Postille 65

Page 1

P 65 (2013-2014)



Postille 2013-2014 onder redactie van KERK EN PREDIKING medewerkers: Ds. M.C. Batenburg Ds. L. Boot Ds. R. van Essen Ds. E.K. Foppen Ds. O.O. Grevink Dr. T.L. Hettema Ds. D. de Jong Ds. F.A.H.A. de Kok Ds. C.E. Lavooij Ds. A.P.J. van Ligten Ds. C.M. van Loon Dr. G.J. Mink Ds. H. Pals Ds. A. Parmentier Dr. C.J. de Ruijter Ds. C. Sloots Ds. H. van Solkema Dr. F. Stark Ds. E. van der Veen Dr. P. Verbaan Ds. Sytze de Vries Ds. E. van der Wolf-Kox Ds. T. Zijlstra

Uitgeverij Boekencentrum, Zoetermeer


Bij de productie van dit boek is gebruikgemaakt van papier dat het keurmerk Forest Stewardship Council (FSC) draagt. Bij dit papier is het zeker dat de productie niet tot bosvernietiging heeft geleid. Ook is het papier 100% chloor- en zwavelvrij gebleekt.

www.uitgeverijboekencentrum.nl www.postille.nl Ontwerp omslag: Oblong, Jet Frenken ISBN 978 90 239 2696 2 NUR 700 Š 2013 Uitgeverij Boekencentrum, Zoetermeer Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieÍn, opnamen of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.


Inhoud

Woord vooraf

9

Ds. E. van der Wolf-Kox Preek en beamer

11

Dr. G.J. Mink Evangelieverkondiging in de ‘moderne’ beeldcultuur

17

Ds. D. de Jong 1 december 8 december 15 december 22 december

Eerste adventszondag Tweede adventszondag Derde adventszondag Vierde adventszondag

Sefanja 1:12 Sefanja 2:14b,15a Sefanja 3:5 Sefanja 3:17

23 26 29 32

Ds. H. van Solkema 24 december 25 december 29 december 5 januari

Kerstnacht Kerstmorgen Zondag na Kerstmis Epifanie

Lucas 2:10 Johannes 1:14 Lucas 2:31 Jesaja 60:4a

35 39 42 45

Ds. E.K. Foppen 12 januari 19 januari

Eerste zondag na Epifanie Tweede zondag na Epifanie

Marcus 1:41 Marcus 7:28

47 51

Ds. H. Pals 26 januari 2 februari 9 februari

Derde zondag na Epifanie Vierde zondag na Epifanie Vijfde zondag na Epifanie

Lucas 5:28,29 Lucas 7:47 Lucas 9:16b

54 57 59

Ds. A.P.J. van Ligten 16 februari Zesde zondag na Epifanie 23 februari

Zevende zondag na Epifanie

2 maart

Achtste zondag na Epifanie

Ds. O.O. Grevink 9 maart 16 maart 23 maart

Invocabit Reminiscere Oculi

Deuteronomium 26:1a Deuteronomium 27:9 Deuteronomium 28:8

Rechters 13:5 Rechters 14:6-8 Rechters 16:28

63 66 69

72 75 78 5


Ds. C.E. Lavooij 30 maart 6 april

Laetare Judica

13 april

Palmarum

Dr. C.J. de Ruijter 17/18 april 19 april 20 april

Witte Donderdag/Goede Vrijdag Matte端s 26:30 Stille Zaterdag Psalm 115:17,18 Pasen 1 Petrus 1:3-5

Ds. Sytze de Vries 27 april 4 mei 11 mei 18 mei

Quasimodo geniti Misericordia Domini Jubilate Cantate

Psalm 81:11 Psalm 33:5 Psalm 66:1,2 Psalm 98:1

98 102 105 108

Ds. R. van Essen 25 mei 29 mei

Rogate Hemelvaart

Johannes 15:16 Johannes 16:16

111 114

Ds. T. Zijlstra 1 juni 8 juni

Exaudi of Weeskinderen Pinksteren

Johannes 17:13 Psalm 104:30

118 121

Gaan voor God Ds. C.M. van Loon 15 juni

Eerste zondag na Pinksteren

22 juni

Tweede zondag na Pinksteren

29 juni

Derde zondag na Pinksteren

Handelingen 9:18b 124 Handelingen 9:27a 127 Handelingen 9:32 131

Gebed Dr. T.L. Hettema 6 juli 13 juli 20 juli

Vierde zondag na Pinksteren Vijfde zondag na Pinksteren Zesde zondag na Pinksteren

