Wärtsilä W-Work

Page 1

W

work Editie augustus 2012 Jaargang 5 | Nr. 4

Personeelsmagazine voor en door medewerkers van W채rtsil채 Netherlands B.V.

4

Opening Workshop Schiedam Frank Dijkstra bij de nieuwe machine.

6

MariTIM project

12

LCF Fregatten Marine 1


Inhoudsopgave OR / Bright Sky..................................................... 2 Voorwoord Frank Kevenaar................................ 3 Dominicaanse Republiek / Opening Workshop Schiedam............................. 4 MariTIM project: Eco2 Inland Vessel Project...... 6 Nieuwe machine Kruiningen............................... 8 My Voice 2012....................................................... 9 Out of Office........................................................ 10 LCF Fregatten Marine........................................ 12 AVR...................................................................... 13 W4U..................................................................... 14 Klantendag WDE / Marinedagen Den Helder.... 15 QEHS................................................................... 16 HR........................................................................ 17 Saga Sapphire / 6SW28 motor.......................... 18 Verandermanagement Schiedam...................... 19 In het kort............................................................ 20

5 8

12 Colofon W-Work is een interne uitgave van Wärtsilä Netherlands B.V. en verschijnt 6x per jaar. Heb je tips of vragen? Laat het ons weten via communicationsbenelux@wartsila.com. Hoofdredactie: Ester van den Bogaert Eindredactie: Ester van den Bogaert Redactie: Lisette Burgel, Theo van der Heide, Janneke Heijninck, Janet Veenstra Concept & realisatie: 0to9 Het volgende nummer verschijnt eind oktober 2012.

2

OR / bright sky Voor de meesten is de vakantie inmiddels voorbij. Ondanks de vakantie zijn veel zaken doorgegaan. Met frisse moed kunnen we beginnen aan de tweede helft van 2012, waarin vernieuwing van de organisatie­ structuur geëffecteerd zal worden. Een van de zaken die is doorgegaan is de vernieuwde structuur van de SP/WIO organisatie. Langzaamaan beginnen de vormen van deze organisatie duidelijk te worden. Iedereen wordt geïnformeerd over zijn/haar toekomstige positie binnen Wärtsilä. De OR heeft een adviesaanvraag ontvangen en in behandeling genomen. In de komende weken zal de OR regelmatig met de directie van WNL in gesprek gaan en waar nodig nader onderzoek uitvoeren. Kort voor de start van de vakantie heeft de OR twee adviesaanvragen kunnen afhandelen. De OR heeft positief geadviseerd betreffende de plaatsing van Reconditioning Kruiningen in Service Delivery Management en wijzigingen binnen Service Solution Management 4-stroke. Voor beide adviesaanvragen geldt dat de OR in staat is

Zaken geweest om in goed overleg op enkele punten nadere afspraken te maken. De uitvoering van de adviesaanvragen en bijhorende afspraken worden door de OR gevolgd. In de afgelopen periode heeft de OR meerdere reacties mogen ontvangen. Voor vragen kun je contact opnemen met één van de OR-leden of deze sturen naar or.wnl@wartsila.com. De OR zal op iedere vraag antwoorden aan de betreffende persoon. Met vriendelijke groet, OR Wärtsilä Netherlands

Bright Sky Als vervolg op fase één, waarin de eerste groepen werden getraind in Bright Sky, volgde nu fase twee. In de W-Work van mei 2012 is uitleg gegeven over Bright Sky. In het kort betekent Bright Sky het analyseren en wegnemen van de fout­ oorzaak op het gebied van het ontwerp, het inkopen of de interne processen. Op 21 mei zijn de Quality Inspectors van WGLS in Kampen getraind en in week 25 hebben de overige trainingen van fase twee plaatsgevonden in Drunen. In vier dagen zijn alle betrokkenen van de Business Unit Services getraind in Bright Sky afwijkingsprocessen en de toepassingen binnen SAP. Alle aanwezigen hebben een ‘General’ training gehad in end-to-end processen en de achtergrond van Bright Sky. Via een live-meeting heeft de Area roll-out coördinator van Triëste (Maurizio Piciullo)

de specifieke notificatietypes getraind en de lokale trainer (Mac van der Heijden) de toepassing in SAP. In totaal zijn in fase twee, in 96 trainingsessies, 62 personen in één of meerdere notificatietypes getraind. De algehele indruk van deze trainings­dagen was door de betrokkenheid van de medewerkers positief. Alle betrokkenen zijn nu getraind. In totaal zijn nu 132 personen getraind in 218 trainingsessies. Eind van het jaar zullen we inventariseren wie er verder nog getraind moeten worden.


VOORWOORD FrANK KEVENAAR Beste collega’s, De meesten van u zullen inmiddels weer teruggekeerd zijn van een welverdiende vakantie. Ik hoop van harte dat iedereen de gelegenheid heeft gehad om uit te rusten en de accu voor wat ik zelf altijd ‘de tweede sprint van het jaar’ noem, heeft opgeladen. Voor ons ligt een intensieve tijd waarin heel veel moet gebeuren. Zoals ieder jaar zullen we in deze periode het budget voor het volgend jaar gaan opstellen. Hierbij wordt sterk gekeken naar hoe de markt zich ontwikkelt, maar ook hoe goed we als bedrijf het budget voor 2012 waarmaken. Dit is altijd lastig, omdat in veel gevallen de verkopen niet evenredig over het jaar verdeeld zijn. Daarbij heeft de markt bewezen zich lastig te laten voorspellen; het gedrag van klanten verandert steeds sneller en aan ons de taak hierop in te spelen. Als extra uitdaging voor het opstellen van het budget, zien we de nieuwe organisatie die recentelijk bekend is gemaakt en per 1 oktober ‘live’ gaat. Hierdoor zal de budgetronde op zijn zachtst gezegd een extra dimensie krijgen. De nieuwe organisatie zal voor velen veranderingen met zich meebrengen. Rollen veranderen, functies worden aangepast en samenstellingen van teams fwijzigen. Ik ben mij ervan bewust dat dit een zeer zware wissel trekt op u allen. Immers, de business moet gewoon doorgaan en onze klanten mogen hiervan geen hinder ondervinden. Hierbij wordt maximale veerkracht van de medewerkers gevraagd om constructief en alert te blijven. Wellicht goed om te vermelden, dat ook ik heb geconstateerd dat bij velen van u de vorige veranderingen nog helder op het netvlies staan, zodat het lijkt dat we ‘alweer gaan veranderen’. Dit is echter in lijn met de ontwikkeling van de markt. Ook die verandert steeds sneller. Dat terwijl we zeer recentelijk de officiële opening hebben gehad van de nieuwe DM-FS Workshop in Schiedam, op de keper beschouwd een direct gevolg van de reorganisatie zoals begin 2010 ingezet. Een workshop waar we niet anders dan super trots op kunnen zijn en waarmee we onze klanten goed kunnen bedienen. Het is belangrijk om bij te blijven via Compass en de andere communicatiekanalen. Veel van deze informatie ‘wordt gebracht’, maar er zal ook zeker informatie ‘gehaald’ moeten worden. Vacatures zijn op Compass gepubliceerd en stukje bij beetje wordt de organisatie meer in detail uitgewerkt en bekend gemaakt. We zullen echter tijd nodig hebben om hier onze weg in te vinden. Bij al deze veranderingen zouden we haast vergeten dat we ook nog successen boeken. Dat is ten slotte waarvoor we het allemaal doen. De grote order voor zes pipe laying vessels voor Petrobras is uiteraard een prachtig voorbeeld. Het mag duidelijk zijn dat deze successen uiteindelijk veel werk opleveren in onze werkplaatsen en de daarmee verbonden afdelingen. Daar ligt echter wel een stuk van de zorg die we momenteel als MT-WNL hebben. Het aantal ongevallen is ongekend hoog dit jaar en dat is de Board of Management niet onopgemerkt gebleven. We hebben inmiddels de treurige mijlpaal bereikt dat we de jaartarget voor 2012 nu al overschreden hebben en dat terwijl een target hoger dan nul, feitelijk altijd te hoog is. Het mag duidelijk zijn dat dit niet alleen heel erg vervelend is voor de betrokkenen, maar dat wij als Wärtsila ook de verplichting hebben om onze werknemers een veilige werkomgeving te bieden. Dit heeft verhoogde aandacht. Het kan niet zo zijn dat we met de duidelijk verminderde werkplaatsactiviteiten ten opzichte van het niveau van 2010 wederom op datzelfde niveau zitten waar het de ongevallen met letsel betreft. Dat is onacceptabel. Afsluitend wil ik aangeven dat we een drukke tijd tegemoet kunnen zien, maar dat we daarbij de elementaire zaken als klanten, veiligheid en collegialiteit niet uit het oog mogen verliezen. Laten we ervoor zorgen dat het Nederlandse stuk van Wärtsilä zich in deze processen positief onderscheiden en ons realiseren, dat we daarbij de support van al onze collega’s nodig hebben.

