werelds vermaak’. Dat is het beeld dat veel mensen hebben van de aanhangers van een zestiende en zeventiende eeuwse stroming binnen de Anglicaanse Kerk. Ze worden geassocieerd met mensen die wereldvreemd, saai of levensmoe zijn. Oorspronkelijk waren de en te staan voor een radicale vorm van christendom. Zij kunnen ‘orthodox’ genoemd worden in de reformatorische zin van het woord, maar zij schuwden niet onorthodoxe middelen te gebruiken om hun verzet tegen een tirannieke overheid en kerk te tonen. Ze waren daarom ‘draads’ en ‘tegendraads’, dat wil zeggen vroom en non-conformistisch tegelijk. Als het nodig was weigerden puriteinen om zich aan te passen aan de heersende moraal en de verkalkende kerkelijke cultuur. Puriteinen leefden in een tijd en tijdgeest die goed te vergelijken is met onze tijd. Puriteinen van toen kunnen daarom reformatorische en evangelische christenen van nu inspireren.
draads en tegendraads
puriteinen dit juist niet. Ze durfden in hun tijd uit de toon te vallen
Henk Bakker
Een puritein was ‘streng godsdienstig en moest niets hebben van
Henk Bakker doceert theologie en historische theologie aan de Christelijke Hogeschool Ede (CHE) en het Center of Evangelical and Reformation Theology (Vrije Universiteit). Hij publiceerde eerder ‘Zij hebben lief, maar worden vervolgd’. www.boekencentrum.nl www.che.nl NUR 700 ISBN 90 239 1755 3
00000
9
789023 917557
draadstegendraads.indd 1
10-07-2006 18:27:16
draads en tegendraads binnenwerk
07-07-2006
12:25
Pagina 2
De CHE Reeks is een uitgave van de Christelijke Hogeschool Ede in samenwerking met Uitgeverij Boekencentrum. Thema’s staan in relatie tot het christelijk hoger beroepsonderwijs dat op de CHE wordt aangeboden. De auteur is medewerker aan de CHE en presenteert een persoonlijk standpunt. Met deze reeks maakt de CHE als kenniscentrum de aanwezige kennis toegankelijk voor een breed publiek.
Christelijke Hogeschool Ede Oude Kerkweg 100, Ede Postadres: Postbus 80 6710 BB Ede 0318 - 696300 www.che.nl
draads en tegendraads binnenwerk
07-07-2006
12:25
Pagina 3
Draads en tegendraads Leren van de puriteinen
Dr. Henk Bakker
Uitgeverij Boekencentrum, Zoetermeer
draads en tegendraads binnenwerk
07-07-2006
12:25
Pagina 4
www.boekencentrum.nl
Deze uitgave kwam tot stand in samenwerking met de Christelijke Hogeschool Ede. Bijbelcitaten zijn overwegend genomen uit de vertaling NBG-51 van het Nederlands Bijbelgenootschap.
Ontwerp omslag: Garage, Peter Slager Illustratie omslag: Edgar Parker (naar Robert Weir), ‘The Embarkation of the Pilgrims’, met toestemming van Pilgrim Hall Museum, Plymouth Massachusetts Ontwerp binnenwerk: Studio Anton Sinke
ISBN-13: 978 90 239 1755 7 ISBN-10: 90 239 1755 3 NUR 700 © 2006 Uitgeverij Boekencentrum, Zoetermeer Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
draads en tegendraads binnenwerk
07-07-2006
12:25
Pagina 5
Voor Michael Gorsira
draads en tegendraads binnenwerk
07-07-2006
12:25
Pagina 6
draads en tegendraads binnenwerk
07-07-2006
12:25
Pagina 7
Inhoud Tijdbalk .................................................................................................... 11 Geografische kaart van New England en Oost-Canada............. 12 Woord vooraf .......................................................................................... 13 Inleiding ................................................................................................... 15 1. De ‘puritein’ Jonathan Edwards........................................................ 17 Dorheid .................................................................................................... 19 Northampton ......................................................................................... 20 Criminaliteit ........................................................................................... 22 De Founding Fathers ........................................................................... 24 Puriteins verzet ...................................................................................... 25 Puriteins milieu ..................................................................................... 27 Edwards’ studietijd ............................................................................... 29 Botten voegden zich aaneen............................................................... 32 Geleidelijke verandering...................................................................... 35 Vernieuwing ............................................................................................ 36 Besef van verlorenheid ......................................................................... 38 Een tweede opwekking......................................................................... 39 Verbondsvernieuwing........................................................................... 41 Gods leiding in de wereld.................................................................... 43 Karel Edward .......................................................................................... 45 Gebedsfront ............................................................................................ 47 Niet opgeven ........................................................................................... 49 Het wonder van Cape Breton ............................................................. 50 Gebed en voorzienigheid..................................................................... 52
