MOW Magazine #06

RESULTAATGERICHT WERKEN Nick en Daan over een procesmatige aanpak

DE ANDERE WEG MOW start innovatiedenktank

DE WERELD ROND Expats thuis bij MOW

14

16

Innovatieve sondeertechnieken in strijd tegen kusterosie

10

06 APRIL 2019

Hoe Geotechniek de kust beschermt tegen de zee

Koorts Baanbrekers

“Het zal nu wel rustig zijn in Brussel, zeker? Alles ligt toch wat stil nu de verkiezingen in aantocht zijn?”, vraagt mijn buurvrouw me bij het thuiskomen. Ja, ik ben een keertje thuis voor het donker wordt, tot zover klopt haar analyse. Maar het werk zit er nog niet op. Helemaal niet.

08

Van rust is er in de meeste teams van ons departement de laatste tijd niet veel sprake. Terwijl de kolommen in de kranten gevuld worden met politici en belangengroepen die wedijveren om de aandacht van de kiezer, en terwijl het op twitter gonst van de ideeën en meningen, zorgen wij ervoor dat de winkel blijft draaien. De verkiezingsprogramma’s raken bekend, voorstellen en oplossingen schieten heen en weer, ook over de mobiliteit in Vlaanderen. De verkiezingskoorts stijgt.

Ook in ons departement stijgt de temperatuur naarmate 26 mei dichterbij schuift. Onze beleidsmensen hebben heel wat werk met de uitrol van basisbereikbaarheid of de nieuwe rijopleiding.

Of de bijdrage voor het nieuwe regeerakkoord en hoe we die kunnen introduceren aan de nieuwe minister. Allerhande kleine en grote infrastructuurprojecten worden nog gerealiseerd voor de huidige minister zijn mandaat neerlegt.

En onze communicatiedienst draait overuren, want bovenop het gewone werk willen we de juiste informatie in het mobiliteitsdebat brengen of de nodige kadering voorzien. Voor de buitenwereld mag het dan wel lijken alsof er even op de pauzeknop van het beleid is gedrukt en we er als administratie naar zitten te kijken. Maar niets is minder waar.

Hoe Geotechniek de kust beschermt tegen de zee

Verkiezingen of niet, wij zorgen ervoor dat Vlaanderen blijft draaien. De voorpagina’s van de kranten zullen we daarmee nooit halen, en dus kan ik het mijn buurvrouw niet kwalijk nemen dat ze dat niet ziet.

Maar wij weten wel beter. Het is zoals met een bos. Je ziet het nooit gebeuren, maar ook ’s nachts groeien de bomen.

Buiten de zone

22

Filip Boelaert

Secretaris-generaal van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken.

De wereld rond

16

Aan het stuur

19

MOWmag is een initiatief van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken. | April 2019 | COÖRDINATIE EN EINDREDACTIE: Nancy De Ceuleneer, Nick Arys, Machteld Ryckaert, Leen De Dycker | CONCEPT EN VORMGEVING: Absoluut I COPYWRITING: Anneleen Stollman www.thewritething.be | FOTO’S: Departement Mobiliteit en Openbare Werken, Jelle Vandermeersch, Marco Mertens | DRUK: Drukkerij Haletra | Deze publicatie is met de grootste zorg samengesteld. Departement Mobiliteit en Openbare Werken is niet aansprakelijk voor eventuele wijzigingen en/of onnauwkeurigheden in de opgenomen gegevens. | VERANTWOORDELIJKE UITGEVER: Filip Boelaert, secretaris-generaal, Koning Albert II-laan 20 bus 2, 1000 Brussel.

OMLEIDING 10

Resultaatgericht werken

Procesmatig werken: saai of sexy?

Bruggenbouwers

04

Snelweg Het belangrijkste nieuws in een flits

20

Expertise in beweging De MOW-waardenquiz

12

14

De andere weg

3

SNEL WEG Het belangrijkste nieuws in hapklare brokjes.

Zet je ondersteuners in de bloemetjes op 18 april Waaraan werken we in het beleidsdomein MOW? Plannen 2030-2050 De topambtenaren van ons beleidsdomein hebben in januari samen een visietekst uitgeschreven voor ons departement en de zes agentschappen. Daarin staan de gezamenlijke plannen en ambities voor 2030 en zelfs 2050. De grote uitdagingen van de komende jaren moeten we immers samen aangaan. Het klimaat warmt op en de bevolking groeit. Onze open ruimte wordt schaarser.

Steeds meer mensen vragen om meer leef- en ademruimte. Als we de mobiliteit van morgen in goede banen willen leiden, moeten we vandaag keuzes durven maken.

Benieuwd naar onze ambities rond slimme infra-­ structuur, duurzaam mobiliteitsgedrag en vlot en veilig verkeer? De volledige visietekst lees je op www.mow.vlaanderen.be/samennetwerken.

Daarnaast is er ook de folder ‘Vlaanderen in Beweging’.

Krijg je graag enkele folders? Stuur een mail naar teamcommunicatie@mow.vlaanderen.be.

4

Op de derde donderdag van april vieren we elk jaar secretaressedag. Hét moment om alle collega’s die ondersteunend werk leveren eens extra te bedanken voor het knappe werk dat ze leveren. De noeste arbeid van deze collega’s wordt vaak als vanzelfsprekend beschouwd en krijgt doorgaans niet de aandacht die ze verdient. Daarom lanceert MOWmag graag een oproep naar alle leidinggevenden: zet op 18 april de mensen met een ondersteunende functie in de bloemetjes.

18 april

Als je een oproep lanceert, moet je natuurlijk ook zelf het goede voorbeeld geven. Daarom gingen we op 1 maart langs bij het secretariaat Homologatie van het Vlaams Huis voor de Verkeersveiligheid.

Nathalie en Berlinda (v.l.n.r.) beantwoorden samen met hun collega’s telefonische vragen rond homologatie, wijzen dossiers toe aan technische experts en versturen attesten en facturen. Om hen te bedanken voor hun mooie werk, schonk MOWmag een bos bloemen en een doosje pralines aan Berlinda, Lynn, Nathalie en Maddy.

Nathalie en Berlinda waren alvast heel enthousiast.

“Als je in iets gelooft en er volledig voor gaat, kun je veel realiseren.”

’s Werelds langste composiet­bruggen staan in Brugge De Vlaamse Waterweg heeft in Brugge de twee langste composietfietsbruggen uit één stuk geplaatst. Onze afdeling Expertise Beton en Staal (EBS) was nauw betrokken en zal het gedrag van dit nieuwe materiaal monitoren.

De nieuwe fietsers- en voet­gangers­bruggen langs de Canadabrug zijn gemaakt uit glasvezelversterkt polyester. Dit materiaal is licht, stevig en niet gevoelig voor corrosie.

“Composiet is ook heel duur­zaam en vraagt weinig onderhoud. In normale omstan­dig­ heden gaan we ervan uit dat de brug 100 jaar zal mee­gaan”, zegt Rob Somers, studieingenieur bij EBS (links op de foto). Samen met Laszlo Lengyel van De Vlaamse Waterweg speelde Rob al enige tijd met het idee om composiet toe te passen. De renovatie van de Canadabrug bleek uiteindelijk de ideale gelegenheid. De composietbruggen wegen elk

22 ton en zijn 42 meter lang, maar waren toch flexibel en snel te installeren. Ter vergelijking: de lengte van een gemiddelde Boeing 737 is 35 meter. “De bruggen werden in Rotterdam gefabriceerd en via de weg naar Brugge getransporteerd. De eerste brug werd 26 februari geplaatst, de tweede op 26 maart. In de tweede brug werden er tijdens de fabricage meetsensoren in het brugdek geplaatst. We gaan de data van die sensoren periodiek uitlezen. Zo kunnen we veel bijleren over het gedrag van deze bruggen op de korte en de lange termijn”, zegt Rob. “Die kennis nemen we mee bij toekomstige bouwprojecten.”

5

SNEL WEG

DMOW neemt opnieuw deel aan Antwerp Ten Miles Na de succesvolle editie van 2018 wagen zo’n 40 collega’s zich op zondag 28 april opnieuw aan de Ten Miles. Dit jaar kan je naast de traditionele Ten Miles (16,2 km) ook meedoen aan de Short Run van 5 km. Het Imalsogebouw zal, net als vorig jaar, als centraal ‘DMOW-meeting point’ fungeren.

Ken je collega’s die meedoen? Steek hen regelmatig een hart onder de riem. De Ten Miles uitlopen is niet iedereen gegeven en vraagt een ferme inspanning. Vorig jaar was het door de drukkende warmte een loodzware editie.

Heb je zin om samen met de collega’s te sporten? Elke dinsdag en donderdag zijn er ’s middags looptrainingen voor de collega’s van het Ferrarisgebouw. En in het Imalso­ gebouw in Antwerpen kun je elke maandag en donderdag om 12.15 uur aansluiten om met de collega’s te lopen.

Meer info vind je op de intranetpagina van de werkgroep ‘Sport en bewegen op het werk’ (Thema’s/Personeel en Organisatie/Sport en bewegen op het werk) of stuur een mail naar sport.bewegen@mow.vlaanderen.be

Doe mee aan de stappenclash met AWV Van 1 april tot 10 mei loopt er in Brussel een stappenclash met het Agentschap Wegen en Verkeer. Het concept? Elk team in het Ferrarisgebouw krijgt een stappenteller. Gedurende zes weken is het de bedoeling om met je collega’s zo veel mogelijk stappen te zetten. Zin om de strijd met het AWV aan te gaan?

Laat de lift achterwege en neem wat vaker de trap.

Stuur geen mail, maar ga bij je collega langs om iets te bespreken. Je neemt het tijdens de stappenclash trouwens niet alleen op tegen de collega’s van het AWV, maar ook tegen alle andere teams van ons departement. Onze secretaris-generaal Filip Boelaert geeft het goede voorbeeld. Hij neemt het op tegen Tom Roelants, administrateur-generaal van het AWV. MOWmag is alvast benieuwd welke teams de meeste stappen zullen verzamelen. Go, DMOW! Koen, Cleo en Dave zijn alvast gemotiveerd.

6

TELEX Ferraris is het snelst Met 44,2 km/u zijn de collega’s uit het Ferrarisgebouw de snelste fietsers van de Vlaamse overheid. Dat blijkt uit de fiets-challenge die in verschillende grote gebouwen van de Vlaamse overheid werd georganiseerd door Het Facilitair Bedrijf voor Dikketruiendag.

Doel was om in één week zoveel mogelijk kilometers te rijden. VAC Brugge eindigde eerst, voor Hendrik Conscience en VAC Gent. Het Ferrarisgebouw werd vijfde.

WL fietst 1000 km Het Waterbouwkundig Laboratorium doet in het hemelvaartweekend mee aan de 1000 km voor Kom Op Tegen Kanker. Na een heleboel acties en de vele giften heeft het WL het inschrijvings­ geld van 5000 euro bij elkaar gekregen. Meer info op www.1000km.be.

Veel succes!

Professor Marc Vantorre van WL met pensioen Een leven in het teken van maritiem onderzoek Op 28 februari vond in het Waterbouw­kundig Laboratorium een acade­mi­sche zitting plaats ter gelegenheid van het emeritaat van professor dr. ir. Marc Vantorre. De pensionering zeg maar. Marc Vantorre groeide uit tot een vaste waarde bij het Water­bouw­kundig Laboratorium en tot een wereldautoriteit in het onderzoek naar het manoeuvreergedrag van schepen in ondiep en beperkt water. De sleeptank van het Waterbouwkundig Laboratorium, mee het paradepaardje van Marc, speelde een cruciale rol in zijn onderzoek.

Tijdens de viering namen verschillende vooraanstaande sprekers uit de nautische wereld het woord. Ze benadrukten het baanbrekend karakter en de actualiteitswaarde van Marcs onderzoek. Marc zelf kreeg het laatste woord.

In een bevlogen speech blikte hij terug op een rijk gevulde loopbaan in het teken van water, havens en schepen. Prettig detail: de academische zitting vond plaats in de sleeptank zelf die droogstond. Niemand kreeg dus natte voeten.

7

Innoveren, dat kunnen we bij het Departement Mobiliteit en Openbare Werken.

Collega’s vertellen over innovatieve projecten.

BAANBREKERS “Het springtij, de maan en het immense strand zorgen voor een ongelooflijke ervaring.”

Hoe Geotechniek de kust beschermt tegen de zee Geotechniek brengt de ondergrond in kaart met terrein- en laboproeven. Aan de kust gebeurt dat onder andere met innovatieve piëzosonderingen: die brengen naast de conusweerstand en de plaatselijke wrijvingsweerstand ook de waterspanning in kaart.

8

Door erosie spoelt er jaarlijks heel wat zand weg aan onze stranden.

Soms ontstaan er zelfs gevaarlijke zandkliffen. Om onze kustlijn hiertegen te beschermen, krijgt het Agentschap Maritieme Dienstverlening en Kust de hulp van onze afdeling Geotechniek.

Onze collega’s uit Zwijnaarde passen hierbij een innovatieve techniek toe: piëzosonderingen.

“Op vraag van het Agentschap Maritieme Dienstverlening en Kust (MDK) voerden we de voorbije maanden bijna 50 sonderingen uit op het strand van Wenduine en aan de havengeul van Blankenberge”, vertelt Wouter Vervaele. De mate waarin erosie optreedt, verschilt sterk van plaats tot plaats aan onze kust.