Frank Kevenaar Managing Director Wärtsilä Netherlands

3


dominicaanse republiek / opening workshop schiedam

Introductie van nieuwe producten voor W38A & W46 tijdens technische dagen Santo Domingo NEW GENERATION TURBOCHARGERS AND VALVE TIMING FOR IMPROVED PERFORMANCE ON WÄRTSILÄ 46 AND WÄRTSILÄ 38-A

In co-operation with ABB, Wärtsilä has developed upgrade packages based on the latest technologies. The packages are available for Wärtsilä 18V38A engines and Wärtsilä 16V46 and 18V46 engines with VTR or TPL77 turbochargers. beneFiTs • Lower fuel consumption • Reduced maintenance cost • Lower thermal load • Improved turbocharger speed margin • Reduced need for altitude derating • Reduced need for derating in high ambient temperatures

Op woensdag 13 juli jl. is tijdens klantendagen in de Dominicaanse Republiek een pakket aan productinnovaties voor de W38 en W46 motoren geïntroduceerd aan klanten en collega’s in de netwerkkantoren. Thema van het programma was ‘motor optimalisatie door product innovatie’, wat mooi aansluit bij de dagelijkse werkzaam­ heden van Product Manager Martin Swart van de Big Bore Groep. Martin is samen met zijn Finse collega Arne Lundkvist de afgelopen maanden intensief betrokken geweest bij de ontwikkeling van het optimalisatie pakket voor de W38 en W46 motortypes. Het pakket is ontwikkeld om de motor efficiënter te laten draaien en gelijktijdig de onderhoudskosten terug te brengen. Deze aspecten zijn ook nodig om competitief te blijven als services leverancier. Het pakket bestaat uit een nieuwe generatie turbo’s, met daarbij een aangepaste motor afstelling. Deze Miller timing (een aangepaste nokkenas)

kan een brandstofbesparing realiseren van 2 - 4%. Dit betekent bij grote installaties, een besparing van enkele miljoen dollars per jaar. De ontwikkeling was een gezamenlijk project van Wärtsilä Powertech (voorheen WIO) en onze leverancier ABB. Er werd ook duidelijk gemaakt, dat het meest optimale moment om deze nieuwe generatie turbo’s te instaleren is, zodra de bestaande toe zijn aan een groot onderhoud (bij ongeveer 50.000 draaiuren). Aanpassingen zouden gedaan moeten worden door Wärtsilä Field Service mensen en er is een mogelijkheid om optimalisatie­ contracten af te sluiten. De Dominicaanse Republiek was als locatie voor de introductie gekozen, omdat er veel van deze motortypes geïnstalleerd zijn in energiecentrales op het eiland. Er was dan ook een grote groep klanten aanwezig, die enthousiast reageerden op de mogelijkheden die de pakketten boden.

Opening Workshop Schiedam Op 22 juni werd de Propulsion Workshop van Delivery Management Field Service geopend. Inmiddels staat de gloednieuwe hal naast de Schiedamse vestiging van SUBLX stampvol thrusters, schroeven, schroefbladen, oliedistributieboxen en meer.

4


opening workshop schiedam

“ Wat wij hier doen is state-of-the-art precisiewerk.” Hoe is het om hier te werken? Dat vragen we aan drie collega’s.

Kees van Laarhoven

Kees van Laarhoven is Meewerkend Voorman. Hij stond veertien jaar geleden aan de wieg van de Inhouse Repair afdeling in Drunen, nadat hij daarvoor hetzelfde werk bij Numac deed. Met drie andere collega’s die voorheen in Drunen werkten, rijdt hij vier dagen per week naar Schiedam. De reistijd vindt hij geen probleem. “Wärtsilä heeft echt een heel nette regeling voor ons getroffen, waarbij we de reistijd terugkrijgen in vrije tijd. We hebben hier net zoveel ruimte als in Drunen, maar nu in één hal in plaats van twee en dat werkt prettiger. Wel hadden we in Drunen ook lege hallen, waar je tijdelijk iets kwijt kon. Dat kan hier niet. Hier moet je je logistiek perfect regelen, alles gelijk opruimen en je houden aan de 5 S’en. Vorige week kon je hier echt niet lopen, zo vol stond het. Dan is het voor de veiligheid heel belangrijk dat iedereen volgens de regels werkt en weet waar alles staat en hoort te staan. Dat begint nu zijn weg te vinden.”

Je ziet een product groeien. “Straks gaat ook onze lean lift in werking en kunnen we heel veel onderdelen, in totaal 40 ton, netjes opbergen in 76 laden”, vult Quality Coördinator Michael Bosch aan. “De lean lift is net zoiets als men in het CDC in Kampen heeft. Je geeft in de computer met een code aan in welke lade je een

onderdeel opbergt. Wanneer iemand later die code invoert, dan pakt de lean lift de juiste lade voor je.” Als Quality Coördinator waarborgt Michael de kwaliteit van de producten en het werken volgens de 5 S’en. In deze functie zit hij zo’n 70% van zijn tijd op het kantoor met uitzicht op de hal en loopt hij zo’n 30% op de werkvloer. Ook regelt hij de keuringen van de compleet geassembleerde producten en materiaalcertificaten van de onderdelen. Op dit moment zit hij nog teveel op kantoor vanwege de opstartperikelen, maar hij hoopt dat dit snel verandert. Hiervoor was hij Senior Mechanic bij SUBLX, tot hij deze vacature onder zijn neus geschoven kreeg.

aangenomen en liep een klein half jaar mee in Drunen. “Ik zag het als een nieuwe uitdaging. Bij onze buren doe je motoren, hier thrusters en schroefassen en dat is toch wat technischer. We werken hier ook met bouwtekeningen in plaats van met protocollen. Daarbij doe je daar seriewerk, dus veel van hetzelfde. Je zet geen hele motor in elkaar, maar je bent gespecialiseerd in een onderdeel. Dat stuur je weg en je gaat er vanuit dat het goed komt aan boord. Hier zet je een hele thruster in elkaar en die draai je ook proef. Je weet dan zeker dat het goed is wat je aflevert. Nu wordt er in Drunen ook nog getest, maar na de vakantie is onze proefstand hier klaar en dan testen wij zelf elk onderdeel dat hier gemaakt wordt.”

Het lijkt simpel en lomp werk Kees: “Als mensen hier voor het eerst binnenkomen, denken dat ze dat dit simpel en lomp werk is, want alles is groot en zwaar. Het klopt dat wij werken met installaties die 35 ton wegen, maar intussen stellen we de lagers op 0,02 tot 0,05 millimeter precies af. Alles wordt ge-dyechecked op haarscheuren en elke bout wordt exact op het juiste moment aangetrokken. We werken in tweetallen om elkaars werk te controleren en menselijke fouten uit te sluiten. Kortom, wat hier gebeurt is state-of-the-art precisiewerk.” Michael Bosch

“Ter voorbereiding op deze nieuwe functie heb ik een klein jaartje meegedraaid in bij de Inhouse Repair Workshop Drunen. Het leuke van hier, ten opzichte van SUBLX, is dat we complete producten (van het begin tot het eind) maken. Je ziet zo’n product dan groeien en als het weggaat is het netjes gespoten. Een groot verschil.”

Je test wat je maakt, dus weet dat het goed is. Emiel Langedijk kan dit beamen. Ook hij wekte als Monteur bij SUBLX, hoorde dat DMFS mensen zocht, solliciteerde, werd

Emiel Langedijk

5


maritim project: ECO2 Inland vessel project

Wärtsilä coördineert pilot vergroening binnenvaart Wat wordt het ideale voortstuwingssysteem voor de binnenvaart? Dat is de vraag die het ECO2 Inland Vessel project binnen drie jaar zal beantwoorden. Wärtsilä is de projectcoördinator van deze ambitieuze speurtocht, waarin drie verschillende systemen uitvoerig in de praktijk worden getest. Al in een vroeg stadium kwam Wärtsilä op de hoogte van een subsidieregeling die de Nederlands-Duitse grensprovincies en de EU beschikbaar stellen voor de vergroening van de binnenvaart. Direct werden de handen ineengeslagen en met behulp van veel collega’s is een projectplan opgesteld. Dit plan werd tijdens de aanvraag nog vele malen teruggestuurd om verder in details te worden uitgewerkt, maar dankzij de goede samenwerking tussen de IWW-collega’s en de LNG-specialisten van Ship Power verkreeg Wärtsilä de coördinerende positie in ECO2 Inland Vessel project. Samen met andere ondernemingen en kennisinstituten willen we hierin aantonen wat de ideale voortstuwingssystemen zijn voor verschillende schepen en vaarprofielen in de binnenvaart. We praten over de voortgang

van dit omvangrijke project met Bram Kruyt, Director IWW.

Kun je schetsen wat de noodzaak is voor de innovatie in de binnenvaart? “Er komen binnenkort een aantal redenen samen. In 2015/2016 wordt de nieuwe regelgeving CCR4 van kracht, die strengere eisen stelt aan de uitstoot. Dit betekent, dat tussen nu en 2016 zo’n 12.000 binnenschepen moeten worden omgebouwd of vervangen. Er zijn dan twee mogelijkheden: of je gaat de uitlaatgassen met een nabehandelingsinstallatie reinigen of je stapt over op LNG-motoren. Wärtsilä zet, wat betreft de binnenvaart, in op de laatste mogelijkheid. Verder speelt mee dat de binnenvaartvloot gemiddeld meer dan 20 jaar oud is, dus er komt een vervangings-

De partners binnen het ECO2 Inland Vessel project

vraag. Tegelijk is de binnenvaart de enige transportmethode in West-Europa die nog volop kan groeien voordat er files ontstaan op het water en kan de binnenvaart voldoen aan de wens van verladers naar schoner vervoer.”

Wat gaat er gebeuren in ECO2 Inland Vessel? “In dit project worden drie voortstuwingsconcepten ontwikkeld en in drie schepen ingebouwd. Deze worden uitvoerig getest. We testen hierbij niet alleen de techniek en emissie, maar houden ook bij wat de investerings- en exploitatiekosten zijn, want de binnenvaart wordt natuurlijk alleen groen met systemen die rendabel zijn. Volgens onze berekeningen verdien je op dit moment circa 20% op je brandstofkosten

Interessant aan dit project is, dat zowel kennisinstituten als bedrijven hierin samenwerken. De partners zijn Combi International, Reederei Deymann, Koedood Dieselservice,Teamco Shipyard, TNO, DST, Hochschule Emden-Leer, Wärtsilä Hamworthy en Wärtsilä.

6


maritim project: ECO2 Inland vessel project

en daarmee moet de meerinvestering in de schonere voortstuwing worden terugverdiend. Afhankelijk van het vaarprofiel kan dat in drie, vijf of (meer dan) tien jaar.”

Voor die schepen moet je dus ook reders vinden die in deze innovatie durven te investeren? “Ja, dat klopt. Die taak komt voor een groot deel neer op ons als Projectcoördinator, maar dat is prima want het levert natuurlijk ook business op. Echter, de financiering van een meerinvestering is op dit moment niet makkelijk rond te krijgen voor een reder. Banken zeggen graag in vergroening te willen investeren, maar op het moment dat een reder dan zo’n verzoek indient, krijgt hij veelal nul op het rekest, tenzij hij al een eindklant heeft die garandeert voor een bepaalde periode vracht aan te bieden.”

Er is ook een subsidie van 1,9 miljoen beschikbaar voor dit project. Waar wordt dat geld aan besteed? “Daarmee worden onze uren betaald en ook alle componenten die specifiek bijdragen aan lagere emissie. Per schip heb je het dan over een paar ton subsidie. Dat is aanzienlijk minder dan de totale meerinvestering, want die bedraagt bij het eerste schip uit dit project, de bulklader van Combi International, al meer dan één miljoen. Verder worden de sensoren, de recorders en het meten aan boord uit de subsidie betaald. De drie schepen worden ruim een jaar lang gevolgd en deze informatie bieden wij aan de overheden aan, zodat zij daar de regelgeving voor varen op LNG op kunnen baseren. Dat is op dit moment namelijk nog verboden. Voor elk concept moeten wij vooralsnog met ondermeer Lloyds Register een risicoanalyse maken waarmee we een ontheffing kunnen aanvragen om te mogen varen, dus daar zijn we druk mee bezig.”

De configuratie van het eerste schip is al rond? “Ja, over het eerste schip, voor Combi International, werd al eerder in de W-Work geschreven. Dat is een 135 meter lang droogladingschip dat wordt uitgerust met twee 6L20DF motoren. Dit wordt het eerste ‘medium speed’ dual fuel mechanisch aangedreven binnenschip dat in staat is op 95-99 procent LNG te varen. Dit is dus echt een primeur. Verwacht wordt dat de Wärtsilä-motoren aan boord van dit schip, zonder nabehandeling van de uitlaatgassen, aan de komende CCR4-regelgeving zullen

Het zusterschip de Adriana Maria.

Ook kansen voor zeevaart

Het ECO2 Inland Vessel project is een onderdeel van het grotere project MariTIM (Maritieme Technologieën en Innovaties – Modelregio Duitsland/Nederland). Hierin wordt naast het binnenvaartproject ook onderzoek gedaan naar een Wind Hybrid Coaster (zeilrotoren als extra aandrijving voor de kustscheepvaart) en naar de toepassing van LNG voor passagiersschepen. Ook deze projecten bieden kansen voor Wärtsilä als leverancier.

voldoen. Hierbij komt de LNG-tank onder het stuurhuis te staan, waardoor geen laadruimte verloren gaat. Dat is wel een punt bij LNG, want deze brandstof vraagt een vier keer grotere tankruimte dan dieselolie. In april 2013 wordt dit schip in bedrijf genomen.”

“Absoluut. We verkopen de voortstuwing en daar zullen ook onderhoudscontacten uit voortkomen, maar intussen maken we ook zichtbaar wat we voor de binnenvaart kunnen betekenen. Sinds de eerste grootschalige bekendmaking van dit project op het evenement Construction & Shipping Industry in mei 2012, hebben we enorm En het tweede en derde schip? veel aandacht in de media gekregen, in “Het tweede schip wordt een enkelschroefs zowel binnen- als buitenland. Ook bij binnenvaarttanker, in principe voor de klanten hebben we hiermee indruk Duitse Reederei Deymann. Het ziet er gemaakt. Het project levert zeker ook naar uit dat dit schip een gas-elektrische waardevolle informatie op voor het oplossing krijgt, maar het zou ook nog een buitenland, denk aan de Mississippi River hybride aandrijving kunnen worden. Voor waar ook al steeds strengere eisen aan de het derde schip hebben we nog geen reder schepen worden gesteld. Dus ook in het gevonden, maar dat kan elk moment buitenland worden we gevolgd, door veranderen. We zijn volop in gesprek. Dit potentiële klanten met interesse en door zou een duwboot kunnen zijn of een schip concurrenten met argusogen. In Nederland dat moet worden gehermotoriseerd. Een is er geen seminar meer over LNG waar wij optie is om zo’n schip dual-fuel elektrisch niet voor worden uitgenodigd. Wärtsilä nam te maken. Een andere optie is om een een aantal maanden geleden Hamworthy binnenvaartschip voor 80% direct op over waarna we hen direct Na slijpen en superfinishen kun jehebben je haar in de klepsteel (als je haar dual-fuel te laten varen en voor 20% gas- of kammen benaderd voor dit project. De hebt). Nederlandse diesel-elektrisch, door naast de hoofdmotor vestiging was meteen enthousiast en zij zijn een elektromotor op de tandwielkast aan te nu niet alleen partner in het project, maar sluiten.” leveren ook de tank en regelapparatuur, de zogeheten ‘coldbox’. Dit sluit uiteraard Deze schepen zijn behalve business prima aan op onze strategie om een total ook fraaie showcases voor Wärtsilä. solutions provider te zijn.”

7


woca rit nieuwe machine kruiningen

Voor opspuiten is Kruiningen hét adres Sinds augustus 2011 is Kruiningen een machtig apparaat rijker. We hebben het over een High Pressure - High Velocity Oxygen Fuel installatie (HP-HVOF installatie). Hiermee kunnen uitgesleten metalen delen worden opgespoten met een zo harde, nieuwe laag dat die nooit meer hoeft te worden gereviseerd.

De techniek van thermisch spuiten is op zich niet nieuw. Dat gebeurde al in Kruiningen, maar dan werd propaan als brandstof gebruikt. In de nieuwe HP-HVOF installatie wordt een mengsel van kerosine en zuurstof tot ontbranding gebracht. Dit levert een gasstroom op met snelheden van Mach 2, wat op zeeniveau neerkomt op 600 tot 700 m/sec. Omdat in de explosiekamer van het spuitpistool ook metaalpoeder wordt geïnjecteerd, wordt dit materiaal met deze snelheid meegespoten. De temperatuur in de pistoolkamer bedraagt zo’n 2.750 graden Celsius, maar het onderdeel zelf hoeft niet te worden opgewarmd zoals bij een conventioneel proces. Het grote voordeel van deze methode is, dat de porositeit van de opgespoten laag klein is: namelijk minder dan 1%, terwijl dit bij een conventioneel proces 2 tot 3% is. Porositeit betekent dat zich in de laag piepkleine kanaaltjes bevinden waar, in onze branche, bijvoorbeeld zeewater kan doordringen. Als dit zeewater het moedermateriaal bereikt, ontstaat daar corrosie, waardoor de nieuwe laag worden afgestoten. Het nieuwe materiaal kan tot ca. 0,7 mm worden opgebracht, waarna het tot een ruwheid van ca. 100 micron (0,1 µm) wordt glad geslepen. Het aanbrengen van een dikkere laag heeft geen nut, omdat die er als gevolg van te hoge inwendige spanningen af kan springen.

Ideaal voor Services-Reconditioning “Neem klepstelen,” illustreert Frank Dijkstra, Manager Operations, “die krijgen vanuit de fabriek een chroomlaag die chemisch wordt aangebracht op de plaats waar hij door de afdichting gaat. Als die laag versleten is, kunnen wij een nieuwe opbrengen en daarna

8

hoeft dat nooit meer te gebeuren. Die klep zullen we nog meerdere keren terugzien, bijvoorbeeld om de zittingen te recondi­ toneren, maar de HP-HVOF installatie opgebrachte laag blijft intact en zal de klep overleven. Ook het reviseren van verstel­ jukken van de schroefbladen van CPP’s kunnen wij op deze manier hier heel goed doen. Dus laat maar komen dat spul!”

Ideaal voor Seals & Bearings “Dit zijn twee voorbeelden van de reparatiekant”, vult Metallurgical Expert Adri van Kooij aan. “Maar ook bij nieuwbouw, bij Seals & Bearings, zijn corrosievaste en slijtbestendige deklagen van groot belang. Neem schroefassen, die hebben een speciale sleeve (een bus) om zich heen. Lipseals zorgen voor de afdichting tussen de sleeve en het schip en houden zo het zeewater buiten. De sleeve slijt in contact met de afdichting. Doordat we met deze technologie een uitgekiende corrosieen slijtbestendige deklaag kunnen aanbrengen, weten we de levensduur van de sleeve aanzienlijk te verlengen. Met als gevolg: langere service intervals en dus kosten­ verlaging voor de klant. Voorheen gebeurde dat met een andere technologie die een grotere porositeit opleverde. Daarom hebben wij onze voorschriften aangescherpt en bepaald dat deze laag uitsluitend door twee bedrijven mag worden aangebracht. Dat kan bij Wärtsilä in Kruiningen of met het D-gun proces door Praxair in Japan. Als je deze revisie binnen Wärtsilä wilt uitvoeren, dan kan dat alleen hier.” Frank Dijkstra: “Het mooie van Kruiningen is, dat we hier alles in huis hebben voor de nabewerking. Met alleen het opspuiten

van nieuw materiaal ben je er nog niet. Het moet daarna worden geslepen en gesuperfinished (ruwheid ca. 0,1µm). Dat kunnen wij hier als geen ander.” Adri van Kooij: “Concluderend kun je zeggen dat wij prima in staat zijn om redelijk goedkoop basismateriaal te voorzien van een hoogwaardige deklaag, met als voordelen voor de klant goedkopere onderdelen met een hogere levensduur en derhalve langere service intervals.

In de rode bus zit het metaalpoeder dat wordt opgebracht, dat kunnen allerlei soorten zijn. In het blauwe vat bevindt zich de kerosine. In de witte kast wordt het koelwater gekoeld. De temperatuur in de explosiekamer van het pistool bedraagt ca. 2.750 graden Celsius en wordt gekoeld door water dat onder zeer hoge druk langs de kamer wordt gepompt. Achter het houten schot wordt de warmte met grote ventilatoren door het plafond afgevoerd.


my voice 2012

Resultaten My Voice WNL medewerkers ten opzichte van de vorige meting in 2010, zijn de scores betrouwbaar en representatief.

MyVoice Begin 2012 heeft het medewerkers­ tevredenheidsonderzoek My Voice weer plaatsgevonden. My Voice is een tweejaarlijks onderzoek naar de tevredenheid van Wärtsilä medewerkers. Het onderzoek wordt opgezet en gecoördineerd door Wärtsilä Corporation. De verwerking van de resultaten is omwille van het vertrouwelijke karakter uitbesteed aan een externe partij. Ten opzichte van het vorige onderzoek in 2010 is in 2012 wereldwijd de deelname aan dit onderzoek gestegen van 74,7% naar 75,2%. Voor WNL is het percentage deelnemers helaas iets gedaald van 61,8% naar 56,5%. Om onderzoekstermen te gebruiken: ondanks de lagere respons van

We kunnen er met zijn allen trots op zijn dat de resultaten van 2012 voor WNL aanzienlijk verbeterd zijn ten opzichte van de uitslagen van 2010. Belangrijke knelpunten in 2010 waren beloning, hoeveelheid communicatie, openheid in communicatie, strategie en betrokkenheid. Hoewel de resultaten per business unit verschillen, zijn al deze punten voor WNL sterk verbeterd, zo blijkt uit het onderzoek van 2012. Een mooie trend die we graag in de toekomst voortzetten! Op de onderdelen beloning, werkdruk en voorwaarden, competenties en ontwikkeling, sfeer en tot slot motivatie en tevredenheid scoren we zelfs aanzienlijk beter dan Wärtsilä Corporation. Kunnen we nu met zijn allen achterover gaan leunen? Nee, zeker niet! Resultaten verbeteren is één. Hogere scores vasthou-

Means by dimensions

den en versterken is twee. Bovendien, in het kader van onze ‘more entrepreneurial organisation’ wordt een groter beroep gedaan op ieders eigen ondernemerschap en bijbehorende competenties. Voor de een betekent dit meer verandering dan voor een ander. En bij dit soort zaken geldt altijd: je neemt afscheid voor iets en krijgt er iets anders voor terug. Een proces waar onderlinge communicatie, tussen medewerkers onderling en tussen medewerkers en hun leidinggevende, van cruciaal belang is. Zorg er daarom voor dat je met elkaar in gesprek gaat en blijft. Als we dat met zijn allen doen, leggen we een mooie basis voor een goede score in 2014. Eventuele acties naar aanleiding van de resultaten van My Voice 2012 worden per business unit en per team besproken in het werkoverleg. Benader je leidinggevende als je meer wilt weten over de resultaten van jouw business unit of afdeling.

Overall dimensions Wärtsila Corporation

WNL

Organising work

3.59

3.48

Fairness

3.85

3.82

Learn work

3.95

3.88

Rewarding

3.10

3.17

Communication quantity

3.40

3.23

Communication openness

3.40

3.32

Communication with managers

3.66

3.49

Feedback

3.59

3.40

Values

4.16

4.01

Strategy

3.94

3.68

Targets

4.18

4.05

Engagement

4.14

3.87

Workload and conditions

4.45

3.48

Competence and development

3.80

3.83

Atmosphere

3.66

3.80

Motivation and satisfaction

4.21

4.43

9


out of office

Even een hondje ophalen …in Chicago Voor deze Out-of-office reizen we af naar een knusse dijkwoning in Genemuiden, waar de voertaal Haags is. Hier woont Yvon van Meel. Ze werkt al sinds 2001 voor Wärtsilä en is Supply Chain Process Analyst bij WGLS. Maar eigenlijk had ze jarenlang nóg een baan: als hondenfokker, samen met haar man John. Nu beperkt ze zich tot één hond, puur voor het plezier: de corgi Lucy, genoemd naar de roodharige Amerikaanse actrice Lucille Ball.

10


out of office

“Toen wij hier vijftien jaar geleden kwamen wonen, zag een boer een bull terriër in onze auto zitten. ‘Waz da dan?’ vroeg hij. ‘Da is ’n hond’, antwoordde zijn vrouw. ‘Als dat ding op mijn erf komt, dan schiet ik hem eraf.’ Ze waren hier nogal onbekend met bull terriërs, de honden die wij fokten. Geweldig lieve beesten, maar de reuen zijn heel territoriaal. Als zo’n hond wordt besprongen door een andere hond, dan is het hap. Dus ontspannen wandelen met zo’n reu was lastig. Je kunt je eigen hond wel aan de lijn en onder controle hebben, maar niet die van een ander. Daarom heb ik altijd gezegd: als ik groot ben, wil ik een hondje voor de leuk. Dat werd Lucy.”

Voor we naar Lucy gaan, hoe zat het met dat fokken? “Dat deed ik op het allerhoogste niveau. Ik heb van alles gewonnen en zelfs een wereldkampioen afgeleverd: Kaya From Wishes And Dreams. From Wishes And Dreams was de naam van onze kennel en dus al onze ’nakomelingen’ dragen deze achternaam. Die kun je nog steeds tegenkomen. Joh, ik hoorde op een tentoonstelling wel eens iemand fluisteren: ‘Is dat Yvon van Meel? Wil jij me aan haar voorstellen?’ Haha, dat is toch wat. Wie ben ik nou helemaal?!”

Is dat dan geen tweede baan, dat fokken? “Dat valt reuze mee. We hadden hier zeven bull terriërs. In de weekenden ga je naar internationale tentoonstellingen en ook je vakanties pas je er op aan. Het was eigenlijk alleen echt druk als er een nestje kwam, want bull terriërs zijn domme moeders. Ze kunnen zo op hun puppy’s gaan liggen, dus de eerste twee weken slaap je ernaast.”

Waarom stopte je? “Op een gegeven moment ontgroei je het. Je kunt dan niet hoger. Je hebt dan alles bereikt wat je kunt. Anderen proberen dan ook niet meer de show te winnen, maar mijn hond te verslaan. Dat is minder leuk. Ook ga je zien hoe sommige fokkers het welzijn van de hond uit het oog verliezen. Het laatste dat ik deed op fokgebied was een teef importeren uit Engeland. Voor deze hond liet ik sperma overkomen uit Amerika. Beide kocht ik van gerenommeerde fokkers, maar ik kreeg een

nest met twee reuen die allebei een open gehemelte hadden. Toen was ik er klaar mee.”

Leidt fokken niet per definitie tot afwijkingen? “Ja, elke rashond heeft genetische afwijkingen en hoe verder je komt in het fokken, hoe meer je dat gaat zien. Al zijn er natuurlijk veel mensen die het niet willen zien. Dus ik dacht, ik hou de honden die ik heb, maar later wil ik een Welsh Corgi Pembroke.”

Dus toch weer een rashond, in plaats van een genetisch o zo gezonde vuilnisbakkensnuffelaar. “Ja, dat klopt. Als je eenmaal zo precies naar honden bent gaan kijken als ik, dan wil je een rashond. Het plaatje van mijn ideale hond stond al jaren in mijn hoofd geprent. Hij moest geen staart hebben en rood zijn met een wit symmetrisch masker. Omdat ik ’m zonder staart wilde, moest ik ’m uit Amerika halen, want hier mogen ze niet worden gecoupeerd. Nou had ik met John afgesproken dat ik ’m zou krijgen als we geen bull terriërs meer hadden, maar we hadden Spooky nog. Toen bedacht ik dat niet wilde wachten tot Spooky dood zou gaan, want op dat moment zou ik verdrietig en blij tegelijk moeten zijn. Dus mocht ik ’m eerder hebben.”

Had je al een adres? “Ja, ik had al vijf jaar contact met een betrouwbare fokker in Amerika. Vorig jaar, op 27 juli, werd daar een nestje geboren en daar zat er een teefje bij dat aan al aan mijn wensen voldeed. Binnen twee dagen kreeg ik de eerste foto’s via de mail. Ik betaalde met Paypal en zij zou de pup op het vliegtuig naar Nederland zetten zodra ze acht weken was. Na zeven weken belde ze om te zeggen dat voor een intercontinentale vlucht een minimumleeftijd geldt van twaalf weken in plaats van acht. Echter, met twaalf weken moet een hond worden ingeënt tegen rabiës en om vast te stellen of de inenting effectief is, moet de hond nog een maand in de VS blijven. Dan zou ik het hondje pas met vier maanden krijgen! Ik werd helemaal gek, want voor mijn gevoel wachtte ik al 20 jaar op dit hondje. Ik besloot hem zelf te gaan halen.”