draads en tegendraads binnenwerk
07-07-2006
12:25
Pagina 8
8 DRAADS EN TEGENDRAADS
Reden tot optimisme............................................................................ 53 Concluderende opmerkingen ............................................................ 55 2. Een rij van puriteinse portretten ....................................................... 57 Jenny Geddes .......................................................................................... 58 Hendrik VIII............................................................................................ 60 William Tyndale..................................................................................... 62 Mary Tudor en de dood van John Hooper ..................................... 66 Martin Bucer en John Bradford ........................................................ 69 John Foxe en het Boek der martelaren................................................ 72 William Perkins...................................................................................... 75 Jacobus I en Arthur Hildersam.......................................................... 78 De emigratiegolf: Jeremiah Burroughs en Thomas Goodwin . 80 De Westminster Assembly (1643-1649) .......................................... 82 John Owen (1616-1683) ....................................................................... 84 Concluderende opmerkingen ............................................................ 87 3. Het puriteinse leven en denken.......................................................... 89 Een brede blik......................................................................................... 90 Vroomheid............................................................................................... 92 In staat van ontvangen komen .......................................................... 93 Gods voorzienige leiding..................................................................... 95 De puriteinse hoop ............................................................................... 97 Gods eer ................................................................................................... 99 De verkiezing ........................................................................................ 100 Genade, berouw en bekering ........................................................... 103 Heiliging onderdeel van de bekering............................................. 107 Concluderende opmerkingen .......................................................... 109 4 Het belang van het puritanisme voor de kerk van nu ............... 111 Godgerichtheid.................................................................................... 112 Schriftgerichtheid en prediking ..................................................... 115 Non-conformisme en offerbereidheid .......................................... 118 Theologie van de opwekking ........................................................... 120
draads en tegendraads binnenwerk
INHOUD
07-07-2006
12:25
Pagina 9
9
5. Herbronning met behulp van de puriteinen ................................ 123 6. Bespreekvragen en aanbevolen studiemateriaal ....................... 132 Bespreekvragen bij hoofdstuk 1 ..................................................... 132 Bespreekvragen bij hoofdstuk 2 ..................................................... 133 Bespreekvragen bij hoofdstuk 3 ..................................................... 133 Bespreekvragen bij hoofdstuk 4 ..................................................... 134 Bespreekvragen bij hoofdstuk 5 ..................................................... 134 Studieaanbevelingen .......................................................................... 135
draads en tegendraads binnenwerk
07-07-2006
12:25
Pagina 10
Filips II
De eerste balk geeft de eeuwen aan; in de tweede balk zijn koningen, koninginnen, staatkundige figuren, kerkelijk leiders en dergelijke genoemd; de derde balk geeft een overzicht van puriteinen; balk vier vermeldt enkele reformatoren, andere theologen en beroemde denkers; de vijfde balk vermeldt belangrijke gebeurtenissen; de laatste balk laat de eeuw van de puriteinen zien.
opwekking Memorial Humb.Att. Duinkerken Cape Breton Fr. wraakactie
12:25
| E E U W VA N D E P U R I T E I N E N
Dordt burgeroorlog Salem heksenproces Hampton Westm. Assembly Mayflower Boek der martelaren Savoy Great Ejection
07-07-2006
‘Bloody Mary’
Locke Newton
Hildersam Goodwin Manton Baxter T. Edwards J. Edwards Burroughs Watson Stoddard Whitefield Owen Bunyan Wesley Hooker Brooks Cotton Koelman Shepard Davenport Geddes Winthrop
Arminius Gomarus
Hooper† Foxe Perkins Bradford† Leaf† Ridley† Latimer† Cranmer† Knox Melville
Luther Bucer Calvijn
Tyndale†
Karel V
JacobusI Karel I Cromwell Karel II Jac. II Willem III Anne George I George II Laud Karel VI pr.Karel Lodewijk XV
HendrikVIII EdwardVI MariaT. Elizabeth
1700
1600
1500
draads en tegendraads binnenwerk Pagina 11
