2 minute read

Column: Caroline Schouten over haar bevalling

Next Article
Recensies

Recensies

Moeder of collega?

‘In Groningen kiezen we in deze situatie voor een keizersnede, maar hoe doen jullie dat in Leiden?’ Het was een warme zonnig zomerdag in 1994, ik was net per helikopter geland op het dak van het Academisch ziekenhuis in Groningen toen een collega gynaecoloog deze vraag aan mij stelde. De vraag die in geheugen gegrift staat. Die gynaecoloog stelde de vraag aan mij als collega maar ook als bevallende en aanstaande moeder! Die warme zomerdag begon voor mij op Schiermonnikoog, 30 weken zwanger van een tweeling. Bij mijn aanstaande echtgenoot achterop de tandem naar het gemeentehuis gegaan om te trouwen. Tijdens de ceremonie begonnen de weeën en vervolgens belandde ik per helikopter in Groningen. Ik was toen gynaecoloog in opleiding, vandaar dat ik werd bevraagd als collega over het Leidse beleid. Maar ik voelde me op dat moment echt helemaal geen collega. Ik was bezig met wegpuffen van weeën, overgeven. Ik was totaal overrompeld door de gebeurtenissen, trouwen, helikopter, prematuur bevallen. Ik had het gevoel in een film te zitten. Gebeurde dit echt? Op de vraag van de gynaecoloog heb ik geantwoord, iets in de trant van, doe vooral wat je denkt dat goed is. Ik kan nu niets met deze vraag. Een keizersnede volgde en op onze trouwdag werden onze twee zonen geboren, 3 pond elk. Een periode op de neonatologie afdeling volgde. De o zo kleine jongens lagen in twee aparte couveuses, met dag en nacht fel licht, volop geluiden van alarmen, heel veel verschillende vreemde handen die hen aanraakten om bloed te prikken, echo’s te maken, te verschonen. Ik had enorm met ze te doen... Ik voelde me ook onzeker, over de kleine hoeveelheid borstvoeding die ik maar kon kolven, over hoe ik goed contact met onze jongens kon maken. Ik herinner me een verpleegkundige die tegen me zei ‘geef hem maar een knuffel’. Een knuffel dacht ik en ik zag een pluche speelgoeddier voor me. “Ik heb niks bij me,” zei ik. Ze bedoelde dat ik mijn zoon even mocht oppakken… Bij dit alles merkte ik dat ik door collega kinderartsen nog steeds als collega benaderd werd: “Het Hb is 7.8, we gaan morgen een bloedtransfusie geven.” En weg waren ze weer, geen uitleg. Verpleegkundigen vonden me eigenwijs als ik onze jongens langer wilde buidelen dan dat zij gewend waren… Sindsdien heb ik me voorgenomen als ik op m’n spreekuur een moeder of vader die ook collega is, voor me heb, doe ik echt m’n best haar of hem in de eerste plaats als ouder te zien. Ik probeer geen aannames te doen over haar of zijn door mij veronderstelde medische kennis, hoe lastig dat soms ook is. De twee kleine mannetjes van toen zijn inmiddels twee gezonde, gelukkige kerels. Hun verjaardag en onze trouwdag is een prachtige jaarlijks feestdag voor ons gezin en Schiermonnikoog hebben we voor altijd in ons hart gesloten!

Advertisement

Caroline Schouten

Jeugdarts KNMG bij GGD Hollands Midden / bestuurslid AJN

This article is from: