SANTIZ MAGAZINE

Page 1

santiz•magazine Neem gratis mee!

Nieuws vanuit het Slingeland Ziekenhuis • 8 • december 2019


02 • santiz magazine


Beste lezer, Met dit Santiz Magazine informeren we u over ontwikkelingen binnen de zorg die wij als Santiz, samen met onze samenwerkingspartners, bieden. Ook in deze uitgave kunt u hierover weer interessante informatie lezen. Op het moment dat dit Santiz Magazine ter perse ging (december 2019) was er in de media veel aandacht voor Chrit van Ewijk en Bijar Altalabani Santiz. Als u dit magazine onder ogen krijgt, kan het december, januari, februari of zelfs maart zijn. Want Santiz Magazine verschijnt vier keer per jaar en iedere uitgave ligt daarom drie maanden achtereen in onze ziekenhuizen. Omdat sommige ontwikkelingen rond Santiz snel gaan, leent Santiz Magazine zich er niet voor om u hierover te informeren. Maar zoals gezegd vindt u in Santiz Magazine genoeg andere informatie over ons ziekenhuis, die wij graag met u delen. Wij wensen u veel leesplezier en neem dit magazine gerust mee naar huis.

Raad van Bestuur Chrit van Ewijk en Bijar Altalabani

Voor actuele informatie kijk op www.slingeland.nl

04 Vaatpatiënten gebaat bij looptraining 06 Help de dokter met een goed gesprek 08 Wat beenmerg ons kan vertellen

In dit magazine

11 Santiz kiest voor rookvrij ziekenhuis 13 Hoe tevreden zijn onze patiënten 14 De Polikliniek Pijnbestrijding 16 Heeft u goede voornemens voor 2020? 18 De geheimen van ons microbioom Tanja Heeren, één van de vier anesthesiologen

pijnspecialisten die werkzaam zijn in de Polikliniek

Pijnbestrijding (zie pagina 14).

Colofon Santiz Magazine wordt vier maal per jaar uitgegeven. Hoofdredacteur Saskia Steenbergen (PR-functionaris en Woordvoerder Santiz) pr@slingeland.nl

Redactie Laura Scholten (communicatie-adviseur) Sjoerd van der Meer (chirurg/traumatoloog) Nail Aboosy (internist) Tekst Fred Meijer Joyce de Schepper

22 Blijven bewegen belangrijk voor ouderen tijdens opname 24 Sterke toename oogproblemen door beeldschermgebruik Fotografie Marcel Rekers, Toon Hendriks en Gerard Mühlradt

Uitgever BC Uitgevers BV, T 0515 42 94 29 Vormgeving Hannique de Jong

Oplage 4.000 exemplaren

Bladmanager & advertentieverkoop Digna Schoonen, T 06 44 20 99 10

www.slingeland.nl twitter.com/Slingeland_ZH facebook.com/Slingeland

Samen voor een vitale Achterhoek: Santiz

santiz magazine • 03


Etalagebenen? Dan is looptraining Vaatchirurg Gert-Jan Lauret: ‘Lopen geeft duurzamer effect dan dotteren’ Pijn in de benen bij het lopen, als gevolg van een slechte doorbloeding, noemen we etalagebenen. Dotteren kan dit verhelpen. Echter, onderzoek heeft uitgewezen dat looptraining vaak net zo goed helpt. En op de lange termijn zelfs beter is. Vaatchirurg Gert-Jan Lauret heeft hier onderzoek naar gedaan. Wanneer er sprake is van een verminderde doorbloeding van de weefsels in de ledematen, zoals etalagebenen, spreekt men van perifeer arterieel vaatlijden. De medische term voor etalagebenen is claudicatio intermittens. Letterlijk vertaald betekent dit ‘onderbroken gehinkel’. Mensen met etalagebenen moeten namelijk het lopen steeds even

Vaatchirurg Gert-Jan Lauret: “Nog beter is het om de

looptraining te combineren met een verbetering van de

leefstijl.”

onderbreken, om de pijn af te laten zakken. Alsof je tijdens het winkelen voortdurend van etalage naar etalage loopt. “Die pijn ontstaat door verzuring”, legt Gert-Jan Lauret uit. Sinds september van dit jaar is hij werkzaam als vaatchirurg in het Slingeland Ziekenhuis. “De oorzaak van etalagebenen is een vernauwing in een slagader in het been. Dat vermindert de doorbloeding en daarmee de zuurstofvoorziening van de benen. Met te weinig zuurstof verloopt het verbrandingsproces van de spierbeweging niet optimaal. Dat geeft melkzuur. Dit hoopt zich op in de spieren en dat veroorzaakt de pijn.”

Dotteren Gert-Jan Lauret heeft wetenschappelijk onderzoek gedaan naar de behandeling van etalagebenen en is hierop gepromoveerd. “De aangewezen medische behandeling van etalagebenen is dotteren. Daarbij wordt een ballonnetje in de slagader gebracht, dat wordt opgeblazen, en dat zo de vernauwing opheft. Dit verhelpt de klachten vrijwel meteen. Uit mijn onderzoek is echter gebleken dat looptraining voor de meeste patiënten net zo effectief is. En op de lange termijn zelfs beter.” Gaat door looptraining de vernauwing in de slagader weg? “Nee, dat is niet het geval. Maar de pijnklachten verdwijnen wel. Hoe dat komt, weten we niet precies. We vermoeden dat door de training de spieren beter zuurstof opnemen. Daardoor gaat de verbranding beter en ontstaat er minder snel melkzuur.” In dit vermoeden wordt Gert-Jan Lauret gesterkt door een andere bevinding. “Voor sommige patiënten met etalagebenen is lopen niet mogelijk, bijvoorbeeld door een handicap. Uit Australisch onderzoek is gebleken dat je deze patiënten kunt laten ‘fietsen’ met hun armen. Ook dat helpt tegen etalagebenen. Blijkbaar is dus ook verbetering van de conditie een middel om iets tegen etalagebenen te doen.”

Door de pijn heen Het effect van dotteren bij etalagebenen is er vrijwel meteen. Bij looptraining duurt dat langer. Bovendien moeten patiënten de eerste periode ‘door de pijn 04 • santiz magazine


de eerste keuze Fysiotherapeuten uit de regio, aangesloten bij

ClaudicatioNet, organiseerden eind september een

loopfestival. Met name ook bedoeld voor vaatpatiënten.

Dit vond plaats in en rond de atletiekbaan van Argo in

Doetinchem.

heen’ lopen, wat uiteraard niet prettig is. Maar looptraining heeft toch de voorkeur. Waarom? “Om meerdere redenen”, antwoordt Gert-Jan Lauret. “Dotteren is een medische, invasieve ingreep (lichaam patiënt wordt binnengegaan). Iedere medische ingreep kent risico’s, zoals het ontstaan van een bloeding. Daarom doe je een ingreep alleen als het nodig is. Looptraining heeft die risico’s niet. Daar komt bij: veel patiënten met etalagebenen hebben een ongezonde leefstijl. Veranderen ze die leefstijl niet, dan moet je steeds opnieuw dotteren. En dat kun je niet eindeloos blijven doen.” Uit het onderzoek van Gert-Jan Lauret is gebleken dat looptraining, in tegenstelling tot dotteren, een blijvend effect heeft. “Nog beter is het om die looptraining te combineren met een verbetering van de leefstijl. Dus niet alleen meer bewegen, maar bijvoorbeeld ook stoppen met roken en afvallen naar een gezond gewicht. Die aanpak heeft het meeste effect, zeker op de lange termijn.” Bij een deel van de patiënten blijkt looptraining onvoldoende te helpen. “In zo’n geval kun je altijd nog samen met de patiënt besluiten om te dotteren of te opereren”, aldus Gert-Jan Lauret. “Ook daar hebben we uiteraard alle mogelijkheden voor bij Santiz.”