Tijdbalk
onm
Detroit
Hur
Chicago
Bo
Buffalo r ee Philadelphia iem Er Baltimore
Toronto
Montreal
Quebec
Quebec
se
tts New York
Hudson Rivier
Boston
Connecticutrivier
Atlantische Oceaan
Nova Scotia
Cape Breton
New Foundland
12:25
v
eer enm
Hudson Baai
Labrador Zee
a ss
Ma
07-07-2006
ch u
draads en tegendraads binnenwerk Pagina 12
Geografische kaart van New England en Oost-Canada
eer
Michiganmeer
draads en tegendraads binnenwerk
07-07-2006
12:25
Pagina 13
Woord vooraf De kerkelijke wereld in Nederland is enorm in beweging. Veel kerken bezinnen zich op hun identiteit en missie, christelijke organisaties werken steeds meer samen, kerkelijke opleidingen en hogescholen fuseren en tegelijk constateren we – vooral onder jongeren – een groeiende interesse in de theologische studie. Behoefte is er ook om terug te vragen naar kerkhistorische beginselen en theologische bronnen. Ik denk dan in het bijzonder aan de vroege kerk, de tijd van de reformatie, de eeuw van de puriteinen en diverse opwekkingsgeschiedenissen van de afgelopen eeuwen. Toen de Christelijke Hogeschool Ede mij vroeg om een nieuwe schoolreeks te openen met een bijdrage over de puriteinen, heb ik de uitnodiging daarom graag aangenomen. Het is een uitdaging om het puriteinse gedachtegoed toegankelijk te maken en zo te presenteren dat men er in kerken en op scholen mee uit de voeten kan. De ruimte is echter beperkt – dit boek betreft slechts een beknopte inleiding. De lezer wordt wel gaandeweg geprikkeld om zich breder in de puritanica te oriënteren. De puriteinen brengen ons niet alleen bij belangrijke bronnen van de reformatorische traditie maar ook bij die van de evangelische. Studie van de puriteinen slaat een stevige brug tussen beide geloofstradities. Alleen al daarom is het puriteinse christendom de moeite van het bestuderen waard. Maar daar blijft het niet bij. Ook over persoonlijke geloofsgroei, over ethiek en samenleving, en over kerk zijn hebben puriteinse theologen zinvolle boeken geschreven. Kortom: er valt nog veel te ontdekken uit dat Engelse tijdvak. Een tijdbalk, enkele geografische kaarten en portretten vergemakkelijken het lezen. Bespreekvragen en adviezen voor verdere studie bieden de mogelijkheid om de stof met anderen, in huiskringen of
draads en tegendraads binnenwerk
07-07-2006
12:25
Pagina 14
14 D R A A D S E N T E G E N D R A A D S
werkgroepen, te bespreken en te verwerken, en een vervolg aan deze kennismaking te geven. Mijn dank gaat uit naar de Christelijke Hogeschool Ede, in het bijzonder naar de leescommissie: Arjan van Vugt, Marianne Verhage en Jan Noorlandt. Jeroen Bol en Michael Gorsira ben ik dankbaar voor hun talrijke adviezen en warme betrokkenheid. Aan Michael draag ik dit boek op. Hij is een van de weinige vrienden die als predikant het puritanisme persoonlijk doorleeft en in de kerkelijke samenkomst voluit ten gehore brengt. Roelof Bisschop heeft de tekst op de vele historische gegevens akribisch doorgenomen – dank daarvoor. Mijn vrouw Jenny ben ik meer dan dank verschuldigd. ‘Veel dochters gedragen zich wakker, maar jij overtreft ze allemaal!’ (Spr. 31:29). Ede, 1 maart 2006, Henk Bakker
draads en tegendraads binnenwerk
07-07-2006
12:25
Pagina 17
HOOFDSTUK 1.
De ‘puritein’ Jonathan Edwards Op vrijdag 21 december 1722 schrijft een jongen in zijn dagboek: ‘Vandaag en gisteren was ik verschrikkelijk mat, dor en doods.’ Ruim een week later schrijft hij opnieuw aan het begin van de avond de woorden: ‘Mat en levenloos.’ Op nieuwjaarsdag constateert hij dat hij dagen aaneen amper had geleefd. De volgende dag noteert hij wederom: ‘Mat’, zonder dat daar de weersomstandigheden mee bedoeld waren. Twee weken later is dit nog zo. Zijn dagboek doet dan de korte mededeling: ‘Het is ongeveer drie uur – overweldigd door somberheid.’ De jongen die dit bijna driehonderd jaar geleden opschreef was Jonathan Edwards, negentien jaar oud en zojuist assistent-voorganger geworden in een kerk in New York. Hij voelde zich wekenlang somber en neergedrukt, en kreeg de vinger er maar moeilijk achter hoe dat zo kwam. Het lag in elk geval niet aan zijn achtergrond. Hij was met veel zorg en liefde opgevoed. Bovendien was Jonathan een zeer kansrijke jongen, met een goed stel hersens. Dat hij op betrekkelijk jonge leeftijd ambtsdrager in een kerk was geworden, was in die tijd heel gewoon en beangstigde hem niet. Toch werd hij regelmatig overrompeld door een leeg gevoel. De leegte was dan overal en God was ver weg. Zijn hoofd leek soms vol te zitten met watten – het was er mat en droog. Op het eerste gezicht zijn deze dagboekfragmenten misschien niet zo bijzonder als ze lijken. Jongeren worstelen wel vaker met gevoelens van leegte en somberheid. Dat is waarschijnlijk van alle tijden. Toch is het gevoel dat Jonathan Edwards in zijn dagboek neerschreef
draads en tegendraads binnenwerk
07-07-2006
12:25
18 D R A A D S E N T E G E N D R A A D S
Jonathan Edwards, ca. 1750-55
Pagina 18
draads en tegendraads binnenwerk
07-07-2006
DE ‘PURITEIN’ JONATHAN EDWARDS
12:25
Pagina 19
19
anders. Hij doelde niet op lusteloze verveling, zoals je die op een saaie zondagmiddag wel eens kunt ervaren. Hier wordt geestelijke laksheid bedoeld. Die is van een andere orde.
Dorheid Jonathan Edwards wilde als christen leven, een diep geestelijk leven met God onderhouden, maar stuitte daarbij op de onmacht van zijn eigen innerlijk. Hij verlangde ernaar om diep zijn geestelijke wortels in God te hebben, zonder daarbij aan zichzelf te hoeven twijfelen. De confrontatie met zichzelf was voor de jonge predikant de moeilijkste opgave in zijn leven met God. Hij wilde bijvoorbeeld meer aan God denken, vaker vervuld worden met mooie gedachten over Hem. Maar wat doe je, als je telkens in je hoofd wegdwaalt en jezelf gauw betrapt op een andere gerichtheid? Deze christen nam geen genoegen met die dubbelheid in zijn leven. Hij was voortdurend bezig om zich op zijn motieven te bevragen – keek dus ook met een zekere achterdocht naar zijn hart. Waarom wil ik God kennen? Wat wil ik van Hem ervaren en waarom? Verwacht ik bevestiging of gemak of gaat het me om God en God alleen? Er is moed voor nodig om dit soort kritische vragen aan jezelf te stellen. Vooral als je tot de conclusie komt dat het van binnen feitelijk gortdroog is. Het avontuur van de tocht naar de zielse binnenwereld is confronterend, zeker voor jonge christenen. Wat Jonathan Edwards op jonge leeftijd bij zichzelf ontdekte, zou hij later in zijn kerk te Northampton breed aantreffen. In zijn ogen bestond die kerk overwegend uit ‘dorre beenderen’ (dry bones). Daarmee bedoelde hij te zeggen dat de meeste christenen uit zijn kerk te vergelijken waren met levenloze geraamten. Ze waren geestelijk zo dood als een pier. Zondag aan zondag zaten de skeletten wel rij aan rij netjes in de kerkbanken, en toch zat er geen leven in. Hun vroomheid zat van buiten en was niet meer dan aangeleerd gedrag. Een geestelijke relatie met God hadden zij niet. Voor geestelijke vernieuwing waren zij niet te vinden, want die kwam te dichtbij. Ze zaten vast in een schijnchristendom, met een gevaarlijke schijnzeker-
draads en tegendraads binnenwerk
07-07-2006
12:25
Pagina 20
20 D R A A D S E N T E G E N D R A A D S
heid, en kenden God feitelijk niet. Deze groep bestond uit naamgelovigen die wel van alles over God wisten te vertellen, maar ‘de tocht naar binnen’ nog niet hadden ondernomen. Daarom wisten ze zich met een zekere trots tegenover God te handhaven. Ze vonden zichzelf keurige en fatsoenlijke christenen.
