950
6
2 VERANDERING
1951-1956
32
3 UITBREIDING
1957-1966
80
4 VERNIEUWING
1967-1976
126
5 DE LAATSTE FASE
1977-2000
142
6 BEWAARD 160 7 KLEURRIJK
 Locomotief 1307 staat gereed voor de volgende rit, 1966. Een hele klim voor de meester om erin te komen! > HET UTRECHTS ARCHIEF, FOTO NS
166
Een kraan takelt het horizontale deel van een bovenleidingportaal naar de goede hoogte tijdens elektrificatiewerkzaamheden van de lijn Tilburg – Breda in 1949. > COLLECTIE SPOORWEGMUSEUM
In 1952 kon de lijn Zwolle – Groningen elektrisch worden bereden. De foto toont de voortgang der werkzaamheden bij station Groningen in 1951; links stoomloc 3736. > COLLECTIE SPOORWEGMUSEUM
4
De eerste elektrische locomotief van de Nederlandse Spoorwegen, de 1001, te Utrecht CS in 1948. > HET UTRECHTS ARCHIEF, FOTO NS
INLEIDING D
e Tweede Wereldoorlog had in menig opzicht diepe sporen nagelaten. Het onmetelijk menselijk leed mocht dan onherstelbaar zijn, dat gold niet voor de meer materiële zaken. Om verder te kunnen in het sociale en economische leven werd met man en macht begonnen aan het herstel van de vaak zwaar beschadigde infrastructuur. Vervoer van mensen en materialen was vanzelfsprekend van groot belang, en daarbij speelden de spoorwegen een prominente rol, zeker als het ging om vervoer over langere afstanden. Het spoor was op veel plaatsen zwaar beschadigd of zelfs geheel verdwenen, bruggen waren opgeblazen en stations verwoest. Ook het rollend materieel had het zwaar te verduren gehad: talloze locomotieven, treinstellen, rijtuigen en wagons waren door het oorlogsgeweld niet langer bruikbaar of waren over de oostgrens van het land afgevoerd. Daarbij kwam nog het gegeven dat de stoomtractie zijn langste tijd had gehad en dat vervanging van de verouderde, onrendabele en onpraktische stoomlocomotief een hoge prioriteit had. Al vóór de oorlog was daar aan gedacht en waren plannen op tafel gelegd voor de ontwikkeling van een elektrische locomotief. Door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog in 1939 werd de uitvoering van die plannen echter gedwarsboomd. Pas na het beëindigen van de oorlog in 1945 kon het werk aan de tekentafels worden hervat. De noodzaak tot invoering van de elektrische locomotief was inmiddels dringend geworden, gezien de toestand van het toenmalige materieelpark. In plaats van het ontwikkelen van een eigen locomotief was het verstandiger om voort te bouwen op een type dat al in het buitenland in productie was, zodat levering veel sneller kon plaatsvinden. Om toch nog eerder te kunnen beschikken over elektrische trekkrachten werd in 1947 een Engelse machine gehuurd, spoedig gevolgd door een aantal Franse; in de loop van 1951 konden deze weer terug naar het land van herkomst omdat NS toen over voldoende eigen locs beschikte. Het zou nog tot 1956 duren voor de laatste van de 110 bestelde locomotieven zou worden afgeleverd. Het aantal dienstvaardige stoomlocomotieven was toen al drastisch afgenomen; eind 1957 viel definitief het doek voor de
stoomtractie in Nederland. Daar stond tegenover dat er vanaf 1954 in totaal 286 lijndiesellocomotieven hun intrede hadden gedaan; met name op de niet-geëlektrificeerde lijnen konden deze hun diensten bewijzen. Zo beschikte NS in 1958 over ruim 400 locomotieven voor de reizigers- en goederendienst. Het bestellen en in dienst stellen van elektrisch materieel – naast locomotieven betrof dat ook treinstellen zoals Mat ’46 – ging samen met de elektrificatie van de hoofdlijnen, die na de oorlog met hernieuwde energie werd voortgezet. Reeds vóór de oorlog was het zogeheten middennet onder de draad gebracht, nu volgden in rap tempo de lijnen naar het noorden, oosten en zuiden van het land. Op bladzijde 42 is daar een chronologisch overzicht van gegeven. Dit boek geeft een beeld van de geschiedenis van de elektrische locomotieven die tot 1956 werden gebouwd voor NS. De nadruk ligt daarbij op de eerste twee decennia, waarin deze locs te zien zijn met zeer gevarieerde treinen: oude vooroorlogse houten coupérijtuigen, de nieuwste internationale rijtuigen, bont samengestelde goederen treinen, lange kolen- en olietreinen, verlofgangerstreinen. Zo heeft de elektrische locomotief onmiskenbaar zijn steentje bijgedragen aan de wederopbouw van Nederland na de Tweede Wereldoorlog en daarmee aan de welvaartsstaat zoals we die thans kennen. Met Nostalgie op het spoor heb ik getracht een beeld te geven van de rol van de elektrische locomotief in het naoorlogse Nederland. Daarbij horen geen tabellen en details; die zijn te vinden in andere boeken, zoals aangegeven op de laatste bladzijde. Daar vindt u tevens de namen van degenen die hebben meegewerkt aan deze uitgave door het beschikbaar stellen van foto’s en die ik op deze plaats daarvoor hartelijk wil danken. Met een bijzonder woord van dank aan het adres van Remmo Statius Muller, Kees van de Meene en Roef Ankersmit voor hun speurwerk en adviezen. Ik wens u, de lezer, een aangename, nostalgische reis door ons verleden. Carel van Gestel maart 2017
5
Een opname van het interieur van een 1200 in aanbouw bij Werkspoor in Zuilen, oktober 1951. > HISTORISCH CENTRUM OVERIJSSEL, FOTO HEEMAF
SERIE 1201-1225
Fabrikant – mechanisch Werkspoor Fabrikant – elektrisch Heemaf Asindeling Co’ Co’ Bouwjaar 1951-1953 Max. dienstsnelheid 135 km/h Lengte over buffers 18.085 mm Gewicht 108 ton Max. trekkracht 21.000 kg De serie 1200 is gebaseerd op een Amerikaans ontwerp van Baldwin/Westinghouse en onder licentie in Nederland gebouwd door Werkspoor, terwijl Heemaf de elektrische installatie en tractiemotoren leverde. Het remwerk en de motorventilatoren kwamen van Westinghouse, de draaistellen van Baldwin.
Het inbouwen van de apparatenkast in een loc van de serie 1200 bij Werkspoor in Zuilen, 22 oktober 1951.
Neuzen van de 1200 in verschillende bouwfases bij Werkspoor in Zuilen op 12 oktober 1951.
> HISTORISCH CENTRUM OVERIJSSEL, FOTO HEEMAF
> HISTORISCH CENTRUM OVERIJSSEL, FOTO HEEMAF
36
2 > VERANDERING | 1951-1956
37
Loc 1009 staat op de avond van 15 november 1952 met de lege vuilnistrein 4712 op spoor 9 van Amsterdam CS, onderweg van Wijster naar Den Haag. Het groeiend aantal elektrische locomotieven heeft ervoor gezorgd dat de ’blessuregevoelige’ duizenden steeds vaker worden ingezet in de goederendienst. > FOTO LUUD ALBERS
 Een vreemde eend in de bijt, elektrische locomotief 1110 in het stoomdepot te Groningen op 18 mei 1952. Rechts de locs 3302 en 3306. > FOTO LUUD ALBERS
54
2 > VERANDERING | 1951-1956
In 1952 werd begonnen de 1000’en op de koppen te voorzien van handgrepen, voetsteunen en opstaptreden om zodoende de cabineramen beter bereikbaar te maken. Loc 1008 tijdens een materieelshow in ’s-Hertogenbosch op 11 oktober 1952. > FOTO LUUD ALBERS
Loc 1101 met een exprestrein van Amsterdam naar Maastricht op de brug over de Dieze te ’s-Hertogenbosch, 11 oktober 1952. > FOTO LUUD ALBERS
55
ďƒ¨ Loc 1152 heeft op 28 juni 1957 trein D 172, de Nord-West Express, aan de haak. Deze trein had in de zomerdienst van 1957 rijtuigen van Kopenhagen, Grossenbrode Kai en Berlijn naar Hoek van Holland. Hij rijdt hier op de verbindingsbaan tussen Rotterdam Noord en Delfshavense Schie, op weg via Schiedam naar Hoek van Holland Haven. > FOTO KEES VAN DE MEENE
ďƒ¨ Loc 1135 staat op 3 juli 1957 in het station van Vlaardingen met een trein, bestaande uit Duits materieel, klaar voor vertrek. Het betreft een Britse verlofgangerstrein, die vanuit Duitsland via Bentheim op weg is naar Hoek van Holland. > FOTO KEES VAN DE MEENE
82
De lege militairentrein 11407 Nijmegen – Arnhem, bestaande uit loc 1204 (nog steeds in het turquoise!) en rijtuigen Plan E, passeert op vrijdag 17 mei 1957 de gebouwen van de KEMA te Arnhem.
Een fraaie locomotievenshow te Utrecht op 8 april 1957, met van links naar rechts elektrische locomotief 1302, dieselrangeerlocomotief 523, eloc 1154 en rangeerloc 412. > FOTO KEES VAN DE MEENE
> FOTO ROEF ANKERSMIT
83
Station Arnhem op 19 april 1965 met een toevallige materieel show: de rode DB-loc V 200 069 met trein D 10 Rheingold, een blauwe NS-loc serie 1200 met onbekend nummer (even doorlopen alstublieft) en een groen NS-vierwagenstel Mat ’46. > FOTO KEES VAN DE MEENE
Trein 824 Maastricht – Zandvoort, bestaande uit loc 1144, een stalen D (bagagerijtuig) en rijtuigen Plan E, passeert op 21 januari 1965 het driehoogtesein tussen de Vinke- en Liedebruggen nabij Haarlem.
Locomotief 1121 in winterkleed, 1965.
> FOTO LUUD ALBERS
FOTO H. BONDER
118
> HET UTRECHTS ARCHIEF,
3 > UITBREIDING | 1957-1966
4> VERNIEUWING 1967-1976
n de loop van de jaren zestig kon vrijwel al het vooroorlogse materieel aan de kant gezet worden, zowel rijtuigen als treinstellen, en veel nieuw materieel was al afgeleverd of was nog in bestelling. Het werd tijd om laten zien dat een nieuwe periode was aangebroken, en dus stak NS zich in 1968 in een geheel nieuw jasje. De oude kleuren van het materieel zouden in de jaren erna langzaam maar zeker vervangen worden door geel, grijs en blauw, en bovendien werd alles per direct voorzien van het nieuwe NS-logo. En er verscheen een ambitieus beleidsplan onder de titel Spoor naar ’75, met onder meer de introductie van de intercity.
I
ďƒ¨ Een nieuwe tijd, een nieuw gezicht, een nieuwe uitstraling. Een goederentrein met locomotief 1159 in de nieuwe NS-huisstijl, 1971. > HET UTRECHTS ARCHIEF, FOTO NS
127
COLOFON Uitgave WBOOKS, Zwolle info@wbooks.com www.wbooks.com Tekst en samenstelling Carel van Gestel Met medewerking van Luud Albers, Roef Ankersmit, Marcel van Ee, Rob van Ee, Georg Groenveld, Bernd-Jan Kraan, Roel Linker, Kees van de Meene, Harry Peters, Casper Rozenboom, Hans Scherpenhuizen, Remmo Statius Muller, Eelco Storm, Peter van der Vlist Vormgeving Frank de Wit © 2017 WBOOKS / Carel van Gestel Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of op enige andere wijze, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. De uitgever heeft ernaar gestreefd de rechten met betrekking tot de illustraties volgens de wettelijke bepalingen te regelen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden. Van werken van beeldende kunstenaars aangesloten bij een CISAC-organisatie is het auteursrecht geregeld met Pictoright te Amsterdam. © c/o Pictoright Amsterdam 2017. ISBN 978 94 625 8188 3 NUR 680
Over de auteur Carel van Gestel (Zeist 1946) was vanaf 1968 leraar Engels in Utrecht en Den Haag, en vanaf 1971 in Arnhem. Reeds vanaf zijn jeugd is hij geïnteresseerd in fotografie, kerken, orgels en spoorwegen. Over dit laatste onderwerp staan talrijke artikelen en boeken op zijn naam, terwijl Van Gestel ook de auteur is van twee forse boeken over kerkorgels, waaronder het alom geroemde Orgelrijk. Van zijn hand verscheen in 2006 het eerste van de uit vier delen bestaande serie Van kerk naar kerk. Samen met Jeroen Jeroense publiceerde hij in 2012 de bundel Open boek, een spirituele ontdekkingsreis door het jaar. Na Er kan nog een trein komen (2014) en Treinen die komen en gaan (2015) is Nostalgie op het spoor het derde boek dat hij voor WBOOKS heeft verzorgd. Op deze pagina: Veel belangstelling bij de afscheidsrit van de 1001 op 12 december 1981. FOTO LUUD ALBERS Op het omslag voorzijde: Elektrische locomotief 1202 onder de seinbrug bij Amsterdam CS, circa 1953. HET UTRECHTS ARCHIEF, FOTO L. VAN KOLLEM Op het omslag achterzijde: Een unieke opname in kleur van elektrische locomotief 1142 met postrijtuig in station Utrecht CS, 1954/1955. COLLECTIE EELCO STORM, FOTOGRAAF ONBEKEND Pagina 1: NS-machinist in de cabine van een elektrische locomotief serie 1100, circa 1982. HET UTRECHTS ARCHIEF, FOTO NS Literatuur • Henk Bouman, Elektrische locomotieven NS serie 1000, Rosmalen 1992 • Henk Bouman, Elektrische locomotieven NS-serie 1200, Rosmalen 1998 • Henk Bouman, Elektrische locomotieven NS-serie 1300, Rosmalen 1999 • Drs. W.H. van den Dool sr., Elektrische locomotieven NS-serie 1100, Rosmalen 2006 • Carel van Gestel, Bert van Reems, Elektrische locomotieven in Nederland, Alkmaar 1988
Carel van Gestel
DE EERSTE ELEKTRISCHE LOCOMOTIEVEN VAN NS
Tijdens de wederopbouwperiode in Nederland na de Tweede Wereldoorlog speelden de spoorwegen een grote rol. Locomotieven waren daarbij van cruciaal belang. Het einde van het stoomtijdperk was echter in zicht, de toekomst was aan de elektrische locomotief, met name over de langere afstanden, zowel in het reizigers- als goederenvervoer. In dit boek volgen we de eerste elektrische locomotieven bij de Nederlandse Spoorwegen van het begin tot het eind: de NS-series 1000, 1100, 1200 en 1300, alsmede de gehuurde locs uit Engeland en Frankrijk. Een boeiende reis door de tijd aan de hand van prachtige foto’s. Nostalgie in optima forma!
nostalgie op het spoor
nostalgie op het spoor
nostalgie op het spoor DE EERSTE ELEKTRISCHE LOCOMOTIEVEN VAN NS
Carel van Gestel