Netwerk fysiotherapeuten Patiënten hebben wel begeleiding bij de looptraining nodig. Dat is tegenwoordig uitstekend geregeld, vertelt Gert-Jan Lauret. “Inmiddels is in Nederland

hiervoor een netwerk van gespecialiseerde fysiotherapeuten opgezet. Dit is een landelijk dekkend netwerk, met ook veel geschoolde therapeuten in de omgeving van Doetinchem. Deze fysiotherapeuten vind je op de website wwww.ClaudicatioNet.nl. Op deze website vind je ook veel informatie over vaatproblemen en wat je hieraan kunt doen.” De fysiotherapeuten binnen het netwerk hebben aanvullende scholing gevolgd om patiënten met etalagebenen te begeleiden, vertelt Gert-Jan Lauret. “Zij bieden niet alleen looptraining, maar kunnen patiënten ook ondersteunen bij het stoppen met roken. Juist zij zijn hiervoor de aangewezen zorgverleners. De looptraining (op een loopband) duurt enkele maanden en een patiënt bezoekt hiervoor twee tot drie keer per week de fysiotherapeut. Dat biedt de fysiotherapeut de gelegenheid om de patiënt intensief te begeleiden.” In de nabije toekomst wordt, door het starten van het nieuw opgerichte Chronisch Zorgnet, deze therapie met leefstijlinterventies ook toegankelijk voor hartrevalidatie- en longpatiënten.

Meer weten? Kijk op www.claudicationet.nl. In het kenniscentrum vaatchirurgie op de website van het Slingeland Ziekenhuis vindt u ook veel informatie: vaatchirurgie.slingeland.nl.

santiz magazine • 05


Help de dokter met een goed gesprek Samen kiezen voor de behandeling die bij u past Een gesprek met de dokter. Niet iedereen gaat dat even gemakkelijk af. Want bij veel mensen roept een bezoek aan het ziekenhuis spanning op. Toch is het hebben van een goed gesprek met uw dokter nodig, om zo samen te kunnen kiezen voor een behandeling die bij u past.

In het Slingeland Ziekenhuis vinden we het belangrijk dat u als patiënt een goed gesprek heeft met uw arts of verpleegkundige. Dat u het gevoel heeft dat u alle vragen heeft kunnen stellen. Dat u duidelijke uitleg heeft gekregen. En dat er aandacht is voor wat u belangrijk vindt. Zodat u weloverwogen samen met uw dokter kunt beslissen welke behandeling of zorg het beste bij u past.

Samen keuze maken De tijd dat de dokter vooral zelf besloot wat goed was voor een patiënt, ligt ver achter ons. Tegenwoordig maken dokter en patiënt samen de keuze voor de best passende behandeling. Uiteraard brengt de dokter daarbij zijn of haar medische kennis in. De dokter bespreekt met u alle mogelijk06 • santiz magazine

heden en benoemt van iedere mogelijkheid de voor- en nadelen. Maar zo’n gesprek gaat niet vanzelf. Als patiënt speelt u hier een belangrijke rol in. Bedenk alvast thuis wat u wilt vragen en zeggen. Praat met de dokter over uw wensen, angsten en zorgen. Dat is vaak gemakkelijker gezegd dan gedaan. Gevoelens van spanning zorgen er vaak voor dat u de informatie die een dokter vertelt minder goed onthoudt. Of dat u die belangrijke vraag vergeet die je van tevoren bedacht had. Ook voelen veel patiënten een tijdsdruk om tijdens de vaak korte afspraak tot de kern te komen. We geven u graag een aantal tips die u helpen bij een goed gesprek met uw dokter.


Patiënt Harry Snel en vaatchirurg Dick Scharn: “Samen zorgvuldig alle voor- en nadelen afgewogen."

Nu opereren of wachten? Harry Snel is patiënt van vaatchirurg Dick Scharn. “Bij hem was bij toeval ontdekt dat hij een aneurysma van zijn buikslagader had”, vertelt Dick Scharn. “Dat is een verwijde slagader die kan scheuren, wat een levensbedreigende situatie is. Bij de heer Snel was op dat moment het risico nog niet zo heel groot, dus direct opereren was niet noodzakelijk.” Harry Snel vult aan: “Ik stond voor de keuze: nu alvast opereren of wachten tot het echt nodig was. In mijn geval zou het een zware operatie worden en daar kies je niet zomaar voor. Samen met dokter Scharn heb ik zorgvuldig alle voor-

en nadelen van beide keuzes afgewogen. Daar hebben we goede gesprekken over gehad, waar hij ook echt de tijd voor nam. Uiteindelijk heb ik ervoor gekozen om toch nu al te opereren. Ik ervaarde het risico van wachten als te groot.” Dick Scharn reageert: “Op medisch gebied hebben we tegenwoordig veel mogelijkheden. Er is vaak keuze uit verschillende operatietechnieken, met elk zijn voor- en nadelen. En dan kan er ook nog de keuze zijn tussen wel of niet opereren. Als chirurgen spannen wij ons in om de patiënt alle mogelijkheden uit te leggen en samen met de patiënt tot een goede keuze te komen. Een keuze die ik zelf medisch verantwoord vind en waar de patiënt zich goed bij voelt.”

Tips voor een goed gesprek Voorbereiding thuis • Vraag u af met welk doel u naar de dokter gaat: wat zou u willen dat de dokter doet? • Verwoord voor uzelf wat uw klachten, wensen of zorgen zijn. Probeer het zo kort en duidelijk mogelijk te vertellen. • Bedenk welke vragen u heeft over uw klacht of ziekte of behandeling, en schrijf deze op. Op de website www.3goedevragen.nl leest u welke vragen u kunt stellen om de informatie te krijgen die u nodig heeft. • Vraag iemand mee. Die persoon kan u helpen met vragen stellen, goed luisteren en opschrijven wat de dokter zegt. Tijdens het gesprek • Praat over uw wensen, angsten en zorgen. Verwoord dit zo bondig mogelijk. • Het kan gebeuren dat u het antwoord van de dokter niet begrijpt. Vertel dat dan aan de dokter. Dan kan de dokter u nog beter helpen. Na het gesprek • Wilt u een verslag van de dokter van het gesprek nalezen? Dat kan op Mijn Slingeland.

santiz magazine • 07


Wat beenmerg ons kan vertellen Beenmergonderzoek door het Klinisch Chemisch en Hematologisch Laboratorium Voor het aantonen van sommige ziekten is onderzoek van het beenmerg nodig. De ziekte leukemie is een bekend voorbeeld. Beenmergonderzoek wordt gedaan in het Klinisch Chemisch en Hematologisch Laboratorium van het Slingeland Ziekenhuis.

