PRESS QUOTES
At Night I Dream Of Peace, a wartime diary 1941-1945
NRC HANDELSBLAD: "The reader feels like being right there where it all happened (…) Sheds new light upon the Jewish community in Rotterdam during WWII.”
ALGEMEEN DAGBLAD: “The Rotterdam Anne Frank Diary, with a happy end.”
REFORMATORISCH DAGBLAD: “Working for the Jewish Council, and writing about it, Ulreich offers a rare and unique insight.”
NRC HANDELSBLAD Schravesande, Freek. “Geen Anne Frank, maar dit dagboek is ook heel bijzonder”. NRC. Web 12-07-2016. Geen Anne Frank, maar dit dagboek is ook heel bijzonder Tweede Wereldoorlog De Joodse Carry Ulreich zat tijdens de oorlog ondergedoken in Rotterdam. Ze hield een dagboek bij, dat binnenkort verschijnt.
Freek Schravesande 12 juli 2016
Carry Ulreich (rechts) en haar oudere zus Rachel in hun onderduiktijd. Boekcover uitgeverij Mozaïek Met het hele gezin zat Carry als meisje ondergedoken op één slaapkamer. Drie jaar lang. De kraan zomaar opendraaien kon niet, het toilet doortrekken evenmin. De buren zouden het misschien merken. En toen de Duitsers eens binnenvielen, verscholen ze zich gauw in een verholen ruimte achter een kast. De dagboeken van de Joodse Carry Ulreich hebben best wat raakvlakken met die van Anne Frank. Ze zijn pas onlangs ontdekt en komen in oktober uit. De Nederlands-Joodse Ulreich was veertien jaar oud toen de oorlog begon. Ze schrijft verzorgd, gepolijst, zegt VU-historicus Bart Wallet. „Je hebt het gevoel alsof je erbij bent.” Ook háár dagboeken lijken geschreven om te worden gepubliceerd.
Maar Carry Ulreich werd níét meegevoerd. Toen de Duitse soldaten bij een razzia het onderduikadres binnenvielen, Mathenesserweg 28-C in Rotterdam, begonnen de eigenaren een vriendelijk praatje en de Duitsers vertrokken weer. Ulreich maakte de bevrijding mee, ze schreef erover in haar dagboeken, werd verliefd op een Britse soldaat en vertrok naar Palestina. Daar stichtte ze een gezin. Carry Ulreich is nu 89 jaar.
Bijzonder Haar zoon, uitgever in Israël, bracht de dagboeken naar de Frankfurter Buchmesse. Daar maakte Bart Wallet, onderzoeker naar de Joodse geschiedenis, kennis met het verhaal. Hij kreeg wel vaker dagboeken onder ogen, maar niet eerder zoiets bijzonders. De Joodse gemeenschap in Rotterdam is altijd onderbelicht gebleven. „Ulreich schrijft prachtig over het Joodse leven dat ondanks de oorlog doorging.” Om deportatie te voorkomen ging Ulreich werken bij de Joodse Raad. Ze bracht koffie en thee rond bij Loods 24, de plek van waaruit de Rotterdamse Joden naar de concentratiekampen vertrokken. Ze staat tussen de mensenmassa’s en schrijft hierover uitgebreid en vol emotie in haar dagboeken. Mensen die ze kent ziet ze uitreizen, onder wie Max Hagchenberg, een schoolgenoot waar ze een oogje op had. Alle feiten en details heeft historicus Bart Wallet onderzocht. „Ze blijken allemaal te kloppen.” Het verhaal van Ulreich geeft wat hem betreft een andere kijk op het Joodse leven dan dat van Anne Frank. Ulreich was vromer. En haar leven in de onderduik verliep eigenlijk minder atypisch dan dat van Frank. „Zoals veel onderduikers woonden ze met z’n vijven op één kamer.” Ook Ulreich schrijft, net als Anne Frank, in haar dagboeken over flirten en over hoe het is om dicht op elkaars lip te zitten. „Dagboeken over de Joodse Raad zijn sowieso interessant”, zegt hoogleraar holocaust- en genocidestudies Johannes Houwink Ten Cate, die de dagboeken nog niet kende. „Ooggetuigenverslagen vanuit de Joodse Raad zijn zeldzaam. Mensen die erover schreven konden bij ontdekking rekenen op zware sancties van de Duitsers.” Na de oorlog was er bij leden van de Joodse Raad schaamte. Woede werd op hen geprojecteerd. „Alsof ze zichzelf in een uitzonderingspositie hadden gemanoeuvreerd om er beter van te worden.” Dat haar dagboeken uitkomen, daar is Carry Ulreich nog beduusd van. Binnenkort is ze in Nederland. Bart Wallet: „Ze heeft nooit gedacht dat haar dagboeken bijzonder konden zijn.”
