Omslag_Jesaja2
09-10-2008
12:31
Pagina 1
evangelie van Christus. In het Nieuwe Testament wordt vaak op woorden van Jesaja teruggegrepen, en ook daarna is zijn boek voor christenen steeds een belangrijke inspiratiebron voor hun
Jesaja
Het bijbelboek Jesaja heeft altijd al een grote rol gespeeld in het
geloof en leven geweest. In acht bijbelstudies laat dr. J. Dekker zien hoe het boek Jesaja dat ook vandaag kan zijn. De kernteksten die hij in deze ‘luisteroefeningen’ bespreekt, zijn vooral uit het als recht en gerechtigheid, de heiligheid van God, oordeel, verzoening, geloof, Immanuel, Sion, en de volken. Hoewel Jesaja een profeet was, heeft zijn boek de reputatie van een evangelie gekregen – het vijfde evangelie, dat echter als eerste geschreven werd... Dr. J. Dekker is parttime predikant van de Nederlands Gereformeerde Kerk te Enschede. Daarnaast is hij docent bijbelvakken aan de Nederlands Gereformeerde Predikantenopleiding te
DR. J. DEKKER
eerste deel van Jesaja gekozen. Daarbij komen thema’s aan de orde
L
U I S T E R O E F E N I N G E N
Jesaja Het vijfde evangelie
Apeldoorn. Hij promoveerde op een onderzoek naar Jesaja 28:16. Zijn huidige onderzoek richt zich op het christelijk lezen van het Oude Testament, toegespitst op de receptiegeschiedenis van het boek Jesaja.
DR. J. DEKKER
De serie ‘Luisteroefeningen’ bevat bijdragen van theologen uit diverse kerkgenootschappen en is geschikt voor gemeenschappelijke en persoonlijke bijbelstudie. De redactie wordt gevormd door ds. W.J. Dekker en ds. G. van Meijeren. NUR 707
www.uitgeverijboekencentrum.nl
ISBN 978-90-239-2209-4
BOEKENCENTRUM
Binnenwerk JESAJA
09-10-2008
11:29
Pagina 2
Wie de Schriften wil verstaan, moet leren luisteren. Dat is de insteek van de serie ‘Luisteroefeningen’. Elk deel beoogt een hulpmiddel te zijn bij het verstaan van de tekst. Op heldere en grondige wijze worden bijbelgedeelten belicht met het oog op de praktijk van het christelijke leven. De reeks bevat bijdragen van theologen uit verschillende kerkgenootschappen en is zeer geschikt voor gemeenschappelijke en persoonlijke bijbelstudie. De reeks staat onder redactie van ds. W.J. Dekker en ds. G. van Meijeren. Reeds verschenen: Ds. W.J. Dekker, Elisa. Dichter bij God Ds. H.C. Marchand, Paulus en de opstanding Dr. P.F. Bouter, Psalmen. Acht bijbelstudies
Binnenwerk JESAJA
L
09-10-2008
11:29
Pagina 3
U I S T E R O E F E N I N G E N
Jesaja Het vijfde evangelie
DR. J. DEKKER
UITGEVERIJ BOEKENCENTRUM, ZOETERMEER
Binnenwerk JESAJA
09-10-2008
11:29
Pagina 4
www.uitgeverijboekencentrum.nl
Ontwerp omslag en binnenwerk: Cees van Rutten bno, Den Haag
ISBN 978 90 239 2209 4 NUR 707 Š 2008 Uitgeverij Boekencentrum, Zoetermeer Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieÍn, opnamen of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Binnenwerk JESAJA
09-10-2008
11:29
Pagina 5
Inhoud
Woord vooraf
7
1. Zuivere godsdienst
11
2. Lied van de wijngaard
23
3. Aangeraakt door God
34
4. God met ons
46
5. Als God zich verbergt
58
6. De wereld van morgen
69
7. Hier is rust
80
8. De komst van Gods Koninkrijk
91
Binnenwerk JESAJA
09-10-2008
11:29
Pagina 7
Woord vooraf
O VER
DE SERIE
Het boek dat u in handen heeft, maakt deel uit van de bijbelstudiereeks ‘Luisteroefeningen’. Met deze naam wordt uitgedrukt waar het ook in dit boekje om gaat: zorgvuldig luisteren naar de stem van God die tot ons komt wanneer wij de Schriften lezen. Daarom ligt de nadruk op de uitleg van bijbelgedeelten. Dit aandachtig lezen komt voort uit een verlangen om te horen wat God ons te zeggen heeft in deze tijd. Het gaat om oefeningen. Hiermee wordt erkend dat luisteren een hele inspanning is. Wie weet precies te zeggen wat God ons zeggen wil? Het is aan te bevelen het bijbelgedeelte dat besproken wordt eerst voor uzelf aandachtig te lezen en pas daarna de uitleg in het boekje te lezen. Elk hoofdstuk begint met een vraag. Op deze wijze wordt geprobeerd het gesprek met elkaar goed op gang te krijgen. Het is daarom zinvol deze vraag een plek te geven aan het begin van de kringavond, hetzij vóór hetzij na het lezen van het desbetreffende bijbelgedeelte. O VER J ESAJA Wie was de profeet Jesaja? Hij woonde en werkte in het Jeruzalem van de achtste eeuw voor Christus. Ruim vijfhonderd jaar later typeert een oud wijsheidsboek dat niet in onze Bijbel is opgenomen, maar in de vroege kerk veel werd gelezen, de profeet Jesaja als volgt:
7
Binnenwerk JESAJA
09-10-2008
11:29
Pagina 8