Laat me raden. Dat is vast minder simpel dan het lijkt. “Heel goed geraden! Vliegen met een hond kan alleen met United Airlines en met een Airline Approved tas die je hier niet kunt kopen. Ook behoudt de piloot te allen tijde het recht je te weigeren, ook al staat het hondje op je ticket en heb je ervoor betaald. Verder moet je allerlei papieren hebben van dierenartsen van het Amerikaanse ministerie van Landbouw en Veeteelt enzovoort. En dan kom je na negen uur vliegen aan op een vliegveld met loopbanden van 500 meter lang en geen mens te bekennen. Ik dacht, als ze hier m’n keel doorsnijden, is er geen haan die er naar kraait. Ik kwam bij een speciale balie waar een heel jong jochie achter stond. Toen ik vroeg naar mijn hond, wees hij naar een heel klein beertje in een kenneltje. Ik schoot meteen vol en riep: ‘Mijn hondje, mijn hondje!’ en stoof er op af. Die jongen wist zich geen raad. Hij stamelde alleen maar: “O lady, o lady” en probeerde me tegen te houden want ik moest eerst allerlei papieren tekenen.”

Moest je meteen terug of kon je daar nog slapen? “Ik had een hotel op het vliegveld geboekt, nam de hond daar mee naar toe en probeerde een paar uur te slapen. Dat lukte niet, want ik wilde op mijn hondje letten. Ook zat ik in de zenuwen dat er op de terugweg, einde dag, toch nog iets mis kon gaan of dat de piloot me zou weigeren. Dus ik ben uren te vroeg gaan inchecken. Gelukkig had ik een incontinentiematrasjes bij me waar het hondje op kon plassen, want op zo’n luchthaven is alles van beton. Ook had ik de speciale hondentas. Die had ik online besteld en bij het hotel laten afleveren. Bij het inchecken voelde ik me net een drugssmokkelaar, zo zenuwachtig was ik. Ik had het zó warm, dat ik tegen de dame achter de balie zei: “Moet je een jas hebben?” en haar zomaar mijn jas gaf. Pas toen ik uren later in het vliegtuig zat, met de hondentas op schoot, kon ik ontspannen. Eenmaal thuis ben ik twee dagen ziek geweest van de spanning en het slaap­ gebrek. Maar ik had mijn hondje.”

11


lcf fregatten marine

Upgrade voor vier Luchtverdedigingsen Commando Fregatten Wärtsilä gaat zestien hulpmotoren van het type Wärtsilä Deutz TBD620V12 leveren en acht Controllable Pitch Propellors en schroefassen modificeren voor vier Luchtverdedigings- en Commandofregatten (LCF’s) van de Nederlandse Marine. De opdrachtgever is Scheldepoort Repair & Conversion Yard, zusterbedrijf van Damen Schelde Naval Shipbuilding die deze fregatten zo’n twaalf jaar geleden bouwde. De techniek heeft niet stilgestaan vanaf het moment dat deze schepen werden gebouwd. Door de modificatie van de schroefassen en het vervangen van de hulpmotoren worden de schepen efficiënter, stiller en milieu­ vriendelijker. Iets dat in de wereld van vandaag van cruciaal belang is. Doordat de systemen naar de huidige stand van de techniek worden gebracht, worden ze kleiner en lichter, wat de fregatten krachtiger maakt. “De gesprekken tussen Wärtsilä en Damen Schelde Naval Shipbuilding (DSNS) begonnen al begin 2011”, vertelt Peter Sterkenburg, Sales Manager Scheldepoort B.V. “Wärtsilä werd toen gevraagd om een alternatief te bieden voor de bestaande hulpmotoren van de vier fregatten.” “Dat pakten we natuurlijk met beide handen aan”, vervolgt Patrick Romeijn, Sales Support Engineer Merchant & Navy van Wärtsilä. Binnen onze verkoopafdeling hebben we toen een projectteam samengesteld met daarin Klaas Kuper, Account Manager, Eric Kloosterziel, Sales Support Manager Services North Europe en ik, als vaste kern. Voor de communicatie hebben we voor een trechterconstructie gekozen, waarbij Peter vanuit Scheldepoort en ik vanuit Wärtsilä de uiteinden waren. Alle communicatie liep daarmee via ons tweeën en dat werkte prima!”

Uitstekende interne samenwerking “Na verschillende verkennende gesprekken werd vanuit Wärtsilä besloten om drie opties aan te bieden. Deze opties zijn vervolgens één voor één uitvoerig besproken, waarbij alle wensen van de eindklant, Defensie Materieel

12

Peter Sterkenburg (Scheldepoort) en Patrick Romeijn (Wärtsilä) in de onlangs geopende Inhouse Repair Workshop van Schiedam.

Organisatie (DMO), in detail met het geoffreerde werd vergeleken. Voor Wärtsilä was het van extra groot belang om nauwkeurig te kunnen aansluiten op de wensen van de klant, omdat er ook concurrenten in het spel waren. Een aantal maanden later werd gekozen voor de Wärtsilä Deutz TBD620V12 motor als vervanger van de Paxman motoren. De generatoren zelf worden niet vervangen, maar door Wärtsilä overhaald. Het was mooi om te zien dat we in het proces van aanbieden, technische gegevens verifiëren en afschalen wat technisch haalbaar was, alle mensen die we binnen Wärtsilä nodig hadden om dit project tot een succes te maken, eenduidig achter ons hadden. Hiermee hebben we laten zien dat we ondanks onze spreiding over verschillende locaties als één bedrijf naar buiten kunnen treden”.

De Marine waardeert de Nederlandse afkomst Peter Sterkenburg: “Deze order betreft zestien motoren voor de generator sets die door Wärtsilä worden geleverd, gebouwd en gemodificeerd volgens de strenge eisen van de Marine. Daarnaast zullen er in totaal acht schroefassen worden gemodificeerd wat zal bijdragen aan een hogere brandstofefficiëntie. Wärtsilä en Scheldepoort zullen samen zorgdragen voor de inbouw en Imtech Marine neemt het elektrische- en automation-deel voor zijn rekening. Doordat we in één docking zowel de schroeven modificeren als de hulpmotoren vervangen, zijn de fregatten zo kort mogelijk uit de vaart. Wij zijn blij met de keuze voor Wärtsilä-motoren, omdat we alle vertrouwen hebben in de betrouwbaarheid

ervan. Dat geldt ook voor de Marine. Zij waarderen daarbij ook het feit dat deze motoren in eigen land worden gebouwd en daarmee een Nederlands product zijn.”

De banden met Scheldepoort en Damen aangehaald Patrick Romeijn: “En wij zijn natuurlijk ook heel blij met deze order. Niet alleen vanwege de omvang van ruim tien miljoen, maar ook omdat dit project onze relatie met Scheldepoort en Damen versterkt. Wij kunnen elkaar op verschillende gebieden aanvullen en versterken. Op het gebied van vaste schroefreparatie werken we bijvoorbeeld al samen. Medewerkers metallurgical repair uit Kruiningen maken nu ook al gebruik van de werkplaatsen van Scheldepoort voor de reparatie van grote schroeven. De eigenaar van zo’n schroef kan dan besluiten om de schroef ook bij Scheldepoort te laten inbouwen. Zo kunnen onze activiteiten een wederzijdse spin-off genereren.” Peter Sterkenburg: “In de tweede helft van augustus gaat het eerste fregat voor 70 tot 80 dagen in dok, het tweede komt begin 2013, het derde en vierde fregat krijgen hun opwaardering in 2014. Na deze data zijn alle dieselmotoren aan boord van deze LCF’s afkomstig van Wärtsilä, want ook de kruisvaartdiesels (KVD’s) van de fregatten zijn Stork-Wärtsilä 16V26ST diesels. Wärtsilä en Imtech zijn de juiste partners om dit project tot een succes kunnen maken en dat is precies wat we gaan doen!”


avr

Nieuw:

Excitation-AVR-Retrofit Solutions Electra- en elektronica-retrofits voor generator sets Generator sets die de stroom leveren in schepen, offshore installaties en power plants gaan heel veel jaren mee, maar de elektronica er omheen veroudert sneller en is van levens­belang voor de werking van generator sets. Om onverwachte onderhoudskosten door storingen voor te kunnen zijn, ontwikkelde de afdeling Technology Develop­ ment van Electrical & Automation Services een reeks retrofit oplossingen voor energieopwekkingsystemen en Automatic Voltage Regulators (AVR). De Wärtsilä Land & Sea Academy start na de zomer met cursussen in het uitvoeren van deze upgrades. Hiermee heeft E&A Services, ondersteund door Solutions Management Sales Support, er weer een prachtproduct bij voor een zeer grote, wereldwijde markt. “Preventing the unexpected, ofwel: het onverwachte voorkomen. Dat is het doel van de ontwikkeling van de retrofits voor de controlesystemen en de vervanging van de verouderde besturingselektronica van generator sets”, vertelt E&A Expert Arjan Braspenning van E&A Services, Technology Development. “Je moet je voorstellen dat een generator set misschien al vijftien jaar draait. Dat geeft meestal geen grote problemen, want het is een mechanische machine die gebouwd is om lang mee te gaan. De elektronica veroudert echter veel sneller, waardoor die minder nauwkeurig wordt en kans heeft op uitvallen. Dan heb je geen energieproductie meer en ligt een belangrijk deel van je schip, je offshore platform of je power plant stil. Intussen is de generator- en de elektronicamarkt ingrijpend veranderd. Fabrikanten en bijbehorende ondersteuning zijn verdwenen, reserveonderdelen zijn vaak niet meer leverbaar en de technische tekeningen zijn niet meer leesbaar of kwijt. Als je dat pas ontdekt wanneer iets uitvalt, heb je een groot probleem. Wij willen deze situatie vóór zijn.”

Dus zo’n klein kastje als een AVR, bepaalt of een generator werkt? “Ja, het is een cruciaal onderdeel. Als we een

retrofit project uitvoeren, gaat dat verder dan alleen het vervangen van de AVR. We kijken dan naar het gehele systeem voor opwekking van elektrische energie, dus ook naar de rotor en de stator, diodes, meetspoelen, vermogens­schakelaars enzovoort. Ook zorgen we dat alles in het systeem weer up-to-date wordt gebracht. E&A Services is hier de system integrator, waarbij gebruik gemaakt wordt van bestaande modules van betrouwbare elektronicafabrikanten.”