“Bij ziekten van het beenmerg is beenmergonderzoek niet alleen van belang voor de diagnose. Het is ook nodig om de juiste behandeling te kunnen kiezen. Veel beenmergziekten kunnen worden behandeld met medicatie waarmee de ziekte onder controle te houden is. De ontwikkelingen op dat gebied zijn de laatste jaren snel gegaan”, zeggen klinisch chemicus Stephan Koehorst en analist Annemarie te Pas. Ze zijn beiden werkzaam op het Klinisch Chemisch en Hematologisch Laboratorium.

We praten met hen over beenmergonderzoek, dat al sinds jaren in het Slingeland Ziekenhuis wordt gedaan. “We kunnen in ons ziekenhuis veel op het gebied van beenmergonderzoek. In een enkel geval moeten we gebruik maken van de expertise van een universitair centrum. Het beenmerg wordt dan doorgestuurd naar het Radboudumc in Nijmegen, waar men nog uitgebreidere diagnostiek kan toepassen.”

Beenmergonderzoek begint met microscopisch onderzoek. Op de foto Annemarie te Pas en Stephan Koehorst.

08 • santiz magazine


Bloedcellen Beenmerg zit vooral binnen in een aantal van onze botten. Bijvoorbeeld de ribben en enkele botten in armen en benen. Een belangrijke functie van ons beenmerg is het aanmaken van witte en rode bloedcellen. De uitslag van bloedonderzoek, gecombineerd met de klachten van een patiënt, kan aanleiding zijn om beenmergonderzoek te doen. Dit wordt dan aangevraagd door een internist-hematoloog. In ons ziekenhuis zijn dat Nail Aboosy en Esther van Bladel. “Sommige ziekten ontstaan in het beenmerg en kunnen met beenmergonderzoek worden aangetoond”, vertelt Stephan Koehorst. “Een bekend voorbeeld is leukemie, waarvan de chronische vorm veel meer voorkomt dan de acute vorm. Andere beenmergziekten zijn onder meer multipel meyeloom (ziekte van Kahler) en myelodysplastisch syndroom (MDS).”

De beoordeling is een ingewikkeld proces, waar veel specifieke kennis bij komt kijken

Bijvoorbeeld leukemie Het voert te ver om alle beenmergziekten hier in detail te bespreken. Als voorbeeld nemen we leukemie. “Bij leukemie is de aanmaak en rijping van de witte bloedcellen verstoord”, leggen Stephan Koehorst en Annemarie te Pas uit. “Witte bloedcellen zijn van levensbelang voor onze weerstand tegen infectieziekten. Onze bloedcellen worden in het beenmerg aangemaakt en rijpen daar uit. Rijpe bloedcellen worden vanuit het beenmerg afgegeven aan het bloed. Het kan gebeuren dat een witte bloedcel afwijkend gedrag gaat vertonen: bijvoorbeeld hij rijpt niet voldoende uit, maar blijft zich wel delen. Doordat

Microscopische opname van een preparaat beenmerg.

hij zich blijft delen, komen er steeds meer onrijpe ‘foute’ bloedcellen (zogeheten blasten) in het beenmerg en het bloed. Deze verdringen de ‘gezonde’ bloedcellen. Voor een goede weerstand tegen infectieziekten heb je voldoende gerijpte witte bloedcellen in je bloed nodig. Iemand met te veel onrijpe witte bloedcellen wordt zeer vatbaar voor infectieziekten. Dit noemen we leukemie, een ziekte waarvan we meerdere varianten kennen.”

Flowcytometer Voor het onderzoek neemt de internist-hematoloog een piepklein stukje beenmerg uit het borstbeen van de patiënt. Hieruit kan veel informatie worden gehaald. Annemarie te Pas legt uit hoe het onderzoek in zijn werk gaat. “Het begint met microscopisch onderzoek, waarbij we de bloedcellen uit het beenmerg nauwkeurig bekijken. Daarna gaan de cellen in een zogeheten flowcytometer. Hierin kunnen met behulp van onder meer laserlicht veel cellen stuk voor stuk worden onderzocht en beoordeeld.” Het beenmerg wordt ook beoordeeld door de patholoog, die andere technieken gebruikt. De uitkomst van het onderzoek van het laboratorium en de pathologie bepalen samen de diagnose. “Met de diagnose wordt met name bepaald in welke fase van de uitrijping van bloedcellen het misgaat”, aldus Annemarie te Pas.” Die beoordeling is een ingewikkeld proces, waar veel specifieke ervaring en kennis bij komt kijken. “In principe beoordeel je als analist nooit alleen, maar overleg je altijd met elkaar. De internist-hematoloog kijkt ook altijd mee. Het is soms echt puzzelen. Maar juist dat maakt dit werk interessant en uitdagend. En gelukkig worden de behandelmogelijkheden voor deze ziekten steeds beter.” santiz magazine • 09


La Fontaine

Huize Sonnevanck

Villa Roderlo

Wonen & Zorg

In Groenlo en Ruurlo vindt u aangepaste zorg in huiselijke sfeer in drie stijlvol gerenoveerde panden: Al meer dan 20 jaar biedt Eminent wonen en zorg in de Achterhoek. Er zijn twee locaties in Ruurlo (Villa Roderlo en La Fontaine) en een derde in Groenlo (Huize Sonnevanck). Wij bieden kleinschalige zorg, met een hoog kwaliteitsniveau van service, verzorging en verpleging in een aangename en huiselijke woonomgeving. Een team van gekwalificeerde verplegenden en verzorgenden combineert professionele 24-uurs zorg met een persoonlijke betrokkenheid bij het welzijn van de bewoners. Zo ervaart iedere bewoner in hoge mate comfort en geborgenheid.

Zorghotel bij Eminent Wonen & Zorg Ook kortdurende opvang is mogelijk, bijvoorbeeld voor herstel na een ziekenhuisopname. In samenspraak met u stellen wij een individueel plan op en betrekken de benodigde disciplines om samen me u te werken aan uw herstel. Onze kamers zijn van alle gemakken voorzien en geschikt voor herstel na een medische ingreep of wanneer het thuis (tijdelijk) niet meer gaat.

Kosten Zorghotel:

Wanneer u een verwijzing heeft van uw medisch specialist of huisarts, voor “ELV laag complex” worden de kosten voor verblijf en verpleging (grotendeels) vergoed door de zorgverzekeraar. Dit is afhankelijk van hoe u verzekerd bent. Ook kunt u het verblijf zelf bekostigen via een “zorghotel” constructie, al vanaf €124,- per dag. Voor meer informatie kunt u natuurlijk contact opnemen.

Groenloseweg 12 | 7261 AN Ruurlo | T. 0573 726 826 info@eminent-wonen.nl | www. eminent-wonen.nl “ook bereikbaar in de avond en weekend”

10 • santiz magazine

zorg in huiselijke sfeer aangepaste


Santiz Rookvrij Per 1 januari 2020 hele ziekenhuisterrein rookvrij Vanaf 1 januari 2020 is Santiz volledig rookvrij. Dat houdt in dat er op het terrein van het Slingeland Ziekenhuis en het Streekziekenhuis Koningin Beatrix niet meer gerookt mag worden. Santiz wil een gezondheidsbevorderende omgeving bieden en roken hoort daar niet bij.

Een rookvrij Santiz geldt voor iedereen die zich op het terrein van de ziekenhuizen bevindt: van medewerkers en patiënten tot bezoekers en leveranciers. Dat roken schadelijk is voor de gezondheid weten we allemaal. Bij Santiz worden we dagelijks geconfronteerd met de ernstige gevolgen van roken. Bovendien draait het in onze ziekenhuizen om gezondheid. Daar hoort roken niet bij. Gelukkig zien we dat ‘openbare rookplekken’ steeds vaker verdwijnen. Ook wij als ziekenhuis vinden het belangrijk om die stap te zetten en geven graag het goede voorbeeld. Santiz draagt zo bij een prettige, gezonde, rookvrije omgeving voor al onze patiënten, medewerkers en bezoekers.

Hulp bij stoppen met roken Santiz realiseert zich dat het voor rokende patiënten, medewerkers en bezoekers ingrijpend kan zijn dat roken op het ziekenhuisterrein niet meer mag. Mensen die willen stoppen met roken, kunnen daarbij uiteraard hulp krijgen. Dit kan bij de huisarts of via een verwijzing naar de Stoppen-met-Roken polikliniek in het ziekenhuis. Met een rookvrij Santiz dragen we bij aan een rookvrije generatie en een gezonde regio. Santiz maakt zich samen met andere organisaties uit de regio sterk voor een Rookvrije Achterhoek.

Vergoeding door zorgverzekering Als u een basispakket bij uw zorgverzekeraar hebt en wilt stoppen met roken, betaalt u per 1 januari 2020 geen eigen risico meer voor een begeleidingstraject bij gecontracteerde zorgaanbieders. Dat betekent dat stoppen met roken volledig wordt vergoed. De afgelopen jaren werden de kosten voor stoppen met roken al vergoed door de basisverzekering, maar betaalde u eerst het eigen risico. Uw huisarts kan u een verwijzing geven voor een begeleidingstraject.

santiz magazine • 11


12 • santiz magazine


Hoe tevreden zijn onze patiënten? In de afgelopen vier jaar werd het Slingeland Ziekenhuis door

Totaal aantal waarderingen op zorgkaartnederland.nl in de afgelopen vier jaar

95%

472

van de patiënten aanbevolen op zorgkaartnederland.nl

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

Gemiddeld cijfer op zorgkaartnederland.nl in de afgelopen vier jaar

8,8

8,4

Gemiddeld cijfer voor het bezoek aan het Slingeland Ziekenhuis. Bron: patiënttevredenheidsonderzoek Slingeland Ziekenhuis

96%

van de ondervraagde patiënten zou het Slingeland Ziekenhuis aanbevelen. Bron: patiënttevredenheidsonderzoek Slingeland Ziekenhuis

Een concrete verbetering Patiënten bij de polikliniek orthopedie gaven aan dat ze vaak lang moeten wachten in de wachtruimte én dat ze niet op de hoogte zijn van het moeten wachten. Naar aanleiding van deze meting zijn in de wachtkamer wachttijdenbordjes geplaatst. Hierop kunnen patiënten zien hoe lang de wachttijd per medisch specialist op dat moment is. Bron: patiënttevredenheidsonderzoek Slingeland Ziekenhuis

Ervaringen van patiënten

8,3

“Zeer tevreden over alles. Het belangrijkste is dat je zo fijn op je gemak gesteld wordt. Door zowel de arts als de assistenten.Heel vriendelijk en behulpzaam! Allemaal!” Bron: ZorgkaartNederland

9,6

“Mijn vader heeft 7,5 week in het ziekenhuis gelegen. Artsen en verpleging waren heel behulpzaam, luisterend oor, vriendelijk. Wij zijn heel tevreden.” Bron: ZorgkaartNederland

zorgvuldig wachten tijd secretaresse kamer sneller beleefd

goed

duidelijk lief top aardig

wachttijd

bezoek secretaresse ontslag toilet kinderen bezoek

Uw mening telt

eenpersoonskamer service

Wij vinden het erg belangrijk om te weten hoe u uw

vriendelijk netjes IC ouders kamer nachtrust deskundig uitleg familie respectvol MRI gehaast vervelend prettig hygiëne behandeling overzichtelijk wachtkamer privacy

verblijf efficiënt SEH drukte super gastvrouw privacy open bed badkamer

voeding

ontslag ouders

wachtkamer ontspannen zwangeren vertrouwen groen

tevreden restaurant kinderen bed gastvrij fantastisch veilig

inrichting afname

bloed-

bezoek aan het ziekenhuis heeft ervaren. U kunt uw compliment, klacht of suggestie op verschillende manieren met ons delen: • Laat uw waardering achter op zorgkaartnederland.nl. • Geef uw compliment door aan de betrokken zorgverlener, of bespreek met hem of haar uw klacht. • Maak gebruik van de suggestiekaart. • Beantwoord de vragenlijst op www.slingelandradar.nl.

Bron: patiënttevredenheidsonderzoek Slingeland Ziekenhuis santiz magazine • 13


Er zijn veel mogelijkheden om iets Polikliniek Pijnbestrijding kan merendeel patiënten verlichting bieden Het Slingeland Ziekenhuis heeft een Polikliniek Pijnbestrijding, vaak kortweg pijnpoli genoemd. Hier werken vier anesthesiologen die tevens pijnspecialist zijn. Wat kunnen deze pijnspecialisten voor mensen met pijn betekenen?

“Twee miljoen Nederlanders kampen met chronische pijn. Veel mensen blijven hier lang mee rondlopen. Ze hebben vaak al meerdere zorgverleners bezocht voor hun pijnklachten. Een deel van hen komt uiteindelijk in onze polikliniek terecht, waar wij vaak iets voor deze mensen kunnen betekenen”, zegt Tanja Heeren. Zij is één van de vier anesthesiologen-pijnspecialisten die werkzaam zijn in de Polikliniek Pijnbestrijding.

Tanja Heeren tijdens een behandeling. Zij is één van de vier anesthesiologenpijnspecialisten die werkzaam zijn in de Polikliniek Pijnbestrijding.

14

• santiz magazine

Zij werken samen met de pijnconsulenten. Dit zijn speciaal opgeleide pijnverpleegkundigen. De pijnspecialisten hebben een breed werkgebied. Dat betreft onder meer pijnbestrijding na bijvoorbeeld een operatie of ongeval, pijnbestrijding voor oncologische patiënten, en de poliklinische behandeling van patiënten met chronische pijn. Ook zijn de pijnspecialisten betrokken bij het palliatieve


aan chronische pijn te doen team (zorg voor ongeneeslijk zieken). In dit artikel richten we ons op de groep patiënten met chronische pijn.

Acute en chronische pijn Pijn kun je grofweg verdelen in twee groepen: acute (plotselinge) pijn en chronische (langdurige) pijn. “Acute pijn heeft een belangrijke functie”, legt Tanja Heeren uit. “Stel je raakt per ongeluk een gloeiendhete kachel aan. Pijn waarschuwt je dan dat je je hand meteen van de kachel moet halen. In een dergelijk geval is acute pijn een signaal dat je iets moet doen om verdere schade te voorkomen. Bij bijvoorbeeld een verstuikte enkel is pijn het signaal dat je deze enkel moet ontzien, zodat hij kan genezen.” Bij acute pijn is er doorgaans een aanwijsbare oorzaak van de pijn. Zo ook voor een aantal chronische pijnklachten, zoals bij een artrose of een hernia. “Maar voor een deel van de chronische pijnklachten is er niet altijd een verband tussen oorzaak en gevolg te vinden”, zegt Tanja Heeren. “Bij chronische pijn is vaak sprake van hypersensitisatie. Dit kun je vergelijken met een alarmsysteem dat te scherp staat afgesteld. De alarmbellen gaan, maar er is geen dief in huis en er is geen brand. De pijn wordt door de patiënt dagelijks ervaren, maar de oorzaak is niet meer terug te vinden.”

Multidisciplinair team De pijnspecialisten hebben meerdere mogelijkheden van pijnbestrijding tot hun beschikking. Maar voordat ze die toepassen, gaat de patiënt met chronische pijn eerst door een uitgebreid traject. “Bij het maken van de afspraak voor het eerste consult ontvangt de patiënt meerdere vragenlijsten”, vertelt Tanja Heeren. “Eén vragenlijst gaat specifiek over de pijnklacht. De andere vragenlijsten gaan vooral over het psychisch welbevinden van de patiënt. Van iedere patiënt worden de ingevulde vragenlijsten, samen met onze bevindingen tijdens het eerste consult, besproken in een multidisciplinair team.” In dat team zitten onder andere verschillende medisch specialisten, fysiotherapeuten, consulenten pijnbestrijding en een pijnpsycholoog. “In gezamenlijk overleg komen we tot een behandelplan, dat wij vervolgens voorleggen aan de patiënt. In veel gevallen komt de patiënt bij de Polikliniek Pijnbestrijding onder behandeling, eventueel gecombineerd met andere behandelingen. Soms volgt een ander traject.”

Tanja Heeren licht dat laatste toe. “Chronische pijn heeft eigenlijk altijd gevolgen op sociaal en psychisch vlak. Het kan ook andersom: psychische pijn die zich uit als chronische pijn. In de begeleiding van deze groep pijnpatiënten speelt binnen ons multidisciplinair team de pijnpsycholoog een belangrijke rol.”

Veel mogelijkheden “Komt de patiënt onder behandeling van de pijnspecialist, dan zijn er grofweg twee sporen”, vervolgt Tanja Heeren. “Dat zijn de invasieve (ingrijpende) behandelingen en de niet-invasieve (niet-ingrijpende) behandelingen. Invasieve pijnbestrijding betreft doorgaans injecties in het aangedane gebied. Deze behandeling wordt poliklinisch gegeven op het Operatief Dagcentrum (ODC).” Dan zijn er nog de niet-invasieve behandelingen. “Dit zijn de behandelingen waarbij niet geprikt wordt. Bijvoorbeeld iontoforese, capasicine, TENS, medicatie en acupunctuur.” Deze behandelingen staan alle uitgelegd op de website van het Slingeland Ziekenhuis. Daar vindt u uitgebreide informatie over de Polikliniek Pijnbestrijding (gebruik hiervoor de zoekfunctie). Verwijzing naar de Polikliniek Pijnbestrijding vindt plaats door de huisarts of door een medisch specialist.

Voorbeelden van chronische pijn Er zijn veel vormen van chronische pijn die door de pijnspecialisten van het Slingeland Ziekenhuis behandeld kunnen worden. “We kunnen niet vooraf garanderen of de behandeling aanslaat”, zegt Tanja Heeren. “Maar voor veel patiënten kunnen we iets betekenen. Vaak lukt het om de pijn te verminderen en de kwaliteit van leven te verhogen.” We noemen hier een aantal voorbeelden van chronische pijn waarin de pijnspecialisten iets voor patiënten kunnen betekenen. Daarbij zijn we verre van volledig, maar het geeft een indruk. Bijvoorbeeld: nek- en rugklachten, clusterhoofdpijn, zenuwpijn in handen en voeten, pijn door gordelroos, aangezichtspijn, blaaspijn, pijn in een specifieke buikzenuw, bekkenbodempijn, hernia, klachten van het bewegingsapparaat, pijn na operatie, pijn bij kanker en palliatieve pijn (ongeneeslijk zieken).

santiz magazine • 15


Heeft u goede voornemens Heeft u goede voornemens voor 2020? We waren benieuwd of patiënten en bezoekers van onze ziekenhuizen in Winterswijk en Doetinchem goede voornemens hebben. Op deze pagina’s een impressie.

Bep Vriesen

‘Iets rustiger aan gaan doen’ “Ik doe veel vrijwilligerswerk. Dat doe ik met veel plezier. Ik heb mezelf nu voorgenomen om het iets rustiger aan te gaan doen en ook in het vrijwilligerswerk een stapje terug te doen. Ik word een dagje ouder en het lopen valt me moeilijker, vooral de lange afstanden. Ik doe nu twee dagen per week vrijwilligerswerk in een verzorgingshuis. Dat blijf ik doen, maar dan ietsje minder.”

Jayden Smeitink

‘Minder naar de McDonald’s’ “Ik vind sushi het allerlekkerst, maar McDonald’s vind ik ook heel lekker. Mijn neef heeft pas zijn rijbewijs en neemt me vaak mee naar de McDonald’s. Soms wel een paar keer per week. Maar dat is toch echt te vaak. Dus vind ik zelf dat ik minder vaak moet gaan.” Of Jayden dan met het avondeten meer aardappelen en groenten gaat eten, weet zijn moeder Karlijn van Aagten nog niet. “Ik hoop van wel. We zullen het zien.”

Ralph Groot Bruinderink

‘Minder vaak naar het ziekenhuis’ “Ikzelf, mijn vrouw en ons pasgeboren zoontje zijn de afgelopen tijd heel veel in het ziekenhuis geweest. Alle drie vanwege gezondheidsproblemen. Ikzelf kampte met een darminfectie. Die is gelukkig over, maar ik moet nu nog wel herstellen. De zorg in dit ziekenhuis is uitstekend, daar zijn we erg over te spreken. Maar ik hoop dat we als gezin het komende jaar gezond en zonder problemen in gaan, met minder of geen ziekenhuisbezoek.”

16 • santiz magazine


voor 2020? Lenn

‘Meer en gezonder eten’ “Warm eten, daar houd ik niet zo van. Maar ik ga proberen om te eten wat papa en mama klaarzetten”, zegt Lenn. “Ook met brood wil ik proberen om bijvoorbeeld één boterham met pasta te eten en verder gezonde boterhammen in plaats van andersom.” Verder is Lenn gek op voetballen. “Ik vind het altijd leuker om buiten te spelen dan om binnen te gamen.” Vandaag is Lenn samen met opa in het ziekenhuis om oma te bezoeken die hier behandeld wordt.

