Magazine Segers No. 4, 2017 nl

Page 1

Nº4 2017

segers maga zine

S10 / Berlin in Skåne Tranås. S22 / De boeren op de kade.


SEGERS


INLEIDING

MAGAZINE

Hoe lokaal kun je worden? In dit magazine ontmoet u drie mensen die de het begrip 'lokaal geproduceerd' naar een nieuw niveau hebben getild. Daniel Berlin laat bijvoorbeeld zijn jeugdvriend de meubels van zijn restaurant in Ă–sterlen timmeren. En aan het einde van de kade van Frihamnen in GĂśteborg verbouwen William Bailey en Jonas Lindh groenten van de hoogste kwaliteit voor de restaurants van de stad. Bezorging binnen een uur. Natuurlijk op de elektrische fiets. En o ja, neem eens een kijkje op het nieuwe segers.com!

Nicole Sohier / Managing Director Benelux

3


DESIGN / CONCEPT

SEGERS

1053 201 / KOKSHEMD KORTE MOUW. Slimfit pasvorm. Blinde drukknoopsluiting. Naden in lengterichting voor/achter Lus in de kraag. Kwaliteit: 65 % katoen, 35 % polyester, Maat: C44–C64. Kleur: 000 wit, 015 zwart. 8619 201 / BROEK – HEREN. Iets smallere pasvorm en beenwijdte. Volledige tailleband met riemlussen. Zijzakken. Achterzak met bies. Kwaliteit 65 % katoen, 35 % polyester, Maat: C44–C64, C146–C154. Kleur: 000 wit, 015 zwart.

4


DESIGN / CONCEPT

MAGAZINE

5


DESIGN / CONCEPT

SEGERS

1605 201 / KOKSJAS. Recht model met naden op de rug. Blinde drukknoopsluiting. Kwaliteit: 65 % polyester, 35 % katoen. Maat: C44–C64. Kleur: 000 wit, 015 zwart. 1807 699 / HANDDOEK. 6-pack. Kwaliteit: 100 % katoen, ca. 270g/m2. Wasbaar op: 85°C. Maat: Ca. 50 x 80 cm. Kleur: 005 blauw.

6


DESIGN / CONCEPT

MAGAZINE

1015 271 / JAS – DAMES. Opstaande kraag. Split in de zij. 3/4-mouw. Pennenzakje. Lus in de nek. Losse metalen knopen art. nr. 1001. Kwaliteit: 57 % katoen, 40 % polyester, 3 % eol. Stretchsatijn. Maat: C34–C48. Kleur: 000 wit, 015 zwart. Ook in herenmodel, art. nr. 1010 271. 4902 201 / SLOOF. Split middenvoor. Kangoeroezak met lus voor sleutels. Ophanglus. Kwaliteit: 65 % polyester, 35 % katoen. Maat: Ca. 100 x 85 cm. Kleur: 033 oranje, 038 roestrood, 086 olijfgroen.

7


DESIGN / CONCEPT

SEGERS

2030 650 / KOKSJAS LANGE MOUW. Franse snit. Taps toelopende knoopsluiting. Handgestikte stoffen knopen, geschikt voor de kledingpers Lus in de kraag. Kwaliteit: 100 % katoen. Batavia van extra fijne kwaliteit. Maat: C46–C64, B44-B56. Kleur: 000 wit. Ook in damesmodel, art. nr. 2035 650. 1605 201 / KOKSJAS. Recht model met naden op de rug. Blinde drukknoopsluiting. Kwaliteit: 65 % polyester, 35 % katoen. Maat: C44–C64. Kleur: 000 wit, 015 zwart. 4570 201 / SCHORT. Verstelbare nekband met knopen. Kangoeroezak met lus voor sleutels. 1807 699 / HANDDOEK. 6-pack. Kwaliteit: 100 % katoen, ca. 270g/m2. Wasbaar op: 85°C. Maat: Ca. Kwaliteit: 65 % polyester, 35 % katoen. Maat: Ca. 75 x 90 cm. Kleur: 033 oranje, 038 roestrood, 086 50 x 80 cm. Kleur: 005 blauw. olijfgroen.

8


DESIGN / CONCEPT

MAGAZINE

1015 271 / JAS – DAMES. Opstaande kraag. Split in de zij. 3/4-mouw. Pennenzakje. Lus in de nek. Losse metalen knopen art. nr. 1001. Kwaliteit: 57 % katoen, 40 % polyester, 3 % eol. Stretchsatijn. Maat: C34–C48. Kleur: 000 wit, 015 zwart. Ook in herenmodel, art. nr. 1010 271. 4902 201 / SLOOF. Split middenvoor. Kangoeroezak met lus voor sleutels. Ophanglus. Kwaliteit: 65 % polyester, 35 % katoen. Maat: Ca. 100 x 85 cm. Kleur: 033 oranje, 038 roestrood, 086 olijfgroen.

9


INTERVIEW / DANIEL BERLIN

SEGERS

10


INTERVIEW / DANIEL BERLIN

Berlin in Skåne Tranås.

MAGAZINE

Zijn jeugdvriend Anton heeft de meubels gemaakt. Lena

Hoe werd je ontvangen door de lokale bevolking? De lokale bevolking was denk ik nieuwsgierig naar wat voor persoon ik was. Wat gaat er nu met deze plek gebeuren, er komt een jonge kok uit de restaurantwereld van Malmö naar Österlen om wat nieuws te beginnen. Maar ik merkte dat iedereen heel open was en blij dat we er waren. Het hele dorp wilde dat het restaurant zou blijven en het goed zou doen. Maar om het project te laten renderen had ik een grotere basis nodig dan alleen de bevolking rond Skåne Tranås. Terwijl ik hier 's avonds het restaurant leidde, bereidde ik lunches in een pub in Malmö om inkomsten te hebben. Mijn restaurant was nieuw, een eind weg op het platteland en er waren geen sociale media waarop ik marketing kon voeren. Het enige wat we konden doen was zo goed mogelijk eten klaarmaken en hopen dat het gerucht zich zou verspreiden. In die periode waren terugkerende gasten enorm belangrijk voor me. Ik weet nog heel goed dat er twee stamgasten waren die elke vrijdag terugkwamen en steeds aan dezelfde tafel zaten. Die komen nu nog steeds.

uit Åhus zorgt voor het aardewerk. Vader is sommelier en moeder zorgt voor de tuin. Dankzij kleinschaligheid en lokale contacten wordt de Daniel Berlin Krog steeds groter in de gastronomische wereld. In 2009 ging je weg uit Malmö om een restaurant te beginnen in het kleine Skåne Tranås. Waarom? Het idee was om dichter bij de natuur te komen. Mezelf zijn en niet meer afhankelijk zijn van alle mensen om me heen, zoals in Malmö en Stockholm. Ik wilde gewoon goed eten klaarmaken zonder gedoe, en zorgen dat de mensen in Österlen een heel goed restaurant kregen. Wat was je band met Österlen voordat je hierheen kwam? Die was er bijna niet. Maar ik kende Österlen natuurlijk al uit de branche. Toen ik bij Petri Pumpa in Malmö werkte en bij andere restaurants in Stockholm, kregen we altijd ingrediënten uit deze omgeving. Österlen was bijna een keurmerk op zich. Maar er was geen persoonlijke band. Het was niet makkelijk

Wat is er uniek aan de producten uit Österlen? We hebben een lang groeiseizoen en een goed aanbod van klassieke Zweedse producten van hoge kwaliteit. Maar je moet selectief blijven en gebruiken wat je echt goed vindt. Door de jaren heen hebben we een netwerk opgebouwd van mensen en producten waarmee we werken. Wat we niet zelf telen, wordt door anderen voor ons verbouwd. We steunen lokale producenten zo goed we kunnen en we hebben het geweldige voorrecht dat we precies kunnen aangeven wat we willen hebben. Bijvoorbeeld een heel kleine spitskool of een bepaald soort bloemen. Als ik lam wil hebben, ga ik

voor me, maar dat maakte het ook een stuk interessanter. Hoe wortel je in een plaats waar niemand je kent? Om te beginnen wilde ik het dorp leren kennen. In mijn auto zitten en langs de verschillende producenten rijden. Ik schreef persoonlijke brieven die ik in hun brievenbussen deed om mezelf en mijn plannen te presenteren. Ik probeerde ook om samen met de plaatselijke bevolking dorpsavonden te organiseren. Een van mijn eerste doelen was dat het restaurant een lokale ontmoetingsplaats zou worden. De vorige eigenaren hadden dat heel goed gedaan en ik wilde dat het zo zou blijven. Maar dan op mijn manier.

11


INTERVIEW / DANIEL BERLIN

tijd gekost om de juiste vorm voor mijn restaurant te vinden, maar we bereiden het eten op een heel natuurlijke wijze die ik in de stad nooit heb meegemaakt. We staan dichter bij de ingrediënten, maar afgezonderd van de stad. Maar die afzondering maakt het niet lastiger voor ons. Dankzij sociale media kan iedereen zien wat we hier doen. Als een gast van ver weg de Daniel Berlin Krog bezoekt, ervaart diegene goed eten, een interessante nieuwe cultuur en heel andere ingrediënten dan hij of zij gewend is. Het is lokaal, persoonlijk en het geeft een sterk exotisch gevoel. Heb je alles ontdekt wat er in Österlen valt te ontdekken? Ik denk dat er nog een heleboel te doen is in de NoordEuropese keuken. We zijn nog niet klaar. Maar in die kleine Daniel Berlin Krog kost dat tijd. Ik heb niet de mogelijkheid om te experimenteren zoals de grote restaurants. Maar dat zie ik als een sterk punt. Iedereen die hier werkt begrijpt dat je niet gewoon op een knopje kunt drukken om miljoenen binnen te halen. We moeten de ontwikkelingen de tijd geven. Er zijn nu vele ogen gericht op dit restaurant en natuurlijk voelen we de druk om nieuwe dingen te bedenken. Die druk hebben we echt nodig, en we moeten voorop lopen bij ontwikkeling en nieuwe technieken. Maar dat is niet één, twee drie gedaan en dat vind ik prima. Ik ben niet uit de stad vertrokken om hier in de stress te zitten. Skåne Tranås wordt nu bezocht door mensen uit de hele wereld. Hoe belangrijk zijn de lokale stamgasten? Ontzettend belangrijk. Onze definitie van een lokale gast is iemand uit Skåne die elk seizoen terugkomt. Het doel is om een goede mix van gasten te hebben die het restaurant bij verschillende gelegenheden bezoeken. Sommige mensen komen hier om iets te vieren, sommigen komen omdat ze nieuwsgierig zijn naar het eten en sommigen hebben een lange reis gemaakt of zijn gewoon op vakantie. De dynamiek tussen de gasten helpt te creëren wat we hier doen. Het is een restaurant voor de gast, dat mogen we nooit vergeten. Als we een gast hebben die alleen maar bij ons komt voor "kijk, daar is Daniel Berlin", dan is het een mislukking. We willen dat mensen terugkomen, van seizoen wisselen en de volgende keer een ander jaargetijde kiezen. Of iemand anders meenemen. Een stamgast die gaat zitten en bepaalde dingen op het menu herkent maar wordt verrast door een aantal nieuwe gerechten - dat type gast geeft me een enorm tevreden gevoel. Dan ontstaat er vaak een heel unieke dialoog, vergeleken met internationale bezoekers die voor het eerst komen. En als een aantal nieuwe gasten naar die dialoog zitten te luisteren, wordt hun eerste kennismaking met Österlen veel leuker. Dan krijgen ze het gevoel dat ze een inkijkje krijgen in een unieke, eigen lokale wereld. Een echt exotisch gevoel. Hoe ver kun je met de Daniel Berlin Krog gaan? Toen ik met het restaurant begon, bestond Österlen niet op gastronomisch niveau. We kregen nooit bezoek van de Michelingids of 50 Best. Tegenwoordig houden ze ons voortdurend in de gaten en worden er heel andere eisen aan de ervaring gesteld. Maar voor mij zitten er zo veel verschillende nuances aan het exploiteren van een goed restaurant. Ik denk dat we overal beter in kunnen worden, maar hoe kun je dat het beste meten? Met sterren of top 50-lijsten? Dat zijn maar twee manieren. Voor mij is het belangrijk om de basisgedachte van het restaurant te behouden. Eten bereiden uit Österlen en Skåne.