Wenduine ligt op een knik waardoor het zand er onvoldoende kan worden vastgehouden en er erosie optreedt. “In Blankenberge speelt het omgekeerde.

Daar is verzanding een probleem en moet er vaak flink gebaggerd worden.

Met sonderingen brengen we de kenmerken van de ondergrond in kaart. Zo kunnen we beslissen hoe we de kust het best beschermen en hoe we problemen kunnen voorkomen”, vertelt Wouter.

Chris Bogaert: “Om je een idee te geven van de erosie in Wenduine: na 3 maanden lag het strand op sommige plaatsen al anderhalve meter lager. Het is een gigantische kost om dat telkens opnieuw te herstellen.”

“MDK werkt structurele maatregelen uit voor zowel Wenduine als Blankenberge”, vult projectingenieur Elias Van Quickelborne van MDK aan. “In Wenduine wordt een veld van strandhoofden aangelegd: dat zijn dwars op de kust staande stenen constructies.

In Blankenberge komt er een nieuwe westdam om de havengeul te beschermen. De sonderingen van Geotechniek helpen ons om het ontwerp van die strandhoofden en de westdam te optimaliseren.”

Perfecte piëzo Tijdens een sondering worden stalen buizen van 36 mm diameter aan een snelheid van 2 cm per seconde in de grond gedrukt. Ondertussen wordt de puntweerstand en de plaatselijke wrijvingsweerstand gemeten. “Hier was het interessant om ook de waterspanning te kennen. Daarom werd er voor piëzosonderingen gekozen”, legt Wouter uit. “We hebben de voorbije jaren lang gezocht naar manieren om deze sondeermethode

af te stellen. Het is een delicate techniek die een uiterst nauwgezette uitvoering vraagt. Ontluchting van de vacuüminstallatie en de gebruikte verzadigingsolie is cruciaal. Maar, we zijn erin geslaagd!

Onze drie sondeerunits in Wenduine en Blankenberge hebben prachtige sondeerresultaten opgeleverd. Het mooie werk van de uitvoerders van de terreinproeven mag ook zeker vermeld worden.”

Twee mensen van dat team staan op de cover van MOWmag, meer bepaald Andy Fraeyman en Filiep De Raedt.

“Al lag dat niet voor de hand”, voegt Chris toe. “Een van dé uitdagingen was dat we moesten rekening houden met eb en vloed. Voor de sonderingen die zo ver mogelijk zeewaarts worden uitgevoerd, moeten we gebruikmaken van het springtij. Het was soms mikken op het juiste ogenblik om net geen natte voeten te krijgen. Maar zo’n avontuur bij volle en nieuwe maan, op dat immense strand, is een ongelooflijke ervaring.”

Alle sonderingen en het verslag waren tijdig klaar. Meer moet dat niet zijn.

Chris Wouter Bogaert Vervaele IDKIT

Coördinator van het team Sonderingen en Boringen werkt sinds 2009 bij DMOW

IDKIT

Celcoördinator terreinproeven bij Geotechniek werkt sinds 2001 bij DMOW.

9

RESULTAATGERICHT WERKEN

Procesmatig werken: saai of sexy?

Denk je bij procesmatig werken spontaan aan rigide regeltjes en gedetailleerde voorschriften? De realiteit kan er niet verder vanaf staan, verklaren Nick Landuyt en Daan Verberckmoes van de afdeling ATO. Zij zijn al enkele jaren procesmatig aan de slag en nog altijd heel enthousiast.

10

Procesmatig werken.

Wat houdt dat precies in?

Daan: “Procesmatig werken betekent dat we alle activiteiten die bijdragen tot een kwaliteitsvol juridisch advies over overheidsopdrachten zo effectief en efficiënt mogelijk uitvoeren. Op die manier krijgen onze klanten producten die voldoen aan hun eisen. Om dit te realiseren, bouwen we in onze dagelijkse werking kwaliteitscontroles in en hebben we de nodige aandacht voor risicobeheer.” Nick: “Iedereen in het team moet ook duidelijk weten wat zijn rol en verantwoordelijkheid is, en hoe ze samen een optimale dienstverlening aan de klant kunnen bieden.“

“Het is geen bundeling van regeltjes, maar wel kritisch blijven kijken naar je eigen werking.”

Nick Landuyt IDKIT

Teamverantwoordelijke van de cel Juridische Ondersteuning Overheidsopdrachten (JOO) werkt sinds 2007 bij DMOW

Hoe zijn jullie ermee begonnen?

Nick: “Onze dienstverlening werd eind 2016 ingekanteld bij de afdeling ATO, waar procesmatig werken al geruime tijd is ingevoerd. Ons afdelingshoofd vindt het belangrijk dat alle teams procesmatig werken. Ook al omdat het kwaliteitssysteem van Xperta, waartoe ATO behoort, sinds 2004 een ISO 9001-certificaat heeft. Sinds 2018 is de dienstverlening ‘Juridische advisering overheidsopdrachten’ onderdeel van ons ISO-certificaat. Het is fijn dat ook een externe auditfirma positief is over onze kwaliteitswerking.”

Wat is de meerwaarde van procesmatig werken?

Daan: “Het zorgt voor duidelijkheid bij onze medewerkers, maakt ze betrokken en biedt kansen om de prestaties van onze organisatie te verbeteren. Er is meer structuur en het klantgericht denken neemt toe met een hogere klantentevredenheid als gevolg. Daarnaast creëren we kwaliteitsvolle eindproducten en beheersen we onze risico’s beter.

Je mag gerust stellen dat procesmatig werken de medewerkers gemoedsrust

biedt. Het geeft ook duidelijkheid aan de klant. We communiceren open over onze termijnen via de bestaande samenwerkingsovereenkomsten. Daardoor weten onze klanten perfect wanneer ze ten laatste een advies van ons kunnen verwachten.”

Daan Verberckmoes IDKIT

Kwaliteitsverantwoordelijke Algemene Technische Ondersteuning (ATO) werkt sinds 2011 bij DMOW

Hoe organiseer je je team daarvoor?

Nick: “Je brengt eerst je huidige werkwijze in kaart. Daar vloeien automatisch vragen uit voort zoals: is het logisch dat we dit zo doen? Is dit de meest efficiënte manier om het vooropgestelde resultaat te bereiken? Wie is het best geplaatst om die rol op te nemen? Welke zijn de criteria?... Door daarover na te denken, kom je samen tot een optimale werking.

Deze oefening bevordert dus zeker ook de teamspirit.” Daan: “Precies. De neuzen staan zo in dezelfde richting. En door regelmatig te overleggen over de werking van het team, de operationele doelstellingen en verbeteringen aan het proces, wordt het geen statisch maar een dynamisch gegeven. Zo wordt het streven naar continue verbetering deel van het DNA van een team.”