‘... groot was die en betrouwbaar in zijn visioenen. In zijn tijd ging de zon achteruit en werd het leven van de koning verlengd. Met zijn grote geest zag hij de laatste dingen en sprak hij de treurenden van Sion moed in. Hij kondigde aan wat ging gebeuren, tot in de verste toekomst, voordat het gebeurde voorspelde hij wat nog verborgen was.’ (Sirach 48:22-25)
8
Ruim voor de komst van Jezus was Jesaja dus al een van de groten uit Israëls geschiedenis. Met Jezus’ komst is zijn betekenis voor de kerk er alleen maar groter op geworden. Het Nieuwe Testament grijpt vaak op Jesaja terug, maar ook in de tijd daarna bleef zijn boek voor christenen een belangrijke inspiratiebron. Hij werd wel ‘de profeet met de luidste stem’ genoemd (Chrysostomus, vierde eeuw). Jesaja kreeg zelfs de reputatie dat hij een evangelist was. Typerend is bijvoorbeeld hoe de kerkvader Hiëronymus (begin vijfde eeuw) over hem sprak: ‘Jesaja zou beter een evangelist dan een profeet genoemd kunnen worden. Want hij heeft alle geheimenissen van Christus en van de Kerk zo duidelijk beschreven, dat men zou denken dat hij niet over de toekomst profeteert, maar over de voorbije geschiedenis schrijft.’ Op zijn beurt typeert Calvijn Jesaja als ‘een alleredelste gezant van Christus’. In de praktijk gold het boek van deze profeet voor de kerk als ‘het vijfde evangelie’. Voor christenen vandaag is dat nog niet veel anders. Op christelijke feestdagen, maar ook in situaties van rouw en verdriet wordt vaak op teksten uit Jesaja teruggegrepen. Sommigen zeggen zelfs dat als de vier nieuwtestamentische evangeliën op een of andere manier verloren zouden gaan, het geen ramp zou zijn als we dan Jesaja ten minste nog hebben... Het eerste vers van het boek Jesaja stelt de profeet aan ons voor. Hij wordt de zoon van Amos genoemd. Deze Amos moeten we niet verwarren met de gelijknamige profeet. Hun namen worden in het Hebreeuws verschillend gespeld. De profeet Amos was in zijn dagelijks leven een gewone schapenfokker (zie Am. 1:1). De familie van Jesaja is van voornamer komaf. Mogelijk was Jesaja zelfs aan het koningshuis van David gelieerd, al weten we daar het fijne niet van. Volgens de Joodse traditie was Jesaja een kleinzoon van koning Joas, een
Binnenwerk JESAJA
09-10-2008
11:29
Pagina 9
Luisteroefeningen volle neef dus van koning Uzzia. Hoe dit ook zij, Jesaja was in elk geval goed opgeleid en had gemakkelijk toegang tot het hof. In het sterfjaar van koning Uzzia werd hij tot profeet geroepen (Jes. 6:1), zodat hij het meeste met de koningen Jotam, Achaz en Hizkia te stellen heeft gehad. Exacte jaartallen zijn bij deze koningen wat moeilijk te geven. De duur van hun koningschap is uit de Bijbel helaas niet zo exact af te leiden. We bevinden ons in elk geval in de tweede helft van de achtste eeuw voor Christus (750-700 v.C.). Dat is precies het moment dat de Assyriërs als wereldmacht in opkomst zijn (het Nieuw-Assyrische Rijk) en zij zich ook in Israël en Juda steeds sterker laten gelden. Bij Jesaja is het belangrijk om enigszins onderscheid te maken tussen de profeet en zijn boek. Het boek Jesaja bevat namelijk ook veel profetieën die duidelijk uit later tijd afkomstig zijn, onder andere uit de tijd van de ballingschap (586-539 v.C.) en daarna. Dit bijbelboek is in een tijdsbestek van meer dan twee eeuwen ontstaan. Er werd steeds aan gewerkt totdat het zijn huidige vorm had gekregen. Door die lange ontstaansgeschiedenis is vaak moeilijk te zeggen wat van Jesaja zelf en wat van zijn leerlingen (vgl. Jes. 8:16) of van latere schrijvers afkomstig is. Dat is weleens lastig voor bijbellezers die nieuwsgierig zijn ingesteld, maar uiteindelijk geeft het natuurlijk niet. Belangrijker is de erkenning dat ook het huidige boek Jesaja niet is voortgekomen uit menselijk initiatief, maar dat mensen die namens God spraken daartoe altijd gedreven werden door de heilige Geest (zie 2 Petr. 1:21). Je kunt het ontstaan van het boek Jesaja vergelijken met de bouw van een kathedraal. Daar werd doorgaans honderden jaren aan gebouwd. Ook waar de grondlijnen door de eerste bouwer waren uitgezet, bleef men ermee aan het werk. Anderen bouwden op eerdere ontwerpen voort, breidden onderdelen uit en voegden daar hun eigen accenten aan toe. Dat kwam het gebruik van zo’n bouwwerk ten goede. Op dat laatste is ook het boek Jesaja aangelegd. Het woord van God dat de profeet Jesaja heeft mogen brengen, wil steeds opnieuw tot spreken komen. In dit boekje zullen we ons beperken tot een aantal kernteksten uit het boek Jesaja, daarbij gebruikmakend van de Nieuwe Bijbelvertaling (NBV). Deze kernteksten zijn allemaal uit het eerste deel van zijn boek gekozen (Jes. 1-39). Daar krijgen we
