Zonnewijzerpark Genk 2021
Uitgave van Zonnewijzerkring Vlaanderen vzw 2021 www.zonnewijzerkringvlaanderen.be e-mail: zkv-secretariaat@telenet.be
Digitale zonnewijzer Bouwjaar 1999 Ontwerp: Werner Krotz, Daniel, Felix, Hans Scharstein (D) Uitvoering: Hans Scharstein Er komen geen elektronica of bewegende delen te pas aan deze zonnewijzer. Wel een vernuftige combinatie van twee parallelle platen. Daarin zijn spleten die het licht zo doorlaten dat cijfers de tijd weergeven in dezelfde vorm als een digitaal uurwerk. De achterkant van de zonnewijzer is naar het zuiden gericht en de platen hebben een helling van 51°, de breedtegraad van de plaats. Dit was de eerste zonnewijzer van dit soort, een wereldprimeur voor Genk. Een dergelijke zonnewijzer werd nadien nog geïnstalleerd in het Deutsches Museum in München en in het Stadtmuseum in Köln.
Kegelzonnewijzer Bouwjaar: 1999 Ontwerp: Javier Moreno Bores (Spanje) Uitvoering: Nieuwe Scheldewerken nv en Julien Lyssens Dit is een nieuw soort zonnewijzer, uniek en een wereldprimeur voor Genk. Hij geeft twee tijdsmetingen: rechts de tijd tot zonsondergang (zonsondergang: 24 uur), vroeger het einde van de werktijd, links de tijd sinds zonsopgang toen het begin van de werktijd. Dat kan omdat de kegelvorm steeds twee schaduwen geeft, een rechts en een links. Hij is oordeelkundig geplaatst: zijn halve tophoek is 51° (de breedtegraad van de plaats) en hij is met de open kant naar het noorden gericht. Het uurlijnenpatroon is dit van de uurlijnen van een gewone horizontale zonnewijzer, wel met andere uurwaarden erbij. De twee tijdsmetingen heten: rechts de Italiaanse of Boheemse uren en links de Babylonische uren.
Uurvlakzonnewijzer Bouwjaar: 1999 Ontwerp: Patric Oyen Uitvoering: Aannemer Reulens. verplaatst op aanwijzigen van Willy Leenders door aannemer Van de Kreeke Bijzonderheden In deze zonnewijzer staan zeven hardstenen blokken. Het bovenvlak van elke blok heeft twee korte randen en een lange rand. Bij elke korte rand hoort, parallel ermee, een strip in de grond. Als de schaduw van de rand op de bijbehorende strip valt geeft het cijfer bij de strip aan hoe laat het is. De stijl van een zonnewijzer en zijn schaduw vormen één vlak, het uurvlak. Alle lijnen in dit vlak hebben dezelfde schaduw. De rand van een blok is zulke lijn. De erbij horende stijl is weggelaten, de uurlijn (de strip in de grond) niet. Stel je bij elk blok dus de stijl van een horizontale zonnewijzer voor. Twee uurlijnen van die zonnewijzer, een in de voormiddag en een in de namiddag zijn aangebracht. De zeven blokken zijn dus zeven zonnewijzers zonder stijl met elk twee uurlijnen, paarsgewijs: 12 en 18, 11 en 17, 9 en 15, 8 en 14, 7 en 13, 6 en (12).
Boek van de tijd, polaire zonnewijzer Bouwjaar: 1998 Ontwerp: Jean-Michel Ansel (Frankrijk) Uitvoering: Jean-Michel Ansel (Frankrijk) Spreuk: Tempus est aeternum. Nobis iter imperfectum. (De tijd is eeuwig. Onze [levens]weg is onvolmaakt.) Het tafereel van deze zonnewijzer heeft de vorm van een opengeslagen boek. De helling ervan is evenwijdig met de pool-as, dus zijn de uurlijnen evenwijdig aan elkaar. Ook de stijl heeft dezelfde richting. De stijl heeft de vorm van twee potloden die met de punten tegen elkaar staan. De schaduw van de potloden geeft het uur aan. De schaduw van de punt geeft de datum aan. De datumlijnen (gebogen lijnen) markeren, in tegenstelling tot de gebruikelijke overgangen van de zon naar een volgend dierenriemteken, de overgangen van de zon naar de gelijknamige sterrenbeelden. Dat gebeurt op andere datums. Bovendien werd het sterrenbeeld Weegschaal weggelaten en vervangen door Ophiuchus (Slangendrager).
