Tijdschrift WMF: Nummer2 - najaar 2018-jaargang 13

Page 1

WEST-VLAAMSE MILIEUFEDERATIE 7 FOCUS BELEID Minaraad | ProCoRo Resoc Noord

8 FOCUS THEMA Het Zomerakkoord: veel geblaat?

11 FOCUS THEMA 25 jaar geleden werd ‘het Duinendecreet’ werkelijkheid

14 OVER DE SCHREVE

Grande-Synthe

16 FOCUS REGIO

‘Bij ons is er nog plaats genoeg?’ Betonrapport Natuurpunt alarmeert

21 HET VERHAAL VAN DE DOENER Franky Bauwens

22 PERSPECTIEF

Professor Meire en Gedeputeerde Naeyaert VIERMAANDELIJKS TIJDSCHRIFT NUMMER 2 NAJAAR 2018 JAARGANG 13

3 FOCUS THEMA De strijd om de laatste druppel water: zomer 2018 in West-Vlaanderen


I N TR O

Er i c V a n d o r p e 2 I N TR O

D i t i s o n s n i e u w e t i j d s c h r i f t . Af g e l o p e n m a a n d e n o n tw ik k e ld e n h e t te a m e n d e v r ijw illig e r s e e n v o lle d ig n ie u w e ‘lo o k ’. W a n t n ie t a lle e n d e W e s t-V la a m s e Mi l i e u f e d e r a t i e g r o e i t , o o k d e n o d e n v e r a n d e r e n . B e zo e k ze k e r o o k o n ze n ie u w e w e b s ite (w w w .w e s tv la a m s e m i l i e u f e d e r a t i e . b e ) . Hi e r k r i j g j e m e e r i n f o r m a t i e o p e e n o v e r zi c h t e l i j k e m a n ie r a a n g e b o d e n . Z e g o n s g e r u s t w a t je e r v a n v in d t! Oo k n i e u w i s d e ze w i s s e l c o l u m o n t d e k j e w i e d e m e n s e n zi j n a o n ze r a a d v a n b e s t u u r . En o o k w o r d t v e r n ie u w d in 2 0 1 8 . W a n t w i l l e n w e m e t d e ze v e r n i e u w d e a m b a s s a d e u rs h e b b e n , v a n e n W e s t - V l a a m s e Mi l i e u f e d e r a t i e . w e n o g s te rk e r w e rk e n v o o r o n e n r e g io ’s .

n . Hi e r c h te r d e ze n o g m e e r p lo e g n a a r d e Z o w ille n ze l e d e n

En d a t i s n o d i g : d e k o m e n d e 6 j a a r m o e t d e o m s la g k o m e n . W e s t-V la a n d e r e n – ze k e r h e t zu i d e n – h e e f t i m m e r s e e n v e r l e d e n v a n b e t o n . En w a a r e r v r o e g e r n ie t d u c h tig is v e r h a r d , w e r d d it d e la a ts t e j a r e n i n g e h a a l d . Me t 6 5 % i n g e n o m e n r u im te (g e e n n a tu u r o f la n d b o u w ) s p a n t m i j n g e m e e n t e K u u r n e d e k r o o n . He t h u i d i g e b e s t u u r ze t t e e e n e e r s t e s t a p o m o p e n r u im te te b e w a r e n e n g r o e n te v e r w e v e n m e t b e to n . Z o a ls s a m e n m e t d e V la s b e k in 2 0 1 5 in K o r tr ijk -N o o r d (e ig e n lijk K u u r n e ), w a a r d e b u ffe r b e k k e n s w e r d e n o m zo o m d d o o r h o o i l a n d , m o e r a s b o s , b o m e n r ije n e n h a g e n . V e e l le e s g e n o t! Er i c V a n d o r p e Voorzitter West-Vlaamse Milieufederatie

‘De komende 6 jaar moet de omslag komen’


FOCUS THEMA

D e s tr ijd o m d e la a ts te d r u p p e l w a t e r : zo m e r 2 0 1 8 in W e s t-V la a n d e r e n la g in ju n i e n m o e d d e r w m v ijv e r s , v e r h e t tw e e d e o g t e . Me t d e t v a n V la a n d r s tr ijd .

W e in ig w a te r in V la a n d e r e n Vlaanderen (en Brussel) beschikt over 1.657m³/hoofd/jaar. Dat is bitter weinig, zeker als je weet dat we hiermee slechter scoren dan landen als Spanje en veel slechter dan Griekenland. Dit komt omdat we met velen intensief gebruik maken van water dat op een schaarse ruimte moet vallen en er ook weinig grotere rivieren vloeien door ons landsdeel. En dat water dient niet alleen als drinkwater en voor de douche, maar moet ook de industrie en landbouw bevloeien. In 2016 bedroeg het totaal waterverbruik in Vlaanderen inclusief koelwater 2,8 miljard m³, de energiesector had daarin een aandeel van 59 %. Energieopwekking (kerncentrales, gas,…) is dan ook met stip de grootste waterverbruiker (1,6 miljard m³), gevolgd door de huishoudens (255 miljoen m³), industrie, landbouw (60 mio m³) en handel en diensten. Dit zijn cijfers zonder de scheepvaart. Deze is met een 0,5 miljard m³ echter een grote verbruiker – dit vooral door verlies aan sluizen en voeding van de kanalen. Onze samenleving is dan ook afhankelijk van water, niet alleen voor de ‘was en de plas’, maar ook voor tewerkstelling en voedselvoorziening. En dat is niet minder in West-Vlaanderen. Hier komen we verder op terug.

V e e l w a te r n o d ig in W e s t-V la a n d e r e n In West-Vlaanderen zijn de grootste watervragers (naast de huishoudens en energie) de landbouw (primaire sector) en de voeding, gevolgd door de chemie (bijv. Mc Bride in Ieper)

1 /1 0 a n h o r g e te ja a r W e s e r e n

d e o p n s o p th o e n

in ju li, s ta r tte d e z o c h te n e n v o n d te d e lijk e v o o r r a d r ij w o r d t h e t r a m e k , e e n g e b ie d d d e g r o e n te s tr e e

e n e n p e a t k r

3 e n n n u o n d

en het textiel in Zuid-West-Vlaanderen. Voor onze provincie ligt de nadruk dan ook heel sterk op de voedingssector. Zo huist in de groentestreek 25% van de Europese productie van diepvriesgroenten. Zowel de teelt van groenten, als de verwerking zijn grote waterslurpers. En met het oprukken van het agro-industrielandschap vanuit het Roeselaarse naar de Westhoek, ondergaat de landbouw ook hier een intensiveringsproces, met een steeds groter wordende druk op de reeds kwetsbare watervoorraden. Het grootste deel van deze bedrijven hangt vast aan grondwater (in mindere mate drinkwater en oppervlaktewater). 80 procent wordt door de landbouw verbruikt, vooral voor het kweken van rundvee (22m³/dier/jaar) en varkens (2,6 m³/ dier/jaar). Zeker in die grote hoeveelheden als ze in West-Vlaanderen voorkomen. Maar ook voor het besproeien van gewassen. Nieuwe initiatieven, zoals hergebruik van grijswater – water dat gezuiverd wordt tot het aan de normen voldoet – en waterbesparende maatregelen, hebben vooralsnog geen groot effect op de cijfers. Daarenboven heerst er ook heel wat onzekerheid over de cijfers, gezien de metingen van het gebruik niet accuraat verlopen. Moest ook het gebruik van regenwater – dat op de velden valt – meegerekend worden, zouden we tot een heel ander verhaal komen. Dan is landbouw de grootste verbruiker. Het water dat in West-Vlaanderen wordt verbruikt, komt dus – in de metingen – voor het overgrote deel uit het grondwater. Bovendien is

FOCUS THEMA

Me t m a a r 1 / 5 d e v a n d e n o r m a l e n e e r s z o m e r a l m e t e e n a c h t e r s t a n d . Me t d e b o e r e n w a te r in o p e n b a r e p u tte n , z w e d e w a te r z u iv e r in g s m a a ts c h a p p ij. V o o fo n d s g e a c tiv e e r d o m w ille v a n d e d r o a l m in d e r r e g e n d a g e n k e n t d a n d e r e s R o e s e la r e a ls k e r n g e b ie d v a n d e w a te


er ook een verschil de gebruikte grondwaterlaag. Er is het diepe ‘artesische’ grondwater, waarvan het peil op sommige plaatsen de jongste 50 jaren met 80 tot 140 meter gedaald is. Daarom heeft de Vlaamse overheid dan ook een sterke reductie (tot 75% minder) in vergunde capaciteit bevolen. Maar het bovenste grondwater, staat nog steeds onder druk, door een beleid van versneld afvoeren. En dit niet alleen door de landbouw, maar evenzeer door verkavelingen, gemeenten en bedrijven. Met de IJzer en een stukje Leie op haar grondgebied, is ook de aanvoer van oppervlaktewater heel beperkt. De druk op de grondwatertafels, door het combineren van (intensiverende) activiteiten als toerisme, veeteelt en groenteteelt, chemie en voedingsindustrie zorgt dan ook voor hersenpijn bij onze beleidsvoerders.