Deze nieuwe dienst hoort bij de missie van Wärtsilä om total solution provider te zijn? “Inderdaad, dit hoort bij de ondersteuning die wij onze klanten willen bieden. Samen met Jaap van den Corput van de Land & Sea Academy zijn we nu ook een cursus aan het opzetten in deze vernieuwde – voor onze klanten zo belangrijke – technologieën. De cursus is geschikt voor zowel Service Engineers als voor mensen van Sales Support, zodat ook zij bekend worden met de AVR-vervangingsmarkt en de bijbehorende producten en diensten. Na de zomer komt de cursus op de trainingskalender en kan men zich hier voor inschrijven om de eigen kennis te kunnen vergroten en delen. Later komt deze cursus ook beschikbaar voor

klanten. Intussen geven wij zelf ook E&A Services productpresentaties aan Sales Support en netwerkkantoren, via webinars en live-meetings, maar ook op locatie.”

Geeft deze retrofit solution een goed voorbeeld van waar jullie je bij E&A Services Technology Development mee bezighouden? “Ja, op dezelfde manier werken we ook aan de ontwikkeling van engine controls upgrades en retrofits (UNIC), electrical audits, Integrated Automation System (IAS), Shore Power Connection (het stekkeren van schepen aan de stroomvoorziening aan de wal) en nog veel meer. Eigenlijk proberen wij nieuwe bouw­ stenen te creëren die onze wereldwijde kantoren van Delivery Management weer gemakkelijk kunnen gebruiken in hun projecten.”

Je vindt meer informatie over deze retrofit in de Services Offering Catalogue: http://serviceproducts.wartsila. com/?solution_id=W-S0007

13


W4u

Weer veilig de weg op 30 maart was de (anti) slipcursus voor de autorijders. 1 april was het de beurt aan de motorrijders. Hieronder een verslag van Peter Schalk.

Met zestien motorrijders en twee passagiers hebben we zondag 1 april genoten van een instructieve motordag. Deze werd gegeven door drie instructeurs van MRT (Motor Rijvaardigheid Training). We begonnen om 8:30 uur met koffie/thee in de Remise in Drunen. Met veel ervaring en humor, afkortingen als AIDSTK (wat niet direct met de stof te maken had) en KKKKK (voor de bocht) werd onze aandacht en oplettendheid getest. Eerst kregen we uitleg over ‘de taal van de weg’. Ons werd geleerd wat de bomen, lantaarnpalen en achterkanten van verkeersborden allemaal aan extra informatie bieden. Daarna werd uitgebreid ingegaan op het nemen van een bocht op een veilige manier. ‘Let op in iedere bocht ligt zand, olie en een dode hond. En als het niet zo is, dan heb je geluk’. Na ruim twee uur theorie en nog een kopje koffie, volgde een motortocht om de Drunense Duinen waarna we bebouwde

kom, buitenwegen en snelweg aandeden. Tijdens deze rit werd door de instructeurs soms met twee zwaaiende handen gewezen op de punten die in de theorie behandeld waren. Terug bij de Remise werd de rit nog even in kleine groepjes nabesproken en kregen enkelen nog extra persoonlijke adviezen. Na de lunch was het tijd voor de bijzondere verrichtingen. Deze werden gedaan op het parkeerterrein van Wärtsilä aan de Lipsstraat. Per oefening werd eerst gedemonstreerd hoe het wel en niet moet. Een van de deelnemers merkte op, dat je bij lage snelheid de ervaring van de rijders beter ziet. Hardrijden kunnen we allemaal wel. Hoewel de bijzondere verrichtingen tegenwoordig een onderdeel zijn van het motorrijexamen, komt het er na het examen haast nooit meer van om deze vaardigheden op peil te houden.

Als laatste oefening kwam het remmen aan bod. Eerst werd het remmen met ABS gedemonstreerd op gravel, daarna op de weg. Alleen de achterrem, alleen voor en remmen met een passagier achterop. Hierna konden we zelf aan de slag. Je hoopt dat een noodstop nooit nodig is, maar wel fijn om het eens geoefend te hebben. Na een afsluitend rondje, waar iedereen zijn ervaring van de dag nog kon delen, werd afgesloten. AIDSKT = Alle Indianen Drinken ’S Morgens Koffie. KKKKK= Kijken, Kiezen, Kantelen, Kracht, K.. (als je het vorige niet goed hebt gedaan gegaan) Meer informatie over MRT is te vinden op www.motorrijvaardigheidstraining.nl

Dagtocht Wunderland Kalkar Hieronder een kort verslag door Bart van de Wal: Zaterdag 16 juni om acht uur stonden we in Drunen te wachten op de bus uit Kruiningen die ons op zou pikken. Daar kwam hij dan, een knaloranje bus! De sfeer zat er lekker in en het ontbrak ons aan niets. De kids relaxed voor de tv en de ouders aan de thee of koffie. Rond de klok van tien uur arriveerden we in Kalkar. Even gezamenlijk polsbandjes halen en daarna erop uit! Leuke attracties gedaan en gezien en om 12:30 uur stond er alweer een buffet gedekt, waar we dan ook heerlijk van genoten.

14

Terug het park in, maar helaas waren de weergoden ons niet gezind. Toen het museum maar ingedoken. Het was ook reuze interessant om al die info over een kernreactor te zien en binnen was er vertier genoeg. Lekker onbeperkt frietjes en ijsjes kunnen eten vonden de kids geweldig. En als je eenmaal in de wildwaterbaan had gezeten, maakte het niet meer uit of het regende. Dan was je toch al kletsnat. Rond 17.00 uur weer verzamelen bij het restaurant voor een laatste gebakje of kop soep. Daarna heerlijk rustig, onder genot van een drankje, terug gereden. Al met al een zeer geslaagd dagje uit!


Klantendag WDE / marinedagen den helder

Klantendag WDE in Leer 20 juni was er een door Wärtsilä Duitsland georganiseerde klantendag in Leer. Hiervoor waren klanten uitgenodigd die zich verder willen verdiepen in de optimalisatie van hun Wärtsilä installaties. Er waren verschillende vertegenwoordigers van de diverse productportfolio’s vertegenwoordigd. Vanuit Zwolle waren Gert-Jan Havikhorst en Ton van Middelkoop van de Medium Speed Small Bore productgroep aanwezig. Deutz, Sulzer en Wärtsilä Werkspoor producten zijn gepresenteerd en toegelicht. Met name voor de Wärtsilä 38A motorproducten was veel interesse. Enkele vragen en informatieverzoeken die hier uit voort­kwamen worden door Technical Services verder uitgewerkt naar verbeteringen voor klanten en verkoopmogelijkheden voor Wärtsilä.

De algemene indruk was, dat men geïnteresseerd was in nieuwe producten. Echter de huidige economische (met name container gerelateerde) situatie in Noord-Duitsland is een behoorlijke rem op investeringen. Men blijft investeren in besparingen die gerelateerd zijn aan olieproducten, maar deze moeten van dien aard zijn, dat ze direct bijdragen aan een vermindering van de operationele kosten aan boord. Maarten van der Klip van Area Project en Environmental Sales Support gaf twee presentaties; één over scrubbers en één over ballast water behandeling, waarin

duidelijk naar voren kwam dat er ook geïnvesteerd zal moeten worden om aan internationale wetgeving te kunnen blijven voldoen. De gevolgen hiervan waren bij alle aanwezigen nog niet bekend. Dat maakte van deze dag niet alleen een relatieversterkend evenement, maar was ook zeer informatief.

Wärtsilä presenteert zich op Marinedagen in Den Helder Net als bij Wärtsilä staat samenwerken bij de Marine hoog in het vaandel. Vloot en mariniers zetten zich samen in voor veiligheid op en vanuit zee. Ver weg, maar ook dicht bij huis. Ook ónze medewerkers leveren een bijdrage aan deze veiligheid, door te anticiperen op mogelijke voortstuwingsproblemen bij schepen van onze klanten. Ook ónze medewerkers werken soms dicht bij huis, maar voor een deel ook in het buitenland, dus verder weg. De schepen van onze klanten varen immers overal. Kortom, de Marine en Wärtsilä hebben veel gemeen. Naar aanleiding van de order die onlangs met Scheldepoort werd gesloten voor het leveren van zestien Deutz TBD 620 hulpmotoren en modificatie van acht schroef­assen van de vier LCF Fregatten van de marine (een uitgebreid artikel hierover lees je elders in dit blad) waren Wärtsilä en de Marine het er snel over eens: tijdens de jaarlijks terugkerende Marinedagen (voorheen Vlootdagen) in Den Helder, mocht Wärtsilä dit jaar niet ontbreken.

De Marinedagen trekken jaarlijks ongeveer 150.000 bezoekers uit het hele land. Jong, oud, grotendeels privé, maar voor een deel ook zakelijk. Een gemêleerd publiek dus. Bezoekers van de Marinedagen konden vanaf de kades en aangemeerde marineschepen met eigen ogen aanschouwen hoe marinemannen en -vrouwen samenwerken om een drugstransport te onderscheppen, om een amfibische landing uit te voeren, om piraten te overmeesteren of om een reddingsoperatie op zee uit te voeren. Op het terrein van het Marinebedrijf was daarnaast het imposante dok 6 opengesteld om bezoekers een uniek kijkje achter de schermen te bieden. Daar konden bezoekers dit jaar voor het eerst ook kennismaken met producten van Wärtsilä. Collega’s Klaas Kuper (Account Manager Services) en Jaap van den Corput (Manager van de Wärtsila Land & Sea Academy in Waalwijk), zorgden er voor dat in deze onderhouds­werkplaats de volgende producten werden geëtaleerd:

- Motor CW170 - Opengewerkte turbocharger TPL69 - Uitlaatklep Sulzer RTA96C - Schaap met de vijf poten (schroef met vijf verschillende bladen) - Los schroefblad - Opengewerkte cilinderkop W38 Een mooie manier om een bredere doelgroep kennis te laten maken met Wärtsilä. Klaas en Jaap, bedankt. Mooie actie!

15


QEHS

5S

Het derde kwartaal is begonnen en het project 5S is in volle gang. De werkplaatsen zijn in het eerste kwartaal van start gegaan. De eerste stappen worden altijd met enige terughoudendheid genomen, maar resultaten worden steeds meer zichtbaar. Door geregeld de rapportage voor heel Nederland op te stellen, komt het besef dat iedereen aan de slag is en men niet wil ‘achterblijven’. Fraaie score is, dat de werkplaatsen in Waalwijk de target van 3 (ca. 60% voldoet aan 5S methodiek) is gepasseerd. Fantastisch natuurlijk, dat alle bezoekers, onze eigen collega’s én externe klanten, met de methodiek in

aanraking komen. Naast een prettige en opgeruimde werk­omgeving, geeft het een professionele uitstraling. De nieuwe hal van DMFS heeft bij de aanleg al rekening gehouden met 5S en kan natuurlijk niet anders dan een goede score neerzetten. Bestaande werkplaatsen maken gebruik van de ‘vliegende achterstand’, verbeterpotentieel is immers weer groter in een bestaande omgeving. De komende periode starten verschillende kantoren met een gelijk traject, maar hier is sprake van een wat andere dynamiek dan in een gemiddelde werkplaats.

Safety Campaign Onderdeel van de Safety Campaign is de Zero Injury training, welke bestaat uit twee gedeelten. Het eerste gedeelte, een e-learning waarbij in zes modules diverse veiligheidsthema’s worden behandeld, is al uitgevoerd door het operationele lijnmanagement. Zodra ook de Nederlandse versie gereed is, zal deze ook in de workshops worden ingezet. Het tweede gedeelte is een praktijksessie, waarbij het herkennen van incidenten en het beoordelen van risico`s op de werkplek

voorop staat. Inmiddels is er al een pilot uitgevoerd in Kruiningen. Met een camera in de hand gingen de deelnemers de werkvloer op om hun eigen situatie te beoordelen. Hierdoor kwamen verrassend veel verbeterpunten naar boven. Brandblussers die niet goed bereikbaar zijn, een nooduitgang die uitkomt op een sloot en struikelgevaar door kabels op de grond. Vervolgens stond het onderwerp Human Factors op de agenda (‘draadeind en moeren workshop’) met als doel om bewustzijn en begrip te creëren voor de

condities en omstandig­­ heden die het menselijk gedrag en handelen beïnvloeden. Het merendeel van alle ongevallen is immers terug te schrijven op (eigen) menselijk gedrag. Het falen van machines komt bijna niet voor. Na evaluatie van de praktijksessie wordt een plan opgesteld om dit ook op andere locaties uit te gaan voeren. Hierover meer in de volgende editie.

DNV audit In de periode van 27 augustus t/m 7 september vindt de jaarlijkse DNV audit plaats. Dit jaar duurt de audit langer dan andere jaren, omdat er een her­certificering zal plaatsvinden. Het huidige certificaat is namelijk tot 9 november geldig. Dit betekent, dat het QEHS management­ systeem getoetst en meerdere mensen geïnterviewd worden. DNV heeft dit vastgelegd in een programma.

16

In outlook zijn de afspraken met alle betrokkenen vastgelegd. De aandachts­ gebieden tijdens de DNV audit zijn: 1. Implementatie van Bright Sky (ter herinnering zullen de posters blijven hangen tot na de audit) 2. Voortgang van 5S De bevindingen die tijdens de audit worden vastgesteld, dienen voor

9 november te zijn beantwoord, zodat we dan de nieuwe certificaten kunnen ontvangen. We verwachten, dat we met elkaar dit zullen realiseren.


HR

Coaching for Performance:

Nu breed geïntroduceerd binnen Wärtsilä Zoals onze CEO Björn Rosengren enige tijd geleden opmerkte: “To realize Wärtsiläs full potential, we must change our way of working. Wärtsilä will shift towards a more entre­preneurially driven organization.” Ofwel: “Als we alle potentieel binnen Wärtsilä willen benutten en realiseren, moeten we onze werkwijze veranderen. Wärtsilä zal moeten veranderen in een meer ondernemingsgerichte organisatie. Vanuit die optiek is in 2011 binnen Wärtsilä het initiatief genomen een training te ontwikkelen die managers leert en stimuleert om het lerend vermogen bij hun medewerkers te bevorderen. Eind 2011 is er een pilot geweest voor de training ‘Coaching for Performance’, waar onder andere Diane Tuinebreijer, Director Human Resources van Wärtsilä Netherlands aan deel heeft genomen. Samen met andere Wärtsilä collega’s is in de pilot onderzocht wat goede en minder goede elementen in de training kunnen zijn en wat het best aansluit bij onze organisatie. Op die manier is de huidige training tot stand gekomen. Er is oprecht geloof in de top van onze organisatie dat een meer coachende stijl van leidinggeven onze organisatie verder kan ondersteunen in het bereiken van een ‘high performance culture’. Aan de eerste trainingen in 2012, zowel in Nederland als in andere landen, hebben dan ook veel managers deelgenomen.

Waar gaat het nou precies om bij Coaching for Performance? Het is van belang het onderscheid te maken dat het hier gaat om Coaching for Performance. Dat betekent, dat de coaching in principe gericht is op de werksituatie, met als doel om door middel van coaching de prestatie en talenten van de betreffende medewerker zo goed mogelijk te ontwikkelen. In feite gaat het er om dat de leidinggevende de medewerker helpt de antwoorden/mogelijkheden zelf te vinden. Minder instrueren, meer uitdagen en helpen (onder) zoeken. Dat vergt tijd, aandacht en vaardigheden van de leidinggevenden. Wanneer de coaching succesvol verloopt,

betekent dit dat de medewerker zich verder ontwikkelt en je gezamenlijk tot een hoger plan kunt komen. Eén van de belangrijke aspecten van Coaching for Performance is het stellen van goede en effectieve vragen. Naast goed luisteren, blijkt in de training dat het stellen van “powerfull questions” niet eenvoudig is. Al snel blijkt ons eigen oordeel door te klinken in de manier waarop we vragen stellen, waardoor we de ander al een bepaalde kant op duwen en niet de kans geven zelf positie te kiezen. Vanzelfsprekend wordt ook aandacht besteed aan het feit dat een coachende opstelling niet altijd en overal het beste is. Wärtsilä heeft geoordeeld dat de Coachende leiderschapstijl dusdanig belangrijk is voor het verder ontwikkelen van de onderneming, dat alle leidinggevenden gestimuleerd zullen worden deze training te volgen.

Diane Tuinebreijer

Diane Tuinebreijer is enthousiast over de ervaringen in de pilot-training: “We werken met z’n allen in een voornamelijk technisch georiënteerd bedrijf. Vaak zijn in een dergelijke omgeving de coachende vaardigheden van nature niet al te ruim aanwezig. Dat is op zich geen probleem, want coachende vaardigheden kun je leren. Dat Wärtsilä de keuze heeft gemaakt dit te stimuleren, vind ik positief. Naast een visie vormen, sturen en corrigeren is coachen een onmisbare vaardigheid in de toolkit van een leidinggevende.” De positieve reacties van de deelnemers aan de training, die in juni werd gegeven, lijken dit eveneens te onderstrepen.

17


saga sapphire / 6SW28 motor

Remanufacturing project voor cruiseschip Saga Sapphire MS Saga Sapphire: Passagiersschip Bouwjaar: 1981 Lengte x breedte: 200m x 28m Bemanning: 415 Passagiers: 706 Dekken: 12 Ton: 37.301 Registratie: Malta Hoofdmotoren: 2x MAN K7SZ70/125B Hulpmotoren: 3x 6R32LNE gensets + 2x Deutz TBD510L6 gensets

De twee aanwezige Deutz TBD510L6 gensets zijn inmiddels vervangen door onze nieuwe remanufactured 6R32sLNE generatorset. Deze complete set op HFO (Heavy Fuel Oil) voldoet aan alle eisen met betrekking tot EIAPP IMO Tier 2 (lage NOx uitstoot) en is met Germanisch Lloyds keur geleverd. Speciaal aan deze genset is zeker ook de kleur: wit/beige, wat voor een motor

of genset bijna nooit voorkomt. Wärtsilä heeft het totale project van begin tot eind gedaan. Zelfs het transport per schip van Antwerpen naar Palermo (Italië) hebben wij geregeld. Verder is de genset door onze mensen elektrisch en mechanisch, met groot succes, in bedrijf gesteld met een zeer

tevreden klant als resultaat. Allen die meegewerkt hebben aan dit project mogen zeker zeer trots zijn. We hebben kwalitatief en commercieel gezien een uitstekend project afgerond en de genset met een zeer korte doorlooptijd geleverd.