Northampton De plaats Northampton, in de Noord-Amerikaanse staat Massachusetts, was voor die tijd een behoorlijk grote plaats, met ongeveer tweehonderd gezinnen, in totaal ongeveer duizend inwoners. Ofschoon de plaats als christelijk bekend stond en de bevolking zich niet gauw van dat pad af liet brengen, was Northampton in alles toch een typische ‘frontier-spot’. Vanaf het moment dat Columbus (het Caribische) Amerika ontdekte, en dat was aan de oostkust, hebben Europeanen het land voornamelijk vanaf het oosten gekoloniseerd. Met de oprukkende avonturiers en in hun kielzog de vele immigranten, verplaatste zich ook een denkbeeldige grenslijn van de oostkust naar het Westen toe. Die grenslijn werd frontier genoemd. Wat westelijk van de frontierlijn lag, was het uitgestrekte wilde Westen. Daar was het leven ruig en daar woonden de meeste indianen. In de tweede helft van de zeventiende eeuw was Northampton een frontierstadje geweest. Dat hield ongetwijfeld in dat de regio te maken had met wat wij nu nog steeds over het wilde Westen op tv te zien krijgen: kroegen, vechtpartijen, beroving, moord en prostitutie, hoewel nog niet in die mate als de negentiende eeuw zou laten zien. Massachusetts was immers als een typisch puriteinse kolonie gesticht. Wel trokken figuren van allerlei pluimage door de regio naar het Westen om het land open te leggen en het grote geld te vinden. De handel was daar nog niet aan zo veel regels gebonden als in Europa. Wie in West-Europa kansloos was geweest, kon in dit nieuwe grenzeloze land zijn geluk opnieuw beproeven. Natuurlijk trok dit ook gefrustreerde en aan lager wal geraakte desperado’s aan, die op een of andere wijze aan geld kwamen en de reis over de
draads en tegendraads binnenwerk
07-07-2006
DE ‘PURITEIN’ JONATHAN EDWARDS
12:25
Pagina 21
21
draads en tegendraads binnenwerk
07-07-2006
12:25
Pagina 22
22 D R A A D S E N T E G E N D R A A D S
Atlantische Oceaan konden maken. Bekende revolverhelden als de Daltons of Billy the Kid leefden pas een eeuw na Edwards, maar we nemen aan dat het Massachusetts van de zeventiende en achttiende eeuw ook zijn eigen gangsters heeft gehad. Een blik in de archieven van deze staat doet dat vermoeden. Vanaf 1630 tot op heden staan alle officiĂŤle executies in de bevolkingsregisters vermeld. We nemen aan dat naast deze van hogerhand opgelegde executies ook soms liquidaties werden uitgevoerd die meer weg hadden van lynchpartijen.
Criminaliteit Tot aan 1699 (we rekenen vanaf 1630, het stichtingsjaar) worden in de staat Massachusetts 99 executies geteld. We gaan ervan uit dat voor de hele zeventiende eeuw zeker honderddertig personen daar de doodstraf ondergingen. De cijfers zijn betrekkelijk hoog voor een streek die toen dunbevolkt was (halverwege de achttiende eeuw telde de hele VS nog maar ongeveer 250.000 burgers – halverwege de zeventiende eeuw was dit aantal zelfs aanzienlijk minder).1 Maar vergeleken met Engeland werd de doodstraf in het puriteinse NieuwEngeland bij minder vergrijpen uitgevoerd.
1
De cijfers van Massachusetts zijn ook vergeleken met andere staten betrekkelijk hoog, maar dat kan te maken hebben met de bevolkingsdichtheid: Connecticut zeventiende eeuw 20x en achttiende eeuw 16x, Maine zeventiende eeuw 2x en achttiende eeuw 7x, Maryland zeventiende eeuw 25x en achttiende eeuw 43x, Georgia achttiende eeuw 30x, Delaware zeventiende eeuw 5x en achttiende eeuw 8x, Michigan zeventiende eeuw 12x, achttiende eeuw 5x, Illinois achttiende eeuw 5x, Vermont achttiende eeuw 5x, West-Virginia achttiende eeuw 25x, Rhode Island zeventiende eeuw 20x en achttiende eeuw 44x, Tennessee achttiende eeuw 20x, Louisiana achttiende eeuw 75x (meest slaven). Hoge executieaantallen hebben ook: New Jersey zeventiende eeuw 90x en achttiende eeuw 76x, New York achttiende eeuw 168x (veel slaven), North-Carolina achttiende eeuw 175x (meest slaven), Virginia achttiende eeuw 386x (bijna allemaal slaven). Pennsylvania springt eruit, met in de achttiende eeuw 202 geregistreerde executies waaronder van weinig slaven (veel blanken gedood wegens moord, inbraak en roof). Daarin is Pennsylvania met Massachusetts te vergelijken.
