BURGERS ZOO - SAFARI
Praktisch onderzoek Dierentuin — Niveau HV
Klas: Leerling: 1
BURGERS ZOO—SAFARI
Uitgave:
Auteur: ISBN:
Copyright:
Workbooks4 Biologie www.workbooks4.nl Batavenstraat 55 7041 VA ‘s-Heerenberg Willy Stein 978-94-92658-26-5 Uitgave 2019-1 All rights are reserved Workbooks4—Biologie. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en / of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of anderszins, hetgeen ook van toepassing is op gehele of gedeeltelijke bewerking, zonder schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor docenten: Dit is een uitgave in een reeks praktische biologieopdrachten, ook te gebruiken als praktische schoolonderzoek voor het voortgezet onderwijs. De onderzoeken zijn beschikbaar op verschillende niveaus. Eerder verschenen: CSI - Moord in het Landhuis… Leerlingen lossen samen met rechercheur De Cock, met behulp van forensische technieken en biologische kennis, de raadselachtige moord in het landhuis op….. 2
BURGERS ZOO - SAFARI
3
BURGERS ZOO—SAFARI
Informatie Belangrijke regels park Je bent vandaag te gast. Gedraag je daar naar.
Voorkom geluidsoverlast.
Gooi afval in de daarvoor bestemde bakken.
Stap nooit over afrasteringen heen en blijf op de paden.
Voer de dieren niet.
Informatie en afspraken 1
Er is altijd iemand op het afgesproken punt aanwezig, daar kun je je spullen laten liggen (voor eigen risico!) en vragen stellen. Op deze plaats kun je ook materialen ophalen om proefjes te doen.
2
Werk de routes af zoals je met je docent hebt afgesproken.
3
Sommige dieren kunnen in een andere volgorde zijn ondergebracht of tijdelijk afwezig zijn. Je hoeft de dieren dan niet elders te zoeken. De opdracht vervalt dan.
4
Bekijk de dieren goed en let op de bordjes. Daar staat veel informatie op.
5
Kom je een ander groepje tegen, geef elkaar dan even de ruimte maar blijf als eigen groepje bij elkaar.
Veel succes!
4
BURGERS ZOO - SAFARI
Op de achterpagina vind je de plattegrond op groot formaat.
INHOUD De Bush: ………………….. 6 De Ocean: …..……………. 10 De Desert: ……………….. 14 De Mangrove: ………….. 17 Gedrag: ……………………. 22
Burgers zoo is niet altijd in Arnhem gevestigd geweest. De dierentuin ontstond in 1913 toen in ‘s-Heerenberg de plaatselijke slager Johan Burgers ‘Faisanterie Buitenlust’ opende. In 1923 verhuist het park naar de huidige plek in Arnhem.
5
BURGERS ZOO—SAFARI
1 De Bush Abiotische factoren De hoeveelheid beschikbaar licht is een belangrijke abiotische factor in het regenwoud. 1.
Voor welk proces hebben planten licht nodig? ____________________________________________
2.
Bekijk de planten in de Bush. Noem twee aanpassingen van planten om zoveel mogelijk licht op te vangen. ____________________________________________ ____________________________________________
Het licht dat op een blad valt wordt gebruikt om glucose te maken. Dit proces vindt plaats in de bladgroenkorrels. In het tropisch regenwoud hebben de meeste planten een groene bovenkant en een groene onderkant. Maar er zijn ook planten met een groene bovenkant en een rode onderkant. 3.
Waar vinden we planten met bladeren met een paars/rode onderkant vooral? A In de kruidlaag B In de struiklaag C In de boomlaag
4.
Bedenk een werkplan voor een onderzoek met de volgende probleemstelling: Welke bladeren laten meer licht door, bladeren met een groene onderkant of bladeren met een rode onderkant? Voer het onderzoek uit en schrijf de gevonden resultaten op zodat je er later op school een tabel en een grafiek van kunt maken. Gebruik bij dit onderzoek een lichtmeter. Werkplan:
Resultaten:
6
BURGERS ZOO - SAFARI
5.
Welke conclusie kun je uit de resultaten van je onderzoek trekken? Je moet twee antwoorden kiezen! A B C D
Bladeren met een groene onderkant laten gemiddeld meer licht door. Bladeren met een rode onderkant laten gemiddeld meer licht door. Het licht wordt beter gebruikt door bladeren met een groene onderkant. Het licht wordt beter gebruikt door bladeren met een rode onderkant.
Er is een aantal andere abiotische factoren in de Bush die duidelijk verschillen van buiten en dus waarschijnlijk karakteristiek zijn voor het regenwoud. 6.
Zeg van de volgende abiotische factoren of ze gemiddeld lager, gelijk of hoger zijn dan in Nederland: A De luchttemperatuur is B De hoeveelheid neerslag is C De luchtvochtigheid
7.
_______________________ _______________________ _______________________
Hoe reageert je lichaam op deze verschillen? Noem twee reacties. ___________________________________ ___________________________________
Ga in de Bush naar de sawa (het rijstveld). Hier vind je een aantal planten waarover de volgende twee vragen gaan. Je ziet een plant met enorme bladeren. Hij heet olifantsoor. 8.
Teken een blad van de olifantsoor en geef in de tekening aan hoe de nerven er uit zien.
7
BURGERS ZOO—SAFARI
Sawa In het tropisch regenwoud hebben planten veel last van plantenetende dieren. Veel planten beschermen zichzelf doordat ze giftige bladeren bezitten. Soms wapenen ze zich op een andere manier tegen hun vijanden.
9.
Zoek bij het pad naar planten die andere wapens gebruiken om vraat van dieren te voor komen. Geef drie voorbeelden:
Wapens aan de bladrand:
________________________________________
Wapens aan de bladsteel:
________________________________________
Wapens aan de stam:
________________________________________
Papaja’s Papaja's zijn vruchtbomen, die van oorsprong in tropisch Amerika groeien. Bekijk de stam en de bladeren van een papajaboom goed en vergelijk deze met de onderstaande tekeningen.
10.
Welke stam is van de papaja? _______________________
8
BURGERS ZOO - SAFARI
De papaya is een vruchtboom die van oorsprong uit tropisch Amerika komt.
11.
Hoe zullen de littekens op de stam van de papaja zijn ontstaan? A Door afgebroken bladeren.
B Door afgebroken takken.
C Door het weer.
D Door groei.
E Door vraat van dieren.
12.
De papaja is een vrucht. Bekijk de afbeelding van een doorgesneden papaja en geef aan welke beweringen juist zijn.
A Je ziet een dwarsdoorsnede. B Je ziet een lengtedoorsnede. C Wat je ziet is ontstaan uit één zaadbeginsel. D Wat je ziet is ontstaan uit één vruchtbeginsel. E De vrucht is ontstaan uit een onderdeel van de bloem. F De papaja boom is een naaktzadige plant.
Biologisch evenwicht In de Bush is het biologisch evenwicht moeilijk te handhaven. Als de schildluis, die je vooral kunt vinden aan de onderkant van bladeren, bijvoorbeeld van de bananenplant, te talrijk wordt, kan er een plaag ontstaan. In de Bush wordt deze dan op een natuurlijke of biologische manier bestreden. Lieveheersbeestjes en vooral hun larven eten schildluizen. De lieveheersbeestjes worden zelf weer gegeten door allerlei vogels zoals de zwartkoppitta.
13.
Stel met de gegevens uit bovenstaande informatie een voedselketen samen. ________________________________________________________
9
BURGERS ZOO—SAFARI
2 De Ocean De meeste koraalriffen bestaan uit verschillende zones. De lagune is een ondiepe zone vlak voor de kust. Er is weinig golfslag in de lagune en de temperatuur van het water wisselt er sterk. Hier leven veel dieren zoals vissen, oesters, wormen, krabben en kreeften. In onderstaande tekening zie je een doorsnede van het strand tot aan de diepzee. 14.
Welke letter geeft de lagune aan? ___________________________
Licht en water Zonlicht bestaat uit licht van verschillende kleuren. Sommige kleuren licht worden beter opgenomen dan andere. Licht dat wordt opgenomen zien wij niet meer. Water neemt rood en oranje licht goed op en groen en blauw licht slecht. Daardoor ziet water er op grote diepte blauw uit. 15.
Welke vis zal op 10 meter diepte niet goed te zien zijn? A Gewone poetslipvis B Net kogelvis C Roodtand trekkersvis D Witzoom soldatenvis E Javaans juffertje
16.
Tot welke diepte kunnen er nog planten voorkomen? Leg je antwoord uit. ___________________________________________________________________ ___________________________________________________________________
De 8 miljoen liter kunstmatig zeewater in de bassins is door de dierentuin zelf gemaakt uit zoet water uit een eigen bron, aangevuld met 270 ton van een speciaal gemaakt zout met daarin zo’n 60 verschillende stoffen in de juiste verhouding.
10
BURGERS ZOO - SAFARI
Koraal Een oppervlakte van 280.000 vierkante kilometer van de oceaanbodem is bedekt met koraalriffen. Dit is ongeveer twee procent van de totale oceaanbodem. Een koraalrif is gebouwd door koraalpoliepen. Koraalpoliepen leven vooral in het binnenrif en in het buitenrif. Deze dieren bouwen een kalkskelet om zich heen. Grote groepen van deze poliepen vormen zo in zee een rif dat bestaat uit aan elkaar gegroeide kalkskeletten. Koraalpoliepen kunnen alleen leven in helder water met een temperatuur die niet sterk wisselt en die ligt tussen 23 en 29 graden Celsius. 17.
Volgens het Wereld Natuurfonds is 25 procent van de koraalriffen door menselijke activiteiten zo ernstig beschadigd dat dit deel zich niet meer kan herstellen. Hoe groot is het oppervlak van dit aangetaste deel van de koraalriffen in vierkante kilometer? Gebruik hiervoor de gegevens uit de informatie. Laat ook de berekening zien!
Koraalpoliepen Een koraalpoliep is niet groter dan een paar centimeter. In de afbeelding zie je hoe zo’n poliep is opgebouwd. Koraalpoliepen gebruiken hun tentakels om voedsel te vangen. In de binnenste cellaag van de poliep leven algen. Algen zijn eencellige planten. Ze maken door fotosynthese stoffen die ook door de poliep gebruikt worden. Ongeveer 90 procent van de benodigde energierijke stoffen krijgt een poliep van de algen. De algen gebruiken afvalstoffen van de poliep voor hun stofwisseling.
11
BURGERS ZOO—SAFARI
18.
Koralen en algen leven samen en hebben allebei voordeel van dit samenleven, dit noem je symbiose. Wat is het voordeel voor het koraal? En voor de alg? Voordeel koraal: ________________________________________________ Voordeel alg:
________________________________________________
Eén van de grootste bedreigingen voor koraalriffen is ‘verbleking’. Als de temperatuur van het zeewater boven de drempelwaarde van 30 graden Celsius komt, stoten de koraalpoliepen hun algen af en stoppen ze met groeien. Door het verlies van de algen wordt het koraal bleker. Als het zeewater weer koeler wordt, kunnen de koraalpoliepen zich herstellen. Maar als de verbleking te lang duurt, gaan de koraalpoliepen dood. 19.
Na verbleking moet een koraalpoliep meer voedsel vangen om in leven te kunnen blijven dan daarvoor. Wat is er de oorzaak van dat een koraalpoliep dan meer voedsel moet vangen? ___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
Het diagram geeft voor een aantal jaren de watertemperatuur weer van een gebied met een koraalrif. In de jaren dat de temperatuur boven de drempelwaarde van 30 graden Celsius uitkwam, trad een sterke verbleking van het koraalrif op. 20.
Bekijk het diagram met temperatuurgegevens over de jaren 2005 tot en met 2010. In twee van deze jaren trad er een sterke verbleking van het koraalrif op. Schrijf de jaartallen op van die twee jaren. ____________________________________________
12
BURGERS ZOO - SAFARI
Haaien en roggen zijn kraakbeenvissen.
Haaien Haaien en roggen wijken af van alle andere vissen, ze hebben een skelet van kraakbeen. Samen vormen ze de groep van de kraakbeenvissen.
21.
Hoe gebruikt de haai zijn staart om te zwemmen? A Hij beweegt de staart van links naar rechts en terug.` B Hij beweegt de staart van boven naar beneden en terug.
22.
Kraakbeenvissen missen een orgaan dat beenvissen wel hebben.
23.
A Welk orgaan is dat?
________________________________
B. Waar zorgt dat orgaan voor?
________________________________
23.
Noem vier zintuigen die een haai gebruikt om een prooi te vinden. ___________________________
__________________________
___________________________
__________________________
Schoolvissen Vissen als ansjovis, haring, tonijn en horsmakreel zwemmen in een school. Dit is een grote groep vissen die heel dicht op elkaar zwemt. 24.
Welke voordelen heeft het zwemmen in een school voor een vis? Noem er drie. __________________________________________________________ __________________________________________________________ __________________________________________________________
25.
Schoolvissen botsen niet op elkaar. Daar zijn een aantal redenen voor. Welke reden hoort er niet bij? A B C D
Ze hebben een sneller reactievermogen. Ze hebben relatief grote ogen. Ze hebben dezelfde grootte. Ze gebruiken hun zijlijnorgaan. De Australische regering looft 1,3 miljoen Euro uit voor innovatieve oplossingen om het koraal in het Great Barrier Reef, het grootste koraalrif ter wereld voor de kust van AustraliĂŤ, te redden. Als er niets wordt gedaan zal het hele rif, volgens sommige wetenschappers, over 15 jaar dood zijn.
13
BURGERS ZOO—SAFARI
3 De Desert Ga de Ocean uit, loop door de Bush naar de tunnel. Via de tunnel ga je naar de Desert. In de tunnel vind je op sommige plaatsen algen tegen de wanden.
26.
Welke twee abiotische factoren zorgen er voor dat er in de tunnel toch nog plantengroei kan plaatsvinden? _______________________ en _______________________
27.
In een woestijn is duidelijk één factor bepalend voor het voorkomen in dit ecosysteem. Welke abiotische factor is dat? _________________________________________________
28.
Zeg van de volgende abiotische factoren in de Desert of ze gemiddeld lager, gelijk of hoger zijn dan in Nederland: De luchttemperatuur is __________________________ De hoeveelheid neerslag __________________________
De diamantratelslang De diamantratelslang is voor zijn activiteit afhankelijk van de omgevingstemperatuur. Koude winters ontlopen ze door een winterslaap. Ook bij extreme hitte rusten ze. De ratel bestaat uit verhoornde huidresten die achterblijven na een vervelling. Door de staart tot 50x per seconde heen en weer te bewegen ontstaat een waarschuwend geluid.
29.
Is een ratelslang een warmbloedig of een koudbloedig dier? Hoe weet je dat? _______________________________________________________________ _______________________________________________________________
30.
Ratelslangen slapen overdag en jagen 's-nachts als het wat koeler is. Hoe vinden ze in het donker hun prooi? A Door een warmtegevoelig orgaan. B Doordat ze hele goede ogen hebben. C Door een orgaan dat trillingen van de grond registreert. D Doordat ze 'luisteren' met hun tong. 14
BURGERS ZOO - SAFARI
31.
Welke bewering over de ratelslang is fout? A Een ratelslang is doof. B Een ratelslang slikt de prooi in een keer door. C Een ratelslang is een gifslang. D Het warmtegevoelig orgaan zit in de tong.
Bekijk de informatie die je in de Desert kunt vinden over de volgende dieren: halsbandpekari, renkoekoek, blauwschubkwartel, witvleugelduif, saguaro en rode lynx. 32.
Wat is in dit rijtje de producent? Wat is de consument van de eerste orde? Welk dier is altijd consument van de tweede of een hogere orde? Producent: _________________ Consument 1e orde: ______________________ Altijd consument 2e orde of hoger: _____________________________________
33.
34.