Kayra Freriks

‘Mijn levensstijl veranderen’ “Het allerbelangrijkste is dat ik mijn man steun en blijf steunen.” Kayra’s man wordt behandeld bij GGNet. “En ervoor te zorgen dat hij er bovenop komt. Dat doe ik door altijd met hem mee te gaan als hij naar het ziekenhuis moet.” Vorig jaar is Kayra twintig kilo afgevallen. “Het wordt een uitdaging om mijn gewicht op peil te houden. Ook ga ik weer een poging doen om te stoppen met roken. Ik was er al eens vanaf en dat wil ik graag weer. Kortom, ik ga weer proberen om mijn levensstijl te veranderen en die verandering vast te houden.”

Jim Nijhoff

‘Gewoon doorgaan met ouder worden’ Vroeger was Jim Nijhoff studiomanager bij fotograaf Paul Huf. “Mijn goede voornemen is om door te gaan met ouder worden en gezond te blijven eten. Ik heb het geluk dat ik bij mijn buren aan mag schuiven om een hapje mee te eten. Bovendien fiets ik nog graag op mijn driewieler. Zo’n zeventig, tachtig kilometer per dag, dat red ik wel.” Reizen zit in zijn bloed. De 85-jarige Jim spreekt vier talen en woonde in Schotland, Frankrijk en Oost-Afrika. “En nu alweer bijna twintig jaar in Neede.”

santiz magazine • 17


De geheimen van ons microbioom Miljarden levende organismen in en op ons lichaam lijken belangrijk voor onze gezondheid

MDL-arts Frank Govaert: “Er zijn steeds meer aanwijzingen

dat het microbioom in de darmen in verband staat met

psychiatrische ziektes.”

Ons microbioom: levende organismen, waaronder bacteriën, die op en in ons lichaam wonen. De medische wetenschap ontdekt meer en meer hoe belangrijk het microbioom is voor onze gezondheid. Er valt daarin nog veel te ontdekken. MDL-arts Frank Govaert leidt ons langs enkele ontdekte geheimen van het microbioom.

Er valt veel te vertellen over het microbioom. En er is nog heel veel onbekend. Het onderzoek naar het microbioom lijkt een ontdekkingsreis waar de wetenschap nog maar net aan begonnen is. “We begrijpen nog lang niet alles”, zegt maag-darm-leverarts Frank Govaert. “Opvallend is dat er wereldwijd jaarlijks zo’n 20.000 wetenschappelijke onderzoeken 18 • santiz magazine

naar het microbioom worden gepubliceerd.” Het is niet zo dat er al meerdere bewezen effectieve behandelingen van ziektes zijn, die gebaseerd zijn op behandeling van het microbioom. Maar het zou zo maar eens kunnen dat die er wel komen. “Als MDL-artsen proberen we zo goed mogelijk op de hoogte te blijven van de ontwikkelingen op dit


gebied. Het is erg interessant wat er allemaal gebeurt”, aldus Frank Govaert. Hij geeft enkele voorbeelden van de invloed die ons microbioom heeft op onze gezondheid.

Bescherming tegen infectieziektes Wat is ons microbioom precies? Frank Govaert legt uit. “Het microbioom omvat alle micro-organismen in en op ons lichaam. Denk aan bacteriën, virussen, bacteriofagen (soort virus), schimmels en gisten. Deze bevinden zich in en op de delen van ons lichaam die in verbinding staan met de buitenwereld. Bijvoorbeeld het maag-darmstelsel, de huid, de mond en de luchtwegen. Het zijn ongelooflijk veel micro-organismen. Van alleen al bacteriën hebben we er honderd miljard in ons lichaam.” De wetenschap heeft inmiddels ontdekt dat een goed en gevarieerd microbioom ons immuunsysteem helpt bij het beschermen tegen infectieziektes. “Juist die variatie is belangrijk”, zegt Frank Govaert. “Hoe rijker je microbioom aan soorten is, hoe beter. Dat geldt zeker ook voor het microbioom in je darmen, onze darmflora. Die houd je rijk aan soorten door zo gevarieerd mogelijk te eten. Voldoende groente en fruit is erg belangrijk.”

Dikke darm Het grootste deel van ons microbioom bevindt zich in de dikke darm, waar vertering en opname van ons voedsel plaatsvindt. “Voor een goede gezondheid moeten we voldoende vezels eten”, vertelt Frank Govaert. “Ons maag-darmstelsel kan deze vezels niet verteren. In plaats daarvan worden de vezels door onze darmbacteriën gefermenteerd (een soort omzetting). Daarbij worden vetzuren geproduceerd, waaronder butyraat. Dit is een energiebron voor de darmwand. Ook wordt door de bacteriën in de dikke darm vitamine K geproduceerd, belangrijk voor de bloedstolling.” We blijven nog even bij de darmen. “Er is een sterk vermoeden dat verschillende darmziekten in verband staan met ons microbioom. Denk aan de ziekte van Crohn, colitis ulcerosa en het prikkelbare darm syndroom. Maar ook met ziektes die je niet meteen aan de darmen zou verbinden, zoals astma en diabetes. Ook obesitas (zwaarlijvigheid) lijkt in verband te staan met de darmflora.”

veel onderzoek naar gedaan worden, net als voor veel andere ziektes die in verband lijken te staan met het microbioom.” Een mooi voorbeeld van de relatie tussen hersenen en darmen is te zien bij de behandeling van het prikkelbare darm syndroom: daarbij kan hypnotherapie (gericht op het brein) bijdragen aan een afname van maag-darmklachten door het beïnvloeden van de hersen-darm as. “Bij 70 procent van deze patiënten geeft hypnotherapie verbetering”, schetst Frank Govaert.

Werking medicijnen Tot slot snijdt Frank Govaert nog een belangrijk thema aan waarin het microbioom van invloed blijkt te zijn. “Dat is de werking van medicijnen. Bijvoorbeeld bij mensen met de ziekte van Parkinson, een aandoening van het centrale zenuwstelsel. Deze patiënten maken in de hersenen te weinig dopamine aan. Dit kan deels worden opgeheven door het medicijn levodopa. Er is ontdekt dat afwijkingen in het microbioom in de dunne darm de opname van dit medicijn belemmert. Verder bestaat ook het vermoeden dat de werking van cholesterolverlagers, antidepressiva en de anticonceptiepil wordt beïnvloed door de darmflora.” Dit zijn enkele voorbeelden van wat er over ons microbioom valt te vertellen. Intussen gaat de wetenschappelijke ontdekkingsreis verder.

Psychiatrische ziektes Van de darmen gaan we naar de hersenen. Dat lijkt een grote stap, maar dat is het niet, legt Frank Govaert uit. “Darmen en hersenen zijn sterk met elkaar verbonden. In de medische wereld noemen we dit de hersen-darm-as. Er zijn steeds meer aanwijzingen dat het microbioom in de darmen, via het immuunsysteem en het zenuwstelsel van de darm, in verband staat met psychiatrische ziektes als depressie en angststoornissen. Hier moet nog

Gebruik van antibiotica kan de darmflora verstoren en

een infectie met clostridium-bacteriën veroorzaken. Soms

helpen bepaalde antibiotica hiertegen, soms ook niet.

