4 minute read
Claudio Arrau Legendarische pianist
CLAUDIO ARRAU
LEGENDARISCHE PIANIST
Advertisement
Door Eddie Vetter
Claudio Arrau was een van de belangrijkste pianisten van de twintigste eeuw. Zijn carrière omspande bijna de gehele eeuw: meer dan tachtig jaar, van wonderkind tot gelauwerde bijna-negentigjarige. Warner eert zijn nagedachtenis met 24 cd’s, de muzikale erfenis van een legendarische pianist.
Claudio Arrau León werd in 1903 geboren in Chili. Toen hij vier was, overleed zijn vader. Zijn moeder voorzag in het levensonderhoud van het gezin met pianolessen. Ze merkte dat de kleine uit het hoofd stukken kon naspelen die hij van haar leerlingen had gehoord. Claudio trad voor het eerst in het openbaar op toen hij vijf jaar oud was. Het programma loog er niet om: Mozart, Beethoven en Schumann. Vanwege zijn uitzonderlijke talent gaf de Chileense overheid hem als negenjarige een beurs om aan het vermaarde Stern’sches Konservatorium in Berlijn te studeren bij Martin Krause, een van de laatste leerlingen van Liszt. Als tiener won Claudio al prijzen en trad hij overal in Europa op, met dirigenten als Willem Mengelberg en Wilhelm Furtwängler.
In Berlijn ging hij later zelf lesgeven aan het conservatorium. In de concertzaal viel hij op vanwege zijn ambitieuze programma’s. Zo vertolkte hij alle werken voor toetsinstrumenten van Bach in een serie van twaalf recitals. Daarna volgde een Mozart-cyclus. Internationale roem vergaarde hij met een bijzondere Beethoven-cyclus waarin hij niet alleen de 32 sonates maar ook de vijf pianoconcerten uitvoerde.
Aan het begin van de Tweede Wereldoorlog verliet hij nazi-Duitsland om terug te keren naar Chili. Na een tournee door de Verenigde Staten vestigde hij zich in New York, waar hij bijna een halve eeuw
zou blijven wonen. Het was de uitvalsbasis voor talrijke tournees over de gehele wereld: Amerika, Europa, India, Japan. Lange tijd trad hij om politieke redenen niet op in Chili, maar in 1984 maakte hij daar een triomfantelijke rentree. Hij vreesde dat het voor hem als 81-jarige anders misschien te laat zou zijn om zijn geboorteland terug te zien.
In 1990 emigreerde hij van de Verenigde Staten naar Duitsland, waar hij in München ging wonen. Een jaar eerder was zijn echtgenote Ruth Schneider overleden, een mezzosopraan van Duitse afkomst. Hij besloot te stoppen met optreden, maar in 1991 nam hij toch weer een uitnodiging aan om in Oostenrijk en Duitsland recitals te geven. In Düsseldorf zou Dietrich Fischer-Dieskau de Gouden Medaille van de Royal Philharmonic Society aan hem uitreiken. Een paar dagen daarvoor overleed Arrau in Oostenrijk. Reeds als kleuter, zo vertelde hij eens in een interview, was hij niet van de piano weg te slaan. Hij at zelfs onder het spelen omdat hij anders niet wilde eten. Weinig musici waren zozeer vergroeid met hun instrument. Hij zei daarover: ‘Ik probeer piano te spelen zoals een kat springt: het moet volstrekt natuurlijk zijn. Ik heb me voorgenomen dat ik stop zodra er routine in mijn spel sluipt. Als ik speel, voel ik een soort extase die ik voor geen goud zou willen missen.’
In de loop der jaren maakte zijn jeugdige spontaniteit plaats voor een zekere bezonkenheid, maar routineus werd zijn spel nooit, terwijl hij in zijn hoogtijdagen
wel honderd concerten per jaar gaf. Hij bekende ooit dat hij er zoveel gaf omdat hij anders definitief geveld zou worden door plankenkoorts.
Arrau heeft vaak in Nederland opgetreden. Toen hij in 1940 zijn debuut in het Amsterdamse Concertgebouw maakte, noemde De Telegraaf dat ‘een muzikale sensatie’: ‘Dit hoofdstedelijk debuut werd een triumf voor den pianist, dien muzikaal Amsterdam in het vervolg zal beschouwen als een der zeer weinigen, die tot de klasse der uitverkorenen behooren: Claudio Arrau is een groot, zeer groot instrumentalist, een veelzijdig vertolker van brillante eigenschappen.’
Bijna een halve eeuw later, bij zijn laatste optreden in Nederland, als 85-jarige in 1988, oordeelde NRC Handelsblad: ‘Arrau speelt nog altijd met een verbluffende lichtheid en allesbehalve routineus. De pianoklank wordt onder zijn handen vloeibaar.’ Aristocratische allure en Latijnse helderheid gingen bij hem een leven lang hand in hand.
Zijn carrière viel samen met de opkomst van de platenindustrie. De box van Warner bevat voornamelijk opnamen die gemaakt zijn tussen 1921 en 1962. De 78-toerenplaten en de oorspronkelijke mastertapes van de lp’s zijn voor de gelegenheid met veel zorg gerestaureerd. Heel bijzonder zijn wel de opnamen uit 1921. Daarop speelt de achttienjarige Arrau onder meer een walsje van Chopin (op. 34, nr. 3). Zeven jaar later speelt hij dezelfde wals nog veel briljanter. Zo maakt de luisteraar samen met hem een reis door de tijd om te genieten van zijn onsentimentele maar sensitieve interpretaties van Chopin, Liszt, Beethoven, Schubert, Mozart, Schumann, Brahms, Tsjaikovski, alle denkbare klassiekers voor piano solo en voor piano en orkest. Inderdaad: de muzikale erfenis van een legendarische pianist.
CLAUDIO ARRAU THE COMPLETE WARNER CLASSICS RECORDINGS
WARNER 0190296245572 (24CD) VKZ.NL/225646 € 99,99