Boom van Sonius Bouwjaar: 1999 Ontwerp: Jan Kragten en Fer de Vries (Nederland) Uitvoering: De Nieuwe Scheldewerken nv Deze zonnewijzer bestaat uit twee panelen achter elkaar met daarin spleten voor de uren en de halfuren. Als de richting van de zon samenvalt met twee achter elkaar liggende spleten kan het zonlicht erdoor. De spleet aan de voorkant licht dan op en duidt het overeenkomstige uur of halfuur aan. In de spleten aan de voorzijde staat mat glas zodat je niet precies voor de spleet moet staan om de oplichting te zien. De zonnewijzer kreeg de vorm van een gestileerde boom. De eerste die dit soort zonnewijzer bedacht was de Nederlander Gerard Sonius. Vandaar de naam 'boom van Sonius'.
Horizontale zonnewijzer Bouwjaar: 1999 Ontwerp: Julien Lyssens Uitvoering: Peter Boudens Spreuk: Om een schaduw te plezieren Tekst: Genk 50° 57' NB 5° 31' OL Versiering: Wapenschild van de stad Genk Deze zonnewijzer heeft naast uurlijnen ook datumlijnen (de gebogen lijnen). Een punt tussen twee inkepingen op de stijl werpt een schaduw die toelaat op die lijnen de datum af te lezen. De datumlijnen zijn die van de overgangen van de perioden van de dierenriem. Zoals meestal in dit park, is hier de ‘zonnetijd’ aangegeven. Middag, het midden van de dag, en dus 12 uur is het, als de zon in het zuiden en het hoogst staat. Een uurwerk loopt hier, met zijn kunstmatig uur, daarop altijd voor, de ene dag meer dan de andere, als het zomertijd is nog een uur meer.
Equatoriale hoepelsfeerzonnewijzer Bouwjaar: 2000 Ontwerp: Jan De Graeve Constructie: Julien Lyssens Deze hoepelsfeerzonnewijzer, ook armillairzonnewijzer genoemd, heeft een aantal ringen. Zij dragen niet bij tot de functie van de zonnewijzer maar vormen een didactisch model van de wereldbol met de poolcirkels en keerkringen. Alleen de schuine stijl en de witte ring zijn de zonnewijzer. Het uur lees je af op die witte evenaarsring (equatoriale ring). Aan het noordelijke uiteinde van de stijl is een kleine vlakke equatoriale zonnewijzer geplaatst. Omdat die naar het noorden gericht is ‘werkt’ hij alleen in de zomer vroeg en laat door zonlicht vanuit het noordoosten en het noordwesten.
Grote horizontale zonnewijzer Bouwjaar: 1999 Ontwerp: Jeanne Opgenhaffen Uitvoering: Jeanne Opgenhaffen en Nieuwe Scheldewerken De uurpunten op een cirkel van 12 meter diameter zijn aangeduid door hardstenen blokken, aan de bovenkant versierd met keramiek. De kleur van de keramiek varieert van lichtblauw voor de morgenuren over fel-oranje voor de middag tot donkerblauw voor de avonduren. De kring van blokken wordt gesloten met een zitbank.
Meervlakszonnewijzer Bouwjaar: 1999 Ontwerp: Willy Ory naar een concept van Ignace Naudts Uitvoering: Anja Roemer De constructie heeft zeven vlakken, elk anders gericht. Op elk vlak staan zonnewijzers. Die geven de tijd verschillend aan: de zonnetijd (de ware plaatselijke tijd), de zomertijd (OET of Oost-Europese Tijd), de wintertijd (WET of WestEuropese Tijd). Van die laatste twee moet de aflezing gecorrigeerd worden met de tijdsvereffening (E). Die is op een curve op het zuidelijke vlak af te lezen. De tekst "- E = OET" betekent dus "Wat je afleest min de correctie E = de zomertijd". De tijdsvereffening (E) is een correctiefactor variërend van ongeveer min 15 minuten tot ongeveer plus 15 minuten afhankelijk van de datum. De uurlijnen op het oostelijk en westelijk gerichte vlak en ook op het vlak evenwijdig met de stijl, lopen parallel aan elkaar. De stijlen op deze vlakken hebben een inkeping waarvan de schaduw de datum aanduidt. Merk hoe de stijlen op alle vlakken dezelfde helling hebben, gelijk aan de breedtegraad van de plaats, 51°. Tegengesteld aan wat velen zouden verwachten staat ook op de noordzijde een zonnewijzer. 's Morgens vroeg en 's avonds laat in de zomer krijgt die immers zonlicht uit het noordoosten en het noordwesten.
