lumens extra Werknemerskaart brengt gedeelde waarden in kaart
Betrokken zijn bij elkaar Een goede werknemer denkt kritisch na over zijn eigen handelen en dat van zijn omgeving, vindt bestuursvoorzitter prof. Ferry Breedveld. De werknemerskaart vergemakkelijkt dat door expliciet te maken welke eigenschappen een goede werknemer kenmerken.
“H
et allerbelangrijkste element van goed werknemerschap heeft te maken met de cultuur hier in huis. In de buitenwereld wordt voortdurend gesproken
over efficiëntie en marktwerking, maar het gaat uiteindelijk om betrokkenheid bij elkaar. Het gaat erom dat we elkaar, collega’s en patiënten, bijstaan. Daar hoort bij dat we elkaar zo nodig aanspreken, ook als de ander een leidinggevende is. We hebben de medewerkers gevraagd: hoe denken jullie zelf over goed werknemerschap. En dan zie je dat zij heel ambitieuze doelen formuleren. Een goede werknemer zijn in het LUMC is niet hetzelfde als een goede werknemer zijn in een willekeurig andere organisatie. Wij zijn een academisch ziekenhuis, wij leveren geen routinezorg. Dat vereist speciale aandacht, van álle medewerkers. Ik begrijp best dat sommige mensen de werknemerskaart belerend vinden, maar er is niks op tegen om een onderscheid te maken tussen goed
en minder goed functioneren. De uitspraken op de kaart gelden voor ons allemaal. Ook ik ben een gewone medewerker die zich moet verantwoorden en kritische vragen krijgt. Ik hoop dat iedereen deze werknemerskaart bekijkt en dat hij vervolgens ingezet wordt als hulpmiddel bij de jaargesprekken. Ik heb een vriend die veel van wijn weet. Hij kan de verschillende onderdelen van de smaak benoemen en als hij dat doet, proef ik het ook. Deze kaart kan helpen om de verschillende onderdelen van goed werknemerschap te benoemen en te bespreken. Wie goed in zijn vel zit en een heldere blik heeft op zijn rol als werkgever én als werknemer, heeft ook de kracht om de veranderingen die de omgeving van ons eist aan te kunnen.” (MdR) ■
Maaike de Vries leidde de bijeenkomsten
‘De kennis ligt bij de medewerkers’
“H
oe denken LUMC’ers zelf over goed werknemerschap? Maaike de Vries van het onafhankelijke analysebureau De Argumentenfabriek leidde acht bijeenkomsten met medewerkers. Die vormden de basis voor de werknemerskaart. “De uitkomst van de sessies lag open.” Wat betekent goed werknemerschap voor jou? Over die centrale vraag hebben in totaal zo’n honderd medewerkers met elkaar van gedachten gewisseld. Wanneer ben je een goede werknemer? En wat wil je met goed werknemerschap bereiken? Aan het begin van de sessies formuleerden de deelnemers afzonderlijk een lijstje met antwoorden, die vervolgens samen besproken werden. De
Vries: “Veel mensen noemen werkplezier als belangrijk onderdeel van goed werknemerschap, net als de verantwoordelijkheid die je hebt om je werkplek plezierig en interessant te maken, voor jou en je collega’s.” Er is gesproken over rechten en plichten en de onderwerpen verschilden sterk per groep. “Voor verpleegkundigen is het rooster en de nachtdienst bijvoorbeeld een belangrijk onderwerp, voor onderzoekers de vraag hoe je binding houdt met je collega’s.” Ook het feit dat het LUMC ‘meer met minder’ moet doen, was onderwerp van gesprek. Wat betekent dat voor jou als goede werknemer? En hoe ga je om met het verschil tussen het afdelingsbelang en het belang van het LUMC
als geheel? De Vries: “Die vraag was voor veel mensen belangrijk.” De Argumentenfabriek stuurt de antwoorden van de medewerkers zo min mogelijk. “De uitkomst van de sessies ligt open”, zegt De Vries. “Ik zorg dat mensen helder nadenken en dat ze concreet worden. Na afloop brengen we structuur aan door de kaart op te stellen, maar de kennis ligt bij de medewerkers!” De Vries heeft de sessies met veel plezier geleid en benadrukt de positieve toon die overheerste. “De deelnemers waren enthousiast. Medewerkers hebben de potentie en de kracht om de organisatie beter te maken.” (MdR) ■
‘Uiteindelijk denkt iedereen hetzelfde over goed werknemerschap’ Medewerkers en leidinggevenden moeten er samen voor zorgen dat alle LUMC’ers in hun baan tot hun recht komen. Op de werkgeverskaart die vorig jaar is gemaakt, beschrijven de leidinggevenden hun rol in de organisatie. Nu zijn de werknemers aan de beurt.
