az West CONNECT 3e jaargang nr.2 • december 2018
Oprichting stroke unit Obstructief slaapapnoe syndroom Het Humaan Papillomavirus DiĂŤtisten in de strijd tegen malnutritie
VOORWOORD
KLEIN MAAR GROOTS Az West wil zorg op mensenmaat aanbieden. Dit houdt in dat we kwaliteitsvolle en veilige zorg aanbieden rekening houdend met de behoeften van de individuele patiënt. Om deze kwaliteitsvolle zorg te kunnen aantonen zijn we in een traject gestapt om een accreditatielabel te behalen. Het doel is de best mogelijke zorg aan te bieden aan iedere patiënt. Met het behalen van een accreditatielabel kan het ziekenhuis aantonen dat de huidige zorgkwaliteit hoogstaand is. Accreditatie of het behalen van een kwaliteitslabel is een vorm van controle, waarbij een externe organisatie een ziekenhuis komt doorlichten op vlak van kwaliteit en patiëntveiligheid. Az West heeft ervoor gekozen om te werken met de standaarden van Joint Commission International (JCI). De afgelopen jaren werd er door alle medewerkers keihard gewerkt om de kwaliteit en de veiligheid van de zorg op een continue wijze doorheen heel de organisatie te verbeteren en te borgen. In de week van 19 tot en met 23 november kregen we 3 internationale auditoren van JCI op bezoek. Tijdens een JCI-audit wordt nagegaan of het ziekenhuis beantwoordt aan de standaarden uit het JCI-handboek. Daarbij worden alle locaties, zorgprocessen, patiëntengroepen en zorgverleners onder de loep genomen. Deze week was een rollercoaster, a hell of a ride… maar we zijn geslaagd en hebben dit internationale kwaliteitslabel behaald. Iets waar we als klein ziekenhuis enorm fier op mogen zijn. Van de 1200 meetbare elementen uit de standaarden die werden gecontroleerd was er slechts bij 16 meetpunten een opmerking. De auditoren noemden dit zelfs een
“DEZE WEEK WAS EEN ROLLERCOASTER, A HELL OF A RIDE… MAAR WE ZIJN GESLAAGD EN HEBBEN HET INTERNATIONALE JCI-LABEL BEHAALD.” 2 az West CONNECT
uitzonderlijk goed resultaat voor een eerste audit! Ik heb het voorrecht gehad om een aantal tracers mee te begeleiden en heb vanop de eerste rij kunnen zien wat voor een gemotiveerde medewerkers er iedere dag klaar staan om vol overgave deze kwaliteitsvolle zorg aan de patiënt te bieden. Gelukkig vallen we na het behalen van dit label niet in een zwart gat, integendeel. Dit label is geen eindpunt. We gaan ons inspannen om dit hoge niveau van kwaliteit van zorg te bestendigen en we gaan aan de slag met de verbeterpunten van deze audit om de kwaliteit nog verder te verhogen. In deze West Connect zult u daarnaast ook veel nieuwe medische ontwikkelingen binnen het ziekenhuis ontdekken. Er werd een stroke unit geopend, nieuwe medische technieken worden in het ziekenhuis aangeboden en er zijn recent een aantal nieuwe artsen gestart binnen de disciplines psychiatrie, gastro-enterologie en gynaecologie. Op de achterkant van dit magazine vindt u reeds een eerste kennismaking met dr. Vroman, een medisch oncoloog die op 2 januari 2019 in ons ziekenhuis zal starten. We zijn ervan overtuigd dat er hierdoor een verdere versterking van ons zorgaanbod is waardoor de oncologisch zorg op een nog hoger niveau getild zal kunnen worden. Ook in 2019 zullen we ons dus blijven inzetten om zorg op mensenmaat aan te bieden. Dr. H. Lebbinck, hoofdarts & L. Vermeulen, alg. directeur
OPENING VAN DE EENHEID VOOR BEROERTEZORG IN AZ WEST
O
p 1 september 2018 werd in het az West de eenheid voor beroertezorg (‘stroke unit’) geopend. Deze unit is van groot belang voor de patiënten die met een ischemische beroerte in het ziekenhuis worden opgenomen. De periode onmiddellijk na een acute ischemische beroerte houdt belangrijke risico’s in. Een nauwgezette aandacht voor de zorg van beroertepatiënten tijdens die periode kan verdere neurologische letsels voorkomen en de kans op verwikkelingen duidelijk kleiner maken. Om de kans op een functioneel herstel te optimaliseren is de eenheid voor beroertezorg onontbeerlijk. ‘Stroke units’ ontstonden al in de jaren ‘70 en ‘80. Deze eenheden bieden een continue cardiovasculaire en respiratoire monitoring en worden bemand door een multidisciplinair team van zorgverleners. Ook in az West werken neurologen, cardiologen, verpleegkundigen, kinesitherapeuten, ergotherapeuten en logopedisten samen voor de behandeling van de patiënten in de stroke unit. Zij zijn opgeleid voor de behandeling van patiënten met een beroerte.