4 FOCUS THEMA

En h o e z o u h e t k u n n e n a a n g e b o d e n w o r d e n ? Wateroverlast en verdroging gaan hand in hand. Als we nog water willen hebben in de toekomst, moeten we dus inzetten op minder betegelde pleinen, strakke terrassen en beton en meer op glooiende parken en tuinen, kleurrijke bloemenweides, een natuurinclusief boerenlandschap en luchtig zand. Daarenboven vermijden bomen en stromend water zoals rivieren en grachten stedelijke hitte-eilanden. Maar een steeds verdergaande toename in verhard oppervlak (zie artikel verder in tijdschrift), wijzigend landgebruik en drainage van gronden zorgen voor een versnelde waterafvoer en een verminderde grondwateraanvulling. In functie van de bemesting van hooilanden, het gebruik van steeds zwaardere landbouwvoertuigen en een snellere start van het groeiseizoen, wordt er gestreefd naar lage waterstanden (gemiddeld 1,80 m TAW) in de winter. En om een goede waterbevoorrading in het groeiseizoen wordt dan weer gestreefd naar een hoger peil (gemiddeld 2,10m TAW) in de zomer, met een bijkomende watervraag als gevolg. Daarenboven zorgt de compactering van de bodem en het lage organische gehalte, voor een versneld afvoeren van het water. Waar vroeger de heuvels bebost waren en als een soort spons werkten voor het hemelwater, historische graslanden met hun grachten en putten, moerassen – maar ook de humusrijke bodem, poelen en andere kleine landschapselementen – heel wat water vasthielden, zijn die nu grotendeels verdwenen. Dit zorgt ervoor dat het landschap in de winter het water naar de zee laat vloeien en de grondwatertafel nog minder wordt aangevuld. De stijgende waterbehoefte in de zomer ` – die door de afbouw van vergunningen voor onttrekken van diep grondwater vooral naar het ondiep grondwater, oppervlakte- en leidingwater

verschuift – voegt op zijn beurt extra druk toe. In de toekomst voorspellen klimaatmodellen voor Vlaanderen bovendien kleinere neerslagvolumes in de zomer en een hogere gemiddelde temperatuur. De druk op het watersysteem zal dus nog stijgen.

Ac t i e p l a n n e n v e r g e t e n d e e e r s te s ta p : v a s th o u d e n ‘Vasthouden, bergen en afvoeren’, dat is de volgorde binnen het integraal waterbeleid. Alle beleidsniveaus werken volop aan strategieën om droogte te voorkomen, maar de minst uitgewerkte is ook de belangrijkste: vasthouden van water in het landschap. Het zou ons te ver leiden om hier een analyse te geven van de verschillende droogtemaatregelen die op elk niveau worden ondernomen. De Provincie West-Vlaanderen legt momenteel de nadruk op het begeleiden van landbouwers in rationeel watergebruik, het aanleggen van provinciale


5 FOCUS THEMA

en semi-publieke waterspaarbekkens (in combinatie met waterbuffering ter preventie van wateroverlast), vooral in functie van de landbouw. Ze legt ruggen aan in weiland, om grote waters­tromen­op­te­vangen­en­te­laten­infiltreren. Maar de waterbekkens, afgesloten van het grondwater met plastic of klei, onttrekken het afstromende water aan het systeem. De grondwatertafel­profiteert­zo­niet­mee­van­de­regen.­ Daarnaast steunt ze ook actief het initiatief ‘Waterbalans Kustpolders’, waar de verschillende sectoren zoeken naar oplossingen. De Watergroep – een drinkwatermaatschappij – wil oa. onderzoeken of het mogelijk is om in het poldergebied water te injecteren in de grond, om ook in droogteperiodes in drinkwater te kunnen voorzien en zo het oppervlaktewater te kunnen sparen. Er wordt ook over de grenzen gekeken, vooral naar het natte gebied rond Saint-Omer, om water in te voeren. En Vlaanderen wil een voorrangsregeling voor watergebruik

invoeren, waarbij landbouw en drinkwater absolute­voorrang­krijgen.­Tenslotte­bekijkt­Aquafin­ – de waterzuivering – in hoeverre het gezuiverde water bij droogte kan worden ingezet voor de landbouw. Dit is ogenschijnlijk geen slechte maatregel. Maar ze zorgt er echter voor dat het gezuiverde water niet meer in de beek stroomt en er dus terug water aan het systeem onttrokken wordt. De voorstellen van aanpak die nu voorliggen, gaan echter uit van een verdeling van het water onder de economische sectoren en huishoudens. Over het tegengaan van schade aan natuur wordt met geen woord gerept. Nederland plaatste het vermijden van onherstelbare schade aan natuur vooraan in de aanpak van acute waterschaarste. Dit uiteraard omwille van haar polders die zouden kunnen inklinken bij watertekort, maar ook omwille van onomkeerbare schade aan habitats door verzilting, of nutriënten. Problemen die ook wel gekend zijn in West-Vlaanderen.


6

Ho e d a n w e l ?

FOCUS THEMA

De West-Vlaamse Milieufederatie ijvert er op alle fronten voor om de aanpak van het Integraal waterbeleid te baseren op artikel 1 van de Europese Kaderrichtlijn Water. Deze vertrekt vanuit het ecosysteem, waarop de economische sectoren zich kunnen enten. Dit vereist dan ook een integrale aanpak van het volledige watersysteem. Zowel van de vraag naar water, ook bij droogte, als het aanbod van al het water. Samenwerken met het ecosysteem wil dan ook zeggen dat er een andere manier van waterbeheer moet komen in de landbouwgebieden. Water­moet­kunnen­infiltreren,­door­bijvoorbeeld­ de peilstanden meer af te stemmen op het natuurlijke peil, of door met de helling mee te ploegen en te zaaien – zo er al geploegd moet worden op hellingen. Hoe beter de watervoorraad in de winter wordt aangevuld, hoe minder problemen in de zomer. Diepdrainage is geen antwoord, gezien de grotere kans op droogtrekken van de omgeving. Poelen, historische graslanden, moerassen, … zorgen voor het verweven van water met het landschap. Grotere boseenheden houden water vast geven het traag vrij. Nieuwe technieken als kreekruginfiltratie­zijn­eveneens­veelbelovend.­ Alles afhankelijk van het gebied natuurlijk. Ook bestaande verhardingen en tuinen kunnen best meer doorlatend worden. Het is hoopvol dat steeds meer mensen over een regenwaterput beschikken, maar als deze vol is, loopt het water nog steeds de riool in. Buurtgerichte wateropvanginitiatieven,­maar­ook­infiltratie­in­ en onder tuinen en naast straten kunnen terug de weg naar de grondwatertafel vrij maken. Openbare ruimte kan weer maximaal ingericht worden om water te slurpen. Maar we moeten ook naar het gebruik kijken. Door de uitbreiding van de intensieve groenteen veeteelt naar de Westhoek, is meer dan de helft van West-Vlaanderen een intensief captatiegebied voor grond- en oppervlaktewater.

En dit zeker bij droogte. Waar Inagro uitstekend werk doet om nieuwe teelten voor te stellen, blijft de omschakeling naar droogteresistente teelten (zoals hennep) heel beperkt en dit, ondanks de klimaatvoorspellingen. De relatief lage kost van het leidingwater (4 EUR/m³) zorgt er echter ook voor dat hergebruik van water, of investeren in regenwater, duurder is dan gebruik van leidingwater. Weinig stimulerend voor boer en tuinder, maar ook voor de burger. Hergebruik van water zal steeds meer voorop komen te staan. Niet alleen binnen de agroindustrie, maar ook binnen andere sectoren wordt hier nu al sterk aan gewerkt. Zo wordt binnenkort tot 60% van het reinigingswater (voor aardappelen) van Pepsico in Veurne hergebruikt en wordt afvalwater in Koksijde opnieuw tot drinkwater gezuiverd. We kunnen hier echter maar enkele voorbeelden aanhalen, om een idee te geven van de mogelijke maatregelen om droogte tegen te gaan. Maar we zouden geen milieufederatie zijn, moesten we het belang van de natuur niet extra benadrukken. De postzegelnatuur van onze provincie verhindert haar mogelijks grote rol in het waterbeleid. Nochtans ligt hier een groot deel van de oplossing: herstel van en respect voor het ecosysteem, ondersteund door nieuwe technologieën

Te k s t Bart Vanwildemeersch Me e r l e ze n ? www.westvlaamsemilieufederatie.be/ water-en-bodem/#waterkwantiteit


FOCUS B EL EI D

Mi n a r a a d D e w e r k in g v a n d e P r Mi n a r a a d w o r d t o m g e Me t d e z e v e r n i e u w i n g P r o v in c ie e n m id d e n v s a m e n w e r k e n b ij z o w v o r m in g a ls h e t a d v is c o n c r e te p la n n e n .

o v in c ia g o o id . w ille n e ld s te e l v is ie e re n v a

P r o Co R o le rk e r n

De nieuwe minaraad bestaat uit 2 blokken. Het eerste blok met het gebruikelijke middenveld van sociale partners en natuur- en milieuverenigingen zal zich buigen over de concrete provinciale dossiers, zoals provinciedomeinen, groene assen, … Het tweede blok met een meer uitgebreide vertegenwoordiging denkt met de Provincie na over toekomstig beleidsvisies van een ambitieus klimaatbeleid tot waterbeheer, natuurverbinding, soortenbeleid, … Met deze nieuwe start komt ook een nieuwe vertegenwoordiging. De organisaties zullen niet meer vertegenwoordigd worden door vaste afgevaardigden. Dat zorgt ervoor dat we gemakkelijk kunnen schuiven, op basis van kennis. Zo kunnen we de regio’s en thema’s die op dat moment van belang zijn, nog beter vertegenwoordigen. Het is dan aan het provinciaal beleid om het juiste gewicht te geven aan het advies. En ook hier zijn we ervan overtuigd dat het een verbetering zal zijn.

Te k s t Bart Vanwildemeersch

-

-

n l

In Blankenberge wordt in open gebied tussen de stad, natuurgebied De Fonteintjes en het Zeebos een ‘eco’-golfterrein gepland. Het project moet echter gefinancierd­worden­door­nieuwe­ appartementsblokken met zeezicht. Velen vragen zich af wat de meerwaarde van dit project is. De binnenstad van Blankenberge verloedert ondertussen verder. De projectontwikkeling zal bovendien bijkomende druk geven op het natuurduinengebied ‘De Fonteintjes’ en de ondergrondse zoetwaterbel daar. Te Nieuwpoort zien we eenzelfde verhaal: daar moeten 2 nieuwe woontorens met zeezicht de nieuwe jachthaven bekostigen. En ook voor Koksijde heeft men grootse plannen voor het vroegere militair domein. Helaas overheersen ook daar prestige, winstbejag en privébelangen de keuze voor de invulling : een luchthaven voor privévliegtuigjes in plaats van meer natuurlijke kustbescherming en een openbaar groen recreatiegebied. Maar ook in minder prestigieuze PRUP’s zoals die van ‘t Veld in Ardooie wordt meer natuurbestemming beperkt tot wat strikt opgelegd wordt: waardevolle zonevreemde Veldbosjes blijven er recreatiegebied, lees weekendverblijven met ook permanente bewoning.

Te k s t Katty De Wilde

W e s t V la a n d e r e n te lt v ie r R e g i o n a a l So c i a a l - Ec o n o m i s c h Ov e r l e g c o m i t é ’ s ( R e s o c ’ s ) . D e W e s t - V l a a m s e Mi l i e u f e d e r a t i e , d ie a lle W e s t-V la a m s e m ilie u v e r e n ig in g e n o v e r k o e p e lt, z e te lt e c h te r m a a r in é é n d a a r v a n , n l. in R e s o c N o o r d -W e s t-V la a n d e re n . J a m m e r, w a n t d e W e s t - V l a a m s e Mi l i e u f e d e r a t i e z o u m e t p o s itie v e in b r e n g d e d u u r z a a m h e id v a n h u n u itd a g in g e n v o o r u it k u n n e n h e lp e n . Om de zes jaar werkt de Resoc een streekpact uit.Voor de periode 2013-2018 stelde RESOC Noord zes uitdagingen voorop: werken aan een versterkt economisch weefsel, mobiliteit en bereikbaarheid, werk op maat, leerrijke regio, kwaliteitsvolle regio, eénstemmigheid, imago en impact. Het werkterrein van de RESOC’s is duidelijk economie en tewerkstelling. Om op elk van de uitdagingen dieper in te gaan en evoluties, toekomstprojecten en visies breder te verspreiden startte op 21 februari 2017 de eerste RESOC XL.Experten uit Agentschap Ondernemen en Innoveren, POM West-Vlaanderen en WVI verleenden hun medewerking. In twee jaar gingen onder grote belangstelling 10 dergelijke sessies door. Om het streekbeleid binnen Noord-West-Vlaanderen performanter te maken werkt de RESOC de laatste maanden aan een vernieuwd sociaal economisch werkingsmodel .Het uitdiepen van het regionaal DNA is complex en vergt veel input van aanwezige leden en de West-VlaamseMilieufederatie volgt elk consultatiemoment op.

Te k s t Marcel Heintjens

7 FOCUS B EL EI D

Het vallen van de bladeren in 2018 is meteen ook de doorstart van de vernieuwde minaraad. De ‘plicht’ om een minaraad te hebben viel al enige jaren geleden weg. Maar in West-Vlaanderen bleef er steeds een gemotiveerde samenwerking tussen middenveld en beleid. En nu werd gekozen voor de weg verder vooruit, met een vernieuwing.

I n P r o Co R o W e s t - V l a a n d e r e n p a s s e e r d e n d e a fg e lo p e n m a a n d e n a lw e e r h e e l w a t d o s s ie r s m e t e e n b e la n g r ijk e im p a c t o p d e b e t o n n e r i n g s g r a a d . Ee n n ie u w e tr e n d z ijn d e s tr a te g is c h e p r o je c te n w a a r b ij g r o te s tu k k e n o p e n r u im te in e e n s e e i n v u l l i n g k r i j g e n . To e v a l l i g s i t u e r e n d e z e p r o je c te n z ic h v o o r a a a n d e k u s t. Z o p a s s e e rd e n a fg e lo p e n m a a n d e n K o k s ijd e , N ie u w p o o r t e n B la n k e n b e r g e .

R e s o c N o o rd


8

FOCUS THEMA

FOCUS THEMA

He t Z o m e r a k k o o r d : v e e l g e b la a t?

D e h e r fs t is v o lo p in h e t la n d , d e z o m e r is a l e e n v e r v a g e n h e t w o r d e n . Ma a r t o c h b l i k k e n w e h i e r n o g e e n s t e r u g , n i e d e h is to r is c h e d r o o g te d e z e k e e r, m a a r o m d a t d e V la a m s e d e h itte g o lf z ic h tijd e n s e e n m a r a th o n v e r g a d e r in g b o o g o h a n g ijz e r s z o a ls s ta tie g e ld , b e to n s to p , lu c h tk w a lite it e n h e k lim a a tp la n 2 0 3 0 . Z u lle n d e g e v o lg e n v a n h e t Z o m e r a k k o o h e r v o r m in g o o it’, z o a ls G e e r t B o u r g e o is h e t a a n k o n d ig d e W e s t-V la a n d e r e n v o e lb a a r z ijn ? B e to n s to p De regering herbevestigde dat ze via het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen wil werk maken van de ‘betonstop’ tegen 2040. Een planschadesysteem moet de eigenaars vergoeden voor de wijziging in bestemming. Maar dit is duur. De regering stelt een vork tussen 2 en 9 miljard voorop, andere prognoses spreken van bedragen tot 13 miljard. Veel hangt af van de basis van vergoeding. De huidige marktwaarde – wat de liberale partij(en) willen – tegenover de geïndexeerde aankoopwaarde – een meer betaalbare optie die de speculanten niet beloont. De Vlaamse regering stimuleert verder ontharden (sloop en weghalen beton) met een sloop – en onthardingsfonds, om het doel van 20% ontharding waar te maken. Een aantal woonuitbreidingsgebieden op verafgelegen en overstromingsgevoelige plaatsen verdwijnt

d e h e r in n e r in g a a n t a lle e n o m w ille v a n r e g e r in g m id d e n in v e r e e n a a n ta l h e te t V la a m s e n e r g ie - e n r d – ‘d e g r o o ts te – o v e r o o k h ie r in

Maar de koterij van uitzonderingen (verharden van tuinen, bouwen stallen in landschappelijk waardevol agrarisch gebied, herbestemming stallen naar andere functies (contractconvenant), … ) gaat er niet uit.

B o s k a a r t De boskaart van Minister Schauvliege met kwetsbare waardevolle zonevreemde bossen verdwijnt­definitief.­De­Vlaamse­regering­beslist­ voortaan­zelf­wanneer­er­een­ontheffing­voor­ ontbossing kan voor iemand die wil bouwen in bos, dat als woon- of industriegebied ingetekend staat. Niet de vakminister, wel de voltallige regering­beslist­over­de­ontheffing­(wat­wel­ goed is). Een aantal criteria zullen hierbij als gids dienen. Bezwaar indienen wordt echter moeilijker. Niet zozeer wanneer er geen ontbossing wordt toegestaan, wel in het omgekeerde


9 FOCUS THEMA

geval en al zeker voor derden (lees: natuurverenigingen en betrokken burgers). Het is dus de ontbosser die (alweer) de meeste troeven in handen heeft.

St a t i e g e l d e n h e t v e r p a k k i n g s p l a n Ondanks het grote maatschappelijk draagvlak besliste het zomerakkoord niet tot invoering van statiegeld­op­blikjes­en­plastieken­flesjes.­De­ verpakkingssector kwam namelijk met een eigen ‘ambitieus en omvattend’ verpakkingsplan, gesteund door N-VA en Open VLD. Tegen 2025 moet 95% van de huishoudelijke verpakkingen en tegen 2023 65% van alle soorten plastiek ingezameld en gerecycleerd worden. Als dit niet gehaald wordt, zou de overheid de sector boetes kunnen opleggen. Vanaf 2023 zou statiegeld dan een mogelijkheid zijn, maar de sector kan ook zelf met een alternatief komen. De kans is klein, gezien de doelen nu al gehaald worden – zo zegt de sector zelf – , maar de straten en beken nog steeds niet proper zijn. Misschien dat de meer objectieve rapportering van de verpakkingssector andere cijfers zal aangeven. Kleinere maatregelen zal je zelf wel gauw ondervinden: stickertjes (veelal) van het fruit – in functie van compostering –, het Europese verbod op eenmalig plastiek wordt doorgevoerd

(wegwerpbekers, bestek en gratis kassazakjes uit plastiek) en de blauwe zak wordt binnen de twee jaar de verzamelzak van alle plastieken huishoudverpakkingen. Wie de straten intussen verder proper maakt, is echter wel al geweten …

En e r g i e e n k l i m a a t p l a n Eind 2018 moet Vlaanderen een nieuw energieen klimaatplan indienen met maatregelen voor de periode 2021-2030. Stappen om hernieuwbare energie de norm te maken, moeten er nu dan wel snel en grondig door. In 2030 moeten de uitstoot van broeikasgassen met 35% verlaagd zijn. Voor de industrie en het gebouwenpatrimonium is er een daling van 40% voorzien. Met 26% voorziene daling heeft de landbouw een­uitzonderingspositie.­Deze­moet­‘efficiëntiewinsten’ boeken door betere luchtwassers en voeders.­Maar,­net­zoals­de­efficiëntiewinsten­ bij de auto’s, blijkt de afbouw van de veestapel een harde dobber voor de CD&V. Deze werd dan ook als pasmunt gebruikt voor het statiegeld van de N-VA. Bart Tommelein was duidelijk te ambitieus. Het Zomerakkoord schroefde zijn ambities voor groene energie terug met 9% minder dan voorzien in 2030. De komende 11 jaar moeten er 200 in plaats van 300 windmolens bijkomen.