Fragment uit het dagboek: „Nu komt het badkamerdrama! Rachel en ik waren dinsdagavond om 11.30 in bad. We hebben wat hard gepraat en gelachen, en toen heeft één van onze buren iets gezegd van naar Polen gaan. Mama en papa vlogen naar boven en scholden ons de huid vol. Ogenblikkelijk waren we stil, maar tevergeefs, want de volgende dag hoorden we via de groenteboer (erg gek hè!) dat dat mens, dat geschreeuwd had, een N.S.B.’ster, al langs de andere buren gegaan is en gevraagd wie er nog last of zoiets van ons had. Naast ons hebben wij ook N.S.B.’ers,dus die zullen het ook wel hebben… en nu zijn we doodsbang dat ze ons bij de SS aan gaat geven wegens ‘burengerucht’ en dan gaan ze ons met de overvalwagen halen en dan naar Westerbork en dan naar Polen en dan… dood? Maar we hopen er het beste van. We zijn erg stil nu, verduisteren precies op tijd, gillen niet, kortom voor ons doen voorbeeldig. Of het iets zal helpen? In ieder geval, we zitten in de put.”
ALGEMEEN DAGBLAD Boerma, Bas. “Dagboeken Rotterdamse Anne Frank duiken op”. AD. Web 11-07-2016; 20:33. http://www.ad.nl/rotterdam/dagboeken-rotterdamse-anne-frank-duiken-op~a9504125/
Carry Ulreich en Bart Wallet © Privéfoto Dagboeken Rotterdamse Anne Frank duiken op De Tweede Wereldoorlog in Rotterdam heeft een gezicht gekregen: dat van Carry Ulreich (89). De in Rotterdam geboren en getogen jodin zat drie jaar lang ondergedoken bij de familie Zijlmans op de Mathenesserweg in Rotterdam-West. Bas Boerma 11-07-16, 20:33 Laatste update: 12-07-16, 18:48
De dagboeken van Carry Ulreich Š PrivÊfoto Ulreich overleefde de oorlog en emigreerde in 1946 naar Palestina en woont daar nog steeds. ,,Haar dagboeken circuleerden al in haar familie, maar kwamen nooit naar buiten. Tot het moment dat haar zoon met haar verhaal naar een Nederlandse uitgever stapte'', weet historicus Bart Wallet, die Ulreich onlangs in Israel bezocht. Wellen checkte alle feiten in haar dagboek. ,,Alles klopt. Zij heeft erg goed geobserveerd. Dit geeft een uniek kijkje in de Rotterdamse oorlog. Wat Anne Franks dagboeken voor Amsterdam is, zijn Carry's dagboeken voor Rotterdam.''
RTV RIJNMOND n.d; “Onbekend oorlogsdagboek van Rotterdams meisje duikt op�. RTV Rijnmond. Web 1107-2016; 18:20.
RTV Rijnmond MAANDAG 11 JULI 2016, 18:20 Onbekend oorlogsdagboek van Rotterdams meisje duikt op
Onbekend oorlogsdagboek van Rotterdams meisje duikt op
"We zijn erg stil nu, verduisteren precies op tijd, gillen niet, kortom voor ons doen voorbeeldig. Of het iets zal helpen? In ieder geval, we zitten in de put." Het is een fragment van een nieuw oorlogsdagboek dat ons dicht bij de belevenissen van een ondergedoken Rotterdams Joods meisje brengt. De Joodse tiener Carry Ulreich zat van 1941 tot 1945 ondergedoken in een huis aan de Mathenesserweg in Rotterdam-West. Ze hield al die tijd een dagboek bij in zeven schriftjes. Daarin vertelt ze wat zij, haar zusje Rachel en haar ouders meemaken.
Burengerucht "Rachel en ik waren dinsdagavond in bad. We hebben wat hard gepraat en gelachen, en toen heeft een van onze buren iets gezegd van naar Polen gaan. Mama en papa vlogen naar boven en scholden ons de huid vol. (...) Naast ons hebben wij ook NSB'ers, dus die zullen het ook wel hebben...en nu zijn we doodsbang dat ze ons bij de SS aan gaat geven wegens 'burengerucht'", schrijft de tiener. Nieuw licht Volgens historicus Bart Wallet, verbonden aan de Vrije Universiteit in Amsterdam, werpt het dagboek van Carry nieuw licht op de geschiedenis van ondergedoken Joden in Nederland. Het meisje schrijft onder meer over het dagelijkse religieuze leven van orthodoxe Joden in oorlogstijd. Dat is uniek, zegt Wallet. "Het is een heel volledig dagboek. Het gaat over toen de oorlog begon en ze nog in haar eigen huis aan de Witte de Withstraat woonde, maar ook over de tijd dat ze zat ondergedoken. Carry schreef iedere week en soms zelfs meerdere keren per dag", aldus de historicus. Godsdienstige regels Het gezin worstelde met godsdienstige regels, zoals koosjer eten en het vieren van sabbat en de joodse feestdagen. Ook waren spanningen doordat het gezin zat ondergedoken bij een katholieke familie. Een citaat uit het dagboek: "Gisteren was door de Engelse radio een uitzending weer over de Joden. Toen werd het gebed voor de doden eerst in Pools, daarna in Engels overgezet. Tenslotte heeft een chazan het gezongen. Zoiets ontroerends nog nooit gehoord. (...) Een prachtige stem, zo huilend, hij zong echt voor ons Joden, van hart tot hart. (...) Papa zelfs een hoorbare huilbui. (...) Om nooit te vergeten, dit gebed, zo prachtig. Alleen begrijp ik niet dat het juist op sabbat voor de radio doorgegeven werd, dat mogen wij toch eigenlijk niet luisteren? De christenen voelen mee, maar begrijpen zoiets toch niet." Lot weggevoerde Joden Wallet heeft in het dagboek ook ontdekt dat al in 1942 via de Engelse radio bekend werd welk lot de weggevoerde Joden te wachten stond. Over degenen die opgepakt en weggevoerd werden, maakte de familie Ulreich zich dan ook weinig illusies.
