it Stadsvernieuwing vanu ectief een sociaal-pedagogisch persp
n a se a n a e c k r e W lst a A l a a r g e t n i een r o o v d i e l e b wijk r e v e o r e t Rech
Aalst
RIET Steel rauwere GREET De B chelden GRIET Vers scher SVEN De Vis
it Stadsvernieuwing vanu ectief een sociaal-pedagogisch persp
n a a n e k r e W l a a r g e t n i een r o o v d i e l e b wijk r e v e o r e t Rech
Aalst
RIET Steel rauwere GREET De B chelden GRIET Vers scher SVEN De Vis
Inhoud Inleiding 1. Een schets van de wijk Kern Rechteroever
7 11
2. Grote beleidsaandacht, versnipperde impulsen
23
3. BAM!Varkensmarkt: inzetten op lokale economie
35
4. Conceptstudie Revitalisatie Kern echteroever: zoektocht naar een integrale visie op Kern Rechteroever
49
5. Uitdagingen
71
2.1 Gewijzigde stadsorganisatie 2.2 Stadsvernieuwing in Aalst 2.3 S tadsvernieuwing in Kern Rechteroever: vele plannen, studies en projecten
3.1 Situering en doelstelling ‘BAM!Varkensmarkt’ 3.2 Collecting, mapping, moving 3.3 Evaluatie door de betrokken actoren 3.4 Nabeschouwing
4.1 Situering en doelstelling 4.2 Rond de tafel 4.3 Zoektocht naar een heterogeen stadsweefsel 4.4 Mobiliteit als knoop
Uitdaging 1: Navigeren met snelheden en schalen Uitdaging 2: Perspectieven en visies in dialoog brengen
Uitleiding Bijlage 1 Plannen, ontwikkelingsgebieden en projecten Bijlage 2 College van Burgemeester en Schepenen Bijlage 3 Tijdspad conceptstudie januari Beelden
11 15 21 23 25 27 35 39 44 46
51 59 63 67
71 83
93 97 107 108 111
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
1.1 Geografische en historische situering 1.2 Demografische en socio-economische situering 1.3 Socio-culturele situering
5
1
De Aalsterse wijk Kern Rechteroever is reeds enkele decennia een gebied waarin geïnvesteerd en vernieuwd wordt. Sedert enkele jaren werd en wordt gewerkt aan een gebiedsgerichte benadering en een totaalvisie op de vernieuwing van het gebied. In deze casestudy wordt een retrospectieve analyse gemaakt van ‘BAM!Varkensmarkt’, één van de kleinschalige projecten in het gebied, en een reflectie op de aan de gang zijnde zoektocht naar een integrale visie op het gebied, onder meer onder de vorm van de conceptstudie ‘Revitalisatie Kern echteroever’. Het sociaal-pedagogisch perspectief op stadsvernieuwing wordt voor deze analyse als reflectiekader gehanteerd.
®
Het onderzoek naar deze actuele beleidspraktijk kaderde in een leertraject en samenwerkingsverband tussen onderzoekers van Hogeschool Gent en twee stedelijke ambtenaren van de Stad Aalst, die deze beleidspraktijk elk vanuit hun eigen positie aansturen en opvolgen. Hannes Raes is coördinator gebiedsgerichte werking binnen het Team Strategische Planning en Europese en Internationale Samenwerking (EISW) van de Stad Aalst. Els Bonnarens is architect ruimtelijk planner en werkzaam in het team Planning en Stadsvernieuwing.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Inleiding
7
Els Bonnarens, architect ruimtelijk planner
Hannes Raes, coรถrdinator gebiedsgerichte werking
2
Het traject met dit duo ambtenaren kreeg vorm op basis van een reeks gesprekken en schriftelijke en telefonische samenwerking en overleg. Voor het duo leek het een opportuniteit om lopende beleidsprocessen tegen het licht te houden van een sociaal-pedagogisch perspectief op stadsvernieuwing. In de loop van het traject werd enige tijd gezocht naar een goede omschrijving van een concrete case, die een voldoende concreet aangrijpingspunt inhield en tegelijk voldoende openheid bood naar beleidsprocessen in de toekomst. De focus in de casebeschrijving kreeg dus gaandeweg vorm en lag niet vast van bij de aanvang van het project.
Beide ambtenaren namen een grote rol op in het schrijfwerk van deze casestudie. Waar de onderzoeker steeds een voorstel voorbereidde voor een werkwijze of een opbouw van een stuk tekst, kropen de ambtenaren in de pen om dit mee uit te werken, bij te stellen of aan te vullen. Deze tekst vormt een neerslag van een denkproces en is het resultaat van deze nauwe samenwerking, boeiend voor alle betrokken partijen. De eerste vier onderdelen van de tekst lezen als een beschrijving van een beleidspraktijk, maar houden door de wijze waarop hij tot stand kwam ook analyses en inhoudelijke keuzes in. In deel 5 worden een aantal uitdagingen besproken die centraal zijn komen te staan in de Aalsterse beleidspraktijk, en waarvoor we als onderzoeksteam telkens aanbevelingen en inpiratiebeelden formuleren. Voor hoofdstuk 1 tot en met 4 tekenen de betrokken ambtenaren en onderzoekers gezamenlijk, de uitdagingen en aanbevelingen in hoofdstuk 5 zijn van de hand van de onderzoekers.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
De ambtenaren leverden beleidsdocumenten aan en raadpleegden zelf archieven en beschikbare data om een gelaagde lezing van de wijk en een historische kadering van de beleidsvoering rond de wijk te kunnen presenteren. De beschrijving van de wijk en het wijkbeleid hielp reeds een aantal vaststellingen en vragen te formuleren, en vormde zo reeds een gezamenlijk leerproces.
9
Aalst in Vlaanderen
Gent
Aalst
Brussel
Rechteroever in Aalst
Kern Rechteroever
Noordwijk
Binnenstad
Watertoren
1 kilometer
n
1
1.1 Geografische en historische situering De wortels van Aalst zijn te situeren in de periode 750-8001 met de Villa van Alost, waar het economisch landbouwcentrum het Zelhof toe behoort en dat gelegen is op de linkeroever van de Dender. Tot de 19de eeuw is het vooral op deze linkeroever dat de stadswoonkern zich ontwikkelt. De 19de eeuw houdt een eerste verstedelijkingsgolf voor Aalst in, waarbij de Dender het centrum van de industrialisatie wordt. Men bouwt er fabrieken, zorgt voor een uitbreiding van de bestaande woonkernen, het spoorwegnet tussen Gent en Brussel wordt uitgebouwd en de Dender gekanaliseerd. Tijdens de 20ste eeuw kent Aalst periodes van bloei en verval. In de jaren 1980, en zeker vanaf 1990, begint Aalst – net zoals andere steden – aandacht te besteden aan stadsvernieuwing.2 Vanaf het begin van de 21ste eeuw trekt de stad nieuwe groepen aan en is er sprake van verdichting, vergroening, vergrijzing en verkleuring. Deze tendensen zijn in vergrote vorm voel- en zichtbaar aan de rechteroever van de Dender.
1 Ghysens, J. (1986). Geschiedenis der straten van Aalst. Aalst: Genootschap voor Aalsterse Geschiedenis, p. 12. 2 De Decker, P. & Meeus, B. (2012). Achter de façade van de pretstad. In: D. Holemans (Eds.), Mensen maken de stad · Bouwstenen voor een sociaalecologische toekomst. (pp. 14-36) Berchem: EPO.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Een schets van de wijk Kern Rechteroever
11
Historische grenzen tussen Kern Rechteroever en het Aalsterse stadscentrum
3
4 4
5
1
De wijk Kern Rechteroever situeert zich in het gebied dat in het westen begrensd wordt door de Dender en in het oosten door de stadsring, die de grens vormt met de minder verstedelijkte buitengebieden rond Aalst.3
Het stadsbeeld van toen is relatief gelijkaardig gebleven. Het is nog altijd een typische woonbuurt voor de arbeidersklasse, die echter in een naoorlogse periode de gevolgen heeft ondervonden van een terugval in de textielindustrie: leegstand en fysisch verval deden vanaf dan hun intrede. Door de spoorweg en de Dender is Kern Rechteroever nog steeds letterlijk en figuurlijk afgesneden van de stedelijke dynamiek en van het stadscentrum.
Hoewel ‘Rechteroever’ als benaming al een lange tijd bestaat in Aalst, vormen Rechteroever en Kern Rechteroever voor bewoners geen homogene wijken maar bestaan ze in de eerste plaats uit verschillende deelgebieden. Uit wijkbevragingen4 blijkt dat bewoners zich binnen de ruimtelijke en geografische afbakening bijvoorbeeld eerder identificeren met buurten van kleinere schaal zoals ‘Heilig Hart’, ‘Sint-Elisabeth’, ‘Mijlbeek’, ‘Molendries’, … De hedendaagse identiteit van Kern Rechteroever wordt sterk bepaald door het ingrijpend industrieel verleden. De snelle de-industrialisering gecombineerd met de nieuwe stedelijke uitdagingen van de voorbije decennia, zoals de toegenomen diversiteit, densiteit en complexiteit van stedelijk samenleven, hebben ertoe geleid dat de wijk Kern Rechteroever 3 Stad Aalst (2013). Aalst – Wijken in cijfers 2013. Aalst: Stad Aalst, p. 188. 4 Onder meer twee ‘wijkbabbels’ in 2012, geïnitieerd door het wijkteam van de lokale politie in samenwerking met de wijkmanager en de gebiedsverkenning uitgevoerd door Hogeschool Gent: Van Steenberghe, T., Steel, R., De Visscher, S. & De Brauwere G. (2013). Aalst Rechteroever: gebiedsverkenning vanuit sociaal-cultureel perspectief, in opdracht van Stad Aalst. Gent: Hogeschool Gent.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
De urbanisatiegeschiedenis van het gebied Kern Rechteroever startte in de 19de eeuw met de kanalisatie van de Dender. Langs de nieuw aangelegde kaaien en straten vestigde zich de industrie. Rond de eeuwwisseling werd in de wijk eveneens het Sint-Elisabethziekenhuis voltooid. Er ontstond in de omgeving van deze site een woon- en werkgebied van een omvangrijke arbeidersklasse. De verhoging van de spoorwegberm met de bouw van tunnels zonderde de wijk af van het stadscentrum.
13
Demografische en economische kenmerken van Kern Rechteroever
6
1
2
7
1
7
Ondanks deze recente infrastructuurwerken (bvb. Werfplein, Sint-Annabrug, …) blijft de verbinding tussen de rechteroever en het stadscentrum, dat op de linkeroever van de Dender is gelegen, echter beperkt. Maar ook de verbinding van de wijk Kern Rechteroever met het buitengebied is onduidelijk.
1.2 Demografische en socio-economische situering6 De sociaal-demografische gegevens van Kern Rechteroever maken duidelijk dat er sprake is van een gediversifieerde bevolking overheen verschillende lijnen (geslacht, leeftijd, nationale achtergrond, gezinstype). Anno 2013 woont ongeveer 8% van de Aalsterse bevolking (n=6532) in Kern Rechteroever, een wijk die 1,6% van de stadsoppervlakte beslaat. Als we de bevolkingsdichtheid van de wijk bekijken, zien we dat die voor de hele wijk ongeveer 53,4 inwoners per hectare bedraagt. In bepaalde delen van de wijk ligt dit aantal iets lager, maar in andere loopt de densiteit op tot 87,9 inwoners per hectare. Sinds 2006 kent Kern Rechteroever bovendien een bevolkingstoename van 13%.
5 Van Steenberghe et al. (2013). Syntheseverslag, p. 4. 6 In de tabellen is ‘Aalst Rechteroever Centrum’ gelijk aan de wijk ‘Kern Rechteroever’. Cijfers en tabellen uit: Stad Aalst (2013). Aalst – Wijken in cijfers 2013, pp. 52-63.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
voor Aalst een brandpunt werd van sociale en ruimtelijke veranderingen: de de-industrialisering heeft lege en verwaardloosde gebouwen en terreinen en armoede onder de bewoners achtergelaten; kleine zelfstandigen en KMO’s kenden geen opvolging, trokken weg of gingen failliet en lieten woon- en winkelpanden van slechte kwaliteit achter; de concentratie van sociale woningen in dit stadsdeel zorgt voor een concentratie van armoede; …5 Tegelijk is de wijk voorwerp van infrastructuurwerken en projectontwikkeling waarbij vaak voormalige industriële sites worden herbestemd en omgebouwd tot nieuwe woon-, handels- en zorgzones. Aan de hand van deze werken en projecten wordt vanuit de Stad onder meer ingezet op de opwaardering van de Dender en de verbindingen tussen de linker- en rechteroever van de stad.
15
Inwoners en bevolkingsdichtheid Aalst en Aalst Rechteroever 1-1-2013
Aantal inwoners*
Bevolkingsdichtheid inw/ha
Aalst
82 120*
10,4
Aalst Rechteroever Centrum
6 532*
53,4
Hoveniers
2507
87,9
Heilig Hart
1170
72,2
Hospitaal
1693
68,9
Bergemeersen
1117
41,5
Goederenstation
45
1,7
SECTOREN
* Zonder collectieve huishoudens
Bevolkingspiramide Aalst en Aalst Rechteroever 100+ 95-99 90-94 85-89 80-84 75-79 70-74 65-69 60-64 55-59 50-54 45-49 40-44 35-39 30-34 25-29 20-24 15-19 10-14 5-9 0-4 5%
4%
3%
2%
1%
% Mannen Aalst Rechteroever Centrum % Vrouwen Aalst Rechteroever Centrum
0%
1%
2%
3%
4%
5%
% Mannen Aalst % Vrouwen Aalst
* Berekening alle inwoners (bevolkings-, vreemdelingen- en wachtregister, op 1 januari 2013, enkel privéhuishoudens. Een kleine uitval is mogelijk wanneer niet alle adres- en leeftijdsgegevens gekend zijn. Bron: Dienst Bevolking Aalst
Bewerking: stad Aalst Dienst Strategische Planning Data & Gis
De gemiddelde leeftijd van 38 jaar wijst op een vrij jonge bevolking. Er is een significant hoger aantal kleuters en tieners in vergelijking met de rest van Aalst en er zijn significant minder senioren. Het aantal gezinnen in Kern Rechteroever neemt toe. Opvallend is de stijging van gezinnen met jonge kinderen. In 2006 was hun aandeel nog vrij gelijklopend met het gemiddelde cijfer voor groot-Aalst. Dat is nu anders. In Kern Rechteroever wonen momenteel naar verhouding meer gezinnen met jonge kinderen dan in Aalst in het algemeen. Er zijn ook meer grote huishoudens (> 5 personen) dan in de rest van Aalst.
Net zoals in de rest van Aalst, wonen er in Kern Rechteroever heel wat verschillende nationaliteiten. Anno 2011 telde de wijk 525 personen opgenomen in het vreemdelingenregister (8,3%) en het wachtregister (0,8%), in totaal 9,1% van de inwoners van de wijk.7 Een blik op de cijfers van het bevolkingsregister8 leert ons dat Nederlanders (2,2%), Congolezen (1%), Turken (1,7%) en Marokkanen (0,7%) de vier grootste groepen van niet-Belgische origine zijn. Daarnaast stelt men vast dat de wijk een doorgangsgebied is: mensen verblijven er dikwijls slechts een kortere periode in vergelijking met de rest van Aalst.
Kern Rechteroever is ook de wijk in Aalst waar de werkloosheid het hoogst is. De werkloosheidsdruk is in Kern Rechteroever bijna het dubbele van deze in Aalst in het algemeen. De concentratie van sociale woningen in dit stadsdeel zorgt voor een concentratie van armoede. De gezinsinkomens in Kern Rechteroever zijn gemiddeld lager dan in de rest van de stad.
7 Deze cijfers zijn afkomstig uit een tabel die dateert van 2011. Het totale bevolkingsaantal in wijk Kern Rechteroever was in 2011 5.814 inwoners; ter vergelijking werden in 2013 6.532 inwoners geteld. 8 Cijfers uit het bevolkingsregister werden bewerkt door Stad Aalst, dienst strategische planning – data & GIS.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
De wijk kent daarnaast een groter aandeel alleenstaanden in vergelijking met de rest van Aalst (40,4% ten opzichte van 33,6% in de rest van Aalst).
17
Werkloosheidsdruk Aalst WERKLOOSHEIDSDRUK 2011 Baardegem
2,7%
Herdersem
2,9%
Meldert
3,1%
Moorsel
3,5%
Gijzegem
3,5%
Hofstade
4,3%
Nieuwerkerken
4,4%
Aalst Rechteroever Periferie Zuid
4,5%
Erembodegem
4,7%
Aalst Rechteroever Periferie Noord
5,9%
Aalst Linkeroever Periferie
6,1%
Aalst Linkeroever Centrum
7,9%
Aalst Rechteroever Centrum
10,7
Werkloosheidsdruk = aantal niet werkende werkzoekende / aantal mensen op beroepsactieve leeftijd Bron: studiedienst VDAB
Bewerking: stad Aalst Dienst Strategische Planning Data & Gis
Divers handelsapparaat en leegstand
2
1
1
1
De economische structuur van de wijk beperkt zich tot een kleinschalig kleinhandelsapparaat en een aantal grote distributiebedrijven in leegstaande fabrieken.
De Moorselbaan was ooit een belangrijke winkelas naar het stadscentrum, maar wordt vandaag gekenmerkt door veel leegstand. Een dense en diverse handelskern bevindt zich in de omgeving van de Varkensmarkt, Molendries en Hoveniersstraat.
Bedrijven Horeca Deze kaart geeft een indicatief beeld van de spreiding van bedrijven en horeca binnen het gebied Aalst Rechteroever.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Horeca en bedrijven in Aalst Rechteroever
19
Sociaal-culturele initiatieven in de wijk 8
6
Carnavalshallen
1
14
2
9
9
Arendcarnaval en stadscarnaval in Kern Rechteroever
1.3 Socio-culturele situering
Daarnaast zijn ook verschillende (stedelijke) overheidsdiensten en -voorzieningen aanwezig in de wijk: Buurtsport, wijkpost Lokale Politie Aalst, Kind en Gezin, OCMW, … In Ontmoetingshuis De Brug is een sociaal restaurant gevestigd dat een groot bereik heeft en een aantal lokale private partners hebben er ook hun stek, waaronder Parol vzw en Samen levingsopbouw vzw. Andere organisaties die voor een sterker netwerk in de wijk zorgen zijn de verschillende scholen en Netwerk, centrum voor hedendaagse kunst. Naar Aalsterse traditie is carnaval duidelijk aanwezig in Kern Rechter oever. Het buitengebied van de wijk Rechteroever organiseert sinds 1981 een eigen carnavalsfeest: het Arend carnaval. Nadat in 1991 de stedelijke werkhuizen van de magazijnen aan de Hoge Vesten verhuisden naar de Bergemeersen, koos de Stad om de oude gebouwen te slopen en er drie carnavalsloodsen te bouwen.9
Zo kreeg de carnavalsstoet die op linkeroever doorgaat vanaf halfweg de jaren 1990 een link met en een plek op rechteroever. Een sociaal-culturele gebiedsverkenning10, in 2012 uitgevoerd door Hogeschool Gent, gaf ook aan dat vele bewoners graag in de wijk wonen, ondanks het negatieve imago dat de wijk nog steeds draagt, dat in belangrijke mate bepaald wordt door de perceptie extern aan de wijk.
9 Ghysens, J. (1986). Ibid. pp. 173 - 174 10 Van Steenberghe et al. (2013). Ibid.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Mede door de gevolgen van de-industrialisering, snelle sociale veranderingen en stedelijke uitdagingen maar ook door de realisatie van verschillende, voornamelijk kleinschalige, stadsvernieuwingsprojecten is de wijk Kern Rechteroever een werkgebied voor diverse sociaal-culturele organisaties en initiatieven, zoals Parol vzw, Goedewil vzw, Mensen helpen Mensen, JOC Rechteroever, …
21
13
2
2.1 Gewijzigde stadsorganisatie De groeiende beleidsaandacht voor de wijk Kern Rechteroever en de nood om een meer integraal beleid te voeren, weerspiegelen zich in de organisatie van het ambtelijke apparaat. Zo neemt de Stad Aalst reeds een aantal jaren verschillende initiatieven om de revitalisering van de wijk Kern Rechteroever aan te pakken. Sinds 2007 is er een werkgroep ‘geïntegreerde en integrale aanpak Rechteroever’ actief. Deze werd aanvankelijk getrokken door de lokale politie Aalst en is sinds 2011 overgenomen door de Stad. Deze werkgroep, bestaande uit politici, ambtenaren en middenveldorganisaties, komt elke twee maanden samen om plannen, opportuniteiten en problematieken van (Kern) Rechteroever te bespreken en concrete actieplannen op te stellen. Vanuit deze werkgroep werd bijvoorbeeld de noodzaak duidelijk om op een structurelere wijze aan gebiedsgerichte werking te doen. In december 2011 versterkte men het team Strategische Planning en Europese en Internationale Samenwerking met een coördinator stedelijk beleid. Deze dienst heeft door haar positie binnen het organogram van
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Grote beleidsaandacht, versnipperde impulsen
23
de Stad de mogelijkheid om organisatiebreed en integraal te werken in nauwe samenwerking met andere diensten. In juni 2012 stelde Stad Aalst een wijkmanager voor Kern Rechteroever aan. Deze heeft als opdracht de brug te slaan tussen de wijk (bewoners, gebruikers, handelaars) en de Stad (bestuur en stadsdiensten). Dit moet resulteren in een meer rechtstreekse communicatie over de noden binnen de wijk en de intenties van het beleid. De functie van wijkmanager is relatief nieuw in Aalst en wordt aangestuurd vanuit het team Samenleving en Integrale Veiligheid. Sinds maart 2013 is het team Strategische Planning en Europese en Internationale Samenwerking uitgebreid met een coördinator gebiedsgerichte werking, die in nauwe samenwerking met de wijkmanager de aanpak en visie rond het gebiedsgericht werken moet verfijnen en in de praktijk brengen. Hoewel ze in verschillende stadsteams zijn ingedeeld, brengen de coördinator gebiedsgerichte werking en de wijkmanager gebiedsgerichte werking in de praktijk door ‘in tandem’ vanuit een territoriale invalshoek de noden in specifieke wijken en buurten te bekijken en die te vertalen naar het beleid. Beide gebruiken daarbij een gelijkaardige methodiek, maar leggen de focus op een ander niveau. De coördinator gebiedsgerichte werking tracht de rol van onderzoeker, netwerker en tussenpersoon op te nemen tussen de stadsdiensten, het College van Burgemeester en Schepenen (CBS)11 en externe partners; de wijkmanager houdt permanent de vinger aan de pols op het terrein en fungeert als veldwerker, tussen bewoners, buurtcomités, … en de Stad. De meeste stadsvernieuwingsprojecten werden vóór de aanwerving van een wijkmanager en coördinator gebiedsgerichte planning, geïnitieerd en getrokken vanuit het team Planning en Stadsvernieuwing. Andere stadsdiensten (mobiliteit, openbaar domein, leefmilieu, economie, …) werden op initiatief van de respectievelijke projectleider via projectgroepen betrokken bij de opmaak van visies en masterplannen. Sinds de aanwezigheid van de coördinator gebiedsgerichte werking kan het team Planning en Stadsvernieuwing, verantwoordelijk voor het ruimtelijke verhaal, de projecten in11 De bevoegdheden van het CBS voor de bestuursperiode van 2013-2018 zijn opgenomen in bijlage 2.
bedden in een ruimer (socio-economisch) verhaal. Waar vroeger de project leider een medewerker was van het team Planning en Stadsvernieuwing, wordt nu telkens bekeken bij welke dienst het project best thuishoort en kunnen ook ambtenaren van andere diensten gemandateerd worden om een project te trekken en te leiden. Dit alles betekende een grote verandering maar ook een blijvende zoektocht binnen de stadsorganisatie. Waar voorheen stadsvernieuwing in hoofdzaak een ruimtelijk ordeningsverhaal was, wordt nu actief gezocht naar een meer integrale en geïntegreerde benadering en een gedegen samenwerking tussen stadsdiensten.
Aalst kende in de 20ste eeuw dezelfde ontwikkelingen als andere Vlaamse steden: armoede en werkloosheid kwamen er in grotere concentraties voor, nieuwe woningen (met tuin) werden buiten de bestaande stadskern gebouwd en aan de 19de-eeuwse goedkope en weinig kwalitatieve woningen veranderde er weinig tot niets.12 Op die manier was er in de stadskern vooral sprake van verval en afbraak, wat dan weer zijn invloed had op de bevolkingssamenstelling. Sinds 1980 onderneemt Stad Aalst acties in het kader van stads- en dorpsherwaardering.
In dit kader werden in Aalst twee herwaarderingsgebieden afgebakend: in het gebied ‘Linkeroever’ (1984) ging dit om een groot deel van het historisch centrum van de stad; het gebied ‘Rechteroever – wijk Varkensmarkt’ werd in 1985 erkend als herwaarderingsgebied.13 Vanaf eind jaren 1980 ging de aandacht naar stadsontwikkeling en beconcurreerden steden zich in het aantrekken van bedrijven, toeristen en recreanten.14 Dit betekende dat Aalst, net als andere steden, vooral inzette op de verfraaiing van het historisch centrum en daarnaast met armoedefondsen vorm gaf aan een aantal impulsprojecten. Vanaf het begin van de 21ste eeuw trekt de stad nieuwe groepen aan en is er sprake van vergroening, vergrijzing en verkleuring.15 De laatste jaren zet de Stad sterk in op stadsvernieuwing. Eén voorbeeld is 12 De Decker & Meeus (2012). Ibid. pp. 26-27. 13 Braet, J. (1998). Stadsontwikkeling te Aalst: revitalisatie van een 19de-eeuwse stadswijk. Leuven: Katholieke Universiteit Leuven, onuitgegeven licentiaatsverhandeling, p. 93. 14 De Decker & Meeus (2012). Ibid. p 28. 15 Van Steenberghe et al. (2013). Procesverslag, p. 18.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
2.2 Stadsvernieuwing in Aalst
25
1
Stadsvernieuwing stationsomgeving
7
1
1
1
het stadsvernieuwingsproject stationsomgeving, dat een onderdeel vormt van het grotere stadsproject ‘Filatures & Urban Fabric(s): Masterplan stationsomgeving Aalst’, opgemaakt door Christian Kieckens Architects. Dit project beoogt de realisatie van een ‘waterfront’ waarbij de Dender terug een volwaardig onderdeel wordt van het stedelijk leven16 en wil als hefboom werken voor nieuwe stedelijke ontwikkelingen in de Denderomgeving doorheen het stadscentrum van Aalst.
2.3 S tadsvernieuwing in Kern Rechteroever: vele plannen, studies en projecten Vanaf eind de jaren 1970 en begin de jaren 1980 kwam Rechteroever in het vizier voor stadsvernieuwingsprojecten en een herwaarderingsoffensief. Tot halverwege de jaren 1970 richtte stadsvernieuwing zich in Aalst voornamelijk op de herinrichting van het stadscentrum op de linkeroever. Vanaf de instelling van de herwaarderingsgebieden kwam er enige aandacht voor de verloederde 19de-eeuwse stadsgordel op Kern Rechteroever.
De winkelstraten werden verkeersarm ingericht, het Hoveniersplein kreeg impulsen als wijkkern met een polyvalent lokaal, en op de plaats van de voormalige stedelijke werkhuizen kwamen een speelpleintje en de nieuwe carnavalshallen.20
16 http://www.thuisindestad.be/Stationsomgeving-Aalst.html, geconsulteerd op 10-04-2014. 17 Ibid. 18 Vervloesem, E. (2012). Stadsvernieuwing in Vlaanderen, In: E. Vervloesem, B. De Meulder & A. Loeckx (2012). Stadsvernieuwingsprojecten in Vlaanderen – (2002 -2011), Een eigenzinnige praktijk in Europees perspectief. (pp. 163-165). Brussel: ASP. 19 Stad Aalst (2012). Beleidsmemorandum Aalst 2012. Aalst: Stad Aalst, beleidsnota, pp. 83-84. 20 Stad Aalst. (2008). Toelichtingsnota RUP Hertshage. Aalst: Stad Aalst, beleidsnota, p. 5.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Het stadsvernieuwingsproject omvat ook een aantal deelprojecten die gericht zijn op het realiseren of versterken van de linken tussen de twee stadsoevers17•18 en worden gezien als verbindende projecten voor handel, wonen, werken, recreatie en dienstverlening.19 Daarbij heeft men zowel oog voor de herwaardering van oude bedrijfsgebouwen, de heraanleg van publieke ruimtes als het uitvoeren van nieuwe bouwprojecten. Tot slot wordt de Denderpromenade vormgegeven met pleinen en bruggen die fysiek de relatie leggen tussen beide Denderoevers.
27
Masterplan omgeving Albrechtlaan
10
Het stadsbestuur selecteerde de wijk Kern Rechteroever in diezelfde periode als prioritair herwaarderingsgebied, omwille van uitgesproken stedenbouwkundige, sociale, culturele en economische elementen. In 1984 formuleerde het Aalsterse College van Burgemeester en Schepenen een aantal doelstellingen om de leefbaarheid en de woonfunctie in het betreffende stadsdeel op te vijzelen.21 In het kader van een herwaarderingsbesluit van 1994 werden een aantal deeloperaties opgenomen, waarvan er intussen een groot aantal zijn uitgevoerd en hun effect hebben op de leefbaarheid van de hele wijk.
Zo zijn er twee Masterplannen opgemaakt die betrekking hebben op het gebied Kern Rechteroever (Masterplan omgeving Albrechtlaan en Masterplan Filatures and Urban Fabric(s)) en drie Ruimtelijke Uitvoeringsplannen voor delen van dit gebied.
Een grote uitdaging ligt in de verbinding tussen de deelmasterplannen, opdat Rechteroever geen verzameling van deelprojecten wordt, maar een heterogeen stadsweefsel waar aangenaam kan worden gewoond, gewerkt en ontspannen en waar maximaal aandacht is voor sociale cohesie. Deze uitdaging is de letterlijke vertaling van de eerste strategische doelstelling van de huidige beleidscoalitie (2013 – 2018) en werd opgenomen in de meerjarenplanning onder de term ‘Aalst, charmante en aantrekkelijke woonstad met maximale sociale cohesie’.22 Naast de opmaak van twee Masterplannen en drie Ruimtelijke Uitvoeringsplannen, vonden recent drie studies plaats over en in (Kern) Rechteroever: een sociaal-culturele gebiedsverkenning door Hogeschool Gent, een masterclass studio door Vereniging voor Ruimte en Planning vzw en een conceptstudie onder begeleiding van Architecture Workroom Brussels (AWB) waarop we verder in deze brochure ingaan.
21 Braet, J. (1998). Ibid. p. 96. 22 Stad Aalst (2013). Stad Aalst Meerjarenplan 2014 – 2019. Aalst: Stad Aalst, p. 85
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
De verhoogde beleidsaandacht voor Kern Rechteroever vertaalt zich reeds decennia in een reeks plannen, studies, en projecten in en om het gebied.
29
Tot slot vormde Kern Rechteroever het projectgebied voor een grote verscheidenheid aan kleine en middelgrote projecten, waarbij de stadsorganisatie initiator of betrokken partij was. Een groot deel van het SIF-budget van de jaren 1990 besteedde men aan Kern Rechteroever. Binnen het luik ‘kansarmoedebestrijding en welzijnsbevordering’ werd prioriteit gegeven aan onderwijs, cultuur, huisvesting, werk, dienst- en hulpverlening naar specifieke doelgroepen toe. Binnen het luik ‘verbetering van de leefbaarheid van achtergestelde buurten’ werd een aanzet gegeven tot wijkontwikkeling, met een klemtoon op de buurt Sint-Elisabeth waar men het park Sint Elisabeth aanlegde en het ontmoetingshuis De Brug bouwde. Eind jaren 1990 werden de woonstraten Korte Binnenstraat, de Rapenstraat en de Groenstraat heringericht. In de zone van het voormalige ziekenhuis verrezen een 200-tal sociale woningen en in dezelfde omgeving richtte men de afgelopen jaren volkstuintjes en een buurtcompostpark in. In 2004 volgde een bekroning op de gedane ingrepen in de buurt Sint-Elisabeth met de Thuis in de Stad Prijs23 van de Vlaamse overheid en de Buiten gewone Buurtprijs.
Onderstaande kaart biedt een overzicht van de projectgebieden en lopende initiatieven in de wijk, anno juni 2014. Een uitgebreide legende en beschrijving per initiatief is opgenomen in bijlage 1. Eén van de projecten, ‘BAM!Varkensmarkt’, wordt in deze brochure aangegrepen als een exemplarisch voorbeeld van de vele impulsen die de lokale overheid reeds heeft gegeven aan de wijk. Met dit project zette de Stad in op de lokale economie in het hart van de wijk. Zoals vele andere pilootprojecten in Kern Rechteroever heeft ‘BAM!Varkensmarkt’ haar 23 Q uote van de jury: ‘Het project van Aalst is complex, heeft meerdere lagen en draagt meerdere keuzes in zich. Het niet verder uitvoeren van vroegere beslissingen, namelijk de uitbreiding van geplande complexen van sociale woningen, is een keuze die moed vergt. Soms moet een stad kunnen en durven terugkomen op eerdere beleidsbeslissingen. Ook opmerkelijk: de overtuiging waarmee het openbaar domein met zijn publieke karakter wordt ingezet als bindend element voor de buurt. De investering in spelinfrastructuur voor de jeugd en de aanleg van de volkstuintjes ‘Den Ajuin’ zijn zichtbare resultaten. De mix van wonen en werken en de gedeeltelijke omschakeling van bedrijvenzone naar woonzone zijn zeer interessant.’ Thuis in de Stad (2010). 10 jaar Thuis in de Stad Prijs, winnaars 2001-2010. Brussel: Agentschap voor Binnenlands Bestuur, pp. 70-71.
verdiensten, maar is het tegelijk illustratief voor de versnippering van beleidsinitiatieven die onvoldoende waren ingebed in een brede en integrale visie op het gebied. ‘BAM!Varkensmarkt’ is, net als vele andere projecten, in hoofdzaak vanuit één stadsdienst en beleidsdomein gedefinieerd en ‘getrokken’. Deze keuze werd weliswaar mede bepaald door in te willen spelen op een domeinspecifieke subsidieoproep, maar dat betekende tegelijk dat het project slechts in beperkte mate is opgehangen aan een integrale en lange termijn visie op het gebied.
11
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Toekomstbeeld Pierre Corneliskaai
31
B // ‘Iedereen Hovenier’ – 1 mei-kramerij
H // Volkstuintjes ‘den Ajuin’
1
2
2 K // Ontmoetingshuis De Brug en buurtpark
D // Logo Prikkelproject 1
12
E // Foto Cristal Cleaning
2
M // Bewoners van de maand – Kunst in de wijk
Overzicht ontwikkelingsgebieden en projecten in en om de wijk Kern Rechteroever
Tupperware
Tragel
L
R41
G H
D
Pierre Corneliskaai D
K J Pendelparking D NAC
O.L.V
D
D E C
A
M
Werfplein Sint-Annabrug
n
lbaa
rse Moo
F B N
Zorgwoonwijk Mijlbeek Carnavalshallen
I
Ondernemerszone
Ontwikkelingsgebieden Gebiedsaanduiding conceptstudie AWB Projecten A Gevelrenovatieproject B ‘Iedereen Hovenier’ – 1 mei-kramerij C BAM! Varkensmarkt D Prikkelproject E Foto Cristal Cleaning F Schoonmaak en bebloeming G Buurtcompostparkje ‘de Fiber’
H Volkstuintjes ‘den Ajuin’ I Demoplaats Bergemeersen J Mobiele speelpleinwerking KO ntmoetingshuis De Brug L F abriek Plastiek M Bewoners van de maand – Kunst in de wijk N Wijkpost Lokale Politie KRO
Zie voor beschrijving van de verschillende projecten bijlage 1, p. 97
33
7
3
3.1 Situering en doelstelling ‘BAM!Varkensmarkt’ In deze casestudy blikken we terug op ‘BAM!Varkensmarkt’, een afgelopen en relatief kleinschalig social design project ter herwaardering van de aanwezige handelskern in Kern Rechteroever. ‘BAM!Varkensmarkt’ was een kortlopend project (september tot december 2013) dat in Kern Rechteroever een zuurstofkuur wilde zijn voor de handelskern. Door een samenwerking met het ontwerpbureau Nahman, een ‘human-centered design-agency’, en met behulp van een projectsubsidie van de Vlaamse Vereniging voor Steden en Gemeenten en Design Vlaanderen, wilde Stad Aalst de lokale economie een nieuwe boost geven en de communicatielijnen tussen verschillende handelaars en hun omgeving versterken. Het project werd geleid door de dienst Economie en Landbouw, met het team Strategische Planning (gebiedsgerichte werking) en het team Samenleving en Integrale Veiligheid als partners (wijkmanager). De probleemanalyse die richting gaf aan het project, vertrok vanuit een analyse van de omgeving van het handelsapparaat van de Varkensmarkt en omliggende straten:
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
BAM!Varkensmarkt: inzetten op lokale economie
35
‘De handelskern rond de Varkensmarkt is een buurt in transitie. Van oudsher zijn hier veel winkels gevestigd rond de uitvalswegen van en naar het centrum van de stad. Nu staan heel wat handelspanden leeg, tot ongenoegen van de omwonenden. Er komen wel nieuwe winkels, maar vaak zijn de uitbaters inwijkelingen van verschillende nationaliteiten en dit roept gemengde gevoelens op bij bewoners, andere handelaars en politici. Zij baten een ‘ander soort’ winkels uit en hebben ook een heel andere manier van zakendoen, van winkelinrichting, van ‘etalage maken’, … Dit zorgt voor onbegrip en spanningen tussen de oorspronkelijke en nieuwe handelaars.