Alle patiënten met een ischemische beroerte hebben nood aan een maximaal ondersteunende behandeling. Deze heeft twee belangrijke doelstellingen: enerzijds de vermindering van de beschadiging van potentieel ischemisch hersenweefsel en anderzijds het voorkomen en de behandeling van de vele mogelijke neurologische en medische verwikkelingen die kunnen voorkomen in de onmiddellijke periode na een beroerte. Meer info? Lees het volledige www.azwest.be > stroke unit
artikel
op
Dr. Bart Bruneel, neuroloog E. Bart.Bruneel@azwest.be Stroke unit 058 33 30 75 Route 76
Studies hebben voortdurend aangetoond dat ‘stroke units’ de mortaliteit verminderen, de kans op ontslag naar huis vergroten en de functionele status en levenskwaliteit verbeteren (Indredavik et al 1999a). Medische verwikkelingen na een beroerte leiden tot een significante morbiditeit en mortaliteit. Onmiddellijke verwikkelingen na een ischemische beroerte zoals een hemorragische omvorming of cerebraal oedeem leiden tot de meeste overlijdens binnen de eerste week. Andere medische verwikkelingen, zoals hartproblemen, infecties en veneuze trombo-embolieën verhogen de mortaliteit daarna verder. Voor een gunstiger eindpunt na een beroerte moeten deze ziektebeelden dan ook vlug herkend en goed behandeld worden.
az West CONNECT 3
OBSTRUCTIEF SLAAPAPNOE SYNDROOM
S
tress, drukte, slaapstoornissen… Een kwaal van deze tijd. Niet zelden echter hebben slaapstoornissen ook een lichamelijke oorzaak. Obstructief slaapapnoe syndroom is een aandoening waarbij tijdens de slaap het ademhalen wordt belemmerd door ‘dichtvallen’ van de keel. De bedpartner merkt op dat de patiënt niet enkel snurkt, maar ook regelmatig stopt met ademen. Dit leidt tot een onderbroken nachtrust met slechte slaapkwaliteit tot gevolg. Hierdoor is men vermoeid en slaperig overdag wat kan leiden tot concentratiestoornissen, hoofdpijn, depressieve gevoelens, slechte prestaties op school en op het werk, maar ook verkeersongevallen. Mensen die lijden aan obstructief slaapapnoe syndroom hebben ook vaker overgewicht, hoge bloeddruk, hartritmestoornissen en suikerziekte.
