2 minute read

Column Sebastiaan Capel

Next Article
De kast van

De kast van

HOOG

Sebastiaan Capel – voormalig stadsdeelvoorzitter én trots bewoner van Amsterdam-Zuid – kent ons stadsdeel op zijn duimpje. Hij neemt ons in zijn maandelijkse column op ZUID.nl mee naar de plekken waar hij enthousiast van wordt.

Advertisement

“Hoog, Sammy, kijk omhoog Sammy!”, zong Ramses Shaffy jaren geleden. In de stad geldt dat motto zeker, want er is genoeg te zien, als je maar kijkt. Van historische gevelstenen tot onverwachte kunstwerken tot allerhande torentjes.

Maar dan moet je wel kijken. Daarom pleit ik ook altijd voor langzaam fietsen, dan kan je nog eens wat om je heen zien. Zoals de kabouters op een pand op de Ceintuurbaan die een bal overgooien als niemand kijkt. Het betekent wel even de aandacht wegsleuren van je telefoon en ook nog blijven opletten dat je niet overhoop gereden wordt.

Maar als dat allemaal gelukt is, en je kijkt om je heen, dan kan je bijvoorbeeld het enorme carillon van achtentwintig klokken spotten hoog aan de gevel van de Klokkenhof op het Surinameplein, aan de uiterste rand van Amsterdam-Zuid. Je aandacht wordt helaas niet getrokken door het geluid ervan, want voor zover ik weet, heeft het al lang niet meer geklingeld. Overigens is het gebouw ook niet al te bekend. En als mensen het al kennen, zeggen ze: “Oh, dat hotel!”. Terwijl alleen in de onderste paar verdiepingen een hotel zit, jarenlang met een afgrijselijk slechte naam. Op de andere verdiepingen zitten studioappartementen, destijds begin jaren ‘60 speciaal voor alleenstaande vrouwen, met een conciërge zelfs. Het gebouw is recent een monument geworden op aanvraag van Heemschut. Mede omdat het op een stedenbouwkundig schakelpunt staat tussen de oude stad met gesloten bouwblokken en de nieuwe tuinstad met meer strokenbouw. Inmiddels is hiertussen de nieuwbouw van Andreas ensemble gebouwd, wat die schakelfunctie in mijn ogen wat minder relevant maakt.

Terug naar het carillon, dat dus niet meer rinkelt en klingelt en moeilijk te zien is, maar nog steeds een meerwaarde heeft. Misschien wel juist omdat je er een beetje je best voor moet doen en moet opletten. Want de stad heeft zo ongelooflijk veel te bieden meteen in het zicht, dat het juist ook leuk is het minder direct zichtbare te ontdekken.

Ik was ooit in de gelegenheid op het dak te staan. Dat gaf natuurlijk een waanzinnig mooi uitzicht over de hele stad, maar ook de gelegenheid de klokken eens van dichtbij te zien. Misschien moet er na een opknapbeurt (die broodnodig is) meer gelegenheid komen de klokken van dichtbij te zien. Of dat ze in ieder geval weer gaan luiden, want dan zullen vast meer mensen het spotten! Dus kijk omhoog, ook als je geen Sammy heet, en zie wat de stad op die hoogte te bieden heeft!

Sebastiaan Capel

This article is from: