4.1 Houtbewerking (verbindingen) Materiaallijst WINKELHAAK Deze heeft een dubbele functie: afschrijven en op haaksheid controleren.
KAPZAAG Deze is voorzien van een versterkte rug, zodat het zaagblad aan stijfheid wint en zuivere rechte zaagsneden maakt.
HOUTBEITEL Met houten of kunststof heft. De breedte van het snijvlak varieert van 6 tot 50 mm.
LIJMKLEMMEN Modellen van 150 tot 1000 mm lang. Er bestaan ook versteklijmklemmen.
VIJL Het halfronde model is polyvalenter dan de ronde of de platte.
HOUTEN HAMER Noodzakelijk bij het aankloppen van verbindingen of op een beitel met houten of kunststof heft.
LIJM Meest toegepast is de traditionele houtlijm op waterbasis. Lijmpistolen bevatten synthetische lijmen.
VERSTEKBAK Naast de klassieke verstekbak vindt u ook de verstekgeleiders met ge誰ntegreerde kapzaag.
SCHAAF Bij het maken van verbindingen zal de schaaf de samen te voegen elementen glad maken.
SCHROEFBOORMACHINE Kies een elektrische boormachine die ook kan schroeven. Een snoerloos type is vaak erg handig.
Halfhoutoverkeping TOEPASSING Wordt gebruikt voor eenvoudige houtconstructies waarbij 2 stukken hout, van dezelfde dikte, elkaar kruisen of een L- of T-verbinding maken, zoals bij de constructie van een omheining, een kader, een licht gebinte of een kader.
AFSCHRIJVEN Plaats het bovenste deel haaks op het onderste, met de uiteinden gelijk. Schrijf de breedte van het bovenste stuk haaks af op het onderste (en omgekeerd). Neem de lijnen met de winkelhaak haaks over tot halverwege de dikte van het hout, en verbind deze (afkruisen).
INZAGEN Met de kapzaag zaagt u de balkjes in, tot precies de aangegeven diepte. Dan kunt u het ingezaagde stuk wegsteken in schijfjes met de houtbeitel. Klem het balkje vast. Werk vanaf de kant naar het midden, met de beitel iets naar omhoog gericht, en draai dan de balk, om vanaf de andere kant te kunnen werken.
BORST Na het grof weghalen van het hout steekt u, zonder hamer, met de beitel het afvalhout weg totdat de borst (dit is het vlak zo breed als de inkeping diep is) goed vlak is. Controleer met de winkelhaak. Verwijder splinters. Voor de afwerking gebruikt u een scherpe beitel of een vijl.
VERBINDING Verlijm beide delen en klem ze samen. Door enkele houtschroeven in te draaien, kunt u de stevigheid van de verbinding nog vergroten (en mag de lijmklem achterwege blijven). Een variant op deze verbinding is de staande halfhoutoverkeping, waarbij de smalle kanten van de balkjes op elkaar rusten.
Pen- en gatverbinding TOEPASSING Ook bij pen- en gatverbindingen zijn de te verbinden stukken van dezelfde dikte. Het principe is eenvoudig: aan het ene stuk maakt u een pen, in het andere stuk een gat. De pen- en gatverbinding vindt zijn toepassing bij het maken van meubels en van stijlen.
DOORGAAND/BLIND Bij de doorgaande pen- en gatverbinding wordt de pen zichtbaar aan de achterzijde van het gat, wat vooral bij meubels, minder fraai oogt. De oplossing is dan de blinde pen- en gatverbinding. Om ze te maken schrijft u eerst de diepte van de pen af. Neem deze maat op alle zijden van het hout over.
PENDIKTE Als dikte van de pen neemt u 1/3 van de dikte van het hout. Teken deze maat af. De pen wordt gezaagd met de kapzaag: eerst schuin vanaf beide kanten, en dan verder horizontaal tot de haakse lijn. Zaag het afvalhout weg. Voor een blinde verbinding, kort u de pen op het uiteinde af.
GAT Aan de hand van de breedte en de lengte van de pen schrijft u de breedte, evenals de diepte van het gat af. Klem het hout vast op een werkbank en hak stukjes weg met de schietbeitel (vouw steeds naar beneden) en houten hamer. Een handige tip: het gat voorboren en dan verder afsteken met de beitel.
VERBINDING Met een houten hamer slaat u de pen vervolgens in het gat. Controleer nog even of alles goed past, haal de stukken terug uit elkaar en zet ze vast met lijm. In sommige gevallen wordt de verbinding versterkt door het gebruik van deuvels of wiggen. In dit laatste geval moet u het gat wat groter voorzien (+3mm).
Groefverbinding TOEPASSING Groefverbindingen worden ook wel eens keepverbindingen genoemd en zijn relatief eenvoudig. De meest gekende toepassing is het boekenrek, waarbij planken in de kasten dienen ingeschoven te worden. Zo'n verbinding is ook mogelijk voor het verbinden van de buitenkanten van kleine kasten.
DOORLOPENDE GROEFVERBINDING Bedoeling is de plank in een groefstuk te steken. Schrijf daarom eerst de plankdikte op het groefstuk af. Schrijf vervolgens ook de diepte van de groef op de smalle kanten van het groefstuk af. Deze diepte wordt bij voorkeur als 1/3 van de dikte van het groefstuk genomen.
INZAGEN Zaag vervolgens de groef uit tot op de aangeduide diepte. Met de houtbeitel wordt het afvalhout weggestoken. Als de bodem van de groef niet helemaal vlak is, kunt u deze met een grondschaaf bijwerken. Als de plank stevig in het groefstuk past kunt u de verbinding met lijm in elkaar zetten.
