Eindverslag
Project 0 -13
Bibliotheek ’s-Hertogenbosch
Inhoud
Woord vooraf
5
Project 0-13: Waarom lezen zo belangrijk is
7
De schoolBiEB: Van concept naar uitvoering
9
Leesbevordering: Van kast naar inhoud
21
Vervolgprojecten
27
Resultaten na vier jaar
31
Resultaten Verandervisie
36
Fotografie: Els Danen Tekst en vormgeving: Caroline Boogaard
4
Woord vooraf Eind 2007 presenteerden wij ons beleidsplan voor de periode 2008-2012; de Verandervisie. In dit plan leggen we de basis voor de schoolBiEBs, we kiezen voor lezers en voor kinderen als beginnende lezers. In 2008 werd dit plan in de gemeenteraad unaniem vastgesteld. Het jaar daarop kwam ook de financiering rond toen de gemeenteraad 1,7 miljoen euro voor het project ter beschikking stelde. Meest gehoorde opmerking? ‘Dat jullie dat niet eerder hebben gedaan!’ Wat misschien wel de grootste verandering in het bestaan van deze bibliotheek is, lijkt – en is - zo logisch dat niemand er tegen kan zijn. Inmiddels zijn we al bijna gewend aan het enorme succes van het schoolBiEB-project. Dit eindverslag maakt nog eens duidelijk hoe groot de verandering is en hoe belangrijk de bijdrage die wij daarmee leveren aan de kinderen van onze stad. Wij zijn veel dank verschuldigd aan de wethouders die in ons geloofden, de gemeenteraad die dit mogelijk maakte, onze Raad van Toezicht die ons steeds heeft geholpen en gesterkt en vooral aan al die vrijwilligers, leerkrachten, schoolbestuurders en kinderen van deze stad! Zonder hen was dit niet tot stand gekomen.
Hans Derks, directeur
5
6
Project 0-13: Waarom lezen zo belangrijk is Start In 2007 is de bibliotheek begonnen met een grondige analyse van de eigen prestaties en van het klantengedrag. Het traject resulteerde in de Verandervisie en de uitwerking van vier formules voor een toekomstbestendige bibliotheek. In deze visie worden accenten gelegd op zogeheten ‘echte’ lezers en op kinderen als beginnende lezers. Kinderen hebben leeservaring nodig om te kunnen opgroeien tot zelfstandig functionerende volwassenen. Kinderen die meer lezen, lezen beter en zijn beter in taal. Kinderen die meer lezen presteren beter gedurende hun hele schoolcarriere, krijgen betere banen en zijn meer in staat om zich te handhaven in de maatschappij. “De bibliotheek legt de nadruk op kinderen in de leeftijdsgroep van 0 tot 13 jaar, en op de kern van huidige gebruikers: de geïnteresseerde lezers. Ze richt zich dus in het bijzonder op de nieuwe aanwas van lezers én op het behoud en de versterking van het segment van reeds lezende Bosschenaren.” Op 16 december 2008 werd het beleidsplan ‘Verandervisie’ van de bibliotheek en de ‘Uitwerking verandervisie’ door de gemeenteraad van ’s-Hertogenbosch unaniem omarmd en vastgesteld.
Belang van Taalontwikkeling Het belang van lezen door kinderen wordt ook landelijk erkend. In het voorjaar van 2008 schreef toenmalig minister Plasterk (OCW) aan de Tweede Kamer: “Over het enorme belang van lezen bestaat geen discussie. Lezen is een onmisbare vaardigheid in de samenleving.” Dit luidde het begin in van het landelijk leesbevorderingsprogramma Kunst van Lezen, bedoeld om kinderen al vanaf jonge leeftijd in contact te brengen met lezen en literatuur. De Vereniging van Openbare Bibliotheken in Nederland (VOB) en Stichting Lezen kregen van het ministerie van OCW de opdracht Kunst van Lezen te coördineren. In de brochure ‘Lezen meten’ van Kunst van Lezen staat het belangrijkste doel van een SchoolBiEB duidelijk omschreven: “De bibliotheek is er in de eerste plaats om de (taal)ontwikkeling van kinderen te bevorderen. Dat gebeurt door op scholen een leescultuur te stimuleren die niet gekoppeld is aan tijdelijke projecten, maar die integraal onderdeel is van de dagelijkse lespraktijk. Leesbevordering als structurele routine.”
Onlangs (in 2014) werd opnieuw het belang van taalontwikkeling onderstreept. Wetenschappelijk onderzoek bewijst dat investeren in de ontwikkeling van jonge kinderen van groot belang is. Een goede basis maakt een wereld van verschil voor onze economie en maatschappij, meent Prof. dr. Jelle Jolles, hoogleraar Neuropsychologie aan de Vrije Universiteit van Amsterdam in het artikel De basis voor een blije tiener, (NRC , 6 september 2014): “Taalontwikkeling is veel meer dan woordjes en grammatica. Door middel van taal stimuleer je de verbeelding van kinderen. Het begint al vroeg met voorlezen en kinderen laten bedenken hoe het verhaal verder zou kunnen gaan. Mentale voorstellingen kunnen maken, verbanden kunnen leggen, divergent denken - het zijn allemaal capaciteiten die je als tiener en als volwassene ook heel hard nodig hebt.” Schrijver Philip Huff verwijst in een lezing voor de Universiteit Leiden (november 2014) naar Canadees onderzoek dat aantoont “dat zowel kinderen als volwassenen die vaak fictie lezen andere mensen beter lijken te begrijpen”. Dit effect wordt ‘cognitieve empathie’ genoemd.
Visie op lezen Het belang van lezen is dus groot. Goede taalontwikkeling, mediawijsheid en een uitgebreide woordenschat bieden kinderen meer en betere kansen in onze samenleving. Onze visie op lezen heeft als uitgangspunt dat plezier in lezen het belangrijkste is om van kinderen goede lezers te maken. Uitgangspunt bij de samenwerking met de scholen is dan ook het vergroten van leesplezier bij kinderen. Scholen geven veel aandacht aan begrijpend en technisch lezen, dat zijn ook de resultaatgebieden waarop zij getoetst worden. De bibliotheek wil door middel van een aantrekkelijke collectie en ondersteuning aan het team door de leesconsulent werken aan het vergroten van het plezier in lezen. De combinatie van aandacht voor techniek en aandacht voor plezier moet vervolgens garant staan voor het verbeteren van de resultaten bij de leerlingen. De BiEB kan het plezier in lezen vergroten door een mooie collectie boeken dicht bij kinderen te brengen, door kinderen te helpen bij het kiezen van mooi boek dat bij hen past en het praten over boeken te stimuleren, door aan te sluiten bij programma’s op school met leesbevorderende activiteiten, door (inspiratie)bijeenkomsten met het team te organiseren en workshops te geven aan team en kinderen, en door het volgen van resultaten en met het team interventies te bedenken om waar nodig de resultaten te verbeteren.
7
8
De schoolBiEB: Van concept naar uitvoering
Doelstellingen van de schoolBiEB worden als volgt geformuleerd: Ten eerste is dat de realisatie van een op maat gesneden en voor kinderen aantrekkelijke collectie op alle basisscholen in de gemeente ‘s-Hertogenbosch, die de scholen kunnen betrekken in het onderwijsprogramma en die vrij toegankelijk is voor de kinderen. Ten tweede de intensivering en de uitbreiding van activiteiten in samenwerking met de school met het doel om bij te dragen aan het leesplezier en aan de leesprestaties van de betreffende kinderpopulatie 0 tot 13.
Nieuwe bibliotheekformules Kinderen van 0 tot 13 worden vanuit de huidige vestigingsstructuur van de bibliotheek onvoldoende bereikt. Het bezoek aan de bibliotheek is lang niet voor alle kinderen vanzelfsprekend. Als we kiezen voor leesbevordering zal de bibliotheek naar de kinderen toe moeten komen. Wie effect en efficiency wil combineren kiest daarom voor de school als bibliotheeklocatie. Om dat te realiseren zijn in vier jaar tijd in alle basisscholen schoolBiEBs geopend. Overeenkomstig de Verandervisie worden vier bibliotheekvestigingen in de wijken gesloten en de functie van de stadsBiEBs centrum en Rosmalen wordt versterkt. Volgens de oorspronkelijke plannen worden in de Brede Scholen zogeheten buurtBiEBs ingericht met een servicepunt voor volwassenen om tegemoet te komen aan behoeften van de minder mobiele lezers.
• • • •
Uit de Verandervisie volgen vier formules voor de bibliotheek van de toekomst:
SchoolBiEB: de bibliotheek binnen het basisonderwijs BuurtBiEB: een schoolBiEB inclusief een servicepunt voor de buurt StadsBiEB: de topbibliotheken in Rosmalen (reeds gerealiseerd) en de nieuw te bouwen bibliotheek op het GZG-terrein WebBiEB: een nieuwe interactieve website in samenhang met de landelijke digitale bibliotheek en diensten aan huis
Onder druk van de gemeentelijke bezuinigingen worden de BuurtBiEBs later uit de plannen geschrapt.
