Voorpublicatie de laatste oorlog

Page 1


De laatste oorlog

Heerma van Voss-De laatste oorlog(01)-REV2.indd 1

19-11-2015 17:05


7.

‘Wat is volgens jou het verschil tussen een gevangene en een onderduiker?’ Het was een tijdje stil geweest, uitgezonderd de nauwelijks hoorbare manier waarop Judith haar artisjokblaadjes door de mayonaisemosterddressing sleepte. Haar aarzelingen leken te zijn ingeklonken tot deze ene vraag. Toen Kaplan zijn mond opendeed om iets te zeggen, ging zij verder. ‘Ik weet wat je wil zeggen. Dat het verschil vrije wil is. Maar als je deze jongen nu vraagt of hij zou willen blijven of liever teruggaat naar zijn ouders, dan kiest hij zonder twijfel het laatste.’ ‘Het verschil tussen gevangene en onderduiker is: eigen bestwil.’ antwoordde Kaplan. ‘Een gevangene zit vast voor de bestwil van de maatschappij, de onderduiker wordt weggestopt voor zijn eigen bestwil. En over zijn ouders... Misschien zitten die nog steeds gevangen. Die schoollokalen leken mij niet bepaald ingedeeld op familiegeluk. Misschien zat hij daar wel alleen. Misschien zijn de ouders dood, dat kan ook nog.’ ‘Schatje, het is alsof ik Poetin hoor. Het punt is: wie

286

Heerma van Voss-De laatste oorlog(01)-REV2.indd 286

19-11-2015 17:05


bepaalt wiens bestwil het belangrijkst is, dat van de maatschappij of van het individu?’ ‘In de oorlog waren er tal van kinderen, broers en zussen, die weigerden in te zien hoe catastrofaal hun situatie was, die weigerden te geloven dat alle familie allang was vergast. En laten we Poetin erbuiten houden.’ Ze knikte richting de jongen. ‘Zijn ouders zijn niet vergast.’ ‘Nee, maar ze zullen wel worden uitgezet. Of, als dat wettelijk onmogelijk blijkt, zal hun het leven zo zuur worden gemaakt dat ze uit eigen beweging weggaan. Roma vechten hun hele leven voor een kans, dat weet jij ook. Hier is nu die kans. Voor hem. Hij kan een leven voor zichzelf opbouwen. Wij kunnen hem daarbij helpen. Geef toe dat hij het bij ons beter zal hebben dan in andere landen, bij andere mensen.’ ‘Wat houdt beter in?’ ‘Geen vervuild water hoeven drinken, leren lezen en schrijven. Een normale baan krijgen. Artisjokken eten. Hij wendde zich tot Abraham. ‘Eet je je artisjok wel op? Dat is een delicatesse, hoor.’ Hij keek haar aan. ‘Weet jij toevallig wat delicatesse is in het Roemeens?’ ‘Nee, toevallig niet.’ Het viel stil. ‘Een baan?’ vroeg ze. ‘Is dat echt het plan? Je kunt zijn leven toch niet uitstippelen?’ De jongen wees naar de televisie, keek Judith vragend aan, ze zei: ‘Is goed, ga maar. Waar wacht je op, go.’ Ze dempte haar stem iets: ‘Weet je trouwens wat er is gebeurd met zijn vinger?’ Kaplan zei op afwezige toon dat hij geen idee had, peinzend staarde hij de jongen na. Hoe was het toch mogelijk dat Abraham de inbeslagneming van de PlayStation zo

287

Heerma van Voss-De laatste oorlog(01)-REV2.indd 287

19-11-2015 17:05


goed had doorstaan? Het was alsof Judith al diens aandacht had opgeëist, zij had gekregen waar Kaplan om had gevraagd: liefde. Dat gevoel, alsof er diep in hem een mes werd geslepen, en zijn lichaam de vonken opving: het was jaloezie. ‘Ik heb gedaan waar we het eerder over hebben gehad,’ zei hij, meer tegen zichzelf dan tegen haar. ‘Ik heb het in praktijk gebracht.’ ‘Dit was niet wat ik toen in gedachten had.’ ‘Ik zal eerlijk zijn: ik ook niet. Maar zo is het nu eenmaal gegaan. Probeer het te zien als iets moois. Naastenliefde, zorg voor anderen. De rabbijn zegt toch –’ ‘De rabbijn, waar komt die ineens vandaan? Ik denk niet dat hij zou staan te juichen als hij wist wat je hebt gedaan.’ ‘Zodra ze binnen onze landsgrenzen wonen, zijn het onze mensen,’ zei Kaplan. Judith keek weer naar haar eten, mompelde iets. ‘Praat je nu met je artisjok?’ informeerde hij. ‘Nee, ik praat niet met mijn artisjok.’ De tv sprong aan: herhalingen van herhalingen van M*A*S*H. ‘Ik denk na over wat je zei,’ ging ze verder. ‘Het doet me denken aan een artikel dat ik laatst las in het NIW.’ ‘Wat?’ ‘Het NIW. Het Nieuw Israëlietisch Weekblad.’ ‘Natuurlijk, het NIW.’ In de tijd van Eva las hij het af en toe. ‘Ik dacht dat je de Anyway zei. Die vrijblijvende glossy, of zoiets.’ Ze glimlachte. ‘Het was een artikel over oorlogsschuldgevoel bij mensen die de oorlog niet hebben meegemaakt.’ ‘Wat de een schuldgevoel noemt,’ antwoordde hij, ‘is voor de ander gewoon gevoel.’ Ze was aangekomen bij het hart, sneed het aan stukken en at het op.

288

Heerma van Voss-De laatste oorlog(01)-REV2.indd 288

19-11-2015 17:05


In de verste hoek van de slaapkamer lag nu het luchtbed van de jongen. Judith stopte hem in, het was alsof ze zich jarenlang in stilte op deze rol had voorbereid, erop vertrouwend dat het moment dat om de perfecte uitvoering vroeg ooit zou aanbreken. Ook al begreep Abraham vermoedelijk weinig van wat hem werd verteld, zijn ogen zakten langzaam weg in een gloedvolle slaap. Judith en Kaplan keerden terug naar de aangebroken fles wijn die op tafel stond. Ze schonken elkaar bij, af en toe verlichtte een vuurpijl het appartement. Een nieuwe fles werd aangebroken, een merlot die wegdronk als water. Aangeschoten, op zijn schoot zittend, zei ze: ‘Ik heb iets ontdekt. Jij hebt twee soorten blikken, Abel. De een is liefdevol en warm. Dan hebben je wangen iets ronds en roods.’ Met haar vingers probeerde ze zijn gezicht te plooien naar haar beschrijvingen. ‘De andere blik is strak en zonder genade. Dan is je mond recht, zijn je gezichtsspieren gespannen, je kaken op elkaar geklemd. Het is echt het een of het ander. Het is zo fijn als je me met die eerste blik aankijkt, dan voel ik me zo goed. Die tweede blik is minder fijn, maar dan nog. Als je maar naar me kijkt. Dat heb ik de afgelopen weken wel geleerd.’ ‘Sorry dat ik afstand hield.’ Hij hield haar hand vast terwijl ze opstonden en naar de slaapkamer liepen, verlicht en verzwaard door de drank. Ze begonnen te zoenen, haar borsten pasten perfect in zijn handen, haar tepels werden bij de eerste aanraking puntig. In een dronken flard echode een eerder op de avond gestelde vraag: welke hoop Kaplan toch in de jongen stelde. Een antwoord hierop had hij niet, maar hij wist dat hij de vraag niet mocht vergeten, onthouden, onthouden:

289

Heerma van Voss-De laatste oorlog(01)-REV2.indd 289

19-11-2015 17:05


hoop. Ze trok zijn overhemd uit en liet haar hand over zijn bovenlichaam gaan, overal kippenvel. Hij proefde de wijn in haar mond, maar het stoorde hem niet, ze lachten en waren weer ernstig, ze laadden zich op en leefden zich uit. Net voordat zij op hem ging zitten en zijn pik naar binnen liet glijden, fluisterde ze: ‘Niet te hard. Denk aan de jongen.’ Ze had een zachte, verre blik in haar ogen gekregen, als een vrouw die weet dat haar geluk tijdelijk is. Houterig kwam hij omhoog, zijn hoofd zwaar en pijnlijk. Hij tastte rond, het was elf uur ’s ochtends en Judith lag niet naast hem. Er kwamen geluiden uit de woonkamer, hij liet zijn hoofd weer op het kussen zakken, hij had de jongen nog nooit horen lachen. Hij twijfelde of hij het gedrag van Judith en Abraham, luidruchtig en in vol daglicht, moest corrigeren. Misschien was het slimmer Kuiper te melden dat hij familie op bezoek had, het was tenslotte oudejaarsdag. Hij trok een overhemd aan en liep de keuken in, waar Judith en Abraham bezig waren met beslag en een kom, de jongen ging er met een ronkende mixer doorheen. ‘Hier,’ zei Judith, en ze schoof hem een glas sinaasappelsap toe. ‘Ik heb wat boodschappen gedaan. We maken oliebollen.’ ‘Wat fijn dat je blijft,’ bracht hij uit. Ze haalde haar schouders op. ‘Wat moet ik anders? Goede bedoelingen of niet, je hebt me medeplichtig gemaakt aan een strafbaar feit. Maar ik zie ook niet zo snel hoe we hem een betere, veiligere omgeving kunnen bieden dan deze. Ik ben hier nodig. Abraham moet genoeg te eten hebben. In januari zien we verder.’

290

Heerma van Voss-De laatste oorlog(01)-REV2.indd 290

19-11-2015 17:05


Hij veegde een likje beslag van haar wang, de jongen keek verstoord op. ‘Ik blijf, op voorwaarde dat dit niet om jou gaat,’ ging ze verder, ‘maar om Abraham. Hij moet er beter van worden.’ ‘Dat is ook het enige wat ik wil, geloof me. Zal ik straks wat vuurwerk halen?’ ‘Geen knallen,’ zei Judith. ‘Trouwens, eigenlijk heb ik als regel dat Abraham pas ’s avonds de woonkamer in mag. Voor de veiligheid.’ ‘Abel, dat gaan we natuurlijk niet doen. Zo’n kind wordt gek als hij in de slaapkamer moet blijven.’ Zijn regels waren niets meer waard. Gisternacht had ze hem een vraag gesteld, maar hij was hem vergeten. Vier vuurpijlen, twee gillende keukenmeiden en vijf tollen. In de deuropening roffelde Kaplan met zijn vingers op de omhooggehouden plastic tas, maar Judith en Abraham waren met hun aandacht bij de oliebollen, ze hadden drie varianten gemaakt, allemaal met een andere baktijd. Over een van de bollen had de jongen een laag poedersuiker gestrooid, waarin hij met zijn vinger een lachend gezichtje trok. Als geen ander kende Kaplan het gevoel buitengesloten te worden, maar dit ging dieper. Hij had hen bij elkaar gebracht, maar geen moment waren zij dankbaar geweest. Judith bood Kaplan een oliebol van de middelste variant aan. Abraham keek bars toe hoe haar gezicht opklaarde toen Kaplan zei dat de bol lekker was, waarmee hij bedoelde dat deze maar een fractie minder lekker was dan een gekochte bij een kraam. Zonder iets te zeggen liep Abraham naar de slaapkamer, terwijl Judith de bollen in een schaal legde en het stilleven met haar telefooncamera vastleg-

291

Heerma van Voss-De laatste oorlog(01)-REV2.indd 291

19-11-2015 17:05


de. Kaplan vroeg: ‘Wat doe je, je bent toch geen Aziaat?’ Toen ze naar de keuken liep om bieten en wortels schoon te maken, volgde hij haar en vroeg: ‘Let je wel goed op Abraham? Misschien doet hij weer iets raars.’ ‘Hij vermaakt zich, dat is alles. Geen wantrouwen, geen angst, weet je nog?’ Hij knikte. ‘Verder heb ik wat rondgebeld. Er zijn geruchten over de zigeunergevangenis, maar niets concreets. Schijnbaar heeft een journaliste een tijdje geleden geprobeerd de boel bloot te leggen, maar toen het in druk verscheen was het al te laat: school ontruimd, bewijzen verdwenen.’ ‘Ik weet het,’ mompelde hij. ‘Kijk eens niet zo schuw,’ zei ze. Hij glimlachte. ‘Verder heb ik gevraagd of er een mogelijkheid is hem onder te brengen bij andere groepen asielzoekers. Maar ik betwijfel of hij daarbij gebaat is.’ ‘Dat weet ik ook niet,’ gaf hij toe. ‘En naar de instanties kunnen we dus niet gaan. Aan de andere kant zouden ze hem ook niet zomaar het land uit kunnen zetten. Er is zoiets als een laissez-passer, een soort wildcard die Nederlandse ambtenaren kunnen aanvragen, waarmee de lastige gevallen te allen tijde de grens over kunnen worden gezet. Maar goed, vanaf morgen zijn er officieel gezien geen beperkingen voor een EU-land als Roemenië. Dan zal zelfs een laissez-passer weinig uithalen.’ Ze wierp de schillen in de prullenbak en pakte een ovenschaal. ‘En, dus?’ vroeg hij. ‘Ja, en dus niks. We zullen even moeten afwachten. Ik kon mijn contacten ook niet duidelijk maken met welke nood ik ze dit allemaal vroeg, begrijp je? Onder de radar is onder de radar.’

292

Heerma van Voss-De laatste oorlog(01)-REV2.indd 292

19-11-2015 17:05



Wil je graag verder lezen? Bestel ‘De laatste oorlog’ via één van onderstaande retailpartners.

bestel hier via bol.com

bestel hier via Standaard Boekhandel

bestel hier via Cosmox

bestel hier via Proxis


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.