"Waarom? Waarom? Ook van pa zijn al weg een paar broers en schoonzuster en nog nichten en neven. Allemaal zien we ze hoogstwaarschijnlijk niet meer terug. ’t Dringt echt niet allemaal tot je door. Stel je voor, dat ik Rachel moest missen. Laat ik niet aan zoiets verschrikkelijks denken." Israël Carry Ulreich overleefde de oorlog. Ze emigreerde in 1946 naar Israël en heet nu Carmela Mass. Ze is inmiddels bijna negentig jaar. Haar dagboeken heeft ze meegenomen en een tijdje terug in het Hebreeuws laten uitgeven voor haar familie. Haar zoon heeft de Hebreeuwse versie aangeboden bij een Nederlandse uitgever. Die was wel geïnteresseerd in het verhaal, dat gelijkenissen vertoond met het wereldberoemde dagboek van Anne Frank. Boek Het dagboek van Carry Ulreich verschijnt in oktober onder de titel 's Nachts droom ik van vrede. Wallet heeft de tekst uitgewerkt en gecontroleerd. Ook heeft hij er een inleiding bij geschreven. Voorafgaand aan de publicatie is er een boekpresentatie in Rotterdam. Het is volgens Wallet de bedoeling dat Carry daarvoor speciaal naar Nederland komt.
ALGEMEEN DAGBLAD Liukku, Antti. “Rotterdamse Anne Frank”. AD. Web 15-07-2016; 12:30.
Carry Ulreich dook in de oorlog onder en wist zo te overleven. © Privéfoto Rotterdamse Anne Frank OORLOGSDAGBOEK De Rotterdamse Anne Frank, 'maar dan met een happy end'. Carry Ulreich (89) presenteert dit najaar haar oorlogsdagboek.
Carry Ulreich met haar dagboeken in Israël. © Privéfoto
Naar Rotterdam De dagboeken - getiteld: 's Nachts droom ik van vrede - worden in oktober gepresenteerd in Rotterdam. Daar zal Ulreich zelf bij aanwezig zijn. De locatie is nog onbekend, gedacht wordt aan het onderduikadres aan de Mathenesserweg of Plein Loods 24. De term 'Rotterdamse Anne Frank' komt van haar zelf. Zo ondertekende Carry Ulreich eens het gastenboek van het Anne Frank-huis in Amsterdam. ,,Beiden zijn we onderduikers met een dagboek. Elk meisje hield toen een dagboek bij! Alleen mijn verhaal kent een happy end. Wij zijn niet verraden'', zegt ze over de telefoon vanuit IsraĂŤl. Deze week werd bekend dat haar dagboeken, geschreven tijdens de Tweede Wereldoorlog, dit najaar worden uitgegeven. Drie jaar lang zat Ulreich met haar vader, moeder en oudere zus Rachel ondergedoken aan de Mathenesserweg. Via via hadden ze een plek weten te vinden bij de familie Zijlmans, met drie thuiswonende kinderen. ,,Deze mensen kenden we helemaal niet. Ze deden het voor de liefde van Jezus. We waren allen gelovig en kregen een band. Zij brachten een enorme opoffering, het was heel druk in huis.'' Bij huiszoekingen moesten ze zich snel verstoppen achter een gipsmuur. Zo wist het Joodse gezin de oorlog te overleven. ,,Zelfs de buren wisten niet dat wij er waren.'' Tegenwoordig heet ze Carmela Mass en woont ze in Rishon LeZion, in de buurt van Tel Aviv. In 1946 trouwde ze in Rotterdam met een soldaat van de Jewish Brigade en verhuisde naar het toenmalige Palestina. Ze spreekt nog altijd goed Nederlands. Verstoffen Tot vijf jaar geleden lagen haar dagboeken nog te verstoffen op zolder. Totdat ze iets wilde opzoeken, vertelt ze. ,,Ik was de naam van mijn oude pianoleraar vergeten en pakte mijn dagboek. Ik begon het weer te lezen en dacht: dit moeten mijn kinderen en kleinkinderen ook lezen.''
Š PrivÊfoto Zelfs de buren wisten niet dat wij er waren Carry Ulreich De interesse bleek groot: niet veel later werd het vertaald in het Hebreeuws. ,,Dat had ik niet verwacht: ik schreef ook veel over politiek en de opmars van de geallieerden - zaken die algemeen bekend zijn.'' Ze is blij met de aandacht. ,,Deze geschiedenis mogen we niet vergeten. We moeten herinneren en doorgeven - net als het Testament.'' Het gezin Ulreich woonde aan de Witte de Withstraat. Haar vader was een succesvol kleermaker. Toen de oorlog uitbrak, ze was 14, ging het helemaal mis. Eerst het bombardement, toen de razzia's. ,,Ik was in Loods 24 toen in 1942 de eerste treinen naar Westerbork vertrokken. Ik werkte voor de Joodse Raad en had een sperr: een stempel dat ik mocht blijven.'' Rampspoed In oktober 1942 dook het gezin alsnog onder. ,,We hadden gelukkig veel contacten. Dat heeft ons gered. In vergelijking met andere onderduikers hebben wij het goed gehad.'' Maar na de oorlog konden ze niet meer terug naar hun huis aan de Witte de Withstraat. ,,Daar woonden inmiddels acht gezinnen'', zegt ze.
Ondanks alle rampspoed kijkt ze met plezier terug op het vooroorlogse Rotterdam. ,,Het was een fijne stad en ik had een goede jeugd.''
JONET Rijken, Kemal. “Dagboeken Rotterdamse Anne Frank opgedoken”. Jonet. Web 12-07-2016.
Dagboeken Rotterdamse Anne Frank opgedoken Anne Frank was niet het enige ondergedoken Joodse meisje dat in de Tweede Wereldoorlog een dagboek bijhield. De nu 89-jarige Carry Uleich zat ruim drie jaar lang ondergedoken en schreef haar ervaringen ook van dag tot dag op. Het meisje van toen emigreerde in 1946 naar het Britse mandaatgebied Palestina, dat later Israël werd. Haar zoon las de boeken en benaderde een Nederlandse uitgever. In oktober komen haar dagboeken uit voor het grote publiek en komt er een tweede ‘Anne Frank’ bij. Historicus Bart Wallet zocht Uleich onlangs op in het Beloofde Land. “Haar dagboeken circuleerden al in haar familie, maar kwamen nooit naar buiten. Tot het moment dat haar zoon met haar verhaal naar een Nederlandse uitgever stapte”, zegt Wallet tegen het AD. Alles in het dagboek is volgens hem accuraat. “Zij heeft erg goed geobserveerd. Dit geeft een uniek kijkje in de Rotterdamse oorlog. Wat Anne Franks dagboek voor Amsterdam is, zijn Carry’s dagboeken voor Rotterdam.” Volgens Wallet werpt het dagboek van Uleich een ander licht op de geschiedenis van Joodse onderduikers in Nederland. Als meisje schreef ze onder andere over het dagelijkse religieuze leven van orthodoxe Joden in de oorlogstijd. Dat is uniek, meent de historicus, die gespecialiseerd is in de geschiedenis van de Joden in ons land. “Het is een heel volledig dagboek. Het gaat over toen de oorlog begon en ze nog in haar eigen huis aan de Witte de
Withstraat woonde, maar ook over de tijd dat ze zat ondergedoken. Carry schreef iedere week en soms zelfs meerdere keren per dag”, aldus de historicus. Uleich zat met haar familieleden verstopt in het huis van de familie Zijlmans aan de Mathernesserweg in Rotterdam-West. Het gezin worstelde met godsdienstige regels, zoals kosjer eten, het vieren van sjabbat en de Joodse feestdagen. Ook waren er spanningen met de katholieke familie Zijlmans. Uit het dagboek: ‘Gisteren was door de Engelse radio een uitzending weer over de Joden. Toen werd het gebed voor de doden eerst in Pools, daarna in Engels overgezet. Tenslotte heeft een chazan het gezongen. Zoiets ontroerends nog nooit gehoord (…) Een prachtige stem, zo huilend, hij zong echt voor ons Joden, van hart tot hart. (…) Papa had zelfs een hoorbare huilbui. (…) Om nooit te vergeten, dit gebed, zo prachtig. Alleen begrijp ik niet dat het juist op sabbat voor de radio doorgegeven werd, dan mogen wij toch eigenlijk niet luisteren? De christenen voelen mee, maar begrijpen zoiets toch niet’. In oktober zal de boekpresentatie in Rotterdam plaatsvinden. Het is de bedoeling dat Uleich, thans Carry Mass geheten, naar de Maasstad komt om de presentatie bij te wonen. CARRY ULREICH