Jona 1:14 Jona 2:7 Jona 4:2

134 137 140

Psalm 77:20 Psalm 80:8 Psalm 97:11

143 147 150

Leven met God Ds. M.C. Batenburg 27 juli Zevende zondag na Pinksteren 3 augustus Achtste zondag na Pinksteren 10 augustus Negende zondag na Pinksteren 6

Ester 5:9 2 Kronieken 33:13a Lucas 19:35

81 85 88

91 94 96


Meditatie Ds. L. Boot 17 augustus 24 augustus 31 augustus

Tiende zondag na Pinksteren Elfde zondag na Pinksteren Twaalfde zondag na Pinksteren

Gods woord voor onderweg Ds. C. Sloots Tijd na Pinksteren Tijd na Pinksteren Tijd na Pinksteren Het geweten / goede en kwade machten Dr. P. Verbaan 9 november Tweeëntwintigste zondag na Pinksteren 16 november Drieëntwintigste zondag na Pinksteren 23 november Vierentwintigste zondag na Pinksteren Ds. A. Parmentier Kerkdienst in het verpleeghuis Ds. E. van der Veen Verlies en verdriet Verlies en verdriet

Ds. F.A.H.A. de Kok Kerkdienst met jongeren/studenten

Matteüs 6:27 Psalm 16:11 Johannes 4:10

153 156 158

Lucas 9:3 2 Samuël 22:31,32 Psalm 119:1

162 165 167

1 Johannes 3:20 170 1 Johannes 2:28 173 1 Johannes 1:7a 176

Prediker 12:1b

179

Genesis 24:67 Heidelbergse Catechismus, zondag 1

182

185

Prediker 9:7

188

Dr. F. Stark Kort overzicht van homiletische literatuur voor de preekpraktijk

193

Lijst met gebruikte afkortingen

205

Register van behandelde bijbelteksten Postille 65

206

7


8


Woord vooraf

In 1947 verscheen de Laatste Postille, uit het nagelaten werk van dr. J. Koopmans gekozen en ingeleid door dr. K.H. Miskotte. De Postille die u nu in handen hebt, kan de Allerlaatste Postille genoemd worden: met deze 65e editie komt een einde aan de reeks. In overleg met de redactiecommissie heeft de uitgever, Boekencentrum, daartoe besloten. Ter toelichting het volgende. Voor veel voorgangers is een aanzienlijk deel van de preekvoorbereiding naar het internet verschoven. Zij halen van het wereldwijde web wat zij voorheen in boeken en in de Postille zochten. De uitgever wil bij deze ontwikkeling aansluiten en is bezig met het opzetten van een digitaal platform waarop voorgangers belangrijk materiaal voor de preekvoorbereiding kunnen vinden. Hiermee vervalt de functie van de papieren Postille. Nu met deze 65e editie een einde aan de Postille-reeks gekomen is, wil de redactiecommissie nog een keer aandacht vragen voor de geschiedenis van de uitgave, die naar haar mening veel voor de prediking in ons land betekend heeft: in Postille nr. 60 is de door de voorzitter geschreven bijdrage ‘Zestig jaar Postille’ te vinden. Niet anders dan in de vorige edities van de Postille treft u ook in deze een groot aantal schetsen aan. In het ‘Woord vooraf’ van nr. 64 werd gewag gemaakt van meer thematisch opgezette bijdragen en van bijdragen voor specifieke doelgroepen. Die zijn ook in deze editie opgenomen: schetsen over ‘Het geweten / goede en kwade machten’ en ‘Verlies en verdriet’, alsmede schetsen voor een kerkdienst in het verpleegtehuis en voor een met jongeren/studenten. Daarnaast vindt u weer een inleidend artikel, deze keer in de vorm van een tweeluik: ds. E. van der Wolf-Kox schreef over ‘Preek en beamer’, dr. G.J. Mink over ‘Evangelieverkondiging in de “moderne” beeldcultuur’. Ten slotte ook weer het ‘Kort overzicht van homiletische literatuur voor de preekpraktijk’ van de hand van dr. F. Stark. De redactiecommissie spreekt de hoop uit dat ook deze Postille van dienst zal zijn bij de preekvoorbereiding. Ze besluit met de wens dat de reeks als geheel nog lang met vrucht gebruikt zal worden.

Namens de redactiecommissie Postille: J.D.Th. Wassenaar, voorzitter R. Abma, secretaris A.W. Velema, supervisor Leden van de redactie: Mw. dr. R. Abma, Huizen Ds. R. van Essen, Delft 9


Ds. J.J.F. van Melle, Oudorp Prof. dr. C.J. de Ruijter, Kampen Mw. dr. F. Stark, Lexmond Dr. A.W. Velema, Uplengen/S端dgeorgsfehn (BRD) Dr. J.D.Th. Wassenaar, Hellendoorn

10


Preek en beamer

‘In onze kerk beschikken wij over een beamer. Mocht u daarvan gebruik willen maken om beelden te tonen ter ondersteuning van de gesproken tekst, dan kan dat uiteraard.’ Als gastvoorganger kom je de bovenstaande zinsnede in instructiebrieven van gemeentes steeds vaker tegen, omdat in steeds meer kerkzalen een beamer hangt. Als je niet gewend bent met een beamer te werken, vraag je je wellicht af: wat vind ik hiervan, wil ik hier iets mee, en zo ja, wat dan? In dit artikel ga ik op deze vragen in, met name gericht op de preek. Beeldgebruik in de kerk? Beelden hebben een eigen dynamiek. Beelden komen direct binnen in je hoofd. Bij woorden, gesproken of geschreven, moet er altijd eerst een bepaalde vertaalslag in de hersenen gemaakt worden. Je hebt er meer frontale hersencapaciteit voor nodig en dus meer aandacht. Onze hersenen zijn er veel meer op ingericht om beelden te verwerken. Beelden zijn affectiever, spelen meer in op dieperliggende emoties waar nog geen rationele betekenis aan is gegeven. Mensen verwerken beelden weliswaar oppervlakkiger, maar de daarbij betrokken hersengebieden zijn minstens zo belangrijk als het gaat om beslissingen die je niet (helemaal) bewust neemt. Beelden zijn vaak multi-interpretabel. Met woorden kun je meer exact uitdrukken wat je bedoelt of vindt. Hoewel? Een plattegrond (= beeld) vertelt je vrij precies waar je naartoe moet, maar bij het woord ‘liefde’ denkt ieder zijn eigen kant op. Iemand zei: ‘Een beeld is snel, een woord is precies.’ Welke bijbelse motieven spelen een rol als je nadenkt over beeldgebruik in een kerkdienst? Hier geldt: iedere ketter heeft zijn letter. Tegenstanders beroepen zich op het tweede gebod, het beeldverbod. Daarnaast spelen bijbelteksten als Romeinen 10:17, ‘Zo is dan het geloof uit het horen, en het horen door het woord van Christus’, een rol. Voorstanders wijzen naar teksten als 1 Johannes 1:1-3, ‘wat wij met onze eigen ogen hebben gezien’. En iedereen beroept zich op Jezus die gelijkenissen vertelt. Voorstanders zeggen: ‘Jezus gebruikte beelden, dat doen wij ook. Hij wees naar de leliën des velds, wij projecteren ze op een scherm, maar het principe is hetzelfde.’ Tegenstanders zeggen: ‘Jezus sprak beeldend, Hij had geen plaatjes nodig, een goede spreker kan met woorden de beelden oproepen.’ Ik geloof dat de Bijbel ons verbiedt noch aanspoort om gebruik te maken van een beamer. De Bijbel roept ons op God te eren, uit zijn Woord te leven en een gemeenschap te vormen met elkaar. Welke middelen je daarbij gebruikt, wordt bepaald door de cultuur en de tijd waarin je leeft en de mensen met wie je het evangelie wilt communiceren. Wie beeldgebruik in een kerkdienst theologisch doordenkt, komt drie motieven tegen. Het eerste motief is: visie op de schepping. Beschouw je de schepping als goed (‘God zag dat het goed was’), dan mag je het goede dat God geeft 11


gebruiken om Hem te eren. Beschouw je de schepping als slecht of in zonde gevallen, dan is materie slecht, dus ook beeldmateriaal. Dat kun je beter niet gebruiken in de dienst. Een tweede motief is: de incarnatie. ‘Het Woord is vlees geworden.’ Wat betekent dat voor je? De één zegt: als zelfs Jezus, de Zoon van God, mens geworden is, waarom zou je dan menselijke uitingsvormen als strijdig-met-God terzijde schuiven? Wie zo denkt, kan met beelden iets van God laten zien. Maar degene die aan de incarnatie minder gewicht toekent en meer nadruk legt op de goddelijke kant van Jezus – vanwege grote reserve tegen het materiële en menselijke –, zal gebruik van beeldmateriaal in een kerkdienst afwijzen. Een derde motief is de vraag: kan het eindige het oneindige communiceren? Sommigen zeggen: ja, dat kan. Met eindige woorden kunnen wij God verkondigen. In eindig brood en wijn wordt zichtbaar en tastbaar wie Christus is voor ons. Ook eindige beelden kunnen iets laten zien van de oneindige God. Anderen leggen meer nadruk op het grote verschil tussen God en mensen. Zij veronderstellen dat het eindige niet in staat is om de Oneindige te communiceren en zullen geen beeldmateriaal in een kerkdienst gebruiken. Voor mijzelf weegt met name de notie van de incarnatie zwaar. God kiest er in Jezus Christus voor om het menselijke bestaan te delen. Jezus wordt beeld van God genoemd. Dat rechtvaardigt voor mij het gebruik van menselijke middelen, ook beelden, om iets van God te laten zien. Vanuit de praktijk maak ik de volgende afweging. Visuele ondersteuning van een kerkdienst heeft grote voordelen. Het komt tegemoet aan visueel ingestelde mensen. En dat zijn er steeds meer. Met beelden kun je andere dingen zeggen dan met woorden. Denk aan afbeeldingen van kunst, maar ook van nieuwsfragmenten of cartoons. Beelden brengen afwisseling. Beelden raken. Beelden creëren een bepaalde sfeer en dragen bij aan de belevingskant van een kerkdienst. Er zijn ook kritische vragen te stellen bij beeldgebruik in de kerkdienst. Hoe verdeelt de kerkganger zijn aandacht tussen voorganger en projectie? Wat doet beeldmateriaal met de eigen verbeeldingskracht van de kerkganger? Wordt de kerkganger niet te passief? En als de techniek faalt? Past het gebruik van een beamer wel bij het eigen karakter van preken? Naar mijn overtuiging is het mogelijk de beamer zo in te zetten dat je optimaal gebruikmaakt van de mogelijkheden van beeldgebruik en tegelijk recht doet aan het eigene van een kerkdienst en de verbeeldingskracht van de kerkgangers. Preken met een beamer? Het gebruik van een beamer tijdens de preek is niet onomstreden. Het eerste tegenargument is: preken is spreken. Het eigene van spreken is communicatie tussen spreker en hoorder. Daar moet niets tussen zitten, dus ook geen scherm met beelden of teksten. Echter, in mijn ervaring doet de projectie geen afbreuk aan de communicatie tussen voorganger en kerkgangers, maar draagt ze ertoe bij. Even richt je je als voorganger samen met de kerkgangers op een beeld en daarna werk je het al sprekend uit. Sommige kerkgangers kijken je aan. Andere sluiten hun ogen, of richten zich op het beeld. Een ander argument tegen het ge12