9
Binnenwerk JESAJA
09-10-2008
11:29
Pagina 10
de prediking van de profeet Jesaja, waaruit zich zijn boek ontwikkeld heeft, het duidelijkst in beeld. Uit elk van de verschillende perioden waarin Jesaja optrad, zullen we een paar teksten lezen. De bedoeling is om aan de hand daarvan te ontdekken hoe het boek Jesaja ook vandaag een belangrijke inspiratiebron voor ons geloof en leven kan zijn. De gekozen ondertitel ‘Het vijfde evangelie’ geeft aan dat we Jesaja vanuit een christelijke invalshoek zullen lezen. Niet om ons daarmee af te zetten tegen het jodendom en deze profeet bij voorbaat voor de kerk te annexeren. Wel is dit boek geschreven vanuit het geloof dat Jesaja nog steeds een belangrijke gids is bij het verstaan van het evangelie van Jezus Christus. Persoonlijk De verschijning van dit boek valt samen met mijn afscheid van de Nederlands-gereformeerde kerk te Amstelveen. Als blijk van verbondenheid draag ik het aan deze gemeente op. De leden van de ‘woensdagavondkring’ waren bereid om de bijbelstudies uit dit boekje eerst uit te proberen. Van hun kritische vragen en opmerkingen heb ik dankbaar gebruikgemaakt. Dr. Jaap Dekker Amstelveen, augustus 2008
10
Binnenwerk JESAJA
09-10-2008
11:29
Pagina 11
1. Zuivere godsdienst
Lezen: Jesaja 1
V RAAG In 2007 werd voor het eerst een Partij voor de Dieren in de Tweede Kamer gekozen. De oprichtster van deze partij zocht steun in de Bijbel: ‘Toen De Telegraaf me vroeg hoe ik het beschermen van dieren kon rijmen met de Bijbel, “een boek dat druipt van het bloed; de wreed geslachte lammetjes vallen zowat van de pagina’s af”, heb ik duidelijk gemaakt dat daar wel wat nuancering in past. Dat volgens het bijbelverhaal Adam en Eva in de ideaalsituatie alleen vegetarisch voedsel aten en dat de bijbelschrijver Jesaja optekent: “Wat moet ik met al jullie offers? Ik heb genoeg van die schapen, die vetgemeste kalveren; het bloed van stieren, rammen en bokken wil ik niet meer.” Met deze nuancering hoopte ik christenen in de bio-industrie, bijvoorbeeld op de bible belt, een andere kijk te geven’ (Marianne Thieme, NRC 11 april 2007). Een verrassende toepassing van een bijbeltekst: Jesaja als profeet tegen de bio-industrie! Het is niet moeilijk om dit bijbelgebruik te bekritiseren, maar hoe concreet worden uw eigen keuzes en standpunten door uw geloof en het lezen van de Bijbel beïnvloed? Hoe zuiver is uw godsdienst? I NLEIDING Als profeet heeft Jesaja zijn woorden bij verschillende gelegenheden uitgesproken. Deze zijn echter niet precies op volgorde in zijn boek terechtgekomen. Profetieën uit één bepaalde tijd zijn soms wel gegroepeerd, maar in de opbouw van het boek Jesaja hebben ook andere motieven een rol gespeeld. Zo heeft
11
Binnenwerk JESAJA
09-10-2008
11:29
Pagina 12
Lezen: Jesaja 1
het eerste hoofdstuk meteen een heel eigen karakter en functie. Het geeft een overzicht van Jesaja’s prediking en laat de lezer alvast kennismaken met de belangrijkste thema’s die in dit bijbelboek aan de orde zullen komen. Daarvoor zijn een aantal kernteksten uit verschillende perioden van Jesaja’s optreden samengebracht. Over Jesaja zelf komen we in dit hoofdstuk dus nog weinig aan de weet. Zijn roeping wordt zelfs pas in het zesde hoofdstuk verteld. De persoon van de profeet mag voorlopig nog schuilgaan achter zijn boodschap en die van zijn boek. Die boodschap is er één waarin de aankondiging van Gods oordeel vooralsnog overweegt, maar waarin gaandeweg ook steeds meer heilswoorden te beluisteren zijn. De focus van het boek Jesaja is daarbij sterk op Juda en in het bijzonder op Jeruzalem gericht, waarvoor het bij voorkeur de naam Sion gebruikt. Met Sion wordt intussen niet alleen de stad van David met haar bevolking bedoeld, maar vaak ook de berg van de HEER met zijn tempel. Jesaja’s prediking wordt gedragen door de overtuiging dat de HEER van de hemelse legermachten zelf op de Sion woont (Jes. 8:18) en dat Sion daarmee de plaats is van zijn heilshandelen (Jes. 28:16). U ITLEG
12