12

SEGERS

naar de slachterij hier vijf minuten vandaan waar ik altijd precies mag uitkiezen welk dier ik wil hebben. Dat waardeer ik en dat is nodig om het hoge niveau van het restaurant te behouden. Het nadeel van lokaal werken is dat je beperkt wordt. Onze producten zijn van heel hoge kwaliteit, maar we blijven beperkt tot wat er in de omgeving is. Natuurlijk ben ik dol op restaurants die geweldige sintjakobsschelpen, zeekreeften en dergelijke serveren. Maar dat past niet bij ons. Dat is niet wat wij moeten zijn. In sommige jaargetijden kan dat bijzonder moeilijk zijn. Hoe belangrijk is het om zelf een moestuin te hebben? Dat is zo lokaal als het maar kan! We hebben een eigen tuin en hebben daar altijd flink op ingezet, maar als we iets niet zelf met voldoende kwaliteit kunnen telen kopen we het van een ander. Er is zo'n geromantiseerd beeld in Zweden van het hebben van een eigen moestuin. Iedereen moet er nu een hebben. Ik vind het een geweldig idee, maar omdat ik al jarenlang een moestuin heb, heb ik ook ervaring en weet ik wat ik er niet geweldig aan vind. Het is niet te verantwoorden dat je een product op het menu zet met als enige reden dat je het zelf hebt verbouwd. Dat kun je alleen besluiten als het de vereiste kwaliteit heeft. Dat is het enige. Op dat niveau hebben we eerder gefaald. Vaak was het voldoende dat we het product bij de hand hadden, dan serveerden we het. Dat doen we nu niet meer. We willen een bepaalde kwaliteit hebben die bij het ambitieniveau van het restaurant past. Tegelijkertijd is het een enorm langdurig proces om een moestuin te hebben. Als je het een seizoen niet goed doet, kan het soms een jaar duren voordat je het opnieuw kunt proberen. Je moet vaak goed plannen en een systeem hebben als je elk jaar weer een kwaliteitsproduct wilt leveren. Werken in de moestuin kost veel tijd. Maar als het lekker wordt, doe het dan vooral. Hoe maak je de Daniel Berlin Krog echt lokaal? In het restaurant moet je kunnen zien waar we ons bevinden. Dat is relatief eenvoudig en ik heb echte natuurlijke materialen gekozen. Je vindt hier bijvoorbeeld geen hoogglans. De inrichting is meer een weerspiegeling van wat we serveren en wat we met het eten doen. Tegelijkertijd is het belangrijk voor me om contacten te hebben of iedereen te kennen die iets bijdraagt. Bij alles wat de gast hier in het restaurant te zien krijgt, zijn goede vrienden of nauwe samenwerkingspartners betrokken. Mijn jeugdvriend Anton uit Landskrona heeft de meubels gemaakt. Lena uit Åhus met haar aardewerk is enorm belangrijk. De kunst vervang ik elk jaar, maar er hangt altijd een lokale kunstenaar aan de muur. Er is geen binnenhuisarchitect aan het werk, ik kies het meeste zelf uit. Dat is mijn manier om een tijdloze omgeving te creëren. Hoe zie je de toekomst voor de lokale restaurants die de reis waard zijn? Restaurants waar je speciaal naar toe reist zijn helemaal in, en ik denk dat ze de toekomst in handen hebben. Toen ik tien jaar geleden aan het reizen was wilde iedereen zon, zee, cultuur en andere dingen op zijn reis. Het eten was onderdeel van het pakket. Maar tegenwoordig ervaart de gast zo veel bij het eten en restaurantbezoek zelf, dat het meer een reden wordt om te reizen. Het restaurant weerspiegelt de lokale omgeving en de plek waar je naartoe bent gereisd. Je zit bijna tussen de ingrediënten te eten. Het heeft me persoonlijk veel


INTERVIEW / DANIEL BERLIN

MAGAZINE

13


DESIGN / CONCEPT

SEGERS

1604 201 / KOKSJAS DAMES. Klassiek model, met borstplooi, iets getailleerd. Blinde drukknoopsluiting. 65 % polyester, 35 % katoen. Maat: C36–C50. Kleur: 000 wit, 015 zwart. 4078 765 / SCHORT. Tailleband voor strik. Dubbele zak. Kangoeroezak. Bretels apart verkrijgbaar, art. nr. 0568. Voor het wassen uit het kledingstuk verwijderen. Wasbaar op 60°C. Kleur: 002 marineblauw gemêleerd. 0568 449 / ELASTISCHE BRETELS. Instelbaar, bevestiging met leren lussen en metalen knopen. Voor het wassen uit het kledingstuk verwijderen. Kleur: 015 zwart, 028 bruin.