SchoolBiEB als concept De bibliotheek ziet leesbevordering en stimulering van het leesplezier als essentieel onderdeel van het taalbeleid, de school is vooral gericht op technisch lezen en bereiken van een bepaald leesniveau. School en bibliotheek zoeken binnen de schoolBiEB samen naar een goede match tussen deze invalshoeken.
• • • • • • • • • •
9
Projectresultaten van de schoolBiEB zijn:
Een stadbrede schoolcollectie in beheer van de bibliotheek die elk jaar wordt aangevuld en vernieuwd. Een structurele basis voor samenwerking met alle basisscholen op het gebied van leesbevordering in een of meerdere schoolBiEB-overleggen met leescoördinatoren van alle basisscholen. Beknopt bestaat het concept SchoolBiEB uit de volgende onderdelen:
Een collectie van de bibliotheek van 5 boeken per kind in de school, in speciaal daarvoor ontworpen kasten 2 boeken per kind naar de achtergrondcollectie De bibliotheek plaatst 1 selfserviceapparaat in elke school 4 uur ondersteuning vanuit de bibliotheek door de leesconsulent De Bibliotheek biedt de leescoördinatoren scholing aan School stelt ruimte beschikbaar School benoemt een leescoördinator School betaalt een bijdrage per kind aan de bibliotheek
De pilot De introductie van schoolBiEBs heeft natuurlijk ook consequenties voor het onderwijs. Op alle basisscholen in de gemeente ’s-Hertogenbosch zijn gesprekken gevoerd met de directie. De belangrijkste conclusie is dat de meeste scholen enthousiast zijn over de plannen en graag willen meewerken: hoe eerder een schoolBiEB hoe beter. In het overgrote deel van de scholen kan bovendien probleemloos een schoolBiEB worden gerealiseerd. In overleg met de bovenschoolse directies van ATO en Signum is de bibliotheek gestart met een pilot voor een schoolBiEB op een van de schoollocaties. Op 20 mei 2009 is in Basisschool De Springplank de eerste schoolBiEB volgens het nieuwe concept geopend. Deze pilot dient twee doelen. De ervaringen met de inrichting en facilitering van een schoolBiEB
die worden opgedaan op deze locatie wil de bibliotheek gebruiken bij de voorbereidingen voor de volgende schoolBiEBs. Het onderwijsveld kan in een vroegtijdig stadium beleven wat de schoolBiEB concreet voor hen kan betekenen. In de tweede fase van de pilot, die is gestart vanaf de opening, is ervaring opgedaan met de invulling van het inhoudelijke concept. De leesconsulent van de bibliotheek fungeerde hier in feite als kwartiermaker voor de volgende te ontwikkelen schoolBiEBs. Dit gebeurde in nauwe samenwerking met de leescoördinator van de school. In het voorjaar van 2010 zijn de ervaringen en resultaten uit de pilot geïnventariseerd en verwerkt in een evaluatie die samen met een lijst van actiepunten en de aanbevelingen gebruikt is als basis voor de verdere uitrol van het project. Belangrijkste uitkomst is dat binnen de school de bibliotheek een bereik van bijna 100% heeft. De reacties van leerkrachten, kinderen en ouders zijn zeer positief. De kennis die is opgedaan in deze pilotsituatie met onder meer de rol van leesconsulent, de leesbevorderingsprojecten en het bibliotheekgebruik door de kinderen, wordt ingezet bij de implementatie van andere schoolBiEB’s. Een van de aanbevelingen is de ontwikkeling van een wetenschappelijke monitor om het effect van een schoolBiEB binnen de school te volgen.
Implementatieplan Exploitatieberekeningen wezen uit dat de invoering van ruim 40 schoolBiEBs en acht buurtBiEBs in plaats van de huidige vestigingen per saldo tot een neutraal exploitatiebeeld konden leiden. Onderzoek en verkennende gesprekken met betrokken partijen resulteerden in 2009 in een implementatieplan. Het implementatieplan gaat uit van 43 schoolBiEBs en 7 buurtBiEBs in Brede Bossche Scholen van 100 vierkante meter. Deze nieuwe structuur vervangt geleidelijk de huidige vestigingen De Schans, De Biechten, De Rompert en Helftheuvel. Vanwege de gemeentelijke bezuinigingen worden de BuurtBiEBs vervangen door schoolBiEBs. In 2010 start bibliotheek Den Bosch met de implementatie van de schoolBiEB’s.
Convenant en uitvoering Op woensdag 14 juli 2010 is in de stadsbibliotheek de samenwerking rondom het concept schoolBiEB officieel bekrachtigd. Vier partijen ondertekenden het ‘Convenant schoolBiEB’, te weten Bibliotheek
’s-Hertogenbosch (als initiatiefnemer) en de drie overkoepelende besturen van de basisscholen; Stichting Algemeen Toegankelijk Onderwijs ’s-Hertogenbosch (ATO), Schoolbestuur Signum ’s-Hertogenbosch en Stichting De Leijestroom Vught. Hiermee verbinden alle partijen zich officieel aan de genoemde afspraken. Vervolgens zijn van 2010 tot 2013 met alle individuele scholen binnen het regulier onderwijs afspraken gemaakt om de schoolBiEB te implementeren. Dat betekende dat binnen vier jaar voor 50 scholen een collectie samengesteld en uitleenklaar gemaakt moet worden, kasten besteld, selfserviceapparaten aangeschaft en leesconsulenten aangesteld, als voorwaarden om de samenwerking invulling te geven en de leerkrachten te ondersteunen. Scholen stellen gratis ruimte ter beschikking en benoemen een leescoördinator. Met het openen van een schoolBiEB ontstaat er een zeer intensieve samenwerking tussen de basisscholen en Bibliotheek ’s-Hertogenbosch. In de eerste contacten met de directie van de school zijn de verwachtingen en mogelijkheden besproken en worden er duidelijke afspraken gemaakt. Per school is gekeken naar de verschillende onderdelen zoals collectie, plaatsing kasten, werving vrijwilligers, rooster voor de kinderen, ondersteuning team en dergeliljke. Al deze onderdelen zijn aangepast aan de specifieke wensen van de school.
Projectorganisatie bibliotheek Om het project vorm te geven en uit te voeren heeft de bibliotheek een projectteam 0-13 samengesteld met diverse functies en expertises. Het projectteam kan uitgebreid worden, afhankelijk van de fase waarin het project zich bevindt. Zo zijn ook de manager AFB, de systeembeheerder, de P&O functionaris en de manager Onderzoek & Ontwikkeling nauw betrokken bij het verloop van het project. Daarnaast zijn een of meerdere collectioneurs met specialisatie Jeugd bezig met collectievorming op maat voor iedere school. De boeken worden besteld en uitleenklaar gemaakt door de afdeling Mediaverwerking van de bibliotheek.
10
11
Team leesconsulenten en leescoördinatoren In 2010 is ook gestart met het samenstellen van het team van leesconsulenten. Aanvankelijk begonnen met één pionierende leesconsulent bestond het team eind 2013 uit negen leesconsulenten. Werving werd zowel intern als extern gedaan. Nieuwe leesconsulenten krijgen een intensieve scholing van zes weken. De verschillende achtergronden en specifieke kennis die leesconsulenten meebrengen zijn van grote waarde binnen het team. Mede daardoor kunnen ze de uitdaging van dit nieuwe werk met elkaar goed aan.
“Ik hoor van veel ouders tijdens de 10-minutengesprekken dat ze van hun kinderen horen dat de bieb zo leuk is. Kinderen vertellen thuis dat ze op school hele leuke boeken van de bieb kunnen kiezen.” - Tobias, leerkracht groep 5 LW Beekmanschool
Vrijwilligers Om de schoolBiEB goed te kunnen beheren is de hulp van vrijwilligers hard nodig. Meestal zijn het ouders die zich hiervoor opgeven. Zij worden door de bibliotheek opgeleid en begeleid zodat zij zo zelfstandig mogelijk kunnen werken. Vrijwilligers hebben een uitgebreide instructie gekregen waarin de praktische zaken zoals het uitlenen en innemen van boeken, maar ook het begeleiden van leerlingen bij de keuze van een boek aan de orde kwamen. Daarmee wordt het werk voor hen ook inhoudelijk interessant. In totaliteit zijn er ruim 300 vrijwilligers betrokken bij de schoolBiEB. Vrijwilligers krijgen een gratis BiEBpas en de bibliotheek organiseert jaarlijks een vrijwilligersontbijt, wat in 2013 is vervangen door de gezamenlijke nieuwjaarsborrel van de bibliotheek. Hiermee wil de BiEB deze onmisbare groep mensen graag bedanken voor hun inzet.
De leesconsulenten werken 4 uur per school. Scholen met twee locaties krijgen 6 uur ondersteuning. Met de gemeente is voor de BBS-en een speciale afspraak gemaakt waardoor een BBS 7 uur ondersteuning krijgt van de leesconsulent. Gemiddeld hebben leesconsulenten zes scholen onder hun hoede. Eind 2013 is het team aangevuld met één Boekstartconsulent vanwege het inmiddels in opdracht van de gemeente ook gestarte VVE traject. “Ik werk voor zeven scholen op negen locaties: “Elke week ben ik een een aantal uren op iedere locatie aanwezig. De werkzaamheden zijn heel divers, dat maakt dit werk voor mij zo aantrekkelijk. Het is ook intensief want je bent voortdurend aan het schakelen tussen rollen, aan leerlingen geef ik workshops en boekpresentaties, voor het team verzorg ik een bijdrage over leesbevordering op een studiemiddag, ik overleg met de leescoördinator, begeleid vrijwilligers, neem deel aan een werkgroep dyslexie, help met het opzetten van een boekenkring en beantwoord vragen die leerkrachten via e-mail stellen. Dit doet een groot beroep op je flexibiliteit en maakt het werk zeer afwisselend.” - Leesconsulent Rinske Tuinstra School benoemt een van de leerkrachten tot leescoördinator. Samen vormen leesconsulent en leescoördinator het team dat de leesbevordering binnen de school initieert en aanstuurt. Om de leescoördinator hier meer voor uit te rusten biedt de bibliotheek de cursus Open Boek aan. Een cursus die veel leescoördinatoren als zeer inspirerend ervaren. Belangrijk onderdeel van deze cursus is het maken van een leesplan per school. De cursus wordt afgesloten met een certificaat.
Alle kinderen lid Alle kinderen worden (gratis) lid van de bibliotheek. Op school hebben ze één Biebpas waarmee ze boeken kunnen lenen. Met een tweede Biebpas kunnen kinderen boeken lenen bij een van de twee stadsBiEBs.
“Omdat ouders betrokken zijn bij de schoolBiEB als vrijwilliger, creëer je hiermee tastbaar bewijs dat de kinderen lezen daadwerkelijk leuk vinden en dankbaar gebruik maken van de BiEB. Dit draag je als vrijwilliger natuurlijk ook uit naar andere ouders.” - Vrijwilliger Groote Wielen
Collectie Op elke school wordt een boekrijke omgeving voor de leerlingen geschapen. Elke schoolBiEB heeft een vaste collectie, die voor alle kinderen wat te bieden heeft. De collectie is de kern van een schoolBiEB en vormt de basis waarop activiteiten worden georganiseerd. Deze wordt daarom met zorg samengesteld door de bibliotheek. De collectie sluit aan bij de wensen van de school en het type onderwijs. Veel scholen beschikten over een eigen bibliotheekvoorziening of een collectie boeken. Deze wordt eerst gesaneerd door de bibliotheek. De scholen ontvangen van de bieb een collectie van 5 boeken per kind in de school, verdeeld over diverse leeftijden. Daarnaast wordt een achtergrondcollectie samengesteld van 2 boeken per kind. Boeken die niet in de schoolBiEB aanwezig zijn kunnen worden aangevraagd bij de jeugdbibliotheek. De transportdienst van de bibliotheek regelt het bezorgen en weer ophalen van de boeken op de school.
12
In een collectie worden standaard een selectie van de bekroonde boeken opgenomen (Griffels), een selectie van de tiplijst van de Kinderjury en alle genomineerde en bekroonde boeken van deze jury, prentenboeken van het jaar, leespluimen etc. Leesmethodes worden niet meegenomen in de collectie, wel eerste leesboekjes die een aanvulling vormen op de leesmethodes. De collectie mag echter niet statisch zijn en wordt daarom regelmatig vernieuwd en aangevuld. Het jaarlijks groei- en afschrijfpercentage is vastgesteld op 10%. “Voor een aantal kinderen is de weg naar de bieb nu makkelijker. Veel kinderen in deze buurt waren al wel lid van de bieb. Voordat de bieb op school was, was het boekenbestand “ouwe meuk”. Dit is voor de kinderen veel aantrekkelijker. Het up-to-date houden dat de bieb nu doet is prettig. Er wordt meer gelezen maar dit komt ook doordat wij nu in ons programma leestijd plannen.” - Chaira, Sparrenbos “Vroeger hadden we alleen een boekenkastje. Daar zaten altijd oude boeken in, die vaak kapot waren. Nu hebben we hele leuke boeken voor alle leeftijden. De kleuters kunnen nu ook prentenboeken en de boeken lenen die de juffrouw voorleest. Maar ook voor de bovenbouw zijn er nu leuke en nieuwe boeken. De moeders die in de schoolbieb werken doen het voor niets. Ze zijn erg enthousiast. De schoolbieb werkt het hetzelfde als een normale bieb met lenen, verlengen en inleveren. Alle kinderen zijn erg tevreden en vinden het erg leuk. Er wordt nu veel meer gelezen door alle leuke, spannende en interessante boeken!!”. - Loes en Stefan, 8B, KC De Troubadour
(Thema)collecties Scholen zullen aan het reguliere aanbod dat zo ontstaat echter niet altijd genoeg hebben. Door intensiever contact tussen bibliotheek en scholen is er meer vraag ontstaan vanuit de scholen. Zeker is dat ook de vraag naar themacollecties fors zal toenemen. Daarom bouwt de bibliotheek een gezamenlijke achtergrondcollectie op van 2 boeken per kind. Hieruit worden themacollecties voor projecten samengesteld. In 2014 zijn er door leerkrachten 1.600 themacollecties aangevraagd. “Een aantal leraren haalt ook boeken om in de klas om voor te lezen, ze zijn ook erg enthousiast over het kunnen reserveren en lenen van themacollecties.”. - Oberon
13
Catalogusinstructie Leerlingen uit de midden- en bovenbouw en leerkrachten krijgen instructie zodat ze zelfstandig boeken kunnen zoeken en reserveren. Om het uitlenen/innemen en het zoeken/reserveren van boeken in de bibliotheekcatalogus (Bicat) mogelijk te maken, zorgt de bibliotheek voor apparatuur en meubilair. Voor dataverkeer wordt het netwerk van de school gebruikt.
Inrichting en huisstijl De school stelt een geschikte ruimte beschikbaar, de bibliotheek zorgt voor de inrichting. De ruimte moet zich op een goed toegankelijke locatie binnen de school bevinden waar de kinderen gemakkelijk kunnen komen. Om een schoolBiEB in te richten zijn boekenkasten, meubilair voor het uitleenpunt en een boekenkar nodig. Ook heeft de leesconsulent een werkplek nodig. Voor de inrichting worden speciaal door de bibliotheek aangeschafte en in vrolijke huisstijl vormgegeven boekenkasten geplaatst. Deze kasten zijn verrijdbaar en afsluitbaar om de ruimte multifunctioneel te houden.
Opening Aan de opening van een schoolBiEB wordt veel aandacht besteed. Bij elke opening hoort een inspiratiemoment voor de leerkrachten en een feestje voor de leerlingen. Omdat het een feestje van de hele school is doet de directeur het openingswoord. Voor de kinderen is er onder meer een boekenleggerwedstrijd, een voorstelling van het KW1C en leerlingen uit groep 8 brengen BiEBmascotte Siep tot leven door in het speciale Siep-pak te kruipen. “Het valt mij op dat elke week alle kinderen naar de schoolBiEB komen en dat er niet één kind bij is dat een weekje over slaat. Er ontstaat een soort sneeuwbaleffect met het concept van de schoolBiEB. Kinderen die moeite hebben met lezen of lezen niet leuk vinden worden doordat hun klasgenoten naar de schoolBiEB gaan extra gestimuleerd om boeken te lenen. Dit vergroot hun leesplezier vele malen.” - Vrijwilligers Groote Wielen/Wittering
14
Communicatie Met de realisatie van deze schoolBiEBs is er een intensievere samenwerking met het primair onderwijs ontstaan, die ook tot uitdrukking komt in de communicatie. De digitale nieuwsbrief ‘Lezen is leuk’ van de bibliotheek is speciaal voor leerkrachten en heeft een make-over ondergaan. Eind 2011 een structureel communicatiebeleid voor de vele vrijwilligers van de schoolBiEBs ontwikkeld. Ouders ontvingen een brief van de bibliotheek als er op de school van hun kind(eren) een schoolBiEB wordt geopend en kunnen zich opgeven als vrijwilliger. Om het lezen nog leuker te maken heeft de bibliotheek in 2011 Siep geïntroduceerd. Siep is getekend door illustratrice Marijke van Veldhoven. Siep is een enthousiaste, vrolijke kikker die veel van lezen houdt. Siep staat op alle pr-uitingen, posters en banieren, op de website, op de transportbus, geeft boekentips en is ‘live’ aanwezig bij openingen van schoolbiebs. Siep stimuleert kinderen tot lezen en benadrukt de meerwaarde van een levendige fantasie. De bedoeling is om Siep te laten uitgroeien tot een herkenbare leesmascotte voor kinderen. Met steun van de Rabobank kon de bibliotheek in 2013 (het Jaar van het Voorlezen) ook handpoppen van Siep laten maken.
Bibliotheek 2-daagse Onze nieuwe bibliotheekformule kreeg ook landelijk steeds meer aandacht, niet alleen bij vakgenoten maar ook onder gemeenten en onderwijsorganisaties. Tijdens de eerste Bibliotheek 2-daagse, een landelijk congres voor kennisdeling op 9 en 10 december 2010 in Maastricht, kreeg de workshop geheel gewijd aan de Bossche schoolBiEB formule van bezoekers van het symposium de hoogste waardering. Voor deze parallelsessie ‘Kunst van Lezen: strategisch netwerken in Leesbevordering’ waren aanwezig Adriaan Langendonk (projectleider Kunst van Lezen), Hans Derks (directeur Bibliotheek Den Bosch), Rodney Weterings (Wethouder van Cultuur), Titus Hoedemaker (Bestuur Stichting ATO scholenkring), Marleen Kieft (Onderzoeker Oberon), Lea Kessels (projectleider Bibliotheek op de basisschool; Kunst van Lezen) en Thomas van Dalen als voorzitter/gespreksleider. Wethouder Weterings pleitte onder de titel ‘De Bieb deugt’ voor intensieve samenwerking en benadrukte het belang van een veranderingsgezinde houding van de netwerkpartners, om tot effectieve verandering te komen en van de bibliotheek een toekomstbestendige voorziening te maken. Hans Derks belichtte in ‘Van beleidsplan naar Verandervisie’ de casus van Den Bosch vanuit het bibliotheekstandpunt: Wanneer je wilt veranderen moet je ook traditionele standpunten durven loslaten. Titus Hoedemaker benadrukte hoe belangrijk het visiedocument vanuit de bibliotheek was om mee te willen werken. Na de gunstige resultaten van de pilot lijkt er draagvlak voor een grote uitrol binnen de stad. De leesconsulent vanuit de bieb blijkt heel waardevol, vooral in samenwerking met de leescoördinator vanuit de school.
Symposium Vanwege de vele positieve reacties op de Bibliotheek 2-daagse heeft de bibliotheek in samenwerking met Kunst van Lezen een vervolg hierop georganiseerd. Op 21 april 2011 vond een drukbezocht symposium over de schoolBiEB plaats in de Verkadefabriek om de landelijke bibliotheekbranche te informeren over onze nieuwe, succesvolle bibliotheekformule. De belangstelling in den lande voor de schoolBiEBs volgens ‘het Bossche model’ bleek opnieuw groot.
15
Planning en realisatie Na een voortvarende start in 2010 lag de implementatie van de schoolBiEBs in 2011 al voor op de initiële planningen. In 32 scholen was inmiddels een schoolBiEB geopend, waarvan 19 in 2011. Oorspronkelijk zouden er in 2011 minder schooolBiEBs geopend worden. Verzoeken van scholen om vervroegd te openen zijn echter zoveel mogelijk door de bibliotheek gehonoreerd. Soms was dat om praktische redenen als een verbouwing of verhuizing, soms ook omdat er behoefte was aan extra taalondersteuning. Enkele scholen zijn door de Onderwijsinspectie beoordeeld als zwak tot zeer zwak op het gebied van taal. Extra ondersteuning bij leesbevordering en taalonderwijs was op deze scholen dus zeer welkom. De bibliotheek heeft hierin haar verantwoordelijkheid genomen en de opening van deze schoolBiEBs vervroegd van 2013 naar 2011. De versnelde openingen waren mede mogelijk door de strakke organisatie. In de praktijk bleek dat het geclusterd openen van schoolBiEBs (dus vier á zeven tegelijk) efficiënter werkte dan het afzonderlijk openen van schoolBiEBs verspreid over het jaar. Door gebruik te maken van de ruimte en mogelijkheden van de nieuwe opslaglocatie van de bibliotheek ‘De Kleine Elst’ kon de uitlevering goed voorbereid worden. Kasten werden gevuld met boeken aan de scholen geleverd en het uitleenmeubel werd vooraf volledig geïnstalleerd en vervolgens geplaatst. Doordat de implementatie zo vlot is verlopen kan het werk zich vanaf 2013 geheel richten op leesbevordering.
Voorbereidingen symposium ‘Van kast naar inhoud’ in 2014 Eind 2013 waren de voorbereidingen voor het symposium ‘Van kast naar inhoud’ op 23 april 2014 in de Verkadefabriek in volle gang. De feestelijke bijeenkomst vormde het slotstuk van een meerjarig project waarbij op alle Bossche basisscholen een schoolBiEB is geopend. Tevens is op die middag het startschot gegeven voor verdieping en verdere doorontwikkeling van de schoolbiebformule. Directies en leerkrachten van de basisscholen en andere betrokkenen zijn tijdens het programma geïnformeerd over en geïnspireerd door onderzoeken, ideeën en tips rondom leesplezier en leesbevordering bij kinderen. Nu de kasten staan is de volgende logische stap om de inhoud daarvan, de boeken, optimaal te benutten en via leesbevorderingsprogramma’s te integreren in het taalonderwijs.
Tijdens het symposium ‘Van kast naar inhoud’ zijn diverse mogelijkheden voor deze gewenste verdieping behandeld. De bibliotheek had twee gastsprekers uitgenodigd die zich gespecialiseerd hebben in het onderzoek naar leesplezier bij kinderen. Dr. Suzanne Mol heeft onder andere aangetoond dat lezende kinderen het maatschappelijk beter doen. Dr. Thoni Houtveen vertaalt wetenschappelijke kennis naar leesprogramma’s voor scholen. Zij pleitte voor een focus van de leerkracht op leesmotivatie in plaats van op leesmoeilijkheden. Daarnaast zijn voorbeelden uit de praktijk besproken die met succes het plezier in lezen bij kinderen hebben weten te vergroten. Deelnemers aan het symposium werden uitgenodigd om gezamenlijk nieuwe vormen van leesbevordering te ontwikkelen.
16
Gesprek met Jack van der Dungen, manager BBS Nieuw Zuid, 2013 Hoe waardevol is de schoolBiEB binnen uw school? “Binnen onze BBS is taalontwikkeling/leesbevordering een heel belangrijk speerpunt. De schoolBiEB speelt hierin een cruciale rol. Zowel voor de peuters, als de basisschool en alles wat daarna komt. De schoolBiEB neemt een markante en mooie plek in binnen de BBS, waarbinnen een exploratieve en uitdagende lees-en leeromgeving is aangebracht. Zo is de schoolBiEB een plek waar kinderen worden geprikkeld om tot lezen en spelen te komen. Het uitlenen en de servicegerichtheid naar school en ouders is hierbij een voorwaarde om tot bovenstaande te komen. Daarnaast zie ik graag dat de schoolBiEB een plek is voor vrijwilligers om van een voorliefde voor lezen en het begeleiden van kinderen een vrijwilligerstaak te maken. Ook dit is een speerpunt van onze BBS, het zoveel mogelijk laten participeren van wijkbewoners.” Merkt u een verschil in de school van vroeger zonder schoolBiEB en de school van nu met een schoolBiEB? “Vanuit mijn ervaring als leerkracht en directeur durf ik de schoolBiEBs van vroeger wel te kwalificeren als een zooitje! Chaos en ongeordend waardoor kinderen volstrekt niet in staat waren een boek naar keuze te vinden. Het aanbod was minimaal, niveaus stonden door elkaar en al met al werkte het niet heel stimulerend. Soms trof je een goede biebouder die er nog wat van probeerde te maken. Dit had consequenties voor het leesgedrag, het leesniveau en het leesplezier. Met de opzet van nu is er een prachtig, actueel aanbod, het is goed geordend, kinderen vinden nu onder begeleiding wel de juiste weg naar het boek. Echter, een volledig goed toegeruste schoolBiEB is niet voldoende. De vrijwilliger en de leesconsulent zijn essentieel en onontbeerlijk voor het succes! Er worden nu activiteiten rond het boek georganiseerd. Er is een jaarplan met betrekking tot leesbeleving. De interactie tussen school en bieb is leidend en essentieel.” Is de school betrokken bij de schoolBiEB? “Ja, heel duidelijk. Er is een werkgroep leesbevordering actief, bestaande uit twee mensen van het kindcentrum, de leesconsulent en ik zelf. We werken samen aan uitvoering en implementatie van leesbevorderingsactiviteiten en houden daarbij de speerpunten van de BBS en het plan van wijkaanpak goed in het oog. Dit is een hele prettige en vruchtbare samenwerking. Ik ben heel tevreden over de samenwerking met de leesconsulent. Zij is voor mij een hele belangrijke en volwaardige partner. Samen met de vrijwilligers van de schoolBiEB.”
17
18
Wendy Konijnendijk, projectmanager 0-13 Als projectteam kregen we vier jaar de tijd om in meer dan 50 basisscholen een schoolBiEB te realiseren. Samen gingen we in 2010 voortvarend van start. Op 28 mei kon dan ook al de eerste officiële schoolBiEB in basisschool Sterrenbosch geopend worden. Een vrij grote school aan de rand van de Maaspoort. Een heel bijzondere en gelukkig feestelijke, maar ook spannende ervaring. Spannend omdat alles nieuw was, voor de school maar ook voor ons. Hoe reageren de kinderen, hoe reageren de leerkrachten? Veel vragen waar we het antwoord nog op moesten vinden. De tweede opening nog voor de zomervakantie was de gezamenlijke schoolBiEB van Jeroen Bosch en De Vlieger. Samen goed voor bijna 700 leerlingen. Met acht kasten is deze schoolBiEB nog steeds een van de grootste. De derde schoolBiEB, geopend op 7 juli, was juist de kleinste die we ooit zouden openen, namelijk die van basisschool Kruisstraat met bijna 70 leerlingen. Eind 2010 waren al 11 schoolBiEBs geopend en drie leesconsulenten aan het werk. Inmiddels wisten we uit ervaring ook in grote lijnen de antwoorden op de vragen die we nog hadden bij de eerste openingen. Een mooie en snelle start. Van 1 naar meer dan 50 schoolBiEBs. In 50 scholen met allemaal hun eigen specifieke wensen en ideeën bij de realisatie van hun schoolBiEB. Van teams die met open armen klaar stonden tot teams die zich aanvankelijk nog wat afwachtender opstelden. Maar het mooie was, dat op alle scholen waar we een paar maanden na de installatie van een schoolBiEB gingen praten over de voortgang, we van elke directeur de reactie kregen “Het is fantastisch, kinderen lezen veel meer dan voordat we een schoolBiEB hadden”. Ook hoorden we vaak “Het ziet er zo mooi uit, van de oude boeken die we zelf hadden en waar we niets meer mee deden naar deze mooie kasten met een mooie nieuwe collectie”.
19
20
Leesbevordering: van kast naar inhoud Belang van leesplezier Onze visie op lezen heeft als uitgangspunt dat plezier in lezen het belangrijkst is om van kinderen goede lezers te maken. Als basis voor het vergroten van leesplezier gebruiken we de leescirkel van Chambers. Centraal in de cirkel van Chambers staat de helpende volwassene. Dat is dan ook de rol die de leesconsulent, leescoordinator hebben en ook de rol die zij overdragen op het team van de school. De kennis van de leesconsulent over de inhoud van de collectie is van cruciaal belang. Bij alles wat de leesconsulent met de school organiseert staat de collectie centraal. Naast het kiezen van boeken, vervolgens het lezen van daarvan is praten over boeken de belangrijkste manier om kinderen te leren hun ervaringen met verhalen te verwerken.
Leescoördinatoren krijgen ter voorbereiding op de nieuwe taak scholing aangeboden, voor hen organiseert de bibliotheek de cursus Open Boek. In deze cursus leren de leescoördinatoren de vele mogelijkheden van de schoolBiEB benutten en inzetten binnen hun school. In het onderwijs wordt vaak sterk gewerkt vanuit methodes en ligt bij leren lezen de nadruk op de techniek en begrijpend lezen. Deze cursus wil het belang laten zien van leesmotivatie en leesbeleving en leerkrachten hiervoor enthousiast maken. Als kinderen lezen leuk vinden zijn ze immers meer gemotiveerd om de techniek te oefenen. Na afloop van de cursus gaan leescoördinator en leesconsulent samen het leesplan uitvoeren dat tijdens de cursus is geschreven. Omdat leescoördinatoren niet alleen voor hun eigen klas een plan maken maar een schakelfunctie hebben naar hun schoolteam is de cursus extra belangrijk. Aanvankelijk werd de cursus verzorgd door leesbevorderingsexpert Jos Walta. Vanuit de bibliotheek is een cursus voor opleiders gevolgd zodat de bibliotheek in het vervolg zelf de Open Boek cursus aan scholen kan aanbieden. In het kader van de pilot Leesbevorderingsnetwerk van Kunst van Lezen ontving de BiEB subsidie om in april 2010 een startmanifestatie te organiseren voorafgaand aan de cursus Open Boek. Onder de titel ‘En de groeten van groep 8’ verzorgde kinderboekenschrijver en oud-leraar Jacques Vriens als gastspreker een inspirerende middag voor alle scholen.
Leesplan
Leesconsulenten van de bibliotheek zijn het belangrijkste instrument voor leesbevordering. Zij onderhouden het contact met de leescoördinator van school, initiëren leesbevorderende activiteiten, ondersteunen het team, geven instructies en workshops, organiseren de dagelijkse gang van zaken in de schoolBiEB. Samen met de leescoördinator maken ze jaarlijks een leesplan. Voor leesconsulenten is het erg belangrijk dat zij zelf goed op de hoogte blijven op het gebied van leesbevordering. Daarom organiseert de BiEB regelmatig scholingsbijeenkomsten en bezoeken diverse leesconsulenten verschillende studiedagen.
Leescoördinator en de leesconsulent leggen jaarlijks in het leesplan vast welke activiteiten zij komend schooljaar willen ondernemen op het gebied van leesbevordering en voeren die uit. Ze inventariseren en spelen in op de vraag van de leerkrachten en de situatie op de school. De mate waarin een school leesbevordering kan oppakken is immers verschillend. Sommige zijn nog in de beginfase, andere zijn verder gevorderd. In het leesplan zijn ook algemene punten opgenomen als visie en doel, de stand van zaken rondom leesmethodes, aandacht voor leesbevordering, taken en dergelijke. Actiepunten worden jaarlijks opnieuw vastgesteld. Hiervoor worden ook de evaluaties en uitkomsten uit de monitor gebruikt. Het plan is zeker niet statisch en kan gedurende het schooljaar worden bijgesteld als daar behoefte aan is.
21
Inspiratiemomenten Om leesbeleving binnen school een structuur te geven vonden er ter voorbereiding op de opening van een schoolBiEB inspiratiebijeenkomsten voor leerkrachten plaats. De leesconsulent ging in op de mogelijkheden van de schoolBiEB, en gastspreker Jos Walta vertelde over leesbeleving en gaf tips voor de inzet van boeken in het (leesbevorderings-) onderwijs. Voor de organisatie hiervan werd er vanuit het gemeentelijk taalbeleid subsidie toegekend. Omdat deze in 2011 is vervallen werd de expertise van de gastspreker ingezet om het team 0-13 te trainen zodat ze de inspiratiemomenten zelf konden uitvoeren.
Boekenkring In 2013 is de Boekenkring geïntroduceerd. De boekenkring is gebaseerd op de leescirkel van Chambers en is de verbindende werkvorm binnen leesbevordering. Een boek wordt onder de aandacht gebracht om te stimuleren dat anderen het ook gaan lezen. Om de presentatie niet te formeel te maken zitten kinderen en leerkrachten in een kring. Door de functie van de boekenkring te koppelen aan boekpromotie, leesvaardigheden en aan verdieping van de beleving of de interesse, worden werkvormen met elkaar verbonden. Boekpromotie is de belangrijkste functie en kinderen zijn voor elkaar de beste boekpromoters. Een tweede functie is het laten zien van vaardigheden als presenteren, voorlezen, vertellen, declameren, toelichten en discussiëren. De derde functie gaat om verdieping van kennis door een mondelinge presentatie en verdieping van de beleving door te praten over het boek. De boekenkring wordt afgesloten met het maken van afspraken over vervolgactiviteiten. Leerkrachten leren van de leesconsulenten hoe ze een boekenkring op kunnen zetten en uitvoeren. Om dit goed vorm en inhoud te kunnen geven hebben de leesconsulenten vooraf een cursus bij Jos Walta gevolgd. Voor leerkrachten is dit een heel nieuwe manier om met boeken, en met name vanuit de inhoud van de boeken, te werken. “Een hele verfrissende en nieuwe manier voor boekbesprekingen. Met als resultaat veel meer betrokkenheid van leerlingen en leerkracht. De geleende biebboeken dienen een extra doel en gaan van kind tot kind. Door de afwisselende werkvormen en opdrachten kun je iedere week op een andere manier bezig zijn met het boek, de inhoud, de vorm of de schrijver.” - Een van de leesconsulenten
Taal-lees-schrijfproject: Groeileesboek ‘Kik is op Mik’ is de titel van het Groeileesboek dat speciaal is ontwikkeld binnen het Taal-lees-schrijfproject waaraan alle scholen van Den Bosch hebben deelgenomen. Groeileesboek is een project van de Bibliotheek ’s-Hertogenbosch en de Stichting Schoolbesturen Primair Onderwijs ’s-Hertogenbosch, mede mogelijk gemaakt met gemeentelijke subsidie in het kader van het Taalbeleid ’s-Hertogenbosch. In 2012 is gestart met het Groeileesboek en in 2013 is het verder ontwikkeld met de ervaringen van de pilot. De tekst is van Sietske Mol, naar een idee van Mieke Smits en de illustraties zijn van Sarike van Wijgerden. Om ideeën en ervaringen op te halen zijn de makers in de conceptfase in gesprek gegaan met kinderen van groep 4 van Basisscholen Jeroen Bosch en De Madelief. Het Groeileesboek is bedoeld voor groep 3 en biedt kinderen meer variatie en diepgang bij leesoefeningen. Traditioneel is een eerste leesboek ingericht op technisch lezen, voor de BiEB ligt er de uitdaging om hier al de link naar leesbeleving en leesbegrip tot stand te brengen. Het boek combineert technisch oefenen met begrip én beleving en vormt zo een uniek eerste leesboek voor groep 3. Zo worden in het boek pictogrammen gebruikt voor woorden die de kinderen nog niet kunnen lezen. Dankzij deze picto’s kunnen ze meteen oefenen met moeilijkere teksten. Het boek maakt ook gebruik van de verhoogde kennis die leerkrachten in Den Bosch hebben dankzij de bijscholing in het Taalleesschrijfproject. Er zijn meer werkvormen toegevoegd die de beleving extra stimuleren. De schilderijen van Jeroen Bosch vormen de inspiratiebron voor de figuren in ‘Kik is op Mik’. Op verzoek van de gemeente is de bibliotheek in gesprek gegaan met het Jeroen Bosch Art Centre. Het streven is om ‘Kik is op Mik’ in 2016, het Jeroen Bosch Jaar, in gedrukte vorm aan te bieden aan alle basisscholen in ‘s-Hertogenbosch. Ondertussen is er een tweede deel in de maak, dat geheel digitaal wordt uitgevoerd en geschikt is als vervolgleesboek voor Groep 3.
22
23
Workshops door leesconsulenten
• • • • • • • • • • • • • •
Leesconsulenten verzorgen rondom leesbevordering diverse workshops, afhankelijk van de behoeften van een school. In 2013 zijn aangeboden: Workshops voor kinderen: Hulp bij boekkeuze (geschikt voor alle groepen) ‘Een werkstuk of spreekbeurt, maar dan anders’ (bovenbouw) Voorlezen door bovenbouw aan onderbouw ‘Voorlezen voor deelnemers van de Voorleeswedstrijd’ (bovenbouw) Portal en catalogusgebruik bibliotheek(bovenbouw) Boekpromotie (bovenbouw) Leerlingen komen helpen in de bieb (bovenbouw) Gedichten (Groep 3-8) Workshops voor leerkrachten/ Laat je lezen:
Informatieboeken, maar dan anders! ‘Hoe start ik een Boekenkring’ ‘Laat je lezen’-moment voor het team betreffende leesbevordering in je klas en de inzet van themacollecties ‘Tips en trucs bij themacollecties’ Inspiratiemomenten eerste en tweede bezoek scholen Spreekbeurten, maar dan anders Werken met prentenboeken in de midden- en bovenbouw Workshops voor ouders:
• Workshop voorlezen
Workshops voor vrijwilligers:
• Instructie Boekadvies • Bovenbouwleerlingen helpen in de bieb
Jaarlijkse evaluatie Om de resultaten van de schoolBiEB te kunnen volgen worden verschillende gegevens gebruikt. Zo zijn er de uitleengegevens van alle scholen, per school, per groep en op individueel niveau. Enkele keren per jaar bespreken leesconsulent en leescoördinator de resultaten met elkaar. Omdat van alle schoolBiEBs deze gegevens bekend zijn kunnen scholen daarmee zichzelf ook vergelijken met andere scholen. Jaarlijks vindt een evaluatiegesprek plaats met de directie van de school, de leescoördinator, leesconsulent en manager 0-13. Tijdens dit gesprek wordt gekeken hoe de samenwerking verloopt. Van beide kanten kunnen knelpunten en successen gedeeld worden. Met elkaar wordt
gekeken naar oplossingen en deze worden als actiepunten benoemd voor het komend schooljaar. Om ook de niet concreet meetbare resultaten zichtbaar te maken en te kunnen monitoren is in 2013 (met inzet van subsidie) aan Cubiss opdracht gegeven een format te ontwikkelen voor deze gesprekken, het zogeheten ‘Bibliotheek in kaart’. De basis voor de gesprekken wordt gevormd door de drie fases die betrekking op de resultaatsgebieden Faciliteiten, Collectie en Samenwerking. Voor deze gebieden zijn doelen en meetindicatoren benoemd, die gaande het proces verschuiven van beheer naar inhoud. In de eerste fase zijn ze vooral gericht op beheer en het opbouwen van de relatie. In fase 2 wordt hier expertise aan toegevoegd. In fase 3 is de schoolBiEB geaccepteerd en geïntegreerd onderdeel van het onderwijs op school. Ook de rol van de projectmanager en de leesconsulent op deze vier terreinen is beschreven. Het werken met een format maakt het makkelijker om elk jaar volgens een vast stramien in gesprek te gaan over zaken als de samenwerking met het team, ondersteuning en betrokkenheid vanuit de schooldirectie, ouderparticipatie, beschikbaarheid leescoördinator, inhoud en toegankelijkheid collectie. Op zich zijn dit heel belangrijke zaken omdat ze met name gaan over de inhoudelijke aspecten van samenwerking. In het format kunnen er actiepunten aan verbonden worden om de samenwerking verder te verbeteren.
Landelijke monitor Een van de aanbevelingen uit de pilot was het ontwikkelen van een wetenschappelijke monitor die jaarlijks resultaten kan meten. De schoolmonitor is een door ‘de Bilbiotheek op School’ (dBoS) landelijk ontwikkeld wetenschappelijk instrument om de maatschappelijke meerwaarde van schoolBiEBs zichtbaar te maken en de effectiviteit van de samenwerking te bevorderen. Voor de monitor worden gegevens verzameld rond de leesattitude op de school en van de kinderen. Gekeken wordt naar leesmotivatie, leesgedrag, ouderbetrokkenheid, leengedrag en leesvoorkeuren. In 2012 deed al een kwart van de scholen hieraan mee, in 2013 hebben 45 scholen de monitor ingevuld. De resultaten worden in april 2014 geanalyseerd. Na analyse per school kan het schoolleesplan voor het volgende schooljaar inhoudelijk aangepast worden. Scholen kunnen zichzelf ook vergelijken met andere scholen in Nederland.
24
“Het is moeilijk om nu al te zeggen dat dankzij de schoolBiEB de leesresultaten zijn verbeterd. Daarentegen kunnen we wel duidelijk stellen dat de schoolBiEB, samen met de verschillende leesbevorderingsactiviteiten, een duidelijke en positieve bijdrage levert aan het plezier in en de motivatie tot lezen.” - Henk van Tartwijk, KC De Troubadour
Overleg en netwerken Overleg vindt plaats op diverse niveaus en in wisselende samenstellingen. Regelmatig organiseren leesconsulent en leescoördinator een overleg. Op de agenda staan dan met name de zaken die op de school spelen en die voor de school van belang zijn. Leesbevordering, beheer bibliotheek, contact team en vrijwilligers zijn dan ook gesprekspunten. Ook wordt met elkaar gekeken of de actiepunten en doelen die met elkaar gesteld zijn gerealiseerd gaan worden. De structurele samenwerking met het onderwijs krijgt ook vorm in het Netwerk Leesbevordering dat in december 2009 is opgericht op initiatief van de bibliotheek. Het netwerk fungeert als ontmoetingspunt voor leescoördinatoren en wordt aangestuurd door de beleidsmedewerker van de bibliotheek, daarbij ondersteund door twee leesconsulenten. Het netwerk biedt ruimte voor inhoudelijke verdieping. Er wordt gewerkt aan structureel leesbevorderingsbeleid en kennisdeling. Leesconsulenten werken (bijna) altijd op locatie buiten de bibliotheek. Regelmatig overleg over opgedane ervaringen is dan ook belangrijk. Daarom is vanaf 2013 structureel overleg ingepland. Naast het delen van ervaringen uit de praktijk (intercollegiale intervisie) worden deze overleggen ook gebruikt om kennis te verkrijgen over actuele zaken. Vanaf 2013 is er ook aandacht voor overleg en afstemming tussen leesconsulenten en de jeugdspecialisten van de beide StadsBiEBs.
Activiteiten JeugdBiEBs Er is een goed contact tussen leesconsulenten en jeugdbibliothecarissen. Zij zorgen samen voor afstemming in collectie en activiteiten. Ook in de bibliotheekvestigingen worden jaarlijks diverse activiteiten georganiseerd voor kinderen van verschillende leeftijden, om het belang van lezen onder de aandacht te brengen en het plezier in lezen te stimuleren.