draads en tegendraads binnenwerk
07-07-2006
DE ‘PURITEIN’ JONATHAN EDWARDS
12:25
Pagina 23
23
Onder de 99 in Massachusetts gedocumenteerde voltrekkingen van de doodstraf waren 68 mannen en 31 vrouwen. Bijna 60% was blank, 15% indiaan, 5% zwart en van de rest is de huidskleur onbekend. Zevenentachtig veroordeelden werden opgehangen, tien standrechtelijk doodgeschoten, één werd verbrand en één onder stenen verpletterd. De gepleegde delicten waren: moord (25x), piraterij (19x), hekserij (26x), roofmoord (4x), seksuele perversie (3x), overspel (2x), verkrachting (4x), brandstichting (2x), het verborgen houden van een geboorte (1x) en quakerdom (4x, toen een godsdienstige sekte). In negen gevallen werd de aanklacht niet vermeld. Opvallend is dat ook bij vergrijpen die veel minder ernstig waren dan moord, piraterij of verkrachting de doodstraf werd geëist. Op 2 april 1674 werd de zeventienjarige Benjamin Gourd wegens sodomie ter dood gebracht (mogelijk wordt daar homoseksualiteit mee bedoeld). In 1643 kwam op 21 maart Mary Latham door ophanging om het leven. Zij was achttien jaar en werd schuldig bevonden aan overspel. Susanna Andrews werd in 1696 tot de galg veroordeeld. Zij hield haar zwangerschap verborgen, evenals de geboorte van haar kind. Waarschijnlijk was zij ongewenst zwanger geworden en trachtte zij de schande die dat toen veroorzaakte te ontlopen. In het oog springen ook de gevallen van hekserij. In de jaren 1630 tot 1699 zijn meer personen wegens hekserij veroordeeld dan wegens welk ander delict ook. Binnen vijftig jaar werden in Massachusetts zesentwintig vermeende heksen en figuren die met hekserij in verband werden gebracht ter dood gebracht. De cijfers geven ons een indruk van de maatschappij van toen en welke sociale waarden en normen bij de overheid hoog in het vaandel stonden. Dat piraterij of roofmoord zwaar werden gestraft, kunnen we ons voorstellen. Bij sodomie of overspel is dat al minder het geval. Maar waarom iemand die de geboorte van een kind verborgen hield of met hekserij bezig was moest sterven, ontgaat ons vermoedelijk. Blijkbaar zat de angst voor hekserij er goed in onder het volk van Massachusetts. In 1648 werd een blanke huisvrouw daarvoor naar de galg geleid. Datzelfde gebeurde nog tweemaal in 1651 en eenmaal
draads en tegendraads binnenwerk
07-07-2006
12:25
Pagina 24
24 D R A A D S E N T E G E N D R A A D S
in 1656. Twee huisvrouwen kregen in 1684 en 1688 wegens vermeende hekserij de strop. Het jaar 1692 is in Massachusetts voor altijd verbonden met de twintig slachtoffers die tijdens de heksenprocessen te Salem tot de galg werden veroordeeld. Veertien blanke vrouwen – onder wie Rebecca Nurse, een vrouw van 71 jaar – en zes blanke mannen werden in twee maanden tijd op grond van vage klachten naar het schavot geleid. Achteraf bezien was dit hele showproces ingegeven door een collectieve vorm van hysterie en is het niet ondenkbaar dat de zogenaamde uitingen (en ‘bewijzen’) van hekserij waren toe te schrijven aan een vergiftiging door ‘ergot’, een schimmelsoort die zich onder meer hecht aan tarwe en op mensen een hallucinerende uitwerking heeft. Het drama was tekenend voor die tijd en is nu zelfs verfilmd (Salem Witch Trials, 2003).
De Founding Fathers Ruim elf jaar na deze tragische geschiedenis is Jonathan Edwards geboren (1703). Niet in de staat Massachusetts, maar daar vlak tegenaan in Oost-Windsor (Connecticut), een afgelegen gebied aan de oevers van de Connecticutrivier, waar zijn vader Timothy Edwards predikant was. Dat was niet ver van het plaatsje Salem. In OostWindsor heeft Jonathan zijn jeugd doorgebracht – een gelukkige en onbezorgde jeugd in een geweldig mooie omgeving. We zijn dan aan het begin van de achttiende eeuw gekomen. Die eeuw eiste opnieuw executies in Massachusetts, dat vanzelfsprekend in de loop van de zeventiende en achttiende eeuw in bevolkingsaantal toenam. Het percentage executies blijkt dan te zijn gedaald: 91 mannen en negen vrouwen zijn gedood – wederom wegens moord (35x), inbraak en diefstal (20x), piraterij (17x), desertie (4x), verkrachting (3x), brandstichting (2x) en het verborgen houden van de geboorte van een kind (2x): 102 in totaal. De meeste delinquenten stierven aan de galg, want alleen deserteurs kregen de kogel. Van heksenprocessen was in die periode gelukkig geen sprake meer. De overheden werden voorzichtig met processen van religieu-
draads en tegendraads binnenwerk
07-07-2006
DE ‘PURITEIN’ JONATHAN EDWARDS
12:25
Pagina 25
25
ze aard. De doodstraf werd bovendien bij minder vergrijpen toegepast dan voorheen. We kunnen het beperkte aantal doodvonnissen uit de zeventiende en achttiende eeuw niet verklaren als we geen rekening houden met de puriteinse geest die vanaf het historische begin van de kolonisatie van Noord-Amerika het land stempelde. De puriteinse moraal is nog steeds diep in de Amerikaanse volksziel verankerd. Het land is groot geworden op de schouders van bekende puriteinen als de Pilgrim Fathers, die met de Mayflower in 1620 in Plymouth landden. Toch is deze kleine groep meer van symbolische dan van feitelijke betekenis. Hun Plymouth-plantation bleek nauwelijks levensvatbaar. Het waren met name de congreationalistische puriteinen die de ‘Founding Fathers’ van Amerika zijn geworden. Zij stichtten vanaf 1630 Massachusetts en enkele andere puriteinse koloniën. Leidinggevende figuren waren onder anderen John Winthrop, Thomas Hooker, John Cotton en Thomas Shepard. Zij weken uit naar de Nieuwe Wereld omdat zij in Engeland onder het bewind van Jacobus I (1603-1625) en diens zoon Karel I (1625-1649) werden vervolgd. Met vele anderen worden zij de Founding Fathers van de Verenigde Staten genoemd, een land waar de scheiding van kerk en staat dan ook al eeuwenlang wordt gehandhaafd en als zeer wezenlijk wordt aangevoeld.
