Co Breman in de kleurrijke stijl van het pointillisme. De bloeitijd van de traditio nele Larense schilderkunst was omstreeks 1914 voorbij, toen Laren en Blaricum ook de woonplaatsen werden van onder meer Piet Mondriaan en Bart van der Leck. In deze publicatie worden de thema’s van de Larense schilderkunst na een korte introductie aan de hand van een rijke keuze aan afbeeldingen geïllustreerd. Auteur Emke Raassen-Kruimel was jaren lang hoofd van het museum van Singer Laren en publiceerde over uiteenlopende 76 Larense onderwerpen en kunstenaars.
Laren
Laren
an het einde van de 19de eeuw vormde het oude dorp Laren, samen met Blaricum, omgeven door het fraaie Gooise heide landschap, een rijke inspiratiebron voor schilders, afkomstig uit de Haagse school. Jozef Israëls ontdekte Laren in de jaren zeventig, landschapschilder Anton Mauve vestigde er zich in 1884 en Albert Neuhuys werd er bekend door zijn binnenhuizen met moeder en kind. Mede door de export van de schilderkunst werd Laren bekend in binnen- en buitenland. Na 1900 werkten schilders als Ferdinand Hart Nibbrig en
Schilderkunst in
het landschap dorpsge z ichten A van laren en blaricum het interieur figuren buiten het portret epiloog moderne schilders
Schilderkunst in
20
HET LANDSCHAP
detail afb. 019 Anton Mauve, Heide te Laren 21
84
< afb. 066 Albert Neuhuys, Moeder met kinderen bij de stal, aquarel, 29 x 25,5 cm, Singer Laren
afb. 067 Albert Neuhuys, Op vrijersvoeten, 1890, aquarel, 42 x 30 cm, Singer Laren Het thema van de vrijage was in de 19e eeuw populair. Jozef Israels heeft het onder andere meerdere malen weergegeven. Van Neuhuys zijn geslaagde aquarellen en tekeningen van het onderwerp bekend, waarop steeds een jong stel is te zien, waarvan het meisje bezig is met een naaiwerkje terwijl de jonge man toekijkt.
85
154
< afb. 132 Jan Zoetelief Tromp, In het korenveld, Blaricum, olieverf op doek, 59 x 88 cm, Collectie Simonis & Buunk, Ede
afb. 133 Jan Zoetelief Tromp, Konijntjes voeren, olieverf op doek, 27 x 40 cm, Kunsthandel A.H. Bies, Eindhoven
Kinderen zijn door Jan Zoetelief Tromp in eindeloze variatie geschilderd, zowel in het interieur als buiten. Tussen 1899 en 1919 deed hij dat in Blaricum, waar hij toen woonde. Na 1919 schilderde hij ze in Katwijk op het strand. Zoetelief Tromp gebruikte over het algemeen een veel lichter palet dan de meeste van zijn Larense en Blaricumse collega’s. 155
afb. 170 Anton Mauve, Zelfportret, ca. 1884-1888, olieverf op doek, 65 x 43 cm, Kunstmuseum, Den Haag
Zelfportretten van schilders hebben vaak die starende blik die ontstaat door het voortdurend kijken in de spiegel die nodig is om een gelijkend zelfportret neer te zetten. Dat is ook hier het geval. De schilder heeft zichzelf in zijn atelier afgebeeld voor een wand met kleine geschilderde studies, die ook bekend is van foto’s uit de tijd van Mauve. 196
afb. 171 Anton Mauve jr., Zelfportret, olieverf op doek, 60,5 x 50,5 cm, Singer Laren
Na de dood van Mauve in 1888 verhuisde zijn gezin naar Den Haag. Anton jr. trad in de voet sporen van zijn vader, werd ook schilder en keerde naderhand weer
naar Laren terug. Hij schilderde onder andere landschappen en portretten, maar bereikte nooit de bekendheid van Mauve sr.
197
afb. 194 Lou Loeber, Molen, 1922, gouache, 56 x 47 cm, Singer Laren
Lou Loeber was geboren en getogen in Blaricum en zou daar met onderbreking van haar academietijd in Amsterdam ook altijd wonen. Onder invloed van de abstractie die zij bij de Stijl kunstenaars zag, en het constructivisme, ging zij vanaf ongeveer 1920 haar figuratieve voorstellingen terugbrengen tot platte vlakken en gestructureerde geometrische patronen. Zij vond echter dat kunst voor iedereen toegankelijk en begrijpelijk moest zijn zodat het onderwerp altijd herkenbaar bleef. 224
afb. 195 Lou Loeber, Kerkje in Laren 1925, olieverf op papier op hardboard, 48,5 x 40 cm, Singer Laren
Vanuit haar socialistische denkbeelden wilde Lou Loeber haar kunst betaalbaar en voor iedereen bereikbaar houden. Om die reden maakte zij van een werk meerdere exemplaren zodat de prijs laag kon blijven. Ook begon zij in 1931 met haar man, de schilder Dirk Koning een kunstuitleen, die wij nu een artotheek zouden noemen. 225
Co Breman in de kleurrijke stijl van het pointillisme. De bloeitijd van de traditio nele Larense schilderkunst was omstreeks 1914 voorbij, toen Laren en Blaricum ook de woonplaatsen werden van onder meer Piet Mondriaan en Bart van der Leck. In deze publicatie worden de thema’s van de Larense schilderkunst na een korte introductie aan de hand van een rijke keuze aan afbeeldingen geïllustreerd. Auteur Emke Raassen-Kruimel was jaren lang hoofd van het museum van Singer Laren en publiceerde over uiteenlopende 76 Larense onderwerpen en kunstenaars.
Laren
Laren
an het einde van de 19de eeuw vormde het oude dorp Laren, samen met Blaricum, omgeven door het fraaie Gooise heide landschap, een rijke inspiratiebron voor schilders, afkomstig uit de Haagse school. Jozef Israëls ontdekte Laren in de jaren zeventig, landschapschilder Anton Mauve vestigde er zich in 1884 en Albert Neuhuys werd er bekend door zijn binnenhuizen met moeder en kind. Mede door de export van de schilderkunst werd Laren bekend in binnen- en buitenland. Na 1900 werkten schilders als Ferdinand Hart Nibbrig en
Schilderkunst in
het landschap dorpsge z ichten A van laren en blaricum het interieur figuren buiten het portret epiloog moderne schilders
Schilderkunst in