SLAAPLABO De diagnose kan gesteld worden na een nachtje slapen in een slaaplabo. Tijdens deze nacht worden de hersenactiviteit, ademhaling, hartritme en bewegingen geregistreerd. BEHANDELING De behandeling is een multidisciplinair gebeuren waarbij de longarts, neus-keel-oorarts en stomatoloog samenwerken. Naargelang de ernst van het obstructief slaapnoe syndroom en fysieke kenmerken kan, in overleg met de patiënt, gekozen worden voor CPAP (continuus positive airway pressure), mandibular advancement device (MAD), positietraining of een heelkundige aanpak.
CPAP is steeds de eerste keuze behandeling bij patiënten met meer ernstige vormen van obstructief slaapapnoe syndroom. Hierbij slapen de patiënten met een maskertje op de neus en/of mond dat met een slang verbonden is met een toestel dat zorgt voor een positieve druk in de keel. Hierdoor wordt verhinderd dat de keel tijdens het slapen dichtvalt waardoor de patiënt niet meer zal snurken en de hele nacht vrij zal kunnen ademen. Voor het merendeel van de patiënten is dit de meest effectieve behandeling. Bij patiënten met een milder obstructief slaapapnoe syndroom kan gekozen worden voor een MAD. Dit is een op maat gemaakte nachtbeugel die de onderkaak en tongbasis naar voor duwt waardoor de keel open blijft tijdens het slapen. Voor de beugel kan gemaakt worden door de stomatoloog, zal de neuskeel-oorarts tijdens een korte narcose nagaan of het naar voor plaatsen van de onderkaak het dichtvallen van de keel oplost. Daarnaast zal de stomatoloog nagaan of het gebit en het kaakgewricht geschikt zijn. Deze behandeling is veelbelovend en sinds kort ook volledig terugbetaald in België. UITZONDERINGEN Bij een kleine groep patiënten komen de apnoe’s enkel voor wanneer ze op hun rug liggen. Deze mensen kunnen behandeld worden met een positietrainer. Dit is een apparaatje dat rond de borst of hals wordt gedragen en gaat trillen wanneer de patiënt op zijn rug ligt. Hierdoor leert de patiënt om op zijn zijde te slapen. Deze behandeling is niet terugbetaald in België.
In uitzonderlijke gevallen kan gekozen worden voor een heelkundige behandeling. Bij sterk vergrote keeltonsillen die de ademhaling belemmeren tijdens de slaap wordt een tonsillectomie uitgevoerd. Bij onderontwikkeling van de onderkaak wordt soms geopteerd voor een kaakoperatie. Bij patiënten bij wie CPAP en MRA-behandeling niet werkt of niet verdragen wordt, kan soms gekozen worden voor een heelkundig ‘strakker’ maken van de keelwanden. Momenteel zijn deze behandelingen echter nog geen eerste keuze aangezien moeilijk kan voorspeld worden bij welke patiënten dit zal werken. De artsen van az West hebben een jarenlange ervaring met de diagnose en behandeling van deze aandoening. Momenteel worden al meer dan 700 patiënten met obstructief slaapapnoe syndroom behandeld en opgevolgd door het slaapcentrum. Het artsenteam bestaat uit dr. B. Vandooren (longarts – respiratoir somnoloog), dr. L. Mus (neus-keel-oorarts) en dr. C. Verhelst (stomatoloog). Auteur: Dr. Bernard Vandooren, pneumoloog E. Bernard.Vandooren@azwest.be
“DE BEHANDELING IS EEN MULTIDISCIPLINAIR GEBEUREN WAARBIJ DE LONGARTS, NEUSKEEL-OORARTS EN STOMATOLOOG SAMENWERKEN.”
Slaaplabo az West T. 058 33 37 24 Route 36
az West CONNECT
5
DIËTISTEN IN DE STRIJD TEGEN MALNUTRITIE HET BELANG VAN EEN GOEDE VOEDINGSTOESTAND IN HET HERSTELPROCES VAN DE PATIËNT
E
en afwijkende voedingstoestand is een acute of chronische toestand waarbij een tekort aan, teveel of disbalans van energie, eiwit en andere voedingsstoffen leidt tot meetbare nadelige effecten op lichaamssamenstelling en klinische uitkomsten. Een voedingstoestand is een complex geheel dat ook gerelateerd is aan de intensiteit en aard van de ziekte en de leeftijd. Misschien ervaart u enkele kilo’s gewichtsverlies als prettig, toch is afvallen tijdens ziekte niet wenselijk. Meestal gaat dit gepaard met verlies van de vetvrije massa zoals spieren, organen en lichaamscellen, waardoor de patiënt risico op ondervoeding loopt. Deze toestand brengt bijkomende zorgen met zich mee zoals: ll Grotere vatbaarheid voor infecties door afname van de spiermassa, meer kans op complicaties bij operaties, langere ziekenhuisopname en grotere kans op overlijden. ll Door afname van de orgaanfuncties is er meer kans op decubitus, ademhalingsproblemen en nierfalen.
ll De smaak en de zin om te eten zijn vaak door de ziekte en/of de behandeling veranderd. ll Angst, pijn, misselijkheid en bepaalde medicijnen spelen een rol bij verlies van eetlust. Daarnaast is de energiebehoefte vaak verhoogd door: abnormaal verlies van voedingsstoffen bij diarree, veel bloedverlies, een stoma, stoornissen bij de opname van voedingsstoffen, hevig braken, maar ook bij koorts, doorligwonden, infecties en operaties. DE AANPAK IN AZ WEST TEGEN MALNUTRITIE Onze doelstelling is om alle opgenomen patiënten te screenen op hun ‘risico op ondervoeding’. Er werd beslist te werken met het gevalideerd screeningsinstrument NRS2002 (= Nutrition Risk Screening) dat uit 2 luiken bestaat en aanbevolen wordt door ESPEN (European Society of Clinical nutrition and Metabolism). Het eerste luik is de initiële screening: 1
BMI < 20.5?
ja
neen
ll Minder spiermassa geeft minder spierkracht en dus meer last van vermoeidheid en kans op vallen.
2
Ongewenst gewichtsverlies tijdens laatste 3 maanden?
ja
neen
We moeten beseffen dat ook de eetlust door veel aspecten kan worden beïnvloed:
3
Verminderde voedselinname tijdens afgelopen week?
ja
neen
4
Is patiënt ernstig ziek? (bv. intensieve therapie)
ja
neen
“ALS DIËTISTEN STREVEN WE ERNAAR DAT IEDERE PATIËNT BIJ OPNAME GEWOGEN EN GEMETEN WORDT.” 6 az West CONNECT
Indien ja het antwoord is op een of meerdere vragen, dan screenen we verder met luik 2 waar we rekening houden met de ernst van de ziekte/het % gewichtsverlies/de voedingsintake/leeftijd. Vanaf score 3 en meer wordt er een voedingsplan opgesteld. We berekenen de energiebehoefte en overleggen met de patiënt. Dit gebeurt allemaal volgens een in detail uitgewerkte procedure. Onze bevindingen worden gerapporteerd en bij ontslag wordt een nutritioneel document gemaakt. Als diëtisten streven we ernaar dat iedere patiënt bij opname gewogen en gemeten wordt. In az West beschikken we over een nutritieteam dat enerzijds bestaat uit een organisatorisch team en anderzijds uit een verpleegkundig voedingsteam. Het organisatorisch team neemt beslissingen, maakt procedures op en geeft advies met als doel de voedingstoestand van de patiënt te verbeteren. Het verpleegkundig voedingsteam bestaat uit