Puriteins verzet De Engelse overheid had het op de puriteinen gemunt omdat deze kritiek hadden op de heersende christelijke moraal, de kerkelijke structuur en de wijze waarop de overheid – en vooral de koning – bepaalde hoe kerkdiensten eruit moesten zien. De koning van Engeland was niet alleen hoofd van het land, maar ook van de kerk. Hij besloot welke gebeden voorgelezen werden, hoe nieuwe priesters werden gekozen en welke kledij zij dienden te dragen. Puriteinse christenen verzetten zich daartegen en hadden grote moeite met de macht van de koning en de pracht en praal van allerlei kerkelijke ceremoniën. Zij beschouwden deze als rooms-katholieke afwijkin-
draads en tegendraads binnenwerk
07-07-2006
12:25
Pagina 26
26 D R A A D S E N T E G E N D R A A D S
gen en ontsporingen van het oorspronkelijke christendom. Ook al had Engeland zich onder Hendrik VIII van de kerk van Rome losgemaakt, de puriteinen meenden dat de Engelse Kerk nog altijd een sterk roomse geest uitademde. Het is in Engeland dan ook nooit tot een diepgaande reformatie van de kerkelijke theologie en het instituut kerk gekomen. Puriteinse theologen uit de zestiende en zeventiende eeuw betreurden dat zeer. Het gewone volk was er vaak verdeeld over, ofschoon de Schotten van meet af aan overwegend calvinistisch zijn geweest. De reformator Calvijn had daar grote invloed door de prediking van John Knox (1514?-1572), die in Genève bij Calvijn zelf in de leer was geweest. Er waren zelfs Schotten die de Engelse koning tegen durfden te spreken. Een voorbeeld dient ter illustratie. Toen Jacobus VI, zoon van de vermaarde Maria Stuart, in 1584 koning van het presbyteriaanse Schotland werd (in 1603 werd hij ook koning van Engeland, waar hij Jacobus I heette), hadden de hervormingsgezinden gehoopt dat hij flinke kerkelijke vernieuwingen zou doorvoeren. De man werd helaas een regelrechte teleurstelling. Het werd zijn strategie om overal in de plaatselijke kerken zijn macht en gezag te doen gelden en het bisschoppelijke systeem juist te behouden. Zo’n systeem viel namelijk beter te sturen en controleren. Deze dominante koning was door Andrew Melville, de opvolger van John Knox, in 1592, recht in zijn gezicht aangesproken met ‘Gods simpele knecht’ (God’s silly vassal). Hoe durfde hij! De koning wist zich te beheersen, maar was erg boos geweest. Daarop sprak Melville de beroemde en tegendraadse woorden: ‘Sire, zoals ik u al diverse malen heb gezegd zo moet ik het u nu weer zeggen: er zijn twee koningen en twee koninkrijken in Schotland. Daar is koning Jacobus, het hoofd van het Gemenebest, en daar is koning Jezus, de Koning van de kerk, van wie koning Jacobus de Zesde gewoon een onderdaan is, en in wiens Rijk deze geen koning, geen heer en ook geen hoofd, maar alleen maar een lid is. Wij erkennen uw positie en brengen alle gepaste gehoorzaamheid aan u op. Maar ik zeg u nog eens: u bent niet het hoofd van de kerk.’
draads en tegendraads binnenwerk
07-07-2006
DE ‘PURITEIN’ JONATHAN EDWARDS
12:25
Pagina 27
27
Veel puriteinen bogen niet onder de druk van de Jacobites, zoals de familie en de aanhangers van het koningshuis van Jacobus I werden genoemd. Een aantal groepen puriteinsgezinden kon voor het eigen geweten ook niet meer binnen de Kerk van Engeland blijven en scheidden zich af. Ze werden separatisten of dissenters genoemd en vooral zij zagen zich gedwongen om over de oceaan de wijk te nemen naar het verre Westen, waar de mogelijkheid bestond om te bouwen aan een eigen puriteinse samenleving, met een eigen vorm van heus zelfbestuur. De meeste puriteinen bleven echter als non-conformisten binnen de Engelse staatskerk.