Vers 2-3 Jesaja 1 begint met een korte spreuk waarin de profeet meteen met de deur in huis valt. Voor het front van hemel en aarde spreekt hij namens de HEER een zware aanklacht uit. Voor de HEER geldt Israël als zijn eigen volk waaraan Hij de grootst mogelijke zorg heeft besteed, vergelijkbaar met de zorg van ouders voor hun kinderen. Met pijn moet de HEER echter constateren dat zijn kinderen tegen Hem in opstand zijn gekomen. Daarmee valt meteen een van de zwaarste woorden die de Bijbel voor zonde kent: Opstand tegen God. Dus niet zonde als een onbedoeld falen, maar als een bewust verzet tegen God. We kunnen onze borst natmaken. Het zal er stevig aan toegaan in het boek Jesaja... Hoe onnatuurlijk Israëls verzet is, illustreert de profeet door een vergelijking met wat ze zelf dagelijks bij hun eigen vee kunnen waarnemen. Een rund en een ezel zijn minder dom dan ze eruitzien. Ze weten namelijk instinctief van wie ze afhankelijk zijn. Het is hun natuurlijk gedrag dat ze altijd weer op hun meester aantrekken en de plaats opzoeken waar hun
Binnenwerk JESAJA
09-10-2008
11:29
Pagina 13
Luisteroefeningen voerbak staat. Volgens de gangbare wijsheid heeft God aan mensen meer kennis geschonken dan aan dieren (vgl. Job 35:11), maar in Jesaja’s dagen is het blijkbaar andersom... Israël krijgt het harde verwijt te horen dat het hun aan elk inzicht ontbreekt. Deze aanklacht wordt met opzet nogal absoluut geformuleerd. Vanuit de vergelijking met dat rund en die ezel verwacht je dat Jesaja zou zeggen: ‘Maar Israël herkent zijn meester niet, mijn volk kent zelfs zijn voederbak niet.’ Hij zegt het echter nog scherper. Israël heeft een volledig gebrek aan inzicht, het leeft in onwetendheid. Want als je het zicht op God kwijt bent, dan gaat het inzicht je op veel meer terreinen van het leven ontbreken. Dan verlies je ook het zicht op de weg die God met deze wereld en met zijn volk gaat. Dat laatste is een belangrijk thema dat als een rode draad door het boek Jesaja heenloopt. Het gemis aan godskennis uit zich bij Israël vooral in een totaal gebrek aan inzicht in Gods werk en plannen, zowel wat zijn gericht als wat zijn heil betreft. Blijkens de spottende woorden in Jesaja 5:19 wordt dit tekort door Israël zelf nog niet direct als een gemis ervaren, maar uiteindelijk zal het niets minder dan een oordeel zijn. Volgens Jesaja 6:9v wordt het zelfs de speciale opdracht van Jesaja om Israël in zijn onwetendheid te laten vastlopen (vgl. Jes. 29:9-10). Pas in de toekomst, onder een nieuw koningschap, zal dit gebrek aan inzicht kunnen worden overwonnen (Jes. 32:4). In de kersttraditie horen de os en de ezel bij de vaste staluitrusting. In het evangelie van Jezus’ geboorte wordt hiervan echter niets verteld. Het is dit Jesajawoord waaruit deze dieren zijn komen weglopen. De voederbak uit Jesaja 1:3 werd al in de vroege kerk associatief met die van Betlehem geïdentificeerd. De door de os herkende meester moest dan Jezus zijn. Voor het oog is dit een redelijk onschuldige traditie, maar wel één met een pijnlijke keerzijde. Dit bijbelvers werd in de vroege kerk vaak tegen de Joden gebruikt. Jesaja zou hierin al hebben aangekondigd dat Messias Jezus door hen zou worden afgewezen. Los van tijd en context werden vervolgens alle gerichtswoorden van Jesaja haast automatisch op het toenmalige Joodse volk toegepast... Vers 4-9 Na deze scherpe aanklacht volgt een zogenoemde wee-uit-
13
Binnenwerk JESAJA
09-10-2008
11:29
Pagina 14
Lezen: Jesaja 1
14
spraak. Om de zeggingskracht van zo’n wee-uitspraak te begrijpen, moeten we aan een rouwklacht denken. Die wordt meestal aangeheven als het onheil al is geschied, maar profeten als Jesaja gebruikten de vorm van zo’n rouwklacht om een onheil aan te kondigen. Bij hun gehoor wilden ze op die manier een schok teweegbrengen. Gods oordeel zou onontkoombaar zijn. Met een opeenstapeling van negatieve kwalificaties wordt Israël nu neergezet als een volk dat de relatie met de HEER totaal bedorven heeft. De HEER zelf wordt aangeduid als ‘de Heilige van Israël’, waardoor het contrast nog groter wordt. Deze aanduiding voor God is kenmerkend voor Jesaja en gaat terug op het visioen dat hij bij zijn roeping ontving (Jes. 6:3). Door heel het boek heen zal God steeds weer ‘de Heilige van Israël’ genoemd worden, als een blijvende oproep tot een leven dat deze God waardig is. De beeldspraak van iemand die lichamelijk is toegetakeld, laat zien dat Israël op het moment van deze profetie al met Gods oordeel in aanraking is gekomen. Net als een ernstig gewonde na een ongeval is Gods volk er belabberd aan toe. Er is zelfs sprake van een land dat verwoest is, van steden die verbrand zijn en van vreemdelingen die alles nog erger maken. Dergelijke situaties heeft Israël meer dan eens meegemaakt, niet alleen in Jesaja’s dagen. Ze brengen Israël echter nog niet tot inkeer. Deze wee-uitspraak geeft zo een treffende illustratie van het aan Israël ontbrekende inzicht. Het roept ook een belangrijke vraag op: langs welke weg zal Gods volk dan tot inzicht komen, als zelfs Gods slaande hand geen verandering brengt? De eerste keer dat in het boek Jesaja de naam Sion valt (NBG ‘de dochter van Sion’), wordt het met een overgebleven hut in een wijngaard vergeleken. Dat is tekenend voor de ernst van de situatie. Net als een hutje na de oogsttijd dient het nergens meer toe, terwijl Sion toch eigenlijk de plaats van Gods heilshandelen is, de plaats van waaruit Gods heil de wereld in moet (Jes. 2:2-4), de voorpost van de nieuwe aarde (Jes. 65:17-25). Op het eerste gezicht is het dus niet zo opwekkend allemaal... Toch zit er aan het slot nog een muizengaatje in deze profetie, waardoor iedereen die het zien wil iets van hoop kan zien gloren. Er zijn namelijk twee manieren waarop je naar Sion kunt kijken. De eerste is die van vers 8. Dan zie je alleen het troosteloze in wat er van Sion is overgebleven. De tweede is die van vers 9. Daar verandert de profeet het perspectief en gaat hij
Binnenwerk JESAJA
09-10-2008
11:29
Pagina 15
Luisteroefeningen zijn gehoor erin voor (hij spreekt ineens over ‘ons’!) om in het overblijfsel van Sion een teken van hoop te zien en het bewijs van Gods sparend handelen. Sion is er niet ver vanaf geweest om het lot van Sodom te ondergaan. Jesaja’s spreken over ‘een woestenij, als door vreemden ondersteboven gekeerd’ (vers 7, NBG) riep het beeld van de omkering van Sodom en Gomorra al in herinnering. Waar het overblijven van een rest aan Sodom echter niet gegeven was (zie Gen. 18), ontvangt Sion dit blijkbaar wel! In dit eerste hoofdstuk wordt het slechts even aangestipt. In de loop van dit bijbelboek moet duidelijk worden waaraan Sion deze rest te danken heeft. In elk geval gloort er weer hoop als Israël durft belijden dat het overblijven van een rest door God bedoeld moet zijn. De naam ‘HEER van de hemelse machten’ verwijst daarbij naar de God die de geschiedenis leidt. Het Nieuwe Testament knoopt bij de restgedachte uit het boek Jesaja aan. Wanneer Paulus over het raadsel van Israëls ongeloof schrijft, grijpt hij onder andere terug op Jesaja 1:9 en 10:22-23. Zo laat hij vanuit de Profeten zien dat de bijzondere samenstelling van de christelijke gemeente (niet alleen uit Joden, maar uit alle volken opgebouwd) voortvloeit uit Gods plan (Rom. 9:27-29). Vers 10-17 Dat het lot van Sion inderdaad niet ver van dat van Sodom is geweest, komt tot uiting in de vlijmscherpe aanspraak waarmee de volgende profetie begint. Jesaja kwalificeert zijn toehoorders onomwonden als leiders van Sodom en volk van Gomorra. Dat zal stevig zijn aangekomen! (vgl. Jer. 23:14). Waarvoor vraagt de profeet in deze passage gehoor? Dat wordt in vers 10 een Tora van onze God genoemd, onderricht zoals de priesters dat doorgaans in de tempel gaven (vgl. Hag. 2:1014). Mag je immers niet verwachten dat onwetendheid en gebrek aan inzicht via zo’n onderwijzing het eenvoudigst kunnen worden weggenomen? Bij deze onderwijzing van Jesaja zullen echter zeker de priesters hun wenkbrauwen wel hebben opgetrokken. Enigszins provocerend stelt Jesaja de zinloosheid van heel Israëls offerpraktijk aan de kaak. Ook het onderhouden van de feesten heeft wat God betreft geen betekenis meer. Zelfs is de HEER van plan om niet langer naar hun gebeden te luisteren. De relatie tussen God en zijn volk is dus ernstig verstoord.
15
Binnenwerk JESAJA
09-10-2008
11:29
Pagina 16
Lezen: Jesaja 1
De spil waarom het allemaal draait, wordt in het slot van vers 15 benoemd. Kort en krachtig klinkt daar het verwijt: ‘Aan jullie handen kleeft bloed!’ Niet het bloed van offers is hier bedoeld, maar dat van hun medemensen. Met een afkeer van de bio-industrie heeft deze goddelijke uitbarsting weinig te maken. Het is God wel om de zuiverheid van Israëls godsdienst te doen. Wanneer deze met allerlei vormen van maatschappelijk onrecht gepaard gaat, roept zelfs de vroomste godsdienstigheid enkel Gods afkeer op. Offers en gebeden zijn dan bedenkelijke witwaspraktijken. In een reeks korte opdrachten roept Jesaja Israël op om zich van alle kwaad te reinigen en in plaats daarvan het goede te doen. Waaruit dat goede bestaat, daarover laat hij zijn gehoor niet in het onzekere. Het heeft met het bevorderen van het recht en met het doen van concrete gerechtigheid te maken, in het bijzonder voor wezen en weduwen, de meest kwetsbare groep in die dagen. Alleen dat mag zuivere godsdienst heten (vgl. Jak. 1:27).
