Het
Suriname Het Grote
Magazine
Grote
Met bijdragen van Magda Augusteijn Hennah Draaibaar Mitchell Esajas Ruben Gowricharn Carl Haarnack Thomas Polimé Ella Reitsma Jan Hein Ribot Harrold Sijlbing Simone Thomasse Stadsherstel Amsterdam/Suriname
Suriname Magazine
€ 19,95
Interviews met Kenny B Jörgen Raymann Gregory Sedoc Humberto Tan Simone Weimans
Het Grote Suriname Magazine
Suriname, een kleurrijke samenleving
Het gebed op het Onafhankelijkheidsplein tijdens Eid ul-Fitr, het Suikerfeest: de viering van het einde van de vastenmaand ramadan
Journaliste en schrijfster Hennah Draaibaar is, ondanks de gebreken, blij met de Surinaamse multiculturele samenleving. 10
Terwijl de zon langzaam opkomt, stroomt het Onafhankelijkheidsplein vol. Duizenden mannen en vrouwen komen voor het nationale Eid-gebed naar het plein. Het is het einde van de ramadan en het is feest. Een maand lang hebben ze Allahs zegeningen ontvangen omdat ze hebben gevast. Het plein ziet er prachtig uit. Niet omdat het versierd is maar omdat het gevuld is met mensen. Groot en klein, oud, jong mannen, vrouwen. De meesten zijn in het wit gekleed.
Terwijl de zon steeds hoger boven de Surinamerivier klimt en de temperatuur stijgt, zie je dat paraplu’s tevoorschijn worden gehaald voor wat schaduw. Ik vind het wel toepasselijk dat juist op dit plein de standbeelden staan van twee grote politieke leiders. Het is alsof ze aan het observeren zijn wat er onder hun ogen gebeurt. Johan Adolf Pengel (20 januari 1916 – 5 juni 1970) en Jagernath Lachmon (21 september 1916 – 19 oktober 2001). Deze twee politici begrepen jaren geleden al dat je met samenwerking en verbroederingspolitiek etnische groepen dichter bij elkaar brengt. Een noodzaak als je eenheid in het land wilt. Opeens zie ik ook Yvonne zitten. Haar hoofd is bedekt en ze is volledig in het wit gekleed. Samen met haar moeder en schoonzus luistert ze naar het gebed, dat inmiddels begonnen is. Het plein is in twee stukken verdeeld. De mannen zitten apart van de vrouwen. Ik versta niets van het gebed en hoewel de woorden in mijn oren allemaal hetzelfde klinken, volg ik de gelijkmatige bewegingen van de mannen die soms met opengevouwen
Ik ben niet de enige die aan de rand van het plein volgt wat daar gebeurt. Ik weet ook niet of de anderen net als ik beseffen dat er iets heel bijzonders gaande is. Iets wat uniek is in de wereld: dat in een land waar verschillende religies samenleven, iedereen zonder angst in alle openheid zijn of haar geloof kan belijden. Wat een vrijheid, denk ik. Dat dit kan! Omdat het hier onder onze neus gebeurt, denken we misschien dat het vanzelfsprekend is. Maar niets is minder waar. Dat besef ik elke dag als ik zie wat er gebeurt in de wereld. Vrijheid is niet vanzelfsprekend. Als het gebed afgelopen is, volgt een ontlading op het plein. Er zijn heel veel brasa’s, omhelzingen. Yvonne komt samen met haar familie naar ons toe gelopen. ‘Eid Moebarak’, zegt ze. De traditionele islamitische groet, die wordt gebruikt nu de ramadan voorbij is. ‘Eid Moebarak’, antwoord ik en vraag haar of ze blij is dat het vasten voorbij is. Ze lacht en zegt dat we allemaal mee naar huis moeten want nu is het tijd voor saoto, bami nasi en saté. Lekker eten.