In dat laatste geval helpt een zogeheten faeces-

transplantatie. Daarbij wordt gezonde poep (faeces) bij de

patiënt in de darmen gebracht. Dit is een bewezen

effectieve behandeling. Op de foto een microscopische

opname van aangekleurde clostridium-bacteriën (paarse

staaf-vormige bacteriën met oplichtend vlekje). santiz magazine • 19


20 • santiz magazine


Heeft u (on)verklaarbare

buikklachten? • Multidisciplinair paramedisch team • Advies en behandelplan op maat • Alleen via verwijzing medisch specialist

www.buikpijnpoli.eu

Buikpijnpoli Achterhoek Zegendijk 3B | 7136 LS Zieuwent T. 0544 - 793001

Buikpijnpoli Twente Blankenburgerstraat 37 | 7481 EA Haaksbergen T. 053 - 7920016

santiz magazine • 21


Blijven bewegen tijdens opname belangrijk Onderzoek wijst uit: tien dagen in bed liggen staat gelijk aan vijftien jaar lichamelijke achteruitgang Ouderen kunnen door langdurig in bed te liggen sterk lichamelijk achteruit gaan. Zo kan het gebeuren dat iemand op leeftijd door een ziekenhuisopname niet meer zelfstandig kan wonen. Het Slingeland Ziekenhuis wil dat zoveel mogelijk voorkomen, door opgenomen ouderen een bewegingsprogramma aan te bieden.

‘Wie ziek is, moet rusten om te herstellen.’ Dat is een traditionele gedachte, die bij veel mensen nog leeft. Maar die opvatting is inmiddels achterhaald. Natuurlijk is rust belangrijk voor herstel. Maar beweging, uiteraard verantwoord en gedoseerd, is minstens zo belangrijk. “Zeker voor ouderen”, zeggen verpleegkundig consulent geriatrie Margarita Roelofsen en fysio-

therapeut Lucia Neijenhuis. “Onderzoek heeft uitgewezen dat tien dagen in bed liggen bij ouderen gelijk staat aan vijftien jaar lichamelijke achteruitgang. Hun spiermassa neemt snel af als zij veel in bed liggen. Dat resulteert in krachtsverlies, afname van het inspanningsvermogen, slechter lichamelijk functioneren en daardoor minder zelfredzaamheid. Ook somber worden komt voor.

Fysiotherapeut Lucia Neijenhuis begeleidt de heer Lubbers op de fietstrainer.

22 • santiz magazine


voor oudere patiënten

Verpleegkundig consulent geriatrie Margarita Roelofsen in gesprek met de heer Van Hoof, om de kwetsbaarheid van deze

patiënt in beeld te krijgen.

En het dag- en nachtritme kan verstoord raken. Bovendien kost het een oudere veel tijd om het verloren krachtsverlies weer op te bouwen, als dat al lukt.” Zo kan het gebeuren dat een oudere na een ziekenhuisopname, met veel in bed liggen, niet meer zelfstandig kan wonen. “Dat willen we zoveel mogelijk voorkomen. Daarom besteden we op meerdere manieren veel aandacht aan het in beweging blijven van oudere opgenomen patiënten”, aldus Margarita Roelofsen.

Kwetsbare ouderen Ouderen kunnen op verschillende gebieden kwetsbaar zijn. Voor kwetsbare ouderen is een ziekenhuisopname belastend. Bekend is dat zo’n dertig tot vijftig procent van deze patiënten na ontslag uit het ziekenhuis op bepaalde fronten achteruit is gegaan. Het kan zijn dat ze minder goed lopen, dat het huishouden meer moeite kost of dat ze hulp nodig hebben bij zelfverzorging. Dat kan komen door de ziekte waarvoor ze zijn opgenomen, maar ook door de opname. Daarom wordt bij opname van een oudere patiënt de kwetsbaarheid goed in kaart gebracht. “We kijken dan ook hoe we op een veilige manier de

patiënt tijdens de ziekenhuisopname in beweging kunnen houden”, vertelt Margarita Roelofsen. “Daarbij leggen we aan de patiënt, en liefst ook aan zijn of haar familie, het belang van bewegen uit. Een speciale folder ondersteunt deze uitleg.” Soms is een patiënt mobiel genoeg om zelfstandig voldoende beweging te kunnen nemen. Of samen met familieleden. “Maar dat is niet altijd het geval”, vertelt Lucia Neijenhuis. “In dat geval kan de afdeling fysiotherapie de patiënt een beweegprogramma aanbieden. We hebben een aantal oefeningen beschikbaar, waaruit we de oefeningen kiezen die geschikt zijn voor de patiënt. Vervolgens instrueren we de patiënt en eventueel familie die bij de oefeningen kan helpen. Daarnaast hebben we ook vrijwilligers geriatrie, die de patiënten bij de oefeningen kunnen helpen.” Op de afdeling A2 is een beweegruimte. “Daar staat een fietstrainer die je met armen of benen kunt bedienen”, zegt Lucia Neijenhuis. “Ook daar kunnen we patiënten instrueren en laten oefenen.” Kortom, regelmatig gedoseerd en verantwoord bewegen tijdens een ziekenhuisopname kan voor een oudere een groot verschil maken. Bijvoorbeeld of iemand wel of niet na de ziekenhuisopname zelfstandig kan blijven wonen.

Filmpje op website Op de website van het Slingeland Ziekenhuis staat een filmpje waarin het belang van bewegen voor oudere patiënten wordt uitgelegd (Opname en nazorg > Opname > Bewegen tijdens uw opname). Als u bijgaande QR-code scant op uw mobiele telefoon, kunt u het filmpje direct bekijken.

santiz magazine • 23


Sterke toename oogproblemen door Wereldwijde epidemie myopie, steeds meer mensen zeer slechtziend Een zorgwekkend snel groeiend deel van de wereldbevolking is myoop oftewel bijziend. Vaak zijn myope ogen langer dan gemiddeld, waardoor ze kwetsbaarder zijn voor ernstige oogziektes. Eén op de drie mensen met een matige bijziendheid wordt hierdoor op latere leeftijd ernstig slechtziend. Overmatig beeldschermgebruik op jonge leeftijd lijkt een belangrijke oorzaak.

Een zorgwekkend snel groeiend deel van de wereldbevolking is myoop oftewel bijziend. Vaak zijn myope ogen langer dan gemiddeld, waardoor ze kwetsbaarder zijn voor ernstige oogziektes. Eén op de drie mensen met een matige bijziendheid wordt hierdoor op latere leeftijd ernstig slechtziend. Overmatig beeldschermgebruik op jonge leeftijd lijkt een belangrijke oorzaak. Iemand die bijziend is, heeft ‘min-glazen’ nodig. Wordt iemand over de jaren sterker bijziend, dus ‘steeds meer min’, dan is er sprake van myopisatie. “Het percentage myope mensen neemt wereldwijd schrikbarend snel toe”, zegt oogarts Wanda Hartstra. “In Azië is de toename het grootst. Ook in Nederland zijn de cijfers zorgwekkend. Deskundigen voorzien dat de komende decennia jaarlijks tienduizenden Nederlanders door myopisatie zeer slechtziend worden. Onderzoek naar myopisatie staat al geruime tijd over de hele wereld hoog op de agenda.”

