Zegen

Zegen Ik weet wel hoe God mij zou moeten zegenen. Met voorspoed, natuurlijk. Met gezondheid, rijkdom en liefde. Alles wat mijn hartje begeert. Maar Gods definitie van zegen is vaak net even anders dan de mijne. Zegen is wat je ontvangt, maar misschien nog wel meer wat je doorgeeft.

Gezegend om tot zegen te zijn. Voor de mensen van wie je houdt, en voor de mensen die het niet verdienen.

Je vijanden liefhebben, goed zijn voor wie je haten. Je andere wang toekeren, je hemd afstaan aan iemand die ook je jas al gepikt heeft. Zegenen wie jou vervloekt. Vurige kolen. Wensen in plaats van verwensen.

‘Gerechtigheid’, zeg ik.

‘Genade’, zegt Hij. ‘Snel een beetje’, zeg ik.

‘Geduld’, zegt Hij. ‘Oordeel’, zeg ik.

‘Vergeving’, zegt Hij. ‘Een koekje van eigen deeg’, zeg ik.

‘Gebroken brood’, zegt Hij. Een onmenselijke opdracht, zeg jij? Dat is het precies.

Zegen is geen mensenwerk, zegen is Gods werk. God die niet allereerst uit is op plezier of comfort op korte termijn, maar die veel verder kijkt. Die het grote geheel overziet en ons naar zijn beeld wil vormen. Die ons niet altijd geeft wat goed is, maar wat het beste is. Zegen is dat waar jij, dat waar de ander, meer mens van wordt. Niet altijd wat je wilt, maar wel dat wat je nodig hebt. Soms kost dat een hoop. Een heup, zoals bij Jakob. Een val van je paard en een doorn in het vlees, zoals bij Paulus. (Als dat je niet motiveert om te bidden voor je vijanden ...)

Zegenen is Gods werk – voor jou, en door jou heen. Vertrouwen is het jouwe.

Vertrouw op God, en op zijn zegen. Gezegend ben je, gelukkig, als je het van Hem verwacht.

Als je nederig bent, als je zachtmoedig bent. Als je hunkert naar zuiverheid, naar vrede, naar zijn gerechtigheid. Gezegend ben je, ook als je worstelt of verdrietig bent. Gezegend, als je met je hele hart verlangt naar God en naar de manier van leven die Hij bedoeld heeft.

Gezegend.

Deze column is geschreven als opdracht van de schrijfworkshop van Ark Media ‘Geef je schrijftalent een kans!’ door deelneemster Tobya.