Suriname, een kleurrijke samenleving
Veel bezoekers hebben een mat bij zich, die ze uitrollen op het gras. Daar leggen ze hun gebedsdoek overheen en nemen ze plaats. De imam, de voorganger, is via een geluidsinstallatie in de wijde omgeving te horen. Met zijn zangerige stem bereidt hij allen voor op het eindgebed.
handen zitten, dan weer staan en dan soms voorover buigen.
Yvonne werkt al 18 jaar als dienst, zoals we het bij ons in Suriname zeggen. Eerst kwam ze als oppas voor Gino, mijn zoon en toen Gino geen oppas meer nodig had is ze gewoon gebleven. Yvonne is deel van de familie geworden. Ik zie haar nog staan met tranen in haar ogen toen Gino naar Nederland vertrok om te studeren. In de Javaanse cultuur zijn kinderen heel belangrijk. Het liefst was ze met hem meegegaan. Yvonne is Javaans en woont in Commewijne. Javaanse Surinamers komen uit alle districten van Suriname, maar Commewijne, ook wel Javanendistrict genoemd, kent een heel grote concentratie.
11
Geschiedenis
Het Grote Suriname Magazine
1960
1975
Het uitroepen van de Onafhankelijkheid van Suriname op 25 november 1975. Parade van duizenden mensen die samen de Surinaamse vlag uitbeelden. Paramaribo, Suriname
22
Boven: Luchtfoto van de nieuwe stuwdam in de Surinamerivier. Links het nog lege bassin van het stuwmeer, in het midden de krachtcentrale, 1965
van Suriname 1921
Derde volkstelling, Suriname telt 107.723 inwoners. Door de komst van vele migranten is de bevolking aanzienlijk toegenomen.
1927
Hindostaanse immigranten, tot dan Brits-IndiĂŤrs, worden Nederlands onderdaan.
De economische wereldcrisis van 1928 wordt voelbaar in Suriname en er breken rellen uit.
1933
Schrijver Anton de Kom, die strijdt voor betere werk- en levensomstandigheden van arbeiders, wordt verbannen naar Nederland.
1940
Met Nederland wordt Suriname betrokken bij de Tweede Wereldoorlog. Het Duitse vrachtschip Goslar wordt door haar bemanning voor Paramaribo tot zinken gebracht.
1960
1942
1968
De Verenigde Staten legeren troepen in Suriname om de bauxietindustrie te beschermen. Bauxiet is de grondstof van aluminium, dat nodig is voor de vliegtuigbouw.
Speech van koningin Wilhelmina vanuit Londen, waarbij ze Suriname meer autonomie na de oorlog belooft.
Aanleg van het Brokopondostuwmeer door de bouw van de Afobaka-dam. 5000 mensen moeten hun huis verlaten. 27 Marrondorpen verdwijnen onder water.
Opening van de Universiteit van Suriname. Geschiedenis van Suriname
1931
1941
1973
Arbeidsonrust en stakingen leiden tot het begin van Vakbondsleider, politicus en de uittocht naar Nederland: leraar Wim Bosch Verschuur circa 100.000 Surinamers komt met de leus ‘Baas in Eigen vertrekken in de eerste helft Huis’. Hij wordt gevangengezet. van de jaren zeventig.
1943
1946
1974
1949
1975
Oprichting van de eerste politieke partijen in Suriname. Deze partijen hebben een etnische basis.
Eerste verkiezingen in Suriname op basis van algemeen kiesrecht voor mannen en vrouwen.
1954
Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden: Suriname en de Nederlandse Antillen krijgen interne autonomie.
15 februari: minister-president Henck Arron kondigt aan dat Suriname uiterlijk in 1975 onafhankelijk zal zijn.
Suriname wordt op 25 november onafhankelijk. Henck Arron en parlementsvoorzitter Jagernath Lachmon spelen daarbij een voorname rol. Gouverneur Johan Ferrier wordt de eerste president.