16
Aan het einde van de negentiende eeuw werd met een beroep op onder andere deze bijbeltekst beweerd dat de profeten tegen een offercultus als zodanig waren en een meer ethische religie voorstonden (vgl. Am. 5:21-24). Daarmee werden de profeten tot voorlopers van het toenmalige liberale christendom gemaakt. Dit ging niet zelden gepaard met een fel anti-Joodse houding. Deze visie op de profeten is inmiddels al lang en breed achterhaald, maar de moeite om de symboliek van het offer te verstaan – zowel het oudtestamentische offer als dat van Christus – speelt westerse christenen ook vandaag nog parten. In de wereld van het oude Nabije Oosten was een godsdienst zonder offerrituelen echter volstrekt ondenkbaar. Vers 18-20 Als de HEER wil onderzoeken wie er in zijn recht staat, dan is er na het voorafgaande maar één uitkomst denkbaar. Des te verrassender is de reiniging van zonden die nu wordt aangekondigd, een goddelijke witwasoperatie die dieper gaat dan alle menselijke pogingen om zichzelf schoon te wassen. In de Willibrordvertaling is vers 18 als vraag geformuleerd: ‘Zouden uw zonden, die als scharlaken zijn, wit kunnen worden als sneeuw?’ Het gaat echter niet om een vraag, maar om een onvoorwaardelijke belofte. Deze kan het beste worden ver-
Binnenwerk JESAJA
09-10-2008
11:29
Pagina 17
Luisteroefeningen staan tegen de achtergrond van de latere ballingschap. Er heerste onder het volk toen een sfeer van moedeloosheid. Men vroeg zich af of het ooit nog goed zou komen. Vanuit God bezien is er echter nooit reden tot wanhoop, zelfs niet nadat zijn gericht al is ingetreden. Door het gericht heen biedt Hij uitzicht op een nieuw begin. Om daarin te kunnen delen, moet er echter wel gekozen worden. Alleen wie bereid is om naar God te luisteren, zal het goede van het land eten. Wie daartoe niet bereid is, zal zelf door het zwaard ‘gegeten’ worden... Het gaat dus om een keuze tussen leven en dood, maar de volgorde in dit bijbelwoord laat zien dat Gods belofte van vergeving daarvan niet afhankelijk is. Deze belofte gaat als blijde boodschap voorop en zal in de latere hoofdstukken van het boek Jesaja op allerlei manieren worden uitgewerkt. In dit eerste hoofdstuk worden we alvast op deze evangelische klanken voorbereid. Ook bij alle gerichtswoorden die nog zullen volgen, moet van meet af duidelijk zijn dat de HEER het heil van zijn volk op het oog heeft. Vers 21-26 In deze verzen zingt de profeet een klaaglied over de ondergang van Jeruzalem/Sion (vgl. Klaagl. 1:1). Qua vormgeving is het een prachtig klaaglied, want van buiten naar binnen corresponderen zijn verzen steeds met elkaar (21 met 26; 22 met 25; 23 met 24). De inhoud is minder mooi. Voor het oog mag de stad nog overeind staan, voor de profeet is ze eigenlijk al aan ongerechtigheid ten onder gegaan. Hij kwalificeert Jeruzalem als een hoer. Niet wegens afgoderij (in de Bijbel vaker met de praktijken van een hoer vergeleken), maar wegens het ontbreken van recht en gerechtigheid die voor Sion juist kenmerkend zouden moeten zijn, als voorpost van de nieuwe aarde waar gerechtigheid woont. Maatschappelijk onrecht raakt de HEER dus niet minder persoonlijk dan openlijke afgoderij! Het oordeel dat vervolgens wordt aangekondigd, is tegen Gods tegenstanders en vijanden gericht. Meestal worden daarmee andere, aan Israël vijandige volken bedoeld. Hier luidt de schokkende boodschap dat de HEER zich tegen Sion zal keren. De profeet spreekt in dit verband zelfs over een zich wrekende God. Dit heeft echter niet de gevoelswaarde die wij met het woord ‘wraak’ verbinden, alsof de HEER zich in tomeloze woede zou laten gaan. Het spreken over de wraak van God ziet op Gods gedrevenheid om het onrecht uit te bannen en in Sion het recht te handhaven. Dat impliceert inderdaad een stevig
17
Binnenwerk JESAJA
09-10-2008
11:29
Pagina 18
Lezen: Jesaja 1
ingrijpen waarbij de boosdoeners niet gespaard worden. De drie godsnamen waarmee de oordeelsaankondiging in vers 24 wordt ingeluid (in de NBV tot twee beperkt, vgl. NBG), onderstrepen hoe hoog de HEER het opneemt. Uiteindelijk draagt dit ingrijpen echter het karakter van een zuivering, zoals de vergelijking met het zuiveringsproces van zilver laat zien. Tot de zuivere godsdienst die de HEER beoogt, komt het blijkbaar niet zonder dat Gods volk eerst zelf een ingrijpende zuivering ondergaat. Over wat de HEER met zijn stevige optreden beoogt, mag in elk geval geen misverstand bestaan. Hij wil en zal Sion weer een stad van gerechtigheid en trouw laten zijn, zodat het zijn naam eer aandoet (vgl. Jes. 14:32). Die uitkomst staat voor God dus bij voorbaat vast. Hij zal zijn heilsplan met Sion hoe dan ook ten uitvoer brengen (vgl. Jes. 6062). Omdat de profetieën die in Jesaja 1 zijn samengebracht een gids willen zijn bij het lezen van dit bijbelboek, is dit een belangrijke notie om vast te houden.