14


DESIGN / CONCEPT

MAGAZINE

15


DESIGN / CONCEPT

SEGERS

16


DESIGN / CONCEPT

MAGAZINE

1087 769 / KOKSHEMD KORTE MOUW. Slimfit pasvorm. Blinde drukknoopsluiting. Borstzak, mouwzak. Lus in de kraag. Split in de zij. Kwaliteit: 47 % linnen/53 % katoen. Maat: C46–C60. Kleur: 005 blauw gemêleerd. 4076 628 / SCHORT. Gewassen. Verstelbare lussen met knoop/knoopsgat aan de zijkanten. Borstzak, zijzakken met klep, lus voor sleutels aan de rechterkant. Kwaliteit: 100 % katoenen denim. Maat: Ca. 75 x 90 cm. Kleur: 076 donkerblauw.

17


DESIGN / CONCEPT

SEGERS

18


DESIGN / CONCEPT

MAGAZINE

1085 628 / BEDIENINGSJAS HEREN. Voorgewassen. Details met patroon. Borstzakken. Zijzakken, één met lus voor sleutels. Metalen knopen. Naden aan rugzijde. Lus in de kraag. Kwaliteit: 100 % katoenen denim. Maat: C44–C60. Kleur: 076 donkerblauw.

19


DESIGN / CONCEPT

SEGERS

6110 199 / T-SHIRT - DAMES. Getailleerd model met ronde hals. Lange mouw. Kwaliteit: 95 % katoen, 5 % elastan, ca. 180g/m2. Maat: S-XXL. Kleur: 000 wit, 015 zwart. Ook in herenmodel, art. nr. 6111 199. 2645 231 / SLOOF. Zak aan de rechterkant met een plooi en een lus voor sleutels. Ophanglus. Kwaliteit: 65 % polyester, 35 % katoen. Maat: Ca. 75 x 85 cm. Kleur: 024 zand/zwart geweven ruit.

20


DESIGN / CONCEPT

MAGAZINE

1069 271 / KOKSJAS. Stretchsatijn. Op te rollen ¾-mouw. Blinde, taps toelopende drukknoopsluiting. Kwaliteit: 57 % katoen, 40 % polyester, 3 % eol. Maat: C44–C60. Kleur: 000 wit, 015 zwart. 2337 231 / SCHORT. Verstelbare nekband. Zak aan de rechterkant met een plooi en een lus voor sleutels. Ophanglus. Kwaliteit: 65 % polyester, 35 % katoen. Maat: Ca.75 x 110 cm. Kleur: 024 zand/ zwart geweven ruit.