BLINDE GROEFVERBINDING Deze onttrekt de verbinding aan het zicht, hans aan de voorzijde. Schrijf de plankdikte op het groefstuk af, alsook het groefeinde. Steek eerst een deel van de groef met de beitel uit, zaag in en steek verder af. Zaag een hoekje uit de plank. Schrijf hiertoe de gemaakte groef op de plank af.
GROEF- EN SPONNINGVERBINDING Als de planken van een aanzienlijke dikte zijn, kan dit problemen geven. Kies in zo'n geval voor een groef- en sponningverbinding. U zaagt een sponning op ongeveer de halve dikte van het hout, en schrijft de sponningbreedte op het groefstuk af. Zaag de groef in en steek ze verder uit met de houtbeitel.
Deuvelverbinding TOEPASSING Met deuvelverbindingen kunt u vele kanten op. U kunt er de smalle kanten van hout mee verbinden, of zelfs verstekverbindingen mee maken. Deuvels houden bijvoorbeeld een bibliotheekkast bijeen. Zelfs tafelpoten van enige omvang kunnen aan hun bovenstuk gedeuveld worden.
DEUVELS Deuvels zijn kant-en-klaar verkrijgbaar in verschillende lengtes en diameters. Het is belangrijk om het juiste formaat van deuvel te kiezen voor de gebruikte boordiameter. De deuvels zijn voorzien van gleuven waarin de overtollige lijm terecht kan, als de deuvels in de gaten geslagen worden.
DEUVELPINNEN Om te deuvelen moet u boorgaten maken in de twee te verbinden stukken hout, en moet hun plaats perfect overeenkomen ten opzichte van elkaar. Plaats deuvelpinnen of gewoon afgeknepen nageltjes in het ene stuk, druk het andere erop en u hebt meteen alle middelpunten van de te maken boorgaten.
BOREN Boor de deuvelgaten 1 mm dieper dan nodig als extra ruimte voor de lijm. Met een dieptestop op het boortoestel kunt u alle gaten perfect even diep maken. Een handig hulpmiddel is een boormal, vooral als u veel gaten moet boren. Verzink de geboorde gaten eventjes met een verzinkboor.
VERBINDING Zet de deuvels en de gaten in de lijm en klop de deuvels voorzichtig in met een houten hamer. Als het ene deel van de constructie van deuvels voorzien is, smeert u de uitstekende delen van de deuvels in met lijm en klopt u de onderdelen met een houten hamer op elkaar. Zet de verbinding vast met klemmen.
Verstekverbinding TOEPASSING Verstekverbindingen zijn misschien iets minder stevig, maar ze ogen wel heel fraai. Het is dan ook niet verwonderlijk dat lijsten van schilderijen op die manier ineengestoken worden. Ook voor kleinere kasten komt zo'n verstekverbinding in aanmerking.
IN VERSTEK ZAGEN De 'koude' verstekverbinding is uitsluitend mogelijk als er op de verbinding niet te veel druk wordt uitgeoefend. Zaag de twee delen precies op maat en in een verstek van 45°, met behulp van een verstekbak of met een verstekgeleider.
KLEMMEN Om de verbinding te maken worden beide delen van houtlijm voorzien en in een bankschroef geklemd. Controleer met de verstekhaak of met een zweihaak of het verstek precies 90° is. Deze verlijming zal evenwel niet volstaan. Sla ook spijkers in, die onderling wat schuin staan ten opzichte van elkaar.
SPIJKERS Bij ovale draadnagels is de vorm van de kop zo gemaakt dat bij het inslaan een zo gering mogelijke kans op splijten van het hout bestaat. Bij kopverloren nagels is de kop zo klein dat hij gemakkelijk met een drevel kan ingeklopt worden (van belang bij het overschilderen van hout).
HOUTSCHROEVEN De meest courante soorten zijn de bolkopschroef en de lenskopschroef. Alle variëteiten kunnen voorzien zijn van een sleuf in de kop dan wel van een pozidrivkop. Het is aangewezen de houtschroeven te verzinken en ze weg te werken met houtplamuur of mastiek.
Balkverbinders TOEPASSING Balkverbindingen moeten bijzonder sterk zijn, wanneer zij worden gebruikt in vloer- en dakconstructies. Vaak moeten zij dan grote krachten opvangen. De verbindingen worden nu meestal gemaakt met behulp van metalen hulpmiddelen.
LANGSVERBINDING Wanneer een balk niet lang genoeg is, kan het nodig zijn twee balken in de lengte te verbinden. Deze moeten dan recht in elkaars verlengde liggen. Een handig hulpmiddel zijn de koppelankers uit gegalvaniseerde staalplaat. Zorg dat het anker even ver over beide balken komt.
HAAKSE BALKVERBINDINGEN Ook voor het maken van haakse verbindingen tussen balken gebruikt u ankers of dragers uit gegalvaniseerd plaatstaal. Ze worden met schroefslagspijkers, strak tegen de balken bevestigd. Zorg er in elk geval voor dat de balken waar zij elkaar raken, goed vlak tegen elkaar aankomen.
NAGELS Bij het vastmaken van metalen hulpstukken aan balken wordt meestal gekozen voor ankernagels of schroefslagspijkers. Deze laatste worden ook getordeerde nagels genoemd, omdat ze zich draaien terwijl ze in het hout worden geklopt.