23
JĂśrgen Raymann Het Grote Suriname Magazine
Interview door Simone Thomasse
JÜrgen Raymann (1966), cabaretier/stand-up comedian, zanger, acteur en presentator, werd geboren in Amsterdam en groeide op in Suriname. Hij studeerde in Nederland, en begon daarna zijn eigen restaurant in Suriname. Later keerde hij met zijn gezin terug naar Nederland, waar hij verschillende tv-shows presenteerde en met telkens verschillende programma’s langs theaters toert. Raymann zet zich onder meer in als ambassadeur voor Unicef en andere goede doelen.
46
Als ik een kwartiertje te vroeg binnenloop in het afgesproken restaurant vlak bij het Amstelstation, zit Jörgen Raymann op z’n gemak te lunchen met een omelet. ‘Laten we maar meteen beginnen,’ gebaart hij uitnodigend. ‘Wil je ook iets lekkers? Ik trakteer.’ De tijd die ik met hem doorbreng, vliegt om. Raymann is een levende feitenmachine, een adremme grappenmaker, een hartstochtelijk liefhebber van zijn hond Sammy én Almere. En een wijze man, dat ook.
'Als je dingen binnen de tijdgeest leert beoordelen, krijg je veel minder woede in je hart'
'Mijn voorouders waren eerder Nederlander dan de voorouders van Geert Wilders, maar daar hoor je niemand over' ‘Suriname is het mooiste koloniale experiment van Nederland ooit. Toch – de culturele diversiteit waar we zo prat op gaan in Suriname en waarvan ik een product ben, hebben we dan wel aan de Nederlanders te danken, maar ze
‘Die gerechten verkocht ik allemaal in mijn eigen restaurant in Suriname nadat ik als economiestudent in Rotterdam gesjeesd was. Ik zou eigenlijk mijn vaders accountantskantoor overnemen, alleen… Vanaf mijn vierde wilde ik al op het podium staan, maar mijn ouders hadden zoiets van: sorry, met theater ga je hier geen droog brood verdienen. Je moet een echte studie doen. In Rotterdam heb ik op de uni even bij het interfacultair studentencabaret gezeten. Dát wilde ik! Maar ik was net getrouwd en mijn vrouw raakte zwanger. Mijn zwager deed me het aanbod om terug te gaan naar Suriname om daar een houtbedrijf te beginnen. Je bent jong en denkt dat je van alles verstand hebt. Natuurlijk werd dat niets. Maar van horeca wist ik wél genoeg. En dat eigen restaurant was dus een geschenk uit de hemel, want daar is mijn succes begonnen – op die manier kon ik een eigen podium creëren voor mijn stand-up shows. Dat sloeg zo aan dat de mensen alleen maar kwamen om naar mijn shows te kijken – het eten was bijzaak geworden. Toen hij zag dat het goed liep, wilde de eigenaar van het pand mijn huur verdubbelen. In Suriname heb je geen huurbescherming. Ik heb hem de sleutels teruggeven en dacht: ik zie wel. Even een reclamebureautje beginnen ofzo, want ik had toen net Tante Es als reclame-icoon uitgevonden. Maar uiteindelijk begon ik met theatershows, en algauw vertrok ik samen met mijn gezin weer naar Nederland, waar ik de presentatie van The Comedy Factory (een televisie-
Interview Jörgen Raymann
Jörgen: ‘Ik werd verwekt en geboren op het Kwakufestival* van de Nederlandse koloniale geschiedenis, zeg ik weleens – samengesteld uit vier werelddelen. De moeder van mijn moeder komt voort uit een familie van Sefardische joden, hun stamvader is David Cohen Nassy. Hij was de man die namens de WIC volksplantingen (kolonies, red.) stichtte in Zuid-Amerika. Mijn moeders vader was inheems, een Caraib. Dit is het stukje Zuid-Amerika. Van mijn vaders moeders kant waren het ook joden, maar als je drie generaties daarvoor kijkt, kom je uit op een slavin als stammoeder. Mijn stukje Afrika. Mijn vaders grootvader was zoon van een Duitse vader en een Hollandse moeder. Het stukje Europa. De moeder van mijn opa was dochter van een Hindoestaanse immigrant en een gewezen slavin – dat is mijn Indiaas-Aziatische deel. Kun je het nog volgen?’