21


INTERVIEW / KADETEELT

De boeren op de kade. kopen liever rechtstreeks van de stad. En hoe verser, hoe beter het smaakt. De kwaliteit is geen probleem hier. Zitten er geen risico's aan teelt middenin de stad? – Ik begrijp dat mensen dat kunnen denken, als je een idyllische akker op het platteland vergelijkt met onze kadeteelt. Maar schijn bedriegt, zou je kunnen zeggen. Natuurlijk zijn er regels die aangeven dat je bij het telen minstens vijfentwintig meter afstand moet houden van een grote weg met zwaar verkeer. Maar het is ook heel afhankelijk van welke aarde je gebruikt. Wij telen met eigen aarde op asfalt. Er is absoluut geen risico op verontreinigde grond bij onze planten. En een akker is natuurlijk geen beschutte werkplek, alleen maar omdat hij buiten de stad ligt. Ik heb rapporten gelezen die duidelijk laten zien hoe kwetsbaar Zweden is voor rotzooi die uit Rusland komt aanwaaien. De wind houdt zich niet aan landsgrenzen. Cadmium is helaas overal te vinden. Vogels, insecten en andere kleine dieren zijn er zowel op het platteland als in de stad. Als ik naar het grote geheel kijk, vind ik het lastig om grote verschillen te vinden. Hoe heeft de cultuur van stadsteelt zich de afgelopen jaren ontwikkeld? – Zelf plukken wordt denk ik nog groter. Binnen de sociale ecologie wordt veel gepraat over het feit dat we als mensen helemaal losgekoppeld zijn van de voedselproductie. Wij Zweden zijn in de jaren '60 zo verschrikkelijk modern geworden dat alles dat met aarde te maken had, slecht was. Alles moest ingeblikt zijn. En ineens hadden we onszelf weg gerationaliseerd van hoe eten ontstaat. Maar nu is er een omslag gekomen, net als met zuurdesem. Plotseling willen mensen alles zelf doen. Dat weerspiegelt een soort behoefte in ons, denk ik. Dat dingen er echt moeten zijn. De mensheid is al 10.000 jaar met landbouw bezig, en het zou me niet verbazen als dat iets genetisch is. Op de kade hebben we bijvoorbeeld elke week een aantal zelfplukdagen. Wij dachten dat mensen zouden aanwijzen wat ze wilden hebben en dat wij het zouden oogsten. Maar zo ging het helemaal niet. De mensen oogsten zelf, en de meesten komen zelfs terug. Ze nemen de tijd tussen de gewassen en gaan dan thuis eten. We kosten natuurlijk ook niet meer dan gewone supermarkten. Wat is jullie doel? – We zijn begonnen met inspiratie van Curtis Stone uit Canada. Hij besefte dat bladgroenten het winstgevend moesten maken. Bladgroenten hebben bij ons heel goed gewerkt. Nu zijn we begonnen te telen op het dak van het Post-hotel, een compleet ongebruikte plek waar hun restaurants groenten vandaan kunnen halen. Verder is het doel om deze plek hier te maximaliseren tot 600-700 vierkante meter per teler. Dat is wat Jonas en ik volgens mij aankunnen. In een groter perspectief hoop ik dat er meer goed geplande locaties in de stad komen die worden gereserveerd voor voedselproductie. Dat men het als iets rationeels gaat zien. Geen hippiecultuur meer, maak het commercieel en laat zien dat je als boer in de stad kunt leven.

22

SEGERS

Op een stuk asfalt van driehonderd vierkante meter in de Frihamn van Göteborg werken twee boeren. William Bailey en Jonas Lindh zijn de twee oprichters van Kajodlingen (Kadeteelt), dat verse biologische groenten levert aan de restaurants in de stad. – Jonas en ik hebben sociale ecologie gestudeerd en wilden iets doen om de stad groener te maken en effectiever met grondstoffen om te laten springen. Ik kom van het platteland en mijn moeder heeft altijd allerlei dingen verbouwd. Ik ben al lang geïnteresseerd in landbouw. Nu wilden Jonas en ik op een commerciële manier biologisch telen. Het hippie-imago eraf halen en laten zien dat je als stadsboer kunt werken en hoge kwaliteit kunt afleveren. Hoe verhoudt jullie kwaliteit zich tot die van traditionele telers? - We hebben natuurlijk het voordeel dat we dagvers kunnen leveren. De restaurants ontvangen hun levering ongeveer een uur na de oogst, wat zo'n beetje is alsof de koks een moestuin om de hoek hebben. Maar we hebben natuurlijk maar driehonderd vierkante meter land en we moeten goed bedenken welke gewassen we kiezen. Aardappelen kunnen we bijvoorbeeld niet met winst telen. In plaats daarvan kiezen we bladgroenten waarvan de beperkte teelt dankbaarder is. Een traditionele boer verbouwt één ding en oogst één keer, maar wij verbouwen meerdere dingen en proberen het aantal oogsten per seizoen te maximaliseren. Wat verbouwen jullie op dit moment? – Veel uit de koolfamilie, bloemen, bonen, rucola en spinazie. Vooral bloemen worden snel slap na het oogsten, dus die moeten echt zo vers mogelijk zijn. Bladgroenten groeien na het oogsten snel weer terug, dan kunnen we ongeveer vier keer oogsten van dezelfde plant. Dit jaar hebben we een nieuwe koolsoort geprobeerd, de Wasabina. Dat was een tip van een kok die de smaak lekker vond. Toen we het hadden geprobeerd, bleek dat hij heel goed paste bij onze manier van telen. Zuring is nog een voorbeeld van een geslaagd gewas. De samenwerking met ambitieuze koks is heel belangrijk voor ons. Hoe zorgen jullie voor de hoogste kwaliteit bij al jullie gewassen? – Als je goede aarde hebt, krijg je goede gewassen. We steken heel veel tijd in de aarde. Het eerste jaar kochten we de aarde kant en klaar van een Zweedse leverancier die het naar ons transporteerde. Dit jaar hebben we in plaats daarvan de aarde verrijkt met compost van Renova hier in Göteborg. Goede, stikstofrijke compost, zeg maar gerecycled uit de parken van de stad. Zo creëren we een lokale kringloop binnen de stad en hebben we geen transport meer nodig. We hebben gehoord dat bijvoorbeeld de dakboerderij Brooklyn Grange in New York veel van zijn compost uit Philadelphia haalt. Dat is een heel lang transport om vervolgens biologische gewassen te telen. We


INTERVIEW / KADETEELT

MAGAZINE

23


DESIGN / CONCEPT

SEGERS

1706 230 / MUTS. Elastiek aan de achterkant. Kwaliteit: 65 % polyester, 35 % katoen. Maat: S/M (ca. 54–58 cm), L/XL (ca. 59–63 cm). Kleur: 018 zwart/grijs, geweven ruit. 6106 299 / POLOSHIRT – DAMES. Getailleerd met korte mouw. Geribde kraag en manchetten. Knoopsluiting met vier knopen. Halvemaanvormige versterking in de kraag. Split in de zij. Kwaliteit: 50% katoen, 50% polyester, ong. 210g/m2. Maat: XS–XXL. Kleur: 000 wit, 002 marineblauw, 005 blauw, 006 lichtblauw, 015 zwart, 032 donkergeel, 041 rood, 053 cerise, 071 fel aqua, 083 appelgroen. Ook in herenmodel, art. nr. 6107 299.

24


DESIGN / CONCEPT

MAGAZINE

2645 230 / SLOOF. Zak aan de rechterkant met een plooi en een lus voor sleutels. Ophanglus. Kwaliteit: 65 % polyester, 35 % katoen. Maat: Ca.75 x 85 cm. Kleur: 018 zwart/grijs, geweven ruit.

25


DESIGN / KONCEPT

SEGERS

1706 229 / MUTS. Elastiek aan de achterkant. Kwaliteit: 65 % polyester, 35 % katoen. Maat: S/M (ca. 54–58 cm), L/XL (ca. 59–63 cm). Kleur: 078 nachtblauw, 116 antraciet, geweven streep. 1290 223 / OVERHEMD DAMES. Iets getailleerd model. Korte mouw met split achter. Opstaande kraag. Lus in de kraag. Drukknopen. Borstzak. Zijzakken in naden in de lengterichting aan de voorkant. Naden in lengterichting achter. Split aan beide zijkanten. Stiksels in afwijkende kleur. Kwaliteit: 65 % polyester, 35 % katoen. Maat XS–XL. Kleur: 078 nachtblauw, 116 antraciet, melange. Ook in herenmodel, art. nr. 1293 223.

26


DESIGN / KONCEPT

MAGAZINE

27


D E C ATA LOG U S I S G E D R U K T O P C H LOO R V R I J PA P I E R E N VO L D O E T A A N D E S I S - E I S E N VOO R PA P I E R M E T H E T Z W A A N - K E U R M E R K .

Bezoek onze nieuwe website!

SEGERS BENELUX B.V. Ceresstraat 1, NL - 4811 CA, BREDA + 31 (0)76-711 02 98 / www.segers.com / infoNL@segers.com

FOTO ' S : PAT R I K H A G B O R G FOTO DA N I E L B E R L I N : M E C K A : S T U D I O . FOTO K A D E T E E LT: K A J O D L I N GEN.SE M E C K A

segers.com


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.