‘referentieverpleegkundigen voeding’ van elke afdeling en staat in voor de opvolging van voeding en gewicht van de patiënt, meldt voedingsproblemen aan de diëtisten en volgt het advies op van de diëtisten en nutritieverpleegkundige. Wij werken als diëtiste ook nauw samen met de grootkeuken om de voeding zo goed mogelijk te kunnen afstemmen op de behoefte van de patiënt. Het blijft voor ons iedere dag opnieuw een uitdaging om het belang van voeding onder de aandacht te brengen zowel bij onze patiënten als bij de zorgverleners. Auteur: Kelly Steen, diëtiste Lut De Raedt, diëtiste E. dieet@azwest.be
az West CONNECT 7
HET HUMAAN PAPILLOMAVIRUS: BELANG VAN VACCINATIE EN UITSTRIJKJES
E
en infectie met HPV (Humaan Papillomavirus) is een frequent voorkomende seksueel overdraagbare aandoening (SOA). Het virus wordt verspreid via besmette huid en/of mucosa, voornamelijk bij seksueel contact. Gewone aanraking alleen kan echter voldoende zijn. De infectie treft 80% van de populatie minstens één keer in het leven en verloopt meestal symptoomloos. In 90% van de gevallen wordt het virus ook spontaan geëlimineerd, afhankelijk van factoren zoals abusus, malaise, andere infecties, nutritie, beweging en individuele susceptibiliteit. Er worden meer dan 150 HPV-types beschreven. Enkele hiervan zijn carcinogeen. Het cervixcarcinoom wordt vrijwel steeds veroorzaakt door welbepaalde HPV-types. Er is ook een associatie met zeldzamere maligniteiten (hoofd en hals, vulva, vagina, penis en anus). Infectie met een hoog risico HPVtype kan dysplasie ter hoogte van de cervix veroorzaken. Dit detecteert men via het uitstrijkje (cytologische screening volgens Papanikolaou). Dysplasie kan spontaan verdwijnen. Indien de afwijking persisteert is een colposcopie aangewezen. Een aantal andere types HPV veroorzaakt condylomen. Deze verschijnen meestal pas enkele maanden na infectie. Behandeling gebeurt via medicatie of chirurgie. Condoomgebruik voorkomt een infectie niet, maar blijft heel belangrijk ter preventie van andere SOA’s en een ongewenste zwangerschap. Vaccinatie tegen HPV is actueel een essentieel preventiemiddel. Dit moet gebeuren voor het eerste contact met het virus. In Vlaanderen worden alle meisjes in het eerste middelbaar gevaccineerd via de school. Men hoopt hiermee de mortaliteit van
8 az West CONNECT
het cervixcarcinoom te verminderen. Meisjes die niet langs deze weg gevaccineerd zijn, laten zich best vaccineren via de huisarts. Er is grotendeels terugbetaling voorzien wanneer men nog geen 19 jaar is bij toediening van de eerste dosis. Vaccinatie boven de 18 jaar en bij jongens kan op individuele basis aangeboden worden, maar is vooralsnog niet terugbetaald. Wanneer men reeds behandeld of opgevolgd wordt voor letsels ter hoogte van de baarmoederhals, kan vaccinatie aangewezen zijn ter bescherming tegen andere HPV-types.
“VACCINATIE TEGEN HPV IS ACTUEEL EEN ESSENTIEEL PREVENTIEMIDDEL. DIT MOET GEBEUREN VOOR HET EERSTE CONTACT MET HET VIRUS.”
dr. P. Willaert en dr. T. Masschaele, gynaecologen E. Pieter.Willaert@azwest.be E. Tine.Masschaele@azwest.be
THORAXCHIRURGIE IN AZ WEST
W
aar vroeger de algemeen chirurg de plak zwaaide, zijn sub- en superspecialisatie de nieuwe modewoorden. Dit betekent echter een groeiende complexiteit in de zorg, waardoor bepaalde expertise gecentraliseerd moet worden. Ook binnen de thoraxchirurgie is dit het geval. Voor de ‘eenvoudige’ thoraxchirurgie (pleurabrasie, mediastinoscopie…) was en is de expertise binnen az West beschikbaar, maar voor de ‘complexere’ chirurgie (lobectomie…) moest de patiënt verwezen worden naar centra met grotere expertise. Met de netwerkvorming werden echter enkele wijzigingen doorgevoerd waardoor zich op chirurgisch vlak een opportuniteit voordeed. Voor de onco-pneumologie wordt vanaf 27-02-2018 samengewerkt met het AZ Sint Jan Brugge. Dankzij onze goede band met
de dienst heelkunde van het Sint Jan vonden wij dr. Jan Lesaffer bereid om zijn expertise naar Veurne te brengen. Eind juli, na het vervolledigen van de papierwinkel, was de eerste VATS (videoscopic assisted thoracic surgery) lobectomie in az West een feit en ondertussen staat de teller op 4. Vanaf nu wordt bij elke ‘complexere’ casus de vraag gesteld of de expertise niet naar de patiënt gebracht kan worden i.p.v. de patiënt naar de expertise. De dienst heelkunde van az West is dan ook trots en dankbaar dat we samen met de collega’s van Brugge de netwerkovereenkomst in de praktijk kunnen brengen en kijken uit naar een jarenlange goede samenwerking. Dr. Bert Deylgat, chirurg E. Bert.Deylgat@azwest.be
az West CONNECT 9
NIEUW: ENDOBRONCHIALE ECHOGRAFIE
S
inds september 2018 is er de mogelijkheid om bij patiënten in az West een EBUS uit te voeren. EBUS staat voor Endo Bronchial Ultra Sound, wat betekent een echografie in de luchtwegen. Dankzij EBUS kunnen op een niet-invasieve manier de klieren rond de luchtwegen onderzocht worden. De techniek is als volgt: op de tip van een bronchoscoop is een kleine echografiesonde bevestigd. Deze wordt via de mond tussen de stembanden geschoven en tot in de luchtpijp gebracht. Een EBUS wordt uitgevoerd onder een lichte sedatie. De procedure is niet pijnlijk en duurt ongeveer 30 tot 45 minuten.
lymfeklierstation in de long (station 11) worden benaderd. EBUS kan zowel gebruikt worden voor het stellen van de diagnose als voor mediastinale stadiëring. Een accurate mediastinale stadiëring is van groot belang gezien dit de prognose en de behandeling bepaalt van longkanker.
WERKING Onderzoeken bij EBUS kunnen worden uitgevoerd met een radiaire scoop of met een convexe scoop: EBUS met een radiaire scoop kan worden gebruikt voor het aanprikken van meer perifeer gelegen nodules in het longweefsel die nabij een fijne luchttak gelegen zijn. Bij EBUS met een convexe scoop zoals we in az West gebruiken, kunnen structuren zoals lymfeklieren die in de onmiddellijke omgeving van de luchtpijp en de luchtwegen liggen, worden opgespoord en aangeprikt. DOEL Dankzij EBUS kunnen we op een niet-invasieve manier de klieren rond de luchtwegen onderzoeken en kan op deze manier een mediastinoscopie soms worden vermeden. Mediastinoscopie is een kijkoperatie waarbij een camera via een kleine insnede in de hals achter het borstbeen wordt gebracht om de klieren die in de ruimte tussen de longen liggen te biopseren. Hiervoor is een volledige sedatie nodig. Met EBUS kunnen de klieren langs de trachea (station 2R, 2L, 4R, 4L), onder de hoofdcarina (station 7), ter hoogte van de longhili (station 10) en het eerste
10 az West CONNECT
EBUS-TBNA EBUS-Trans Bronchial Needle Aspiration of EBUSTBNA met een convexe probe is een veilige procedure. Hoest en beperkte bloeding op de punctieplaats kunnen zich voordoen. Ernstige complicaties zoals mediastinitis en fistulisatie komen zelden voor. Bij radiaire EBUS wordt bij 1% een matige bloeding gerapporteerd en bij minder dan 4% een pneumothorax (klaplong). Via EBUS-TBNA kan ook de diagnose gesteld worden van sarcoïdose en tuberculose. EBUS is echter minder geschikt voor de diagnose van een lymfoom omdat cytologie bij deze tumoren meestal niet volstaat om de diagnose te stellen. Dr. Sofie De Craene, pneumoloog E. Sofie.DeCraene@azwest.be
