Xi 19.3

Page 1

februari / maart 2011 JAARGANG 19

film | televisie | nieuwe media

Steve Buscemi Van bijrol naar glansrol En verder... Bits of Freedom IFFR 2011 Russia Today

In samenwerking met

OFF-SCREEN S t ud ieve re n i g i n g Med ia en Cu l tu u r

XI JAARGANG 19 / NR 3

1


Advertentie

2

XI JAARGANG 19 / NR 3

WWW.FILMFREAKS.NL


Inhoudsopgave Jaargang 19, nummer 3

Op de cover 8 Bits of Freedom Stem van de internetgeneratie

En verder KORTOM 6 7

Online je eigen fotokwartet ontwikkelen? Shameless: schaamteloos Brits, beschamend Amerikaans?

ARTIKELEN

14 IFFR 2011 Interviews met David Verbeek en de makers van Wasted Youth

10 Omroepprofilering: van drie keer de Volkskrant naar drie keer niks 12 Interview: Stuntman Dickey Beer 22 Patricia Pisters over de macht van Hollywood 24 Geschiedenis: films over de Rwandese genocide 28 Toekomst: 2011 wordt het jaar van de Tablets 30 De iPad als gameboy?

RUBRIEKEN

18 Russia Today 24 uur per dag op de Amerikaanse tv

5 Column: Yannick van der Kroft 21 Docentencolumn: Reinder Rustema 40 Smaakmaker: Masha 41 Column: Jordi Wijnalda 42 Waarheen/Waartoe

RECENSIES

32 Fenomeen Steve Buscemi

34 35 36 37 38 39

Film: The Fighter Film: Drei Televisie: Komen Eten Televisie: Levenslied Game: Dead Space 2 Game: Mario Sport Mix

XI JAARGANG 19 / NR 3

3


Redactioneel

Foto: Luc Schol

Redactioneel Door Timo Koren

Als dit niet de eerste Xi is die je ooit in handen hebt gehad, zal het je wellicht opvallen dat deze uitgave wat betreft vormgeving enorm verschilt van de andere nummers uit deze en de vorige jaargang. Die uiterlijke verandering heeft te maken met een aantal veranderingen binnen het blad zelf. Xi, voorheen een onafhankelijke stichting, is nu een dochter geworden van de studievereniging van Media & Cultuur, Off-Screen. De – mijns inziens – verbeterde vormgeving staat daar symbool voor. Maar ook inhoudelijk is er getracht het blad een iets aantrekkelijker karakter te geven, dat bovendien een duidelijkere band heeft met de studie, zonder in te boeten aan kwaliteit. De docentencolumn is daar een voorbeeld van. Ditmaal is deze verzorgd door ReindeR Rustema, over het zwalkende privacybeleid van Facebook, over een (vrij onbekend) alternatief: DIASPORA*. Maar ook een vaste bijdrage van de voorzitter van Off-Screen en de rubriek ‘Smaakmaker’, waarin een student vertelt over haar mediavoorkeuren, behoren daartoe. Verder denk ik dat de toon van het blad hetzelfde is gebleven. Aan de ene kant wordt er kritisch gekeken naar

grote media-instituten als Hollywood en de publieke omroep, aan de andere kant wordt er aandacht besteed aan onbekendere fenomenen: bijvoorbeeld door middel van de interviews met regisseur David Verbeek (RU There) en stuntman Dickey Beer (Tomorrow Never Dies). Een balans tussen arthouse en blockbuster, zogezegd. Maar veranderingen zitten ook in kleine dingen. Sinds begin dit jaar heeft Xi een eigen facebookpagina. Om onduidelijke redenen was die er nog niet. Dat is vreemd voor een studieblad dat zich richt op nieuwe media, en dat bovendien met een eigen website begon in 1995. Daarnaast is sinds begin dit jaar het twitteraccount actief in gebruik. Bij deze dus een uitnodiging om als je één van deze pagina’s bezoekt, de ‘like’- danwel ‘follow’-knop aan te klikken. Mocht Xi binnenkort echt groot worden, dan wagen we ons aan andere nieuwemediatrends, een eigen app en een iPadversie bijvoorbeeld. Want tablets gaan het maken dit jaar, zo valt te lezen op pagina 28. Dit is de op een na laatste Xi van dit collegejaar. In mei verschijnt de laatste editie, een zomernummer.

Colofon HOOFDREDACTEUR Timo Koren

ZAKELIJK LEIDING Annegien Kok

DRUK Grafiplan

ADJUNCT-HOOFDREDACTEUR Bart Delwig

SCHRIJVERS Janne Heling Stephen van den Hoek Yannick van der Kroft Freek Ronner Reinder Rustema Peter Augustinus Smet Teije Terhorst Frank van Wijhe Jordi Wijnalda Judith Willems

REDACTIEADRES Turfdraagsterpad 9 1012 XT Amsterdam

EINDREDACTEUR Julius Koetsier NIEUWEMEDIAREDACTIE Bas Bastiaans TELEVISIEREDACTIE Jeroen Slot BEELDREDACTIE/VORMGEVING Kaz Alting (www.grasveld.net) Bas Wijers (www.baswijers.com)

4

XI JAARGANG 19 / NR 3

ADVERTEREN/SPONSORING annegien@xi-online.nl VRAGEN/OPMERKINGEN info@xi-online.nl WEBSITE www.xi-online.nl www.twitter.com/xionline

Xi is een onafhankelijke uitgave van Stichting Ik Zie Een Ster en Studievereniging Off-Screen, en wordt gemaakt door studenten Media en Cultuur aan de Universiteit van Amsterdam. Xi verschijnt tenminste vier maal per academisch jaar in een oplage van 500 en wordt gratis verspreid. De leerstoel is niet verantwoordelijk voor de inhoud van Xi. ISSN: 1383-8431


Column

De fusie van Off-Screen en Xi Door Yannick van der Kroft, voorzitter Off-Screen

Xi heeft dit jaar de respectabele leeftijd van 18 jaar bereikt. In Nederland betekent dit dat je eindelijk mag stemmen, autorijden en (legaal) sterke drank mag drinken, oftewel: je bent volwassen geworden. Ook Xi ervaart een dergelijke volwassenwording. Al jaren gaat ze als een onafhankelijke stichting door het leven, maar vorig jaar kruiste iets nieuws haar pad: Off-Screen, de 14 jaar oude studievereniging van Media & Cultuur. Beiden genieten van vergezochte filmanalyses, de nieuwste gadgets en innovaties in de nieuwe media en het urenlang kijken naar suffe televisieprogramma’s en reclameblokken. Hoe romantisch en ‘meant to be’ dit ook klinkt, er was absoluut geen sprake van liefde op het eerste gezicht. Vergeet scenario’s als The Notebook, Serendipity of West Side Story. Al jaren kruisen Off-Screen en Xi elkaars pad tijdens introductieweken en op de gangen van Turfdraagsterpad, maar nooit was de vonk overgeslagen. Wat gebeurde er in 2010 waardoor OffScreen en Xi elkaar plotseling opvielen en ze besloten niet meer zonder elkaar door het leven te gaan? Ik kan nu een verhaal vertellen over de feiten en cijfers, maar we kunnen het ook een beetje verdraaien en spannender

maken. De film Big Fish (2003) was niet voor niets zo’n groot succes: “Not very exciting, is it? And I suppose if I had to choose between the true version and an elaborate one involving a fish and a wedding ring, I might choose the fancy version. But that’s just me.” Laten we eerlijk zijn, we houden allemaal van sterke verhalen. De waarheid kun je makkelijk navertellen, maar de kunst zit hem juist in de fantasie van een bedacht verhaal. In hoeverre weet je mensen te boeien met een door jou bedacht verhaal en in hoeverre kun je ze wijsmaken dat het echt gebeurd is? Dit zien we telkens terugkomen in één van onze grootste hobby’s: film. Hoe mooi zou het zijn als de fusie van Off-Screen met Xi gebaseerd is op zo’n verhaal? Jammer dat ik geen mastermind ben die à la Big Fish verhalen kan bedenken. Gelukkig hebben wij daarvoor Xi en Off-Screen. Xi schrijft verhalen en Off-Screen maakt ze mogelijk. Een perfecte combinatie, oftewel: een perfecte fusie.

Door Julius Koetsier & Masha Pikulina

XI JAARGANG 19 / NR 3

5


Kortom

Fotoalbum 2.0 Door Stephen van den Hoek

D

e tijd van foto’s inplakken is voorbij. Foto­ albums en collages worden tegenwoordig zelf online ontworpen en vallen een paar dagen later netjes door de brievenbus. Dat er meer kan dan alleen fotoalbums en collages blijkt bij een kijkje in de online fotoservice van de Albert Heijn. Van knuffelbeertjes met een bedrukt T-shirt tot aan muismatten met je eigen vakantiefoto. Ernst van der Weijden bedacht samen met zijn vriendin het fotokwartet op kwartetcadeau.nl Door middel van een online programma kun je hier je eigen kwartet ontwerpen. Uitgangspunt was dat het, net als foto’s in een boek plakken, simpel moet zijn. “Het idee ontstond toen ik aan een cadeau voor mijn ouders zat te denken. Ze waren 40 jaar getrouwd en we wilden een origineel cadeau. Het leek mij en mijn vriendin heel leuk om een kwartet geven met allemaal foto’s van vroeger en van nu. Toen de reacties zo enthousiast waren zeiden we grappend dat daar best een leuk idee voor een webwinkel in zat. We zijn begonnen met het ontwikkelen van het concept, het programma en natuurlijk de website.” Volgens Van der Weijden was dit één van de lastige dingen. “De meeste mensen zijn geen expert en hebben

6

XI JAARGANG 19 / NR 3

geen zin eerst te moeten leren voordat ze iets kunnen gebruiken. Een programma zoals Photoshop is voor veel mensen te uitgebreid. Als bedrijven de stap van het ontwerpen zo klein en simpel mogelijk maken wordt het voor de consument aantrekkelijk om zelfontworpen producten te bestellen.” Op de website is alleen het kwartet te bestellen. “We wilden mensen de juiste hoeveelheid vrijheid geven. We vroegen ons af wat we zelf graag zouden willen ontwerpen en terug wilden zien. Wat belangrijk voor ons was, is het maken van een kwartet een leuke bezigheid moest zijn voor de gebruiker. Dat de techniek niet in de weg moest zitten van het plezier. Geen onnodige opties en knoppen. De website moet ook simpel zijn. De layout moet logisch zijn met knoppen op de goede plek. De kleuren, de volgorde, lettertype, alles moet duidelijk zijn en niet tot een nieuwe vraag of onduidelijkheid leiden.” Ideeën voor andere producten worden snel gemaakt. De techniek en de machines kunnen prijstechnisch op zo wat alles drukken. De groei zit hem in het aantal bedrijven die hier concepten omheen bouwen en deze mogelijkheden op een aantrekkelijke manier weten te presenteren. De stroom aan producten die kunnen worden voorzien van eigen foto’s is dus nog lang niet afgelopen. Blijf die vakantiekiekjes maar maken en bewaar ze vast voor eigen versie van Risk of Cluedo. 


Kortom

Schaamteloos Brits, beschamend Amerikaans? Door Annegien Kok kijker kun je de karakters niet anders dan waarderen om hoe ze zijn. Als je hierbij een beetje gek bent op Britse humor en een mooi Manchesters accent kunt waarderen, is Shameless een geweldige serie.

S

inds 2004 verschijnt de Engelse dramaserie Shameless op televisie. Een succes­volle inter­ pretatie van de Britse working-class, waarin platte accenten, ar­moede, crimi­naliteit, tiener­zwanger­ schappen, alcoholisme, excessief drugsgebruik, gebrek aan ouderliefde, prostitutie, drugshandel en eigenlijk alles wat God maar verboden heeft op een geheel eigen manier geromantiseerd wordt. Geromantiseerd omdat het wordt geplaatst in de context van een wijk waar iedereen dergelijk gedrag vertoont, en zo op een onorthodoxe manier gelukkig met elkaar samen lijkt te leven. De serie volgt de trotse werkeloze alcoholist Frank en zijn zeven kinderen, in hun wel en wee in een van de slechtste wijken in het Britse Manchester. Hij drinkt de hele dag door en verwaarloost zijn kinderen, die op hun beurt weer alles doen wat eigenlijk niet kan. Niemand wordt echt gestraft voor criminele activiteiten, waardoor je de karakters niet ziet als slecht, maar als product van hun omgeving. De personages zijn sympathiek, grappig en zelfs stoer in hun avontuurlijkheid. Het leukste aan Shameless is, zoals de titel voorspelt, de schaamteloosheid. De karakters zijn rauw, vloeken veel en laten zien hoe ‘slecht’ Engeland kan zijn. De serie geeft een ongecensureerd kijkje in de cultuur. Als

Van Shameless is een Amerikaanse remake gemaakt, die sinds twee maanden wordt uitgezonden. Nu kun je vele artikelen vullen, gesprekken en discussies voeren over hoe transities van succesvolle Britse series naar de andere kant van de grote plas het normaal doen, maar Shameless is hierin een geval apart. Waar in eerste instantie vaak een probleem ontstaat, is veramerikanisering van de Britse humor. Wanneer een serie zo cultuurgebonden is, ligt dat nog gecompliceerder dan normaal. Naast het duidelijke, voor de hand liggende gemis van het fantastische accent en de mooie omgeving (lees: slechte buurt), zijn de culturen simpelweg onvergelijkbaar. Waar er in Engeland al snel gespot wordt met armoe en achterstand, heeft zoiets in Amerika sneller een verdrietige, deprimerende toon. Chatsworth Estate, waar de Britse Shameless zich afspeelt, behoort tot de slechtste buurten van het land en biedt zodoende een goede afspiegeling van de Britse onderklasse. Shameless kopieert echter het Britse soort achterbuurt, die helaas geen goede afspiegeling vormt van de armste wijken in Amerika. In de Verenigde Staten spreek je wat de armste wijken betreft namelijk eerder van ghetto’s, hoge moordcijfers en andere factoren die lastig in humor zijn te verpakken. Shameless laat zien dat in Engeland working-class makkelijk past bij chaos en ongeorganiseerdheid. Maar doordat de onderklasse in Amerika sneller geassocieerd wordt met machocultuur, is dit een struikelblok voor het vertalen van Shameless van Brits naar Amerikaans. Het past niet goed bij de cultuur, waardoor de humor minder goed overkomt. Zo laat het zien dat het overbrengen van Britse series, die zo sterk op delen van Engeland zijn gebaseerd, naar Amerika, niet iets is dat je schaamteloos kunt doen. 

XI JAARGANG 19 / NR 3

7


Nieuwe media

Bits of Freedom

Stem van de internetgeneratie ‘Het kabinet bevordert een vrij en open internet.’ Een zin uit het meest recente regeerakkoord. En de enige zin in het gehele akkoord die iets zegt over het internet. Dit onderdeel is te danken aan het succes van de organisatie Bits of Freedom (BoF). Door Frank van Wijhe

‘E

en beweging die opkomt voor internetvrijheid en privacy.’, aldus Daphne van der Kroft, jurist voor BoF. ‘Internet neemt een hoop privacy van de gebruiker af. We zijn de enige club die opkomt voor de grondrechten van privacy in het hedendaagse medialandschap. Wij zijn de stem van de internetgeneratie.’ Bits for Freedom werd opgericht in 2000, maar viel zes jaar later uit elkaar. Twee jaar geleden werd het opnieuw opgericht en met hernieuwde energie zette de organisatie zich in om zich in te zetten voor digitale burgerrechten. ‘We zijn een groep enthousiaste, hoogopgeleide mensen met een bepaalde binding met internet.’ Van der Kroft legt uit dat BoF voornamelijk werkt door lobbyen en kennis bij elkaar te brengen. ‘Dat is eigenlijk het eerste. Ten tweede zijn we voornamelijk campagne aan het voeren.’ Als voorbeeld haalt ze het manifest aan. Voor de verkiezingen schreef BoF een manifest, dat ze via internet verspreidde en naar politici stuurde. Deze

8

XI JAARGANG 19 / NR 3

campagne heeft internet ook op de kaart van de regering gekregen. Drie van de negen punten uit het manifest kwamen terug in het regeerakkoord, een overwinning voor Bits of Freedom. BoF bereikt zijn volgelingen ook via digitale netwerken. ‘Er werken 300 vrijwilligers voor de organisatie en daarnaast hebben we ruim 20.000 mensen die ons op de een of andere manier volgen. Bijvoorbeeld via Twitter.’ BoF herinnert zijn volgers aan relevante momenten, zoals een dag waarop amendementen kunnen worden gemaakt. Ook informeren ze Kamerleden van bestaande acties en sturen ze allerlei voorstellen en suggesties aan politici. ‘We initiëren acties, we geven de mensen een handreiking om zelf aan de slag te kunnen gaan. Dat is al bij meerdere van onze projecten goed gelukt.’ Een van de doelen van Bits of Freedom is mensen bewust te maken van gevaren die kunnen ontstaan als niet opgekomen wordt voor digitale burgerrechten.


Nieuwe media

Identiteitsfraude is een van de grootste problemen op het internet. ‘Iemand kan zich voordoen als jou en inloggen op je Facebook. Maar het kan ook serieuzere vormen aannemen, zoals diefstal van creditcardgegevens. Het besef van privacy is volledig veranderd. Met de komst van internet en bijvoorbeeld sociale netwerken is het

“De regering zegt dat ze voor open en vrij internet zijn. Wij gaan ze daar aan herinneren.” een terrein van discussie geworden. Maar opkomen voor privacy wil niet zeggen dat je een volledige kluizenaar hoeft te worden, die niets online mag zetten.’ Volgens Van der Kroft kan 2011 gezien worden als een schakeljaar. ‘Dit is een betekenisvol jaar voor de privacy. Als de Europees-Nederlandse wetgeving wordt aangenomen, staan we er namelijk een stuk slechter

voor.’ Van der Kroft omschrijft de plannen van BoF dit jaar dan ook als ambitieus. Er zijn enorm veel dingen die de organisatie wil bereiken. Zo willen ze netneutraliteit bewaren en de bewaarplicht afschaffen. ‘Al je internetgegevens worden een jaar lang opgeslagen op een server, maar daarmee zijn ze ook in handen van derden. We zien de bewaarplicht het liefst volledig afgeschaft.’ ‘De regering zegt in het regeerakkoord dat ze voor een open en vrij internet zijn. En daar gaan wij ze vaak genoeg aan herinneren. We willen de onderwerpen steeds beter en groter op de politieke agenda laten komen.’ Als het aan Van der Kroft ligt zullen we dit jaar veel gaan horen van BoF. Ambitie en plannen genoeg: Bits of Freedom is nog lang niet uitgestreden.  Dit artikel is geschreven naar aanleiding van het onderwijsdebat van studievereniging Off-Screen op 15 februari jl.

XI JAARGANG 19 / NR 3

9


Televisie

De bocht van Hagoort Hoe omroepjournalistiek het einde van het bestel betekent De publieke omroep was te links en bereikte niet elke Nederlander. Daarom kwamen er twee nieuwe omroepen en moesten de andere omroepen zich duidelijker gaan profileren. Maar is dit wel de oplossing voor het probleem? Door Jeroen Slot

A

l met al wordt hoe langer hoe duidelijker in wat voor bocht Henk Hagoort de Publieke Omroep wrong door te zeggen dat deze naar zijn mening bestond uit ‘drie keer de Volkskrant’. Actualiteitenrubrieken zoals EenVandaag, Netwerk en NOVA zouden teveel op elkaar lijken en te links zijn. Daar kwam bij dat de PVV-stemmers - die werden bestempeld met het stigma ‘maatschappelijk teleurgestelden’ - niet bereikt werden. De toevoeging van PowNed en WNL aan het bestel moest grotere diversiteit brengen en het bereik vergroten; een weinig vernieuwende oplossing. In de roep van Hagoort om de kijker weer te bereiken was het zaak dat ook de andere omroepen zich duidelijker gingen profileren. Het inruilen van actualiteitenrubriek NOVA voor de nieuwe rubriek Nieuwsuur hing hier nauw mee samen. Nieuwsuur moest een objectieve rubriek worden en daarin was geen plaats meer voor Clairy Polak, de sterinterviewster van NOVA. Ze zou een VARA-gezicht hebben. Wat dit ook moge betekenen, er was geen plek meer voor Polak. Haar collega Twan

10

XI JAARGANG 19 / NR 3

Huys kon echter wel meteen aan de slag, omdat hij in dienst was van de NPS. Al met al een rare situatie die tekenend is voor de staat van het huidige bestel: één waarin associaties en misverstanden het winnen van afgewogen argumenten. Een voorbeeld van een aan drogredenen te wijten misverstand is dat De Wereld Draait Door linkse journalistiek zou zijn. Dit werd onder meer opgemaakt uit het feit dat begin 2010, na de val van het vorige kabinet, vaker PvdA-politici te gast waren en er in de maanden daarna meer linkse dan rechtse politici te in het programma verschenen. Niet alleen werd de actualiteit over het hoofd gezien, waarmee de gastenkeuze onvermijdelijk samenhangt, ook praktische redenen werden vergeten. Immers, niet elke politicus kan of is bereid om ten alle tijden aan te schuiven. Daarnaast wordt er door DWDD als linkse journalistiek te bestempelen, vanuit gegaan dat een linkse politicus in dit programma op bijna propagandistische wijze zijn boodschap kan overbrengen. Iets waar in dit programma geen sprake van lijkt te zijn.


Televisie

Zowel rechtse als linkse politici kunnen rekenen op een kritische houding van Matthijs van Nieuwkerk. Bovendien hangt de boodschap die een politicus weet over te brengen voor een groot deel van de politicus zelf af, door de houding die hij aanneemt of de mate waarin hij mediageniek is. Maar bovenal is het de kijker die de betekenis opmaakt vanuit zijn eigen ervaring en perceptie. De hoge kijkcijfers van het programma geven aanleiding om te denken dat het publiek bestaat uit een breed pluimage, daarmee ontstaan vele verschillende interpretaties. Hierdoor is het al bijna onmogelijk om te spreken van linkse of rechtse journalistiek. De boodschap die de kijker opmaakt komt namelijk vaak buiten de intenties van de journalist tot stand. De duidelijke profilering van de omroepen zorgde ook voor de dagelijkse rubriek Uitgesproken. In deze actualiteitenrubriek wordt op werkdagen afwisselend het EO-, WNL- en VARA-gevoel met de kijkers gedeeld. De naam doet erger vermoeden. De rubriek Uitgesproken lijkt de ultieme vorm van profilering en wellicht zelfs legitimering van de omroepen te betekenen. Met deze rubriek is een reis terug naar de tijd van de verzuiling ingezet. Daarnaast lijkt voor het streven naar objectieve journalistiek geen plek meer te zijn. Het ziet er niet naar uit dat een meer verzuild of ‘geprofileerd’ bestel het antwoord is op de problemen zoals aan de dag gelegd door Hagoort. Niet alleen hebben de omroepen hun ideologische veren al lang afgeschud, ook de traditionele verzuilde achterban is

verbrokkeld. De kijker voelt zich minder aangesproken door een omroep dan door haar programma’s. Zo is in het geval van Boer Zoekt Vrouw het succes in eerste plaats te danken aan het programma zelf, niet aan de ideologie van de KRO. Het geeft dan ook blijk van weinig inzicht in de tijdsgeest en weinig vernieuwingsdrang aan de kant van Hagoort om met zo’n oplossing te komen. Het fundamentele probleem ligt namelijk in het bestel besloten, dat altijd een afspiegeling moet zijn van bevolkingsgroepen of maatschappelijke stromingen. Zo’n bestel weet nooit iedereen aan te spreken in een versplinterde samenleving als de onze. De reden dat het systeem het überhaupt zo lang heeft volgehouden, was omdat het zich juist zoveel mogelijk aan de tijd heeft aangepast. Dat actualiteitenrubrieken zich in de jaren ‘70 minder zijn gaan profileren, kwam omdat de kijkers zich minder in het klassieke profiel van omroepen herkenden. Naar de KRO kijken niet alleen katholieken en naar de VARA kijken niet alleen PvdA-stemmers. Het is dan ook nauwelijks geloofwaardig dat een directeur met zo weinig inzicht nog steeds voorzitter is van het raad van bestuur van de NPO. Zijn diagnose over de tekortkomingen van het bestel mag dan juist zijn, zijn medicijn blijkt vele mate erger dan de kwaal. Met de nieuwe actualiteitenrubrieken zijn de drogredenen en misverstanden over gekleurde journalistiek versterkt. Om met de woorden van Volkskrant-recensent JeanPierre Geelen te spreken: we zijn van drie keer de Volkskrant, naar drie keer niks gegaan. 

XI JAARGANG 19 / NR 3

11


Film

De Nederlandse stuntman Een interview met Dickey Beer Door Bart Delwig

D

ickey Beer is een Nederlander die meewerkte aan films als Hancock, Tomorrow Never Dies, Titanic, Indiana Jones and the Last Crusade en An American Werewolf in London, en hij was de enige uit ons kikkerlandje die deel uitmaakte van de Star Warscrew. Grote films, maar het is niet onwaarschijnlijk dat je nog nooit van hem hebt gehoord. Dickey Beer is namelijk een stuntman/coördinator. “Stuntmannen hebben een totaal verkeerd imago. Waaghalzen uit belachelijke programma’s als Jackass zetten een totaal verkeerd beeld neer. Voor een goede stuntman is zijn werk juist niet gevaarlijk.” Dickey Beers laatste klus is Death Race 2, geregisseerd door Roel Reiné. Het is hun derde samenwerking. Ook heeft Beer samengewerkt met Paul Verhoeven en Jan de Bont. “Het maakt op de set niet uit van welke afkomst je bent,” zegt Beer. “Ik ben vrienden met Roel, maar dat verandert niks aan het feit dat je in een team je best doet een zo goed mogelijke film te maken. Het is niet alsof we allemaal onderonsjes hebben waar niemand iets van snapt.” Dat Beer graag professioneel blijft merk je goed. Ondanks alle grote films waar hij aan mee heeft gewerkt, straalt de Oerhollandse nuchterheid van hem af. “Ik

12

XI JAARGANG 19 / NR 3

ben altijd mijn werk achterna gereisd. Vroeger werkte ik veel in Nederland, aan films zoals Amsterdamned, maar toen er minder werk te vinden was ben ik naar Engeland gegaan. Daar werden veel grote Amerikaanse films opgenomen in die tijd. Toen de koers van de dollar daalde ben ik naar Amerika zelf gegaan.” Hij beseft zeer goed dat hij een mooie baan heeft. “75% van de wereldbevolking gaat met tegenzin naar het werk. Ik heb het geluk dat ik kan doen wat ik leuk vind.” Maar Dickey Beer is niet alleen stuntman. “Ik heb ook gewerkt als second unit director bij onder andere Pistol Whipped. Dit bevalt mij ook erg goed, en brengt meer afwisseling in het werk. Ik zou graag ook nog een eigen film regisseren, maar ik wacht op het juiste moment en het juiste project.” Tot die tijd geniet hij van het coördineren en het uitvoeren van stunts. “Als stuntman moet je echt weten wat je doet. Je moet heel veel repeteren, zodat de stunt tijdens de uitvoering juist niet gevaarlijk is. Het is een moeilijk beroep, dat niet iedereen kan.” En toch zijn er veel acteurs die hun stunts zelf willen doen. “Ja, er zijn inderdaad veel acteurs die dat zeggen. Dan hoeft het nog niet per se waar te zijn,” vertelt Dickey. “Ieder jaar zijn er de Stunt Awards, een soort


Film

Academy Awards voor de stuntwereld. Er was eens een stuntdubbel van een bekende acteur die zijn prijs kwam ophalen voor zijn werk. Maar die acteur had tot dan beweerd zijn eigen stunts te doen. Hij heeft vervolgens de stuntdubbel ontslagen omdat hij de prijs had aangenomen.”

“Belachelijke programma’s als Jackass geven een verkeerd beeld van stuntmannen.”