REFORMATORISCH DAGBLAD Voorde, Gerard ten. “Nieuw ontdekt Joods dagboek beschrijft verschrikkingen uit de oorlog”. Reformatorisch Dagblad. Web 13-07-2016. http://www.rd.nl/boeken/nieuw-ontdekt-joodsdagboek-beschrijft-verschrikkingen-uit-de-oorlog-1.1107229
Nieuw ontdekt Joods dagboek beschrijft verschrikkingen uit de oorlog Gerard ten Voorde Boeken
Carry Ulreich (r.) met zus Rachel tijdens de oorlog. beeld Mozaïek Met vijf personen drie jaar lang onderduiken in één slaapkamer in Rotterdam. De Joodse Carry Ulreich beschrijft in een dagboek het dagelijks leven –met z’n verschrikkingen– in de Tweede Wereldoorlog. Een Anne Frank, maar dan anders. „Een wonder van God dat ik de oorlog heb overleefd.” Rotterdam. Carry Ulreich verschuilt zich in oktober 1942 met haar vader, moeder en zus Rachel –en later Bram de Lange, de verloofde van Rachel– op Mathenesserweg 28C. De kraan opendraaien kan niet zomaar, het toilet doortrekken evenmin. Uit vrees voor ontdekking door de buren. Ulreich houdt vanaf het begin van de oorlog –ze is dan 14– tot na de Bevrijding een dagboek bij. Wekelijks, soms dagelijks. In zeven schriftjes. Ze beschrijft –ook op haar
onderduikadres– het dagelijks leven, het huishoudelijk werk, de religieuze twistgesprekken met de onderduikfamilie, het flirten onder de jongeren. Bij de bombardementen op Rotterdam wordt het huis van het uit Polen afkomstige Joodse gezin Ulreich bijna in puin gelegd. Reden voor vader Ulreich zijn boeltje op de te pakken. „Het is een wonder dat we een onderduikadres hebben gevonden en de oorlog hebben overleefd. Altijd was er de angst voor een huiszoeking”, laat Carmela Mass (89) –zoals ze sinds haar trouwen heet– vanuit Israël weten. Zij hebben het niet gedaan om het geld, maar uit liefde tot Jezus „Met Gods hulp hebben we het overleefd”, vertelt Mass. „Wij kregen de ouderslaapkamer van die mensen, terwijl zij in het aardappelhok sliepen. Kun je je het voorstellen? Zij hebben het niet gedaan om het geld, maar uit liefde tot Jezus.” Bijzonder Het pas ontdekte dagboek is bijzonder, stelt VU-historicus Bart Wallet. „Ulreich schrijft op een prachtige, gepolijste manier, met ingehouden emotie, over het Joodse leven, dat ondanks de oorlog gewoon doorgaat. Het is een boek van een tienermeisje, niet met allemaal uitroeptekens, maar volwassen. Je krijgt het gevoel de gebeurtenissen mee te beleven.” Het dagboek, ”’s Nachts droom ik van vrede”, verschijnt in oktober bij uitgeverij Mozaïek. Het bijzondere is volgens Wallet ook dat het dagboek de periode beschrijft waarin Joden grotendeels met rust werden gelaten, als ook de tijd waarin het gezin heeft ondergedoken gezeten. En de periode na de oorlog. „Het dagboek is nooit geschreven voor publicatie”, weet Wallet. „Door het beschrijven van de gebeurtenissen weten we van de spanning van de onderduikers, de godsdienstige gesprekken die ze voerden. Maar ook het uitzien naar de bevrijding. Ulreich schrijft regelmatig: We verwachten dat bevrijding snel zal komen. Nog een paar maanden, hooguit een jaar.” „Ook van pa zijn al weg een paar broers en schoonzuster en nog nichten en neven. Allemaal zien we ze hoogstwaarschijnlijk niet meer terug. ’t Dringt echt niet allemaal tot je door. Stel je voor, dat ik Rachel moest missen. Laat ik niet aan zoiets verschrikkelijks denken.” Uit: ’s Nachts droom ik van vrede