Lees de bordjes en schrijf op wat de dieren eten. Halsbandpekari
_____________________________________
Renkoekoek
_____________________________________
Blauwschubkwartel
_____________________________________
Witvleugelduif
_____________________________________
Rode lynx
_____________________________________
Een cactusmuis is een knaagdier dat onderdelen van saguaro’s eet, woestijnvlinders halen nectar uit de bloemen van o.a. cactussen. Maak met behulp van onderstaand schema een voedselweb met de cactusmuis, de woestijnvlinder en het rijtje planten en dieren hierboven. 4 3
5 Cactusmuis
6 Woestijnvlinder
2 1
1 = __________________________ 4 = ___________________________ 2 = __________________________ 5 = ___________________________ 3 = __________________________ 6 = ___________________________
15
BURGERS ZOO—SAFARI
Vlak naast een karrenspoor zijn de fossiele overblijfselen van een Tyrannosaurus Rex blootgelegd. 35.
Was de T-Rex een planteneter of een vleeseter? Hoe kun je dat zien?
A Een planteneter, dat kun je zien aan zijn hoektanden en knipkiezen. B Een planteneter, dat kun je zien aan zijn snijtanden en knobbelkiezen. C Een vleeseter, dat kun je zien aan zijn snijtanden en knobbelkiezen. D Een vleeseter, dat kun je zien aan zijn hoektanden en knipkiezen.
Een Ocotillo is een woestijnplant waarvan de takken door woestijn-indianen gebruikt worden als bouwmateriaal voor hun hutten. 36.
Op welke manier zorgt de Ocotillo er voor dat hij bij droogte weinig water verliest? A Door de huidmondjes te sluiten. B Door een waslaag op de bladeren. C Door de bladeren te laten vallen. D Door vaak te bloeien.
Loop nu de Deserthal uit en ga naar de Mangrovehal.
De renkoekoek is bekend van de tekenfilms waarbij hij als roadrunner de coyote steeds te snel af is (miep miep). Renkoekoeken kunnen wel vliegen, maar lopen meestal en kunnen zo een snelheid van zo’n 30 kilometer per uur halen.
16
BURGERS ZOO - SAFARI
De Mangrove 4 Mangrovebossen komen we tegen in (sub)tropische gebieden bij of op het zoute slib langs vlakke zeekusten. Planten en dieren zijn op zeer bijzondere wijze aan dit zout aangepast. 37.
38.
Zeg van de volgende abiotische factoren of ze gemiddeld lager, gelijk of hoger zijn dan in Nederland: A. De luchttemperatuur is:
______________________________
B. De hoeveelheid neerslag is:
______________________________
C. Het zoutgehalte van de grond is:
______________________________
Veel vlinders voeden zich met nectar van bloemen maar ook met rottend fruit. Noem twee soorten fruit die in de voederbakken te vinden zijn. _______________________ en ______________________
39.
Rottende vruchten zijn dode onderdelen van planten. Toch rekenen we de vlinders die van het fruit eten tot de consumenten en niet tot de reducenten. Welke twee groepen reducenten ken je? _______________________ en ______________________
40.
Bekijk heel nauwkeurig en voorzichtig de planten in de plantenbakken bij de in/ uitgang. Als je goed kijkt zie je eitjes en rupsen. Hoe kun je aan de planten zien dat er rupsen aanwezig zijn (geweest)? ________________________________________________________________
41.
Schrijf de afmetingen van de pop en de vlinder van de Blauwe morpho, de Uilvlinder, de Zebra mozaĂŻekvlinder en de Glasvleugelvlinder op. Naam vlinder
Afmeting pop in cm
Afmeting vlinder in cm
Blauwe morpho Uilvlinder Zebra mozaĂŻkvlinder Glasvleugelvlinder
Teken een staafdiagram van de afmetingen van de poppen van de verschillende vlinders. Deze grafiek mag je op school tekenen. 17
BURGERS ZOO—SAFARI
42.
Welke bewering over de relatie tussen de afmetingen van pop en vlinder klopt? A Hoe groter de pop, hoe groter de vlinder. B Hoe kleiner de pop, hoe groter de vlinder. C Hoe groter de pop, hoe kleiner de vlinder. D Er is geen verband tussen de grootte van de pop en de vlinder.
43.
In elk ecosysteem heb je herbivoren (planteneters), carnivoren (vleeseters) en omnivoren (alleseters). Onderzoek de dieren in de Mangrove. Bekijk het voedsel dat ze eten en lees de infoborden. Zet de volgende dieren in de juiste groep: Herbivoor
Omnivoor
Carnivoor
Zeekoe Degenkrab Wenkkrab Witvleugelduif Vieroogvis Blauwe Morpho Rosse fluiteend
44.
In de natuur komen in de mangroven ook reigers en ibissen voor die krabben eten. Waarom zouden deze vogels hier in de Mangrove niet te vinden zijn? _________________________________________________________________
De prachtige blauwe kleur van de blauwe morpho komt tot stand door de structuur op de vleugelschubben, die het licht weerkaatsen. De vlindervleugels bevatten dus geen blauw pigment, de vleugels lijken alleen maar blauw door lichtreflectie.
18
BURGERS ZOO - SAFARI
Zeekoeien gebruiken de platte staart om zich voort te bewegen.
Zeekoeien Zeekoeien hebben een dik gestroomlijnd lichaam. De platte staart wordt gebruikt om zich voort te bewegen. De voorpoten (vinnen) worden gebruikt om over de bodem te scharrelen. 45.
Hoe beweegt de zeekoe zich voort? A Hij beweegt zijn staart van links naar rechts en terug. B Hij beweegt zijn staart van boven naar beneden en terug.
Wenkkrabben In mangroven komen bijna honderd verschillende soorten wenkkrabben voor. Kenmerkend voor deze krabben is dat bij de mannetjes één schaar sterk vergroot is. Het voorste paar poten met de scharen worden gebruikt om te eten maar de grote schaar van de mannetjes wordt gebruikt om naar de vrouwtjes te zwaaien en ze naar zijn territorium te lokken. 46.
Tot welke groep dieren hoort de wenkkrab? Gebruik de determinatietabel hieronder en schrijf de stappen op die je maakt. 1
2
3
4
5
6
a Het dier heeft geen skelet en is lang en dun.
Wormen
b Het dier heeft een skelet.
Ga naar 2
a Het dier heeft een uitwendig skelet (pantser).
Geleedpotigen. Ga naar 3.
b Het dier heeft een inwendig skelet.
Ga naar 5
a Het dier bestaat geheel uit segmenten.
Duizendpootachtigen
b Het dier bestaat niet geheel uit segmenten.
Ga naar 4
a Het dier heeft 6 poten.
Insecten
b Het dier heeft 8 poten.
Spinachtigen
c Het dier heeft 10 of meer poten.
Kreeftachtigen
a De huid van het dier heeft schubben.
Ga naar 6
b De huid van het dier is slijmerig.
Amfibieën
c De huid van het dier heeft veren.
Vogels
d De huid van het dier heeft haren.
Zoogdieren
a De huid van het dier heeft slijmerige schubben. Vissen b De huid van het dier heeft droge schubben.
Groep: _____________________
Reptielen
Stappen: _____________________________________
19
BURGERS ZOO—SAFARI
De zwarte mangrove Langs de stranden van de Galapagos-eilanden groeit de zwarte mangrove. De bladeren van deze boom zijn taai en groot en hebben een dikke waslaag. De bovenkant van de bladeren is donkergroen, de onderkant is bedekt met zilvergrijze haartjes. De wortels groeien in de zuurstofarme bodem onder water. De plant heeft ook ademwortels die boven het water uit groeien om zuurstof op te nemen uit de lucht. Biologen denken dat insecten zorgen voor de bestuiving van de bloemen. 47.
Er zijn drie types mangrovebomen. Elk type heeft zijn eigen plaats aan de kustlijn. Zet de volgende bomen in de juiste volgorde beginnend bij de zee. Rode mangrove – witte mangrove – zwarte mangrove. __________________________________________________________________
48.
In de informatie worden enkele eigenschappen van de bladeren van de zwarte mangrove genoemd. Twee van deze eigenschappen beschermen de zwarte mangrove tegen uitdroging. Welke eigenschappen zijn dat? ________________________________ en _______________________________
49.
De ademwortels van de zwarte mangrove nemen een gas op voor een stofwisselingsproces in de wortels. Het schema hieronder stelt dit stofwisselingsproces voor. glucose + ……..(1)………… ® ………(2)………. + water + energie. Het schema is niet volledig. Wat moet op de plaatsen 1 en 2 ingevuld worden om het schema af te maken? 1 = _____________________________ 2 = _______________________________
Burgers' Mangrove is grotendeels geïnspireerd op het in Centraal-Amerika gelegen land Belize. Al meer dan 27 jaar beschermt Burgers’ Zoo een natuurgebied in Belize waar de mangrove een belangrijk onderdeel van vormt.
20
BURGERS ZOO - SAFARI
De bladeren van de zwarte mangrove zijn taai, groot en hebben een dikke waslaag.
Je bent nu in de Bush, de Desert en de Mangrove geweest en hebt bij alle drie de ecosystemen gelet op een aantal abiotische factoren.
50.
Hieronder zie je drie klimaatgrafieken waarin de temperatuur en de hoeveelheid neerslag wordt weergegeven.
A
B
C
Welke grafiek hoort bij een tropisch regenwoud, welke bij een woestijn en welke bij een mangrove? Tropisch regenwoud =
______________
Woestijn =
______________
Mangrove =
______________
De CaraĂŻbische zeekoe is een zoogdier. De nauwste verwant in het dierenrijk is niet de zeehond maar de olifant. Er wordt aangenomen dat de mythe over zeemeerminnen is ontstaan doordat zeelieden zeekoeien hebben zien zwemmen.
21
BURGERS ZOO—SAFARI
5 Gedrag - Chimpansees Lees de informatieborden bij de apen en neem de tijd om de observaties goed uit te voeren. Afhankelijk van het weer en het tijdstip van de dag kunnen de dieren minder actief zijn dan je zou willen. Misschien rusten ze zelfs allemaal! Of de dierverzorger heeft ze even naar verblijven achter de schermen gehaald, bijvoorbeeld om het verblijf schoon te maken. Als een observatie aan een apensoort niet meteen lukt, loop dan na afronding van de andere opdrachten nog een keer bij dat verblijf langs en observeer dan.
Chimpansees De chimpansees in Burgers Zoo worden al meer dan 35 jaar bestudeerd. In het grote verblijf laten ze veel van hun natuurlijke gedrag zien. Voor het onderzoek is het belangrijk de verschillende geslachten uit elkaar te houden. Kenmerken van chimansees:
Bij een volwassen mannetje kun je soms zijn balzak zien.
Een volwassen mannetje is groter en breder dan een vrouw.
Een volwassen vrouwtje is herkenbaar aan haar roze (soms gezwollen) achterwerk.
Jonge dieren zijn groter dan baby’s en kleiner dan volwassen dieren.
Baby’s zijn soms herkenbaar aan het witte pluimpje aan hun achterwerk.
Uit de natuur is bekend dat chimpansees in grote groepen leven. Binnen zo’n groep treden de volwassen mannetjes als groepje op om het territorium tegen indringers en vijanden te verdedigen. De mannetjes kunnen gevaarlijk zijn.
Ons DNA verraadt dat zo’n 4,6 tot 6,2 miljoen jaar geleden een aapachtige voorouder rondliep, waar zowel de mens als een chimpanseeachtige aap vanaf stamt. Uit die aap ontstonden zo’n 1 miljoen jaar geleden de bonobo (dwergchimpansee) en de chimpansee.
22
BURGERS ZOO - SAFARI
51.
Zitten de volwassen mannetjes bij elkaar of op een afstand van elkaar? A Ze zitten bij elkaar. B Ze zitten op minder dan 2 meter van elkaar. C Ze zitten op meer dan 2 meter van elkaar.
Prikkel en respons Bij veel apensoorten, waaronder ook chimpansees, raakt het achterwerk (schaamlippen en rondom de anus) van een vrouwtje in haar vruchtbare periode hevig opgezwollen en krijgt een roze kleur. Zie afbeelding. Ze is dan tot paring bereid. Zowel de volwassen mannetjes als de vrouwtjes gaan zich dan anders gedragen. Het mannetje dat het hoogst in rangorde staat, paart meestal met dat vrouwtje.
52.
Volwassen vrouwtje in vruchtbare periode
Is het gezwollen achterwerk voor het mannetje een prikkel of een respons? Is het chimpanseevrouwtje dan tot paring bereid of niet? A Het gezwollen achterwerk is een prikkel, het vrouwtje is tot paring bereid. B Het gezwollen achterwerk is een reactie, het vrouwtje is niet tot paring bereid. C Het gezwollen achterwerk is een prikkel, het vrouwtje is niet tot paring bereid. D Het gezwollen achterwerk is een reactie, het vrouwtje is tot paring bereid.
53.
Het hevig opgezwollen achterwerk van het chimpansee vrouwtje zorgt voor een extra sterke prikkel. Hoe wordt zo’n prikkel genoemd? __________________________________________________________________ Een chimpansee heeft lange armen die samen tot 2,7 m kunnen worden uitgespreid. Ze zijn meestal rechtshandig. De schouders en armen van een chimpansee zijn zeer gespierd, veel sterker dan die van de mens. Met zijn krachtige armen kan hij in een boom van tak naar tak slingeren.
23
BURGERS ZOO—SAFARI
Voor de volgende opdrachten heb je een horloge met secondewijzer of stopwatch nodig! 54.
In het schema staat een voorbeeld van sociaal gedrag tussen chimpansees met een beschrijving en een afkorting.
Gedrag
Omschrijving
Afkorting
Dragen jong aan
Volwassen dier draagt jong dier buik-aan-buik, tijdens rustfase of tijdens voortbeweging.
DJB
Hoe heet zo’n schema bij gedragsonderzoek? ____________________________________________
55.
Bestudeer het gedrag van de chimpansees. Schrijf op dezelfde manier nog twee andere sociale gedragingen die je ziet in het schema op.
Gedrag
Omschrijving
Afkorting
Dragen jong aan buik
Volwassen dier draagt jong dier buik-aan-buik, tijdens rustfase of tijdens voortbeweging.
DJB
Ander gedrag
Ander gedrag dan hierboven beschreven
AG
Frans de Waal is een wereldberoemd gedragsonderzoeker van mensapen. Van 1975 tot 1981 deed hij onderzoek aan de chimpanseekolonie van Burgers Zoo in Arnhem. Hij heeft hier voor het eerst waargenomen dat chimpansees na een conflict met elkaar verzoenen.
24
BURGERS ZOO - SAFARI
De chimpansees in Burgers Zoo worden al meer dan 35 jaar bestudeerd.
56.
Kies 1 volwassen chimpanseevrouwtje uit en volg haar gedurende 5 minuten. Kijk elke 20 seconden wat de chimpansee doet. Turf na elke 20 seconden jouw bevinding in het schema op het antwoordblad. Doe hetzelfde met een volwassen chimpansee mannetje en een jong.
Volwassen vrouwtje: Afk.
0 min
1 min
2 min
3 min
4 min
Tot.
0 min
1 min
2 min
3 min
4 min
Tot.
0 min
1 min
2 min
3 min
4 min
Tot.
DJB
AG
Volwassen mannetje: Afk. DJB
AG
Jong: Afk. DJB
AG
57.
Hoe noemen gedragswetenschappers een ingevulde turflijst met gedragingen? ___________________________________
58.
Trek twee conclusie uit de gevonden resultaten van het gedragsonderzoek. 1. __________________________________________________________________ __________________________________________________________________ 2. __________________________________________________________________ __________________________________________________________________ 25
BURGERS ZOO—SAFARI
Eigen onderzoek Voer met je groep een gedragsonderzoek uit naar een bepaalde diersoort. Je mag het onderzoek eventueel ook alleen doen. Het onderzoek moet een vergelijking bevatten bv jong en oud, mannetjes en vrouwtjes, ’s-morgens en ’s-middags.
Naam dier:
______________________________________________
Voornamen andere groepsleden
_____________________________________________
Onderzoeksvraag:
_____________________________________________ _____________________________________________
Handeling
Afkorting
Uitleg
26
BURGERS ZOO - SAFARI
Tijd
1
2
3
4
5
Tijd
1
2
3
4
5
Tijd
1
2
3
4
5
Verwerk op school de resultaten van het gedragsonderzoek in een staafdiagram en trek hieruit een conclusie.
Conclusie: ___________________________________________________________________ ___________________________________________________________________
27
BURGERS ZOO—SAFARI
28
BURGERS ZOO - SAFARI
29
BURGERS ZOO—SAFARI
30