Meridiaanlijn of middagzonnewijzer Bouwjaar: 1999 Ontwerp: Jan De Graeve De zon schijnt op het middaguur door de smalle spleet tussen twee granietblokken. Op de grond verschijnt dan een 'lichtlijn' tussen twee schaduwen. Die lijn is de meridiaanlijn van de plaats vermits de zon 's middags (12 uur zonnetijd) op haar hoogste punt en in het zuiden staat. Een blokje bovenaan in de spleet werpt op die meridiaanlijn een schaduw. Omdat de zon doorheen de seizoenen elke dag hoger of lager staat ligt die schaduw korter bij of verder weg en duidt dus de datum aan. Merktekens geven die datums aan, het zijn de nationale feestdagen van de landen die bij de realisatie lid waren van de Europese Unie. Bij die merktekens staat de vlag van het betreffende land. De lijn heet daarom ‘Euromeridiaan’.
Analemmatische zonnewijzer Bouwjaar: 1999 Ontwerp: René Vinck Uitvoering: Julien Lyssens In tegenstelling tot de gebruikelijke verticale en horizontale zonnewijzers staat de stijl bij deze zonnewijzer niet schuin (in Vlaanderen 51°) op het horizontale vlak. Er is zelfs helemaal geen stijl. Je gaat zelf op een soort kalender staan op de datum van de dag. Je schaduw wijst dan het uur aan. De uurpunten liggen op een ellips. Aan deze analemmatische zonnewijzer is hier een tweede 'wijzerplaat' toegevoegd, de schuine witte cirkelvormige boog met een helling van 90 - 51 = 39°. Om die constructie binnen de perken te houden is de lange as van de ellips beperkt tot 2 meter. De aflezing is daardoor onnauwkeurig. Een meer optimale lengte zou 6 meter geweest zijn. Analemmatisch is afgeleid van het Griekse woord ‘analemma’ dat zoveel betekent als 'bovenaanzicht" (het bovenaanzicht van een hoepelzonnewijzer, maar ook van de witte cirkelvormige boog, is een ellips).
Bifilaire zonnewijzer en maanwijzer Bouwjaar: 1999 Ontwerp en uitvoering: Rafael Soler (Spanje) Spreuk: Aspice, prospice, respice et vale. (Kijk, kijk vooruit, kijk achteruit en vaarwel) Bij een 'gewone' bifilaire (tweedraadse) zonnewijzer wordt de tijd aangeduid waar de schaduwen van twee horizontale, loodrecht boven elkaar gespannen draden elkaar kruisen. Op deze 'ongewone' bifilaire zonnewijzer zijn de twee draden vervangen door een gewone stijl en een ketting. Het uur lees je zoals bij een gewone horizontale zonnewijzer met de schaduw van de stijl op het uurlijnenpatroon. De datum lees je op de datumlijnen daar waar de schaduwen van stijl en ketting elkaar kruisen. Voor het berekenen van de zonnewijzer is het handig dat een ketting, opgehangen aan twee punten, steeds een bepaalde, wiskundig vastgelegde vorm aanneemt, de 'kettinglijn'. Rond de stijl is een maanwijzer aangebracht. Bij voldoende maanlicht (volle maan bv.) is hierop het uur af te lezen. Bij elke maanstand hoort een cirkelboog. Zoek het punt waar de maanschaduw van de stijl die cirkelboog snijdt. Het Romeinse cijfer dat hoort bij de spiraalvormige lijn door dit snijpunt, geeft het uur (zonnetijd) aan. XII is middernacht.
Zonnewijzerpark - geschiedenis Het Zonnewijzerpark in Genk ontstond op het einde van de vorige eeuw. Directeur Johan Gijsenbergs van de Sterrenwacht in Kattevennen stelde aan de stad Genk voor om in het Molenvijverpark een wandelparcours in de boomkruinen aan te leggen. Amateur-astronoom en zonnewijzerdeskundige Willy Ory bracht hem op het idee dit niet te doen en er een zonnewijzerpark van te laten maken. De pas gestichte Zonnewijzerkring Vlaanderen werkte het plan uit onder de leiding van toenmalig ondervoorzitter, landmeter Jan De Graeve. Twaalf ontwerpen uit Vlaanderen, Nederland, Duitsland, Frankrijk en Spanje werden gekozen tussen de inzendingen van een internationale wedstrijd. Op 2 maart 2000 opende burgemeester Jef Gaethofs het Zonnewijzerpark samen met weerman Frank Deboosere.
Foto’s, tekst en vormgeving: Willy Leenders Zie ook van dezelfde auteur: Een website met de zonnewijzers in Limburg en een reeks ‘zonnewijzerweetjes’ http://www.wijzerweb.be/ ‘Uit de memoires van een zonnewijzeronderwijzer’ https://issuu.com/willy.leenders/docs/memoires