Twee projecten met ieder een remanufactured 6SW28 motor We hebben een nieuwe reman 6SW28 motor voor de Belgisch eigenaar van de MV Stephanie (Z 45) en een nieuwe reman 6SW28 motor voor de Nederlandse eigenaar van de Quo Vadis (GO 44) met succes afgeleverd. Beide motoren zijn kwalitatief van een zeer hoog niveau en op tijd geleverd. De laatste 6SW28 motor voor de GO 44 is zelfs met maar zes weken levertijd geleverd. Beide motoren voldoen aan alle eisen met betrekking tot EIAPP IMO Tier 2 (lage NOx uitstoot) en zijn of onder de Belgische Scheepvaart Inspectie of onder de Nederlandse Scheepvaart Inspectie geleverd. Prima gebouwde motoren volgens DRS (onze vertegenwoordiger in Stellendam), die ook deze motoren heeft ingebouwd (samen met scheepswerf Padmos) en in bedrijf

18

gesteld. Ook zijn beide klanten zijn uitermate tevreden en vol lof over hun nieuwe reman motoren. Team Johnny kan zeker trots zijn op deze twee gebouwde motoren. Het succes­

verhaal van deze twee nieuwe reman 6SW28 motoren gaat als een lopend vuurtje rond in zowel de Nederlandse als Belgische visserij. Dat is natuurlijk geweldige reclame!


verandermanagement schiedam

Verandermanagement Schiedam:

SUBLX vindt zichzelf opnieuw uit Service Unit Benelux (SUBLX) staat met ingang van september in de startblokken om haar ambitie van ‘Best Service Company’ te gaan waarmaken. Voor het veranderproces dat dit vraagt, werd een externe verandermanager aangetrokken: Roberto Reyes. We praten met hem over wat zijn taak inhoudt en welke stappen SUBLX heeft gezet en nog gaat zetten. Roberto, wat is jouw taak hier? “Ik ben hier begin april binnengehaald door Henk de Jong, om mee te denken over wat nodig is om van SUBLX weer een succesvolle organisatie te maken. Het was op dat moment al duidelijk dat personeelsreductie onvermijdelijk was, maar ook dat er daarna nog een verbeterproces nodig zou zijn. Mijn opdracht was: kijk naar de processen die wij hier hebben en help mee ze te verbeteren, zodat we weer winstgevend worden. De aanleiding voor de wens tot verandering is een heel zakelijke: het bedrijf maakte verlies. Dat kun je dan ook heel zakelijk oplossen. Ik zie het als mijn taak om daar ook een menselijke kant naast te leggen. Dus om ook de vraag te stellen: wat hebben de mensen nodig om dit bedrijf tot een succes te maken?”

Om daar iets over te kunnen zeggen, moet je het bedrijf eerst leren kennen, neem ik aan? “Jazeker. Nu helpt het dat ik zelf een scheepsbouwkundige opleiding heb en vanuit de scheepsbouw in het verandermanagement terecht ben gekomen. Toch moest ik me inderdaad flink verdiepen in dit bedrijf. Hoe wordt hier geld verdiend? Wat zijn de producten en hoe winstgevend moeten ze zijn? Hoe ziet de markt eruit? Hoe werkt het SAP-systeem? Ook moest ik de financiële processen zien te begrijpen: hoe rapporteert men, wie wordt waarop afgerekend, hoe worden marges berekend, hoe worden voorraden gewaardeerd? Dat verkennen is een informeel proces, waarvoor ik met heel veel mensen heb gesproken. Dat gaat best ver. Ik stap hier bijvoorbeeld met een monteur aan boord van een schip, vraag waarom die lager eigenlijk scheef is gelopen en dan ook maar meteen op welke KPI hij wordt beoordeeld.”

En intussen kijkt men vanuit Finland met belangstelling mee naar wat hier gebeurt? “Dat klopt. Wärtsilä is een ‘global company’ met ‘global standards of working’ waar wij aan moeten voldoen. Tegelijk is Nederland de bakermat van een aantal heel mooie producten. Dat maakt ons ook een beetje eigenwijs, want we kunnen echt wat.

Echter, dat zorgt er wel voor dat er extra oplettend naar ons wordt gekeken, die Nederlanders willen het altijd net even anders. In Delivery Management zijn richtlijnen opgesteld voor een wereldwijde uniforme werkwijze van de service units en als je de tijd neemt om je daar goed in te verdiepen – wat flink tijd kost, want het is veel – dan zie je dat daar echt goed over nagedacht is. Wij grijpen dit verbeterproces aan om meteen ook deze internationale richtlijnen mee te nemen, want die zullen ons helpen.”

Wat zijn de stappen die worden gezet in dit veranderproces? “We zijn begonnen met het duidelijk maken van de nood zaak voor verandering. Dat is in elk veranderproces de eerste stap. De tweede stap is het samenstellen van een zogenaamd ‘guiding team’: medewerkers die, binnen hun werkomgeving, de kar gaan trekken. Dat is een informele taak van een groep die we geleidelijk uitbreiden. De derde stap is om samen de visie helder op het netvlies te krijgen, zodat we weten waar we naar toe willen. Mensen uitzicht bieden en ook het vertrouwen dat het goed komt is stap vier. Dat doen we in gesprekken en met nieuwsbrieven. Er zijn wel littekens: sommige medewerkers hebben al verschillende reorganisaties meegemaakt, er was hier ook een tijd geen Directeur … dat soort zaken tikt aan. Onze positieve boodschap wordt enerzijds met cynisme ontvangen en anderzijds merk je dat mensen ook trots zijn op wat we hier doen. Het ‘guiding team’ zal de positieve boodschap daarom moeten blijven uitdragen. De vijfde stap is ‘empower action’. Niet alle zegen komt van boven, iedereen kan een rol spelen. Een mooi voorbeeld hiervan is dat een heel jonge, enthousiaste medewerker is gevraagd om de buitendienstmedewerkers te instrueren in het werken met de nieuwe Electronic Time Sheets. Als je dat een ‘IT-professor’ laat doen, komt dat belerend over en roep je weerstand op, nu niet. De zesde stap is de winstpunten laten zien. In september moet de nieuwe structuur staan. Dit is tevens de datum dat Henk de Jong deze functie een jaar vervult, dus die datum heeft ook een symbolische waarde. Snel

Roberto Reyes

daarna moeten we de eerste successen zichtbaar maken. Je moet dan denken aan zaken als: zorgen dat offertes eerder bij de klant terechtkomen, rekeningen sneller worden verstuurd, de marges verbeteren, het aantal claims afneemt, de medewerkertevredenheid toeneemt of wat dan ook. Met zulke successen kunnen we laten zien, dat het tij is gekeerd en dat we het verleden achter ons laten.”

Wat is er op 1 september ‘fysiek’ veranderd aan de bedrijfsvoering of de processen? “Ik noemde de nieuwe urenregistratie voor de buitendienst met Electronic Time Sheets al even. Dat gaat dan met een ‘handheld’ gebeuren, een beetje zoals een pakketbezorger dat bij je thuis ook doet. Een heel cruciale verandering betreft de opzet van de nieuwe afdeling Resources, een intern uitzendbureau voor de monteurs van de buitendienst. Een andere grote verandering is, dat we gaan werken met klantgerichte teams waardoor coördinatie, parts sales en administratie beter kunnen samenwerken. Daarmee kan bijvoorbeeld het aantal overdrachtsstappen van sales tot invoice worden beperkt, maar het dient ook om fouten te voorkomen en om verkoopkansen beter in zicht te krijgen.”

Dus we gaan nog vaak van SUBLX horen in de W-Work? “Absoluut. Er wordt nu veel gesproken over zaken die mis gaan, maar SUBLX gaat dit jaar 90 tot 100 miljoen omzet draaien. Dat werk wordt weliswaar niet allemaal hier uitgevoerd, maar evengoed gaat het om heel veel werk. Er gaat dus ook heel veel goed. We moeten de balans vinden tussen leren van wat niet goed gaat en delen van wat wel goed gaat. Overdrijven, aan welke kant dan ook, is niet goed.”

19


W W W W W W W WOCA-rit Verslag van de k

wo r

wo r

wo r

wo r

wo r

in het kort

wo r

k

k

k

k

k

k

wo r

k wo door Friesland rk

skip’ in Blauwhûs. Verder via Workum, het Heidenskip en het schilderrijke stadje Hindeloopen naar het eindpunt Molkwerum, Sybren’s woonplaats. Hier konden de kampeerders op de lokale camping de tenten opzetten. De eerste dag werd afgesloten met een fantastische barbecue, die doorging tot in de late uurtjes.

Het zou er om gaan spannen. Vrijdag 15 juni was het bar slecht weer en de verwachtingen voor zaterdag waren ook niet al te best. Zou het door gaan of zouden de liefhebbers van de automobiel juweeltjes zich af laten schrikken door het weer? Het bleek mee te vallen en er waren uiteindelijk veertien equipes en 24 deelnemers die de moeite hadden genomen om zaterdagochtend uit alle windstreken koerszetten richting Zuidwest-Friesland.

20

Als verzamelpunt en startplaats was de parkeerplaats van Hotel-Restaurant Hajé bij Joure gekozen. Voor zaterdag 16 en zondag 17 juni had Sybren de Jong een prachtige rit uitgezet van +/- 80 km in het zeer gevari­eerde gebied van Zuidwest-Friesland. De tocht voerde langs de Langweerder Wielen, het Heegermeer en Gaastmeer naar de voormalige Zuiderzee. De gezamelijke lunch werd genuttigd in restaurant ‘freon­

De volgende morgen werd een rondje door het mooie dorp Molkwerum gemaakt. Later werd de rit vervolgd richting Stavoren en verder via Scharl naar Oudemirdum in het bosrijke Gaasterland. In Lemmer werd een bezoek gebracht aan het ir. D.F. Wouda­ gemaal, dat stamt uit 1920 en het grootste nog werkende stoomgemaal ter wereld is. Sinds 1998 staat het gemaal op de wereld­erfgoedlijst van UNESCO. In het gemaal kregen we een rondleiding en konden we genieten van de vele technische hoogstandjes uit die tijd. Na de rondleiding namen we afscheid en constateerden we dat onze juweeltjes het goed gedaan hadden, er waren geen pechgevallen en we kunnen terugkijken op een geslaagd weekend.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.