hebben. Discussies waren er over vragen als: ben je wel of niet verplicht nachtdiensten te draaien. Verder bleek uit de discussie in de groep dat bijna alles is terug te voeren op communicatie, met collega’s onderling en ook met je leidinggevenden.” Dat onderschrijft Rusman. De stelling ‘werknemers voelen zich verantwoordelijk voor het gemeenschapsgeld dat omgaat in het LUMC’, vindt zij erg belangrijk. “We betalen allemaal voor de gezondheidszorg en het geld is dus van ons allemaal. Maar als de communicatie met de leiding niet
V
oedings- en huishoudassistent Saskia Rusman en researchanalist Ronald van Vlierberghe namen beiden deel aan een van de acht sessies die De Argumentenfabriek organiseerde. “Plezierig werken vind ik heel belangrijk en in de werkgevers- en werknemerskaarten zag ik een kans om het werk plezieriger te maken”, verklaart Rusman haar keuze om zich op te geven. Niet dat ze ontevreden is: “Ik werk al dertig jaar bij dit ziekenhuis en het is nog steeds mijn ideale baan. Ik ben trots op het LUMC, maar het kan altijd beter.” De aanpak van De Argumentenfabriek sprak aan: goede vragen, goed op de hoogte en de gespreksleidster kon vage gevoelens concreet maken. “Mijn groep was qua leeftijd een leuke mix en de sfeer was erg goed”, aldus Van Vlierberghe. “Het viel op dat er veel overeenstemming is over de top vijf van eigenschappen die een goede werknemer moet
informatieblad voor medewerkers van het leids universitair medisch centrum
goed is, gaat er onnodig veel tijd en dus geld verloren.”
Honderd procent
De deelnemers zijn tevreden over het resultaat. Van Vlierberghe: “Ik vind de kaart overzichtelijk. Maar ik kan me wel voorstellen dat iemand die niet bij de sessies was nog wat uitleg kan gebruiken. Het lijkt me ook interessant om de werkgeverskaart en de werknemerskaart eens naast elkaar te leggen en te bekijken wat de verschillen zijn.” Rusman: “Bij dit onderwerp gaat het vaak om open deuren, maar het is toch goed om die af en toe te benoemen.” Wat levert de werknemerskaart het LUMC straks op? “De kaart is een aanzet”, zegt Rusman. “Nu moeten we zorgen dat het onderwerp blijft leven. Ik ken mensen die daar sceptisch over zijn, maar ik zie genoeg mogelijkheden: eens in de zoveel tijd een bijeenkomst organiseren om over een bepaald facet van goed werknemersschap te praten bijvoorbeeld. De polls op Albinusnet vond ik ook nuttig. Al vult maar één persoon per afdeling die in, die zal er toch over praten in de koffiekamer.” Ook Van Vlierberghe denkt dat de kaart bij de koffie tot interessante discussies kan leiden. “Ik zie het als een handvat en de vraag is nu, pak je dat met je linker- of je rechterhand vast: de interpretatie van de stellingen kan per persoon en per beroepsgroep verschillen. Maar dat we over goed werknemerschap blijven praten, is alleen maar goed.”
Hoe zorgen Rusman en Van Vlierberghe ervoor dat ze zelf goede werknemers zijn? Rusman: “Ik vind het vooral belangrijk mijn werk met aandacht te doen en mijn tijd niet te verkwanselen. Voorop staat: je doet het voor de patiënt.” Van Vlierberghe: “Ik probeer wat ik doe, goed te doen en open te staan voor kritiek en suggesties van collega’s. Zelf vind ik het het allerbelangrijkste dat ik me voor honderd procent inzet.” (MdR) ■
nummer 6 | juni 2011