INFORMATIEVEILIGHEID EN PRIVACY NA 25 MEI
I
n aanloop naar 25 mei 2018 puilden onze mailboxen uit met gewijzigde privacyverklaringen en beloningen voor wie zich (opnieuw) inschreef om een nieuwsbrief te ontvangen. Al 2 jaar eerder kondigde de Europese Commissie de inwerkingtreding van de General Data Protection Regulation (GDPR) aan. Waarover gaat die nieuwe regelgeving nu precies? Er was nood aan nieuwe regelgeving rond privacy om voor een betere afstemming te zorgen tussen de verschillende Europese landen. De vorige wetgeving dateerde van 1992 en hield onvoldoende rekening met de digitale realiteit. De uitwisseling van informatie tussen verschillende landen is nu beter geregeld. Ten slotte willen we ook inzicht krijgen in wat er met onze gegevens gebeurt. De GDPR voorziet daarom in een aantal rechten die ons die inzichten kunnen geven. De nieuwe regelgeving is hoofdzakelijk een bevestiging van bestaande principes waarbij het van belang is dat we informatie zorgvuldig bijhouden en op een transparante manier communiceren naar collega’s en patiënten over de manier waarop we met informatie omgaan. Er zijn ook een aantal nieuwigheden. In het ziekenhuis moeten we een register van verwerkingsactiviteiten bijhouden. Dat register omvat een overzicht van alle informatie die we bijhouden van patiënten en medewerkers. Bijvoorbeeld: we houden de bankrekeningnummers bij van de medewerkers om aan het einde van de maand de lonen te kunnen uitbetalen. We houden ook een patiëntendossier bij om medische diagnoses te kunnen stellen van onze patiënten. Elk ziekenhuis is ook verplicht om een functionaris voor gegevensbescherming of een Data Protection Officer (DPO) aan te stellen die instaat voor de coördinatie van alle initiatieven op vlak van informatieveiligheid en privacy.
dan ook aan om patiëntengegevens uit te wisselen via dit kanaal. Patiëntengegevens (zoals laboresultaten, diagnoses,…) verstuur je beter niet via e-mail, dit is geen veilig medium.
“IN HET ZIEKENHUIS MOETEN WE EEN REGISTER VAN VERWERKINGSACTIVITEITEN BIJHOUDEN EN EEN FUNCTIONARIS VOOR GEGEVENSBESCHERMING AANSTELLEN.”
WIST JE DAT … ll … er binnen het KOM-netwerk een werkgroep is opgericht waarin kennis en informatie uitgewisseld wordt rond informatieveiligheid en privacy? ll ... Vincent Willaert de DPO is in az West? Auteur: Vincent Willaert E. Vincent.Willaert@azwest.be
Een belangrijk vraagstuk is hoe we als ziekenhuis op een veilige manier informatie kunnen uitwisselen. De overheid ontwikkelde de eHealthBox als veilig communicatiemiddel tussen zorgverleners. We raden az West CONNECT 11
NIEUWS MAAK KENNIS MET ONZE KINDERPSYCHOLOGE, IRIS VOLLON:
NIEUWE ARTSEN IN az West GYNAECOLOGIE
“Ik ben in 2010 afgestudeerd als Master in de klinische psychologie, vervolledigde in 2012 een Postgraduaat psychodiagnostiek en ben sinds 2015 erkend gedragstherapeute voor kinderen en jongeren. Kinderen en jongeren van 0-18 jaar en hun ouders kunnen bij mij terecht met allerhande problematieken zoals opvoedingsondersteuning (slaapproblemen, zindelijkheidsmoeilijkheden, driftbuien...), emotionele moeilijkheden (angst, depressie, faalangst, dwang, rouw, piekeren, weinig zelfvertrouwen…), gedragsmoeilijkheden, sociale problemen en lichamelijke klachten. Er is ook de mogelijkheid tot intelligentieonderzoek, aandachtsonderzoek en screening van ontwikkelingsstoornissen (ADHD, autismespectrumstoornis).” Contact: iris.vollon@azwest.be, T.058 33 32 33
ONCOLOOG IN AZ WEST In januari mag az West een medisch oncoloog verwelkomen in het artsenteam. Dr. Philippe Vroman zal exclusief werkzaam zijn in az West in een samenwerkingsverband met de oncologen van AZ Sint-Jan Brugge Maak kennis met dr. Vroman en wat zijn komst betekent voor az West in de volgende editie van az West Connect!