• • • •
Enkele voorbeelden:
BoekStart is een landelijk geïnitieerd project dat ouders laat zien hoe je kinderen al op heel jonge leeftijd met boekjes in aanraking kunt brengen. De Nationale Voorleesdagen vormen jaarlijks een belangrijk moment om leesbevordering onder jonge kinderen onder de aandacht te brengen. De BiEB besteedt hier veel aandacht aan. Op diverse locaties, scholen en peuterspeelzalen wordt er voorgelezen door bekende Bosschenaren. Landelijke activiteiten zoals de Kinderboekenweek zijn een bron van inspiratie en leesplezier voor kinderen en leerkrachten De bibliotheek organiseert jaarlijks de Kinderboekenmarkt, met boekpak- ketten, lesbrieven en gastsprekers om leerkrachten te inspireren voor de Kinderboekenweek
25
26
Vervolgprojecten
Aangepast lezen Medio 2013 is gestart met het project Aangepast Lezen. Dit project is geïnitieerd door SIOB en Kunst van Lezen om te onderzoeken wat de speciale behoeften zijn van moeilijk lezende kinderen. Uit ervaring weten we dat 15% van de kinderen speciale ondersteuning nodig hebben om van boeken te leren genieten. Om duidelijk te krijgen met welke materialen de SchoolBiEB aangevuld moet worden om ook deze kinderen plezier in lezen te geven is in september 2013 het project Makkelijk Lezen gestart. De bibliotheek heeft een projectmedewerker aangesteld en er zijn twee scholen bereid gevonden om als pilotschool te fungeren, De Aquamarijn en de school voor speciaal onderwijs De Sprankel. In 2013 is met name ingezet op de voorbereiding van dit project. Met de twee scholen zijn afspraken gemaakt over de vorm en inhoud van de samenwerking. Speciale materialen zoals daisy-roms, daisy-spelers, inlogcodes voor superboek en Joleo zijn besteld. Voor de deelnemende scholen, kinderen, leerkrachten en hun ouders zijn vragenlijsten opgesteld zodat een begin- en eindmeting uitgevoerd kan worden. Hierdoor zijn alle randvoorwaarden aanwezig om vanaf 2014 te starten met de praktische uitvoering van dit project.
Speciaal onderwijs In 2013 was het daadwerkelijk zover dat in alle scholen voor regulier basisonderwijs de SchoolBiEB geïmplementeerd was en er binnen deze vorm van onderwijs geen feestelijke openingen meer gepland stonden. Maar als vervolg daarop is al wel gestart met de samenwerking met het speciaal onderwijs. De plannen kregen extra vaart door de nieuwbouw van drie scholen, de Mytylschool, de Herman Broerenschool en Het Overpad. Bijzonder resultaat hiervan was de feestelijke opening van drie SchoolBiEBs binnen het speciaal onderwijs op 2 september 2013. Drie scholen in prachtige mooie nieuwe gebouwen waarbij van het begin af aan door de scholen rekening was gehouden met ruimte speciaal voor de SchoolBiEB. De betrokkenheid van de directies met de schoolBiEB is enorm. Binnen het team wordt de schoolBiEB verwelkomd als een nieuwe partner waarmee goed samengewerkt kan worden. Nog tijdens de zomervakantie is instructie aan teams gegeven zodat na de vakantie direct gestart kon worden met het uitlenen van de materialen. Kinderen maken al goed gebruik van de schoolBiEB. De andere vorm waarin het onderwijs op deze scholen plaatsvindt vraagt ook om een andere benadering van leesbevordering. De eerste leesconsulent die binnen het speciaal onderwijs werkzaam is oriënteert zich op deze aanpak. “Het vergroot de belevingswereld van onze leerlingen. Het sluit aan bij onze manier van werken, stukjes van de echte wereld worden in de school gehaald. Dit verrijkt de ontwikkeling van de leerlingen niet alleen op taalkundig gebied, maar ook hun totale ontwikkeling. Het gaat om meer dan alleen het boek!” - Linza van Aerle, leescoordinator Herman Broereschool; “Ik vind het gewoon leuk dat de bieb er is, dan kunnen we tenminste boekjes lezen! Ik lees graag uit de serie ‘Zo werken machines’ en dan vooral de boeken over de vrachtwagens en de auto’s.” - Jan van Os, leerling uit L8a, Herman Broereschool; “Heel leuke lessen gegeven over de verschillende soorten gedichten. Veel gedichten voorgedragen waar de kinderen van genoten. Daarna zijn ze ook zelf aan de slag gegaan met gedichten schrijven.” Leesconsulent over Week van de poëzie.
Biebsearch voor Jeroen Bosch De intensieve samenwerking in het basisonderwijs krijgt een vervolg in het voortgezet onderwijs. Het Jeroen Bosch College en de Bibliotheek ’s-Hertogenbosch zijn in september 2013 een samenwerking aangegaan, in het bijzonder met betrekking tot Biebsearch. Biebsearch is een eigentijds samenwerkingsverband tussen scholen voor Voortgezet Onderwijs en bibliotheken. Door Biebsearch komen kwalitatieve informatie en materialen binnen direct handbereik van leerlingen, docenten en onderwijsondersteunend personeel.
• • •
Het inrichten en afnemen van de Biebsearch dienst, verzorgd door Bibliotheek ’s-Hertogenbosch, paste in de ambitie van het Jeroen Bosch College om haar eigen mediatheek te saneren en te vervangen door de modernere, uitgebreidere mogelijkheden die de bibliotheek kan bieden. Via de Elektronische Leeromgeving (ELO) van de school kunnen digitale bronnen direct worden geraadpleegd en fysieke materialen besteld. In september is de eerste fase van het project uitgerold:
Ruim 1.100 leerlingen en docenten hebben een bibliotheekpas uitgereikt gekregen en een training gehad; Op school is een afhaal-/inleverloket ingericht; De vervoersdienst van en naar de school is georganiseerd;
27
• De aquabrowser zoekmachine, waarmee de leerlingen door bibliotheek- collecties kunnen zoeken, is ingericht. Sinds de lancering zijn er in 2013 ruim 1.200 titels besteld en uitgeleend. In 2014 gaat de Bibliotheek ’s-Hertogenbosch het Jeroen Bosch College verder ondersteunen bij speciale aanvragen en aansluiten bij schoolthema’s. Daarvoor is een VO-consulent door de bibliotheek aangesteld. Samen met het Jeroen Bosch College worden activiteiten op het vlak van leesbevordering en informatie- en mediavaardigheden ontwikkeld.
BoekStart op VVE-locaties In opdracht van de gemeente is Bibliotheek ’s-Hertogenbosch in 2013 gestart met uitbreiding van het SchoolBiEB-concept voor de doelgroep 0-4 jarigen. Deze dienstverlening heeft de naam BoekStart gekregen, daarmee aansluitend bij de al bestaande dienstverlening voor deze doelgroep. BoekStart is een geïntegreerd aanbod van activiteiten, collectie en scholing gericht op kinderen van 0 tot 4 jaar, hun ouders en de professionals (pedagogisch medewerkers) die met deze kinderen en ouders werken. Om budgettaire redenen richt de uitbreiding zich in eerste instantie op de VVE-locaties in Brede Bossche Scholen. Dit zijn de Kindcentra (KC) die volgens de gemeente en het VVE-beleid gelden als prioritaire gebieden. In 2013 is een pilot die uitgevoerd op BBS Aan de Aa. Met de ervaringen die hier zijn opgedaan wordt in 2014 het project verder uitgerold op de andere VVE-locaties in de gemeente. De bibliotheek heeft met de directies van de verschillende instanties contact opgenomen om het project inhoudelijk toe te lichten en gezamenlijk af te stemmen. Opvallend was het enthousiasme waarmee deze dienstverlening zowel door de directies als door de pedagogische medewerkers is ontvangen. Om dit hele traject goed te laten verlopen heeft de bibliotheek een projectleider aangesteld. Vanaf september was zij voor dit project 20 uur per week werkzaam. De eerste BoekStart-medewerker (vergelijkbaar met de leesconsulent) is vanaf oktober 2013 werkzaam. Al eerder voerde de bibliotheek op eigen initiatief een onderzoek uit naar de raakvlakken tussen het schoolBiEB-concept en het VVE beleid van de gemeente. In 2011 is deze verkenning aangevuld met een pilot ‘BoekStart in de kinderopvang’. De uitvoering van deze pilot maakt eens te meer duidelijk dat samenwerking, coaching en het vergroten van ouderbetrokkenheid belangrijke, zo niet bepalende, succesfactoren zijn.
De doelgroep vergt in dat opzicht een andere en meer intensieve aanpak dan de doelgroep 4-12 jarigen. Duidelijk is dat de meerwaarde van de bibliotheek vooral ligt in een breed aanbod waarvan ook deskundigheidbevordering van pedagogisch medewerkers op VVE-locaties deel uitmaakt. Pedagogisch medewerkers kunnen zo worden gestimuleerd tot een effectievere inzet van voorleesactiviteiten en -materialen voor kinderen en hun ouders. Met VVE-locaties, gemeente en Compas 0-13 is de inhoud van de scholing afgestemd. Deze omvat de workshops ‘Lezen met baby’s’, ‘Lezen met dreumesen’ en ‘Lezen met peuters’. De opleiding tot voorleescoördinator gaat in januari 2014 van start.