bruik van een beamer tijdens de preek is: een preker moet vrij zijn om in te spelen op (non-verbale) reacties van de kerkgangers. Er moet ruimte zijn voor de Geest. Beamergebruik beperkt de preker. Die moet zich immers houden aan de van tevoren voorbereide ‘presentatie’. Aan dit bezwaar kom je tegemoet door goede afspraken met de beamerbedienaar of een afstandsbediening voor de voorganger. Je kunt trouwens ook zeggen: de voorganger krijgt juist meer vrijheid door de mogelijkheid om beeldmateriaal te gebruiken. Een derde argument tegen gebruikmaken van een beamer tijdens de preek: de preker wordt afhankelijk van het functioneren van de techniek. Dat is echter in menig kerk al het geval. Als de geluidsinstallatie niet functioneert, wordt het ook lastig om de preek te volgen. Bovendien zal een goede preek ook zonder gebruik van de beamer gehouden kunnen worden, hoewel sommige aspecten dan minder goed uit de verf komen. Hoe je de beamer inzet bij een preek hangt samen met de aard van de preek. Dr. G.D.J. Dingemans onderscheidt vier preekstijlen:1 1) de preek als kerugma, verkondiging: het gaat om de boodschap van God, niet om de persoon van de hoorder of de preker; 2) de preek als didachè, onderricht: cognitief, eenrichtingsverkeer, vertellen ‘hoe het zit’; 3) de preek als martyrion, getuigenis: persoon van de preker meer in het vizier; 4) de preek als homilia, interactie: de preker schept ruimte voor een ontmoeting tussen God en mens, de preek geeft stof tot nadenken en aanknopingspunten voor je geloof. Bij kerugma ligt de nadruk op het ‘tegenover’ van het evangelie. God zelf, de Ander spreekt door middel van mensenwoorden. Preken is God aan het woord laten komen. Bij deze preekopvatting wordt de beamer niet of terughoudend gebruikt, omdat alle nadruk ligt op de boodschap van God en niet op de ontvangst daarvan door voorganger en kerkgangers. Als er al iets vertoond wordt, zal dat nauw aansluiten bij de bijbeltekst. Bij didachè is de preek om ervan te leren, cognitief maar ook affectief. Je hoopt dat de kerkgangers oppikken en onthouden wat hun wordt verteld. Zo’n preek heeft raakvlakken met een presentatie. De beamer kan dienst doen om teksten of de punten van de preek te projecteren. Ook beeldmateriaal dat illustratief is, emotie uitdrukt of perspectief biedt, maakt dat de boodschap beter overkomt en beklijft. Bij martyrion draait het om het verhaal van een geloofsgetuige. Als de preker zelf die getuige is, kan de beamer uit. Het gaat immers om het persoonlijk gekleurde verhaal van deze mens. De preker kan dat wel illustreren met beeld-

1. G.D.J. Dingemans, Als hoorder onder de hoorders, Kampen, 1991, 37.

13


materiaal. Ook het getuigenis van een ander dan de preker kan een rol spelen in een preek. Dat kan een live-getuige zijn, maar ook een getuigenis via de beamer. Bij homilia verbinden de kerkgangers hun eigen verhaal met wat er in de preek wordt aangedragen. Daarin kunnen elementen zitten van uitleg, verkondiging en getuigenis. Projectie van teksten en beelden behoort ook hier tot de mogelijkheden. Die beelden kunnen allerlei functies hebben: illustratief, expressief en instructief. Ze kunnen perspectief geven, emotie oproepen en confronteren. Soms zal het beeldgebruik de kerkgangers helpen te begrijpen waar het om gaat, maar het kan hen ook uitdagen om verder te kijken. Voorbeelden van beamergebruik rond de preek Wat kun je zoal met een beamer rond de preek? Ik geef een aantal voorbeelden. Sommige preken hebben een duidelijk thema of roepen een sterk beeld op. Dan is het een kleine stap om dit thema of beeld te visualiseren. Bij ‘Leer ons bidden’ komt een foto van een vrouw die in een donkere kathedraal een kaarsje aansteekt, op de daarvoor bestemde plek. De kerstavonddienst met het thema ‘Kwetsbaar’ krijgt een besneeuwde rode roos in de knop als beeld. Deze afbeelding wordt getoond voor aanvang van de dienst om alvast een stemming neer te zetten. Ook tijdens meditatieve muziek na de preek kan dit beeld kerkgangers helpen om nog even stil te staan bij wat zij gehoord hebben. Dergelijke beelden zijn meer dan een illustratie. Ze roepen op tot inkeer, raken aan emotie en zetten een bepaalde sfeer neer. Soms verwijs je in de preek naar iets wat je de afgelopen week op tv hebt gezien. Die verwijzing wordt veel levendiger als je een foto uit het programma of zelfs een klein videofragment ervan vertoont. ‘Hé, dat heb ik ook gezien.’ Je betrekt de kerkgangers er meer bij. Op internet is dergelijk materiaal eenvoudig te vinden. Bij videofragmenten luistert de afbakening nauw. Hoe kies je precies het fragment dat de essentie laat zien, ook voor wie het programma niet eerder heeft gezien? Beeldende kunst kan inspirerend zijn bij preekvoorbereiding. Etsen en schilderijen van Rembrandt laten hun eigen licht schijnen over bijbelgedeeltes. Het schilderij van Van Gogh over de opstanding van Lazarus toont de schilder zelf als Lazarus. Wat zeggen deze kunstenaar-commentatoren ons? Door dergelijke afbeeldingen in een kerkdienst te laten zien, nodig je ook kerkgangers uit om langs deze weg inspiratie op te doen. Je kunt ook informatief beeldmateriaal tonen. Een landkaartje bij de derde zendingsreis van Paulus. Of een afbeelding van de Jezus-Christus-hagedis, die over het water loopt, bij een preek over Matteüs 14:22-33. En als je uitgebreid stilstaat bij het gedachtegoed van Bonhoeffer, voegt het iets toe om een foto van hem te vertonen. Er komt een tijdsbeeld mee, sfeer, herkenning wellicht ook. Overigens helpt het ook om de tekst van een citaat of gedicht dat je in de preek gebruikt te projecteren op een passende achtergrond. Horen en lezen versterken elkaar. 14