begrijpen níets van de Surinaamse diversiteit en de eetcultuur. Neem een gerecht als roti. Typisch Surinaams, wordt gezegd en ze denken dat elke Creool roti eet. We éten roti, maar dat komt niet van de Afrikaanse Surinamer. Het is oorspronkelijk een Hindoestaans recept. Ook bij pom zit het anders. De slaven werkten vrijwel allemaal voor joden – dus die leerden de joodse keuken kennen. Pom is feitelijk een schotel op basis van aardappelen, maar omdat er in Suriname geen aardappels waren, gebruikten ze er tayer voor – een zoete knol die onder de grond groeit. Door dat alles heeft de Surinaamse keuken z’n eigen kleur gekregen; we kennen Javaanse, Creoolse, Hindoestaanse en Chinese invloeden.’
47
54
Het hoofdvoedsel (Bananen). Eugen Klein, 1903
Het Grote Suriname Magazine – De Nieuwe Kerk Amsterdam
Mensen van over het water: migratie naar Suriname
Surinaamsche Cacao. Eugen Klein, Paramaribo 1903
55
Het Grote Suriname Magazine
Behoud van de Surinaamse architectuur
Pand aan de Julianastraat 56 in 2011, vóór de restauratie door Stadsherstel
Paramaribo, 'The wooden city of the Caribbean', staat op de Werelderfgoedlijst van Unesco. Maar verval knaagt aan de stad... Gelukkig lijkt het tij te keren. Stadsherstel Amsterdam/Suriname doet verslag. 114
Paramaribo staat vol met interessant erfgoed. Van prachtige woningen van voormalige plantage-eigenaren en kleinere middenstandswoningen tot modernistisch ontworpen zakelijke gebouwen. Een mooie mix die bedreigd wordt, maar waar stapje voor stapje beter voor wordt gezorgd. De mix aan verschillende monumentale panden is wat Paramaribo uniek maakt, daarom heeft Unesco de binnenstad in 2002 op de Werelderfgoedlijst geplaatst. Overwegend staan er houten woningen; de stad wordt dan ook ‘De wooden city van de Caribbean’ genoemd. Maar er staan ook verrassende panden tussen met afwijkende architectuur en materiaalgebruik.
Een combinatie van invloeden De woningen zijn ontworpen volgens een eenvoudig vast basispatroon. De unieke Surinaamse bouwstijl is gegroeid uit vele invloeden van de kolonisten en buitenlandse bewoners. Het dorpse houten huis en de stadse stenen stoepen en bordessen zijn afkomstig van de Hollanders. De symmetrie is aangebracht door de Fransen, het dakhuis met het
Ook veel kleinere volkswoningen zijn gebouwd volgens dit patroon. De oorspronkelijk uit één beuk, één centrale ruimte bestaande woningen van vier bij zeven meter zijn op allerlei manieren uitgebouwd, waardoor elk een eigen karakter kreeg. Zo ging dat ook met de traditionele middenstandswoningen, die oorspronkelijk één beuk meer hadden en een achtergalerij. Deze twee typen woningen vormen de omlijsting van de grote monumenten van de stad. Zoals het oorspronkelijke Gouverneurshuis, nu het presidentieel paleis, en het nabijgelegen Fort Zeelandia aan de Surinamerivier. Samen geven ze de stad haar unieke karakter.
Behoud van de Surinaamse architectuur
Woningen van de plantage-eigenaren Paramaribo werd in 1667 de hoofdstad van Suriname en groeide uit tot het handels- en bestuurscentrum van het land. In het begin woonde er alleen een handjevol mensen bij Fort Zeelandia, maar dat veranderde toen plantageeigenaren (ook) een woning in de stad lieten bouwen. Vanaf de achttiende eeuw werd een aantal van hen echt rijk, plus enkelen die zich met aanverwante activiteiten bezighielden. Hun rijkdom lieten ze onder andere zien door grote woningen te bouwen, vaak naar voorbeeld van Nederlandse monumentale panden. Mooie exemplaren daarvan zijn nog te zien aan de Waterkant en in de buurt van het voormalige gouverneurshuis. Dit zijn veelal negentiendeeeuwse gebouwen, van na de grote stadsbranden in 1821 en 1832.
halfronde raampje is een Duitse erfenis. In de negentiende eeuw, na de grote stadsbrand van 1832, werden daar door stadsbouwmeester J.A. Voigt grote balkons in Noord-Amerikaanse colonial style aan toegevoegd. Dit alles werd uitgevoerd door voornamelijk lokale ambachtslieden, die er soms nog iets van zichzelf bij deden. Zoals de versiering van de consoles, uitstekende versieringen van zuilen die een deel van de constructie dragen.
Tientallen modernistische gebouwen in Paramaribo Het was de Nederlandse architect Peter Nagel die het modernisme in Suriname introduceerde. Tijdens zijn studie voelde hij zich aangetrokken tot de modernisten, die pleitten voor een lichte en luchtige architectuur waarbij constructie en uiterlijk bepaald worden door de functie van het gebouw. In de jaren vijftig van de vorige eeuw kwamen zijn eerste gebouwen in die stijl in het stadscentrum van Paramaribo. In de periode 1951–69 ontwierp hij meer dan vijftig (!) modernistische gebouwen in Suriname. Daarbij zijn de klimatologische omstandigheden belangrijke uitgangspunten voor zijn ontwerpen geweest. Zo kregen zij witgestuukte/-geverfde gevels voor reflectie
115
Het Grote Suriname Magazine
Suriname en de Tweede Wereldoorlog
1945–55
'Zonder bauxiet geen aluminium; zonder aluminium geen vleugels, en zonder vleugels geen verdediging.' Harrold Sijlbing over de belangrijke rol die Suriname speelde tijdens de oorlog. 122
Zonder bauxiet geen overwinning Suriname was eind jaren dertig ’s werelds grootste leverancier van bauxiet, de grondstof voor het aluminium dat nodig was voor de productie van de bommenwerpers van de geallieerden die later Nederland zouden helpen bevrijden. Nadat de VS in 1941 hadden besloten om aan de oorlog deel te nemen, werd liefst 82% van de gevechtsvliegtuigen gefabriceerd van Surinaams bauxiet. Vanwege deze positie kreeg Suriname Amerikaanse bescherming in de vorm van grondtroepen en luchtmachteenheden. Een Amerikaans militair filmpje uit die periode omschreef het duidelijk: ‘Zonder bauxiet geen aluminium; zonder aluminium hebben we geen vleugels, en zonder vleugels hebben we geen verdediging.’ De bescherming kwam net op tijd, want in januari 1942 startte Duitsland
Operatie Paukenschlag, die tot doel had met vijf U-boten de scheepvaart aan de oostkust van de VS te ondermijnen. In een maand tijd werden 25 schepen tot zinken gebracht. Meer dan 20% van de bauxietschepen op weg naar de VS werd getorpedeerd; daarbij lieten veel Surinaamse matrozen en ‘gunners’ het leven. Om de landsverdediging te completeren zetten de Amerikanen een grote luchtvaartbasis op in de savanne van Zanderij, waar ook vliegtuigen op weg naar Afrika (uitvalsbasis Dakar) kwamen bijtanken. Bevriende vijanden Met de bommenregen in Nederland op 10 mei 1940 werd Suriname als kolonie automatisch betrokken bij de oorlog, wat met zich meebracht dat honderden ‘staatsgevaarlijke elementen’, Duitsers en vermeende NSB’ers, moesten worden verwijderd uit de Surinaamse samenleving. De internering die volgde gold voor verschillen groepen: zendelingen, handelaren, opvarenden van schepen en lokale inwoners, onder wie prostituees en kleine criminelen. De meeste geïnterneerden werden door de Surinamers niet beschouwd als echte vijanden, maar als ‘bevriende vijanden’. Het grootste deel van deze ‘opponenten’ bestond uit Hernhutter-zendelingen (zij vormden toen de belangrijkste christelijke stroming) die al jarenlang in Suriname woonden en zendingswerk verrichtten en met wie in al die jaren een vertrouwde band was opgebouwd. Er waren diverse interneringskampen, maar de meest in het oog springende was dat in Jodensavanne, waar 146 vermeende NSB’ers, Nederlanders uit Indonesië werden opgesloten, die pas een jaar na de beëindiging van de oorlog vrijkwamen.
Suriname en de Tweede Wereldoorlog
De periode van de Tweede Wereldoorlog is de fase geweest die de vergeten kolonie Suriname uit een eeuwenlange armoedespiraal haalde. Niet alleen economisch, maatschappelijk, cultureel en politiek was deze periode van fundamentele betekenis, het gold ook voor de gemeenschapszin en de mentaliteit in het land. Was Suriname voor de oorlog geheel afhankelijk van het moederland, de rollen keerden nu om: Nederland had heel veel belang bij inzet van het mineraalrijke en niet bezette Suriname en zijn bevolking. Het leidde tot prestigeverlies in het moederland en groeiend zelfvertrouwen bij de Surinamers. Hierin speelde de bauxietproductie een hoofdrol, maar ook de kleinschalige landbouw en de lokale industrie kregen sterke impulsen. De economische bloei was ongekend. Voor het eerst in 75 jaar was er geen compensatie voor de landsbegroting nodig, en voor eenieder die wilde werken was er emplooi. Toch wordt deze periode heel vaak aangeduid als een tijd van ‘schijnwelvaart’, omdat het land kort nadien weer in moeilijk vaarwater belandde.
Hulp aan het moederland Het is alom bekend dat Suriname klaarstond om het moederland door de donkere bezettingsjaren heen te helpen. Naast lijfelijke krijgsacties door zowel
123
Het Grote Suriname Magazine Djaran kepang, traditionele Javaanse Paardendans
144
Rechts: Het gebed op het Onafhankelijkheidsplein tijdens Eid ul-Fitr, het Suikerfeest: de viering van het einde van de vastenmaand ramadan
Feest!
145
Colofon tentoonstellingsmagazine Een uitgave van De Nieuwe Kerk, Amsterdam 2019 Tekst Magda Augusteijn Hennah Draaibaar Mitchell Esajas Ruben Gowricharn Carl Haarnack Thomas Polimé Ella Reitsma Jan Hein Ribot Harrold Sijlbing Stadsherstel Amsterdam/Suriname Simone Thomasse Tekst-, beeld- en eindredactie Uitgeefteam De Nieuwe Kerk
Het Grote Suriname Magazine
Grafische vormgeving Glamcult Studio, Amsterdam Lithografie Pixel-it, Zutphen Druk Graphius, België Papier Binnenwerk: EOS 90 gr en Arctic Volume Ivory 115 gr Omslag: Starline Creamback 250 gr Fonts Bradford LL Neue Haas Unica Pro Oplage 1ste druk: 2.500 exemplaren ISBN 978-90-78653-82-0 NUR 644 Verspreiding in de boekhandel via WBOOKS (wbooks.com) Publicatie ter gelegenheid van De Grote Suriname-tentoonstelling, gehouden in De Nieuwe Kerk te Amsterdam van 5 oktober 2019 t/m 2 februari 2020, georganiseerd door Stichting Producties De Nieuwe Kerk.