De Joodse onderduikers kunnen zich in de slaapkamer verbergen in een afgetimmerde schuilplaats achter een boekenkast. Geen overbodige luxe. De Duitsers doen tijdens een razzia in Rotterdam ook een inval op het onderduikadres. De rooms-katholieke huiseigenaren weten de Duitsers echter met een vriendelijk praatje om de tuin te leiden. Om deportatie te voorkomen, gaat Ulreich werken bij de Joodse Raad. Ze brengt koffie en thee rond bij Loods 24, de plek van waaruit Joden in Rotterdam naar de concentratiekampen worden afgevoerd. Ulreich moet de mensen zien te kalmeren. Met eigen ogen ziet ze de verschrikkingen. Ulreich bevindt zich tussen de mensenmassa’s, ziet goede bekenden verdwijnen. Max Hagchenberg bijvoorbeeld, een schoolgenoot op wie ze een oogje had. „Hartverscheurende taferelen”, aldus Wallet. „Ze maakt mee hoe een gezin verscheurd raakt. De ene zoon wordt weggevoerd, de andere niet.” „Gisteren was door de Engelse radio een uitzending weer over de joden. Toen werd het gebed voor de doden eerst in Pools, daarna in Engels overgezet. Tenslotte heeft een chazzan het gezongen. Zoiets ontroerends nog nooit gehoord. Een prachtige stem, zo huilend, hij zong echt voor ons joden, van hart tot hart. Tranen van ontroering kregen we in onze ogen. Papa zelfs een hoorbare huilbui, zo precies was het alsof hij zong voor zijn broers en zusters. Om nooit te vergeten, dit gebed, zo prachtig. Alleen begrijp ik niet dat het juist op shabbat voor de radio doorgegeven werd, dat mogen wij toch eigenlijk niet luisteren? En als we juist dit gebod niet overtreden hadden, dan hadden we dit gebed gemist. Ik begrijp het niet. Want zoiets werd toch voor de joden uitgezonden. De christenen voelen mee, maar begrijpen zoiets toch niet.” Uit: ’s Nachts droom ik van vrede Ulreichs dagboek vertoont raakvlakken met ”Het Achterhuis” van Anne Frank. Toch zijn er verschillen. ”’s Nachts droom ik van vrede” is een compleet dagboek, Het Achterhuis breekt af bij de deportatie van de schrijver. Frank beschrijft Amsterdam, Ulreich Rotterdam. „De verschillen tussen beide dagboeken zijn voor mij als historicus interessant.” Frank is liberaal Joods, Ulreich orthodox Joods. „Het gezin worstelt met vragen hoe de Joodse voorschriften in ballingschap na te leven”, legt Wallet uit. „Carry gaat op sabbat wel naar
school, maar schrijft niet. Dat mag niet.” De kleermakerij van vader Ulreich is ook op sabbat open. „Om economische redenen moest dat. Maar het gezin was dus niet streng-orthodox.” De Joodse gemeenschap in Rotterdam in de oorlogsjaren is altijd onderbelicht gebleven. Het dagboek van Ulreich werpt daar een nieuw licht op. De Joodse gemeenschap telde zeker 10.000 mensen. Aanvankelijk konden zij zich in Rotterdam gewoon op straat begeven. Het dagboek biedt bovendien een unieke blik in de Joodse Raad. Ooggetuigen vanuit de raad zijn zeldzaam. Verborgen Het dagboek van Ulreich duikt pas 70 jaar na de oorlog op. Helemaal verwonderlijk vindt Wallet dat niet. „Carry Ulreich is na de oorlog verliefd geraakt op de Britse militair Jonathan Mass van de Jewish Brigade, een eenheid die onder andere behulpzaam is geweest bij de opbouw van het Joodse leven in Nederland. Een paar maand later zijn ze getrouwd en in 1946 geëmigreerd naar Palestina. Daarmee verdween het dagboek uit Nederland.” Een zoon van Mass, uitgever in Israël, is met de geschriften van zijn moeder naar de Frankfurter Messe gegaan. Uitgever Mozaïek uit Zoetermeer had belangstelling voor de beschrijvingen van Ulreich. De uitgever heeft het dagboek voorgelegd aan historicus Wallet, die heeft geadviseerd het dagboek uit te geven. „Ik krijg wel vaker dagboeken uit de oorlog onder ogen. Deze is bijzonder, onder andere omdat het zo compleet is.” Joden vermoord Mass is blij met de uitgave van haar dagboek. „Indrukwekkend. Het is heel belangrijk dat jongeren op scholen weten van de oorlog. Ik hoop dat mijn dagboek daar een bijdrage aan mag leveren. Ook al is het zeventig jaar geleden. Jongeren moeten weten dat Joden in de oorlog zonder enige aanleiding zijn vermoord.”