Een blik op het cv van Dickey Beer geeft een grote verscheidenheid van films aan. Zo is hij van Death Race 2 naar Transformers 3: Dark of the Moon gegaan. “Kleinere films zijn vaak het moeilijkst. Death Race 2 werd wegens budgettechnische redenen in Zuid-Afrika gedraaid. Het was een logistieke nachtmerrie. Je hebt minder stuntmensen, en ook minder goede technieken. Het draait dan veel meer om je eigen inzicht en ervaringen.” “Transformers 3 heeft een budget van 200 miljoen dollar, Death Race 2 maar 6 miljoen dollar. Dat maakt het niet

te vergelijken. In Transformers 3 zit bijvoorbeeld een grote actiescène op de snelweg van Chicago. We hadden drie dagen de tijd, en draaiden met 75 stuntmannen. Het is een megaproject: als je een stunt fout doet staan er nog dertig andere auto’s voor je klaar. Bij een film als Death Race 2 moet alles in één keer goed gaan. Aan de andere kant: bij grote studioprojecten ben je geen mens maar een nummer. Dat maakt die kleinere films voor mij interessanter en spectaculairder om te maken, ondanks het eindresultaat. Het is soms best lastig om met limited resources een mooie actiescène te maken.” Dickey Beer heeft een schitterende carrière gehad, en terugkijkend is het onvoorstelbaar dat hij niet bekender is in Nederland. Toch zit Dickey daar niet mee. “Het gaat mij om het werk, niet om een naam. Als je voor succes gaat ben je niet goed bezig.” Toch heeft Dickey wel ergens spijt van. “Ik kreeg ooit de keuze tussen drie films om als stuntcoördinator te werken: Godzilla, Titanic en Tomorrow Never Dies. Ik ben voor de Bondfilm gegaan, en dat is een slechte keuze geweest. Ronald Emmeric heeft namelijk na Godzilla altijd met dezelfde stuntcoördinator gewerkt, maar de mensen achter James Bond hebben nooit meer contact met me opgenomen. Het moet schitterend zijn om als stuntman mee te werken aan een film van Emmeric.” 

XI JAARGANG 19 / NR 3

13


Film

IFFR 2011: Interviewserie De 40e editie van het International Filmfestival Rotterdam, het belangrijkste Nederlandse filmfestival, vond plaats van 26 januari tot 6 februari. Op onze website deden we uitgebreid verslag. In het blad blikken we terug op het festival, door middel van twee interviews met veelbelovende regisseurs. Door Timo Koren

14

XI JAARGANG 19 / NR 3


Film

Een broeierig en vermoeid Athene De Griekse film Wasted Youth, over een zorgeloze skater en een vermoeide politieagent, was een positieve verrassing. Xi sprak met regisseurs Jan Vogel en Argyris Papadimitriopoulos.

I

n het director’s statement van de film Wasted Youth, laten makers Jan Vogel (1973) en Argyris Papadimitropoulos (1976) weten dat dit het soort film is dat alleen nu gemaakt had kunnen worden. We volgen een nonchalante skateboarder en een vermoeide politieman tegen de achtergrond van een broeierig Athene, geteisterd door een hittegolf. Een maatschappij in crisis, noemt Papadimitropoulos het. Tijdens het afgelopen IFFR was het de openingsfilm voor genodigden en draaide het mee in de Tiger Awardscompetitie voor beginnende filmmakers.

“Athene is waar ik geboren ben, en daarom doet de situatie daar ook zo’n pijn.” ‘We wilden niet perse een statement maken over de Griekse maatschappij, maar de twee personages staan zeker symbool voor een bepaalde groep’, legt Jan Vogel uit. Het oudere personage, de politieagent Vasilis, representeert het hedendaagse Athene, hij is vermoeid en zit vast. ‘Aan de andere kant staat de jonge skateboarder Haris. Hij denk niet na over problemen, maar probeert vooral zichzelf te vermaken. Wat we zien is hoe beide personages in dezelfde omgeving met bepaalde zaken omgaan. De economische crisis is aanwezig op de achtergrond, maar speelt nooit een prominente rol.’

warm. Het is een bepaalde atmosfeer die je tot waanzin drijft.’ Wasted Youth is gebaseerd op waargebeurd incident. Het doel van de regisseurs was niet om het incident letterlijk te verfilmen, maar om zo realistisch mogelijk de omstandigheden te hercreëren waarin dit plaatsvond. Het is hierom ook dat de jonge, skateboardende acteurs allemaal amateurs zijn. ‘We wilden niks idealiseren, geen glamour,’ legt Jan Vogel uit, ‘het moest zo puur mogelijk.’ De jongeren spelen allemaal zichzelf, hoofdrolspeler Haris Markou heeft in de film bijvoorbeeld zijn eigen naam aangehouden. ‘Op een gegeven moment kwamen we in contact met de skateboardgemeenschap,’ vertelt Vogel. ‘Ze hebben een bepaalde houding die ons aanspreekt. Er blijkt een soort vrijheid uit.’ Hoewel beide regisseurs benadrukken dat het zeker geen skateboardfilm is, zijn de skatescènes prominent in de film. De fascinatie voor de subcultuur gaat ook verder dan alleen de houding. ‘Het is mooi, omdat het iets fysieks is, het laat actie zien. Je ziet iemand iets geweldigs doen.’

“We wilden niks idealiseren, geen glamour.” Wasted Youth

Soortgelijke situaties kunnen zich ook in andere Europese steden afspelen, maar de keuze voor Athene stond buiten kijf. ‘Dat is waar ik geboren ben en daarom doet het mij ook zo’n pijn,’ zegt Argyris Papadimitropoulos, ‘niet alleen de financiële situatie, maar ook de paniek die er heerst, het verliezen van morele waarden en het veranderende klimaat, bijvoorbeeld.’ Een hittegolf bleek het perfecte decor voor een film met dergelijke thematiek. ‘Athene is bizarre stad dan. Je hebt al dat beton, dus ook ’s nachts blijft het

XI JAARGANG 19 / NR 3

15


Film

Van tevoren hielden de regisseurs lange interviews met de jongeren, om hun belevingswereld zo goed en secuur mogelijk te vangen. ‘Sommige scènes komen rechtstreeks uit dingen die ze ons vertelden, andere zijn weer geïnspireerd door dingen die tijdens de repetities gebeurden,’ vertelt Jan Vogel. ‘Een mooi voorbeeld hiervan is de kamer van Haris. We hebben niet in zijn echte kamer geschoten, omdat de rest van het huis niet goed paste bij de film. Maar we hebben alle spullen uit zijn kamer in een vrachtwagen geladen en getransporteerd naar een ander huis.’ Ook in werkwijze vormt het een mooi contrast. Vasilis, de oudere politieman uit de film, wordt wel gespeeld door een professionele acteur, Ieronymos Kaletsanos. ‘In de film speelt hij iemand die op een dood punt in zijn leven is beland, zowel in zijn gezin als in zijn werk,’ vertelt Papadimitropoulos. Waar er bij de jongeren veel uit eigen ervaring afkomstig is, vertoont Kaletsanos geen enkele gelijkenis met zijn personage. ‘In het echt is erg energiek. Hij is single, heeft geen kinderen, speelt elke avond in het theater en gaat veel uit.’ ‘Zijn personage is vooral gebaseerd op de politieman uit het oorspronkelijke verhaal’, vult Vogel hem aan.

Behalve dat een groot deel van de cast geen acteerervaring had, hadden Vogel en Papadimitropoulos toen ze begonnen aan de repetities een script van slechts acht pagina’s. Bewuste keuzes, legt Vogel uit, het was de bedoeling dat er veel ruimte zou zijn voor improvisatie. ‘Tijdens de repetities lieten we sommige scènes wel spelen, maar nooit vaker dan vier of vijf keer. Dat was genoeg, op het moment dat je het juiste gevoel te pakken hebt, moet je het niet nog een keer doen. Dan gaat de spontaniteit verloren.’ Het past goed bij Wasted Youth, een film die nadrukkelijk een realistisch beeld wil geven van het broeierige Athene, middenin een economische crisis. Daarbinnen worden de twee kanten van de stad verteld vanuit twee verschillende perspectieven, de skateboarder en de agent, die elkaar op een gegeven moment ontmoeten. Een film die zowel twee personages, als een samenleving op een cruciaal punt wil beschrijven. Argyris Papadimitropoulos besluit: ‘We hadden niet veel tijd, we moesten beslissingen snel nemen. We hadden niet de luxe om meerdere takes te doen. Maar allemaal vanuit het gevoel: deze film moet gemaakt worden.’ 

“Traagheid is soms een noodzakelijk kwaad” Regisseur David Verbeek won met Club Zeus op het afgelopen IFFR een Return of the Tiger Award, voor filmmakers die met een eerdere film waren genomineerd voor Tiger Award. Zijn vorige film, RU There, werd in Cannes geselecteerd voor het programma Un Cértain Regard.

‘Ik was een keer in Japan en daar heb je buurten met dat soort clubs. Waar rijke vrouwen fortuinen uitgeven om in het gezelschap van mannen te verkeren. Ik werd echt getriggerd door het onderwerp toen ik van een goede vriend hoorde hoe vrouwen daar verslaafd aan raken. Ik vroeg me af, waarom is zoiets zo populair? Waarom gaan daar zulke enorme bedragen in om? Er is blijkbaar een schrijnende behoefte aan aandacht, om gehoord te worden. Het breidt zich ook uit naar andere economieën. Ik vond het ook in Sjanghai, en besloot dat als locatie voor de film te kiezen, omdat het een stad is waar ik meer mee heb.’

16

XI JAARGANG 19 / NR 3

Aan het woord is de Nederlandse regisseur David Verbeek (1980) over zijn nieuwste film Club Zeus, die het fenomeen hostboys kenschetst. Het is zijn derde film die zich in Azië afspeelt. Na Shanghai Trance (2008), op het IFFR genomineerd voor een Tiger Award, en RU There (2010), die in première ging tijdens het filmfestival van Cannes en daar draaide in prestigieuze competitie Un Cértain Regard. Tussen beide films door draaide hij Club Zeus, maar pas nadat RU There klaar was, vond hij tijd om de montage te voltooien. Een duidelijke link met Shanghai Trance is er ook: overgebleven beeldmateriaal voor die film werd voor Club Zeus gebruikt.


Film

Club Zeus

Maar ook inhoudelijk zitten er links tussen deze drie films. ‘Het contact dat de vrouwen met de hostboys krijgen, is eigenlijk ook het gemis ervan. Je leeft kennelijk in een vacuüm dat opgevuld moet worden. Dat vacuüm, daar gaan mijn films vaker over.’ In Club Zeus is het de club, in RU There de virtuele wereld van SecondLife en in Shanghai Trance de stad zelf. ‘Ik vind het interessant om te filmen hoe moeilijk het is voor mensen om elkaar te bereiken. Er zijn allerlei obstakels, je bevindt je soms in een situatie die net een role playing game is. Daarnaast zijn er steeds meer platforms waar mensen elkaar kunnen ontmoeten. Het is daarin niet altijd duidelijk wat iemands echte gevoelens zijn.’

“Ze creëren zoveel fictie, dat ze verstrikt raken in een spinnenweb van leugens.” Het is precies dat thema, dat in Club Zeus zo’n grote rol speelt. De jongens in de club worden betaald door de vrouwen, ze moeten hun eigen gevoelens uitschakelen. ‘Hostboys proberen elke klant het gevoel te geven dat ze er speciaal voor hen zijn. Ze creëren zoveel fictie, dat ze verstrikt raken in een spinnenweb van leugens. Dat maakt het interessant om te kijken wat er gebeurd als er wel gevoelens bij komen kijken.’ Dat is precies wat er in de film gebeurt met de oudere broer Sly, die verliefd wordt op een meisje die ook hostess is, en dat is ook waar hij zijn broertje Leonardo voor probeert te behoeden. Hoewel zijn onderwerpen grootstedelijk en modern zijn, benadert Verbeek ze met een bepaalde aandacht, zijn films zitten vol scènes met een aangename traagheid. ‘De tijd nemen om te zien hoe dingen in zijn werk gaan, genereert een zekere betrokkenheid. Soms is het ook een noodzakelijk kwaad, om dingen verderop

in de film erg goed te vinden.’ Het past bij zijn visie op filmmaken, waar hij ervaring boven entertainment stelt. ‘Ik wil het publiek zich laten verdiepen in een bepaald onderwerp, door middel van de ervaring die ik ze bied. En die is niet af, ik laat ruimte aan het publiek, ik wil dat ze er ook zelf over nadenken.’ Maar, erkent hij, ‘er moet ook een zekere mate van vermakelijkheid inzitten, anders kom je er niet doorheen.’

“De tijd nemen om te zien hoe dingen in zijn werk gaan, genereert een zekere betrokkenheid.” Club Zeus is inmiddels aan het buitenland verkocht en zal vanaf begin april in de Nederlandse bioscoopzalen gaan draaien. Toch is dat laatste niet per se dat publiek waar hij het van moet hebben. Ondanks het succes van de opname in de selectie van Cannes, bezochten ongeveer drieduizend bezoekers RU There. ‘Maar,’ verweert David Verbeek zich, ‘die film heeft wel bijna elke week op een ander, internationaal filmfestival gedraaid en is aan twintig landen verkocht. Als je nagaat hoeveel mensen hem in totaal hebben gezien, is dat dus veel meer.’ Helemaal niet slecht voor een Nederlandse arthouse-film, stelt hij eufemistisch. David Verbeeks volgende film gaat niet over Azië, maar zal zich afspelen in de woestijn van Amerika, in Parijs en op een rotsachtig eiland. Wederom een internationale film. Het script is al af en Verbeek vermoedt dat het zijn beste film tot nu toe zal worden. ‘Ik wil nog niet te veel prijs geven, ik denk namelijk dat het een gouden onderwerp is.’ Het is nog onbekend wanneer de film zal verschijnen. ‘Er is namelijk nog geen cent financiëring rond. Dat is sowieso een lastig hoofdstuk. Het actuele klimaat is niet vriendelijk voor mijn soort films, maar ik blijf ze toch maken.’  Club Zeus verschijnt 7 april in de Nederlandse bioscopen.

XI JAARGANG 19 / NR 3

17


Televisie

Russia Today 24-uurszender op de Amerikaanse tv Door Teije Terhorst

D

e Koude Oorlog mag dan wel twintig jaar achter de rug zijn, het is nog lang geen koek en ei tussen grootmacht Rusland en haar voormalige opponenten in de Verenigde Staten. In 2008 leek er nog een heuse wapenwedloop ophanden toen George W. Bush besloot een raketschild te bouwen in Tsjechië en van de andere zijde bleken de Russen zich vorig jaar in de VS te hebben laten gelden door een groep van tien Russen als spion in de Amerikaanse zakenwereld los te laten. Eén van hen, Anna Koesjtsjenko-Chapman, is na haar ontdekking in haar thuisland een ware heldin en tv-ster. Des te opvallender is de verschijning van de 24-uurszender Russia Today op de Amerikaanse tv. Eén groot propaganderend spionnennest? Of toch gewoon leuk amusement met een Russisch tintje?

Geen vrienden De titels van de reportages op het YouTube-kanaal van Russia Today, één dag na de aanslagen op het grootste vliegveld van Moskou, zijn tekenend: ‘Amerikaanse media manipuleren Moskou’, ‘De dubbele standaard van Amerikaanse media over terrorisme’, ‘Afghanen minder waard dan Amerikanen?’. Nee, de zender is niet op zoek naar vrienden. In 2009 lanceerde de website van RT zelfs het dossier ‘911 redenen waarom 9/11

18

XI JAARGANG 19 / NR 3

(waarschijnlijk) een inside job was’, een vierdelige serie artikelen die probeert aan te tonen dat het WTC op 11 september 2001 niet door Osama Bin Laden, maar door Bush zelf werd neergehaald. De hele oprakeling zint politiek Washington helemaal niet en daarom werd het Southern Poverty Law Center, een organisatie die haatzaaiers en extremisten opspoort, vorig jaar ingeschakeld om onderzoek naar de zender te doen. Conclusie? Russia Today is zelf niet extremistisch, maar stuurt aan tot patriottistische complottheorieën en schept het (onjuiste) beeld dat er in Amerika een brede maatschappelijke discussie gaande is over de waarheid van die complottheorieën.

Oprichting en ontwikkeling Russia Today zendt uit sinds december 2005. Voor alleen de oprichting van de zender werd door het Kremlin al 30 miljoen euro apart gezet; het eerste uitzendjaar kostte de Russische overheid daarna nog eens 60 miljoen. De zender had ten doel de wereld kennis te laten maken met het Russische wereldbeeld en werd vrijwel direct wereldwijd opgenomen in satellietpakketten. Dat Russische wereldbeeld is vooral de laatste jaren steeds kritischer geworden. Na het 9/11-dossier uit 2009 werd in datzelfde jaar in Londen een campagne gestart tegen het Amerikaanse nucleaire programma. Overal in


Televisie

de stad waren posters te vinden met beeltenissen van Osama Bin Laden en Barack Obama met daaronder de tekst: ‘Wie is de grootste nucleaire bedreiging?’ In 2010 ging Russia Today nog een stap verder door een paar uur per dag uit te gaan zenden vanuit een studio in Washington: RT America (zoals de Amerikaanse editie wordt genoemd) was geboren. Er is ook een Spaanse en een Arabische variant op de zender. Inmiddels heeft Russia Today op YouTube met ruim 150 miljoen kijkers één van de tien meest bekeken nieuwskanalen ter wereld en zijn er wereldwijd ongeveer 2000 mensen voor de zender werkzaam. Daarmee is Russia Today wat betreft personeel groter dan bijvoorbeeld Fox News, dat een schamele 1200 werknemers onder zijn hoede heeft.

Danny Schechter beaamt dat: ‘De media in de VS zijn zeer partijdig en gepolariseerd. Iemand die een perspectief biedt dat anders is, wordt niet geaccepteerd’. Maar een neutraal perspectief is dat niet, zo schrijft de Britse krant The Independent. De journalisten van Russia Today zouden zich bijvoorbeeld niet kritisch uit mogen laten over premier Poetin of president Medvedev. En sinds vorig jaar mogen journalisten in de Verenigde Staten de zender niet meer Russia Today noemen, maar moeten zij ‘RT America’ zeggen. Dat is omzichtig en beangstigend, aldus de wantrouwende The Independent, want RT probeert zijn band met het Kremlin daarmee naar de achtergrond te verdrijven.

Onruststokers Staatstelevisie Het Verenigd Koninkrijk heeft de BBC, Duitsland heeft Deutsche Welle en Qatar wordt vertegen­ woordigd door Al Jazeera. Wat maakt Russia Today nou zo anders, waarom wordt juist Russia Today door de Amerikanen gezien als ‘staatstelevisie’? Volgens RT America-hoofdredacteur Margarita Simonyan ligt de zender zo onder vuur omdat het kijkers verhalen biedt ‘die ze niet te zien krijgen op de zenders waar ze normaal naar kijken’. Doorgewinterd journalist en blogger

Een RT-journalist vroeg zich, net als ongetwijfeld een heleboel Amerikanen, zelf eens af of zijn werkgever zich niet uitsluitend in Amerika had gevestigd om onrust te zaaien: ‘Dat kan niet anders met zulke gasten en de hoeveelheid tijd die we spenderen aan bepaalde onderwerpen. Aan de andere kant heeft Denis Trunov (de baas van RT America, red.) vaak genoeg gezegd dat zijn enige doel is zoveel mogelijk hits op YouTube te krijgen. Hij heeft zelfs een keer voorgesteld om pornosterren te laten discussiëren over

XI JAARGANG 19 / NR 3

19


Televisie

Afghanistan, allemaal voor de hits.’ Volgens hoofdredacteur Simonyan is er helemaal niks aan de hand: ‘‘Wij hebben het niet vaker over 9/11 dan dat Amerikaanse media over de aanslagen van 1999 in Moskou berichten’. Maar onrust is er zeker, zelfs binnen de hoogste regionen van de overheid. Een correspondente ging eens met een ambtenaar van Binnenlandse Zaken om tafel en werd verrast door zijn vragen: ‘Die vent had een compleet dossier over mij en mijn verleden. Hij werkte overduidelijk voor de geheime dienst. Uiteindelijk vroeg hij gewoon of Russia Today een dekmantel was voor spionnen. Ik vond het enorm grappig, maar hij was doodserieus.’

Pathologische leugenaars of enge clowns? Bill O’Reilly van Fox News is geen fan. ‘Zou je zo’n man geen klap willen geven?’ vroeg hij zijn publiek naar aanleiding van een filmpje waarin ene Anastasia Churkina van RT in perfect Engels een radicale activist interviewde. ‘Ze lieten die sukkel interviewen door een Russische die geen Engels spreekt.’ Een RT-correspondent reageerde door zich af te vragen: ‘Zijn de Amerikaanse media strijders voor de waarheid, pathologische leugenaars of gewoon enge clowns?’ Sindsdien woedt er een eeuwige strijd tussen RT Amerika en O’Reilly; met enige regelmaat halen ze even verbaal naar elkaar uit. En wat vindt het publiek? Kennelijk is het toch wel interessant, want niet alleen is het YouTubekanaal van Russia Today één van de best bekeken kanalen ter wereld, ook de televisie-uitzendingen worden in New York 11% vaker bekeken dan bijvoorbeeld de BBC-uitzendingen in Amerika. RT America is in de Verenigde Staten tien keer zo groot als Deutsche Welle. Wie het eerder genoemde artikel in The Independent op internet opzoekt, loopt tegen een diepgewortelde strijd tussen voor en tegenstanders aan; enerzijds zien de lezers Russia Today als een fijn ander perspectief op het nieuws, anderzijds is er ook veel wantrouwen. Zo schrijft een lezer: ‘RT is a great channel, unafraid to present a lot of information that would cause major hiccups in mainstream

20

XI JAARGANG 19 / NR 3

media.’, waarop een ander reageert met: ‘All of these positive comments about RT sound like the channel got wind of the article and got its whole staff to post them, not to mention "liking" each positive post... sad.’

Koekje van eigen deeg RT America is een Russisch koekje van Amerikaans deeg. Alle verwijten die Rusland naar haar hoofd geslingerd heeft gekregen over bijvoorbeeld de aanslagen op een flatgebouw in Moskou in 1999, over dat die door het Kremlin zelf zouden zijn gepleegd om de Tsjetsjenen tegen zich in het harnas te jagen, krijgt Washington nu keihard terug. Smerige oorlogen tegen minderheden? Schimmige nucleaire programma’s? Dictatoriale activiteiten? Steun aan foute regimes? Spionageacties? Complotten? Niet Rusland, niet Iran, maar de Verenigde Staten maken zich eraan vuil. En Amerika weet niet wat het ermee aan moet. De regering is in de war, het publiek weet niet wat het moet vinden. “Missie: onrust stoken”, als die er al was, is geslaagd. En misschien is deze vorm van zelfreflectie voor de VS ook helemaal niet zo slecht. 


Docentencolumn

Foto: Bram Belloni

Verlaat Hotel California en JoinDiaspora.com Door Reinder Rustema De film The Social Network heeft Facebook een gezicht gegeven: Mark Zuckerberg als held die in weinig tijd 500 miljoen vrienden heeft gekregen en een paar vijanden. Maar die 500 miljoen gebruikers van Zuckerberg kunnen heel makkelijk ook zijn vijanden worden. Bij veel Facebook-gebruikers groeit nu al het besef dat het misschien niet zo’n goede deal is al je persoonlijke gegevens cadeau te geven aan een bedrijf in Californië dat alleen als gunst je privacy respecteert. Op z’n minst kan je het privacybeleid zwalkend noemen. Uiteindelijk ben je handelswaar: je aandacht en je gegevens kunnen doorverkocht worden aan adverteerders, waarmee Facebook net zo’n advertentiebedrijf met een miljardenomzet wordt als Google. Je hebt juridisch geen poot om op te staan en wat je al hebt gegeven kan je niet meer ongedaan maken; welcome to the Hotel California... Een paar studenten in New York vroegen zich na een lezing voor de lokale Internet Society af of zij niet zelf een goed alternatief kunnen bouwen voor Facebook. In het ontwerp van Facebook komen alle leden van het sociale netwerk in Zuckerbergs database. Een panopticum voor Facebook met 1984-kwaliteiten. Een benadering die erg doet denken aan de jaren zestig waarbij een grote centrale computer alle data bewaarde en er aan de uiteinde van de tentakels alleen domme terminals hingen met typistes die data invoerden. Hun uitgangspunt is dat de individuele gebruiker volledige vrijheid moet krijgen. Geen ontwerp voor een enkele centrale database, maar het moet een decentraal karakter krijgen, zoals het internet zelf. Het wordt ook geen bedrijf dat aandacht

doorverkoopt maar louter een klein stukje software dat elke gebruiker zelf installeert en beheert. Je zet het ergens op het web en je stelt in welke gegevens over jezelf je wilt delen met wie en onder welke voorwaarden. Deze software, DIASPORA* genoemd, zal dan verbinding zoeken met andere installaties van dezelfde software en dan gegevens uitwisselen volgens de instructies van de eigenaar. Vergelijkbaar met bijvoorbeeld BitTorrent, waarmee je verbinding zoekt met veel andere internetgebruikers die bijvoorbeeld een bepaalde film aan het downloaden zijn. Je downloadt dan van elkaar, in plaats van uit een centrale database zoals de iTunes-winkel. In theorie zou dergelijke software als applicatie op je telefoon kunnen draaien. Als je al je informatie over jezelf al in je smartphone hebt, waarom moet Mark daar dan een kopie van hebben? Alleen om te verkopen aan adverteerders, een beter antwoord is er niet. En die jongens achter DIASPORA*? Willen die niet net als Zuckerberg miljardair worden? Linus Torvalds, de ontwerper van het gratis open-source-besturingssysteem Linux, had een vergelijkbaar uitgangspunt als deze jongens. Hij wilde een goed besturingssysteem op zijn PC draaien en deelde via internet zijn werk. Vele gelijkgestemden hielpen hem mee en nu is hij miljardair geworden als de persoon die het meeste weet over Linux. Zonder te handelen in (de aandacht van) consumenten.

R. Rustema gaf dit jaar het keuzevak Media & Money en geeft volgend jaar het interdisciplinaire keuzevak Production of Culture.

XI JAARGANG 19 / NR 3

21


Film

De macht van Hollywood Hollywood is de machtigste filmmagnaat van de Westerse wereld. Wat voor invloed hebben deze films op haar kijkers? Xi sprak met Patricia Pisters, hoofd Mediastudies aan de Universiteit van Amsterdam. Door Frank van Wijhe

E

r is iets aan films dat ons intrigeert. Wat ons massaal naar de bioscopen trekt of aan het downloaden laat slaan. Hitchcock vergeleek film met het leven, alleen dan zonder de saaie momenten. Anderhalf uur lang het amusement, de spanning en het vermaak die je normaal amper krijgt. We zijn ons bewust van het feit dat het gros van de films uit de stal van Hollywood komt: de machtigste filmmagnaat van de Westerse wereld. Maar welke invloed hebben deze Hollywoodfilms op ons als kijkers? Xi sprak met Patricia Pisters, filmwetenschapper en hoofd Mediastudies. ‘Belangrijk is het om eerst onderscheid te maken tussen twee verschillende invalshoeken waarom een film wordt gemaakt. De ene kant is die van de politieke cinema, variërend van propagandafilm naar geëngageerde Hollywoodcinema.’ Als voorbeeld voor de geëngageerde cinema haalt ze Blood Diamond aan, een film die naast het vertellen van een verhaal ook mensen bewust opriep om na te denken over de diamanthandel. ‘De andere tak is de film die de maatschappelijke waarden weerspiegelt.’ Een film die niet bewust een ideologisch standpunt wil innemen, maar wel de gedeelde denkbeelden van een bepaalde periode in zich heeft. Maar weerspiegelt zo’n film de maatschappelijke waarden of creëert hij deze waarden? ‘Dat is het verhaal van het kip en het ei, je weet nooit wie eerst was of hoe de wisselwerking in zijn werk gaat.’ Uitgesproken ideologische films worden meestal niet in verband gebracht met Hollywood. Critici veroordelen vaak scherp de moralistische verhalen. Patricia Pisters ziet daar juist de positieve kanten. ‘Hollywood heeft een grote macht: de macht om veel mensen te bereiken en aan te spreken via film. Het is nog steeds succesvol, omdat we de taal herkennen en de stijl ons aanspreekt. Deze macht van Hollywood valt op allerlei manieren in te zetten.’ Zo wordt er geroepen dat Hollywood puur een kapitalistisch bolwerk is, maar Pisters vindt dat er ook wat te zeggen valt voor het bereiken van een groot publiek. ‘Hollywood kan juist onderwerpen aan de kaak stellen door zijn herkenbare traditionele verhaalvertelling, die mensen kennen en waarmee ze vertrouwd zijn.’ De film Lumumba is een perfect voorbeeld om aan te geven dat Hollywood ook politieke film aan de man kan brengen. Deze film gaat over de moord op de Congolese president in de jaren ‘60. Regisseur Raoul Peck bracht hier een kleine documentaire over uit aan het begin van de jaren ‘90. Enkele jaren later besloot Peck de boodschap

22

XI JAARGANG 19 / NR 3

“Hollywood kan juist dingen aan de kaak stellen door zijn herkenbare verhaalvertelling”


Film

naar een groter publiek over te brengen. In 2000 kwam de Hollywood-versie uit, inclusief held, drama en een klassieke spanningsopbouw. De film werd gezien door het publiek en won zelfs meerdere prijzen. ‘Door het kleine verhaal op een andere manier te vertellen, wist hij wel een groter publiek te bereiken. Zonder ook maar iets te wijzigen aan de boodschap van de film.’ Vorig jaar trok de wereld massaal naar de bioscopen voor de eerste grote 3D-film van de jaren ‘00, Avatar. De politieke boodschap leverde de nodige kritische geluiden op. Zo zou onder andere de stemming over de oorlog in Afghanistan worden beïnvloed. Pisters zou niet direct aan Avatar denken voor het beïnvloeden van publieke opinies. ‘Het kan op zich wel, vooral de duidelijke ecologische boodschap die ze neerzetten. Deze is opgepikt door de kijkers, maar is niet per se politiek bedoeld.’ Wel vindt ze dat een film zoals Avatar meer invloed kan hebben dan de kijker denkt. ‘In principe denk ik dat film werkt op het niveau waarop we denken. En dat is ook het niveau waar je moet beginnen als je visies wilt veranderen.’

Zo is er onderzoek gedaan naar subtiele b e ï n vl o e d i n g d o o r fi l m e n t e l e v i s ie . Opmerkelijk was de casting van presidenten rond de verkiezing van Obama. ‘Je zou kunnen zeggen dat de weg voor de eerste zwarte president al gevormd was. Populaire series zoals 24 en meerdere films castten allemaal een zwarte president. Hierdoor raakte het publiek al gewend aan het beeld. Het visualiseren van een denkbeeld is het begin van beïnvloeding. Als men het zich kan voorstellen, zullen ze het sneller accepteren als het werkelijkheid wordt.’

“Hollywood is meer een conventioneel middel dan het een machtsblok is” Met de special effects van tegenwoordig zijn veel dingen visueel haalbaar. Schuilt daar geen gevaar voor indoctrinatie? ‘Hollywood heeft ook zijn eigen tegenkrachten, zijn nuances.’ Pisters stelt dat je nooit Europese cinema en Hollywood tegenover elkaar moet zetten. Zo is er veel uitwisseling tussen acteurs en stijlen van Europese en Amerikaanse films. ‘Alleen daarmee wordt het lastig om het te hebben over één Hollywood-uitdraging. Hollywood is meer een conventioneel middel, dan dat het een machtsblok is.’ Pisters ziet juist kansen de macht te gebruiken om een positieve boodschap of visualisering over te brengen. ‘Een boodschap overbrengen kan natuurlijk op meerdere manieren. Sommige manieren werken de stereotypering juist in de hand, maar het kan ook anders.’ Film kan volgens haar een kijk achter de schermen van het stereotype beelden bieden. En dan kan de macht van Hollywood juist positief ingezet worden. ‘Het verhaal achter de dingen die je in de krant leest. Film kan daarmee juist begrip vergroten voor mensen en groeperingen. We kunnen ons inleven in de wereld van de groepering die ons vreemd is. Uiteindelijk kan het zelfs voor meer tolerantie zorgen.’ 

XI JAARGANG 19 / NR 3

23


Film

Verhalen over de Rwandese genocide Feit versus fictie in Hotel Rwanda en Shooting Dogs. Door Janne Heling

Xi publiceert dit jaar een serie geschiedenisartikelen, geschreven door studenten Mediageschiedenis. Ditmaal over representatie van de genocide in Rwanda in latere films.

Z

estien jaar geleden begon in Rwanda, op 6 april 1994, de grootste volkerenmoord sinds de Tweede Wereldoorlog. Terwijl binnen een tijdsbestek van ongeveer honderd dagen, meer dan 800.000 mensen op gruwelijke wijze om het leven werden gebracht, keek de internationale Westerse gemeenschap massaal de andere kant op, ondanks het tijdperk van vierentwintig uur per dag, non-stop nieuwsverslaggeving. Het uitblijven van internationale interventie, adequate verslaggeving en bovendien de erkenning dat het in deze situatie om genocide ging, zorgden ervoor dat deze ramp niet voorkomen werd en heeft geleid tot ĂŠĂŠn van de grootste schandalen van de twintigste eeuw. De afgelopen jaren zijn er in vele vormen publicaties verschenen, die vanuit verschillende perspectieven

24

XI JAARGANG 19 / NR 3

verslag doen van datgene wat heeft plaatsgevonden in Rwanda. Twee films die in het licht van dit thema verschenen zijn Hotel Rwanda (2004) geregisseerd door Terry George en Shooting Dogs (2005) van Michael Caton-Jones. Deze films krijgen ontegenzeggelijk te maken met de vreemde tegenstelling die het medium film aan de ene kant, en het verhaal over de genocide aan de andere kant, met zich meebrengen. Er is hier sprake van een vreemde chemie tussen glamour en extreem geweld. Hotel Rwanda wordt gezien als een film die geplaatst kan worden binnen het Hollywoodgenre. De film vertelt het op feiten gebaseerde verhaal over hotelmanager Paul Rusesabagina (Don Cheadle) die ten tijden van de genocide in Rwanda in 1994, meer dan 1200 vluchtelingen wist te beschermen tegen de oprukkende


Film

Hutu-milities, op het terrein van het viersterrenhotel Sabena Hôtel des Mille Collines. Ondanks het feit dat de film gebaseerd is op een waargebeurd verhaal, worden veel elementen uit de film gezien als gedramatiseerd en geromantiseerd, met als gevolg dat er vraagtekens gezet worden bij de accurate weergave van de werkelijkheid. Dit heeft tot veel kritiek geleid, niet alleen op de film, maar ook op het verhaal van de hoofdpersoon, Paul Rusesabagina. De film Shooting Dogs is minder bekend bij het grote publiek. De jonge, naïeve en idealistische Joe Conner (Hugh Dancy) is naar Rwanda gekomen om les te geven op het L’École Technique Officielle, dat gerund wordt door de blanke, katholieke priester Christopher, gespeeld door John Hurt. Bij het uitbreken van de genocide bieden zij op het terrein van de school onderdak aan meer dan 2000 vluchtelingen. Als de VN-troepen, die in eerste instantie de enige bescherming vormen voor iedereen die zich op het terrein bevindt, zich terugtrekken, zien Joe en Christopher zich geconfronteerd met de keuze om bij de vluchtelingen te blijven, die gedoemd zijn om te sterven, of te vluchten. De film focust minder op een heldhaftig verhaal rond één persoon, maar lijkt meer een perspectief te bieden op cultuurverschillen, het karakter van de mens als algemeen begrip en de film brengt bovendien de sterke, maar ook de zwakke kanten van dit karakter naar voren. In eerste instantie kan aangenomen worden dat er veel verschillen te vinden zijn tussen beide films. Oppervlakkig gezien is dit ook gebleken: de films vertellen andere verhalen, de één is biografisch en de ander niet. Shooting Dogs legt veel nadruk op het gevoel van authenticiteit door bijvoorbeeld te vermelden dat de film ter plaatse (in Rwanda op het terrein van de school) is opgenomen en er mensen meewerkten aan de productie, die de genocide hebben overleefd. Het benadrukken van deze authenticiteit gebeurt in mindere mate in Hotel Rwanda. In deze film wordt de nadruk gelegd op het persoonlijke verhaal, de gevoelens en relaties van Paul Rusesabagina. Wat dat betreft past deze productie inderdaad in het Hollywoodplaatje. Ondanks deze verschillen zijn er veel overeenkomsten te vinden tussen beide films. Deze hebben te maken met de eerder genoemde probleemstelling, veroorzaakt door

de tegenstelling tussen de glamour van het medium film aan de ene kant en de weergave van extreem geweld aan de andere kant. De eerste belangrijke overeenkomst heeft te maken met de simplificering van het conflict dat ten grondslag lag aan de genocide. In de openingstitels van Shooting Dogs wordt de situatie in Rwanda kort uitgelegd ‘For thirty years the majority Hutu government has persecuted the minority Tutsi people.’ Ook in Hotel Rwanda wordt, weliswaar op een andere manier, kort uitleg gegeven over de situatie in het land. In een scène in de lobby van het hotel vraagt een journalist (Joaquin Phoenix) zich af wat eigenlijk het verschil is tussen een Hutu en een Tutsi. De reden voor het conflict, zo wordt uitgelegd, zou gegrond zijn in de discriminatie tijdens het voormalige bewind van de Europeanen. Hierbij wordt het racisme gereduceerd tot het onderscheid dat de Westerse bezetters maakten tussen Hutu’s en Tutsi’s op basis van uiterlijk. Het feit dat de gelijkenis tussen Europeanen en Tutsi’s wat betreft uiterlijk meer overeenkwam, zou de reden zijn voor het benoemen van het Tutsi-deel van de bevolking als elite. De journalist wordt voorgesteld aan twee vrouwen, waarvan één Tutsi en één Hutu, en hij stelt dat ze wat hem betreft zusjes zouden kunnen zijn. Op deze manier lijkt er geen enkele gegronde reden voor de haat van de Hutu-extremisten jegens het Tutsigedeelte van de bevolking. Het conflict wordt hiermee gereduceerd tot een simpele scheiding tussen goed en kwaad, moordenaars en slachtoffers. Uiteraard is de politieke en sociale situatie, die aanleiding vormde voor de genocide in Rwanda, vrij complex om uit te leggen gedurende de speelduur van een film. Om emotionele identificatie en sympathie bij het filmpubliek te bewerkstelligen, wordt vaak tegenover de karakters waar identificatie mee plaatsvindt, een tegenpool geplaatst, in dit geval gerepresenteerd door de agressieve, onhoudbare massa van Hutu-extremisten. Door nogal kort door de bocht de historische context aan het publiek duidelijk te maken, wordt naast een te simpele binaire oppositie tussen goed en kwaad, ook de stereotypering wat betreft Afrika in de hand gewerkt. Zowel Shooting Dogs als Hotel Rwanda hebben niet het vertellen van ‘de waarheid’ als doel, maar het uitdagen van het publiek tot het vormen van een eigen,

XI JAARGANG 19 / NR 3

25


Film

Shooting Dogs

individuele waarheid. Regisseur Terry George van Hotel Rwanda zei hierover:

‘The best way to tell a story...of historic events to an audience [is] through the eyes of one ordinary person and that person becomes the audience themselves, becomes the eyes and the ears of the audience, and so you can take an event like the Rwandan Genocide… and through the events that befall this ordinary person allow the audience to go inside that event itself and give people a 360 degree view of it and an experience of it that is quite unique.’ (Terry George)

Hoewel het bij dit citaat gaat om de visie van de regis­ seur van Hotel Rwanda, heeft het betrekking op beide films. De benadering van de genocide, vanuit het perspectief van één, of enkele, individu(en) waarmee

26

XI JAARGANG 19 / NR 3

de toeschouwer zich kan identificeren en waardoor de kwestie genocide invoelbaar gemaakt wordt. In zekere zin zijn beide films erin geslaagd een beeld neer te zetten waarin toeschouwers ge­confron­ teerd worden met de gruwelen van een genocide en de onbegrijpelijkheid van het niet ingrijpen van de Westerse wereld. Het publiek krijgt een inzicht in deze verschrikkelijke kwestie door de confrontatie en identificatie met gevoelens als moed, angst en liefde. De genocide krijgt een menselijk gezicht. De vraag is of op deze manier niet voorbij gegaan wordt aan juist datgene wat een genocide is: onmenselijk en onbegrijpelijk. Het sentiment en drama dat komt kijken bij de inspirerende gedachte dat, hoewel de wereld gek lijkt te worden, er altijd personen bestaan die bovenmenselijke moed lijken te bezitten, zorgt ervoor dat het beeld van de horror van een genocide ondergeschikt raakt. De vraag is of dit recht doet aan de slachtoffers en overlevenden van de ramp die zich voltrok in Rwanda. 


Film

XI JAARGANG 19 / NR 3

27


Toekomst

Tablets van de toekomst Op de CES (Consumers Electronic Show) in januari werden we doodgegooid met de aankondigingen van nieuwe tablets (het waren er meer dan zeventig). De elektronicabedrijven zetten torenhoog in met hun tablets en creëren een nieuwe interessante markt, die een hoop slachtoffers maakt in de computermarkt. Ongetwijfeld zal 2011 het jaar van de tablets worden, waarin duidelijk wordt hoever de markt nog zal groeien. Door Bas Bastiaans

I

n de laatste maanden van 2010 oversteeg de verkoop van tablets voor het eerst de verkopen van netbooks. Analisten verwachten dat de verkopen alleen nog maar meer zullen stijgen en binnen een jaar of vier zelfs de laptops voorbij zullen streven. Ook Acer bevestigt dat ze de productie van netbooks stelselmatig zullen minderen, ter faveure van de tablets. Gevolg van deze immens groeiende markt is een overstroming aan producten, waardoor de consument door de bomen het bos niet meer kan zien. Het is interessant om te zien hoe door bepaalde keuzes van productiemaatschappijen er een gevarieerde markt ontstaat, die qua ontwikkeling nog alle kanten op kan gaan. Tegenwoordig bezit de iPad zo’n 75% van het marktaandeel, het overige kwart wordt vrijwel helemaal ingenomen door de Samsung Galaxy Tab. Respectievelijk lopen deze apparaten op de besturingssystemen iOS en Android. Samen met Windows 7, WebOS van HP en QNX van RIM completeren zij het rijtje besturingssystemen. Belangrijker dan de tientallen tablets is dat zoveel besturingssystemen niet naast elkaar kunnen bestaan in één markt. Dat blijkt uit de besturingssystemen voor smartphones en laptops waar er maximaal twee of drie overleven. Om hun besturingssysteem te laten overwinnen moet de verhouding tussen hardware en software goed of onderscheidend genoeg zijn om het marktaandeel van Apple enigszins in te kunnen perken. Google, de makers van Android, kondigde onlangs Android 3.0 aan met de interessante naam Honeycomb.

28

XI JAARGANG 19 / NR 3

Grootste pluspunt is dat dit besturingssysteem volledig is afgestemd op tablets en er een volledig nieuwe en indrukwekkende 3D user interface is ontwikkeld, die de aparte lagen, zoals HTC sense en Samungs Touchwiz volledig overbodig maakt. Onder andere Motorola, Asus en Acer zullen gebruik maken van dit besturingssysteem, terwijl tientallen anderen nog steeds Android 2.2 gebruiken. Omdat er zoveel apparaten zijn met dezelfde software, moet het onderscheid wel liggen in andere factoren. Motorola heeft met de Xoom de eer dat zij als eerste mogen verschijnen, en dit product wordt nadrukkelijk naar voren geschoven als de iPad killer. Vooral de specs en de interne kracht maken daarvoor indruk ten opzichte van de iPad. Met een andere marktstrategie zien we daarnaast bijvoorbeeld ook nog tablets die verschijnen met twee schermen of een processor die dual boot aankan, waardoor je twee besturingssystemen kan draaien.

Het belangrijkste is welk besturingssysteem het beste uit de verf komt RIM breidt zijn Blackberry-emporium uit met de Blackberry Playbook, welke loopt op het nieuwe systeem QNX. Grootste pluspunt is de snelle processorkracht, die zorgt voor een optimale multitasking. In samenwerking met de prestaties van de multimedia en


Toekomst

het compromisloos browsen lijkt RIM zich wederom vooral te richten op de zakelijke markt. Opmerkelijk is dat in het begin de Blackberrytelefoons nog nodig zijn om bepaalde functies, zoals het beheren van je agenda en de messengerapplicaties, te kunnen gebruiken op de Playbook. Hierdoor wordt het op het eerste gezicht een angstig afhankelijk apparaat, dat alleen voor de, weliswaar hele grote, doelgroep van Blackberrygebruikers aantrekkelijk is. RIM claimt echter dat de Playbook weldegelijk ook als een standalone tablet te gebruiken is, maar dan wel in de nabije toekomst. Ten derde is er Windows 7 en daar kan heel simpel over worden gedaan: een tablet met Windows 7 is een netbook met een touchscreen. Dat betekent krachtige Intel processors, welbekende Windows-applicaties en games. Het betekent ook virusscanners en de beruchte computerinterface. Onder andere Asus en Samsung komen met een aantal indrukwekkend ogende mengelingen van tablets en netbooks, inclusief

Een overstroming aan producten, waardoor de consument door de bomen het bos niet meer kan zien

uitschuifbare of Bluetooth-toetsenborden. Waar het in feite op neer komt is dat Windows in de tabletmarkt vrijwel helemaal buiten de boot valt door op de proppen te komen met een totaal andere gebruikerservaring dan van een tablet verwacht mag worden. Dat betekent ook dat de tablets die onder Windows 7 draaien geschikt zijn voor een totaal andere doelgroep. WebOS van HP en iOS van Apple completeren het rijtje en borduren verder op de doelgroep die de iPad al gecreëerd heeft. Qua specs is de Hp Touchpad, die draait onder webOS, ongelooflijk krachtig en zal vooral mensen die opgewonden raken van krachtige processors goed doen. Apple, dat traditioneel de CES altijd negeert, moet nog komen met de aankondiging van de iPad2, maar er mag wel verwacht worden dat het vooral een geüpdate iPad wordt met een krachtigere processor en nieuwe hardwarematige aanpassingen. Waar Apple altijd sterk in is geweest, en op welke basis hun producten voornamelijk worden gekocht, is design en een intuïtieve en flexibele gebruikerservaring. Daar zullen ze vooral mee doorgaan. Er is aldus een nieuwe markt die nog in zijn kinderschoenen staat, maar in een razendsnel tempo alle aandacht naar zich toe wil trekken. Waar dit toe leidt is een stortvloed aan tablets. Het is makkelijk om de rommel er tussenuit te halen, maar dan hou je alsnog een stuk of tien tablets over die heel erg vooruitstrevend zijn. Qua specificaties ontlopen de tablets elkaar slechts minimaal, maar daarbij moet wel gezegd worden dat het afhankelijk is van de doelgroep of daar überhaupt naar gekeken wordt. Het belangrijkste is welk besturingssysteem het beste uit de verf komt en dat is natuurlijk afhankelijk van een groot aantal factoren, zoals beschikbaarheid van applicaties en gebruiksvriendelijkheid. Daarnaast moet ook het belang van design niet onderschat worden. Het aparte blijft echter dat de tablet een relatief nieuw medium is en het nog maar de vraag is of er ruimte is voor de consument om er überhaupt eentje aan te schaffen. Wat dat betreft zijn de prijzen, die liggen tussen de 500 en de 800 voor de interessante modellen en 200 voor de mindere, in ieder geval vrij toegankelijk. Uiteindelijk wordt het dus voor de consument een moeilijke taak om een tablet te kiezen. Feit blijft echter dat, of we het nou willen of niet, 2011 het jaar wordt van de ware openbaring van tablets. 

XI JAARGANG 19 / NR 3

29


Toekomst

Wat heeft Apples’ tablet de gamewereld te bieden?

De iPad als Gameboy Tablets gaan het maken in 2011. Wat betekent dat voor het gamen? Een kijkje in Apple’s App Store voor de iPad laat zien dat ook hier een behoorlijk aantal games klaarliggen voor een aanzienlijk lagere prijs dan die voor andere to go consoles PSP en DS. Xi bespreekt een selectie aan iPad games. Door Stephen van den Hoek

Angry Birds Een enorm succes op de iPhone, iPod Touch en nu ook op de iPad. Meteen een stukje duurder, maar de graphics zijn dan ook een stuk beter. De humoristische oorlog tussen de vogels en de varkens gaat verder op de tablet en wederom is het de taak van de gebruiker om vogels af te schieten op houten stellages waar groene biggen onder liggen. Doel van het spel is om deze biggen dood te maken. Is je dat gelukt, dan ben je door naar het volgende level waar weer een nieuwe lading biggen ligt. De graphics, besturing en concept zijn bij deze game allemaal goed uitgedacht. Geen onnodig rare verhalen of plotwendingen; gewoon vogels knallen en biggen killen. Simpel, verslavend en met een komische invalshoek.

30

XI JAARGANG 19 / NR 3

GodFinger All Stars Het concept van het spel is simpel. Als gebruiker heb je een eigen planeet waar poppetjes rondlopen die je aan het werk kan zetten. Het enige echte werk wat er te doen is, is goud verzamelen waarmee je gebouwen kan bouwen om weer meer goud te verzamelen. Ook verdien je punten waardoor je levels kunt stijgen en je extra poppetjes of krachten krijgt. Als “baas” van de planeet is het namelijk ook aan jou de taak de zon te laten schijnen, het te laten regenen of desnoods onweren. Met een grappige, kleurrijke wereld weet GF All Stars voor een behoorlijke tijd best leuk te blijven. De geluidjes zijn komisch en sluiten aan bij de gehele vrolijkheid van het spel. Na een tijdje wordt het toch wat saai en valt het spel in een vervelende herhaling.


Toekomst

The Mystery of the Crystal Portal In Crystal Portal reis je als dochter van een bekende onderzoeker de wereld af, op zoek naar verschillende items. Op elke locatie liggen er een stuk of 20 die als in een zoekplaatje aangetikt moeten worden. Het design van het spel ziet er redelijk goed uit. De sfeer komt goed over en er is veel aandacht besteed aan het ontwerpen van de omgeving. Van Japan tot aan Zwitserland, overal wordt gezocht. Jammer is dat sommige items pas aanklikbaar zijn na het vinden van een ander item. Het lijkt erop alsof de makers een te vaste volgorde van aanklikken voor zich hadden en daar niet van af wilden wijken. Het spel is hierdoor te simpel van opzet en wordt ook nooit spannend of moeilijk. Na een tijdje wordt het zoeken zelfs vervelend en weten de sporadische minigames het ook niet spannender te maken. Het vele werk dat is gaan zitten in het ontwerpen van de levels is zonde, aangezien er weinig in deze levels te doen valt.

Mirror’s Edge In 2007 kwam dit gelijknamige spel uit voor de Playstation 3 en het zou mensen misselijk de console hebben uit laten zetten. In het spel werd gespeeld met evenwicht en het in balans houden van het personage. De game voor de iPad zet dit door. Met je wijsvinger bestuur je het hoofdpersonage Faith en gebruik je verschillende vingercombinaties om haar te laten springen, glijden of duiken. In een 2D wereld à la Nintendo’s Mario beweegt Faith zich tussen de gebouwen en rent ze van punt a naar punt b. De reden waarom ze dit doet is niet duidelijk, laten we dit maar op een pittige work-out houden. De eerste levels zijn leuk en uitdagend maar bij het vijfde level treedt de herhaling in en is het steeds meer van hetzelfde. Hoewel de graphics vaak veelbelovend zijn laat de uiteindelijke gameplay hier en daar wat steken vallen. Er is uiteindelijk sprake van veel herhaling waardoor de game snel saai wordt. Updates met nieuwe elementen voelen dan vaak wat verplicht aan en maken de game vaak niet veel leuker. Dit geldt niet voor Angry Birds: daar worden updates met open armen ontvangen. Voor het echte gamewerk heb je toch meer aan andere to-go consoles als de PSP of aan de DS, die qua gameplay vaak een veel beter spel aanbieden. Het wordt tijd dat gameontwikkelaars uitvinden hoe de iPad een succesvol gameplatform kan worden. 

XI JAARGANG 19 / NR 3

31


Fenomeen

Fenomeen:

Steve Buscemi Steve Buscemi werd jarenlang afgedaan als Hollywoods misplaatste figuur. Bij nadere bestudering van zijn oeuvre, blijkt dit echter geheel onterecht te zijn. Door Peter Augustinus Smet

D

e naam Steven Buscemi is er één die jarenlang bij het grote publiek geen belletje deed rinkelen. Zijn acteerprestaties bestonden grotendeels uit bijzondere bijrollen, waarin hij schitterde met zijn typische neurotische spel. Zijn grote doorbraak bleef echter weg. Hij leek gedoemd om in deze bijrollen te blijven steken, net als alle andere acteurs met een bijzonder uiterlijk. Iedereen wist over wie je het had wanneer je de lijzige kidnapper Carl Showalter uit Fargo noemde, maar niemand wist dat hij gespeeld werd door Steve Buscemi. Dat dit geheel onterecht is, blijkt wel wanneer we naar zijn oeuvre kijken. Net als John Goodman en John Turturro, maakt Steve Buscemi deel uit van de standaardcast van de gebroeders Coen. Deze regisseurs staan erom bekend het uiterste van hun acteurs te vergen, wat wij terugzien in de verscheidenheid aan rollen die Buscemi voor hen gespeeld heeft. Zo zien wij hem in Barton Fink, waarin hij de over­ optimistische piccolo Chet vertolkt. In deze film valt hij op omdat hij, in tegenstelling tot alle andere personages, zonder enig achterliggend motief, heel erg aardig is. Het is een mysterieus personage dat niet in Hollywood thuishoort, waardoor het onmenselijke en corrupte van Hollywood wordt benadrukt. Het is dit type misplaatst figuur die een rode draad vormt in de rollen van Buscemi. Zijn personage wordt vaak gebruikt om de absurditeit van een situatie aan te tonen, waarbij de kijker zich constant afvraagt hoe zijn personage eigenlijk in deze film beland is. Zo ook in The

32

XI JAARGANG 19 / NR 3

Big Lebowski, waarbij Donny’s zachtaardige en rationele persoonlijkheid zover afstaat van die van The Dude en Walter, dat het een raadsel is hoe zij ooit bevriend zijn geraakt. Niet alleen als acteur is hij een vreemde eend in de bijt, maar ook als personage. Niet dat Buscemi onnatuurlijke rollen speelt. Juist in de twee bovengenoemde films, is hij een normaal personage in een abnormale wereld. Zijn personages zijn essentiëel in het blootleggen van absurdisme in de Coen-films, waarvan Carl Showalter het ultieme voorbeeld is. In de wereld van Fargo, waar een man losgeld probeert te vangen voor de kidnapping van zijn vrouw en waarin iemand lijken door de houtversnipperaar haalt, speelt Buscemi de enige normale rol. Door zijn ogen, als doodgewone crimineel, zien wij als kijker hoe de kidnapping op volledig bizarre wijze uit de hand loopt. Het misdaadgenre is favoriet voor Buscemi. Het was te bewonderen als gangster in onder andere Miller’s Crossing (1990), Reservoir Dogs (1992) en The Sopranos (1999). Voor zijn dodelijke optreden als Tony Blundetto,

Niet alleen als acteur is hij een vreemde eend in de bijt, maar ook als personage.

de neef van Tony Soprano, heeft hij een Emmynominatie mogen ontvangen. In deze serie vinden wij


Fenomeen

Steve Buscemi in Boardwalk Empire

ook het andere talent van Buscemi: regisseren. Ook hierin komt zijn veelzijdigheid als artiest naar boven. De door hem geregisseerde Sopranos-aflevering Pine Barrens wordt gezien als één van de hoogtepunten van de serie. Ook met komedie kan de regisseur Buscemi uit de voeten, zoals hij bewees met een aflevering van 30 Rock en meerdere afleveringen van Nurse Jackie. Ook heeft hij een aantal speelfilms geregisseerd, die allen lovend zijn ontvangen door de filmpers. Interessant is dat zijn meest recente film, Interview (2007), de Amerikaanse versie was van Theo van Goghs Nederlandse origineel. Grote kassuccessen zijn de door hem gerisseerde films echter niet geworden. Sterker nog, de meesten hebben niet eens de productiekosten terugverdiend. Dit valt grotendeels te wijten aan het feit dat zijn films bedoeld waren voor filmfestivals. Het grote publiek vond ze te kunstzinnig, wat ook blijkt uit het grote verschil tussen de scores van websites zoals IMDb en het oordeel van de recensenten.

Na al zijn jaren als bijrolacteur en kunstzinnige regisseur, leek het niet waarschijnlijk dat hij ooit nog zijn grote doorbraak zou krijgen. Martin Scorsese dacht hier gelukkig anders over. Na twintig jaar op het witte doek te hebben gestaan, is Buscemi eindelijk Enoch ‘Nucky’ Thompson. Met zijn glansrol in Boardwalk Empire, heeft Buscemi in één televisieseizoen een Golden Globe en een Screen Actors Guild Award mogen ontvangen. Hoewel de historische Nucky de inspiratie voor Tony Soprano was, leent de fictieve Nucky zich perfect voor Buscemi. Als corrupte politicus tijdens de drooglegging in Amerika, worstelt Buscemi zichtbaar met de criminele verlokkingen van de illegale handel. Waar Tony Soprano een Italiaanse bulldog was, is Nucky een veel fragieler personage, zowel lichamelijk als geestelijk. Want Nucky is nog geen gangster; hij is een rijke schatbewaarder, getraumatiseerd door het verlies van zijn vrouw. Eindelijk heeft hij de hoofdrol, en terecht. Niet langer is hij het misplaatste figuur, wiens verschijningen te lang onopgemerkt zijn gebleven. 

XI JAARGANG 19 / NR 3

33


Recensie: film

The Fighter Door Bart Delwig

N

a Rocky, Raging Bull, Ali, Million Dollar Baby, Cinderella Man en vele, vele andere films kun je je afvragen hoeveel meer boksfilms we nog nodig hebben, en wat een nieuwe film nog kan toevoegen aan het genre. The Fighter laat in ieder geval zien dat er niet heel veel vernieuwends meer te brengen valt. Het script is een conventioneel rags-toriches-verhaal, maar met een zeer interessant element: de relatie tussen bokser Mickey Ward en zijn broer Dickey Eklund. David O. Russels regie is absoluut fantastisch. Zijn gebruik van de camera – die nog steeds een losse, handheld en duistere look uit indiefilms heeft – voegt veel toe aan de atmosfeer en energie die de film probeert te vatten. De opzet van de scènes is perfect, en hij laat de acteurs grotendeels hun gang gaan. Soms houden ze zich aan het script, maar vaker praten ze gewoon door elkaar heen. Russel gebruikt tijdens de boksscènes een interessante techniek door deze te filmen alsof ze op televisie worden uitgezonden: goedkope videokwaliteit, multi-camera set-ups, het hele pakket. De camera’s vangen alles op, inclusief fouten en spontane, ongecontroleerde bewegingen die weer iets toevoegen aan die losse en realistische stijl van de film.

Maar uiteindelijk is dit een film over twee broers die hun innerlijke demonen overkomen en obstakels ontwijken om hun gezamenlijke doel samen te bereiken. En net als bij iedere character-based film, hangt het succes af van het acteerwerk. Gelukkig is het op dit gebied waar de film het meest slaagt. Mark Wahlberg scoort een voldoende als Mickey Ward. Zijn rol is niet spectaculair, maar volstaat genoeg om de film te dragen. Echter, de acteurs die de bijrollen vertolken stralen allemaal stuk voor stuk. Christian Bale is werkelijk het hoogtepunt van de film . Hij steelt de show als Mickey’s oudere, drugsverslaafde broer en trainer. Als bokser is hij is een schaduw van wat hij was, maar weet nog steeds hoe je een goede wedstrijd neerzet. Bale geeft alles wat hij te geven heeft, zowel in zijn uiterlijk (mager, uitpuilende ogen, kalend) maar ook in zijn grootse performance. Bale verdient alle lof die hij zal gaan krijgen voor deze rol. Maar ook de vrouwelijke rollen zijn de moeite waard om te noemen. Zowel Melissa Leo als Amy Adams spelen een rol ver buiten hun comfort zone. Adams, die nooit echt haar harde kant heeft laten zien, vult haar rol geweldig in en creëert een diep personage uit iemand die anders een onderschreven karakter zou zijn. Hetzelfde geld voor Leo: haar karakter had compleet ééndimensionaal kunnen worden, maar Melissa Leo geeft een soort menselijkheid mee aan haar karakter die haar meer triest dan gemeen maakt. Uiteindelijk vertelt The Fighter een redelijk conventioneel verhaal op een interessante manier. Het is een film die overdramatisch en zwaar had kunnen worden in de verkeerde handen, maar Russel en zijn cast zetten een zeer specifieke atmosfeer neer die de film een gevoel van realisme meegeeft. Deze unieke energie in combinatie met een indrukwekkende cast zorgen ervoor dat de film het niveau van zijn script overstijgt. 

34

XI JAARGANG 19 / NR 3


3

Recensie: film

Een Duits ménage à trois De Duitse regisseur Tom Tykwer is een veelzijdig man. Voor veel van zijn films fungeerde hij als regisseur, schrijver en schreef hij tevens de muziek. Voor zijn nieuwste film 3 laat hij de muziek vallen, hij beperkt zich tot de schrijftafel en regisseursstoel. Met onder andere Lola Rennt en Perfume op zijn CV keert Tykwer terug naar de bioscoop met 3. Door Stephen van den Hoek

H

anna (Sophie Rois) e n Si m o n ( Se b a s t i a n Schipper) wonen samen. Ze hebben al jaren een relatie, een mooi huis en een leuk stel vrienden. Van kinderen is het nog niet gekomen. Eén van hen is waarschijnlijk onvruchtbaar. Wanneer Sophie op haar werk in aanraking komt met de charmante Adam (Devid Striesow) verandert er wat in haar relatie met Simon. Ze begint een affaire met Adam. Ondertussen zit Simon niet lekker in z’n vel. Worstelend met een zieke moeder, een wankele baan en zaadbalkanker, heeft Simon gelukkigere periodes meegemaakt. Na zijn operatie ontmoet hij iemand in het zwembad waar ook hij een affaire mee begint: Adam. Zo simpel klinkt het. Zo simpel houdt Tykwer het ook. Niemand komt gestileerd over, niemand komt

met veel make-up in beeld. Hanna en Simon hadden zo de buren kunnen zijn. Ze zijn mooi op hun eigen manier, in hun eigen omgeving. Door herkenbare situaties en problemen wordt het makkelijk om je met de karakters te identificeren, terwijl ze leuk blijven om naar te kijken.

Personages Hanna en Simon hadden zo de buren kunnen zijn

Sophie Rois is ontzettend sterk in de rol van Hanna, waarin ze op een komische manier om gaat met de stress op haar werk en de problemen met Simon en Adam. De gesprekken in de film voelen niet geforceerd aan en veel van de grapjes zijn ook echt

leuk. Rois en Sebastian Schipper overtuigen als duo, met elk zijn of haar eigen problemen. Devid Striesow is in zijn rol iets minder, wat wellicht komt door de dubieuze rol die hij speelt. Zijn acteerwerk ligt er vaak net tegen aan en komt zodoende niet helemaal tot zijn recht. Tykwer ondersteunt zijn drie acteurs met goede bijrollen, een slim en grappig geschreven script, mooie Berlijnse locaties (die gelukkig niet de tien mooiste plekken van de stad laten zien), een sterke soundtrack en een stel leuke technische montagetrucjes die de film een boost geven als deze even lijkt in te zakken. Sophie Rois steelt de show als Hanna maar ook Sebastian Schipper speelt Simon op een overtuigende manier. Tykwer zit comfortabel op de regisseursstoel en mag daar ook nog wel even blijven zitten. 

XI JAARGANG 19 / NR 3

35


Recensie: televisie

Komen Eten

Waar de buik van vol is….. Door Judith Willems

W

ie is de chef?, Smaken verschillen, Top chef en Over de kook: Nederland wordt de laatste tijd overspoeld met kookprogramma’s. Terwijl veel Nederlanders voor de afhaalchinees of opwarmmaaltijd kiezen, blijken ze toch tijd genoeg te hebben om dagelijks naar één van deze programma’s te kijken en te genieten van de kookkunsten van anderen. De vraag die echter bij mij opkomt na het kijken naar het ogenschijnlijk ‘nieuwe’ kookprogramma Komen eten op SBS6 is dan ook: hoeveel eetprogramma’s kunnen we nog aan? “Vier uiteenlopende Nederlanders die elkaar niet kennen, gaan één week voor elkaar koken.” Met deze woorden begint de voice-over het programma, hopend dat de kijker niet opmerkt dat dit ‘format’ de laatste jaren al meerdere malen is gebruikt. Al snel krijgen we deze ‘uiteenlopende’ kandidaten te zien, inclusief hun woning en leefomgeving, wat ons als kijkers een kijkje geeft in het leven van de deelnemers, en wat de diversiteit van de kandidaten versterkt. Zo zien we een aflevering waar een welgestelde, slanke, blonde accountant mag koken voor een duidelijk minder gestelde oudere vrouw, een Russische fotograaf en een jonge, Turkse theatermaker. Elke dag wordt er door een deelnemer een driegangen­ menu gekookt voor de anderen, die op hun beurt deze persoon op basis van gezelligheid, gastvrijheid en kooktalent moeten beoordelen. Klinkt bekend? Dit kan komen, doordat er vorig jaar in het Net5-programma Smaken verschillen al op precies dezelfde wijze beoordeelding plaatsvond. Ook Wie is de chef? gebruikte dit format, maar wist door een verrassingselement nog enigszins spanning in het programma aan te brengen.

36

XI JAARGANG 19 / NR 3

SBS6 heeft al vaker bewezen dat ze gespecialiseerd zijn in programma’s zonder originaliteit, en dat is ook dit keer het geval. Met geweldig simpele woordgrappen zoals ‘inpeperen’ en het geven van ‘ongezouten kritiek’ probeert de voiceover nog wat leven in de brouwerij te brengen, maar dat het programma ‘uitgekookt’ en ronduit onorigineel is valt niet te ontkennen. Het enige amusante is de plaatsvervangende schaamte, die snel verandert in leedvermaak, wanneer er pijnlijke stiltes vallen aan tafel en de amateurchefs blunderen in de keuken. Toch zijn er gemiddeld meer dan 400.000 mensen die hun buik nog niet vol hebben van dit eetprogramma en dagelijks genieten van de ‘kokende mensen’ op SBS6. Als zoveel kijkers dagelijks inspiratie opdoen van de gerechten die worden gekookt, genieten van de blunders die er worden gemaakt of zich kunnen identificeren met de ‘gewone’ Nederlanders die in het programma worden afgebeeld, wie ben ik dan om roet in het eten te gooien? 

Komen Eten is elke werkdag om 20.00 te zien op SBS6


Recensie: televisie

Levenslied

Een lofzang op koren Door Jeroen Slot

W

as een zangkoor een aantal jaar geleden nog stoffig en ouderwets, tegenwoordig kun je er tijdens een verjaardag rustig voor uitkomen er lid van te zijn. In Nederland heerst een echte koorcultuur met een grote variatie, zowel van Christelijke als popkoren. Met de nieuwe dramaserie Levenslied heeft de NCRV dan ook een onderwerp te pakken, dat veel mensen zal aanspreken. Levenslied vertelt het verhaal van het Haarlemse koor Bij Hoog en Laag, bestaande uit leden uit allerlei rangen en standen, in een gedramatiseerde vorm. Juist doordat de personages verschillen van een advocaat tot een eigenzinnige vrijbuiter, biedt de serie een breed scala aan thema’s. Van een zoon die je niet meer mag zien, tot een depressieve man. Het laatste is het geval bij Elske (Caro Lenssen). Haar man is de depressieve componist Nicolai, die thuis de sfeer verpest. Elke poging die zij onderneemt om het leven te veraangenamen, wordt door Nicolai op botte wijze afgewimpeld. Deze componist wordt, opmerkelijk genoeg, gespeeld door Antonie Kamerling, de acteur die na een lange depressie eind vorig jaar zelfmoord pleegde. Door de constante

neerslachtigheid van zowel Nicolai als Elske, blijven deze personages echter vlak en eendimensionaal. De andere personages zijn een stuk beter uitgewerkt. Juist de variatie aan emoties maakt televisiedrama interessant en aangrijpend. In het bijzonder geldt dit voor het personage Lucas van Ommeren (Hans Dagelet), een introverte zakenbankier die nog maar kort bij het koor zit. Dagelet zet juist door deze introvertheid te benadrukken een ongrijpbaar personage neer, waardoor hij direct kan rekenen op sympathie. Met Levenslied heeft de NCRV haar eigen succesvolle drama, zoals de KRO de succesvolle Schaep-serie uitzendt. De series hebben nog meer overeenkomsten. Niet alleen draait het om (ogenschijnlijk) gewone mensen, maar ook de muziek speelt een beide series een grote rol. De nummers zijn bij Levenslied divers en bovendien door de acteurs zelf gezongen. Muziek kan in televisiedrama snel de sfeer en snelheid uit een serie kan halen, maar daar is hier nauwelijks sprake van. Door in de montage de muziek van koor te versnijden met beelden van de individuele sores, wordt het aangrijpend en wordt de binding van de koorleden benadrukt. Levenslied is al met al een zeer geslaagde serie. Weliswaar is gewone-mensen-televisie geen zeldzaamheid, in dit geval wordt door de variatie in personages en thematiek, iets toegevoegd aan een uitgekauwd genre. Eveneens zijn de acteerprestaties die worden neergezet niet storend of ondermaats, iets dat in Nederlands televisiedrama helaas nog vaker regel dan uitzondering is. ď‚Ł Levenslied is elke donderdag om 21.30 te zien op Nederland 1

XI JAARGANG 19 / NR 3

37


Recensie: nieuwe media

Dead Space 2 Een spectaculaire game met een vrijwel unieke horror-ervaring Door Bas Bastiaans

H

et is onbegrijpelijk dat er sinds Alien niet meer hoogstaande sciencefiction horrorfilms zijn uitgekomen die zich afspelen in de ruimte. De mysterieuze omgeving die ruimte biedt en de vijandige aliens zijn namelijk perfecte ingrediënten voor een geslaagde horrorervaring. EA had dat door en maakte met deze elementen de game Dead Space, die qua opbrengsten tegenviel, maar desondanks een goede basis opleverde voor een welkome sequel. In 2008 waaide er een frisse wind door het gamebedrijf EA, waar onder andere de nieuwe franchise Dead Space uit voortkwam. Hoewel de game commercieel gezien tegenviel, besefte EA dat ze een pareltje in handen hadden. Ondertussen zijn een comic en een aantal spinoffs verschenen en nu dus ook een vervolg. Zoals we gewend zijn uit de filmindustrie, lijdt ook Dead Space 2 aan het sequel-syndroom; niks veranderen en meer van alles. Dit is echter geen negatieve ontwikkeling, integendeel: het zorgt voor een spectaculaire game met een unieke horrorervaring. Het verhaal begint met een memo­rabele openings­ scène,waarin de lat torenhoog wordt gelegd qua blood & gore. Isaac Clarke, de hoofdpersoon uit het eerste deel, ontwaakt uit een coma en ziet hoe de Necromorphs het ruimtestation Sprawl binnendringen. In de filmische scènes wordt expliciet getoond hoe lichamen worden opengescheurd en lichaamsdelen veelvuldig door de omgeving vliegen. Vanaf moment één word je vervolgens achternagezeten door tientallen aliens, waardoor je hartslag een piek bereikt die pas weer daalt wanneer de game afgelopen is. Deels komt dat door het verhaal, dat weliswaar geen geniaal plot kent, maar wel een goed gebalanceerde basis biedt voor een geloofwaardige ervaring. De filmische onderbrekingen doen een hoop goed voor de sfeer en de dynamiek van de game. Je zult dan ook veel scripted events tegenkomen

38

XI JAARGANG 19 / NR 3

die weliswaar voorspelbaar en simpel zijn, maar het tempo wel lekker hoog houden. Aan de ene kant kun je het jammer vinden dat Dead Space 2 de makkelijke kant kiest door de game een stuk meer Hollywood te maken. De keerzijde van al het spektakel is namelijk dat de game inlevert aan opbouw en subtiliteit. Vooral de balans tussen het toeleven naar vijanden en de daadwerkelijke confrontaties is niet helemaal optimaal. Het rondlopen in de knap ontwikkelde en schitterend ogende omgevingen zorgt op zichzelf weliswaar al voor een opgejaagd gevoel, het daadwerkelijk introduceren van massa’s vijanden wordt vaak pas gedaan als je al in een shoot-out zit. Het had de game qua horror goed gedaan, als men wat subtieler was in het introduceren van vijanden. Dit zorgt er uiteindelijk voor dat Dead Space 2 laat zien wat er mis is met de Amerikaanse horrorideologie. Vaak wordt gekozen voor spektakel met veel geschreeuw en een hoop bloed. De sfeer en de interactie met de omgeving en vijanden zijn echter zo verfrissend en beklemmend - en daarmee hebben horrorgames een voordeel op horrorfilms - dat we toch kunnen spreken van een unieke en onderhoudende game. 


Recensie: nieuwe media

Mario Sports Mix De eerste echte blunder van de Mario-sportserie Door Freek Ronner

H

et is een wonder dat Mario, na al deze jaren, nog steeds over zijn volle buikje beschikt. Karten, tennissen, golfen: Nintendo’s mascotte heeft zich met bijna iedere populaire sport wel weten te vermaken. Kenmerkend voor deze titels is altijd de toegankelijkheid geweest, naast de grotere diepgang voor hen die er de tijd in steken. Zo is Mario Kart Wii perfect geschikt om met je kleine broertje of zusje te spelen, maar kan je online tal van strategieën loslaten op nietsvermoedende tegenstanders. Weet Mario Sports Mix deze balans ook te behalen of is dit Mario’s eerste blessure? Waar Mario zich in het verleden altijd op een enkele sport heeft gericht, is het deze keer aan de speler uit maar liefst vier verschillende bezigheden te kiezen: volleybal, hockey, basketball en trefbal. Verschillend als deze disciplines in het echt mogen zijn, in deze game hebben ze bijzonder veel van elkaar weg. Dit is grotendeels te wijten aan de controls, die niet veel meer van de speler vragen dan furieus met de controller te schudden. Voeg hierbij de voor een Mario-sporttitel typerende power-ups en je hebt een spel dat eerder chaotisch dan strategisch verloopt.

Wat de game dan weer, zoals gewoonlijk bij Nintendo, goed doet, zijn de onovertroffen productiewaarden.Van overzichtelijke menu’s tot gelikte graphics en animaties, op esthetisch niveau is er weinig aan te merken op Mario Sports Mix. Het grote probleem is alleen dat er zeer weinig schuilgaat achter dit laagje verf. De verschillende sporten zijn in niets zo diepgaand en uitgebreid als in Mario’s vorige sportgames en niet talrijk genoeg voor een minigameverzameling à la Mario Party of Mario & Sonic at the Olympic Games. Dit gebrek aan content probeert ontwikkelaar Square Enix te verhullen met de toevoeging van Final Fantasypersonages, de ondersteuning van Mii-characters en een flink assortiment aan power-ups, speciale moves en banen. Aanvankelijk zul je dan ook onder de indruk zijn van wat het spel allemaal biedt, maar al snel zal de realiteit zich opdringen: er is hier simpelweg niet genoeg om je lang gefascineerd te houden. De mogelijkheid bestaat om, naast offline, ook online de uitdaging aan te gaan, maar zonder ervaringspunten, vrij te spelen content en, alweer, met een gebrek aan diepgang, begint ook dit vlug te vervelen. Uiteindelijk heeft Nintendo met Mario Sports Mix zijn eerste echte blunder te pakken met de Mariosportserie. Nee, de game is zeker niet abominabel en weet ook, zij het kort, flink te vermaken. Het is moeilijk niet te glimlachen als je één van Nintendo’s bekende personages zijn of haar speciale move uit te zien voeren, overdreven geluiden en bewegingen incluis. Dit is echter niet genoeg om de game terug te stoppen in je Wii na de eerste speelsessie. Nintendo, volgende keer gewoon zelf de ontwikkeling van een dergelijke titel op je nemen. Net als Square Enix’ vorige poging met een Mariogame, Mario Slam Basketball voor de Nintendo DS, schiet dit spel jammer genoeg naast het net. 

XI JAARGANG 19 / NR 3

39


Recensie: nieuwe media Smaakmaker Xi interviewt elke editie een Media & Cultuurstudent over diens mediavoorkeuren. Masha Pikulina (24) is vierdejaars, richting Film. Ze schreef haar bachelorscriptie over Amerikaanse en Sovjetpropaganda in de Koude Oorlog.

Smaakmaker: Masha Door Julius Koetsier Films ‘De films van de Tjechische stop-motionanimator Jan Svankmajer. Hij is een surrealist zoals ze horen te zijn. Niet het postersurrealisme van de Daliimitators, maar puur en oprecht. Hij zet op een heel geloofwaardige manier de realiteit naar zijn hand. Hij creëert geen nieuwe wereld, maar pakt de onze en brengt daar wijzigingen in aan. Vooral zijn verfilming van Alice in Wonderland is de moeite waard: hij blijft heel trouw aan het boek, maar is tegelijk een typische Svankmajerfilm. Op Youtube zijn veel van zijn korte films te vinden. Mensen die van David Cronenberg houden moeten zeker eens gaan kijken.’ Televisie ‘Ik hou van tekenfilms die grappig zijn op de manier waarop tekenfilms bedoeld zijn, zoals Ren & Stimpy en The Marvelous Misadventures of Flapjack. Wat dat laatste betreft zitten we in een spannende periode het is voor het eerst sinds decennia dat tekenfilms weer echt grappig durven te zijn. Natuurlijk hebben we de satirische series zoals The Simpsons en South Park, maar hun humor ligt niet in de animatie; dat zijn eigenlijk geen tekenfilms, maar getekende komedieseries. Heel lang waren er nauwelijks tekenfilmseries die de nadruk legden op de animatie. Na de komst van Ren & Stimpy kwam daar verandering in, men durft nu langzaamaan weer meer op dit gebied. Overigens kijk ik geen televisie, series kijk ik via het internet of ik koop ze op DVD.’

40

XI JAARGANG 19 / NR 3

Games ‘Hoewel ik geen nee zeg tegen RPG of RTS, en me prima weet te vermaken met GTA, vind ik experimentele games het interessantst. In de meeste games heb je een lineaire gameplay: je loopt door ruimtes, verslaat vijanden, pakt objecten op, en speelt het van te voren vastgestelde verhaal uit. Met de mogelijkheden die de game als medium biedt is het enorm beperkt. Het doet me denken aan de beginjaren van de film; ook toen werden vermakelijke dingen gemaakt, maar zoals later gebleken is, is film tot veel meer in staat. Ik ben ervan overtuigd dat dit ook geldt voor games. De eerste stappen in de juiste richting zien we bij onlinegames als Hansel & Gretel, I Wish I Were The Moon en Loved. Deze korte browsergames zijn niet alleen visueel enorm sterk, maar verkennen ook de verschillende manieren waarop een spel gespeeld kan worden.’ Internet ‘Ik hou erg van de creaties van Vectorpark. De juiste benaming is ‘webtoys’, maar wat hij maakt hangt eigenlijk tussen kunst, vermaak en game in. Met name Windosill en Feed The Head bieden oeverloos vermaak. Mijn favoriete YouTube-kanaal van het moment is EpicMealTime. Zoals de naam al impliceert is het een kanaal waarop recepten gedeeld worden die, nou ja, epic zijn. Kostelijk vermaak voor ieder die geen veganist of anorexiapatient is. 


Column

Spattende zeepbellen Door Jordi Wijnalda

Een mens went aan alles. Ook New York is uiteindelijk, na een langgerekte periode van zenuwen, inpaklijstjes en Empire State of Mind op vol volume, ook “gewoon” de stad waarin ik leef geworden. Toen ik onlangs mijn favoriete Woody Allen-film Manhattan opnieuw keek, voor het eerst sinds een speciale openluchtvertoning in Central Park in augustus, viel me op hoeveel van de magie en de glans naar de achtergrond verdwenen was. Ineens besefte ik me dat ik alle plekken uit de film in het echt ken – ik weet hoe ze voelen, hoe ze ruiken, hoeveel herrie het verkeer maakt en hoe chagrijnig de mensen er vaak zijn. Ik weet dat ze niet bestaan in zwartwit, pulserend op de prachtmuziek van George Gershwin. Toch wil ik ervoor pleiten dat gewenning ook zijn voordelen heeft. Als de zeepbel eenmaal uiteengespat is, kun je namelijk wel helder naar de dingen kijken. Een voorbeeld hiervan was een gesprek dat ik onlangs had met John Cameron Mitchell, regisseur van Hedwig and the Angry Inch, Shortbus, en nu ook Rabbit Hole. Hij vertelde mij hoe hij had gewerkt met Nicole Kidman, de hoofdrolspeelster in de film. Hoe moeilijk het was om nog enige emotie uit haar met botox bezaaide gezicht te puren. En hoeveel verschil het maakte om een lok haar voor haar gezicht te kammen en de missende emotie te suggereren. Dat is dus het échte Hollywood. (Overigens was ook het “echte” Hollywood dat John Cameron Mitchell mij als Nederlander bijzonder “exotic” vond en me maar al te graag uitnodigde voor zijn drag queen party in downtown New York – maar dat terzijde.)

En sinds mijn aankomst aan deze kant van de oceaan zijn meerdere zeepbellen op genadeloze wijze om zeep geholpen (pun possibly intended). Niet lang geleden liet Sofia Coppola zich zien op Columbia University, met haar nieuwste film Somewhere. Buiten het gegeven dat de film niet bijster blaakte van de wereldschokkende kwaliteiten, bleek ook la Coppola zelf niet het wunderkind waar velen haar voor uitgemaakt hebben. Als groot fan van Lost in Translation – nog altijd één van de allerbeste films van de afgelopen vijftien jaar, mijns inziens – had ik echt gehoopt dat ze dit zou zijn. Meer en meer kwam ik er echter achter tijdens de lange Q&A na afloop dat ze in het verleden “gewoon” heel veel gelukstreffers heeft gehad. Het werkt ook in positievere zin. Darren Aronofsky bleek allesbehalve de verwaande blaag waar hij voor uitgescholden werd toen hij Black Swan kwam vertonen bij Columbia’s School of the Arts. Britse acteerkanonnen Alan Rickman, Fiona Shaw en Lindsay Duncan bleken van dichterbij, op het podium in het Brooklynse BAM-Theater, alleen maar indrukwekkender. Maar over het algemeen is deze hele wereld toch wel “gewoon” een wereld met Amerikanen die vaak net mensen zijn. Een P.S.: er is één iemand wiens zeepbel niet uit elkaar gespat is – simpelweg omdat hij die zeepbel is. En dan heb ik het natuurlijk over Werner Herzog. Das ist ja doch selbstverständlich!

XI JAARGANG 19 / NR 3

41


Waarheen/Waartoe

Biutiful  Een kunstzinnige lijdensweg Peter Augustinus Smet

Simon Werner A Disparu  Kent goede momenten, maar is als highschooldrama te vlak en als thriller niet overtuigend genoeg. Timo Koren

Black Butterflies  Alleen voor mensen die nog niet Carice van Houten-moe zijn. Bart Delwig

The King’s Speech Adversity doesn’t build character, it reveals it.  Maryama Marong Een geslaagd Brits drama met een inspiratieloze soundtrack.  Stephen van den Hoek

Yogi Bear  Lelijke vervorming van een klassieke tekenfilm. Ook voor de allerkleinsten niet leuk. Julius Koetsier

Black Swan Dit geweldige verhaal houdt je van begin tot einde op het puntje van je stoel, het geeft spanning en passie een hele nieuwe betekenis.  Mahlia Joenoes Zelden worden horror en drama zo sterk gecombineerd. De thematiek van The Wrestler met de overweldiging van Requiem for a Dream.  Julius Koetsier Heerlijk verwarrende, psychologische thriller die zowel prachtige balletscènes heeft als heerlijke mindtwisters.  Stephen van den Hoek

Barney’s Version  Paul Giamatti laat weer eens zien waarom hij één van Hollywoods meest ondergewaardeerde acteurs is. Bart Delwig

Blue Valentine  Intens drama met briljant acterende Ryan Gossling en Michelle Williams, over hoe ingewikkeld en intens liefde is. Briljant. Sacha Gertsik

42

XI JAARGANG 19 / NR 3

True Grit  Een pure genrefilm en daardoor een zeldzaamheid in hun oeuvre, maar tegelijkertijd typisch Coen Brothers. Julius Koetsier


Waarheen/Waartoe

Incendies  Oscargenomineerd Canadees drama dat de kijker geen moment loslaat. Sacha Gertsik

127 Hours  Wederom een geniale film van Danny Boyle. Mijn Oscarwinnaar voor beste acteur en beste film. Stephen van den Hoek

Silent Souls  Ingetogen, sinister en poëtisch Russisch drama. Timo Koren

A Thousand Words  Een film zegt meer dan duizend woorden. Madina Gireeva

Never Let Me Go  Spannende film die je vanaf het begin in een grip houdt en je niet meer laat gaan. Bart Delwig

The Mechanic  Niet je alledaagse automonteur. Naduba Gureeva

The Fighter  De mannelijke versie van Million Dollar Baby.

Rabbit Hole  Indrukwekkende film met sterke rollen van Nicole Kidman en Aaron Eckhart. Maryama Marong

Madina Gireeva

The Hole Te eng om met je kleine neefje heen te gaan, te slap voor een avondje goede spanning.  Stephen van den Hoek

Somewhere  Een meditatieve beschouwing van het leven als filmster en vader, die zich makkelijk laat lezen als een reflectie van de regisseuse Sofia Coppola op haar eigen leven en relatie met haar vader Francis Ford Coppola. Sacha Gertsik

Dante’s nieuwste is geen meesterwerk, maar wel ongelooflijk leuk!  Bart Delwig

Legenda Just Go With It  Adam Sandler is voor het eerst in tijden weer echt leuk. Bart Delwig

   

Slecht Matig Goed Zeer goed

XI JAARGANG 19 / NR 3

43



Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.