160
Copyright © 2019 Stichting Producties De Nieuwe Kerk Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën of op welke andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.Informatie over De Nieuwe Kerk, Amsterdam: www.nieuwekerk.nl De samenstellers van dit boek hebben getracht alle rechthebbenden te achterhalen. Diegenen die desondanks menen rechten te kunnen doen gelden, kunnen contact opnemen met de uitgever.
Beeldverantwoording pp. 10, 13, 14–15, 130–31, 138, 139 Fotograaf: Irvin Ngariman p. 17 Stichting Surinaams Museum, Paramaribo pp. 18, 21 Nationaal Museum van Wereldculturen (Tropenmuseum Amsterdam)/Hollandse-Hoogte p. 22 boven Bron ANP Historisch Archief p. 22 onder Foto: Nationaal Archief/Collectie Spaarnestad/HH/Laura Samsom-Rous p. 25 Fotograaf Rob Croes. Spaarnestad Photo pp. 26, 142–43 Foto: Guus Dubbelman/ Hollandse Hoogte p. 28 Kenny B gefotografeerd door Rein Kooyman pp. 32, 136–37 Foto: Diederik van Goethem pp. 36, 38–41 Aquarel van vogels B. van Perlo voor the Field Guide to the Birds of Suriname, 2010; copyright Naturalis Biodiversity Center pp. 42, 45, 110, 111, 112, 113 Foto: Mary Evans Picture Library Ltd./Hollandse Hoogte p. 46 Careman Fotografie/Hollandse Hoogte pp. 50, 53, 54, 55, 56, 57, 58, 59, 66, 67, 68–69, 70, 71, 72–73 Buku Bibliotheca Surinamica pp. 62–63, 157 © Thijs Heslenfeld pp. 75, 76–77, 78, 79, 80, 81 © Dik Beker pp. 82, 84, 85, 86, 87, 88–89, 90–91 Collectie T. Polimé pp. 92, 95 Foto: NOS/Rogier Veldman pp. 98–99, 106–07 Marcel Pinas pp. 100–01, 102–03, 104–05 Marcel Pinas door fotograaf Tjin Roy p. 109 Teylers Museum Haarlem Nederland p. 114 Foto: Stadsherstel Suriname p. 117 Foto: Stella van Heezik (Stadsherstel Amsterdam) p. 118 Humberto Tan p. 122 Bijzondere Collecties, Universiteit van Amsterdam [UBM Foto AM 320_002] p. 124–25 Bijzondere Collecties, Universiteit van Amsterdam [UBM Foto AM 320_003] pp. 126–27 Nationaal Archief/Collectie Anefo pp. 132–33 Foto: Hollandse Hoogte pp. 134–35 Foto: Fred Hoogervorst/Hollandse Hoogte pp. 140–41 Foto: Frans Lemmens /Hollandse Hoogte p. 144 Foto: Ranu Abhelakh p. 145 Foto: Luzmila Samson p. 146 Fotograaf: Merlijn Doomernik p. 149 Foto: Sander Chamid via Hollandse Hoogte p. 150 Plaats en datum van de foto onbekend p. 152 Collectie Nationaal Monument Kamp Vught +/- 1932 p. 153 Familiearchief Els de Kom
Het
Suriname Het Grote
Magazine
Grote
Met bijdragen van Magda Augusteijn Hennah Draaibaar Mitchell Esajas Ruben Gowricharn Carl Haarnack Thomas Polimé Ella Reitsma Jan Hein Ribot Harrold Sijlbing Simone Thomasse Stadsherstel Amsterdam/Suriname
Suriname Magazine
€ 19,95
Interviews met Kenny B Jörgen Raymann Gregory Sedoc Humberto Tan Simone Weimans