NEDERLANDS ISRAELITISCH KERKGENOOTSCHAP n.d. “Dagboek Carry Ulreich werpt licht op religieus-Joods leven in de oorlog”. NIK. Web 0908-2016. http://www.nik.nl/2016/08/dagboek-carry-ulreich-werpt-licht-op-religieus-joodsleven-oorlog/ Dagboek Carry Ulreich werpt licht op religieus-Joods leven in de oorlog Geplaatst op 9 augustus 2016
Het dagboek van een 14-jarig Joods meisje in Rotterdam biedt nieuw inzicht in het religieus-joodse leven in de Tweede Wereldoorlog. Onder de titel ‘s Nachts droom ik van vrede, Oorlogsdagboek 1941-1945 verschijnt het ego-document dit najaar in een bezorging van de historicus dr. Bart Wallet. Opvallend aan de inhoud van het dagboek is het licht dat wordt geworpen op de dagelijkse werkelijkheid van religieus levende Joden in Nederland onder de oorlogs- en onderduikomstandigheden. De 14-jarige Carry Ulreich zit tijdens de Tweede Wereldoorlog met haar ouders en zus ondergedoken bij katholieke mensen op de Matthenesserweg 28-c in Rotterdam. Van 1941 tot 1945 beschrijft ze in zeven schriftjes hoe dat was. Wallet: “Carry’s door en door persoonlijke en authentieke verhaal geeft nieuwe informatie over de geschiedenis van ondergedoken Joden in Nederland.” Hij controleerde alle in haar dagboek voorkomende feiten. Tegenover het AD zei Wallet: ,,Alles klopt. Zij heeft erg goed geobserveerd. Dit geeft een uniek kijkje in de Rotterdamse oorlog. Wat Anne Franks dagboek voor Amsterdam is, is Carry Ulreichs dagboek voor Rotterdam.” Uit het dagboek blijkt dat al in 1942 via de Engelse radio bekend werd dat de wegevoerde joden in Polen massaal uitgemoord werden. Over degenen die opgepakt en weggevoerd werden, maakte de familie Ulreich zich dan ook weinig illusies. Waarschijnlijk hoorde Carry Ulreich op 17 oktober 1942 Koningin Wilhelmina spreken voor Radio Oranje. Een van de spaarzame gelegenheden waarin zij het onderwerp aansneed: ‘Ik deel van harte uw verontwaardiging en smart over het lot onzer Joodse landgenooten. En met mijn geheele volk voel ik de onmenschelijke behandeling, ja het stelselmatig uitroeien van deze landgenooten, die eeuwig met ons samen woonden in ons gezegend vaderland, als ons persoonlijk aangedaan.’ Historici betwisten of ‘het stelselmatig uitroeien van onze landgenoten’ door de Koningin zo
letterlijk is bedoeld, of dat de uitdrukking staat voor eliminatie uit de samenleving. Voor het gezin Ulreich is de droeve boodschap in ieder geval duidelijk. De dagboekaantekening van Carry plaatst de discussie van historici in een nieuw kader. Wallet (VU Amsterdam; specialisme Joodse geschiedenis) stelt dat het dagboek op sobere en indringende wijze laat zien hoe het was om als Joods tienermeisje volwassen te worden in de Rotterdamse oorlogsjaren. ‘s Nachts droom ik van vrede, Oorlogsdagboek 1941-1945 bevat de originele, ongecensureerde tekst; een nauwgezet verslag geschreven met een scherp oog voor persoonlijke emoties. Wallet: “Iedereen probeerde er ondanks de omstandigheden het beste van te maken – ook op religieus gebied. Doordat Carry en haar familie waren ondergedoken bij een katholieke familie worden de onderlinge spanningen voor de lezer voelbaar.” Carry Ulreich emigreerde na de oorlog naar Israël en heet nu Carmela Mass. In november hoopt ze 90 jaar te worden. Haar zoon, zelf boekuitgever, bracht het dagboek onder de aandacht van Wallet wat leidde tot de publicatie die dit najaar verschijnt. Na de bevrijding trouwde Carry met Jonathan Mass, een soldaat van de Jewish Brigade die Nederland had bevrijd en vestigde zich met hem in Jeruzalem. De huwelijksvoltrekking vond plaats op zondag 30 juni 1946 in de synagoge Joost van Geelstraat in Rotterdam. Carry Ulreich: Zijn enige broer sneuvelde in de strijd voor de oprichting van de staat Israel, nog voor onze Onafhankelijkheidsoorlog (1948). We kregen een dochter en twee zoons, hebben twintig kleinkinderen en meer dan zestig achterkleinkinderen. Drie jaar later vertrokken ook haar ouders uit Nederland en vestigden zich in Israel. (Opper)rabbijn L. Vorst sprak hen toe op een afscheidsbijeenkomst waar hun inzet vooral op sociaal gebied voor de Joodse Gemeente in Rotterdam werd geroemd. Er zijn slechts enkele andere oorlogsdagboeken gepubliceerd waarin het religieus-joodse leven een belangrijke rol speelt. Zoals hetoorlogsdagboek van de classicus dr. G. Italie uit Den Haag en Dignity to survive (Yesupar lador) van Jona Emanuel. Hij woonde met zijn uit Hamburg gevluchte ouders voor en in de oorlog in Utrecht en, net als Carry Ulreich, ook in Rotterdam. Fragment uit het oorlogsdagboek van Carry Ulreich: Gisteren was door de Engelse radio een uitzending weer over de joden. Toen werd het gebed voor de doden eerst in Pools, daarna in Engels overgezet. Tenslotte heeft een chazzan het gezongen. Zoiets ontroerends nog nooit gehoord. Een prachtige stem, zo huilend, hij zong echt voor ons joden, van hart tot hart. Tranen van ontroering kregen we in onze ogen. Papa zelfs een hoorbare huilbui, zo precies was het alsof hij zong voor zijn broers en zusters. Om nooit te vergeten, dit gebed, zo prachtig. Alleen begrijp ik niet dat het juist op shabbat voor de radio doorgegeven werd, dat mogen wij toch eigenlijk niet luisteren?
En als we juist dit gebod niet overtreden hadden, dan hadden we dit gebed gemist. Ik begrijp het niet. Want zoiets werd toch voor de joden uitgezonden. De christenen voelen mee, maar begrijpen zoiets toch niet. ‘s Nachts droom ik van vrede, Oorlogsdagboek 1941-1945 verschijnt bij Uitgeverij Mozaïek, in samenwerking met Stichting Loods 24en Joods Kindermonument in Rotterdam. Stichting Loods 24 en Joods Kindermonument heeft als doel ‘het realiseren en in stand houden van blijvende herinneringen aan het leven, de verdrijving, de deportatie en het vermoorden van joodse mensen in Rotterdam en de Zuid-Hollandse eilanden tijdens de periode 1940-1945’.
JOODSERFGOED ROTTERDAM MATHENESSERWEG ND. “MATHENESSERWEG 28C – CARRY ULREICH”. JOODSERFGOED ROTTERDAM. WEB 15-072016. HTTP://WWW.JOODSERFGOEDROTTERDAM.NL/MATHENESSERWEG/
Mathenesserweg 28c – Carry Ulreich Carry Ulreich was 14 jaar oud toen ze op dit adres bij een katholieke familie in onderduik ging. Zij hield een dagboek bij dat in de herfst van 2016 uitkomt. Dit dagboek geeft volgens historicus dr. Bart Wallet een unieke inkijk in Joods Rotterdam in de oorlog.
In het dagboek is te lezen dat in 1942 via de Engelse radio al bekend was dat de weggevoerde Joden in Polen massaal uitgemoord werden. De familie Ulreich maakte zich weinig illusies over het lot van degenen die werden opgepakt en weggevoerd. Ook Anne Frank meldde in haar dagboek dat via de Engelse radio het lot van de Joden bekend was.
Waarschijnlijk hoorde Carry op 17 oktober 1942 de toespraak van Koningin Wilhelmina op radio Oranje: “Ik deel van harte uw verontwaardiging en smart over het lot onzer Joodsche landgenooten. En met mijn geheele volk voel ik de onmenschelijke behandeling, ja het stelselmatig uitroeien van deze landgenooten, die eeuwig met ons samen woonden in ons gezegend vaderland, als ons persoonlijk aangedaan”.
Carry maakte na de oorlog alijah (emigreerde naar Israël) en hoopt in november negentig jaar te worden. Ze heet nu Carmela Mass. Ze huwde op 30 juni 1946 met Jonathan Mass, een soldaat van de Jewish Brigade die Nederland had bevrijd, in de synagoge aan de Joost van Geelstraat.
MOZAIEK NIEUWSBRIEF n.d. “Aangrijpend oorlogsdagboek van Joods meisje ontdekt”. MozaiekNieuws. Web 12-072016; 16:13 http://www.uitgeverijmozaiek.nl/nieuws/13/750/ Aangrijpend oorlogsdagboek van Joods meisje ontdekt NIEUWS 12/7/2016 - 14:13 redactie
De 14-jarige Joodse Carry Ulreich zit tijdens de Tweede Wereldoorlog ondergedoken in Rotterdam. Van 1941 tot 1945 beschrijft ze in zeven schriftjes hoe dat was. Haar tot nu toe onbekend gebleven verhaal verschijnt als ’s Nachts droom ik van vrede. Oorlogsdagboek 1941-1945 in oktober 2016. Carry’s door en door persoonlijke en authentieke verhaal, dat nu alleen nog in Yad Vashem in Jeruzalem in het Hebreeuws is in te zien, geeft nieuwe informatie over de geschiedenis van ondergedoken Joden in Nederland. Met name over een tot nu toe onderbelicht thema: het dagelijkse religieuze leven van orthodoxe Joden in oorlogstijd. Carry werkte in Rotterdam voor de Joodse Raad, waarover nog maar weinig bekend is. Ook blijkt uit het dagboek dat al in 1942 via de Engelse radio bekend werd welk lot de weggevoerde Joden te wachten stond. Het dagboek bevat de originele, ongecensureerde tekst. Door de nauwgezette verslaglegging en het scherpe oog voor persoonlijke emoties van Carry maakt de lezer haar strijd om te overleven van dichtbij mee. Carry schrijft humoristisch en in een pittige meisjesstijl. Historicus Bart Wallet (VU Amsterdam; specialisme Joodse geschiedenis) is verantwoordelijk voor de inleiding en de tekstbezorging. Hij stelt dat Carry’s dagboek op sobere en indringende
wijze laat zien hoe het was om als Joods tienermeisje volwassen te worden in de Rotterdamse oorlogsjaren. Iedereen probeerde er ondanks de omstandigheden het beste van te maken – ook op religieus gebied. Doordat Carry en haar familie waren ondergedoken bij een katholieke familie worden de onderlinge spanningen voelbaar. Carry Ulreich emigreerde na de oorlog naar IsraÍl en heet nu Carmela Mass. In november hoopt ze 90 jaar te worden en ze volgt de publicatie van haar dagboek met grote belangstelling. www.uitgeverijmoziek.nl