Hebben jullie tips voor wie wil starten met procesmatig werken?

Daan: “Beschouw het vooral niet als een bundeling van regeltjes. In realiteit is het kritisch blijven kijken naar je eigen werking. Je moet regelmatig de processen in je dagelijkse werking terug onder de loep nemen en opnieuw dezelfde vragen stellen. Op die manier pas je je manier van werken aan nieuwe omstandigheden aan.” Nick: “En last but not least: denk vooral niet dat procesmatig werken een wondermiddel is dat alles oplost. Er kunnen nog altijd zaken fout lopen omdat we nu eenmaal mensen zijn. Maar met deze manier van werken zit je wel sneller terug op het juiste spoor.”

11

BRUGGENBOUWERS

HOE HANNELORE EN MARK MEESCHRIJVEN AAN BASISBEREIKBAARHEID

Nieuw plan voor openbaar vervoer in Vlaanderen Wat is er allemaal nodig voor een vlotte en duurzame mobiliteit? Met die vraag gaan Hannelore Deblaere en Mark Thoelen de volgende maanden aan de slag.

Als voorzitters van een vervoerregio tekenen zij voor een multidisciplinaire benadering van mobiliteit. Pionieren, hoe voelt dat?

collega’s het Team MOW. Hannelore: “Als voorzitter is het onze rol om alle actoren op één lijn te krijgen zodat er tegen eind 2019 een nieuw openbaar vervoerplan voor de regio op tafel ligt.”

De lokale stem telt Eind 2018 keurde de Vlaamse Regering het ontwerpdecreet Basis­ b ereik­ baar­heid goed. Hannelore Deblaere: “Basisbereikbaarheid staat voor het bereikbaar maken van belangrijke maatschappelijke functies, zowel op vlak van wonen, werken als ontspannen, dankzij een efficiënt openbaar vervoer. Om dit op het terrein mogelijk te maken, is er gekozen voor een nieuwe aanpak waarbij lokale besturen mee nadenken over geschikte mobiliteitsoplossingen.”

Mark Thoelen: “Daarvoor is Vlaanderen opgedeeld in 15 vervoerregio’s. Elke regio heeft een vervoerregioraad die instaat voor het opstellen van een mobiliteitsplan dat de belangrijke uitdagingen van de regio in kaart brengt, het openbaar vervoernetwerk uittekent en maatregelen voorstelt voor de verbetering van de doorstroming, de verkeersveiligheid en het fietsbeleid.”

Iedereen op één lijn In de vervoerregioraad zetelen zowel steden en gemeenten als vertegenwoordigers van het Departement MOW, het Agentschap Wegen en Verkeer, De Lijn, De Vlaamse Waterweg enz. Het Departement MOW en vertegenwoordigers van de agentschappen van het beleidsdomein MOW brengen één gezamenlijk standpunt naar voren in de vervoerregioraad. Samen vormen deze

12

Nooit eerder kregen steden en gemeenten op zo’n directe manier inspraak in de organisatie van het openbaar vervoer. “Dat is de grote kracht van de nieuwe aanpak, maar tegelijk ook een valkuil”, zeggen Hannelore en Mark. ”We kunnen voortaan rekening houden met de echte noden op het terrein en zo tot meer gedragen beslissingen komen. Noodzakelijk maar niet evident, want op lokaal niveau spelen vaak verschillende belangen. Een stad heeft bijvoorbeeld andere mobiliteitsuitdagingen dan een plattelandsgemeente.

Uit de proef­projecten leren we ook dat je kennis van de materie nodig hebt om erover te kunnen meepraten, terwijl lokale besturen vandaag weinig zicht hebben op hoe zo’n openbaar vervoernet gebouwd wordt. Zij moeten ook verder kijken dan de lokale belangen en meedenken voorbij de grenzen van het eigen grondgebied.”

Hannelore en Mark zorgen samen met hun collega’s voor de implementatie van basisbereikbaarheid in Vlaanderen.

“Wij zijn de brug tussen de Vlaamse overheid en de lokale overheden.”

Alle MOW-neuzen in dezelfde richting Om de mobiliteitsuitdagingen aan te pakken, brengen de verschillende spelers uit het beleidsdomein MOW hun expertise in. Maar dat is niet voldoende, benadrukken Hannelore en Mark. “Het is van groot belang dat we als Vlaamse overheid ten aanzien van lokale besturen met één stem spreken en vanuit een helikoptervisie oplossingen uitwerken”, aldus Hannelore. “Binnen het Team MOW willen we daarvoor het pad effenen en samenwerking binnen het beleidsdomein mogelijk maken.”

Eén netwerk

op maat ... alle vormen van openbaar vervoer moeten optimaal op elkaar afgestemd zijn. En infrastructuurwerken moeten afgestemd worden op deze combimobiliteit. Om vlot te kunnen schakelen tussen verschillende vervoermiddelen, gaan we elkaar dus moeten ondersteunen. We moeten daarvoor allemaal uit ons eigen hokje komen en redeneren vanuit de centrale vraag: wat is er nodig voor een vlotte en duurzame mobiliteit? Alleen zo kunnen we de bereikbaarheid efficiënt organiseren.”

Ook op Vlaams niveau moeten alle puzzelstukjes in elkaar passen. Mark: “Daarom overleggen we met de andere vervoerregio’s. Een fietspad of buslijn die plots ophoudt aan een regiogrens? Dat willen we voorkomen! Met alle vervoerregio’s samen creëren we één netwerk waarin we alles aan elkaar vastknopen.

Eind 2019 willen we met de vervoerregioraden tot een consensus komen over het nieuw openbaar vervoernetwerk. Het wordt een boeiend jaar!”

Hannelore Deblaere

Mark Thoelen

sinds 2001 aan de slag bij MOW

sinds 2012 aan de slag bij MOW

als mobiliteitsbegeleider

als mobiliteitsbegeleider

voorzitter van vervoerregio’s Brugge en Gent

voorzitter van vervoerregio Leuven

Voorbij het hokjesdenken Waarom dat zo belangrijk is? “De rode draad door het hele mobiliteitsverhaal is het juiste vervoermiddel inzetten voor de juiste verplaatsing. We moeten de mensen stimuleren om verschillende vormen van mobiliteit te combineren. Bijvoorbeeld met de fiets naar het station rijden en daarna op de trein stappen. Of de wagen parkeren aan de rand van de stad en daarna de tram of deelfiets nemen naar het stadscentrum. Treinen, bussen, trams, vervoer

13

DE ANDERE WEG

MOW start eigen innovatielab Bieke Moelans en Rob Visser hebben een missie: een groep mensen bijeenbrengen met een frisse blik en open geest. Het doel?

Samen broeden op vernieuwende ideeën en zo innovatie in het departement stimuleren.

Samen op zoek naar oplossingen buiten de platgetreden paden

Bieke Moelans en Rob Visser: “Goede ideeën kunnen van iedereen komen.

Radicale innovatie in producten, diensten en businessmodellen: start-ups hebben het onder de knie, terwijl we als overheid vaak het nakijken hebben.

Nochtans is het vijf voor twaalf: de uitdagingen in mobiliteit waren nog nooit zo groot. Ze vragen om een nieuwe kijk en een krachtige aanpak. Want met investeringen in de bestaande systemen lukt het niet om de mobiliteitsknoop te ontwarren.

Als overheid is het tijd om onszelf opnieuw uit te vinden. Hoe blijven we future proof? Wat is onze rol in de wereld van morgen? Het zijn vraagstukken die onze aandacht verdienen,

14

vinden IT-projectleider Rob Visser en Bieke Moelans, Coördinator Data Science Lab en Innovatielab.

Samenwerken aan een MOW 4.0.

Maar innoveren, dat doe je niet even tussendoor. Daar moet je tijd en ruimte voor krijgen. Bieke: “Je moet mensen bij elkaar zetten die met een open blik naar opportuniteiten kijken, elkaar inspireren en samen tot interessante pistes komen.

En dat is precies wat we willen doen.”

Rob: “Belangrijk daarbij is dat we mensen met verschillende achtergronden uit diverse afdelingen samenbrengen.

Frisse blikken zorgen voor nieuwe perspectieven en multidisciplinair denken, want dat zorgt voor een positieve wisselwerking. Belemmerende en vertragende factoren, zoals vaste structuren, een strakke hiërarchie of hokjesdenken, zetten we hiermee buitenspel. Het voordeel is ook dat ideeën met potentieel boven water komen en de kans krijgen om uitgebroed te worden.”

Disruptie in eigen huis Rob en Bieke willen verder gaan dan een namiddagje brainstormen over waardevolle ideeën. Bieke: “We willen tot een stimulerend en open netwerk komen om

Bieke Moelans

Rob Visser

sinds 2002 aan de slag bij MOW

sinds 2018 aan de slag bij MOW

Coördinator Data Science Lab

IT-projectleider

beloftevolle ideeën binnen onze organisatie te ontdekken en te managen.

Daarbij willen we handvaten uitwerken om innovatietrajecten te initiëren zodat waardevolle ideeën effectief en sneller op de rails gezet worden. Zo creëer je een solide basis van waaruit je weer nieuwe dingen verwezenlijkt en steeds verder evolueert. Het maakt van ons een permanent lerende organisatie en zorgt voor disruptie in eigen huis.”

om een interessant idee of best practice in 10 minuten te delen met de groep.

Daar komt zoveel boeiend materiaal uit en het zorgt voor een enorme energieboost. Zo groeien er creatieve ideeën die anders niet zouden ontstaan. Ideeën die bijdragen tot het oplossen van een probleem, of die tot nieuwe inzichten leiden.

Deze formule willen we uitbreiden naar het hele departement, want we geloven dat een cocreatieve aanpak, ondersteund door een open en vlak netwerk, tot betere oplossingen leidt. Samen denken en innoveren als een start-up, daar komt het op neer.”

Alles kan Alle thema’s kunnen aan bod komen.

Rob: “Heb je een idee voor een app om de veiligheid op de weg te verhogen? Of hoe we via augmented reality burgers beter kunnen informeren over wegenwerken? Wil je brainstormen over hoe we onze interne processen kunnen verbeteren, de digitale transformatie kunnen versnellen, onze rol in de samenleving bijsturen of de beleving van de klant een boost geven? ... Alles wat onze dienstverlening naar een hoger niveau tilt, komt in aanmerking. Maakt niet uit of de insteek nu technisch, organisatorisch, communicatief of beleidsmatig is.” Bieke: “Je hoeft ook geen kant-enklaar idee te hebben. Het is de bedoeling om samen na te denken over het verfijnen van een ruw idee en een traject uit te stippelen voor verdere ontwikkeling, zonder tijd te verliezen en waarbij alles budgettair onder controle blijft.”

“Daarnaast kadert dit initiatief in de algemene doelstelling van de Vlaamse overheid om over de entiteiten heen een duurzame en laagdrempelige innovatiewerking op te zetten om zo een wendbaardere organisatie te worden”, vult Bieke aan.

Eerste event op 24 juni Al overtuigd van het nut? Kan niet anders! Om je op te warmen, organiseren Bieke en Rob een eerste inspirerend evenement op 24 juni in Brussel. Rob die al vele jaren in de tech-innovatie zit, deelt er zijn grensverleggende inzichten rond digitale omwentelingen. Alle MOW’ers krijgen nog een uitnodiging via mail. Iedereen is welkom!

Goed idee?

Blijf er niet mee zitten!

Wil jij mee nadenken over hoe we • toegevoegde en innovatieve waarde kunnen creëren?

• nieuwe technologieën kunnen integreren in onze werking?

• de mobiliteit van morgen kunnen vormgeven?

• de klantervaring kunnen verbeteren?

• beter connecteren met onze doelgroepen?

• kennis laten stromen doorheen de hele organisatie?

• ...

Of heb je niet meteen een wild idee, maar wil je wel mee aan de innovatiekar trekken?

Stuur een mailtje naar bieke.moelans@mow.vlaanderen.be of rob.visser@mow.vlaanderen.be.

Tot binnenkort!

Pitch een idee De inspiratie voor hun formule haalden Bieke en Rob binnen hun eigen afdeling. Rob: “Bij ATO hebben we onze TecBreks. Dat zijn maandelijkse ontbijtsessies waarin we innovaties rond ICT en nieuwe technologieën met de collega’s delen. Iedereen krijgt daarin de kans

15

DE WERELD ROND

T W E E E X P ATS OV E R L E V E N E N WERKEN IN VLAANDEREN

Als een vis in MOW-water Had je José Villagomez en Tomohiro Suzuki vijftien jaar geleden gezegd dat ze in Vlaanderen zouden wonen en werken, dan hadden ze je vol ongeloof aangekeken. José komt uit Peru en Tomohiro uit Japan, maar in Vlaanderen verloren ze hun hart.

Met dank aan het Waterbouwkundig Laboratorium.

IDKIT

Tomohiro Suzuki komt uit Japan behaalde zijn doctoraat aan de Technische Universiteit Delft (2006-2011) sinds 2011 in België ging eerst aan de slag als onderzoeker aan Universiteit Gent werkt sinds 2013 als projectingenieur bij het Waterbouwkundig Laboratorium

16

Je zou het niet meteen denken, maar bij MOW werken maar liefst 18 verschillende nationaliteiten. Uit alle hoeken van de wereld, van China tot Columbia, brengen mensen expertise binnen. Tegelijkertijd doen ze bij ons ook nieuwe kennis op.

Maar valt dat eigenlijk mee, om als buitenlander in Vlaanderen te wonen en te werken? Hoe is het om als expat bij ons aan de slag te zijn? En went dat: een ‘smoske’ als lunch wanneer je noedelsoep gewoon bent? We vroegen het aan José Villagomez en Tomohiro Suzuki, twee collega’s uit twee verschillende werelddelen. Na hun studies lonkte het avontuur en trokken ze naar het buitenland. Enkele boeiende jaren en ervaringen later gingen ze aan de slag bij het Waterbouwkundig Laboratorium.

Wat was je eerste indruk van België?

Tomohiro: “Belgen zijn vriendelijk en behulpzaam. Ze zijn ook vrij introvert, net zoals de Japanners. Mee daardoor voelde ik me hier snel thuis. In tegenstelling tot Nederland waar ik ook een tijdje gewoond heb en mensen veel extraverter zijn. Opvallend, dat verschil met de Belgen.”

José: Mij viel het meteen op dat de samenleving hier goed georganiseerd is. Er is weinig ongelijkheid en iedereen heeft hier de mogelijkheid om te studeren en te werken. De Belgen die ik al ontmoet heb, zijn respectvol en vriendelijk.

“België is een land met een grote dosis levenskwaliteit.”

IDKIT

José Villagomez komt uit Peru werkte 6 jaar in Brazilië als scheepsarchitect en projectmanager zeewaardigheid sinds 10 maanden in België werkt sinds 2018 als onderzoeker bij het Waterbouwkunding Laboratorium rondt dit jaar zijn doctoraatsstudie af

Wat was de grootste uitdaging?

Tomohiro: “De emigratieprocedure was complex en tijdrovend. Zelfs verhuizen binnen Europa is moeilijk.”

José: “De eerste maanden zijn niet gemakkelijk. Je moet opnieuw een basis opbouwen en er komen 101 dingen tegelijk op je af. Misschien wel het moeilijkste van alles: Nederlands leren! Ik volg nu volop taallessen, want momenteel spreek ik nog Engels met mijn collega’s. Ik hoop snel beter in het Nederlands te kunnen communiceren.

Is er een verschil in werkcultuur?

Tomohiro: “In België wordt efficiënter gewerkt. In Japan werken we veel meer uren en hebben we een pak minder verlof. Ziekteverlof kennen we niet. Kan je niet komen werken, dan gaat dat van je vakantiedagen af. “ José: “De levenskwaliteit is hier ook hoger.

Veel Peruvianen hebben meer dan één job om een beter inkomen te hebben.

Zo blijft er weinig tijd over voor andere waardevolle dingen in het leven: familie, gezondheid, genieten van het leven ...”

Waar moest je het meest aan wennen?

Tomohiro: “Een broodje als lunch, daar hou ik niet zo van. In Japan eten we graag een warme maaltijd ‘s middags.

Niet efficiënt, maar je krijgt er wel een goed gevoel van.”

José: “De vroege sluitingsuren van de winkels. In Zuid-Amerika eten we later en blijven de winkels tot 8 of 9 uur ‘s avonds open.”

Tomohiro: “En hier is alles dicht op zondag! In Japan is zondag dé shopdag.

Wat me ook opgevallen is: achter het stuur van zijn auto laat de rustige en zachtaardige Vlaming een heel andere kant van zijn karakter zien.” (lacht)

Wat mis je van thuis?

Tomohiro: “Hot springs, dat zijn warmwaterbronnen, en Japans eten. Ik maak nu zelf sushi en ramen. Mijn Japanse vrienden staan versteld.”

José: “Peruvianen zijn ook trots op hun keuken. En terecht. Wat mis ik een heerlijke ‘ceviche’ met verse vis! En natuurlijk ook mijn familie. En de zon.”

Is emigreren een aanrader?

José: “Het is een ongelooflijke ervaring en een unieke kans. Op professioneel vlak leer ik heel veel bij. Dankzij mijn werkervaring in het buitenland kan ik ook zelf iets toevoegen aan het nautisch onderzoek hier in België.”

Tomohiro: “Je groeit ook als persoon.

Je leert je open en flexibel op te stellen naar andere mensen en culturen. En je krijgt er veel voor in de plaats: een boeiend leven boordevol nieuwe ervaringen en een netwerk over de hele wereld.

En dat we dat als gezin voor mekaar krijgen, daar ben ik fier op.”

Ga je nog andere horizonten opzoeken?

José: “Wij zijn van plan om hier lang te blijven. Over acht maanden verwachten we ons eerste kindje. Een dochtertje! We zijn gelukkig hier en vinden België een goed land om kinderen groot te brengen.

Het onderwijs, de gezondheidszorg en de sportmogelijkheden zijn hier voortreffelijk. Dit jaar wil ik mijn doctoraat halen.

Als ik slaag, organiseer ik een barbecue met verse vis en Peruviaanse gerechten.

Kom maar af.”

17

Tomohiro: “Wij willen hier ook voor langere tijd blijven. Mijn dochters zijn nu één en drie jaar en we willen dat ze hier hun opleiding krijgen. De ligging van België in het hart van Europa vinden we fantastisch. Van hieruit kan je heel gemakkelijk andere landen bezoeken.”

Waar droom je nog van?

José: “Ooit wil ik terugkeren naar mijn universiteit in Peru om er mijn kennis en ervaring te delen met jonge mensen. Er is daar een groot tekort aan professoren en specialisten.”

Tomohiro: “Ik heb geen vast plan, tenzij steeds beter worden in mijn vak.

Daarnaast kijk ik er nu al naar uit om over 20 jaar sake te drinken met mijn dochters.”

Tips voor expats?

Tomohiro: “Leer de cultuur, pas je aan, maar verloochen je roots niet.”

José: “Breng warme kleren mee voor de winter en sla een voorraad vitamine D-pillen in om het tekort aan zonlicht te compenseren.” (lacht)

De expats van MOW Bij MOW werken de volgende nationaliteiten: China, Duitsland, Nederland, Rusland, Roemenië, Japan, Bolivia, Griekenland, Peru, Colombia, Brazilië, Italië, Spanje, Kroatië, Frankrijk, Vietnam en Zuid-Afrika. We houden voor dit overzicht rekening met alle mensen die in Waterbouwkundig Laboratorium aan de slag zijn, dus ook de mensen van het Eigen Vermogen, de stagiairs en de externen.

18

Een leidinggevende praat over besturen.

AAN HET STUUR De leider in Ilse Hoet, afdelingshoofd Beleid

Ruimte geven en toch dichtbij zijn De drijfveer van Ilse Hoet? Ervoor zorgen dat 1 plus 1 meer dan 2 is. Technische vraagstukken en complexe materie boeien haar mateloos, maar niet zonder oog voor het brede plaatje. De toenemende werkdruk onder controle houden, is een van de uitdagingen.

