Bosgazet 17

Page 1

bosgazet 017 INFORMATIEBLAD ANTWERPSE BOSGROEPEN

driemaandelijks tijdschrift januari - februari - maart 2011 afgiftekantoor 2099 antwerpen x - p608022

Pagina 2

Voorwoord Pagina 3

Waarom bosgroepen? Pagina 4-11

Bosinfo

Pagina 12-21

Nieuws uit de 5 bosgroepen Pagina 22

Activiteiten/ Wandelingen Pagina 23

Veiligheidsinfo

Door de bomen zie je de reebok in het bos. Foto: Martine Van Goethem

BELGIE-BELGIQUE P.B. 2099 Antwerpen X BC 10770


Voorwoord Beste boseigenaars en bosliefhebbers, De winter is nog steeds de periode bij uitstek om in het bos te werken. Heel wat liefhebbers zijn nu volop bezig met toekomstbomen vrij te stellen en brandhout te kappen. Hierbij hopen we op een veilige en milieubewuste werkwijze. Elk ongeval is er immers één teveel. Het zijn woelige tijden voor de Vlaamse bosgroepen. De besparingen in de Vlaamse regering hebben ook ons niet ongemoeid gelaten. Meer dan de helft van de projectsubsidies en vormingssubsidies voor de Vlaamse bosgroepen dreigden niet uitbetaald te worden. Deze onzekerheden brachten met zich mee dat er Vlaamse bosgroepen vormingscursussen hebben geannuleerd en contracten hebben stopgezet voor sociale tewerkstelling. In de provincie Antwerpen is de schade nog enigszins beperkt gebleven dankzij een financiële buffer die de bosgroepen tot heden bij elkaar hebben gespaard. Dankzij lobbywerk van de koepel van Vlaamse bosgroepen en heel wat sympathisanten van de bosgroep heeft de Vlaamse regering nu toch een potje gevonden dat een belangrijk deel van de tekorten zal dekken. Dank aan al diegenen die ons hierin gesteund hebben. Periode van schaarste is tevens een goed moment voor bezinning. Initiatieven hieromtrent blijven niet uit. Intussen beweegt er heel wat in de Antwerpse bosgroepen. Het afgelopen jaar werden talrijke boseigenaars ondersteund bij het beheer van hun bos. Hierdoor kwam heel wat hout extra op de markt. De stijgende houtprijzen tonen aan dat dit enorm welkom is. Ook stellen we vast dat steeds meer boseigenaars maatregelen nemen ter bevordering van de ecologische en sociale functie van het bos. Deze mooie resultaten trekken de aandacht van Wallonië en Europa. Zij zijn eveneens op zoek naar manieren om kleine boseigenaars op een duurzame wijze te ondersteunen. Het recept is eigenlijk eenvoudig en dit is ‘respect en vertrouwen’. Twee woorden die de bosgroepen hoog in het vaandel dragen. Jan Milis, Voorzitter Bosgroep Zuiderkempen vzw

Jan Milis, voorzitter Bosgroep Zuiderkempen vzw.

02

Woord vooraf


Bosgroep is er voor u !

Waarom bosgroepen?

Wat kan de bosgroep voor u doen?

Vlaanderen telt ongeveer 146.000 hectaren bos en naar schatting is 70 % van dit bosareaal in privé-eigendom. De Vlaamse overheid heeft er bewust voor gekozen om ook de privé-boseigenaars te betrekken in het beleid. De oprichting van de Vlaamse bosgroepen was een duidelijk signaal naar de boseigenaars toe om hen te stimuleren het beheer in eigen handen te nemen. Een kans om te grijpen…

• gratis en onafhankelijk advies over het bos en het beheer ervan (bosbouwtechnische, juridische, financiële en administratieve aspecten);

Het bos in Vlaanderen is bovendien enorm versnipperd. Deze versnippering is niet enkel ruimtelijk, ook een enorme eigendomsversnippering typeert de Vlaamse bossen. Zo zijn de meeste boseigendommen in Vlaanderen kleiner dan 1 ha! Het beheer van deze ‘minibosjes’ is voor de boseigenaars financieel onrendabel met als gevolg dat het beheer van deze sterk versnipperde bospercelen meestal achterwege is gebleven. Bovendien wordt de boseigenaar vaak geconfronteerd met problemen die hij niet altijd alleen kan oplossen, zoals bijvoorbeeld recreatieoverlast of sluikstorten. Wanneer verschillende eigenaars samen voor het bosbeheer zorgen, kan dit zonder de eigenaars op kosten te jagen. De belangrijkste taak van de bosgroepen is het stimuleren en coördineren van zo een samenwerking. In een bosgroep komen boseigenaars vrijwillig samen om het beheer van hun bossen te verbeteren. Elke boseigenaar is vrij om al dan niet gebruik te maken van onze diensten. Iedere eigenaar behoudt de volledige zeggenschap over het beheer van zijn eigendom. Bij dit alles maakt het niet uit of u bos-eigenaar/beheerder bent van een aantal are of veeleer ha. De bosgroep is er voor elke boseigenaar die meer wil weten over zijn bos. Weet u graag wat de bosgroepen voor u en uw bos kunnen betekenen, neem dan contact op met de bosgroep in uw regio. Kempense Heuvelrug vzw: Dessel, Geel (deel ten noorden treinspoor), Grobbendonk, Herentals, Kasterlee, Lille (zuiden van Lille), Mol (deel ten noorden van spoorweg NeerpeltAntwerpen), Olen (deel ten noorden treinspoor), Retie, Vorselaar.

De belangrijkste taken van de bosgroep zijn informeren, sensibiliseren en organiseren. U kan de coördinator contacteren voor:

• informatie over hoe uw bos duurzaam kan beheerd worden, wat uw wettelijke rechten en plichten zijn als boseigenaar en wat de mogelijke subsidies zijn waar u als boseigenaar aanspraak op kunt maken; • organisatie van wandelingen, cursussen en excursies; • hulp bij het aanduiden van dunningen; • hulp bij de bestrijding van Amerikaanse Vogelkers en exoten door onze arbeidersploeg; • hulp bij het invullen van kapaanvragen, subsidiedossiers en hulp bij het opstellen van beheerplannen; • coördinatie van gezamenlijke boswerkzaamheden en houtverkopen voor meerdere eigenaars zodat goedkoper en efficiënter werk geleverd kan worden. COLOFON De Bosgazet verschijnt viermaal per jaar, telkens een 3.500 exemplaren en is een uitgave van de Antwerpse bosgroepen. Verantwoordelijke uitgever: Laeremans Luc, ’s Gravenwezelsteenweg 59-61, 2110 Wijnegem Redactieadres: ’s Gravenwezelsteenweg 59-61, 2110 Wijnegem tel. 03/355.09.40 e-mail antwerpenzuid@bosgroep.be website www.bosgroepen.be

Zuiderkempen vzw: Balen, Geel (deel ten zuiden treinspoor), Heist-op-den-Berg, Herentals (deel ten zuiden treinspoor), Herenthout, Herselt, Hulshout, Laakdal, Meerhout, Mol (deel ten zuiden van spoorweg Neerpelt-Antwerpen), Olen (deel ten zuiden treinspoor), Westerlo. Noorderkempen vzw: Arendonk, Baarle-Hertog, Hoogstraten, Lille (noorden van Lille), Malle, Merksplas, Oud-Turnhout, Ravels, Rijkevorsel, Turnhout, Vosselaar. Antwerpen Noord vzw: Antwerpen, Brasschaat, Brecht, Essen, Kalmthout, Kapellen, Schilde, Schoten, Stabroek, Wijnegem, Wuustwezel, Zoersel en Zwijndrecht. Antwerpen Zuid vzw: Aartselaar, Berlaar, Boechout, Bonheiden, Boom, Bornem, Borsbeek, Duffel, Edegem, Hemiksem, Hove, Kontich, Lier, Lint, Mechelen, Mortsel, Niel, Nijlen, Putte, Puurs, Ranst, Rumst, Schelle, Sint-Amands, Sint-Katelijne-Waver, Willebroek, Wommelgem en Zandhoven. Achteraan de Bosgazet kan u de adressen van de Antwerpse bosgroepen terugvinden. Bosgroep samen op weg.

Even voorstellen

03


Everzwijnen in Vlaanderen

Recente verspreiding in Vlaanderen.

Everzwijnen in Vlaanderen Het gaat zeer goed met het Europese wild, en ook voor het everzwijn (Sus scrofa) zijn het vette jaren. In Vlaanderen waren deze dieren eind 18e eeuw quasi verdwenen, maar hun heropleving is in alle NW-Europese landen volop aan de gang. In Vlaanderen is er sinds 2005-2006 een sterke opmars op te merken met eerste meldingen in Brugge, later ook in Koersel/ Beringen (2006) en van de meer bekende plekken volgden niet veel later Zoniën en Averbode bos. Maar vooral in de provincie Limburg steekt het wilde zwijn op vele plaatsen de kop op. De sterke opmars hoeft niet verwonderlijk te zijn. Zo hebben we om te beginnen de klimaatsverandering, wat een steeds zachter klimaat én een grotere productie van eikels en beukennootjes (meer zogenaamde mastjaren) tot gevolg heeft. Het natuurcultuurlandschap van Vlaanderen bestaat uit een lappendeken van kleine bosjes afgewisseld met akkers, wat maakt dat de dieren vlakbij hun leefgebied kunnen foerageren. Voorts hebben ze een enorme reproductiecapaciteit én een enorme migratiecapaciteit (op één nacht overbruggen ze makkelijk 20 km). Met uitzondering van de mens hebben ze in Vlaanderen geen natuurlijke vijanden, en ook de jacht zelf is niet vanzelfsprekend met de voorzorgsmaatregelen en alle risico’s van dien. Kortom, zonder maatregelen zal het aantal everzwijnen in Vlaanderen de komende jaren alleen maar verder toenemen. Voor de natuur levert het tal van voordelen op. Door het omwoelen van gronden, zorgt het everzwijn voor open plekken in het bos. Open plekken betekenen meer structuur en zo ook meer gevarieerde, soortenrijkere en dus waardevollere bossen. Door het rondlopen

04

zorgen ze op hun manier ook voor de verspreiding van zaden en steken op die manier de biodiversiteit een handje toe. Daarnaast is ook een deel van de jachtsector tevreden met de komst van jaagbaar wild en zelfs op toeristisch vlak kan het zwijn voor een meerwaarde zorgen. Zo bezoeken natuurliefhebbers in Nederlands speciaal bepaalde gebieden om een glimp op te vangen van deze krachtige zoogdieren. Zoals bij quasi alles is ook bij dit verhaal een andere zijde. Everzwijnen zijn namelijk verzot op maïs en graangewassen en beschadigen ze akkers en weilanden door erin te wroeten. Voorts kunnen ze veeziektes dragen en overdragen en net als ander grootwild kunnen ze in verstedelijkte en versnipperde omgeving zorgen voor verkeersongevallen. De leefgebieden van de evers worden voornamelijk beïnvloed door de aanwezigheid van voedsel, water en beschutting tegen slechte weersomstandigheden en predatoren. Meestal bestaat de home range uit enkele kerngebieden, waar de dieren beschutting vinden en overdag rusten, en foerageergebieden waar ze voedsel zoeken. Momenteel is het in bepaalde gebieden zo dat het aantal everzwijnen de draagkracht overstijgt. Een oplossing dringt zich dus op. Een nieuw jachtbesluit van 2008 bepaalt dat indien ze kunnen aantonen dat jacht noodzakelijk is om bepaalde schade te voorkomen, jagers het hele jaar door op de dieren via een afschotplan kunnen jagen i.p.v. enkel tijdens het jachtseizoen. Enkel meer jacht toelaten zal echter niet voldoende zijn, gezien de aangroei van de uitzwermende populatie en het feit dat zogenaamde aanzichtjacht (waarbij het wild via lokvoer naar een bepaalde plaats wordt gelokt) niet doeltreffend genoeg blijkt te zijn om grote aantallen uit te roeien. Momenteel bestaat er nog geen methode om everzwijnen te tellen. Deze (momenteel ontbrekende) informatie over hoe snel de populatie aangroeit en waarheen ze zich verplaatsen zou het everzwijnenbeleid en dus de methodiek en strategie om de dieren in toom te houden enorm kunnen helpen. Bron: Afschotmeldingen, valwild & enquête ANB-wachters Limburg”

Rechts: Everzwijnen hebben veel voedsel en water nodig. De aanwezigheid van water speelt dan ook een belangrijke rol bij de keuze van hun leefgebied. Links: Snuffelende biggen met hun typische tijdelijke pyjama (3 tot 5 maanden) van horizontale strepen die dienen als camouflage.

Bosinfo


mountainbiken

Mountainbikers houden van smalle, glooiende weggetjes doorheen het bos (Singletrack).

Impact van mountainbiken op bos en andere recreanten Begin jaren ’90 was het dat de eerste mountainbikers ten tonele verschenen. In eerste instantie was het wat vreemd kijken naar de fietsers op brede banden, maar ondertussen blijkt mountainbiken meer te zijn dan een voorbijgaande rage. De sport is populairder dan ooit en is nadrukkelijk aanwezig in de meeste bossen. Dat roept heel wat vragen op. “Wie zijn de mountainbikers? “Brengen ze geen schade toe aan het bos?” … De laatste jaren is er in Nederland en Vlaanderen verkennend onderzoek gebeurd naar de impact van mountainbiking op het bos. Dit artikel tracht een bundeling te geven van enkele studies. Wie zijn de mountainbikers? In samenwerking met Bloso verrichte provincie Limburg onlangs onderzoek naar het profiel van mountainbikers. De voornaamste beweegreden van de ondervraagden was het werken aan een goede conditie en gezondheid op een plezante manier. Ook het vertoeven in de natuur en buitenlucht is een belangrijke motivatie om op de fiets te springen. In eigen streek kennen mountainbikers de weg goed en stippelen ze liefst zelf hun route uit. Meestal vertrekken ze dan alleen of met een klein groepje. Wat sterk naar voor komt is dat de meeste mountainbikers ook de moeite doen om in hun auto te springen om verder van huis onbekend terrein te gaan verkennen. Zo liggen er doorheen heel Vlaanderen uitgestippelde routes die permanent bereden kunnen worden. Ook neemt het grootste deel van de mountainbikers deel aan georganiseerde toertochten, deze vinden meestal op zondagochtend plaats en trekken al snel 500 tot zelfs 3.000 deelnemers aan. Liefst rijden mountainbikers op smalle kronkelpaadjes (singletrack) en hellende stukken. Brede wegen worden over het algemeen minder geapprecieerd.

allesbehalve aangenaam om een klets opspattend ijswater tegen de benen te krijgen. Een veel gehoorde commentaar is dat het buiten de paden rijden de kruidvegetatie schade berokkend. Naast de paden rijden is echter allesbehalve makkelijk, in normale omstandigheden zal een mountainbiker dat niet doen. Na een exploitatie kan het wel zijn dat mountainbikers de ruimingspaden doorheen het bos gaan berijden, een goede opvolging hiervan is nodig om het ontstaan van sluipweggetjes te voorkomen. Ook op wildwissels kan deze situatie zich voordoen. Conclusie is dat een goede aanleg van mountainbikepaadjes, waarbij heikele punten omzeild worden, duurzaam gebruik van bodem en paden toelaat. Een bemerking hierbij is dat veel huidige mountainbikepaadjes niet als dusdanig aangelegd werden, wat soms nog probleemsituaties tot gevolg heeft. Naar fauna toe blijkt het verstorend effect van mountainbikers die alleen of in een klein groepje rondrijden mee te vallen. Een stille, snelle mountainbiker kan weliswaar een groter verrassingseffect veroorzaken dan een wandelaar en heeft ook een grotere actieradius, maar aan de andere kant hebben dieren de neiging minder snel te vluchten door de korte verstoringstijd. Reeën blijken in de praktijk bijvoorbeeld pas te vluchten zodra de mountainbiker afstapt. Bepaalde habitats zijn zeer gevoelig voor verstoring en blijven best gespaard van recreatie. In zulke gebieden ligt de oplossing dikwijls in het zoneren van de toegankelijkheid in ecologisch minder waardevolle randzones.

Wat is de impact op natuur en ondergrond? In de literatuurstudie ‘Schade en overlast door moutainbikers, perceptie of realiteit?’ van de Nederlandse organisatie Probos, wordt onder andere beschreven in welke mate mountainbiken invloed heeft op paden en bodem. Om met de deur in huis te vallen blijkt dat in de meeste gevallen mountainbikers geen zwaardere impact op de bodem uitoefenen dan wandelaars. Paarden en - met voorsprong - bosbouwmachines laten zwaardere sporen na in bossen. Soms is het echter zo dat er in bepaalde situaties schade optreedt door mountainbikers. In scherpe bochten en steile afdalingen kunnen remmanoeuvres grondverplaatsing met zich meebrengen. Ook waar natte zones voorkomen is het mogelijk dat het weggetje ‘breed gereden’ wordt. In putje winter is het immers Bosinfo

05


mountainbiken De goede vrede op de boswegen Naast mountainbikers zijn wandelaars en ruiters de belangrijkste recreanten die boswegen opzoeken. Doorheen de jaren zijn de verschillende groepen al wat gewend geraakt aan elkaar en valt de overlast best mee. Toch is het echter zo dat er op drukbezochte plaatsen nog geregeld ergernissen ontstaan. Wandelaars en ruiters storen zich voornamelijk aan snel passerende mountainbikers. Zo hebben paarden de neiging op te schrikken wanneer een mountainbiker uit het niets opduikt. Langs de andere kant houden mountainbikers er dan weer niet van dat singletracks mul gelopen worden door paarden, dit verminderd de bereidbaarheid immers aanzienlijk. Een belangrijke kanttekening is echter dat er quasi geen weet is van ongevallen veroorzaakt door mountainbikers. Het negatieve beeld dat in sommige situaties ontstaat, komt niet altijd helemaal overeen met de werkelijkheid. De meeste mountainbikers geven ook aan rekening te houden met andere bosbezoekers door vaart te minderen en een waarschuwing te geven bij het passeren.

Relatief nieuw is dat er steeds meer mountainbikeroutes uitgestippeld worden. Op die manier wordt de recreatie gespreid en wordt er een alternatief gecreĂŤerd voor het ongewenst gebruik van sluipwegen. Ecologisch kwetsbare locaties kunnen beschermd worden door de route te zoneren in minder gevoelige gebieden. Belangrijk bij dit alles is dat de route aantrekkelijk genoeg is, een waardig alternatief voor de sluipwegen die voorheen in gebruik waren. Bosgroep Zuiderkempen vzw participeerde bij de ontwikkeling van de route in het boscomplex Eindhoutberg en de landduinenroute doorheen de gemeentes Balen, Geel, Meerhout en Mol. Deze laatste route loopt door 732 ha privĂŠbos dat eigendom is van een 1.000-tal privĂŠ-boseigenaars. Via een participatieve manier werden met de boseigenaars en bosgebruikers een toegankelijkheidsregeling opgesteld. Hierbij stelden heel wat boseigenaars hun bos toegankelijk. Na meer dan een jaar zijn de reacties over het algemeen zeer positief, zowel bij mountainbikers, boseigenaars als andere recreanten.

Mountainbikeroute

Realisatie: Bloso, provincie Antwerpen, gemeenten Balen, Geel, Meerhout, en Mol

Landduinenroute

met dank aan alle boseigenaars en de vzw bosgroep Zuiderkempen

Moeilijkheidsgraad Legende Parking

Drankgelegenheid

Douche

Reinigen fiets

MTBverhuur

Groene lus (Âą 14,5 km) Verhard traject Half- en onverhard traject Rode lus (Âą 19,5 km) Verhard traject Half- en onverhard traject Inrijtraject Verbindingstraject

De sterren geven een aanwijzing van de moeilijkheidsgraad.

36 km

beginnende mountainbikers beleven hier plezier aan

STARTPLAATS Tennisclub Mol Belsebaan 26 Mol

Loofbos

wat meer ervaring is mooi meegenomen

Naaldbos Gemengd bos

de sportieve mountainbiker kan hier zijn hart ophalen

Heide

Kerk Hoeve Kasteel

Signalisatiesymbolen en afstanden

Watermolen Windmolen

Âą 14,5 km 87 % off-road

STARTPLAATS Recreatiecentrum Lissenvijver Lissenvijver 10 Geel

Âą 19,5 km 77 % off-road Âą 33 km 81 % off-road

STARTPLAATS Kerkplein Hulsen - Balen

Inrijtraject Verbindingstraject

Gedragsregels Aansluiting mountainbikeroute Laakdal

Goedgekeurd STARTPLAATS Tennisclub De Nethe Bevrijdingslaan 96 Meerhout

Voor meer informatie of melden van problemen (bv. verdwenen signalisatie) contacteer de sportdienst Balen (014 82 93 80, bleukens@balen.be), de sportdienst Geel (014 56 67 00, sport@geel.be), de sportdienst Meerhout (014 24 99 29, sportdienst@meerhout.be) of de spordienst Mol (014 33 07 45, sportdienst@gemeentemol.be). GPS-tracks: www.bloso.be/mountainbikeroutes.

06

Bosinfo

2009

Š Bloso 2009

1 Blijf op de bewegwijzerde wegen of paden. 2 Respecteer natuur en omgeving: laat geen afval achter, breng geen beschadigingen aan en wees niet te luidruchtig. 3 Wees sportief en geef voorrang aan andere recreanten. 4 Sport veilig: s OEFEN REGELMATIG EN GA NIET onvoorbereid tot het uiterste; s SPORTEN IS SLECHTS GEZOND ALS het regelmatig gebeurt. 5 Rij veilig: s VOLG STEEDS DE VERKEERSREGELS EN TEKENS s DRAAG STEEDS EEN HELM s LET OP BIJ GEVAARLIJKE KRUISPUNTEN s ZORG DAT JE MOUNTAINBIKE IN ORDE IS


brandhout

Brandhout Brandhout

Winter, vriesweer, voor de ene het moment om naar warmere oorden te vluchten, voor de ander de ideale gelegenheid om de kettingzaag in gang te trekken. Niet alleen is het werken in het bos een plezante bezigheid, als het goed gebeurt geeft het het bos een meerwaarde en kan het financieel een slok op de borrel schelen. Gezien de hoge energieprijzen is de waarde van brandhout de laatste jaren immers serieus opgewaardeerd. Brandhout kappen Een eerste raadgeving als je het bos in trekt: doe het voorbereid. Een kettingzaag is immers geen speelgoed. Er bestaat voldoende veiligheidsmateriaal om het risico op letsels serieus te beperken. Ook is het mogelijk uw zaagtechniek bij te schaven door een cursus kettingzaag te volgen. Zorg ook dat je in regel bent via een kapvergunning of een beheerplan. Een eerste vraag die zich stelt in het bos: ‘Welke bomen kap ik eerst om?’. Vroeger beperkte het bosbeheer zich vaak tot het kappen van de dode bomen. Het gevolg hiervan was een zeer hoog stamtal en een lage vitaliteit. Daarom zouden we zeggen: ‘Kap ook eens een levende boom’. Probeer bij voorkeur de kronen van de voor jou beste bomen plaats vrij te stellen door de bomen die er te dicht bij staan weg te nemen. Ook is het geen ramp dat er wat dood hout in je bos blijft liggen. Integendeel het zal de biodiversiteit in je bos ten goede komen. Volgens wetenschappelijk onderzoek zou zelf in een ongerept natuurlijk bos ongeveer 50 % van de diersoorten afhankelijk zijn van de aanwezigheid van dood hout. De stookwaarde van hout De verbrandingswarmte is de hoeveelheid energie die vrijkomt wanneer 1kg ovendroog hout volledig wordt verbrand., uitgedrukt in calorieën of Joules. Voor loofhout bedraagt de verbrandingswarmte ongeveer 17,8MJ (megajoule)/kg en voor naaldhout ongeveer

19,7MJ/kg. Ter vergelijking: een kilo antraciet bevat ongeveer 27KJ/kg en kilo olie 41,5Mj/kg. Naaldhout levert meer warmte dan eenzelfde gewicht loofhout omwille van de aanwezigheid van hars. Tussen loofhout onderling zit het verschil in het soortelijk gewicht (kg/m3). Een kilo haagbeuk levert evenveel energie als een kilo canadapopulier, een kuub haagbeuk weegt dan weer meer dan een kuub canadapopulier en levert hierdoor een hogere verbrandingswaarde. Onderstaande tabel geeft het soortelijk gewicht van de meest courante houtsoorten weer bij een vochtgehalte van 15 %. Tussen de houtsoorten onderling zit er heel wat verschil. Het is moeilijk te zeggen wat nu de beste houtsoort is om te stoken. Lichte houtsoorten geven zeer snel hun warmte af, ideaal om een ruimte snel warm te stoken. Zwaardere houtsoorten houden de vlam dan weer ‘langer vast’. Het is nooit verkeerd verschillende houtsoorten te combineren. Wat dan nog? Twee zaken zijn nog zeer belangrijk wanneer we kijken naar het rendement van brandhout. Ten eerste is er het vochtgehalte. Probeer nooit te stoken met nat hout, dit geeft een slechte verbranding. Probeer hout altijd 2 jaar te laten drogen. Best is dat het hout langs boven afgedekt is en voor de rest goed aan de lucht kan. Stapel bijvoorbeeld op paletten en laat wat ruimte tussen de verschillende rijen. Probeer het hout indien mogelijk ook te klieven. Goed gedroogd hout heeft een vochtgehalte van ongeveer 15%. Ten tweede is er het rendement van de verbranding. Bij een klassieke open haart ligt dit zeer laag (15 à 20 %). Kachels zitten over het algemeen tussen de 50 à 80 %. Een speksteenkachel doet nog beter (80 à 90 %).

TABEL: Geldelijke stookwaarden van 1 m³ brandhout van verschillende houtsoorten, berekend op basis van de huidige stookolieprijs (0,65 € per liter) Equivalent stookolie

soortelijk gewicht (kg/m³)

stookwaarde (GJ/m³) ¹

Haagbeuk

850

12,90

Valse acacia

800

12,20

9,20

324

211

137,15

Beuk, eik, es

750

11,40

8,60

303

197

128,05

Kastanje, notelaar, olm

700

10,60

8,00

282

183

118,95

Kerselaar, esdoorn

650

9,90

7,40

263

171

111,15

Berk

600

9,10

6,80

242

157

102,05

Linde, wilg

550

8,40

6,30

223

145

94,25

Els

500

7,60

5,70

202

131

85,15

Populier

450

6,80

5,10

181

118

76,70

Lork

600

9,20

6,90

245

159

103,35

Douglas, Grove den

550

8,40

6,30

223

145

94,25

Fijnspar

450

6,90

5,20

184

119

77,35

benutbare warmte (GJ/m³) ²

Liter/m³

Liter/stère

geldelijke stookwaarde 1 stère (€)

343

223

144,95

Loofhout 9,70

Naaldhout

¹ GJ = Gigajoule of 109 Joule / ² Bij een gemiddeld thermisch rendement van de kachel van 75%

Bosinfo

07


Van vlakte tot geïntegreerd bos

Start: een open terrein. Landbouwgrond of een tijdelijke open plaats als gevolg van een kapping in het bos. Einddoel: bos, liefst mooi bos. Of u nu een perceel wilt herbebossen na een kaalkap of een stuk landbouwgrond wil omtoveren in bos; een aantal basisregels moet u steeds volgen. We kunnen u geen kant en klare handleiding aanbieden waarmee succes verzekerd is. Uw bos is immers geen moestuin. Lokale omstandigheden verschillen vaak, het weer is een belangrijke speler, wild kan roet in het eten werpen en tenslotte heeft elke eigenaar andere doelstellingen. Een aantal grote principes kunnen we u wel vertellen. Welkom in de wondere wereld van de bosverjonging. De start Planten of wachten? Een gouden tip: laat anderen voor u werken. In dit geval: laat de natuur voor u werken. Het leuke aan bos is dat het een eindstadium is in de natuurlijke successie. Als u maar lang genoeg wacht komt op de meeste plaatsen in Vlaanderen vanzelf bos. Sommige beheerders vinden het een nadeel dat ze bij spontane verbossing de soorten niet zelf kunnen kiezen. Op grote open plaatsen hebben lichtboomsoorten zoals berken, dennen, wilgen en essen meer kans om te verjongen. Als u heel graag andere soorten in uw bos ziet, zal u zelf moeten werken. Een ander nadeel van spontane verjonging is dat de natuur soms een beetje te hard werkt. Als er spontaan te veel bomen komen, gaan die elkaar erg hard beconcurreren. Het gevolg is dat er heel wat takken afsterven. Vooral berken en elzen zijn

Spontane bosverjonging: goedkoop en gemakkelijk.

hier gevoelig voor. Berken en elzen die in een jong stadium dicht bij elkaar staan worden lange sprieten met heel weinig zijtakken waardoor er weinig diktegroei is en de bomen riskeren krom te hangen. Spontane bosverjonging kan u eventueel een handje helpen door de grasmat of de strooisellaag te doorbreken zodat de minerale bodem, de zand- of leemkorrels, boven komt. Een dikke laag gras, bladeren of naalden is voor heel wat soorten geen leuk kiembed. Met een bosfrees kan u takken vermalen en een oppervlakkige bodembewerking uitvoeren. Takken worden dan gemengd met de bodem. Met een klepelmaaier kan u enkel takken vermalen. Op

08

Bosinfo

els

Lichtbehoefte

Van vlakte tot geïntegreerd bos: Een handleiding

berk

zomereik

trilpopulier es boskers wintereik

veldesdoorn

linde

gewone esdoorn

tamme kastanje iep haagbeuk beuk

Concurrentiekracht landbouwgrond kan u ook een ploeg gebruiken om de bodem te bewerken. U hoeft zeker niet het hele perceel te bewerken. Hier een daar een stuk bewerken zorgt ervoor dat er in het jong bos al dadelijk heel wat structuur zit. Als u toch graag zelf werkt, kan u zaaien of planten. Om bos te zaaien verzamelt u grote hoeveelheden van het zaad of de vruchten van de gewenste boomsoort. Een groot deel zal immers niet uitkomen. Om te zaaien woelt u het zaad best een beetje onder het bodemmateriaal. Zo vermindert u de kans op uitdroging en predatie door vogels en knaagdieren. Eventueel kan u een rustpost voor roofvogels plaatsen om predatie van het zaad te verminderen. Behandeling van het zaad met producten, bijvoorbeeld Aversis, werken ook tegen predatie door knaagdieren. Om bos te planten moet u over een aantal zaken nadenken: menging, plantafstand, grootte van het plantsoen, bodembewerking, van het plantsoen en plantmethode. De menging U kiest boomsoorten natuurlijk in functie van uw doelstellingen. Stel uzelf steeds de vraag: wat zou de natuurlijke situatie hier zijn? Heel veel verschillende soorten op enkele vierkante meters is niet echt een natuurlijke situatie! Europese vogelkers op zandgrond evenmin. Om na te gaan welke boomsoorten standplaatsgeschikt zijn ontwikkelde het INBO een handige tool: BOBO. Deze vindt u terug op de website van het INBO (onder kenniscentrum – duurzaam gebruik – bos – bosaanleg – bodemgeschiktheid). Hieruit leert u bijvoorbeeld dat op droge zandgrond wintereik meer geschikt is dan zomereik. Denk ook even na over het temperament van de verschillende boomsoorten. Berken en beuken laten zich goed mengen. De berken staan graag in het zonnetje. Ze zullen een razendsnelle start nemen en een deel van het zonlicht wegnemen waardoor de beuken, die graag een beetje schaduw hebben, op hun dooie gemak achterna kunnen komen. Op het moment dat de beuken de berken beginnen inhalen zullen de berken al kapbare afmetingen hebben. Op het schema hieronder kan je het temperament van verschillende boomsoorten vergelijken. Inlandse eiken en beuken individueel mengen is een minder goed idee. De eiken groeien in het begin iets sneller, maar nog voordat de eiken enig kapbaar formaat hebben zullen de beuken het overnemen en de eiken volledig verdringen. Bekijk tenslotte ook de subsidieregeling voor bebossing en herbebossing eens. Enkel voor inheemse soorten krijgt u subsidie. En mengen met struiksoorten zal u meer opbrengen. Kijk hiervoor op www.natuurenbos.be onder het tabblad ‘thema’s’ vindt u een onderdeel ‘bos’ en vervolgens ‘subsidies’. Plantafstanden Deze zijn ook weer afhankelijk van uw doelstellingen. Vindt u kwaliteitshoutproductie niet belangrijk? Dan kan u erg ruime plantafstanden nemen. Om in aanmerking te komen voor subsidies moet u wel een minimum plantafstand gebruiken. Vindt u het wel belangrijk om kwaliteitshout te produceren? Dan vindt u hieronder enkele richtlijnen voor de plantafstanden. Ruimer planten kan natuurlijk ook, maar dan zal u waarschijnlijk iets meer moeten snoeien om een voldoende lange takvrije stam te krijgen.


Van vlakte tot geïntegreerd bos

Boomsoort

Plantafstand Plantafstand

zomereik, wintereik

11 meter meter

beuk, linde

1.5 1,5 meter

es en esdoorn

22 meter meter

berk , els, ratelpopulier

2.5 2,5 tot 3 meter

boskers

nog nog verder, verder, uu moet moet toch toch snoeien snoeien

Boomsoort Plantafstand In een volwassen bos staan de bomen natuurlijk veel verder uit elkaar, maar door ze dicht te planten snoeien de bomen zich vanzelf waardoor de stam voldoende takvrij zal worden. Sommige bomen laten sneller hun takken vallen dan andere, vandaar het verschil in plantafstanden. Een hectare eik planten met een plantafstand van slecht 1 meter is wel een heel dure aangelegenheid. Een veelgebruikte techniek in Duitsland om de kosten te drukken is het planten in ‘nesten’. Hierbij plant u 20 tot 30 bomen met een kleine plantafstand, vervolgens laat u enkele meters open en plant daar niets, de natuur kan hier zijn gang gaan. Het voordeel van deze methode is dat plantafstand ideaal is en dat het bos vanaf dag 1 al gestructureerd is doordat er stukken wel en stukken niet zijn beplant. Grauwe abeel of trilpopulier kan eventueel hier en daar tussengeplant worden. Deze soorten groeien redelijk snel en kunnen voor een bosklimaat en vooropbrengst zorgen. Plantsoenmaat De grootte van bosplantsoen wordt meestal uitgedrukt in centimeters; bijvoorbeeld maat 60-80 wil zeggen dat alle planten tussen 60 en 80 centimeter groot zijn. Zonder wilddruk en ruigtevegetatie kiest u best voor klein bosplantsoen (60-80). Dit plantsoen is goedkoper en er is minder kans op uitval dan bij groot plantsoen. Als er veel reewild is kiest u misschien beter wat hoger plantsoen (100-120) zodat de toppen niet uitgebeten kunnen worden. Hetzelfde geldt als er veel adelaarsvarens, brandnetels of distels zijn. Groot plantsoen zal de concurrentie beter aankunnen. Vaak staat er ook nog een leeftijd bij het plantsoen. Zo staat leeftijd ‘1+1’ voor een tweejarige plant die na 1 jaar verplant is. Dergelijke planten worden meestal gebruikt voor bebossingen en herbebossingen. Voorbereiding van het terrein Als u van uw terrein een biljartlaken maakt, zal uw planter u eeuwig dankbaar zijn. Het recept hiervoor is redelijk eenvoudig: laat een zware bosfrees komen en laat die een uurtje over uw perceel rijden. Stronken, takken en bodem zullen perfect gemengd zijn. Een andere methode is al het bruikbare hout eruitzagen en de rest op hopen leggen of eventueel afvoeren. De natuur en uw portefeuille zitten echter niet te wachten op de eeuwige dankbaarheid van uw planter. Bosfrezen kost veel geld en alle takhout manueel verwijderen is een intensief, langdurend werkje. Bovendien is de natuur blij met hier en daar een stronk, een dode tak of zelfs een hele boom die is achtergebleven. Het is dus een kwestie van de gulden middenweg te zoeken. Opruimen is handig en het toont wat ‘netter’, maar haal zeker niet alles weg. Een goede planter wringt zijn spade wel tussen de takken. Moeilijker wordt het als er met een plantboor geplant wordt. Die kan niet overal zomaar tussen. Ook perfect op rijen planten is moeilijker als er nog veel takken liggen, maar wie zit te wachten op nette rijen? Loop eens over uw terrein en bekijk of er nog bruikbaar brandhout ligt en waar u overal een spade zou tussenkrijgen. Als dit elke twee meter wel ergens lukt, hoeft u niet verder op te ruimen.

Planttechniek Bomen planten doet u met een spade, een planthak, een plantschop, een plantboor of een woelboor. De voordelen van een spade zijn duidelijk: iedereen heeft er een, u kan ermee tussen de takken planten en met een spade kan u heel efficiënt werken. Nadeel is dat u van dat efficiënt werken behoorlijk snel moe kunt worden. Werkwijze: maak een voldoende grote put, boom erin, wortels uitspreiden, put dicht en klaar. Nog 499 stuks vandaag en dan mag u naar huis. Eventueel kan u een spade ook gebruiken om spleetbeplantingen te doen. Dit kan enkel indien de wortels redelijk klein zijn (naaldhout, zwarte els, berk). Steek uw spade zo diep mogelijk in de grond, beweeg ze voor en achteruit, plant de boom en maak vervolgens de spleet terug dicht door zowel voor als achter de plant uw spade in de grond te steken en ze vooruit en achteruit te bewegen. Eventueel nog wat bijtrappen met uw voet en klaar. Met een speciale plantschop kan u iets groter plantsoen met een soort spleetbeplanting planten. Het voordeel hiervan is vooral dat u de grond niet moet oplichten, beter voor uw rug dus. En doordat u de grond niet echt uit de put haalt, moet u nadien ook geen moeite doen om hem er terug in te krijgen. Vooral handig tussen de takken dus, want probeer een put maar eens volledig dicht te krijgen als de grond verspreid tussen de takken ligt. Steek de plantschop in de grond en duw ze naar voren. Vervolgens haalt u de schop terug uit de grond en steek ze 10 centimeter verder naar terug in de grond, duw naar voren, trek naar achter en steek de plant in de vrijgekomen ruimte. Vervolgens gebruikt u de plantschop om rond de plant de bodem een beetje los te woelen. Een planthak gebruikt men vooral op kleiige en stenige bodems. Met één kant van de hak breekt u de zode en met de andere kant licht u de zode op. Vervolgens hebt u een klein putje waar u een klein plantje in kan steken en terug kan vullen. Behoorlijk vermoeiend werkje, maar als u het een beetje gewoon bent gaat het wel goed vooruit. Enkel voor klein plantsoen met weinig wortel. De gaten voor uw plantsoen boren lijkt aantrekkelijk, maar het duurt heel wat langer. Een gewone plantboor kan u op een tractor, minigraver of op een draagbare boor installeren. Voor de meeste plantwerken volstaat een boor van 16 à 18 centimeter doorsnede. Hier en daar gebruikt men grotere maten. Het voordeel van een grotere maat is dat er meer losse grond rond de wortel zit en de wortel dus makkelijker kan beginnen groeien. De boor ‘poliert’ de randen van de put immers, waardoor wortels moeilijker door de wand kunnen groeien. Nadeel van grote maten is natuurlijk dat het trager werkt en dat het nog moeilijker is om de put te nadien terug te vullen. Een woelboor maakt de grond los, zodat u nadien eenvoudiger met een spade kan planten. Welke methode

Met een bosfrees maakt u van uw terrein een Biljartlaken.

Bosinfo

09


Van vlakte tot geïntegreerd bos u ook gebruikt, zorg ervoor dat de wortelhals steeds bedekt is. De plant zit beter 2 centimeter te diep dan een halve centimeter te hoog. Bij geboorde gaten bestaat het risico nog dat de grond nadien nog zakt waardoor de wortelhals toch nog bovenkomt. En het wild? Al uw plantsoen in de grond gekregen? Nu maar hopen dat het wild eraf blijft! Reeën en konijnen zijn lastige klanten als u een bos groot wil krijgen. Ook woelratten durven zich wel eens te moeien met uw pas aangeplant plantsoen. En om een of andere reden lijken geplante bomen veel lekkerder te zijn dan spontane verjonging. Er zijn een aantal manieren om te zorgen dat uw noeste arbeid gevrijwaard blijft van de vraatzucht van reeën en konijnen: Ofwel zorgt u ervoor dat er minder beesten zijn, ofwel zorgt u ervoor dat ze genoeg eten hebben op een andere plaats ofwel zorgt u ervoor dat ze er niet aankunnen. Maak zelf maar uit welke methode u verkiest, of gebruik een combinatie. Methode 1: zorg ervoor dat er minder beesten zijn. Ga hiervoor eens met de plaatselijke jagers praten. Methode 2: zorg ervoor dat ze genoeg eten hebben. Nee, u hoeft geen emmers graan naar het bos te sleuren: hakhout, struiken en voldoende verjonging op voldoende plaatsen zijn minstens even goed. Vooral hakhout van Amerikaanse eik is een lekkernij. Dus hebt u nog wat Amerikaanse eiken staan en laat uw geweten het niet toe om deze met vergif te bestrijden: maak er hakhout van. Ook es, inlandse eik, esdoorn, … wordt gesmaakt. Hakhout van zwarte els wordt heel wat minder geapprecieerd. Methode 3: zorg ervoor dat ze niet aan uw jonge bomen kunnen. Hiervoor bestaan een hele hoop methodes: groter plantsoen; raster, kokers, spiralen, netjes, chemische middelen… en schapenwol schijnt ook te helpen. Reeën zullen geen toppen bijten uit plantsoen van meer dan één meter hoog. Vegen zullen ze echter wel. En konijnen laten uw groot plantsoen ook niet met rust. Een raster kost al snel 3 à 4 euro per meter aan palen en draad. Dus voor een halve hectare komt dit op minstens 900 euro, plus een flink aantal uren werk. Het is wel efficiënt: als u het raster regelmatig controleert houdt u zowel konijnen als reeën helemaal buiten en zal er vraatnoch veegschade zijn. Om konijnen tegen te houden gebruikt u draad die onderaan kleinere mazen heeft. Graaf het onderste stuk in of plooi het naar buiten. Voor reeën is de draad minstens 1 meter 60 hoog. Zorg ervoor dat de palen voor minstens 1/3 in de grond zitten en plaats om de drie meter een paal. Draad aanspannen doet u met een tirfort, traktor of lastpakker. Kokers, spiralen en netjes: individuele bescherming kan eventueel selectief. U hoeft niet elke plant te beschermen. Zorg ervoor dat u de bescherming nadien terug verwijdert. Ook hier kan de prijs snel oplopen: voor een koker met serre-effect van 1 meter 20 hoog betaalt u bijna 2.5 euro per stuk. Er zijn ook chemische middelen op de markt die vaak werken op basis van geur. De ene werkt al beter dan de andere. En tot slot de truken

uit de oude doos: schapenwol aanbrengen op de eindscheut schijnt te helpen. En bij gebrek aan schapenwol zouden uw eigen fecaliën ook wonderen verrichten. Ondergetekende kan u echter niet zeggen hoe goed dit werkt. Ondertussen bent u al heel wat stappen dichter bij een echt bos: uw bomen steken netjes in de grond, de beesten laten u gerust, wat nu? Snoeien, inboeten, maaien, vrijstellen, … Of gewoon afblijven? Dat laatste is nog niet zo’n slechte oplossing: kijk maar eens rond, stel vast hoe vaak jonge bossen mishandeld worden, en zucht: “Ze hadden er beter afgebleven!”. Een paar basisregels voor de behandeling van jong bos Inboeten Inboeten is een duur woord om te zeggen: al wat afgestorven is opnieuw planten. Dit is enkel nodig als u meer dan 15 % uitval hebt. Denk wel eerst even na over de oorzaak. Was het voorjaar uitzonderlijk droog? Of had u ambities om Essen te kweken op een droge zandkop?

Bij vormsnoei neemt u enkel de te dikke zijtakken weg.

Snoeien Een boom zit niet te wachten op uw snoeischaar. Hij wordt zonder ook wel groot. Indien u plantverband dicht genoeg is, zullen er vanzelf genoeg kwaliteitsbomen staan in uw bos. Kan u het toch niet laten, begin dan met vormsnoei. Concentreer u op takken waarvan u vermoedt dat ze niet zullen afsterven door natuurlijke stamreiniging. In principe beperkt u zich dus tot de dubbele toppen, de zuigers en de zware zijtakken. Denk er ook aan dat heus niet elke boom een schoonheidsprijs moet winnen. Als u 200 à 300 goede exemplaren hebt per hectare, volstaat dit. Dus bespaar u het andere snoeiwerk. U kunt van een ezel trouwens geen renpaard maken. In een later stadium, als de bomen al meer dan 10 meter hoog zijn, kan u eventueel wat hoogtesnoei doen. Hierbij snoeit u de onderste takken af zodat een voldoende lange takvrije stam ontstaat. Vrijstellen Wat met vrijstellen? Ook hier geldt de niet-overdrijven-regel. Denk eraan dat bomen vooral in april, mei en juni groeien. Daarna staan ze stil en moeten ze enkel in leven blijven. In het voorjaar staat het kruid meestal nog niet zo hoog dat het erg hard concurreert met de bomen. Voor de lichtconcurrentie hoeft u dus niet echt vrij te stellen. Vanaf juni beginnen ze wel te concurreren. De bomen hoeven nu echter niet meer te groeien dus dat is niet echt een probleem. Wat is wel vervelend? Kruid dat uw bomen omver trekt: kleefkruid, bramen, adelaarsvaren die in het najaar verdort... Om dit te vermijden kan u uw plantsoen vrijstellen. De standaardmethode hiervoor is maaien met een bosmaaier of een tractor Denk even na voor u hier aan begint. In droge periodes, zorgt de kruidvegetatie

10

Individuele bescherming met kokers is effectief, maar duur.

Bosinfo


Van vlakte tot geïntegreerd bos

Adelaarsvaren kan een lastige klant zijn voor jonge bomen.

er immers voor dat de bodem gebufferd is en niet te snel uitdroogt. Maait u alles weg, dan heeft de zon vrij spel, droogt de bodem uit en kan u uw dure bos vaarwel zeggen. Bovendien zijn bosmaaiers niet echt de beste vrienden van jonge bomen. Wie slaagt erin een halve hectare te maaien zonder plantsoen te raken? Bij mijn weten enkel de Inverde-lesgevers. Het kan ook zonder machines: loop door uw aanplant. Als u ziet dat er eentje het moeilijk heeft met al die kruidvegetatie op zijn rug; gebruik dan uw twee voeten om de kruiden rond de plant plat te trappen. Geen vervelende lawaaierige machines en geen uitdroging. Voor bramen lukt deze methode niet zo goed, hier gaat u de bosmaaier moeten bovenhalen. Ongewenste boomsoorten die spontaan in uw bos komen, kan u eventueel ‘afknakken’. Hierdoor doorbreekt u, om even geleerd te doen, de apicale dominantie. In mensentaal wil dit zeggen: de boom blijft in leven, maar zal niet meer voluit naar boven groeien. Bij heel jonge exemplaren kan dit gewoon met de hand. Voor oudere exemplaren zijn speciale snoeischaren op de markt. In de nazomer, vlak voor het kruid verwelkt, kan u de eerste 2 à 3 jaar eventueel wel maaien. Anders kan het dorre materiaal massaal op uw bomen gaan liggen. De eerste 2 jaar na de aanplant kan u zich dus nog wel uitleven in uw bos met snoeien en vrijstellen. Daarna wordt het nagelbijten, want nu moet u er echt afblijven. Eventueel nog een beetje snoeien; maar vooral: laten groeien. Tot het moment dat de kronen volledig gesloten zijn, hoeft u niets te doen. Tip: koop een stukje marginale landbouwgrond en begin opnieuw. We wachten immers nog steeds op de beloofde 10 000 hectare bosuitbreiding. Vanaf het moment van de kroonsluiting bekijkt u eens of er een zuivering nodig is. In oude handboeken is een zuivering nog ‘het wegnemen van de kleine rommel’. Niet zo zinvol natuurlijk: de kleine rommel sterft vanzelf wel af. Wat u wel doet is: ongewenste soorten (vb. agressieve exoten) wegnemen en de ‘wolven’ wegnemen. Wolven zijn individuen die opvallend sneller groeien dan de rest van het bestand en meestal heel zwaar betakt zijn. Haal deze eruit. Ze verdringen uw iets trager groeiende, maar veel mooiere exemplaren.

Dunnen Echt dunnen doet u pas als er voldoende takvrije stamlengte is: zes meter, acht meter, tien meter? Berk is hierop een uitzondering. Dun vroeg bij berk, anders worden uw bomen heel onstabiel. Beslis zelf maar wat u redelijk vindt. Dunnen voordat deze takvrije lengte bereikt is, is geen goed idee. U heeft de bomen immers dicht bij elkaar geplant om ervoor te zorgen dat hun takken vanzelf afvallen. Als u nu te vroeg gaat dunnen, zijn deze inspanningen voor niets geweest. Eenmaal deze takvrije lengte bereikt is, gaat u dan ook écht dunnen. Geen geprul met hier en daar een boompje wegzagen. Zet de kronen van uw mooiste bomen maar volledig vrij in dergelijk jong stadium. En kom binnen twee jaar nog eens kijken: was hier gedund? Eik en esdoorn zijn kampioenen in het reageren op een dunning. Zij zullen de vrijgekomen ruimte snel innemen. Alle naaldhout en es reageren het traagst op een dunning.

Wolven groeien sneller, maar hebben een slechte stamkwaliteit. Uw stoel Het belangrijkste in verband met jonge bossen nog even op een rijtje: denk na over doelstellingen, menging, plantafstanden en wildbescherming. Werk één jaar hard om uw bomen in de grond te krijgen en investeer dan … in een goede stoel. Zet uw stoel op een strategisch plaatsje in uw bos, geniet en bedenk u wat voor mooie investering u deed: de natuur geholpen, de toekomstige portefeuille van uw kleinkinderen gevuld en uzelf gered van citytrips, strandvakanties en uren file richting zuiden; u moet vanaf nu immers steeds naar het bos, naar uw stoel. Tekst: Sander Jansens Foto’s: Robbie Goris en Sander Jansens; Inverde

Te laat dunnen bij berk.

Bosinfo

11


Bosgroep kempense heuvelrug vzw

Belangrijke mededeling! Adreswijziging: zie pagina 17 Dagexcursie Raad van Bestuur 5 november 2010 De jaarlijkse excursie van de Raad van Bestuur bracht ons dit jaar naar de provincie Limburg voor een verbroedering met de collega’s van Bosgroep Limburgse Duinen. Met een sterk uitgedunde delegatie ging het ’s morgens eerst naar het mijnmuseum van Houthalen. Daar werden we onthaald door een bijzonder gepassioneerd verteller (en boseigenaar) die een groot deel van zijn leven in de koolmijnen had gewerkt. Na zijn geanimeerde uiteenzetting was het op domein Kelchterhoef tijd voor een overleg tussen beide bosgroepen wat betreft de verschillen in dagelijkse werking. Na een lekkere boekweitpannekoek ging het richting natuurgebied De Teut voor een wandeling doorheen de heide. Boswachter Jan Wellekens zorgde voor de deskundige uitleg. Een stevige regenvlaag joeg ons terug naar de bewoonde wereld, waarna we werden verwacht in brouwerij Ter Dolen. In deze kleinschalige brouwerij in Helchteren werden 4 soorten lekkere bieren gemaakt: blond, bruin, tripel en

Rondleiding op domein De Teut.

kriek. Na een kleine rondleiding was het uiteraard tijd voor enkele degustaties! De avond werd afgesloten met een smakelijk en uitgebreid etentje in restaurant The Lodge in Houthalen. Een meer dan geslaagde dag!

Boscomplexen Echelpoel, Ter Duinen (Bouwel) en 15 Kapellekes (Mol) In het gebied Echelpoel te Bouwel zijn intussen de meeste boseigenaars gecontacteerd door adjunct Joost Malliet in verband met de opmaak van een beperkt bosbeheerplan. Nog niet alle afspraken zijn afgewerkt. Momenteel heeft de bosgroep hier nieuwe 19 boseigenaars, waarvan er 12 instappen in de opmaak van het gezamenlijk bosbeheerplan.

De 15 Kapellekes te Mol.

In het nabijgelegen gebied Ter Duinen, waarvan reeds een beheerplan bestond, volgt de komende weken een opvolging van het beheerplan. Ook in het nieuwe boscomplex “15 Kapellekes” in Mol zullen nog afspraken met eigenaars worden vastgelegd.

Stand van zaken Molenheide Op 16 september vond de opvolgingsvergadering over het beperkte gezamenlijke beheerplan plaats in de Roos van Casablanca te Vorselaar. Er waren ongeveer 40 aanwezigen. De bosgroep was verheugd met deze goede opkomst van geïnteresseerde boseigenaars. Eerst was er tijd voor een woordje uitleg over de werking van de bosgroep. Daarna werd tijdens een kleine wandeling de theorie in de praktijk getoetst. Het verschil tussen een gedund en niet gedund bos werd duidelijk gemaakt en ook de Amerikaanse vogelkers werd nader bekeken. In september en oktober heeft adjunct Dorothy Senepart met 18 boseigenaars een afspraak op het terrein afgerond. Er zullen 14 nieuwe bossen worden toegevoegd aan het gezamenlijke beheerplan. Dat betekent circa 6 ha bos erbij waar onder meer beheerwerken als dunningen, groepenkap en bestrijding van Amerikaanse vogelkers gepland worden. Dankzij deze werken krijgen meer inheemse boom- en struiksoorten betere kansen en zo worden de dennenbossen gevarieerder. Mooie dikke dennen met een gezonde struiklaag, jong bos, … prachtig om zien én beter voor de natuur en de biodiversiteit!

12

Boscomplex Molenheide: dennenbestand in omvorming.

Bosgroepnieuws


Bosgroep kempense heuvelrug vzw

De bosgroep op bezoek in Ierland In oktober was coördinator Stef Vanlommel op bezoek bij de collega’s uit Ierland. In 2004 kwamen de Ieren reeds expertise doen in België om na te gaan of de oprichting van bosgroepen bij hun een goed idee zou zijn. Ierland is net als Vlaanderen dun bebost en heeft vele kleinere boseigenaars. Na een conferentie in 2005 werd beslist van start te gaan en sinds 2007 zijn de Ierse bosgroepen een feit. Nu vond men het tijd voor een herbronning en een evaluatie van de Ierse bosgroepen. Men wil een duidelijke toekomstvisie uitbouwen. Op deze brainstormsessie waren zo’n 80 mensen aanwezig. Er kwamen onder meer 2 buitenlandse sprekers aan het woord met een rijke ‘bosgroep’ervaring. Naast Stef gaf ook een collega uit Denemarken zijn visie over de werking van de Deense bosgroepen. Stef Vanlommel beantwoordt de vragen van Ierse collega’s.

Provinciale Landschapsdag 2010 Op 22 oktober 2010 vond in De Repertoire te Herentals de Provinciale Landschapsdag 2010 plaats. Dit jaar werd er dieper ingegaan op het landschap van Kempense heuvelrug. Verschillende aspecten kwamen aan bod in de lezingen die werden gehouden: geologie, geschiedenis en archeologische mogelijkheden van de Kempense heuvelrug, beheer van bos- en natuurgebieden, … . Coördinator Stef Vanlommel gaf een presentatie over de werking van de bosgroep in het gebied van de heuvelrug. In de namiddag konden de deelnemers kiezen uit drie wandelingen in het Kempense landschap. Eén ervan leidde ons door en op de natuur van de Kempense heuvelrug in Kasterlee. Onder een stralende herfstzon leidde de wandeling ons via bossen, dreven, heidegebieden en prachtige open plekken. Onder meer enkele prachtige dikke rechte Corsicaanse dennen waren het onderwerp van een geanimeerd gesprek. Ook oud-boswachter Jef Diels was van de partij en toonde ons zijn maquette van een doorsnede van een Corsicaanse den van 150 jaar oud (zie foto). Oud-boswachter Jef Diels toont maquette van een stamschijf van een 150 jaar oude Corsicaanse den.

Industriële houtverkoop 26 oktober Op 26 oktober 2010 vond in het Boshuis te Ravels de industriële houtverkoop plaats. Naast het hout van domeinbossen en openbare bossen werd ook hout van de bosgroep Kempense Heuvelrug te koop aangeboden. De geboden prijzen overtroffen de verwachtingen en er kan zeer tevreden teruggeblikt worden. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de resultaten: aantal kavels

heersende boomsoort

aantal bomen

volume (m³)

aantal bomen / m³

totaal prijs (€)

prijs / m³ (€)

Lichtaart - Diestweg + Kasterlee Zandhoef - Boekweitbaan

1

Ps, Pc

4.385

1.902

2,31

€ 79.516

€ 41,81

3

Kasterlee – Fr. Masereel

1

Pc

195

111

1,76

€ 3.271

€ 29,47

4

Geel (Noorden)

3

Ps, Zeeden

1.557

726

2,15

€ 29.252

€ 40,29

5

Mol - Haagdoornstraat

3

Ps

5.415

2.786

1,94

€ 124.629

€ 44,73

Lille - verspreid (BG Kempense Heuvelrug) + Wechelderzande (BG Noorderkempen)

23

Ps, Pc, Ep

4.604

1.841

2,50

€ 80.350

€ 43,64

14.340

6.568

2,18

€ 282.990

€ 43,09

Lot

2a+b+c

1+6

Industriële exploitatie van een dennenbos.

Locatie

Totaal Bosgroep Kempense Heuvelrug

Legende boomsoorten: Pc: Corsicaanse den Ep: Fijnspar Ps: grove den

Bosgroepnieuws

13


Bosgroep zuiderkempen vzw

Industriële houtverkoop Op 26 oktober vond in het Boshuis te Ravels de openbare industriële houtverkoop plaats. Nadat loten van het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) werden aangeboden en verkocht, vond de houtverkoop (naaldhout) van 3 Antwerpse bosgroepen plaats: Zuiderkempen, Kempense Heuvelrug en Noorderkempen. Zuiderkempen verkocht 9 loten, verspreid over de gemeentes Balen (Keiheuvel), Herentals (omgeving Greesstraat), Heist op den Berg, Heultje, Herentals, Mol (Volmolen) en Geel (Winkelomheide). Vorig jaar hadden we beslist geen industriële verkoop te houden wegens te lage prijzen en hopende dat vettere jaren niet te lang meer op zich zouden laten wachten. Het bleek een goede zet te zijn geweest: de bedragen per m³ schommelden tussen € 27,89 (lot uit Herentals) tot € 52,53 (zeer mooi lot uit Heultje). De gemiddelde houtprijs voor onze bosgroep bedroeg dan ook maar liefst € 43,77.

Provincie Luxemburg geïnteresseerd in de werking van onze bosgroep Op 21 september kreeg onze bosgroep het bezoek van een hele delegatie bestaande uit zowel beleidsverantwoordelijken als bosbouwexperts en boseigenaars van de bosrijke provincie Luxemburg. Het doel van het bezoek was om kennis te maken met onze bosgroepaanpak. In Luxemburg kampen ze immers ook met een enorme eigendomsversnippering. De gemiddelde bosoppervlakte per boseigenaar bedraagt er 2 ha. Na een voorstelling en interessante uitwisseling tussen de Vlaamse en Waalse deelnemers in de voormiddag trokken we met de bus naar Meerhout. Daar werden we onthaald door burgemeester André Vangenechten die een leuke voorstelling gaf van “Merret”. Onze boseigenaars Alan Phillips, Jos Smeyers en Willy Verachtert gidsten ons verder door de bossen van Scherpenbergen-De Hutten. Tenslotte overhandigde de Luxemburgse delegatie ons een eikenboompje dat door onze bosconsulent ter plaatse, Guy De Pooter, op een deskundige wijze werd geplant. Na een gezellige verbroederingsdrink in de Luyhoeve keerde iedereen tevreden terug naar huis. Of deze geslaagde WaalsVlaamse uitwisseling inspirerend werkt op onze nationale politiek is nog niet geheel duidelijk. Foto-boven: Alan Phillips als gids in Scherpenbergen-De Hutten. Foto-onder: Een eik als geschenk.

Evaluatie technisch bosbeheer in Teunenberg-Nieuwe Hoeve

Experts uit verschillende sectoren evalueren het beheer.

Met een aantal experts uit de houtsector, boomkwekerijsector, privébosbeheerders, boswachters en boseigenaars kwamen we samen om het bosbeheer rond Kamp C te evalueren. Al vlug merkten we op dat er heel wat verschillende meningen bestaan omtrent bosbeheer. Eén ding bleek duidelijk. Om kwaliteitshout in loofhout te produceren zijn investeringen nodig. Aanplantingen van 2 op 2,5 meter blijken onvoldoende dicht te zijn. Ook valt het op dat alle dennenbossen zeer snel evolueren naar gemengde bossen. Om terug naaldhout te krijgen is bodembewerking na kaalkap aangewezen. Door de minerale bodem aan de oppervlakte te brengen is massale verjonging van berk en den mogelijk. De controle van Amerikaanse vogelkers blijft een aandachtspunt, zelf als er niet veel vogelkers aanwezig is.

Everzwijnen komen dichterbij! Onze bosconsulent Fons Hendrickx signaleerde het eerst everzwijn in ons werkingsgebied, namelijk in de bossen van Eindhout. Aan de Kleine Laak zagen we reeds wroetsporen. Onze ever sluipt dus langzaam maar zeker ons werkingsgebied binnen. Laat ons iets weten als je hem op heterdaad betrapt!

14

Bosgroepnieuws


Bosgroep zuiderkempen vzw

Bosgroep Zuiderkempen uitgenodigd als gastspreker op een Europees congres rond multifunctioneel bosbeheer. We hebben de eer om als gastspreker op een Europees congres onze bosgroepwerking voor te stellen omtrent multifunctioneel bosbeheer. Dit is een bosbeheer dat rekening houdt met zowel de economische, ecologische als sociale functie van het bos. De unieke werking van onze Vlaamse bosgroepen dat gebaseerd is op respect en vrijwillige samenwerking trekt steeds meer de aandacht bij onze Europese buren. Het feit dat de Vlaamse bosgroepen zo snel groeien en mooie resultaten kunnen tonen, bewijst dat de aanpak vruchten afwerpt!

Verslag wandeling Mierenpad Zondag 5 september blies de bosgroep verzamelen voor een geleide wandeling rond Kamp C. Heel wat bosgroepleden en buurtbewoners tekenden present, een mooie groep van 40 personen kon genieten van het aangename nazomerweer. In eerste instantie werd het mierenpad verkend. Reginald Verhofstede verschafte uitleg over de imposante populaties rode bosmieren, de grootste uit de Kempen! Door middel van gerichte beheermaatregelen blijft hun optimale habitat in stand. Tijdens het tweede luik van de wandeling gidste Jan Seynaeve de groep doorheen de bossen achter Kamp C. Hier zijn onder impuls van de bosgroep dunningen uitgevoerd. We konden vaststellen dat de bossen hier goed op reageren, niet alleen zijn de bomen vitaler, er vormt zich ook een nevenetage van inheems loofhout. Dit heeft een betere strooiselvertering en een hogere biodiversiteit tot gevolg. Ook de productie van kwaliteitshout is hier een doelstelling. Op deze rijkere zandgrond halen Corsicaanse dennen zelfs een jaarlijkse aanwas van 18 m³. Uitleg in het Mierenpad.

Bosgroep Zuiderkempen vzw zoekt vrijwilligers!!! • Om te schalmen (merken en meten van bomen) • Om jonge aanplantingen op te volgen! Ben je graag buiten, heb je een hart voor het bos en wil je meewerken aan een duurzaam bosbeheer in de bossen van de Zuiderkempen, dan is dit wel iets voor jou !! De vrijwilliger krijgt gratis opleiding, gratis verzekering en kan een vrijwilligersvergoeding ontvangen. Voorziene eerste werkzaamheden (schalmen): januari tot maart 2011. Medewerking naar eigen vermogen! Indien je geïnteresseerd bent, gelieve je naam en adres door te geven aan de Bosgroep Zuiderkempen vzw Tel. 014/27.96.55 of jan.seynaeve@groenkempen.provant.be Samen het bos beheren.

Bosgroepnieuws

15


Bosgroep noorderkempen vzw

Eikels rapen op de Konijnenberg Waarom spendeert een handvol mensen hun vrije zondagmiddag aan het verzamelen van eikels in Vosselaar op de Konijnenberg? Omdat het niet zomaar om eikels gaat, maar wel om de zaden van ‘autochtone’ zomereiken. Autochtoon noemen we bomen en struiken die rechtstreeks afstammen van exemplaren die zich na de laatste IJstijd spontaan hebben gevestigd in onze streek. Een eik die dus door de mens is ingevoerd vanuit de Balkan is wel ‘inheems’ maar niet autochtoon. Een eik (of zijn nakomelingen) die hier al eeuwen staat, is dat wel. Dergelijke autochtone planten zijn de laatste decennia almaar minder talrijk geworden o.a. door de aanvoer van goedkoop plantgoed uit het buitenland. Nochtans hebben ze niet alleen een cultuurhistorische waarde. Doordat ze zich hier al eeuwen ontwikkelen, zijn ze ook uitstekend aangepast aan de groei- en standplaatscondities hier. Daarom wil de Bosgroep Noorderkempen, samen met het Regionaal Landschap Kleine en Grote Nete, deze autochtone planten, een duwtje in de rug geven. Dat doet ze door zaden te oogsten, deze op te laten kweken bij een professionele kweker en die jonge plantjes vervolgens opnieuw te verspreiden. Terug naar de Konijnenberg in Vosselaar. Ondanks het slechte weer verzamelden zich hier op zondag 24 oktober een zevental moedige ‘eikelrapers’. Zij gingen op zoek naar eikels onder de eikhakhoutstoven. Hakhoutstoven zijn bomen die ooit gekapt zijn en nadien terug zijn uitgeschoten,

De moedige ‘eikelrapers’ met hun oogst.

wat ze vaak een grillige vorm geeft. Jammer genoeg hadden de ‘eikelrapers’ niet enkel het weer tegen, ook de zaadproductie van de eiken viel dit jaar tegen. Het was duidelijk geen ‘mastjaar’, een jaar met massale eikelproductie, op de Konijnenberg. Toch werd er toch nog zo’n 5 kilo zaad bij elkaar gesprokkeld. Ondertussen zijn deze zaden bij boomkweker Op de Beeck in Putte geplant. Binnen drie jaar kunnen deze autochtone eikjes dan aangeplant worden.

Wandeling met natte voeten De Schrieken in Weelde (Ravels) is een domein van 100 ha groot, dat al sinds 1888 eigendom is van de familie Missone. Slechts af en toe stelt de familie haar landgoed open voor wandelaars, zoals zaterdag 13 november voor de leden van de Antwerpse bosgroepen. Een unieke kans dus om dit gebied te leren kennen. Jammer genoeg was deze zaterdag ook één van de natste dagen van de voorbije jaren, met gemiddeld tussen de 40 en 60 liter water/m2. Toch bleef niet iedereen die namiddag thuis bij de kachel zitten. Een handvol wandelaars trotseerde de weergoden onder leiding van ons bestuurslid Gust De Bont. De wandeling door het domein voerde hen onder andere langs het ‘Patrouillepad’. Over dit pad voerden de Duitse soldaten tijdens de Eerste Wereldoorlog dagelijks patrouilles uit. Zo trachtten ze te voorkomen dat Belgische vluchtelingen naar het neutrale Nederland zouden oversteken en zich nadien bij de Belgische troepen achter de IJzer konden voegen. Verder passeerden de wandelaars het kasteel van het domein, een gebouw in moderne

16

Renaissancestijl, daterend van begin 20ste eeuw en kwamen ze langs de vijf ha grote vijver. Deze vijver is nog met de hand uitgegraven en telt een twintigtal eilandjes. De bezoekers maakten ook kennis met het arboretum van het domein. Dit is midden jaren ’60 aangelegd door Louis Missone en telt een vijftigtal verschillende naaldboomsoorten en een dertigtal loofboomsoorten. Tijdens hun wandeling hadden onze boseigenaars ook al de gevolgen van de overvloedige regenval kunnen vaststellen. De Leyloop, de beek die normaal immers het water van de Schrieken naar de Maas afvoert, liep immers de Schrieken binnen. Dit gebeurt zelden of nooit. Het gevolg was dat een aantal paden overspoeld was. Ondertussen waren de wandelaars terug bij hun vertrekpunt aangekomen, meteen het einde van toch een deugddoende namiddag. Langs deze weg dankt de Bosgroep Noorderkempen ook de familie Misonne, die deze wandeling mogelijk heeft gemaakt. (Gust De Bont)

De wandelaars staan aan het begin van een dreef van Amerikaanse eik.

Bosgroepnieuws


Bosgroep noorderkempen vzw

De infostand van de Bosgroep lokte heel wat bezoekers.

Zaden en bladeren raden tijdens de Week van het Bos De Week van het Bos wil zo veel mogelijk mensen in contact brengen met de schoonheid van onze bossen. Tijdens deze week worden daarom over heel Vlaanderen activiteiten georganiseerd in en rond het bos. Dit jaar was het thema ‘In geuren en kleuren’. Onze bosgroep was aanwezig met een informatiestand op de afsluitende activiteit in de Gewestbossen van Ravels. Onze stand kon daarbij op heel wat bezoekers rekenen. Die konden er hun kennis van zaden en bladeren testen. De test: combineer de juiste vrucht met het juiste blad. Dat bleek voor sommigen moeilijker dan gedacht. Er was een

set van bladeren en vruchten voor kinderen en een iets moeilijkere set voor de volwassenen. Die laatsten kregen echter regelmatig de hulp van zoon of dochterlief. Uiteindelijk bleek het toch nog wel mee te vallen met de kennis van de bezoekers. Bijna vijftig kinderen en een dertigtal volwassenen wist minstens drie van de vijf juiste combinaties te maken. Onder hen werden uiteindelijk 25 jonge boompjes (voor de kinderen) en 5 bierpakketten (voor de papa’s en mama’s) verloot.

Nieuw boscomplex Zuid Turnhout boven het doopvont

Heel wat kerstboomaanplantingen van vroeger zijn ondertussen uitgegroeid tot een bos.

Het gebied in Turnhout, ten zuiden van de autosnelweg E34, is een mozaïek van landbouwgronden, militair domein, dorpskernen, industriegebied en een tweetal natuurreservaten. In dit gebied ligt nu ook het nieuwe boscomplex Zuid Turnhout. Het omvat een geheel van kleine privébospercelen vaak omgeven door landbouwgronden. Op zaterdag 25 september werden de betrokken eigenaars uitgenodigd op een infovergadering, waarop dit nieuwe boscomplex werd gelanceerd. Een 25-tal geïnteresseerden kregen te horen op welke manier ze hun bos duurzaam kunnen beheren en hoe de bosgroep hen daarbij kan helpen. Na afloop van de presentatie bleken de eigenaars toch nog heel wat vragen te hebben, wat leidde tot boeiende discussies. De vergadering werd afgesloten met een wandeling in de omgeving, waarbij een grote variëteit aan bostypes werd besproken, zoals een jonge sparrenaanplant, een jong berkenbos, een oudere populierenaanplant of een gemengd dennenbestand.

Belangrijke mededeling! Adreswijziging: kantoor Bosgroep Noorderkempen vzw en Kempense Heuvelrug. Vanaf vrijdag 26 november vonden er adreswijzigingen plaats in de gemeente Kasterlee. Voor de Bosgroep Kempense Heuvelrug vzw en Bosgroep Noorderkempen vzw verandert de huisnummer van 73 naar 45, maar we veranderen niet van locatie. Het nieuwe adres is dan: Bosgroep Noorderkempen vzw Lichtaartsebaan 45 2460 Kasterlee

Bosgroep Kempense Heuvelrug vzw Lichtaartsebaan 45 2460 Kasterlee

Bosgroepnieuws

17


Bosgroep antwerpen noord vzw

Educatieve zaadoogstactie Zoerselbos in het kader van autochtoon planterfgoed Op 24 september organiseerden de Bosgroep Antwerpen Noord (BGAN) vzw samen met haar partners het Regionaal Landschap (RL) De Voorkempen vzw, het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) en de Vrienden van het Zoerselbos een heuse educatieve zaadoogstactie – lees frisse en gezonde ochtendwandeling – in het Zoerselbos. De bedoeling van deze dag was om mensen meer vertrouwd te maken met het concept ‘autochtoon plantsoen’ en de acties die hier rond worden ondernomen. Autochtoon of allochtoon? Inheems of uitheems? Een boom of struik is in Vlaanderen inheems als Vlaanderen in het natuurlijk verspreidingsgebied ligt van de boom of struik in kwestie. Als deze plant zich bovendien spontaan heeft gevestigd in Vlaanderen na de laatste ijstijd en zich er vervolgens steeds natuurlijk heeft verjongd, of kunstmatig vermeerderd is met strikt lokaal plantmateriaal, dan is deze bovendien autochtoon. Illustratief in deze context is het voorbeeld van een zomereik afkomstig van zaad uit de Balkan. Terwijl deze soort wel inheems is (Vlaanderen ligt in het natuurlijk verspreidingsgebied van de zomereik), is deze niet autochtoon. Na vele generaties en eeuwenlange evolutie zijn autochtone populaties van bomen en struiken aangepast aan lokale groeicondities. Door hun aangepaste genetische informatie hebben ze alzo voordelen ten opzicht van niet-autochtone soortgenoten aangaande bijvoorbeeld ziekteresistentie en het in stand houden van ecologische relaties tussen verschillende organismen in de natuur. Het behoud van deze genetische informatie is bovendien belangrijk om opties voor de toekomst open te laten. Immers, genetische diversiteit geeft overlevingskansen in minder gunstige of veranderende omstandigheden. Toestand autochtone bomen en struiken in Vlaanderen Door de vele ontbossingen en het intensief landgebruik van bossen, alsook door de schaalvergroting van het landschap waardoor kleine landschapselementen verdwijnen, zijn de plaatsen waar vandaag nog autochtone populaties van bomen en struiken te vinden zijn sterk afgenomen. Volgens inventarisatie is gebleken dat slechts ruwweg vijf procent van onze bossen in Vlaanderen autochtone populaties herbergen. Zoerselbos Het Zoerselbos is, met zijn 400 ha, een waardevol genenbrongebied voor bijzondere en zeldzame soorten als wegedoorn, wilde kardinaalsmuts, rode kornoelje, europese vogelkers, zwarte bes,

Gelderse roos, geoorde wilg, wilde gagel en fladderiep. Op een relatief beperkte oppervlakte zijn dus een relatief groot aantal zeldzame autochtone bomen en struiken terug te vinden. Actie voor het behoud van autochtoon erfgoed Met het uitvoeren van inventarisaties is een eerste stap gezet in de strijd tegen de achteruitgang van het autochtoon erfgoed. In opdracht van het ANB werd van 1997 tot 2007 gewerkt aan een inventarisatie van autochtone bomen en struiken in Vlaanderen. Een overzicht van de huidige inventarisaties kunt u bekomen op de website van het ANB. Samen met onze partners heeft de BGAN vzw zich toegelegd op het creëren van de vraag naar (i.e. sensibilisatie) en het aanbod aan autochtoon plantsoen. Op 24 september kwamen een 23tal geïnteresseerden opdraven en werd een gezonde wandeling verzorgd met toelichtingen van wachter Wouter Huyghens (ANB), Leo Cautereels (Vrienden van het Zoerselbos), Thomas Impens (RL De Voorkempen vzw) en Martin Winnock en Jan Lauwers (BGAN vzw). De eigenlijke zaadoogst werd twee weken eerder uitgevoerd door 3 vrijwilligers. Met de actie werd een oogst van 7,5 kg zuivere autochtone hazelnoten gerealiseerd. Voor zowel het RL De Voorkempen vzw als voor de BGAN vzw is het doel het geoogste zaad te laten opkweken in een privébosboomkwekerij en in de toekomst plantmateriaal te kunnen aanbieden in het eigen werkingsgebied. De teelt van het autochtoon plantmateriaal zal gebeuren via contractteelt. Hiertoe wordt een verbintenis aangegaan met de kweker om het plantsoen na opkweek van het geoogste zaad terug te kopen in de aantallen voorzien in het contract. De BGAN vzw wil zo dus meewerken aan het behoud autochtoon erfgoed. Referenties Agentschap voor Natuur en Bos (2010). www.natuurenbos.be De Vis N., Denorme, E. & Vanlerberghe M. (2009). Autochtone bomen en struiken met pit! Wat, waar en vooral hoe? Bosrevue, 30, 11-15. Foto’s: Thomas Impens.

Afscheid Het is nu bijna zes maanden geleden toen ik aan de slag ging bij de Bosgroep Antwerpen Noord vzw. Dit betekent dat ik bijna de coördinatorfakkel opnieuw overhandig aan Karolien Devriendt. Vanaf 15 januari zal ik mijn uiterst leuke en leervolle periode bij de bosgroepen afsluiten. Tot op vandaag heb ik mij ingezet om de goede werking van onze bosgroep verder te zetten en uit te bouwen, en de samenwerking met de verschillende betrokken actoren te onderhouden. Ik zal de contacten met de vele boseigenaars, bosconsulenten, collega’s bosgroepcoördinatoren, wachters en al die andere interessante mensen zeker en vast missen. Ik hoop van harte jullie in de toekomst opnieuw te kunnen ontmoeten, wie weet opnieuw via de bosgroepen. Ik wens de Antwerpse bossen en ieder van jullie veel geluk toe. Martin Winnock

18

Bosgroepnieuws


Bosgroep antwerpen noord vzw

Info- en Debatdag ‘Populier in het Vlaamse bos en landschap’ op 16 november De Vlaamse bosgroepen waren het erover eens: de populier is aan rehabilitatie toe en de vele vooroordelen over deze boom moeten dringend eens in vraag gesteld worden. Startschot dus voor een stevige discussie over de populier in het Vlaamse bos en landschap vandaag. Cultuurhistorische waarde van de populier In Vlaanderen zijn de inheemse populieren beter bekend als trilpopulier en Europese zwarte populier. Vanaf de 18e eeuw is de import begonnen van de Amerikaanse zwarte populier. Gevolg was een kruising (hybridisatie) met de inheemse populieren, resulterend in sneller groeiende nakomelingen. Hier begint het succesverhaal van de populier. Het aantal aanplantingen van deze kruisingen nam drastisch toe en tegen 1930 bedroeg de jaarlijkse behoefte aan populierenhout ongeveer 28.000 m³. Het succesverhaal is, zoals waarschijnlijk velen weten, niet vlekkeloos. Door het grootschalig aanwenden van een zeer beperkt aantal verschillende klonen, was de uitbraak van ziektes, althans achteraf gezien, niet geheel onverwacht. Vele populierenaanplantingen werden (soms compleet) vernietigd door pathogenen, waaronder de bekendste de roestschimmel. Populier, voorheen zo aangeprezen, kreeg stilaan veel negatieve kritiek en een slecht imago, waardoor de aanplant van deze boomsoort drastisch afnam. Ook vanuit het beleid werd het aanplanten van populieren niet aangemoedigd. Resultaat van deze gang van zaken is dat nu het grootste deel van de populieren zich in een omtrekklasse van 120 cm tot 180 cm bevinden en dat het aandeel populier in de kleinere omtrekklassen veel lager ligt. Met andere woorden, naar de toekomst toe zal er een zeer zichtbare daling te zien van populierenbossen. Vandaag staat er ongeveer 20.300 ha populier in Vlaanderen, wat neerkomt op bijna 14 % van de totale bosoppervlakte. Voor de provincie Antwerpen ligt dit cijfer beduidend lager (7,8 % van de totale bosoppervlakte). Selectie en veredeling van populieren Klonen van populier zijn afkomstig van vier genetische basiscollecties: Populus nigra (inheems), Populus maximowcizii (Azië), Populus trichocarpa en Populus deltoides (NoordAmerika). Bij het kloningsproces werd steeds getracht om de goede eigenschappen, zoals goede vorm, groeikracht, ziekteresistentie, enz., van elk van deze basiscollecties te combineren. Het ganse selectieproces, van zaailing tot commercialisatie van de kloon neemt ongeveer 20 jaar in beslag. Het huidige selectieproces van het Instituut voor Bos- en Natuuronderzoek (INBO), dat reeds van in het begin toonaangevend is in de wereld op vlak van onder andere populierenveredeling, gaat naast resistente ook op zoek naar tolerante klonen. Gezocht wordt naar een kloon die resistent/ tolerant is voor een bepaalde aantasting en tegelijkertijd goed blijft groeien. In het laatste stadium van het selectieproces worden de opgekweekte populieren onderworpen aan een veldproef. Hiervoor is het INBO steeds op zoek naar nieuwe bosgrond. Bij interesse of vragen, contacteer Marijke Steenackers van het INBO (marijke. steenackers@inbo.be).

landbouwcultuur kenden en die regelmatig bemest werden. Het is de aanrijking van fosfor in de bodem die brandnetel begunstigt en echte bosplanten (zoals boshyacint, sleutelbloem, speenkruid, …) benadeelt. Vandaar het argument dat bosuitbreiding (met populier) de voorkeur zou moeten genieten aansluitend bij oude bossen, waar een bosbodem goed is ontwikkeld, om kolonisatie van bosplanten te stimuleren. De populier is tegenstelling van wat soms incorrect wordt aangenomen een boomsoort die de bodem ten goede komt en heeft geen verzurend effect (behoudt hoge pH door hoog calciumgehalte in het strooisel). Door deze positieve eigenschap kan dus worden gesteld dat bosuitbreiding (met populier) de voorkeur zou moeten genieten op leemgronden die van nature heel gevoelig zijn aan verzuring. Om te verhinderen dat kruiden, zoals brandnetels, een probleem worden, is het aangewezen deze laatste onder controle te houden door een afwisseling van schaduw met een korte, lichtrijke fase. Een praktijkvoorbeeld is een bossysteem met overstaanders van populier met daaronder een dichte hakhoutlaag van andere loofboomsoorten, zoals es, esdoorn, … . Populier binnen het huidige bos- en natuurbeleid Volgens het huidige beleid is populierenteelt niet onmogelijk, maar wel onderhevig aan verschillende voorwaarden. Algemeen gezien legt ANB geen soortenkeuze op maar wordt het standstill-principe gehanteerd. Een herbebossing van een populierenbos met populier is dus volstrekt toegelaten, alleen komt de boseigenaar of beheerder niet in aanmerking voor subsidies. Wat wel gesubsidieerd wordt, is de bebossing van landbouwgronden met populier. De lijst met juiste prijzen, alsook alle informatie rond het bos- en natuurbeleid, kunt u uitvoerig terugvinden op de website van het ANB. Rentabiliteit van populierenaanplant Zelfs zonder subsidies is een aanplant van populier voor de boseigenaar rendabel. Gerekend met een aanwas van 9 à 14 m³ hout per ha per jaar en een bedrijfstijd van 25 jaar komt men al vlug aan een opbrengst van ruwweg 10.000 euro per ha. Indien subsidies wel zouden meespelen, dan kan de jaarlijkse aanwas tot 25 % dalen om nog steeds een rendabele operatie te bekomen. Het spreekt echter wel voor zich dat er telkens moet worden nagegaan of de standplaats geschikt voor de aanplant van deze boomsoort. Bij vragen of opmerkingen, kan je mailen naar antwerpennoord@bosgroep.be.

Populieren: geschikte pioniers voor bosuitbreiding Een veel voorkomende misvatting is dat populier aanleiding geeft tot weelderige groei van brandnetels. Echter, de fout ligt niet bij de populieren, maar bij de gronden waar populieren zich op bevinden. De meeste populierenbossen bevinden zich op vrij recente bosgronden, die voorheen als landgebruik een intensieve Bosgroepnieuws

19


Bosgroep antwerpen zuid vzw

Unieke actie rond bosranden nu ook bij Bosgroep Antwerpen Zuid vzw! In de vorige editie gingen we dieper in op de mogelijkheden van een bosrand. U weet wel, die geleidelijke overgang tussen uw bosperceel en een naburige akker, wei of weg, die door zijn soortenrijkdom en dynamiek een enorme ecologische meerwaarde betekent. We zetten u toen op weg om dergelijke bosranden in te plannen. In deze editie van de Bosgazet gaan we nog een stap vooruit. We bieden u gevarieerde BOSRANDPAKKETTEN aan voor elke bodem wat wils. Bij het aanplanten van dergelijke bosrand is de keuze van uw plantsoen van groot belang. Het is dan ook niet verwonderlijk dat ook het thema “Zaad met pit” (“Week van het Bos 2009”), stilstaat bij de keuze van het zaad. Waarom willen we kiezen voor Autochtone bomen en Struiken? Het pad van een klein zaadje tot een oude boom is een hindernissenparcours, dat ook sterk bepaald wordt door zijn innerlijke, genetische kenmerken. De herkomst van het zaad speelt hier een grote rol. Het verschil tussen bomen waarvan de voorouders al eeuwen of zelfs millennia in onze regio

voorkwamen en bomen waarvan voorouders uit een andere regio afkomstig zijn, zit in de genen, de overerfbare kenmerken. Van de bomen die zich na de laatste ijstijd in onze regio hebben gevestigd, hebben alleen die exemplaren overleefd die zich het best aan onze bodem en ons klimaat konden aanpassen. Die succesvolle overlevers en hun nakomelingen noemen we autochtone bomen en struiken. Een eenvoudig voorbeeld: een zomereik die afkomstig is uit OostEuropa, is niet autochtoon in Vlaanderen, hoewel de soort zomereik hier wel inheems is. Het aantal groeiplaatsen van autochtone bomen en struiken is de jongste decennia echter sterk achteruit gegaan. Nog maar vijf procent van de bomen in onze bossen is autochtoon. Daar willen we als bosgroep ons steentje bijdragen. In het aangeboden plantsoen kiezen we voor beschikbaar autochtoon materiaal. Zo zorg je er als boseigenaar voor dat het autochtoon karakter van onze bossen verhoogt.

Genoeg redenen dus om aan de slag te gaan. Voorwaarden: 1. Ben je lid-bosbeheerder bij de BG Antwerpen Zuid? Maak dan een keuze uit de verschillende bosrandpakketten. 2. Aanplant voor eigen gebruik . 3. Aanplant in bos, geen tuinomgeving.

1 Arme zure bodems: 10x sporkehout, 10x lijsterbes, 10x

3 Vochtigere bosgrond: 20x els, 10x wilg, 10x ratelpopulier,

hulst, 10x hazelaar, 5x haagbeuk en 5x tamme kastanje. Totaal pakket: 27,35 € Na bosgroepkorting: 10,94 €

5x haagbeuk, 5x es. Totaal pakket: 20,80 €

2 Meer vruchtbare bosgronden naast akkers of weilanden:

4 Wildbeschutting: 5x gaspeldoorn, 5x mispel, 10x wilde

10x éénstijlige meidoorn, 10x Europese vogelkers, 10x sleedoorn, 10x hazelaar en 10x linde. Totaal pakket: 20,70 € Na bosgroepkorting: 8,25 €

Na bosgroepkorting: 8,32 €

peer, 10x wilde appel, 10x Europese vogelkers en 5x brem. Totaal pakket: 36,10 € Na bosgroepkorting: 14,44 €

Prijzen: exclusief 6 % BTW, factuur wordt door boomkwekerij rechtstreeks naar eigenaar verstuurd na levering. Levering van plantsoen: • Afhaling maart 2011: zaterdag 5 maart van 8u tot 12u in de boomkwekerij Op De Beeck Lierbaan 108 te Putte, gratis. • Afhaling november 2011: zaterdag 5 november van 8u tot 12u in de boomkwekerij Op De Beeck Lierbaan 108 te Putte, gratis. • Individuele levering door boomkwekerij vanaf 25 €. Na de bestelling gebeurt een voorlopige toewijzing van het aantal bosrandpakketten per individuele eigenaar. De boseigenaar wordt daarna op de hoogte gebracht van de mogelijke aantallen. Elk bosrandpakket bevat plantsoen voor een bosrand van 50 meter, aangeplant in 2 rijen (2*2m = aanbevolen afstand); steeds aanplanting in groepjes van zelfde soort, geen individuele menging. Bosrandpakketten bevatten steeds een combinatie van zowel hakhoutsoorten, bessendragende soorten en wintergroene soorten. Bij levering wordt een brochure met heel wat achtergrondinformatie voorzien.

BESTELBON BOSRANDPAKKET Naam:........................................................................................................................... GSM / Tel.:........................................................................ Pakket: 1: .................................... 2: .................................... 3: .................................... 4: .................................... (Boven: Omcirkel het gewenste pakket+ aantal invullen; Onder: kruis aan wat voor u past!)

® Aflevering maart 2011 ® Aflevering november 2011 ® Individuele aflevering Hebt u interesse om uw plantsoen te beschermen tegen groot en klein wild? Mogelijkheid tot aankoop van wildbescherming: De meest gevoelige soorten voor wild zijn tamme kastanje, linde, es en brem.

® Bioafbreekbare individuele netten (prijs 0,30€/stuk)

® Volledige afrastering (prijs 15 €/m)

Besteedt u de aanplant liever uit?

® Bij de boomkwekerij: een richtprijs van ongeveer 1€/stuk vanaf 400m (excl. BTW) Gelieve deze strook per post op te sturen naar de Bosgroep Antwerpen Zuid vzw, ‘s Gravenwezelsteenweg 59-61 te 2110 Wijnegem of per fax naar 03/355.09.45.

Handtekening ............................................................................................

20

Bosgroepnieuws


Bosgroep antwerpen zuid vzw

Op zoektocht in het bos naar de paddenstoelen.

Verslag Paddenstoelencursus/wandeling Woensdagavond 22 september gaf Lieve De Ceuninck, van de Antwerpse Mycologische kring een boeiende voordracht over de paddenstoelen, die hier bij ons kunnen voorkomen. Alle paddenstoelen zijn eetbaar, al zijn sommige dat maar één keer! Zondagmorgen volgend daarop, leidde Lieve een enthousiaste groep wandelaars rond in het domein Vrieselhof. Een mooiere of betere periode kon niet gedroomd worden; warm en vochtig. We vonden dan ook een grote verscheidenheid aan paddenstoelen waarbij de link tussen de soorten en het type bos of nabijheid van een specifieke boom de leden van de bosgroep zeker is opgevallen. Al de soorten die we op de wandeling tegenkwamen werden opgelijst en kunnen

geraadpleegd worden, via een databank, voor het opstellen van een beheersplan .Het waren toch een 30-tal verschillende soorten, die we op deze korte wandeling te zien kregen: roodbruine slanke amaniet, plooivoetstuifzwam, bruine bundel ridderzwam, goudvlieszwam, enz..

Probeer ze maar te herkennen.

De cantharel of de hanenenkam.

De conclusie na deze wandeling was toch, dat je maar beter paddenstoelen voor consumptie in de winkel haalt en niet uit het bos!! Met dank aan Martine Van Goethem

BGAN vzw en BGAZ vzw organiseren tweede industriële houtverkoop op 24 september 2010 Op woensdag 24 november 2010 organiseerden de Bosgroepen Antwerpen Noord en Zuid vzw een tweede industriële houtverkoop. In de aanbieding ruwweg 1.300 m³ dennenhout (914m³ BGAN vzw en 410m³ BGAZ) dat zal voortkomen via het uitvoeren van achterstallige dunningen. De uitvoering is gepland voor het najaar 2011. Bij het ter perse gaan waren de resultaten van de verkoop nog niet bekend.

Bosgroepnieuws

21


activiteiten / wandelingen Zaterdag 22 januari 2011: Wandeling op Tielenheide in Turnhout De Tielenheide in Turnhout is een oud stuifduinengebied dat grotendeels spontaan bebost raakte. Nadat het ministerie van Defensie en het Agentschap voor Natuur en Bos het DANAHproject lanceerden, werden hier met Europese middelen grote natuurherstelwerkzaamheden uitgevoerd. In dit gebied waren immers een aantal belangrijke en erg waardevolle restanten aanwezig van het vroegere heidelandschap. Door de werken wilden de initiatiefnemers het heideareaal uitbreiden en met deze heide verbonden soorten nieuwe kansen geven. Tijdens de wandeling zullen we de eerste resultaten van deze werken kunnen bekijken en bespreken. Gids: Kris Rombouts, boswachter Agentschap voor Natuur en Bos Organisatie: Bosgroep Noorderkempen vzw Afspraak: 14 u tot 17u, Veedijk, ter hoogte van schietstand (200 m ten oosten van kruising tussen Veedijk en spoorweg), Turnhout.

Zondag 23 januari 2011: Wandeling Hapje Tapje! Naar jaarlijkse gewoonte organiseert Bosgroep Kempense Heuvelrug vzw een Nieuwjaarswandeling voor zijn leden. Dit jaar zal de wandeling doorgaan op zondag 23 januari 2011, afgesloten met een hapje en een tapje. Er wordt onder meer jenever en soep voorzien om de innerlijke mens te verwarmen. De wandeling zal starten aan de parking van de Hoge Mouw en voert ons door een relatief onbekend stukje natuur. We wandelen door domein Rulheyde (met een prachtige beek) en domein de Hoge Rielen (met een voormalig Engels legerkamp). Organisatie: Bosgroep Kempense Heuvelrug vzw Afspraak: om 10.00u aan de parking van de Hoge Mouw (Holle Weg) in Kasterlee (Let op: dit is niet dezelfde parking van het kantoor van de bosgroep. De parking van de Hoge Mouw ligt een kleine 200 meter verderop aan de Lichtaartsebaan.) Het einde van de wandeling is voorzien rond 12.30u. • Inschrijven: graag inschrijven vóór 16 januari 2011 via 014/85.90.17 of kempenseheuvelrug@bosgroep.be.

Zaterdag 12 februari 2011: 14de editie van de ontmoetingsdag van ANKONA We maken ook deze keer weer gebruik van de ‘bioruimte’ (microscopiezaal kelderverdieping) zodat we praktische workshops kunnen organiseren. In de voormiddag is er een praktisch workshop over ‘Digitale fotografie en microscopie’ en in de namiddag eentje over ‘Het determineren van bepaalde soorten (nacht)vlinders’. Het volledig programma kan u vanaf december op de ANKONA-website (www. ankona.be) raadplegen. Afspraak: start om 9.30u op de UA-Campus Groenenborger (Groenenborgerlaan 171, 2020 Antwerpen) Inschrijven: Deelname is gratis, maar vooraf inschrijven is verplicht en kan t.e.m. 5 februari 2011 via de ANKONA-website: www.ankona.be (rubriek ‘ontmoetingsdagen’ en ‘kalender’) Contactpersoon: Koen Cuypers, e-mail: ankona@admin.provant.be; tel. 03/240.59.88

Maart – april 2011: Cursussen ‘Vogelzang in het bos’ te Retie en Zoersel In Zoersel hebben de theorie- en praktijklessen plaats tijdens de dag (woensdagvoormiddag); in Retie vnl. tijdens de avond (theorielessen) en in de voormiddag (weekend). In deze cursus leren we de geluiden van de bos- en heidevogels kennen en hérkennen. Naast een uitgebreide reeks geluiden krijgt u ook van elke vogel wel een stukje film te zien. Tevens wordt even stilgestaan bij invloed van bosbeheerswerken op de (bos-)vogelpopulatie. Tevens wordt aandacht besteed aan de PPS-vogelsoorten (provinciale prioritaire soorten). Plaats: bezoekerscentrum van het provinciaal domein Prinsenpark (Retie) Data theorie: 3 maart, 17 maart, 24 maart van 19.30u tot 22.30u Data praktijk: 27 maart, 30 april in de ochtend Plaats: Provinciaal Natuur – en Landschapshuis – NALAH (Zoersel) Data theorie: 2 maart, 16 maart, 23 maart van 9.30u tot 12.30u Data praktijk: 30 maart, 27 april van 9.30u tot 12.30u Meer info: Koen Cuypers, ANKONA-coördinator, e-mail: ankona@admin.provant.be; tel. 03/240.59.88

22

Kalender


Persoonlijke beschermingsmiddelen

Persoonlijke beschermingsmiddelen bij motorzaaggebruik Broek met zaagbescherming

Helm met gelaats- en gehoorbescherming

Beschermt tegen: • diepe snijwonden van een bewegende zaagketting door lange vezels die de ketting bliksemsnel blokkeren

Beschermt tegen: • vallend hout • zwiepende takken en weggeslingerde spaanders • gehoorschade

Let op CE-keuring, goede pasvorm en comfort

Let op CE-keuring en houdbaarheid van 3-5 jaar afhankelijk van het gebruik (fabricagedatum ingestempeld)

Opvallend gekleurde vest Zorg dat je gezien wordt.

Veiligheidslaarzen met stalen neus en zaagbescherming Beschermen tegen: • inzagen met de motorzaag • verplettering door zware voorwerpen • uitglijden en enkelkneuzingen

Handschoenen Beschermen tegen: • trillingen van de motorzaag (witvingerziekte: slechte doorbloeding van de handen) • bramen, snijwonden, hete uitlaat, vuile handen, ...

Let op CE-keuring en kies voor een hoog model met grof profiel. Draag laarzen onder de zaagbroek. Lederen laarzen tijdig insmeren.

Veilig werken met de motorzaag heeft verscheidene facetten Schade door onvermijdbare blootstelling pak je specifiek aan • gehoorbescherming tegen lawaai, want ongeveer 115 dB geeft dadelijk onherstelbare schade aan de trilhaartjes in je oor • handschoenen tegen trillingen • mens- en milieuvriendelijke smeermiddelen en brandstoffen voor een schonere verbranding en minder irritatie van de huid Ongevallen voorkomen is de boodschap • leer een correcte werktechniek aan (bv. cursus) • werk rustig en neem op tijd pauze • gebruik een CE-gekeurde motorzaag met alle veiligheids voorzieningen (kettingrem, veiligheidsketting, dubbele gasschakelaar, kettingvanger, verbreed rechter handvat, trillingsdempers)

• correct onderhoud van de motorzaag, slijp de ketting regelmatig en kies geen te zwaar model Zware verwondingen vermijd of beperk je door • zaagbroek tegen diepe snijwonden aan de benen • zaaglaarzen tegen snijwonden, verplettering of verstuikingen • helm tegen vallende of zwiepende voorwerpen • gelaatsbescherming tegen rondvliegende spaanders of weg slaande takken • kies voor comfortabele kledij, dat werkt prettiger Als het toch fout zou gaan • werk niet alleen en voorzie een EHBO-kit • houd een GSM bij de hand • parkeer je wagen vertrekkensklaar

Bezoek ook eens onze website: www.inverde.be • www.bosgroepen.be

veiligheidsinfo

23


Bosgroep Antwerpen Noord vzw

Bosgroep Antwerpen Zuid vzw

’s Gravenwezelsteenweg 59-61, 2110 Wijnegem Tel.: 03/355.09.40 Fax.: 03/355.09.45 Mail: antwerpennoord@bosgroep.be Coördinator: Devriendt Karolien • 0475/75.77.98 Medewerkster: Van Cotthem Britt www.bosgroepantwerpennoord.webs.com

’s Gravenwezelsteenweg 59-61, 2110 Wijnegem Tel.: 03/355.09.40 Fax.: 03/355.09.45 Mail: antwerpenzuid@bosgroep.be Coördinator: Laeremans Luc • 0476/76.18.25 Medewerkster: Van Cotthem Britt www.bosgroepantwerpenzuid.webs.com

Bosgroep Noorderkempen vzw

Bosgroep Kempense Heuvelrug vzw

Hoge Mouw Lichtaartsebaan 45 2460 Kasterlee Tel.: 014/85.90.19 Fax.: 014/85.90.21 Mail: noorderkempen@bosgroep.be Coördinator : Boonen Wim • 0474/74.17.31 Medewerkster : Maes Elly

Hoge Mouw Lichtaartsebaan 45 2460 Kasterlee Tel.: 014/85.90.17 Fax.: 014/85.90.21 Mail: kempenseheuvelrug@bosgroep.be Coördinator: Vanlommel Stef • 0479/20.93.11 Adj.-coördin.: Senepart Dorothy • 0472/50.05.11 Malliet Joost • 0477/93.25.51 Medewerkster: Vangenechten Annick en Maes Elly

Bosgroep Zuiderkempen vzw

Medewerker terreinwerkzaamheden

Kamp C Britselaan 20 2260 Westerlo Mail: Tel.: Fax.: Coördinator: Adj.-coördin.: Medewerkster:

Meeuws Chris

0478/45.51.38 chris.meeuws@groenkempen.provant.be

zuiderkempen@bosgroep.be 014/27.96.57 014/27.96.69 Seynaeve Jan • 0474/99.99.35 Swinnen Pieter-Jan • 0478/78.20.22 Truyen Jeroen • 0475/80.73.36 Himschoot Rebecca

V.U.: Laeremans Luc, ’s Gravenwezelsteenweg 59-61, 2110 Wijnegem • Tel.: 03/355.09.40 • Fax.: 03/355.09.45


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.