4 minute read

Klimaatslimme bomen

Next Article
Contactgegevens

Contactgegevens

(Artikel door Bosgroep Limburg)

Elsbes, zeer waardevol hout. Hoewel de focus van bosbeheerders de afgelopen decennia op inheemse soorten lag, willen velen nu de blik verbreden. Dit niet alleen om de toekomst van hun groene oase veilig te stellen maar ook om de houtproductie en de zo noodzakelijke CO2-captatie op peil te houden. Er is op korte tijd een zoektocht op gang gekomen naar soorten die van nature bestand lijken tegen de nieuwe klimaatcondities. Onze Nederlandse collega’s spreken van ‘klimaatslimme bomen’.

Advertisement

Klimaatslim bosbeheer

Klimaatslim bosbeheer wil een passend antwoord bieden aan het veranderende klimaat door bossen aan de ene kant veerkrachtiger te maken en aan de andere kant zo veel mogelijk CO2 vast te leggen.

In de afgelopen edities hebben we hier al wat artikels aan gewijd. Vooraleer over te gaan naar de ‘exotische’ soorten, geven we nog de volgende samenvatting mee: Er komt veel meer kijken bij klimaatslim bosbeheer dan ‘gewoon’ de juiste boomsoorten uitkiezen. Essentiële factoren zijn de bescherming van het bosmicroklimaat, de zorg voor de bosbodem en de keuze voor een variatie aan soorten. Wetenschappers van het INBO (Instituut voor Bos en Natuuronderzoek) zijn het er over eens dat de meeste inheemse soorten nog een mooie toekomst hebben. Ze adviseren om hier zeker ook op in te zetten en daarbij ook de minder courante soorten te gebruiken zoals o.a. els, wilg, berk, linde, ratelpopulier, haagbeuk, boskers, esdoorn en steeliep.

Enkele interessante soorten in de kijker

Elsbes (Sorbus torminalis): Deze Europees inheemse soort, nauw verwant aan de lijsterbes, kan goed tegen droogte. Zijn strooisel verteert snel en hij levert

een goede bijdrage aan de biodiversiteit. Het hout is bijzonder waardevol en kent heel wat toepassingen. De elsbes gedijt zowel op voedselrijke als arme, zure gronden.

Populier (Populus): Nederlandse bosbouwers prijzen de inheemse ratelpopulier (Populus tremula) omwille van zijn snelle jeugdgroei, goed afbreekbaar strooisel en hoge biodiversiteitswaarde. Eigenlijk bieden alle populierensoorten dezelfde voordelen, ook de soms verguisde Canadapopulier (Populus x canadensis). Populieren zorgen snel voor een bosmicroklimaat, structuur, meer koolstoffixatie en dik (al dan niet dood) hout.

Walnoot Walnoot (Juglans regia):De boom levert hoogwaardig hout op en kan daardoor veel koolstof voor lange tijd vastleggen. Doe daar de snelle jeugdgroei, het makkelijk verteerbaar strooisel en de diepe penwortel bij, en je kan absoluut van een klimaatslimme (bos-)boom spreken. Een ideale soort voor lichtrijke plekjes op iets rijkere bodems.

Tamme kastanje (Castanea sativa): Deze soort wordt officieel niet als inheems beschouwd, vermoedelijk brachten de Romeinen hem mee. De sterke penwortel en redelijk hoge droogtetolerantie wapenen de tamme kastanje. Kastanjehout is hard en duurzaam, vergelijkbaar met eik. Nadelen zijn de traag afbreek-

Populier

bare strooisellaag en de iets kleinere bijdrage aan de biodiversiteit. Opgelet: in het Middellandse Zeegebied heeft de soort met verschillende ziekten te kampen.

Tamme kastanje

Zilverspar

Gewone zilverspar (Abies alba): De gewone zilverspar heeft een hoge schaduwtolerantie en diepe wortels, die maken dat hij letterlijk tegen een stootje kan en minder gevoelig is voor droogtestress en aantasting door de letterzetter dan de fijnspar. De gewone zilverspar op zandgronden in bijmenging worden geïntroduceerd om de afname van de beperkte maar specifieke biodiversiteit die in onze regio’s aan naaldbomen gebonden is te voorkomen.

Ook interessant…

De hartbladige of Italiaanse els (Alnus cordata) is een middelgrote boom uit het Middellandse Zeegebied die weinig eisen aan de bodem stelt.

Zowel de Europese of Oosterse netelboom (Celtis australis) uit het Middellandse Zeegebied als zijn Amerikaanse neef, de Westerse netelboom of zwepenboom (Celtis occidentalis), gedijen op uiteenlopende bodems, zijn droogtebestendig en leveren kwaliteitshout.

De pluimes (Fraxinus ornus) uit Zuid-Europa en West-Azië verdraagt verharding en droogte en doet het goed op zowat alle bodemtypes. Nadeel is dat hij traag groeit.

De Amerikaanse amberboom (Liquidambar spp.) kan goed tegen verharding en groeit het liefst op leemgronden.

De Europese hopbeuk (Ostrya carpinifolia) uit Zuid-Europa is een kleine boom die op alle bodems groeit, zelfs op zeer droge. Bovendien heeft hij niet veel problemen met verharding.

De Japanse zelkova (Zelkova serrata) is een mooie boom die houdt van leemgronden en die verharding en voorjaarsvorst goed verdraagt. Ook Zuid-Europese eikensoorten komen in het vizier van de klimaatslimme bosbouwer.

De moseik of Turkse eik (Quercus cerris) levert goed hout op, maar verdraagt geen verharding.

De Hongaarse eik (Quercus frainetto) uit de Balkan kan wat beter tegen verdichting, en gedijt zowel op droge als natte standplaatsen. De steeneik (Quercus ilex) tolereert halfverharding en houdt van droge en kalkrijke bodems. Nadeel is dat jonge steeneiken vorstgevoelig zijn.

Aandachtspunten

Met uitzondering van tamme kastanje, populier en zilverspar is er geen ervaring in onze bossen met de hoger genoemde boomsoorten. Hoewel de meeste soorten het goed doen als straatboom, weten we niet of de soorten ook in bosverband stand houden en voldoende groeien. Wetenschappers vrezen vooral schade door late vorst bij zuiderse soorten. Hou rekening met het ‘stand-still principe’ van de Vlaamse natuurwetgeving. Dit betekent dat inheemse soorten in onze natuur niet mogen vervangen worden door uitheemse soorten. Tot slot zijn er momenteel geen subsidiemogelijkheden zijn voor bosbeheer met uitheemse soorten.

De amberboom heeft bij ons in elk geval zijn waarde al bewezen als prachtige laan- en parkboom.

Moseik

This article is from: