Inhoud en colofon
Inhoud en colofon. Van de Voorzitter Van de V&R. Nieuwe secretaris. Agenda jaarvergadering. Jaarverslag secretaris en nieuwe donateurs. FinanciĂŤle jaarstukken. Uitnodiging voorjaarsexcursie Winterswijk De dubbele molen Den Helder in Winterswijk. Inspraakreactie Gelderse Molenverordening. Onderzoek naar grondwaterstromingen.
J v.d. Velde E. Willemsen M. Bruggink
B.J.Aalbers R. Schaafsma
COLOFON: De Wijerd, 32e jaargang, 2011, nummer 1
maart 2011
De Wijerd is het kwartaalblad van de Stichting tot Behoud van de Veluwse Sprengen en Beken. Ondertekende artikelen vallen onder verantwoording van de auteur . Dagelijks bestuur: voorzitter ing. J. van de Velde Elzenoord 4 8172 AZ Vaassen tel. 0578 - 573018 secretaris Maria Bruggink
Secretariaat: mevr. Z. Hottinga - Doornbosch Kerkweg 10 8193 KK Vorchten tel. 0578 - 631459
Cornelis Hendrikstraat 77 7371 AS Loenen 055-5053684
redactie De Wijerd: Dr. B.Willemsen Drs. J.Meijer
algemeen adjunct Chr.C. Slobbe–v.d.Waal Parkweg 24a 8191 JL Wapenveld 0384478019 penningmeester ing. D. Wouda, MSc Polkastraat 14 7323 KZ Apeldoorn
internet en e-mail: www.sprengenbeken nl info@sprengenbeken.nl druk: Grafisch Bedrijf Kwakkel Heerde De Bekenstichting is een ANBI (Algemeen Nut Bbeogende instelling)
Girorekening 3576129
1
1 2 3 5 6 7 12 14 15 16 17
Van de Voorzitter
Wanneer je met het boekje ‘Te voet langs Stromend Water’ langs de sprengen beken loopt realiseer je je meestal niet dat het water in de beken een nauwe relatie onderhoudt met het grondwater. Dat dit een ingewikkeld hydrologisch samenspel is werd mij te meer duidelijk toen Theo v/d Nes en Richard Meijer van Waterschap Veluwe ons daarover in het najaar vertelden. Gelukkig heeft Theo dit ook opgeschreven. Zo kunt u erin delen. Het leuke boekje Te voet langs Stromend Water-1 is uitverkocht. Samen met de Van der Zeestichting hebben we het initiatief genomen dit te gaan herdrukken. We zetten ons in voor behoud én voor verbetering van sprengen, sprengenbeken, de vroeger hierdoor aangedreven watermolens + de landschappelijke, hydrologische en waterhuishoudkundige eenheden waarin deze voorkomen. In de afgelopen periode hebben we initiatieven genomen en acties uitgevoerd in de volgend ensembles, die ik hier gemakshalve benoem via de watermolen: • Molecaten in Hattem, • Peltonmolen te Heerde, • Molen van Rakhorst te Heerde, • Kopermolen te Zuuk, • Cannenburghermolen te Vaassen, • Winnemolens te Ugchelen, • Watermolen op een watervoerende beek in Renkum. • Beken nabij Lunteren. Indien er resultaten zijn houden we u via www.sprengenbeken.nl en de Wijerd op de hoogte. Wellicht organiseren we te zijner tijd ook excursies naar deze plekken. Om al deze activiteiten te ontplooien heb je naast de enthousiast betrokken donateurs, contactpersonen en beekoppassers óók bestuursleden nodig. Door persoonlijke omstandigheden gebeurt het dat zulke mensen ons “verlaten”. Gelukkig vinden we ook opvolgers. Maria Bruggink is onze nieuwe secretaris; ze introduceert zichzelf in dit nummer. Bovendien hebben zich naar aanleiding van de oproep van de Redactie in het vorige nummer twee personen gemeld die een bijdrage willen leveren aan Voorlichting & de Redactie van de Wijerd. Van harte Welkom! Jan van de Velde 2
Van de V&R
Beste lezer/es Die winter is vergangen; na een betrekkelijke rust periode lijkt de natuur te ontwaken. We zien meer groen en de kleuren van voorjaarsbloemen inspireren ons om de aandacht naar buiten te richten. Bij onze stichting liggen al een poosje plannetjes te rijpen voor onze jaarlijkse voorjaarsexcursie. Ook nu weer lijken we er in te slagen een interessante en recreatieve dag voor u in petto te hebben. Op 8 februari heeft een delegatie van de V&R de excursie voorbeleefd, als een soort blauwdruk van wat we gaan zien, horen en beleven. Het was een prachtige zonnige dag, zoals het meestal ook tijdens de excursiedag het geval is, het is dan een genot om door het landschap te rijden – het geeft je energie en scherpt je bewustzijn. Die tocht ging naar Winterswijk. We kunnen rekenen op een gastvrije ontvangst, heldere uitleg over de te bezoeken doelen – zie ook de uitnodiging en het artikel op blz.14 en 15.
De Slinge bij de molen van Berenschot. Foto: Bernard.Willemsen
3
Wie minder goed ter been is, kan ter plekke met de bus gaan;andere deelnemers kunnen van de ene naar de andere locatie wandelen. We lunchen vlak bij een beek. Mogelijk draait het rad van de molen als de Slinge voldoende, maar ook niet te veel water voert. We troffen de molenaar die iets vertelde over de wisselende getijden, over water dat er soms niet is of dat er soms te veel is…… In de gebouwen was men bedrijvig bezig om straks de gasten te kunnen bedienen, die moeten voelen dat ze WELKOM zijn. Noteer de datum vast in uw agenda 23 april: voorjaarsexcursie Bekenstichting. Natuurlijk biedt deze Wijerd ook enkele informatieve artikelen. Het is goed dat mensen meedenken en onderzoek plegen naar het wel en wee van onze kostbare watervoorraden. Soms verschillen de inzichten. Echter wat men deelt is de interesse en lijkt gelukkig toe te nemen. Er ontstaat weer meer behoefte aan kennis over de structuren in de bodem: kleischotten en grondwaterniveaus. In deze Wijerd levert Ruud Schaafsma over rapport dat hierover is verschenen een interessante beschouwing. De auteur van dit rapport Marit Borst is bereid gevonden op de jaarvergadering zelf hierover een voordracht te houden. De bijdrage van Theo van de Nes over de hydrologie van de Veluwe en beken in nood was dermate omvangrijk dat we die meenden te moeten presenteren als aparte bijdrage in de vorm van een themanummer. Wilt u reageren op een artikel? Vraag dan vooraf per e-mail een digitale blanco Wijerd-pagina aan bij het secretariaat en typ uw tekst hierin. De tekstopmaak is dan automatisch de juiste. Stuur uw reactie retour naar het secretariaat met verzoek het door te sturen naar de redactie. Zo gauw er plaats is, wordt mogelijk uw stukje in de Wijerd gepubliceerd. Op het artikel van Henk Rem over de horizontale waterraderen in Frankrijk ontvingen we twee uitgebreide reacties, die we in de volgende Wijerd hopen te plaatsen. Ook op het artikel van Gert-Jan Blankena kwam een reactie. Dit zal mogelijk leiden tot een publicatie over het ontstaansmechanisme van pingo’s. We wensen u veel studie- en leesplezier en wellicht tot ziens op de Jaarvergadering of de excursie. Blij zijn we met de aanmelding van twee personen om werkzaamheden voor onze Stichting te verrichten; er is echter voor nog meer mensen iets te doen. Met name voor de redactie van De Wijerd zijn nieuwe medewerkers meer dan welkom. Kunt en wilt u een middag of avond per seizoen hieraan besteden meldt u dan aan bij het secretariaat. 4
Nieuwe secretaris
Na een kennismaking met het dagelijks bestuur ben ik in januari gestart als secretaris van de Bekenstichting. In de Wijerd zag ik de vacature staan en deze trok mij aan. Ik vind het werk van een secretaris leuk om te doen. Hiervoor ben ik 6 jaar secretaris geweest van het IVN Eerbeek, wat ik altijd met veel plezier gedaan heb. Bij het IVN heb ik een opleiding tot natuurgids gevolgd. Mijn hart ligt bij de natuur en ik breng er vele uren in door: in de tuin, wandelen met de hond en in de natuurtuin in Loenen, die het IVN beheert. In mijn opvatting kun je geen goede secretaris zijn, wanneer je geen feeling hebt met het onderwerp. Beken en sprengen zijn vooral boeiend omdat het een mix van natuur en cultuurhistorie is. Het is voor mij de gelegenheid om mij er meer in te verdiepen. Ik hoop op een goede samenwerking. De eerste vergaderingen die ik heb bijgewoond heb ik als plezierig ervaren: een prettige sfeer en deskundige mensen. Wat wil je nog meer. Maria Bruggink 5
Jaarverslag 2010 Stichting tot Behoud van de Veluwse Sprengen en Beken
De Stichting tot Behoud van de Veluwse Sprengen en Beken, Bekenstichting, zet zich in voor behoud, verbetering van sprengen, beken ĂŠn de vroeger hierdoor aangedreven watermolens. Dit inclusief de landschappelijke, hydrologische en waterhuishoudkundige eenheden waarin deze voorkomen. Om ons doel te bereiken is de ondersteuning door onze donateurs essentieel. Hieronder degenen die zich hier bestuurlijk hiervoor inzetten. Dagelijks Bestuur Ing. Jan van de Velde (voorzitter), Riko Douma (secretaris), ing. Dick Wouda MSc (penningmeester) en Lia Slobbe-v.d. Waal, algemeen adjunct. In september nam Riko Douma afscheid als secretaris. Rob van de Burgt die per mei de secretaristaak op wilde nemen kon vanwege een nieuwe baan geen secretaris worden. Eind september meldde Maria Bruggink zich voor deze functie. Nadat zij enkele maanden meeliep heeft zij besloten om per 1 januari 2011 de nieuwe secretaris van de Stichting tot Behoud van de Veluwse Sprengen en Beken te worden. Algemeen Bestuur Ir. Yolt IJzerman, Ruud Schaafsma, dr. Bernard Willemsen, dr. ir. Theo van de Nes, drs. ing. J-O. Tjabringa, Wies Heineman, dr. Peter Smits, mr. Jan Harmen Bosch, Heerde, Ir. Maarten Schenkeveld en het Dagelijks Bestuur. Het Bureau Zwier Hottinga-Doornbosch, bureausecretariaat en drs. Jacques Meijer, documentalist. Commissie Voorlichting & Redactie Dr. Bernard Willemsen, drs. Jacques Meijer, Lous Heine, Joke Vink-Kuiper, Elisabeth Willemsen-v.d. Berg. Albert Bongers (techniek) en ir. Gerard Smid (inhoudelijk) onderhouden samen de website. Contactpersonen Ruud Schaafsma (Zuid-Veluwe), Wiebe Kiel (ZW Veluwe), Albert Willemsen (Binnenveld), Peter Smits (NW Veluwe), Bernard Willemsen (Putten), Peter Pfaff (Hierdense Beek), Andries Jansen (Doornspijk) Adriaan Hollander (Hattem), Beerd Volkers (Heerde), Heiko Tjabringa (Epe), Jan van Duinen en Dirk van Alphen (Vaassen), Bertus van Dronkelaar (Apeldoorn), Wies Heineman 7
(Apeldoorn), Wim Kers (Ugchelen), Joop Hammink (Weteringengebied), Leo Bakker en Joram van Breda (Eerbeek-Velp) en Gerard Herbers (Arnhem). Paul van Berkum beoordeelt beleidsstukken van het Waterschap. Adviseurs Ing. Peter Stork, drs. Jan Aalbers, Henk Menke, ir. Gerard Smid en Gert Jan Blankena. Vergaderingen/bijeenkomsten/excursies Jaarvergadering De jaarvergadering vond plaats op 25 maart 2010 in de Wenumse Watermolen te Wenum. Mevrouw Henrieke Rossingh en Theo Straatsma verzorgden een boeiende lezing over het Apeldoorns Waterplan. In Apeldoorn is de nodige afvoerruimte voor regenwater en overtollig grondwater gekozen voor afvoer naar beken. In totaal 14 beken worden hersteld door Gemeente Apeldoorn en Waterschap Veluwe. Met o.a. geld dat beschikbaar is om het riool uit te breiden met een extra afvoer voor hemelwater. Contactpersonendag In 2010 zijn voor contactpersonen en bestuur twee workshops gehouden. Beide workshops vonden plaats in samenwerking met Waterschap Veluwe. De eerste bijeenkomst ging over beekherstel, beekonderhoud en onderlinge samenwerking. Bij de aanwezigen kwamen vragen over de hydrologie aan de orde. Dit leidde tot de tweede workshop. Op 23 oktober 2010 was de workshop Hydrologie onder leiding van Theo van de Nes, hydroloog en Algemeen bestuurslid Bekenstichting en Richard Meijer Hydroloog van Waterschap Veluwe. Beide dagen waren zeer nuttig en leerzaam. De belangstelling was dan ook groot. Lezingen en excursies De voorjaarsexcursie was op 17 april 2010 en voerde ons naar Rheden-VelpRozendaal. We bezochten ’s morgens kasteel Biljoen en ’s middags kasteel Rosendael. Geluncht werd in Brasserie Veluwezoom. Een heel boeiende volle dag met heerlijk weer. Medewerkers en vrijwilligers van het Geldersch Landschap verzorgden zowel binnen als buiten de rondleiding. De najaarsexcursie voerde de deelnemers op 9 oktober 2010 naar de Lunterse beken en Renswoude met Fort Daatselaar. Onder leiding van Wiebe Kiel, contactpersoon van de Bekenstichting, en Rob Gerritsen, ecoloog van Waterschap Vallei&Eem genoten we van een presentatie en excursie. In 2010 zijn door bestuursleden, contactpersonen en bovenal door Jacques Meijer meerdere lezingen en excursies verzorgd.
8
Contacten overheidsinstanties (o.a. Provincie en Gemeenten), Waterschappen en Vitens Provincie Het afgelopen jaar is er diverse keren overleg geweest met de provincie Gelderland (afdeling cultuurhistorie). Dit betrof naast het bijpraten ook praten over projecten. Er is veel contact geweest rond de restauratie van de Cannenburghermolen. De Stichting wordt ook betrokken bij EHS (Ecologische Hoofd Structuur) Wisselse Poort. Waterschappen Waterschap Veluwe: Waterschap Veluwe WSV werkt nauw samen met ons als betrokkenen, die – zoals dat door hen wel wordt omschreven- belangeloos hun hart verpand hebben aan sprengenbeken als bijzondere elementen op de Veluwe én aan hun landschappelijke inbedding. Op 13 juli 2010 werd er op verzoek gesproken met de leden van de Rekenkamer van Waterschap Veluwe. De Rekenkamer onderzoekt de effectiviteit van uitgevoerde plannen en de efficiency van de inzet van de bijbehorende financiële middelen. Onze mening is gevraagd over enkele uitgevoerde BOP’s. ( Beheer- en Onderhouds-Plannen). Wij hebben betoogd dat het bij BOP’s in feite ging en gaat om de restauratie van complete sprengenbeekstelsels. Na consultatie van de contactpersonen, die van eigenaren en omwonenden zeer positieve geluiden hadden gehoord, was de conclusie dat de gelden door het Waterschap in deze gevallen goed besteed waren. Waterschap Vallei & Eem: Zowel in januari als november vond overleg plaats. In het overleg is gesproken over de contacten met de gemeenten Renkum, Barneveld en Ede. De bestuursleden en contactpersonen hebben een bijdrage geleverd door hun visie op de verschillende bestemmings- en omgevingsplannen kenbaar te maken. Ook zitten AB-leden en contactpersonen in diverse “groene” groepen. Waterschap Rijn en IJssel: In Januari vond overleg en kennismaking plaats. Zowel bij het Waterschap als bij de Stichting waren nieuwe medewerkers. Onderwerpen waren o.a. het herstel van het landgoed Beekhuizen met de Beekhuizerbeek als onderdeel van het park in Velp. Arnhem wil de beek op de Paasberg geheel bovenstrooms inrichten als onderdeel van de groenste speelplek van Nederland. Vitens De contacten resulteerden in een artikel in De Wijerd van Vitensmedewerker Jolijn van Engelenburg over plannen om in gemeente Epe de infiltratie uit te breiden.
9
PR Website Albert Bongers (techniek) en Gerard Smid (redactie) beheren de website uitstekend. Het Boek en publicaties Ook in 2010 is het boek nog steeds een regelmatig verkocht artikel. Het wandelboekje “Te voet langs stromend water, deel 1” is uitverkocht. De Stichting is van plan zelf een herdruk te realiseren in 2011. Wijerd Ook dit jaar zijn er weer vier uitgaven verschenen van ons blad de Wijerd. De commissie Voorlichting & Redactie heeft veel werk verzet om dit mogelijk te maken. Het vullen van de Wijerd leverde weinig problemen op. Personele aanvulling van de commissie V&R is nodig. Projecten Begin 2010 is het archief van beekeigenaren door de heer Hent van Delden, telg van de bordpapiermakers Van Delden bv., aan de Stichting overgedragen. Het archief bevat documenten en mappen van 1920 tot 1986. Ongetwijfeld zal de Stichting in de toekomst van dit archief gebruik maken of hieraan artikelen in de “Wijerd” wijden. Cannenburgher Molen, Vaassen In 2009 is het project restauratie Cannenburghermolen o.l.v. Cultuurland Advies, in opdracht van de Bekenstichting, gestart. In juli 2010 is het waterrad geplaatst, maar de opening van het gehele project, de gerestaureerde turbine, nieuwe molengoot, verhard “plaatsje” met bank en werkend nieuw waterrad, heeft op 29 september 2010 onder grote belangstelling plaatsgevonden. De Bekenstichting, met name Jan van de Velde, projectleider Jan-Olaf Tjabringa (Cultuurland Advies) hebben voor gelden en realisatie gezorgd. Dankzij de (financiële) medewerking van Provincie, Waterschap, firma A. te Riele, gemeente Epe, Rabobank en de Stichting Geldersch Landschap &Kasteelen is dit project succesvol afgesloten. Nieuwe en gerestaureerde waterraderen in Apeldoorn en Hattem waren niet het initiatief van de Bekenstichting. Kopermolen, Epe (Zuuk) De Kopermolen van Zuuk heeft het jaar 2010 regelmatig in de belangstelling gestaan en er heeft regelmatig overleg plaats gevonden. Bureau Bouwwerk heeft in opdracht van de Stichting en gefinancierd door de gemeente Epe en de Stichting een Bouwhistorisch onderzoek gedaan met als resultaat een degelijk rapport dat in oktober verscheen. Naar aanleiding van dit rapport vinden gesprekken met betrokken partijen plaats over mogelijkheden.
10
Studentenprojecten Van Hall hogeschool Larenstein te Velp zoekt afstudeerprojecten voor studenten. De Stichting geeft opdracht en zorgt voor de begeleiding. In 2010 zijn 3 projecten afgerond of gestart. e 1 Peter Brouwers die, van 4 studentengroepen, met zijn groep de opdracht: “ Het maken een inrichtingsplan voor de Kopermolen en wijde omgeving” won. e 2 opdracht “Herbouw Quadenoordse molen” wordt januari 2011 voltooid door Ron Kamperman en e 3 opdracht “Project Barneveldse Beken” zal in februari 2011 afgerond worden. Begeleiders vanuit de Stichting zijn Jan van de Velde, Ruud Schaafsma en Peter Smits. Medewerking werd verleend Jan-Olaf Tjabringa door werkruimte en kennis beschikbaar te stellen. Onbekende molen ontdekt! In maart 2010 maakte Jan van de Velde samen met Evelyn Grijze weer opnamen voor Radio 794. Dit is de lokale omroep van de Gemeenten Heerde en Epe. Zoals steeds ging het over sprengenbeken en hun interessante omgeving . We bezochten toen de villa Molenbeek in Heerde. Hier vertelde Jan Harmen Bosch ons over de bovenslagmolen uit 1673, die begin vorige eeuw is afgebroken. Maar op datzelfde terrein blijkt er nog steeds een (andere) unieke watermolen aanwezig te zijn! Behalve de eigenaar wist niemand van haar bestaan af. Het Pelton waterrad werd door ons dus “herontdekt”. Nu nog zorgen dat het kan gaan draaien.
Nieuwe donateurs 2010 T. Amsterdam, Epe J. van den Burger, Beekbergen Mv. Schiebaan, Beekbergen G.A. van Rooy, Vaassen J. van Breda, Zutphen Mv. T.A.M. Te Riele-Ter Laak, Nijmegen H. Tuinman, Doorn G.M. Derksen, Arnhem G.R.A. Siebring, Heerde H.J. Bos, Vaassen Vaags Molenwerken, Aalten Y. Jongema, Wageningen J. Slobbe, Epe J. Dirksen, Nunspeet R. Kamperman, Vaassen M. Bruggink, Loenen SBNE Beekbergen, Beekbergen Mv. A. Bijlsma, Beekbergen J.B. Garritsen, Apeldoorn C.J. Poppeliers, Puttershoek D.Boks en F.Hendriks, Grave E. Richardson, Ede 11
K. Kingma, Schoonebeek
12
Uitnodiging voorjaarsexcursie Winterswijk
Op zaterdag 23 april a.s. is het weer zo ver: dan vindt de Voorjaarsexcursie 2011van de Bekenstichting plaats. Dit voorjaar verlaten we de vertrouwde Veluwe, en gaan we op pad naar het Nationaal Landschap Winterswijk! Ook daar zijn namelijk beken, watermolens, mooie natuur en nog veel meer te vinden. Ten zuiden van Winterswijk treffen we de Boven Slinge aan, een beek die zich door het fraaie landschap aldaar slingert. Aan en nabij de Boven Slinge vinden we de projecten van het z.g. BOS-project, waarin ondermeer wordt samengewerkt door de lokale woningcorporatie, enkele plaatselijke families, Waterschap Rijn en IJssel, Nationaal Landschap Winterswijk, de Provincie Gelderland, de Dienst Landelijk gebieden en de Gemeente Winterswijk. Een bont gezelschap dus, dat voor de financiering en de realisatie van een 8-tal deelprojecten zorgdraagt. Een aantal van deze projecten belooft voor ons zeer interessant te worden. Zo vindt er plaatselijk Beekherstel plaats, zijn Vispassages aangelegd en staat de renovatie van een Watermolen en een Oliemolen op stapel. Daarnaast wordt in het Buskerbos (een beekbos) nieuwe natuur aangelegd, waardoor de ecologische kwaliteit van het gebied wordt versterkt. Al met al zeer de moeite waard voor een excursie naar dit gebied. We vertrekken met de bus om 8.30 uur vanaf het Waterschapshuis te Apeldoorn, dat gelegen is aan de Steenbokstraat. Dit opstappunt vindt u door vanaf de A-50, de afslag Apeldoorn-Noord te nemen. Op de tweede rotonde gaat u ! rond, daarna neemt u de eerste weg rechts: de Steenbokstraat. De kosten bedragen " 35,00 all-in. Opgave voor deze excursie uiterlijk 14 april bij Zwier Hottinga-Doornbosch, tel: 0578-631459 of per e-mail info@sprengenbeken.nl.
14
De dubbele molen Den Helder in Winterswijk De dubbele molen Den Helder in Winterswijk bestaat uit een voormalige oliemolen (De Oliemölle) en een korenmolen. De molens zijn in 1303 voor het eerst genoemd en danken de naam Den Helder aan de voormalige eigenaar. De molens werden aangedreven door onderslagraderen. Toen de molens in onbruik raakten, werden ze verkocht. In de oliemolen werd in 1923 een timmerbedrijf ondergebracht. Na de 2e wereldoorlog werd er een ijssalon van gemaakt en daarna een restaurant. De korenmolen werd niet meer gebruikt om koren te vermalen, maar herbouwd als woning. Het waterrad werd gebruikt om stroom op te wekken. Vanaf 1910 is de wijerd achter de molen in gebruik geraakt als recreatiebad. De restauratie van deze dubbele watermolen is van start gegaan op initiatief van de gemeente Winterswijk. Het maakt deel uit van het omvangrijke BOS-project, waarin langs de Slingebeek ‘cultuurhistorische parels’ worden gerestaureerd. De olie- en korenmolen maken hier deel van uit. De afkorting BOS staat voor Bleekhuis, Oliemolen en Strandbad. Alleen deze drie objecten zouden aanvankelijk bij het project betrokken worden. Gaandeweg meldden zich steeds meer partijen met cultuurhistorische projecten, dit breidde zich uit tot een groot project, bestaande uit zo’n 10 deelprojecten met vele partners die eraan meewerken. Woningcorporatie de Woonplaats is eigenaar van de Olliemölle, meneer den Herder en mevrouw Schullekens zijn eigenaar van de korenmolen. De twee partijen zochten elkaar snel op om gezamenlijk de restauratie van de dubbele watermolen te bespreken. De korenmolen wordt weer in oude staat hersteld en maalvaardig gemaakt. De molen moet ook daadwerkelijk meel gaan produceren en dit wordt als streekproduct in een gebouwtje achter de molen verkocht. Dat gebouwtje doet tevens dienst als informatiecentrum. De oliemolen wordt niet in oude staat hersteld, omdat de Slingebeek niet voldoende water voert om de zware heiblokken die de pitten vermalen aan te drijven. Daarom is gekozen voor een generator die stroom op gaat wekken die vervolgens doorgeleverd wordt. Ook moet de molen de functie krijgen om mensen met een beperking een dagbesteding te kunnen bieden. De woningcorporatie heeft naast de doelstelling om mensen een goede huisvesting te bieden, ook de ambitie om de gemeente Winterswijk door middel van dit soort projecten aantrekkelijk te houden als gemeente. Het deel uitmaken van het BOS-project bleek van groot belang voor de succes van dit project. Op deze manier werden deuren geopend voor samenwerking met gemeente, waterschappen en vooral de Provincie Gelderland, die een groot deel van de kosten op zich nam. 15
Info uit afstudeerverslag van Ron Kamperman.
16
Inspraakbijdrage heroverweging molenverordeng B.J. Aalbers heeft op persoonlijke titel een inspraakreactie bij ingediend bij de Provinciale Commissie, ter verbetering van de Gelderse Molenverordenig. Wij laten dit stuk nu integraal volgen. INSPRAAK bijdrage B.J. Aalbers – Epe Geachte voorzitter, geachte commissieleden, De Gelderse molenverordening heeft al jaren mijn bijzondere aandacht vanwege de beschermende werking die daarin is vastgelegd voor de molenbiotoop van watermolens. Watermolens zijn de cultuurhistorische exponenten van de vroege industriële geschiedenis van onze provincie. Vooral op de Veluwe hebben waterradmolens met bovenslagraderen de waterenergie benut om korenmolens, papiermolens, kopermolens, volmolens etc. aan te drijven en - later - wasserijen van schoon water te voorzien. De molenbiotoop van waterradmolens is niet ruimtelijk/planologisch beschermd. Gelukkig zijn er wel in de molenverordening bepalingen over het minimaal nuttig vermogen, mag de watertoestroom niet verslechteren en mogen ook geen waterhuishoudkundige maatregelen worden genomen die de stuwhoogte, de stuwvijvergrootte en molenkolkgrootte negatief beïnvloeden. Ik noemde de waterradmolens als cultuurhistorische exponenten. Zij vormen het sluitstuk van het geheel aan sprengenkoppen, sprengen, opgeleide beken, verdeelwerken, waterscheidingsschotten, aquaducten, kortom het gehele cultuurhistorische ensemble dat naast de huidige bescherming van de molenverordening heel goed een aanvullende bescherming in ruimtelijke/planologische zin kan gebruiken. Het provinciale Beken - en – Sprengenprogramma kan daarmee ook een ruimtelijk/planologische borging krijgen na de geplande afronding in 2013. Graag geef ik u in overweging om bij een eventuele herziening van de Gelderse molenverordening en/of het opnemen daarvan in de Ruimtelijke Verordening Gelderland de molenbiotoop van waterradmolens in de ruimst mogelijke zin, dus inclusief het waterleverende beekstelsel en zelfs de bijbehorende grondwaterhuishouding, onder het beschermingsregime te plaatsen. Voor windmolens kan de verordening zich mogelijk beperken tot het binnenstedelijk gebied, voor waterradmolens zal de verordening een veel ruimere werking moeten hebben. U kunt het Gelders cultuurhistorische erfgoed een grote dienst bewijzen door de molenverordening en de Ruimtelijke Verordening mede onder de bescherming van het provinciale WRO-instrumentarium te brengen en liefst ook door de gemeentelijke planologische bescherming via bestemmingsplannen te helpen vormgeven. Een toepasselijke uitspraak van een waterradmolen-eigenaar in dit verband is: “Als ik water heb drink ik wijn. Maar als ik geen water heb, drink ik water! Hartelijk dank voor uw aandacht!
B.J Aalbers is adviseur van de Bekenstichting. 16
Onderzoek naar grondwaterstromingen
Door de gemeente Renkum wordt een zeer actief beleid gevoerd op het gebied van water. Ondergetekende zit in een tweetal klankbordgroepen, bestaande uit deskundigen op geologisch- en watergebied . In de ene klankbordgroep gaat het over water in de gemeentelijke Structuurvisie. Over het andere initiatief van de gemeente wil ik het hier vooral hebben. In het kader van het Programma Water van de Gemeente Renkum is een rapport verschenen over het eerste stadium van het project ‘Bescherming grondwaterstromingen’. Met dit rapport is Marit Borst in september 2010 afgestudeerd aan de Universiteit van Wageningen. Hieronder een samenvatting van dit rapport en een beschrijving van de verdere aanpak van het project. De verwachting is dat deze aanpak een voorbeeld wordt voor de andere gemeenten aan de Veluweranden en de waterschappen. De beken en hun watervoerendheid De gemeente Renkum omvat de dorpen Renkum, Heelsum, Wolfheze, Doorwerth, Heveadorp en Oosterbeek. Het landschap in de gemeente is grotendeels door de ijstijden bepaald. Opvallendste landschapselement is de door de ijslobben opgestuwde heuvel, de stuwwal, in het oostelijke deel van de gemeente. Naar het zuiden toe helt deze heuvel steil af en gaat over in de laaggelegen uiterwaarden van de Nederrijn. Op deze helling ligt een serie droogdalen en in enkele hiervan stromen nog beken. De beken zijn een geliefd landschapselement in de gemeente. Behalve deze zes korte steile beken telt de gemeente nog twee grote beekstelsels op de tussen diverse stuwwallen gelegen sandrvlakte: het Heelsumse en Renkumse beekdal. De kleine beken hebben behalve hun belevingswaarde ook een grote ecologische waarde. In de afgelopen 100 jaar is de watervoerendheid van de beken sterk teruggelopen. Dit blijkt bijvoorbeeld uit oude foto’s. De meeste beekjes op de stuwwal hebben nu een afvoer tussen drie en zeven liter per seconde. De stuwwal is opgebouwd uit zand- en kleilagen, die tijdens de opstuwing scheef gesteld zijn. Een kleilaag die (bijna) verticaal staat, wordt ook ‘kleischot’ genoemd. Doordat kleischotten slecht doorlatend zijn, in tegenstelling tot de tussenliggende zand- en grindpakketten, zijn compartimenten ontstaan met ieder een andere grondwaterstand. Ook zijn lokaal schijngrondwaterspiegels ontstaan, op vrij horizontaal gelegen kleischotten. Op de rand van de stuwwal kwelt grondwater op, waar het maaiveld een (schijn)grondwaterspiegel aansnijdt. Daar 17
kan een beek ontstaan, en zo liggen er zes beken op de zuidrand van de stuwwal en een op de noordrand. Als een kleischot bij ondergrondse-bouwactiviteiten doorbroken wordt, kan grondwater er plotseling doorheen stromen. Plaatselijk hoge grondwaterstanden kunnen dan zó ver dalen dat minder of geen water meer opkwelt in de bronnen van de beken. Men neemt aan dat dit één van de oorzaken is van de afname van de afvoeren in de laatste eeuw. Het gemeentelijk beleid In 2007 is de ‘Watervisie’ van de gemeente Renkum aangenomen. De Watervisie is opgesteld in samenwerking met Waterschap Vallei & Eem, Vitens, Provincie Gelderland, Rijkswaterstaat, verschillende belangengroepen en een vertegenwoordiging van inwoners. Dit document bevat een lange termijn visie (tot 2030) op de waterhuishouding in de gemeente. Uit verschillende beleidsopgaven, zoals de Watertoets, volgt een aantal doelen die de gemeente in samenwerking met de overige waterpartners wil bereiken. Uit de streefbeelden ‘Park beken’ en ‘Water in de wijk’ in de Watervisie volgde de wens het grondwatersysteem van de stuwwal te onderzoeken. Het doel van dit project is de bodemstructuur, met name de kleischotten, en het grondwatersysteem in beeld te brengen, ten einde 1. een toetsingskader te maken waarmee de kleischotten beschermd worden tegen ondergrondse-bouwactiviteiten, zodat de huidige grondwaterstromingen in stand blijven en de afvoeren van de beken niet verder zullen afnemen. 2. adequaat om te gaan met de gemeentelijke grondwaterzorgplicht. Bescherming van de kleischotten Een eerste versie van het toetsingskader is gemaakt m.b.v. bestaande kennis, dus zonder dat reeds metingen zijn verricht. Deze keuze volgde uit de wens om snel een bescherming van kleischotten te realiseren. Het toetsingskader bestaat uit een kaart en bijbehorende bestemmingsplanregels. Voor groene gebieden op de kaart gelden geen beperkingen m.b.t. ondergronds bouwen. Oranje en gele zones zijn beschermd: hier mag ondergronds bouwen alleen indien geohydrologisch onderzoek heeft uitgewezen dat daardoor de kleischotten en de grondwaterstromingen niet zullen worden aangetast. Om de kaart te maken is voor elke beek de oppervlakte van het topografisch stroomgebied en het neerslagoverschot berekend. De afvoer van de beek is bepaald uit literatuur of door het doen van metingen. Vervolgens is berekend hoe groot de afvoer is als percentage van het neerslagoverschot (=meestal <100%) en is aangenomen dat het gedeelte van het topografisch stroomgebied dat werkelijk bijdraagt aan de voeding van de beek, overeenkomt met dat percentage. Zo bleek dat de Dunobeek, de Seelbeek en de Zuiderbeek hun water uit slechts een klein deel, ca. 25%, van hun topografisch stroomgebied krijgen. De te beschermen zone hoeft dus ook maar klein te zijn, overeenkomend met het percentage. De overige beken voeren een groot deel (tot 100%) van het neerslagoverschot op hun topografisch stroomgebied af. Zij hebben een grote beschermingszone gekregen. De beschermingszones zijn neergelegd rondom de beken en vooral de 18
bronzones, en van daar uitgebreid naar gelang het percentage. Voor iedere beek is apart bepaald waar de beschermingszone precies moest liggen. Om de kaart bruikbaar te maken voor vergunningverlening is hij gedigitaliseerd. Daarbij is getracht de grenzen van beschermingszones zoveel mogelijk samen te laten vallen met grenzen van kadastrale eigendomspercelen. In het najaar van 2010 is de kaart aangenomen door de Gemeenteraad. De bescherming zal geregeld worden in alle te vernieuwen bestemmingsplannen. Om de tijd tot de aanpassing van bestemmingsplannen te overbruggen, is de bescherming tevens opgenomen in de Bouwverordening. Inmiddels zijn al enkele aanvragen binnengekomen voor ondergrondse-bouwactiviteiten in een beschermingszone. De gemeente heeft de aanvragers verplicht tot het doen van geohydrologisch onderzoek alvorens besloten wordt tot een eventuele vergunning. Er zijn nog geen resultaten bekend van deze onderzoeken. Het meetplan Om de kaart â&#x20AC;&#x2DC;bescherming grondwaterstromingenâ&#x20AC;&#x2122; in de toekomst beter te kunnen onderbouwen en te verfijnen, is een meetplan opgesteld. Dat is bedoeld om te onderzoeken waar kleischotten voorkomen in de bovenste vijf meter van de ondergrond. Voorgesteld wordt om de metingen te faseren. Fase 1 grondradar In fase 1 wordt grondradar (ook wel georadar) ingezet langs tien meetraaien, die gekozen zijn op basis van huidige kennis, hypothesen over de ligging van klei en praktische omstandigheden. De meetraaien doorkruisen de stroomgebieden van vijf beken, gelegen in Oosterbeek e.o.. Op de bijgeplaatste kaart zijn de meetraaien in de buurt van Oorsprongbeek en Gielenbeek weergegeven. Op het westelijke deel van de stuwwal, rondom Doorwerth en Heveadorp, zijn al eerder dergelijke metingen uitgevoerd. 19
Uit het grondradaronderzoek zal blijken of in Oosterbeek, net als op het westelijke deel van de stuwwal, een grootschalig patroon van kleischotten ligt. Fase 2 grondboringen In fase 2 volgen grondboringen, eventueel aangevuld met sonderingen. Hiermee worden de grondradarresultaten gevalideerd. Indien een grootschalig kleipatroon bestaat, kunnen grondboringen bovendien worden ingezet om op plaatsen waar dat nodig is, verder onderzoek te doen. Geschikte locaties voor die boringen kunnen pas ná fase 1 worden aangewezen. Als geen grootschalig kleischottenpatroon is gevonden, leveren meer metingen waarschijnlijk te weinig informatie op in verhouding tot de kosten. De kaart ‘bescherming grondwaterstromingen’ kan dan helaas weinig verbeterd worden ten opzichte van de eerste versie. In sommige boorgaten zal tijdens fase 2 een peilbuis worden geplaatst. Fase 3 monitoring grondwaterstanden Die zijn om in fase 3 de grondwaterstanden te kunnen monitoren. Hiermee kan bijvoorbeeld worden aangetoond of een gevonden kleischot daadwerkelijk een sprong in de grondwaterspiegel veroorzaakt. Meten beekafvoeren Naast dit gefaseerde onderzoek van textuur en grondwaterstanden, wil de gemeente ook de (variatie in) beekafvoer gedurende langere tijd meten. Daarmee kan het gevoerde beleid worden geëvalueerd. Het onderzoek naar de ligging van de kleischotten is begroot op circa ! 80.000. Ruud Schaafsma, januari 2011
20