Puriteins milieu Nu weer terug naar Jonathan Edwards. De jonge Jonathan groeide op in een puriteinse omgeving waar de moraal dagelijks werd onderwezen. Men leefde tevens vanuit het besef dat God in alle dingen geëerd moest worden. De Heilige Schrift was daarbij het enig betrouwbare richtsnoer. Gods Woord werd in alles geraadpleegd en had gezag en prioriteit voor de inrichting van iedere dimensie van het leven: het huwelijksleven, het gezinsleven, het werk, de samenleving. De puriteinen werden veel gelezen en bestudeerd. Jonathan Edwards werd later in het bijzonder beïnvloed door Thomas Hooker (1586-1647), diens schoonzoon Thomas Shepard (1605-1649), John Cotton (15841652) en John Davenport (1597-1670). Vermoedelijk had hij deze namen thuis al leren kennen. In zijn kinderjaren kon Edwards soms maanden diepgaand bezig zijn met de behoudenis van zijn ziel en de liefelijkheid van God. Er waren tijden dat hij vijfmaal per dag bad. Het geloof in God was voor de jonge telg uit het gezin Edwards vaak een ware verrukking. Met schoolvrienden trok hij zich regelmatig op een afgelegen plaats tussen de moerassen terug. Daar hadden ze een soort van hut gebouwd, om samen te bidden. Zelf had Edwards talloze plekjes in het bos waar hij God zocht en in gebed ontmoette. Toch zou hij later zeggen dat de emoties waardoor hij in zijn kindsjaren gemakkelijk werd
draads en tegendraads binnenwerk
07-07-2006
12:25
Pagina 28
28 D R A A D S E N T E G E N D R A A D S
bevangen, nog geen teken van heilbrengende genade waren. Wel brachten ze hem op het spoor van God. Bij de puriteinse vrijheidszin van het gezin Edwards hoorde ook het feit dat men van congregationalistischen huize was. Daarmee wordt bedoeld dat Timothy Edwards een kerk diende die in principe onafhankelijk was en niet onder het gezag van een bovenlokaal (bijvoorbeeld synodaal) orgaan stond. In gemeenten van het congregationalistische kerktype legde de kerkenraad alleen verantwoording af aan de voltallige gemeentevergadering, dat is de plaatselijke gemeenschap van belijdende christenen. Deze wijze van kerk zijn was in Engeland ontwikkeld tijdens de puriteinse eeuw (1560-1660) en werd in 1658 onder woorden gebracht in de Savoy Declaration, vlak voordat onder het dramatische bewind van Karel II in 1662 de grote uitzetting (de great ejection) begon. Karel II eiste toen van alle predikers in Engeland strikte onderwerping aan de regels van de Engelse Kerk, waarvan hijzelf het hoofd was (zie de Act of Uniformity). Ongeveer tweeduizend puriteinse predikers werd de toegang tot de kansel ontzegd. Veel overtuigde congregationalisten en presbyterianen die niet met de staatskerk wilden breken, weigerden om aan de eisen van de koning te voldoen. Het effect was dat zij in het geheim moesten samenkomen en dat er allerlei zelfstandige gemeenten naast de officiĂŤle kerk ontstonden. De onderlinge saamhorigheid van deze congregationalisten en presbyterianen was groot. Heldere afspraken over onderlinge samenwerking tussen deze kerken voorkwamen dat men tĂŠ onafhankelijk zou gaan denken. Het congregationalistische gedachtegoed werd in veel Engelse, calvinistische vluchtelingengemeenten onderwezen en gepraktiseerd, ook in Nederland, bijvoorbeeld in Rotterdam en Leiden. Te verwachten was dat puriteinse vluchtelingen de congregationalistische kerkvisie ook zouden exporteren naar Noord-Amerika. Timothy Edwards heeft vierenzestig jaar lang, van 1694 tot 1758, een congregationalistische kerk gediend, en het is dan ook niet verwonderlijk dat zijn zoon evenzo predikant werd in een congregationalistische kerk.2 2
Het andere kerktype dat aan het calvinistisch puritanisme ontsprong was het presbyteriaanse.