1 0 FOCUS THEMA

En deze regering gelooft meer als vroeger in biobrandstof voor de transportsector: gemaakt van een mengeling van biomassa en fossiele brandstoffen. Hoewel geweten is dat dit – voor de meeste – niet veel CO2-reductie oplevert. De ambitie voor zonne-energie werd wel gehandhaafd op 6,7 gigawatt in 2030 tegenover 2,5 in 2017. Hiervoor zijn 12,6 miljoen zonnepanelen nodig, of 2 per dak. Het verbod op mazoutketels werd als gauw terug afgevoerd. Dit is een federale materie en daar wil men het pas na 2035 herzien. De stop op het aanleggen van gasnetten in nieuwbouwwijken kan dan weer goed zijn (maar men mag de mogelijkheden van natuurlijk gas uit vergisting niet vergeten), net als de subsidie voor warmtepompen. Maar alles moet dan best bekeken worden binnen een regionaal energielandschap.

Slimme kilometerheffing v o o r p e r s o n e n w a g e n s Hoewel­de­(slimme)­kilometerheffing­voor­personenwagens volgens de meeste experts niet alleen­de­files­aanpakt,­maar­ook­ontradend­zal­ werken naar het gebruik, wil deze regering nog even wachten (tot 2024) om het te bekijken. Studies zat in de lades van de burelen van de Vlaamse­regering,­maar­de­files­en­de­hoeveelheid­fijn­stof­zijn­nog­niet­van­die­aard­dat­ een politicus deze onpopulaire maatregel durft te nemen. Niet de volgende, maar de Vlaamse regering na de volgende zou deze beslissing misschien moeten kunnen nemen.

L u c h tk w a lite its p la n Het­fijn­stof­in­de­lucht­moet­tegen­2030­met­ 75 % dalen. De Vlaamse regering maakte de principiële keuze om de luchtkwaliteitsnormen van de Wereldgezondheidsorganisatie na te streven, in plaats van de minder ambitieuze Europese. Maar het zal een harde dobber worden, als de luchtvaart, veeteelt en scheepvaart niet ambitieuzer worden aangepakt. Of als de slimme­kilometerheffing­niet­wordt­ingevoerd­voor­ personenwagens. De West-Vlaamse Milieufederatie houdt uiteraard vast aan haar punten, specifiek­voor­West-Vlaanderen:­afbouw­van­de­ uitstoot van de scheepvaart (en cruises), meten en­afbouwen­van­de­fijn­stof­uitstoot­van­de­ veeteelt (door afbouw van de veestapel), grondige aanpak van de houtverbranding en afbouw van de regionale luchthavens. Het voorstel van de West-Vlaamse Milieufederatie om elektrische controle te doen (aan/ af) op de luchtwassers heeft het wel gehaald en zou binnen 5 jaar ingevoerd worden. Het is een begin voor de 11% varkens die in stal met luchtwasser worden gehouden. Maar geen oplossing voor het stof uit de groeiende hoop pluimveestallen.

Te k s t Katty De Wilde & Bart Vanwildemeersch Me e r l e ze n ? www.westvlaamsemilieufederatie.be/ duurzaam-beleid


FOCUS THEMA

2 5 ja a r g e le d e n w e r d ‘h e t D u in e n d e c r e e t’ w e r k e lijk h e id

V ijf m in u te n p o litie k e m o e d v o o r d e d u in e n

Ondanks vroegere initiatieven om de ongebreidelde bouwdrift aan de kust te stoppen, zorgde enkel de goedkeuring van het Duinendecreet in 1993 voor een officieel wetgevend kader ter bescherming van het reeds aangetaste duingebied. Deze woorden vatten mooi samen wat er met onze kustlijn en duinen is gebeurd. Van de 5000ha duinen ontsnapte nauwelijks de helft aan de betonvloed. Het argeloos volbouwen van de kust is van vrij recente datum. Door het idee: “vakantie aan zee voor iedereen” werd onze beperkte kuststrook voornamelijk na 1945 getransformeerd tot een verstedelijkt volgebouwd gebied. Er werd verkaveld met een enorme zucht naar eigendom: elk lapje grond werd voor een habbekrats opgekocht en gebetonneerd tot massieve buildings. Het gevolg was dat het duingebied steeds begon te lijken op een dorre zandbak. Vanaf toen gold er een streng bouwverbod op de resterende duingebieden en werd het behoud en beheer ervan prioriteit. Dit duinendecreet kende een moeizame geboorte: het opleggen van beperkingen inzake eigendoms- en gebruiksrecht voor het voeren van een ‘offensief natuurbeleid’ stuitte op veel

verzet. Sectoren als vastgoed en toerisme zagen de regelgeving als een bedreiging voor hun voortbestaan. Uitgebreide lippendienst werd dan ook bewezen om de publieke opinie te overtuigen van de zin of onzin van het beschermen van de duinen. Lamlendig gekibbel en gekonkelfoes tussen de betrokkenen in en buiten de wetstraat was het gevolg. Uiteindelijk kwam er na een lange en moeizame weg van politiek gemarchandeer een voor alle partijen aanvaardbaar compromis. Deze duinenregeling schreef overigens geschiedenis door voorrang te geven aan een offensief natuurbeleid waarin een duin niet enkel meer in dienst stond van de mens. Daarenboven gold het decreet als startsein voor een geïntegreerd kustzonebeheer. Zowel vreugdedansje als heildronk voor dit duinendecreet blijven echter ongepast. Talrijk duingebied was al onherroepelijk verloren gegaan. Door het juridisch getouwtrek bleven uitzonderingen op dit bouwverbod schering en inslag. Een herstelbeleid bleek voor vele gebieden niet meer mogelijk. Vandaag zijn de Vlaamse duinen dan ook gereduceerd tot misschien mooie, maar weliswaar losse parels, verspreide restanten van wat eens een kostbaar parelsnoer was.

Te k s t Walter Wackenier. Met toestemming overgenomen uit Parnassia, tijdschrift van Natuurpunt Westkust Me e r w e t e n ? www.scriptiebank.be/scriptie/2014/het-duinendecreet-een-historische-wandeling-doorheen-de-grote-polemiek-over-het?

1 1 FOCUS THEMA

Ee n k o r t e t e r u g b l i k u i t d e s c r i p t i e ‘ He t d u i n e n d e c r e e t . Ee n h i s t o r i s c h e w a n d e l i n g d o o r h e e n d e g r o te p o le m ie k o v e r h e t V la a m s k le in d u in tje ’


20.09.2019 G r e e n D e a l b e d r ijv e n te r r e in e n e n b io d iv e r s ite it

1 2 SP R OK K EL S

Me e r l e ze n ? www.bondbeterleefmilieu.be/artikel/zomerakkoord-vlaamse-regering-goede-principes-maar-schuift -werk-door-naar-volgende-regering

Me e r l e ze n ? https://twitter.com/WMF_Bart


SP R OK K EL S

Eerste broedgeval van Grauwe Kiekendief in West-Vlaanderen Het team van Natuurwerkgroep De Kerkuil heeft in juli vier jongen van een koppel Grauwe Kiekendieven gevonden bij een landbouwer in Diksmuide.

Het nest werd beschermd door er een kooi rond te plaatsen. De landbouwer ontvangt daarvoor een subsidie van minimum 50 euro door ANB. Me e r l e ze

n ? www.vilt.be

Houtkachel en open haard zijn fataal Elke Vlaming leeft in een omgeving waar de concentratie­fijn­stof­ongezond­hoog­is.­Dat­leert­ het jaarrapport van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM). Me e r l e ze n ? www.westvlaamsemilieufederatie.be/jaarrapport

Graag op de hoogte blijven van de tweets van de WestVlaamse Milieufederatie? Volg @WMF_Bart!

K u s tg e m e e n te n g a a n s a m e n v o o r d e b la u w e v la g Dat is op het kustburgemeestersoverleg beslist. De Blauwe Vlag is een internationaal kwaliteitslabel voor stranden, zwemvijvers en jachthavens. Nieuwpoort was de enige die deze zomer met de Blauwe Vlag uitpakte en dat zorgde voor wrevel bij de andere kustgemeenten. G r a a g d e r e p o r t a g e b e k i j k e n v a n Fo c u s W TV ? www.focus-wtv.be/nieuws/ kustgemeenten-gaansamen-voor-de-blauwe-vlag

SP R OK K EL S

Het gaat om het eerste broedgeval in West-Vlaanderen! Goed nieuws dus, maar één vogel maakt de lente niet.