18
Vers 27-31 Kernachtig wordt aan het slot van Jesaja 1 nog eens samengevat waar het in dit boek om draaien zal: de verlossing van Sion door recht en gerechtigheid. Let wel: door Gods recht en gerechtigheid (vgl. Jes. 46:12-13). In dit verloste Sion zal geen plaats meer zijn voor ‘opstandige zondaars’ (vgl. Jes. 33:14), wel te onderscheiden van ‘wie zich bekeert’. Het lot van de zondaars wordt nader uitgewerkt in de plastische vergelijking met een verwelkende terebint en met een tuin zonder water. In de Bijbel wordt de mens die de weg van de zondaars mijdt met het omgekeerde vergeleken: ‘Hij zal zijn als een boom, geplant aan stromend water. Op tijd draagt hij vrucht, zijn bladeren verdorren niet’ (Ps. 1:3). Verderop in het boek Jesaja krijgen de treurenden van Sion zelfs de eretitel ‘Terebinten van gerechtigheid’ (Jes. 61:3). Het lot van de opstandige zondaars zal daaraan dus tegengesteld zijn, passend bij hun zonde die in vers 29 beschreven wordt als een vereren van terebinten en een verlangen naar tuinen. Als profeten zo over Israëls zonde spreken, zinspelen ze meestal op een vorm van afgoderij waarbij deze bomen stonden voor het krijgen van levenskracht. Het deel van deze zondaars zal echter de verwelking zijn. In de context van Jesaja 1 is deze zinspeling op afgoderij onverwacht, want de nadruk ligt steeds op concrete vor-
Binnenwerk JESAJA
09-10-2008
11:29
Pagina 19
Luisteroefeningen men van maatschappelijk onrecht. Mogelijk heeft de NBV om die reden in vers 31 voor een variante lezing gekozen, waardoor de terebinten en tuinen als (onrechtmatig) verworven schatten geduid kunnen worden, die samen met hun bezitters verloren gaan (vgl. 1 Kon. 21). Het is echter mogelijk dat deze slotverzen van Jesaja 1 alvast op latere hoofdstukken vooruitgrijpen, waar IsraĂŤl ook op zijn afgoderij wordt aangesproken (zie o.a. Jes. 57:5vv). L IJNEN
NAAR ONS LEVEN
Het komt in de beste gezinnen voor dat kinderen niet meer naar de kerk gaan of in God geloven. Het is begrijpelijk dat ouders dan soms worstelen met de vraag wat ze verkeerd hebben gedaan. Die vraag mag op zich best gesteld worden, want er is geen vader of moeder die in de opvoeding geen fouten maakt. Ook bij een volmaakte opvoeding blijft het geloof iets dat alleen God zelf in iemands hart kan werken. Toch betekent dit niet dat het dus natuurlijk is als een volgende generatie niet meer gelooft. Met zijn les van het rund en de ezel vraagt Jesaja er aandacht voor dat het ongeloof in relatie tot God altijd iets onnatuurlijks heeft. Van zijn kant doet God er immers alles aan om zijn kinderen van al het nodige te voorzien. Wie kan in het licht van Gods vaderlijke zorg en moederlijke liefde het ongeloof ooit gewoon gaan vinden? Een belangrijke vraag, waarover het boek Jesaja gelovigen en ongelovigen al vanaf het begin aan het denken zet. Daarbij mogen we ook het volgende meenemen. Het geloof wordt soms als slechts een onderdeel van het leven gezien, waarvan je zonder schade afstand kunt doen. De eerste verzen van dit bijbelboek laten zien dat, wanneer iemand het zicht op God de Vader kwijtraakt in zijn leven, er meer is waarop hij het zicht verliest, waaronder de weg die God met deze wereld en met ons leven gaat. Jesaja spreekt in de breedste zin over IsraĂŤls gebrek aan inzicht en geeft daarmee aan dat ongeloof op meer terreinen van het leven een negatieve uitwerking heeft. Vandaar dat de kern van het evangelie allereerst hierin bestaat, dat Jezus ons weer laat zien wie de Vader is. Een helder zicht op Hem is bevrijdend voor heel ons leven. Omdat heel de breedte van ons leven erin ter sprake komt, is het eigenlijk jammer dat van alle bijbelboeken de profeten het minst gelezen worden, enkele geliefde teksten met woorden
19
Binnenwerk JESAJA
09-10-2008
11:29
Pagina 20
Lezen: Jesaja 1
20