Hoe houdt ze de balans in evenwicht?

Ilse Hoet staat aan het hoofd van een van de grotere afdelingen binnen ons departe­ment. Bijna 100 mede­­werkers bereiden het beleid van de minister voor.

Wegenheffing, basisbereik­baarheid, haven­­strategie, het nieuwe scheep­­vaart­ decreet, ... heel wat pittige dossiers liggen op tafel. De werkdruk en de druk van buiten uit is de jongste jaren sterk toegenomen. “Mobiliteit is een hot issue waar alle Vlamingen wel een mening over hebben. En sommige voorstellen en oplossingen richten ze ook aan MOW”, aldus Ilse Hoet. “Maar die druk is niet alleen negatief. Ze zorgt er ook voor dat we dingen sneller gerealiseerd krijgen.”

Het verschil maken “Ik ben een positief iemand. Leiding­ geven betekent voor mij het beste uit je team naar boven halen. Met een groep naar een doel toewerken en resul-

taat boeken, geeft me veel energie.

Samenwerking, overleg, vertrouwen en verantwoordelijkheid geven, zijn voor mij de sleutelwoorden. Ik probeer het verschil te maken door andere invalshoeken te belichten en de juiste vragen te stellen.” Haar beste eigenschap? “Ik probeer mensen ruimte te geven, maar er toch ook voor hen te zijn. Collega’s zeggen me wel eens dat ze het waarderen dat ik mee in een dossier duik als dat nodig is en daar mijn rol in opneem.”

Pubers en andere leuke dingen Elke dag onder druk presteren, hoe houdt ze dat vol? “Ik probeer gezond te leven en ik hou ervan om leuke dingen te doen, samen met mijn gezin en vrienden. Ik jog, tennis en doe vrijwilligerswerk. Ook mijn drie pubers thuis krijgen veel ruimte en zijn, mis-

IDKIT

Ilse Hoet

Sinds 1996 bij de Vlaamse overheid Afdelingshoofd Beleid sinds 2016 Opleiding: ingenieur bouwkunde Motto: always look on the bright sight

schien een beetje noodgedwongen, zelfstandig groot aan het worden. De combinatie werk en gezin blijft een evenwichtsoefening. Maar ik heb mijn werk nodig om thuis goed te functioneren, en omgekeerd.”

Verkiezingskoorts 2019 is een verkiezingsjaar. Het is nog afwachten hoe de kaarten geschud zullen worden. Ilse en haar afdeling laten niets aan het toeval over. “We bereiden ons volop voor om de minister ijzersterke input te geven over wat er de komende jaren op ons afkomt.

We zullen voorstellen formuleren en onze expertise op tafel leggen om dan in overleg verder te gaan. We hebben nog veel uitdagingen om aan te pakken.

Ik ben alvast enthousiast om er vol te blijven voor gaan!”

19

EXPERTISE IN BEWEGING

De MOW-waardenquiz

W E L K E WA A R DE P AST H E T BE ST B I J J O U ?

De zes waarden van ons departement vormen het recept van onze dagelijkse werking en helpen ons bij het realiseren van onze missie ‘Expertise in Beweging’. Benieuwd welke waarde het best bij jou past? Doe dan mee aan de waardenquiz. Na elk antwoord staat een letter die naar een waarde verwijst.

VR

AAG

1

Je krijgt een extra opdracht die niet tot je standaard takenpakket behoort.

Hoe reageer je?

• Ik geef aan dat het niet mijn expertise is en probeer samen met mijn leidinggevende een oplossing te vinden. (B) • Ik vraag een collega met meer ervaring om mij te helpen of om advies te geven. (A) • Ik ben enthousiast en ga er meteen mee aan de slag. (D) • De taak past niet onmiddellijk in mijn planning, maar ik zal mij erop organiseren. (C)

VR

AAG

2

Je moet een dossier waar je al een tijdje bij betrokken bent, overdragen aan een nieuwe collega. Wat doe je?

• Ik vind het jammer want het dossier lag mij, maar ik stel mij flexibel op. (C) • Ik heb lang genoeg aan dit dossier gewerkt en ben nu klaar voor een nieuwe uitdaging. (D) • Ik deel onmiddellijk al mijn documenten op een transparante manier om de overdracht vlot te laten verlopen. (B)

V

RAAG

3

• Ik plan een vergadering in om mijn collega het dossier uit te leggen en hou me in de beginperiode beschikbaar om hem/ haar te ondersteunen waar nodig. (A)

Je zit een vergadering voor en je moet met alle leden tot een beslissing komen.

Welke houding neem je aan?

• Ik luister naar alle individuele invalshoeken, maar stuur aan op een gedragen beslissing in functie van het algemeen belang. (A) • Ik bekijk de voor- en nadelen van elke mogelijke oplossing en neem in functie daarvan een beslissing. (C) • Ik noteer wat er gezegd wordt en brief nadien de mensen die niet aanwezig konden zijn over de eindbeslissing. (B) • Ik laat iedereen aan het woord en sta open voor discussie. Op het einde hak ik de knoop door. (D)

20

VR

AAG

4

Je bent van plan om overmorgen thuis te werken zodat je ’s ochtends naar je jaarlijkse tandartsafspraak kan.

Toch dringt je projectleider aan om die dag te vergaderen. Wat doe je?

• Ik stel aan mijn projectleider voor om morgen te overleggen, zodat de vergadering toch nog kan doorgaan met mij erbij. (D) • Ik geef aan dat ik omwille van mijn privéafspraak niet tijdig op kantoor geraak, maar stel voor om via Skype in te bellen. (B) • Ik vraag een collega om mij te vertegenwoordigen en brief hem/haar op voorhand. Ik blijf ondertussen telefonisch bereikbaar. (A) • Ik probeer mijn afspraak te verzetten zodat ik tijdig op kantoor kan zijn. (C)

VR

AAG

5

Je wordt gevraagd om over jouw vakgebied een toelichting te geven aan een externe organisatie. Hoe reageer je?

- Top! Ik check of ik een collega kan meebrengen die aanvullende kennis heeft om samen het grote verhaal te brengen. (A) - Fijn! Dit is een ideale opportuniteit om mijn kennis te verspreiden. Ik blokkeer alvast mijn agenda. (D) - Graag! Eerst vraag ik intern na wat ik kan meedelen aangezien nog niet alle informatie gevalideerd is. (B) - Super! Ik bekijk eerst wie de doelgroep is zodat ik mijn boodschap kan aanpassen naar de specifieke vragen en bezorgdheden. (C)

Welke waarde typeert jou het meest?

De letter die in je antwoorden het vaakst voorkomt, toont aan welke waarde jou het meest typeert.