1 3


1 4

OV ER

D E SCHR EV E

OV ER D E SCHR EV E

G r a n d e - Sy n t h e : s a m e n s p e l v a n e c o lo g ie , fa b r ie k e n , g e m e e n s c h a p s b o u w e n s o c ia le h u is v e s tin g

© Provincie West-Vlaanderen


© Provincie West-Vlaanderen

De transitie begon met het afbreken van de asociale en energieslurpende hoogbouw. Blok per blok werd aangepakt en vervangen door minder bijna-passief wooneenheden (en streven naar cradle-to-cradle), die bovendien rekening houden met de mogelijke zeespiegelstijging. Bovenop de blokken: zonnepanelen. Bekleding van de appartementen gebeurde met hout uit de eigen bossen. Tussen de wooneenheden kwamen er volkstuintjes, waar je nu munt kan zien groeien tussen de kardoen en aardappelen.

Maar het gaat verder. Het nieuwe sportstadion is energie-positief. Nieuwe gemeenschapsgebouwen worden verwarmd met een warmtepomp en de stad schakelde over op groen gas. Een­fietsdeelsysteem­–­dat­niet­het­verhoopte­ succes­kent­–­en­de­aankoopsteun­voor­fietsen­ zou de inwoners van de auto weg moeten halen, net als de gratis bus. De stad experimenteert met nieuwe en meer duurzame economische modellen. “Troc et Co” is een lokaal en door de stad ondersteund diensten- en goederenplatform waar men kan tijd en materialen kan lenen en ruilen. Centrale plaats voor deze dynamiek is de volksuniversiteit, een van de eerste passiefhuizen in Frankrijk, waar de burgers samenkomen voor vormingen en kennisdeling en de stroom aan ideeën de stad wordt ingestuurd. Intussen trekt de stad terug nieuwe inwoners aan en iedereen moet mee in het verhaal.

Moest je de E40 richting Calais nemen en je bent niet te gehaast, sla dan even af voor een stop in Grande-Synthe. Beide wereldoorlogen hebben niet veel overgelaten van het voormalige Vlaamse dorp, maar toch ademt dit dorp de verandering waar we naar streven. Te k s t Bart Vanwildemeersch Me e r w e t e n ? www.ville-grande-synthe.fr

1 5

D E SCHR EV E

Grande-Synthe is het concrete bewijs dat een stad met het label ‘sociale hoogbouwwijk’ – 33% van de bevolking onder de armoedegrens – een algemene ecologische vibe kan genereren. Van passief-appartementen, tot wormencompost. Van grachten naar volksboomgaard. Alles ademt sociaal-ecologische verandering. Minder idyllisch is de ligging van de stad. Begrensd door de E40, fabrieken – met het ijzer- en staalcomplex van ArcelorMittal verspreid over meer dan 10 kilometer kustlijn – de kerncentrale van Gravelines en de haven van Duinkerke. Deze autostad, met zijn torens en parkeergarages, komt van ver. Een stad van hoogbouw voor arbeiders en wijken voor ingenieurs. Frankrijk dacht immers dat de bevolking zou verdubbelen, dankzij de staalindustrie en de haven, maar de industrie is er verdord en de crisis van 2008 doet pijn. De werkloosheid steeg naar 28%. De ijzer- en staalindustrie gaf vroeger werk aan 11.000 mensen, nu nog aan 2.800. Inwoners verhuisden.

Asfalt wordt steeds meer vervangen door glooiend en kruidenrijk gras en de eetbare stad wordt hier bewerkelijkt. Aan de rand van de stad kwamen er boomgaarden met lokale rassen, gecombineerd met heel wat ander fruit. Een stadsboer zorgt voor directe verkoop van biologische groenten en fruit. Sinds 2010 is 100% van de maaltijden in de gemeentelijke kantines biologisch en betaalbaar (van 0,46 tot 1,47 euro afhankelijk van het inkomen). 95% van de ‘Grand-Synthois’ leeft vandaag op minder dan 300m van natuur. Er is niet minder dan 127m² groene ruimte per inwoner.

OV ER

‘Bucolisch’, maar een hoogbouwstad. In de jaren ‘60 gebouwd om de arbeiders van de nieuwe staalfabriek Usinor – vandaag ArcelorMittal – te huisvesten. Niets deed vroeger vermoeden dat hier, in 2018, bussen vol ambtenaren, milieuraadsleden, politici en andere geïnteresseerden met de mond open een rondleiding zouden volgen. Grande-Synthe, of Groot-Sinten – het was een Vlaams dorpje in de middeleeuwen – staat bekend als een stad die werkt aan duurzaamheid.


FOCUS R EG I O

‘B ij o n s is e r n o g p la a ts g e n o e g ? ’ Betonrapport Natuurpunt alarmeert 1 6 FOCUS R EG

‘B ij o n s is e r n o g p la a ts g e n o e g ? ’ b e to n r a p p o r t N a tu u r p u n t v o o r W e s t-V la a n d e r e n a la r m e e r t

I O

De afgelopen jaren is de bewoning in Vlaanderen verder verdund, dat vertelt ons het Betonrapport van Natuurpunt. Het aantal inwoners per bebouwde oppervlakte daalde van 36 (in 1985) naar 25 inwoners (in 2016) per hectare. In­plaats­van­efficiënter,­wordt­kwistiger­met­ open ruimte omgesprongen. En toch staat de betonstop voor de deur. We nemen je mee naar het ondernemend West-Vlaanderen op een tocht van de Atlantikwall aan de kust, over het land van Ghelamco, Valcke en Dewaele in het achterland, de industriegebieden aan Leie en Schelde en het nakende voetbalstadion van blauw-zwart. Ieper ‘got e treng’ (het gaat snel in Ieper) als het gaat over inname van open ruimte, dit is dan meteen ook de recordhouder betonsnelheid voor West-Vlaanderen. Met het spreidingsbeleid van verkavelingen en de druk vanuit de bedrijven voor een nieuw bedrijventerrein Reigersburg, lijkt de Stad een inhaalbeweging te willen inzetten. Tussen 2005 en 2018 kwamen er 71 nieuwe inwoners bij in Ieper, maar werd er 296 hectare grond extra ingenomen. Hiervan gingen 57 hectare naar bedrijfsgrond en 235 hectare naar wonen (Gemeentemonitor Ieper). Als we kijken naar de gemeenten waar de meeste betonmixers rondrijden, dan komen we in de Vlaamse top tien ook Brugge en Roeselare tegen, met respectievelijk 860 en 6.277 nieuwe inwoners. Poperinge valt er net buiten met de 14de plaats en kende 223 nieuwe inwoners. Is het een probleem dat er veel gebouwd en verbouwd wordt? Neen. Maar het is wel een probleem dat gemeenten steeds kwistiger met open ruimte omspringen. Het wordt zelfs driest als we kijken naar Mesen, waar de afgelopen 10 jaar maar 52 inwoners bijkwamen, maar er 10ha extra werd ingenomen. Dat is een 2.000m² per nieuwe inwoner.

En dit is een tendens voor heel West-Vlaanderen. Onze provincie verliest 1,3 hectare open ruimte per dag. Dat zijn bijna drie voetbalvelden. Opvallend is dat die snelheid ook niet meer afgenomen is sinds 2005, ondanks de aangekondigde betonstop. Ruim 13.000 hectare West-Vlaamse open ruimte is momenteel in gevaar, omdat het vandaag ingetekend staat als bouwgrond (wonen, industrie, harde recreatie, …) .

D e K u s t s ta p e lt, m a a r … Binnen onze provincie zijn er maar 2 gemeenten die een lichte ommezwaai hebben gemaakt naar ruimtebesparing en dat zijn Blankenberge en Bredene. En dit is geen toeval: deze gemeenten kennen een grote toestroom en dit zet druk op de prijs van de bouwgrond. Voor Bredene is deze tussen 2005 en 2018 bijna verviervoudigd. Dit kan dan ook als één van de oorzaken aangehaald worden waarom ook De Panne, Middelkerke en Nieuwpoort redelijk goed scoren (geen afname leefdichtheid – dit is aantal inwo-


1 7 FOCUS R EG I O © West-Vlaamse Milieufederatie

ners/bebouwde hectare). Oostende en Knokke wijken echter sterk af van deze kusttendens (resp. -5 en -4 op vlak van leefdichtheid) en dit door inname van gronden voor nieuwe verkavelingen, een ziekenhuis en bedrijventerreinen in open ruimte (zoals bijvoorbeeld Green Bridge). Maar beide hebben een leefdichtheid van respectievelijk 60 en 49 inwoners/bebouwde hectare. De polders worden duidelijk nog niet gezien als te vrijwaren ruimte, want gemeenten die nu goed scoren, hebben hun zinnen gezet op ‘open land’ in het binnengebied. Niet alleen in Blankenberge, maar ook in Koksijde, Nieuwpoort, De Haan, Knokke, … het merendeel van de kustgemeenten, worden ‘klassevolle woningen in groene omgeving aan zee’ aangeboden.

B e to n m o e t m e n s e n lo k k e n n a a r d e W e s th o e k Dieper het binnenland in, vallen een aantal Westhoekgemeenten op. Zo heeft Langemark-Poelkapelle een afname van leefdichtheid met -2 (en betonsnelheid van 241m² per dag),

Heuvelland volgt de trend, maar gaat net wat sneller in het beton gieten (247m²) hoewel het bevolkingsaantal gestaag daalt (-250 tussen 2005 en 2017). Poperinge en Ieper zijn, zoals eerder aangegeven, koplopers in Vlaanderen in het verharden van open ruimte. Maar we mogen zeker ook Veurne niet vergeten in het rijtje te plaatsen. Met 337m² en een afname van -3 in leefdichtheid, gaat deze stad in tegen de trend: over de gemeten periode een afname van het aantal inwoners (- 129), maar een toename van de ingenomen ruimte. Wat deze gemeenten gemeen hebben, is de vrees om inwoners te verliezen, (relatief) goedkope bouwgrond en een grote tot massieve groei van het aantal kippenstallen. Zo kwamen er in Veurne de laatste 12 jaar een 140.000 kippen bij (1 grote stal heeft er veelal 35.000), in Heuvelland 77.000, in Langemark 330.000 en in Poperinge mocht zich verheugen op 60.000 kippen extra de laatste drie jaar. Maar dit is niet alles. Om nieuwe bewoners aan te trekken, heb je economie nodig. Onder druk van de bedrijfswereld, wordt er dan ook niet zo zuinig omgesprongen


© West-Vlaamse Milieufederatie

1 8 FOCUS R EG I O

met de bedrijfsruimte, zowel binnen de aangeduide bedrijventerreinen, als binnen de landbouwvoering. En dit geldt eveneens voor de kavelgrootte binnen nieuwe verkavelingen. Een groot aandeel van bouwgronden in Heuvelland overschrijden anno 2017 nog steeds de 300m². Maar het zijn niet enkel gebieden zoals voornoemde, die met een verhardingsgraad tussen de 6 en 11% heel wat goedkope gronden kunnen en willen aansnijden, die ook effectief kwistig omgaan met de ruimte.

Z u id -W e s t-V la a n d e r e n : h e t in d u s tr ië le h a r t In Zuid-West-Vlaanderen een ander verhaal. Elke dag verdwijnt er in Zuid-West-Vlaanderen maar liefst 2.230 vierkante meter open ruimte. Dit komt neer op 81 hectare per jaar. Hallucinante cijfers die weliswaar iets lager liggen dan het Vlaamse gemiddelde. Dit komt omdat de verhardingsgraad in deze sterk verstedelijkte regio met 22% al reeds ver boven het Vlaamse gemiddelde van 14% ligt. Ondanks deze hoge verstedelijkingsgraad ligt er in Zuid-WestVlaanderen toch nog 2730 hectare open ruimte ingekleurd als bouwgebied: grond waar verharding juridisch nog mogelijk is. Met een ruimtebeslag van 65% (hier zitten bijvoorbeeld tuinen en voetbalvelden in) en een verhardingsgraad van 37% – puur beton – spant Kuurne de kroon in deze regio. Een 12% van Kuurne is ingenomen door bedrijven. Dat dit geen gezonde situatie is, heeft ook het vorige bestuur begrepen. De gemeente is dan ook wat getemperd in het verharden van de oppervlakte (47m²/dag) en heeft een woonuitbreidingsgebied van 17ha buiten de kern van de gemeente (tussen Stokerijstraat en Sint-Pietersstraat) bevroren tot 2040, tot de betonstop er is. Dat is een 10% van de huidige reserve. Een ander verhaal kunnen we vinden in Kortrijk en Waregem. Hoewel ze beide met respectievelijk 394m² en 352m² verharding per dag niet in de top tien komen, hebben ze een historische

Onze provincie verliest 1,3 hectare open ruimte per dag. Dat zijn bijna drie voetbalvelden. schuld. Waregem leeft al jaren op grote voet en heeft een gemiddelde van 23 inwoners/ha, wat onder het Vlaams gemiddelde is van 25 – en dit voor een stad. Kortrijk doet het op dat vlak dan weer beter met 32 inwoners/ha, maar zit nog ver van een vergelijkbare stad als Mechelen (49 inwoners per bebouwde hectare). Hoewel Waregem met 30% verharding en 59% ruimtebeslag net na Kuurne komt in de regio, is er nog geen sprake van zuinigheid. Met de 12% van de stad die ingenomen wordt door bedrijventerreinen, is haar honger nog niet gestild. Per nieuwe inwoner werd in Waregem 750m² verhard. Met een dalende leefdichtheid (-1) en een betondebiet van 352m²/dag, wil de Stad het mes zetten in nog meer open ruimte, met de verhoopte ontwikkeling van de bedrijvensite Blauwpoort als kroonstuk (41,7 ha). En dit, terwijl werknemers in de regio nu al aangevoerd worden uit Frankrijk. Bovendien zijn er – binnen de regio Zuid-West-Vlaanderen – in het Seine-Scheldeproject ook heel wat extra kaaien voorzien voor meer watergebonden industrie. En zo het gemak van verharden, zo de moeilijkheid om de nodige herstelwerken aan de omliggende natuur uit te voeren. Nog steeds staan de door Europa verplichte 500ha compensatienatuur onder druk.

Mi d d e n - W e s t - V l a a n d e r e n : R o e s e la r e o p k o p ! Voor Midden-West-Vlaanderen is het Roeselare die met de weinig benijdenswaardige trofee van betonkoning gaat lopen. Met een betonsnelheid van 625m² per dag staat de stad op de weinig


En i n h e t B r u g s e Om m e l a n d …

Het is duidelijk dat de betonstop waarschijnlijk wél zal gehaald worden, maar enkel omdat er tegen 2040 geen bouwgrond meer zal overblijven om te redden. De steeds terugkerende vraag naar extra ruimte voor het invullen van de woonbehoefte, bijvoorbeeld aan de kust (voor tweedeverblijvers), of de herhaaldelijke vragen naar extra grond voor bedrijvigheid – hoewel heel wat bedrijvenlocaties leeg staan – doet ons hopen dat de verschillende gemeentebesturen, samen met de Provincie en Vlaanderen, meer werk zullen maken van een verantwoord ruimtelijk beleid. Een beleid dat rekening houdt met de eindigheid van de ruimte en niet alleen goedkope gronden wil leveren.

1 9

I O

Vanuit Torhout komt er dan weer positief nieuws. Hoewel met 20 inwoners per bebouwde hectare het Vlaamse gemiddelde (25) niet wordt gehaald, denkt men er toch al na over het schrappen van een woonuitbreidingsgebied ‘De Moertjes’. Daarenboven is de bevolking dan weer sterker aangegroeid dan in Brugge (met 1.322 de laatste 13 jaar) en heeft men de betonsnelheid (relatief) kunnen temperen met 144m² per dag. Torhout is trouwens ook één van de 10 West-Vlaamse kandidaten voor een scan van de bouwmeester.

Om na te gaan welke de kansen zijn voor een gemeente, om duurzaam te groeien, biedt de Vlaamse Bouwmeester een scan aan. In 2018 zullen de volgende gemeenten een scan ondergaan: Zedelgem, Kortemark, Diksmuide, Langemark-Poelkapelle, Wervik, Moorslede en in 2019 Harelbeke, Torhout, Tielt, Blankenberge. Dat bijna 1 op de 6 West-Vlaamse gemeenten zich kandidaat wil stellen voor een scan is licht hoopgevend. Wat de andere gemeenten tegen houdt, blijft ons een raadsel.

© Natuurpunt

Op vlak van bevolkingsdichtheid, moet Brugge enkel een aantal kustgemeenten laten voorgaan. Met 35 inwoners/bebouwde hectare heeft deze stad het in het verleden niet slecht aangepakt. Maar daar is de laatste jaren een kentering­in­gekomen.­De­Stad­heeft­haar­efficiëntie­ uit de bloeiperiode tot de 15de eeuw, met 45.000 inwoners enkel binnen de muren, al lang achter zich gelaten. De laatste jaren kalft haar leefdichtheid af (-2) omwille van verspreide grootschalige verkavelingen en bedrijventerreinen. Aan 676m² per dag giet ze de open ruimte vol. De laatste 13 jaar kwamen er maar 860 mensen bij in Brugge en werd 365 hectare verhard. Dat is 4.200m² per nieuwe inwoner. En het ziet ernaar uit dat ze dit tempo niet gauw zal lossen, de grootstedelijke afbakening regio Brugge – nu bij de Raad van State – wil 114 ha open ruimte omzetten naar industrie en een voetbalstadion. Daarnaast worden nog ettelijke hectares verkaveld de komende jaren.

B o u w m e e s te r, tr e k o n s u it d e V la a m s e k le i!

FOCUS R EG

benijdenswaardige 9de plaats van alle Vlaamse steden en gemeenten. En staat ze voor West-Vlaanderen op de 3de plaats (na Ieper en Brugge). 30% van de oppervlakte van Roeselare is momenteel verhard. Nog 490 hectare bebouwbare oppervlakte is in gevaar. 6.277 nieuwe inwoners mogen genieten van het grijs, want voor hen werd er 256 ha verhard. Maar ondanks deze cijfers, is de leefdichtheid (26 inw./bebouwde Ha) in Roeselare niet afgenomen: de stad deint gelijk met het aantal inwoners uit, maar behoudt haar ruime voet. Wingene, landelijke gemeente waar en met 13 inwoners/ bebouwde hectare een ruim leven heeft. Niet zo voor de kippen. De laatste drie jaar kwamen er in Wingene meer dan 160.000 bij. In grote stallen bezetten ze het platteland, in die ruimte die nog niet bezet werd door de 141.000 varkens die de gemeente rijk is. Met 414 m²/dag is Wingene de betonmeester in de klas van het gebied van Natuurpunt De Torenvalk. Net als in Tielt (301m² beton elke dag) en Ardooie (219 m² beton) gaat de leefdichtheid per bebouwde hectare er op achteruit.