van hoop en verwachting uitgezonderd. Veel christenen hebben moeite met al die andere woorden van oordeel en gericht. Niet zelden ervaren ze hierin een spanning met het evangelie van Gods liefde en worden zulke woorden als ‘oudtestamentisch’ weggezet. Toch kan ons geloof er baat bij hebben om meer aandacht aan de boodschap van de profeten te geven. Vaak zijn de thema’s die zij in hun prediking aansnijden verrassend actueel. De profeten kunnen ons helpen om onze geloofshorizon te verbreden. Jesaja is een profeet die geloven sterk met het doen van recht en gerechtigheid verbindt. Waar hij maatschappelijk onrecht signaleert, stelt hij dat vrijmoedig aan de kaak. Het brengt hem zelfs tot provocerende uitspraken over een godsdienstige praktijk die niet met het zoeken van het recht gepaard gaat. De vraag moet worden gesteld hoe Jesaja in dit verband over onze christelijke godsdienstigheid zou oordelen. Hoe zuiver is onze godsdienst? Hoeveel belang hechten wij aan concrete daden van gerechtigheid? Of zijn wij vandaag ook in ons geloof vooral met onszelf bezig en met het zoeken van wat onze eigen geloofsbeleving een impuls kan geven? Maar hoe zinvol zijn onze kerkdiensten en gebeden dan? Vooral binnen de orthodoxe kerken bestaat er vaak terughoudendheid als het om thema’s als honger en armoede, mensenrechten, eerlijke handel en een duurzame samenleving gaat. De vrees bestaat dat het geloof dan gauw te eenzijdig horizontaal wordt ingekleurd en dat de zondagse prediking een politieke lading krijgt. De geschiedenis heeft geleerd dat deze vrees niet ten onrechte is. Voor Jesaja vormt de relatie met God het kader van zijn prediking (Jes. 1:2-3) en hij brengt met kracht de boodschap van verzoening (Jes. 1:18), maar hij is niet bevreesd om ook heel concreet de sociale en politieke dimensies van een leven met God ter sprake te brengen. Jesaja aarzelt niet om voor Sion het beeld van de hoer te gebruiken, niet wegens haar gebrek aan godsdienstigheid, maar wegens haar tekortschieten in het doen van gerechtigheid. Dat moet ook christenen die sterk hechten aan de zuiverheid van de leer wat te zeggen hebben. Het hebben van een zuivere leer garandeert nog niet een zuivere godsdienst. De manier waarop Jesaja Gods heilsplannen ter sprake brengt, werpt licht op het evangelie van Christus. Ondanks haar huidige staat blijft er een heilvolle toekomst voor Sion. Dat betekent niet dat Gods gericht aan Sion voorbij zal gaan.
Binnenwerk JESAJA
09-10-2008
11:29
Pagina 21
Luisteroefeningen Integendeel. Alleen door het gericht over de zonde heen zal Gods heilsplan zich realiseren, met Sion en met deze wereld. Ter wille van het recht moet God zich zelfs eerst als tegenstander openbaren, om Sion uiteindelijk door Gods eigen recht en gerechtigheid verlossing te brengen. Het evangelie van Christus bevat dezelfde noties. Het kruis van Christus staat zowel voor Gods oordeel over de zonde en zijn gedrevenheid om het onrecht radicaal uit te bannen als voor het heil en de gerechtigheid die God zelf openbaart. In het kruis van Christus is God zowel onze tegenstander die wraak oefent over alle ongerechtigheid, als de God die verlossing brengt. Doordat gericht en heil in het boek Jesaja voortdurend op deze wonderlijke wijze met elkaar verbonden zijn, kan Jesaja ons helpen om inzicht te krijgen in de hoogte en diepte van het evangelie. V ERWERKING 1. Door welke verzen uit Jesaja 1 voelt u zich het meest aangesproken en waarom? 2. Hoe natuurlijk is het voor u om in God te geloven? 3. In de dagen van Jesaja waren wezen en weduwen de meest kwetsbare mensen in de samenleving. Wie zijn de kwetsbaren in onze samenleving vandaag? Wat kunt u als christen concreet voor hen betekenen? 4. Als geen ander wijst ook Jezus ons in zijn woorden en daden de weg van de gerechtigheid. Ook Hij keert zich daarbij tegen godsdienstige witwaspraktijken (zie Marc. 7:9-13 en Mat. 23:23-33). Waarin ligt voor uzelf het belangrijkste van uw geloof? In hoeverre herkent u de neiging om dit in het godsdienstige te zoeken? 5. Hoe breed is uw blikveld als het om het doen van recht en gerechtigheid gaat? Hoort daar voor u ook een zich inzetten voor een eerlijke handel en een keuze voor duurzame producten bij? In hoeverre bent u bereid hiervoor offers te brengen? Zouden dit offers kunnen zijn die God aangenaam zijn? 6. Eens stond er groot in de krant dat God de mensheid zat was (De Volkskrant, 13 december 2002). De bron van dit bericht bleek toen de paus te zijn. Met het oog op alle oorlogen, honger en ziektes in de wereld had hij in een overdenking gezegd dat het er wel op lijkt dat God zich in de hemel heeft teruggetrokken, omdat de mensheid God
21