Samenwerken (A)

Vertrouwen / openheid (B)

Wendbaarheid (C)

Daadkracht (D)

Samen sterk! Jij leeft volgens dit principe en betrekt graag anderen om samen tot een gemeenschappelijk doel te komen. Je zet je daar ook graag voor in door anderen te erkennen en afspraken na te komen. Samenwerken staat voor jou op nummer 1.

Voor jou zijn vertrouwen en openheid allesbehalve tegen­ g estelden. Je zorgt voor heldere informatie, deelt kennis en bent transparant in je werk, maar je weet ook waar de grenzen liggen. Je doet wat je zegt en hebt oog voor wat er leeft bij anderen.

Als collega’s jou in één woord omschrijven, dan is het ‘wendbaar’. Jij speelt in op ontwikkelingen, houdt rekening met anderen rondom je, en zet je flexibel in om je opdrachten af te ronden.

Verandermoe? Jij niet.

Jij gaat er voor! Oplos­sings­ gericht denken en handelen, knopen doorhakken, opportuniteiten grijpen, fouten maken, en vooral eruit leren. Daadkracht is jouw tweede naam.

Welke waarde heb jij tijdens je planningsgesprek gekozen om uit te dragen in 2019? Komt jouw keuze overeen met je resultaten uit de waardenquiz?

Zoals je wel gemerkt hebt, zijn er geen goede of foute antwoorden. Elke waarde is essentieel.

Daarnaast dragen we allen bij aan expertise in beweging: door kennis te ontwikkelen en hoge kwaliteit te leveren. Kortom, de waarde die we allemaal al in ons DNA hebben, is uitmuntendheid.

21

BUITEN DE ZONE

Hoe hobbeliger het parcours, hoe beter Koenraad Vanschoren houdt zich bezig met zwaar vervoer en met fietsen. Het eerste beroepshalve als jurist op de afdeling Organisatie in het team Juridische Dienstverlening. Het tweede is naar eigen zeggen een uit de hand gelopen hobby.

22

J U R I ST K OE N R A A D VA N S C H O R E N O R G A N I SE E R T M O U N TA I N B I K E W E D ST R I J DE N

Een droom waar je hemel en aarde voor beweegt?

Blij met je keuze?

“Zeker en vast. In het leven moet je je hart kunnen volgen. Voel je je goed bij wat je doet, dan straalt dat af op alles en iedereen. Ik doe mijn werk als jurist heel graag, maar de combinatie met mijn grote passie, maakt het àf.”

Hoe combineer je dit met je werk?

“Ik heb altijd fulltime gewerkt, maar sinds 2018 ben ik parttime aan de slag.

Mijn afdeling werd gereorganiseerd en een deel van mijn taken is overgegaan naar een andere afdeling. Dat was voor mij de ideale gelegenheid om de sprong te wagen. Ik speelde al langer met het idee om parttime te gaan werken, maar het feit dat ik daarmee mogelijk collega’s meer werk bezorg, hield mij altijd tegen.

De combinatie van werken bij MOW en wedstrijden organiseren, bevalt me uitstekend. En eerlijk, ik ben nu zelfs nog gemotiveerder dan vroeger. De afwisseling maakt het boeiend en geeft me veel energie. En de tijd op het werk spendeer ik superefficiënt.”

Koenraad met de winnaar van vorig jaar, de Deen Sören Nissen.

© Rebecca Smeets

“Klopt. De Belgian Mountainbike Challenge in elkaar boksen, daar ben ik een volledig jaar mee bezig. De wedstrijd vindt plaats in mei en vanaf half juni ben ik alweer aan het plannen voor het jaar nadien. Afspraken maken met gemeenten, sponsors zoeken, promoties

lanceren, de handen uit de mouwen steken tijdens het evenement zelf... aan afwisseling geen gebrek. Deze wedstrijd organiseren, is minstens zo zwaar als ze rijden. De deelnemers slapen in die vier dagen meer dan wij als organisator. En dat wil wat zeggen. We hebben immers de naam van ‘the hardest moutainbike tour in the Benelux’ te zijn. Daar ben ik fier op.”

© Koenraad Vanschooren

Koenraad: “Mountainbiken doe ik al sinds mijn 16de. Zo’n 15 jaar geleden begon ik te helpen bij de organisatie van wedstrijden. Omdat er in ons land geen meerdaagse mountainbikewedstrijden waren, besliste ik om er zelf één te organiseren. En zo is in 2012 de Belgian Mountainbike Challenge ontstaan, een wedstrijd van vier dagen. We zijn begonnen als kleinschalig initiatief met zo’n 300 deelnemers. Het concept sloeg aan en de wedstrijd kreeg vrij snel internationale uitstraling. Sinds 2014 zijn we erkend door de UCI, de internationale wielerorganisatie. Nu ontvangen we jaarlijks zo’n 600 deelnemers uit de hele wereld. Zelfs wereldkampioenen als Mathieu van der Poel en Tiago Ferreira verschenen al aan de start. Dit is echt een droom die uitkomt.”

De Belgian Mountainbike Challenge lokt elk jaar bekende namen uit het wielermilieu. Vorig jaar namen onder andere Mathieu van der Poel (nr. 13 in de BeMC-leiderstrui) en Maarten Wijnants (nr. 84 met geel/zwarte trui) deel.

Als organisator horen interviews geven ook tot het takenpakket.

23

Een nieuw verhaal schrijven in mobiliteit

Onze pioniers Staand (v.l.n.r.): Sofie De Meulenaere, Sven Lieten, Erwin Sucaet, Michael Eeckhout, Pamela Uyttendaele, Kathleen Huet, Joris Deboel, Lieven Van Eenoo, Frank Leys, Peter Hofman, Kim Wouters en Jan De Wel. Zittend (v.l.n.r.): Sam Janssens, Sofie Van Campenhout, Nikka Curinckx, Gijs Dayers, Hannelore Deblaere, Inge Feys, Mark Thoelen en Frederik Potvliege.

De komende jaren wacht de voorzitters en de begeleiders van 15 vervoerregio’s een boeiende opdracht. Samen met lokale besturen en Niet op de foto: Tom Janssens, Valère Donné, vertegenwoordigers van de andere entiteiten in het Katia Rottiers, Anita Jaspers, Veerle Smet, Jaak Boon, beleidsdomein MOW tekenen zij het nieuwe openbare Jan Van Rensbergen en Filip Boelaert. vervoernetwerk uit. Voor elke regio stippelen zij een mobiliteitsplan uit. Dat plan brengt de uitdagingen van de regio in kaart, formuleert oplossingen om de verschillende vervoersmodi beter op elkaar af te stemmen en omvat maatregelen om de doorstroming te verbeteren en de overgang te maken naar meer duurzaam verkeer. Kortom, onze collega’s zijn echte pioniers.

Lees hun verhaal op pagina 12.