© West-Vlaamse Milieufederatie

2 0

Ho e m o e t h e t d a n w e l ?

FOCUS R EG

Sc h r a p o v e r b o d i g e b o u w g r o n d e n

I O

Met de betonstop wil Vlaanderen geen nieuwe open ruimte meer aansnijden in 2040. Vooraleer het zover is, kan nog 22.500 ha extra ruimte ingenomen worden. Maar in het verleden werd door de overheid nog veel meer bouwgebied afgebakend: 80.000 hectare. Die oppervlakte zullen we niet nodig hebben om de stijgende bevolking op te vangen. En het zou een ramp zijn om ze aan te snijden. Het overtollig aanbod bedraagt momenteel 57.500 hectare. Die oppervlakte moet geneutraliseerd worden, anders is het risico reëel dat ze toch wordt volgebouwd. Gronden met een hoog risico op overstromingen (signaalgebieden), woonuitbreidingsgebieden (WUGs) en waardevolle bossen zouden best het eerst geschrapt worden. Eigenaars van zulke gronden moeten volledig vergoed worden. Uit onderzoek blijkt dat dit (inclusief de schadevergoedingen van 100% die recent afgesproken werden) 4 miljard euro goedkoper is dan de kost van een verder volgebetonneerd Vlaanderen.

V e r d ic h t We­zullen­efficiënter­moeten­omgaan­met­de­ ruimte die we innemen. In Vlaanderen zijn er veel mogelijkheden om ruimte die nu al gebruikt­wordt­door­de­mens­efficiënter­in­te­ richten, met extra woon- en werkplekken, op goed bereikbare plaatsen. Daar zal de nodige creativiteit voor nodig zijn: architecten en projectontwikkelaars hoeven dus zeker niet te vrezen voor hun job na 2040. Door dorpskernen en stadskernen te versterken, krijg je opnieuw een voldoende grote schaal om winkels, café’s en lokale verenigingen te laten floreren­-­of­openbaar­vervoer­te­onderhouden.­ In breed uitgesmeerde verkavelingen is de bevolkingsdichtheid te laag en dreigt vereenzaming en isolatie.

Ho u h e t b e t a a l b a a r Hoewel de betonstop zich op lange termijn terugbetaalt, is er op korte termijn budget nodig om de nodige instrumenten – zoals het schrappen van overtollig­aanbod­aan­bouwgronden­–­te­financieren. Dat is een investering in de levenskwaliteit van de Vlaming. De Vlaamse overheid moet dan ook budgetten voorzien om de betonstop uit te voeren zoals gepland. Een deel van dat budget kan­alvast­komen­uit­de­planbaten:­een­heffing­ op de meerwaarde die je krijgt door elders hoger te mogen bouwen of wanneer een landbouwgrond plots bouwgrond wordt. Op die manier kan de betonstop zichzelf betalen, ook op kortere termijn.

St a r t l o k a a l , e n s t a r t v a n d a a g n o g De betonstop is een opdracht voor elke gemeente. In totaal is er 57.500 hectare bouwgrond te veel. Zowel landelijke gemeentes als centrumsteden zullen inspanningen moeten leveren. Met het cijfermateriaal uit het betonrapport kan elk gemeentebestuur aan de slag om afwegingen te maken die zorgen voor een duurzame en leefbare ruimtelijke ordening binnen de gemeentegrenzen. Waar kan er verdicht worden? Welke bouwgronden worden beter geschrapt? 80.000 hectare bebouwbare oppervlakte is momenteel in gevaar. Maar die oppervlakte ligt niet gelijkmatig verdeeld over Vlaanderen. Voor verschillende gemeentes draaien de betonmolens zo hard, dat alle bebouwbare oppervlakte razendsnel volgebouwd zal zijn. Zo zal het landelijke Poperinge zijn beschikbare bouwruimte opgebruikt hebben in 2028, als er zo doorgebouwd wordt. Staden mag al stoppen met bouwen binnen 5 jaar, aan dit tempo. De betonstop begint met andere woorden niet in 2040, maar vandaag al.

Te k s t Bart Vanwildemeersch en regionale lidverenigingen Me e r l e ze n ? www.westvlaamsemilieufederatie. be/beleidsthema’s/duurzaamruimtegebruik www.natuurpunt.be/betonrapport


HET V ER HAAL

V AN

D E D OEN ER

Fr a n k y B a u w e n s , v r i j w i l l i g e r m e t g r o te lie fd e v o o r e n v e e l k e n n is v a n ez e e n k u s t . Van waar je inzet en hoe begon het?

2 1 HET V ER HAAL

Na het volgen van de cursus natuurgids, ergens in de jaren negentig, ben ik mij meer bewust geworden van wat er om ons leeft, reilt en zeilt. Langzamerhand begin je dan ook in te zien dat alles aan elkaar hangt. Verlies van een soort en/ of habitat heeft dikwijls onomkeerbare gevolgen.

V AN

Welke rol speelt de West-Vlaamse Milieufederatie daarin?

D E D OEN ER

De West-Vlaamse Milieufederatie heeft zijn rol als koepelorganisatie in West-Vlaanderen door het ondersteunen en advies verlenen aan hun leden. De West-Vlaamse Milieufederatie is de link tussen milieuorganisaties en de Provincie.

Waar gaat het volgens jou de goeie kant op in West-Vlaanderen? De waterkwaliteit wordt niet slechter, recreatieve warrelnetten op de stranden zijn verboden, trage (kerk)wegen worden terug in ere hersteld, de 1meter grens, kleine landschapselementen zijn stappen in de goede richting.

Waar moet in onze provincie dringend de hand aan de ploeg? Handhaving, handhaving en nog eens handhaving. Stop de pamperpolitiek en het eeuwige sensibiliseren. Leid mensen op om milieuinbreuken te verbaliseren. We blijven onze stranden en duinen verknoeien voor de toeristische economie. Er zijn grenzen aan de open ruimte en het draagvlak ervan. Creëer “Duin voor Dijk”. Natuurlijke stranden zijn deel van de oplossing inzake kustveiligheid. Stop het machinale strandreinigen, het belet het ontstaan van embryonale duinen.

Welke ‘groene’ droom hoop je ooit verwezenlijkt te zien? Mijn groene droom? Dat iedereen van rijk tot arm, van gelijk welke huidskleur of religie en geslacht eindelijk eens zou beseffen dat we de natuur, onze omgeving, onze leefwereld niet bezitten, niet kunnen kneden. Als dat besef er is, komt het respect voor milieu en mens vanzelf.Ik haat de huidige veelgebruikte term ”Wij maken natuur”. De beste manier om onze­fauna­en­flora­te­beschermen­is­ze­net­in­ goede toestand te houden. Zo moet je nergens “natuur maken”.

Op welk plekje in de provincie kom je tot rust? Tja, nogal een vraag aan een kustbewoner. Aan zee, langs de branding, het strand en de duinen natuurlijk.


P ER SP ECTI EF B a rt N a e y a e rt Gedeputeerde van landbouw en waterbeleid Provincie West-Vlaanderen

2 2

W e m o e te n e e n s y s te e m o n tw ik k e le n d a t z o w e l w a te r k a n b u ffe r e n a ls v o o r r a a d k a n o p b o u w e n . W a te r te v e e l e n w a te r te k o rt v o lg e n e lk a a r v lo t o p . D e z e p o te n tie e l te g e n s tr ijd ig e d o e ls te llin g e n m o e te n v e r e n ig d w o r d e n in h e t b e le id .

P ER SP ECTI EF

West-Vlaanderen heeft ongeveer 110.000 ha grondgebied dat in de polders ligt. 220.000 ha ligt buiten de polders. De waterhuishouding en het ecosysteem voor wat oppervlaktewater betreft, verschillen fundamenteel. Daarnaast zijn diepgrondwaterlagen overbevraagd geweest. Ze zijn herstellende na afbouw van de vergunde capaciteit tot oppompen. Tegen wateroverlast in huizen is alleen al in de voorbije 6 jaar ongeveer 7 miljoen euro geïnvesteerd in buffercapaciteit. Er werd ook watervoorraad voor landbouw ontwikkeld met ruimte voor watergebonden biodiversiteit. Wat wateroverlast betreft, krijgen we meer grip op de situatie, al zitten nog heel wat maatregelen in de pipeline. De investeringen gebeurden voornamelijk buiten de polders. Preventief moeten minder verharding, ontharding, bewuster bouwen of niet bouwen … bijkomend soelaas brengen. In de vlakke polders is het waterlopensysteem één grote buffer én watervoorraad aan zoet water, die hard nodig is om verzilting tegen te gaan. Toekomstig beleid kan gaan over verbreding van polderwaterlopen, hogere peilen en het langer vasthouden in bufferende gebieden. Dit kan niet zonder voldoende pompcapaciteit op te bouwen om bij dreigende wateroverlast vlug te kunnen reageren. De dialoog tussen landbouw en natuur hierover is cruciaal. Het erkennen van mekaars actiegebieden en belangen, mekaar vertrouwen en afspraken naleven is daarbij cruciaal. We verkennen ook de mogelijkheden van ondergrondse opslag van zoet water. Buiten de polders werken we naar meer ruimte voor water­in­de­beken,­infiltratie­en­opbouw­van­watervoorraad in de bodem en buffering van water in publieke en private waterbekkens. Teelt- en rassenkeuze bij landbouw, evenals besparende irrigatietechnieken en goede bodemzorg zijn over het ganse grondgebied belangrijk. Natuurgebieden bieden ook kansen voor opslag van water.

P a t r i c k Me i r e Professor ecosysteembeheer en integraal waterbeheer ‘v r a a g a a n p a s s e n a a n a a n b o d e n n ie t o m g e k e e rd ’

‘Waterzieke’ gronden – recent nog een veel gebruikte term in landbouwmiddens – werden steevast ‘waterrijke’ gronden genoemd in natuurminnende middens. Dit woordgebruik illustreert verschillende visies op één van onze meest cruciale hulpbronnen: water. Toenemende druk op ons watersysteem door de vele gebruikers en de tastbare klimaatverandering, deed de geesten evolueren richting Integraal Waterbeheer. Er werden belangrijke stappen gezet: meer frequente overstromingen noopten tot meer buffering, in plaats van steeds sneller afvoeren. Waterzieke -of ‘waterrijke’- gronden werden waterbuffers. De voorbije droge zomers maakten ons echter duidelijk dat we niet zo waterrijk zijn en op momenten zelfs duidelijk waterarm! Dus moeten vraag en aanbod beter op elkaar afgestemd. In de huidige economische logica, betekent dit: aanbod aanpassen aan de vraag. Onze invloed op het aanbod is echter relatief beperkt. Dus moeten we veel meer inzetten op het aanpassen van de vraag. Dit vergt een serieuze beperking van de vraag door industrie en huishoudens: vooral een zaak van innovatieve technologie. De landbouw moet nadenken over de teeltkeuze. Daarvoor moeten inspanningen komen om water veel langer vast te houden als het beschikbaar is. Buffers, nodig om wateroverlast te vermijden, helpen hierin maar zijn onvoldoende: het herstellen van hogere grondwaterpeilen is essentieel. Eerste stappen werden gezet, maar we kennen nog geen Integraal Waterbeheer. Geesten rijpen wel en stilaan groeit ook de samenwerking tussen landbouw en natuur. Enkel een slimme combinatie van ecosysteemherstel, technologische ontwikkeling, op aanbod gebaseerde vraag en het besef dat we onszelf moeten aanpassen aan de omgeving en niet enkel omgekeerd, kan West-Vlaanderen klimaatbestendig maken. De start is gemaakt maar de race is nog niet gelopen. En die race is zowel een sprint als een marathon. Maar de finish­is­veelbelovend.­Niet­alleen­zullen­we­minder­ problemen kennen, maar de opgebouwde expertise kan een belangrijke economische troef worden.


WEST-VLAAMSE MILIEUFEDERATIE De West-Vlaamse Milieufederatie vzw zet zich in om samen met haar lidverenigingen en doelgroepen West-Vlaanderen tot een voorbeeldregio te maken waar een gezond leefmilieu en ecosystemen drager zijn van een welvarende ecologisch duurzame samenleving.

Mo m W e s n a tu d ie w

e n te e l o t-V la a m s u r- e n m e r k e n in

v e rk o e p e Mi l i e u ilie u v e r e W e s t-V

Co l o f o n t i j d s c h r i f t

e lt fe d n ig la a

d e e r a tie 8 7 in g e n , n d e re n .

V o o r e e n v o lle d ig o v e r z ic h t: www.westvlaamsemilieufederatie.be/ organisatie/wiezijnwij W il u w o r g a n is a tie g r a a g o o k lid w o r d e n v a n o n z e k o e p e l? Stuur een mail met uw kandidatuur naar de voorzitter van de West-Vlaamse Milieufederatie: eric-vandorpe@scarlet.be

Ad v i e s r a d e n &

V o o r z i t t e r Eric Vandorpe On d e r v o o r z i t t e r Paul De Graeve P e n n i n g m e e s t e r Marcel Heintjens Se c r e t a r i s Martine Langen B e s t u u r s l e d e n Georges Pollentier, Peter Hantson en Ann Top

o v e r le g

Co n t a c t p e r s o n e n W e s t - V l a a m s e Mi l i e u f e d e r a t i e P r o v i n c i a l e Mi n a r a a d Bart Vanwildemeersch P r o c o r o W e s t-V la a n d e r e n Eric Vandorpe en Katty De Wilde Ad v i e s c o m i t é b u ite n lu c h tr e c r e a tie W e s tto e r Bart Vanwildemeersch Ma n a g e m e n t c o m i t é p la tte la n d s o n tw ik k e lin g Bart Vanwildemeersch Ov e r l e g m e t D e V l a a m s e W a t e r w e g Eric Vandorpe B e k k e n r a a d B o v e n s c h e ld e Eric Vandorpe R e s o c N o o rd Paul De Graeve en Marcel Heintjens K u s t 2 0 2 0 , TOP zo n e K u s t , t a s k f o r c e d u u r za m e r e c r e a t i e v e v i s s e r i j , . . . Bart Vanwildemeersch

Het tijdschrift van de West-Vlaamse Milieufederatie verschijnt 3 keer per jaar: voorjaar – zomer/najaar – winter Dit tijdschrift is jaargang 13, editie n a j a a r 2 0 1 8 On l i n e o n s t i j d s c h r i f t l e ze n ? issuu.com/wmfkoepel V e r a n t w o o r d e l i j k e u i t g e v e r Eric Vandorpe | Standaardmolen 20 | Kuurne Ei n d r e d a c t i e secretariaat@westvlaamsemilieufederatie.be Aa n d i t t i j d s c h r i f t w e r k t e n m e e Eric Vandorpe, Marcel Heintjens, Bart Vanwildemeersch, Katty De Wilde, Walter Wackenier, Franky Bauwens, Patrick Meire, Bart Naeyaert On t w e r p Elise Verstraete Co v e r f o t o Droogte Broenbeek - Langemark Overname van artikels en illustraties mag mits toelating van de redactie en bronvermelding: Tijdschrift West-Vlaamse Milieufederatie vzw. Het drukken van dit tijdschrift verloopt 100% isopropylalcoholvrij met biologische inkten en chemievrije drukvormvervaardiging op 100% gerecycleerd papier door drukkerij Drukta D i t t i j d s c h r i f t e n / o f o n ze n i e u w s b r i e f b e l e i d d i g i t a a l o n t v a n g e n ? Stuur een mail naar: secretariaat@westvlaamsemilieufederatie.be

Co n t a c t e e r o n s Se c r e t a r i a a t e n m a a t s c h a p p e l i j k e z e t e l West-Vlaamse Milieufederatie vzw Beenhouwersstraat 7 – 2de verdieping | 8000 Brugge | 050 70 71 07 Ma i l secretariaat@westvlaamsemilieufederatie.be W e b s i t e www.westvlaamsemilieufederatie.be Fa c e b o o k www.facebook.com/wmfkoepel Co ö r d i n a t o r Katty De Wilde | 050 70 71 07 katty.de.wilde@westvlaamsemilieufederatie.be B e l e i d s m e d e w e r k e r Bart Vanwildemeersch | 050 70 71 07 bart.vanwildemeersch@westvlaamsemilieufederatie.be De West-Vlaamse Milieufederatie is erkend als milieuorganisatie door de Vlaamse Overheid. De West-Vlaamse Milieufederatie wordt ondersteund door Provincie West-Vlaanderen.

2 3 COL OFON

L id v e r e n ig in g e n

B e s tu u r W e s t-V la a m s e Mi l i e u f e d e r a t i e v zw


Natuur en milieu, we gaan ervoor Ac t i v i t e i t e n W e s t - V l a a m s e Mi l i e u f e d e r a t i e December 2018 L a n c e r i n g k u r k e n i n za m e l i n g s p r o j e c t i.s.m. Beweging.net en Provincie West-Vlaanderen Wil je meer info over deze kurkeninzamelingsactie of wil je mee helpen met verzamelen van de kurken: contacteer bart.vanwildemeersch@westvlaamsemilieufederatie.be 2 maart 2019 W e s t - V l a a m s e N a t u u r s t u d i e d a g | Over bos in West-Vlaanderen. KULAK Kortrijk. Meer info: www.westvlaamsemilieufederatie.be

25 24 & 5 24N&O2V

NOV

r u u t a N e Dag van d n, n, snoeie ante Komm pl ien, ten,vosnoroede plan Koen ma aien vouworbudeurt. ma uraiininenjo naentu uw buurt. jo natuur

V.U. Chris V.U.Steenwegen Chris Steenwegen • Coxiestraat • Coxiestraat 11 • 2800 11 •Mechelen 2800 Mechelen © Shutterstock.com © Shutterstock.com

.BE ATUUR NDEN UUR.BE AGVA T A N E D WWW.D N VA WWW.DAG

Ook graag je activiteit op onze cover? s e c r e ta r ia a t@ w e s tv la a m s e m ilie u fe d e r a tie .b e Meer activiteiten ontdekken? w w w .w e s tv la a m s e m ilie u fe d e r a tie .b e Ho u o n ez f a c e b o o k p a g i n a in h e t o o g !


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.