28
29
30
Resultaten na vier jaar Ontwikkeling 0 - 13 van 2009 t/m 2013 Scholen met schoolBiEB Leerlingen lid
Uitleningen schoolBiEBs
Gemiddeld aantal boeken per leerling
GemiddeldĂ&#x; aantal uitleningen per boek Uitleningen achtergrondcollectie
31 (pilot) 2009
Totaal uitleningen volwassenen/jeugd Aantal leescoĂśrdinatoren Aantal leesconsulten Collectie-omvang
Achtergrondcollectie
* incl. collecties nog in opbouw
425.961
.
48
263
4.349
9.324
13.327
4.482
39.664
164.228
333.511
. . .
Totaal jeugduitleningen alle biebs
.
35
Totaal aantal leden
53
18
.
Totaal jeugdleden t/m 14 jaar bieb
groei in % 2009-2013
2
Uitleningen spelmaterialen Themacollecties geleend
(start) 2010 2011 2012 2013
.
11
15.300 28
.
18
26
2,53
4,13
6.611
12.056
15.060
4,51
1.763
4.315
5.062
6.747
.
.
.
. . .
.
.
.
1.600
.
13.542
13.021
21.147
24.206
25.576
89%
33.500
35.584
39.103
40.410
41.214
23%
338.302
310.073
427.804
568.197
649.448
92%
923.848
868.956
960.596
1.055.124
1.095.726
19%
.
.
.
.
69
.
9
.
94.494
.
.
.
.
.
3.026
* 38.045
64.845
82.052
17.448
14.448
.
.
20.956
.
Vier jaar na de start Al snel na de opening van de eerste schoolBiEBs zijn de effecten ervan te zien. Het totale aantal uitleningen in 2010 bedroeg ruim 34.500. Elke leerling heeft gemiddeld 11 boeken geleend. Dat is een heel goed resultaat, vooral omdat veel schoolBiEBs pas in de tweede helft van het jaar zijn geopend. Als we de uitleningen van alle schoolBiEBs vanaf juli optellen bij het totaal aantal jeugduitleningen in die periode gedaan bij de bibliotheekvestigingen, dan is al in het eerste jaar een stijging van 7% te zien ten opzichte van het totale aantal jeugduitleningen in dezelfde maanden het jaar daarvoor. Na vier jaar blijkt het aantal uitleningen door de jeugd ieders verwachtingen ruim te overtreffen. Alle kinderen leenden in 2013 boeken via de schoolBiEB, maar daarnaast leenden zij ook nog eens 223.487 materialen bij de beide stadsBiEBs. In totaal zijn de uitleencijfers onder de jeugd bijna verdubbeld! Concrete resultaten van de SchoolBiEB zijn ook terug te vinden in het aantal uitleningen per kind. Deze cijfers zijn dan ook in 2013 op drie momenten vastgesteld zodat het verloop van de uitleningen met de scholen gevolgd kon worden. Als streefcijfer is benoemd 20 uitleningen per schooljaar per kind. In het schooljaar 2012/2013 leenden kinderen ruim meer dan verwacht: gemiddeld 26 boeken. Daarnaast is een ander belangrijk te meten onderdeel het honoreren van aangevraagde themacollecties. Alle leerkrachten hebben de beschikking over een groepspas. Hiermee kunnen themacollecties aangevraagd worden en andere aanvullende collecties kinderboeken. De vraag naar themacollecties is enorm gegroeid, in 2013 zijn er 1.600 aangevraagd. In 2012 deed al een kwart van de scholen mee aan de schoolmonitor, in 2013 hebben 45 scholen de monitor ingevuld. De eerste resultaten zijn in april 2014 geanalyseerd. Op basis van de analyse per school kan het schoolleesplan voor het volgende schooljaar inhoudelijk aangepast worden. Door de monitor ieder jaar in te vullen kunnen ontwikkelingen per school en het verwachte effect op leerprestaties gevolgd worden.
“Bij de kinderen zie je enthousiasme en meer plezier in lezen. Leerkrachten hebben een positievere instelling en in alle klassen wordt nu meer aandacht besteed aan (vrij) lezen en andere leesvormen.” - Bossche Broek Zuid “Er wordt meer thuis gelezen en in de klas. Er is nu meer motivatie om te lezen. De kinderen kunnen nu ook bij hun favoriete genre of schrijver zonder daarvoor naar de stadsBiEB te hoeven of veel geld uit te geven bij de boekwinkel.” - Sammy Jo, leescoördinator Oberon “We beschikken sinds april 2012 over een mooie schoolBiEB met een uitgebreide collectie informatieve boeken en leesboeken. Leerlingen en team zijn erg te spreken over de schoolBiEB, waar enthousiaste ouders op deskundige wijze dagelijks de kinderen begeleiden in het kiezen, inleveren en uitlenen van boeken. Het is moeilijk om te zeggen dat dankzij de schoolBiEB de leesresultaten zijn verbeterd. Daarentegen kunnen we wel duidelijk stellen dat de schoolBiEB, samen met de verschillende leesbevorderingsactiviteiten, een duidelijke en positieve bijdrage levert aan het plezier in en de motivatie tot lezen. De leesconsulent is uitstekend in staat de schoolBiEB-ouders te ondersteunen en stimuleert en initieert diverse leesactiviteiten binnen ons kindcentrum. Kortom wij zijn erg trots op onze schoolBiEB.” - Henk van Tartwijk, afdelingsmanager 7-13, KC De Troubadour
32
Een schoolBiEb op elke school
33
34
35
36 Uitleningen in 2013 en het verschil in procenten met 2009 Categorie Bladmuziek
Buitenlands Volwassenen Compact Discs CD-ROM DVD
Leesboeken Jeugd Luisterboeken
Romans Volwassenen Speelleermaterialen Studie Jeugd
Studie Volwassenen Talencursussen
Tijdschriften los Totaal
StadsBiEB Centrum
Achtergrond- collectie Totaal
2009-2013 verschil in %
2.481
.
10.308
- 58 %
StadsBiEB Rosmalen
School- BiEBs
1.963
518
0
0
7.833
1.086
6
0
8.925
9.850
458
0
0
812
433
0
4
1.249
. .
24.136
8.191
73
41
32.441
- 32,5 %
75.972
105.820
330.134
7.568
519.494
4.357
1.333
420
7
6.117
+ 91,5 %
152.598
99.626
592
45
252.861
- 24 %
.
1.815
2.309
2.622
1
6.747
14.447
16.777
91.474
7.256
129.954
+ 93 %
83.185
29.098
640
138
113.061
- 15,5 %
320
39
0
0
359
1.696
10.033
0
0
11.729
378.984
275.721
425.961
15.060
1.095.726
.
. .
+ 18,5 %
Resultaten Verandervisie Waar staan we nu De uitvoering van de Verandervisie is een ingrijpende operatie, waarbij in vier jaar tijd ruim 50 schoolBiEBs zijn geopend, vier vestigingen zijn gesloten, de buurtBiEBs uit financieel oogpunt zijn geschrapt en de webBiEB om dezelfde reden nog is uitgesteld. Waar staan we na vier jaar? Het totale aantal uitleningen is sinds 2009 flink gestegen. In 2012 werd voor het eerst sinds 10 jaar de mijoenste uitlening bereikt. Zo blijken de uitleencijfers onder jeugd nagenoeg te zijn verdubbeld. Romans worden daarentegen maar liefst 24% minder geleend, terwijl informatieve materialen opvallend genoeg ‘slechts’ met 15% is afgenomen. In procenten dalen de uitleningen van dvd’s en cd’s hard, beide collecties zijn dan ook flink gesaneerd. Sinds 2009 is het aantal leners ouder dan 15 jaar gedaald met 21,5%, ofwel met 4.320 van 19.958 naar 15.638. Opvallend is dat het niet de ouderen zijn die afhaken door de sluiting van de vestigingen, het aandeel 65+ is sinds 2009 met 9% afgenomen. Het aantal volwassen lezers tussen 18-65 jaar is echter met bijna 30% gedaald. Dat lijkt erop te duiden dat hier andere factoren een rol spelen dan sluiting van vestigingen, zoals minder (tijd voor) lezen, opkomst van het E-book.
Conclusie Op basis van de plannen uit de Verandervisie kunnen we stellen dat de ingezette koers voor de jeugd warm is ontvangen, buitengewoon succesvol is uitgevoerd en ook navolging vindt in den lande. Voor volwassen lezers zijn de intenties uit de Verandervisie, hangende de mogelijke verhuizing naar het GZG terrein, slechts ten dele uitgevoerd.
We gaan verder Naast het vervolg van project 0-13 zal de bibliotheek zich de komende tijd ook nadrukkelijk bezig houden met haar volwassen lezers en andere doelgroepen in de Bossche samenleving. De aanzet hiervoor is in 2014 gemaakt.
37