Dr. Tine Masschaele studeerde af als arts in 2013 en behaalde haar erkenning in de gynaecologieverloskunde in 2018. Zij is onderlegd in de brede waaier van de gynaecologie. Verder is ze actief als consulent in UZ Gent voor reproductieve geneeskunde. Dr. Pieter Willaert studeerde af als arts in 2002 en behaalde zijn erkenning in de gynaecologieverloskunde in 2007. Hij is onderlegd in de brede waaier van de gynaecologie. Dr. Willaert was tot voor kort werkzaam in het ziekenhuis Maas en Kempen te Maaseik. PSYCHIATRIE Dr. Alexander Minderhout studeerde af als arts in 1993 en behaalde zijn erkenning als huisarts in 1995. In 2000 vatte hij de opleiding psychiatrie aan de Universiteit Antwerpen aan met stageplaatsen in Antwerpen en Brugge. Van 2005 tot augustus 2018 was hij werkzaam als psychiater in AZ Damiaan. Hij volgde een psychotherapie opleiding aan het Korzybski instituut te Brugge en is als LEIF arts erkend. Hij is onderlegd in de brede waaier van de psychiatrie. GASTRO-ENTEROLOGIE Dr. Barbara Dhooghe studeerde af als arts in 2010 en startte daarna haar specialisatie gastro-enterologie aan de Universiteit Gent. Ze is onderlegd in de brede waaier van de gastroenterologie. COLOFON
Biografie 1990: arts (Universiteit Gent) 1996: medisch oncoloog (Universitair Ziekenhuis Antwerpen) 1997-2018: medisch oncoloog (OnzeLieve-Vrouw Ziekenhuis Aalst) • Diensthoofd departement medische oncologie • Voorzitter Commissie Oncologie • Coördinator gespecialiseerd zorgprogramma oncologie
az West-Connect is het medisch magazine van az West voor huisartsen en verschijnt tweemaal per jaar. Eindredactie & coördinatie: dr. H. Lebbinck & D. Deneir. Redactieraad: B. Cleuren, D. Deneir, dr. T. Desmet, dr. B. Deylgat, dr. N. De Wever, dr. H. Lebbinck, dr. Y. Van Durme, L. Vermeulen. In dit nummer staan redactionele bijdragen van: dr. B. Bruneel, dr. S. De Craene, L. De Raedt, dr. D. Deylgat, dr. H. Lebbinck, K. Steen, dr. B. Vandooren, L. Vermeulen en dr. P. Willaert. Fotografie: Hanne Ninclaus; Vormgeving: TOECH, Ruiselede/Gent. Heeft u een vraag of suggestie voor de redactie of wil u zich abonneren of een adreswijziging doorgeven? Of wenst u dit tijdschrift niet langer te ontvangen? E-mail naar: communicatie@azwest.be. Verantwoordelijke uitgever: Lieven Vermeulen, Ieperse Steenweg 100, 8630 Veurne Algemene info over het az West: www.azwest.be Volg ons op