Myopisatie Hoe zit het nu met myopisatie? Wanda Hartstra legt uit (zie ook illustratie): “In de leeftijd dat het oog nog groeit, tot je 20e à 25e, kan zich een brilsterkte ontwikkelen. In een normaal oog valt het brandpunt van het beeld dat binnenkomt via de ooglens, precies op het netvlies achterin het oog. Dat resulteert in een scherp beeld. Als het hoornvlies boller is dan normaal, of de ooglens sterker, of het oog is langer dan gemiddeld (en daarmee de oogas), dan ligt het brandpunt vóór het netvlies. Dit noemen we bijziendheid of myopie. De mate van myopie wordt uitgedrukt in een getal. Bijvoorbeeld -1 of -3 (lichte myopie). Of -5 of -8 (matige myopie). Met een ‘min-bril’ of contactlenzen kun je deze bijziendheid corrigeren.” Niets aan de hand, zou je zeggen. Want myopie is met een bril op te lossen. Dat ligt toch anders, legt Wanda Hartstra uit. “Hoe hoger de myopie, hoe langer het oog. Het oog wordt als het ware iets uitgerekt. Daardoor zijn het netvlies en de oogzenuw dunner en kwetsbaarder. Dit kan op latere leeftijd problemen geven. Myopie geeft een groter risico op onder meer glaucoom, myope maculadegeneratie 24 • santiz magazine

Oogarts Wanda Hartstra: “Het probleem wordt vooral

veroorzaakt doordat we lang achtereen naar iets kijken

wat dichtbij is.”


beeldschermgebruik

Een normaal oog. Het brandpunt van het beeld dat

Een myoop oog, dat langer is dan gemiddeld. Het

binnenkomt via de ooglens, valt precies op het netvlies

brandpunt van het beeld dat binnenkomt via de ooglens,

achterin het oog.

valt vóór het netvlies.

en netvliesloslating. Allemaal oogaandoeningen met een aanzienlijk risico op ernstige slechtziendheid of blindheid.”

Beeldschermgebruik Het lijkt zo goed als zeker dat er een verband is tussen de toename van myopisatie en beeldschermgebruik. Hoe zit dat precies? “Het gaat er niet zozeer om dat het een beeldscherm is waar we naar kijken”, legt Wanda Harstra uit. “Het probleem wordt vooral veroorzaakt doordat we lang achtereen naar iets kijken wat dichtbij is. Onze ogen lijken daar niet voor gemaakt. Hoe vaker je als kind lang achtereen dichtbij focust (je ogen scherp stelt op iets wat dichtbij is), hoe groter de kans op myopisatie.” Ook is vastgesteld dat minder vaak in de buitenlucht komen en minder zonlicht krijgen ook bijdragen aan myopisatie. “Hoe deze factoren de oogaslengte beïnvloeden, is nog niet helemaal opgehelderd. Maar dat er een sterk verband is, is zeker”, aldus Wanda Harstra. Artsen bij consultatiebureaus en schoolartsen zijn altijd zeer alert op mogelijke refractie-afwijkingen (afwijkingen waarvoor brilcorrectie nodig is).

Kinderen bij wie zij dit vermoeden, worden verwezen naar de oogarts. “Deze kinderen worden dan eerst onderzocht door één van onze orthoptisten. En daarna door de oogarts”, vertelt Wanda Hartstra.

Behandeling Stel een kind heeft myopie. Is er dan een behandeling mogelijk? “We kunnen de myopie niet ongedaan maken. Wel kunnen we de myopisatie afremmen”, antwoordt Wanda Hartstra. “Kinderen met myopie krijgen bijvoorbeeld leefstijl-adviezen (zie kader). Ook worden atropine-oogdruppels in een lage dosering voorgeschreven, die ze jarenlang dagelijks gebruiken. Atropine vermindert het nabij-focussen (dichtbij scherpstellen).” De kinderen hebben dan voor het lezen vaak een leesbril nodig. Bij zonnig weer buiten hebben ze sneller behoefte aan een zonnebril, omdat hun pupillen soms niet goed kleiner worden bij fel licht. “Deze ongemakken worden vaak goed verdragen”, weet Wanda Hartstra. “En de risico’s van myopisatie zijn zo duidelijk, dat we onze patiënten zo goed mogelijk voor de behandeling gemotiveerd proberen te houden.”

Voorkom myopie bij uw kind Myopie ontstaat bij kinderen en jongvolwassenen. Dit kunt u doen om myopie bij uw kind te voorkomen: • Probeer de tijd dat uw kind naar een beeldscherm dichtbij kijkt (smartphone, tablet, computer), zoveel mogelijk te beperken. Dat geldt ook voor het langdurig achtereen boeken lezen. • Hanteer de 20-20-2 regel. Dat betekent: (1) na iedere 20 minuten naar iets gekeken te hebben dat dichtbij is, minstens 20 seconden ver weg kijken, en (2) iedere dag minstens twee uur naar buiten. • Over die minstens twee uur naar buiten: onze ogen hebben daglicht en buitenlucht nodig om gezond en sterk te blijven. Dit geldt zeker voor ogen die nog in de groei zijn. Ogen die te weinig daglicht en frisse lucht krijgen, gaan in gezondheid achteruit.

santiz magazine • 25


Hoe verder met blijvend hersenletsel? Zozijn - Op Pad helpt je weer grip op je leven te krijgen. Bel voor een vrijblijvend gesprek of bezoek onze website:

• www.zozijn.nl/nah • 088 - 575 3000

Op Pad

26 • santiz magazine


EN WIJ HOUD VAN OGEN

Raadhuisstraat 71 - Doetinchem - 0314 326839

santiz magazine • 27


De Gelderse Pruikenmaker - Meer dan 25 jaar ervaring - Behandeling in privéruimte - Onzichtbare haarstukken, geheel aan te passen aan uw eigen haar - Complete vergoeding zorgverzekeraar

Bel 0314 -354321 voor GRATIS informatie en vrijblijvend advies

“Gewoon jezelf kunnen zijn” DE STAP NAAR HET DRAGEN VAN EEN PRUIK BIJ HAARVERLIES IS GROOT. De Gelderse Pruikenmaker erkent de ingrijpende, emotionele situatie en neemt de tijd voor klanten. “Veel mensen worden onzeker als ze hun haar verliezen. Met goed haarwerk probeer ik hen een stukje zelfvertrouwen terug te geven. Dat begint met goed te luisteren naar iemands verhaal en te kijken naar iemands stijl, leeftijd en persoonlijkheid. Daarbij streef ik ernaar om iemand met een pruik er zo mooi en natuurlijk mogelijk uit te laten zien. Ik help u graag”, Hans Houwer.

DE GELDERSE PRUIKENMAKER ONDERDEEL VAN MARDI KAPPERS

professioneel en persoonlijk Houtkampstraat 33, 7001 ED Doetinchem E-mail info@mardikappers.nl www.degeldersepruikenmaker.nl


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.