Sommige preken hebben een heldere opbouw, bijvoorbeeld in drie punten. Het helpt kerkgangers als die punten één voor één vertoond worden. Niet het hele verhaal, alleen de kapstok. Niet alles in één keer, maar punt voor punt, steeds één erbij, terwijl de andere blijven staan. Gebruik daarbij korte, duidelijke woorden of zinnen. Kies voor een passende achtergrond: een warme kleur of een ondersteunend beeld. Preekvoorbereiding Uit bovenstaande voorbeelden blijkt dat de manier van preekvoorbereiding anders wordt bij preken met een beamer. Het besef dat je gebruik kunt maken van beeldmateriaal nodigt uit tot een bredere manier van je oriënteren. Beeldmateriaal geeft soms een eigen exegese van een bijbeltekst of thema en daarmee verrassende inzichten. Een collega had een kerkdienst met als thema ‘loslaten’. Hij voerde ‘loslaten’ als zoekterm in op internet en kwam toen tot zijn verrassing ‘De Schepping van Adam’ door Michelangelo tegen. Daardoor kwam voor hem in deze dienst het scheppingsverhaal in beeld als een verhaal van loslaten. Dan is het beeld geen illustratie meer, maar bepalend voor de uitleg. Predikanten hebben verschillende werkwijzen in hun zoektocht naar beeldmateriaal met het oog op de preek. Al in de exegesefase draait het niet alleen om tekst, maar komen er ook beelden mee. Sommige van die beelden worden uiteindelijk vertaald in een afbeelding in de dienst. Nu is een beeld in je hoofd meestal nog geen plaatje. Soms wel: dan denk je aan een foto uit je eigen collectie of een kunstwerk dat je onlangs hebt gezien. Soms is het nog niet concreet. Met behulp van een zoekfunctie voor afbeeldingen op internet kun je een vertaalslag maken. Daarbij let je op de kwaliteit van het beeld. Vind je het geschikt voor gebruik in een kerkdienst? Nodigt het uit voor de kerkgangers? Is het een beeld dat zij kunnen ‘lezen’ en waarderen? Oefening baart kunst. Naarmate een predikant langer met een beamer werkt, wordt zijn gevoeligheid voor beeldmateriaal groter. Het is natuurlijk ook mogelijk om anderen in te schakelen bij de zoektocht naar beeldmateriaal. Dat kunnen gemeenteleden zijn die hier kijk op hebben of een groep collega’s. Het is eveneens denkbaar dat aanwijzingen voor beeldmateriaal een vast onderdeel gaan worden in materiaal voor de voorbereiding van kerkdiensten. Er zijn valkuilen bij de zoektocht naar beeldmateriaal. Het zoeken naar beeldmateriaal kan dwangmatig worden. De dienst is voorbereid, maar er is nog geen beeldmateriaal. En er is nu juist een beamer aangeschaft om de diensten extra interessant te maken. Wanhopig zoek je het internet af om net dat beeld te vinden dat nog ontbreekt. Dit kan zeer tijdrovend zijn. En waarschijnlijk weinig vruchtbaar. Neem de vrijheid om niets te vertonen als je niets gevonden hebt. De beamer kan ook uit. En andere valkuil is: de beamer gebruiken om een slechte preek op te leuken. Dit werkt niet. De beamer vergroot dingen uit. Dus ook een slechte preek. Slecht wordt niet beter door een paar mooie beelden.

15


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.