Zowel de spanningen als de leegstand hebben het imago van de Varkensmarkt en omgeving als winkelbuurt negatief beïnvloed. Het handelsapparaat kent tegelijk nochtans een zeer interessante verscheidenheid: een kleermaker, een goudsmid, een keramiekatelier, een tegelhandel, een behang- en decoratiezaak, een naaiatelier, een muziekwinkel, een optiekwinkel, kappers, 2de-handswinkels, kledingzaken, een dierenwinkel, een bloemenwinkel, een frituur, een escargotkraam, groente winkels, winkels met Afrikaanse en Turkse specialiteiten, een drankencentrale, bakkers, slagers, een vishandel, een traiteur, een warenhuis, apotheken, enzovoort.’24 De Stad Aalst erkende een aantal problemen, maar miste de goede instrumenten en juiste aanpak om hieraan tegemoet te komen. De masterclass van de Vlaamse Vereniging voor Ruimte en Planning en de gebiedsverkenning vanuit sociaal-cultureel perspectief door Hogeschool Gent (zie bijlage 1) verschaften wel een beter inzicht in de leefbaarheid, betekenisverlening en het ruimtegebruik van bewoners in de wijk, maar deze onderzoeksresultaten werden slechts in beperkte mate aangegrepen om verder in de wijk aan de slag te gaan. De dienst Economie, gesteund door het stadsbestuur, was van mening dat het omkeren van de negatieve spiraal in de winkelbuurt Varkensmarkt kon aangepakt worden door een combinatie van social design en retail design. Social design heeft de bedoeling om aan de hand van ontwerpmethodes samen met buurtbewoners te zoeken naar oplossingen die sociale en structurele knelpunten in de buurt kunnen verhelpen of in de aandacht 24 Stad Aalst (2013, 18 februari). Collegebesluit 28289. Aalst: Stad Aalst
brengen. Het wordt gedefinieerd als een ontwerpproces dat bijdraagt aan menselijk welzijn en leefbaarheid. Retail design is de term voor alles wat te maken heeft met het ontwerpen van een winkel (bvb. gevelbekleding, belettering, etalage, interieurinrichting, …).
‘ e en hoogwaardig winkelapparaat; meer respect voor elkaar, elkaars sterktes en verscheidenheid; respect van alle handelaars voor de geldende regelgeving; leegstand wegwerken; samenwerking tussen de handelaars stimuleren; elkaars klanten leren waarderen; methodiek om nieuwkomers te integreren.’ Voor het project ‘BAM!Varkensmarkt’ werd een samenwerking opgestart met Design Vlaanderen (Vlaamse overheid, Agentschap Ondernemen) die eigentijds en kwaliteitsvol Vlaams design promoot, ook op het vlak van diensten en sociale problematieken. Design Vlaanderen gaat op een gestandaardiseerde wijze tewerk: het zoekt een gemeente of OCMW dat wenst in te spelen op een concrete lokale sociale uitdaging of een concreet sociaal conflict waarvoor het bestuur op dat moment geen pasklare oplossing heeft en waar de betrokkenheid van bewoners en diensten centraal kan staan. Via de inzet en de creativiteit van service designers wordt vervolgens naar een concrete oplossing gezocht. Design Vlaanderen bood 40.000 euro aan als honoraria voor de social designers. Het lokale stadsbestuur financierde zelf ook 10.000 euro, waarvoor middelen van het Prikkelproject – een project ter opwaardering van het woonpatrimonium van de wijk26 – werden aangewend.
25 Stad Aalst (2013, 2 december). Collegebesluit 35198. Stad Aalst, beleidsdocument, pp. 1-3. 26 Zie bijlage 1, p. 96.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Stad Aalst formuleerde de ambitie om de veelzijdigheid van de buurt als een sterkte te leren zien en wilde door middel van het project ‘BAM!Varkensmarkt’ de sociale cohesie en het winkelgebeuren in de handelskern van de wijk een heropleving geven. Begin 2013 formuleerde het college van burgemeester en schepenen de doelstellingen van het project als volgt:25
37
Impressies proces: verkenning, workshops
7
7
Resultaten van de project stemming 47 handelaars hebben gestemd op 8 projectideeën elke handelaar kreeg 3 voorkeursstemmen en 1 bijdrage stem
3 PROJECTEN WAAR WE MEE VERDER GAAN:
7
Verbinding met Linkeroever
#38 stemmen
Promotie voor de wijk maken buiten de wijk via bijvoorbeeld folders, bewegwijzering ...
#30 stemmen
Verlichting
De verlichting in de straten tijdelijk aangenamer maken met een climax in de konker(s)...
7
De overige resultaten De buurt proper maken een opkuisactie organiseren: één grote container of meerdere vuilnisbakjes.
#28 stemmen
Hoveniersplein gezelliger maken tijdelijk het hoveniersplein herinrichten rondom de petanque banen die nooit afgemaakt zijn.
#20 stemmen
Muziek in de straat een week lang, elke dag een andere handelaar, op een andere plek muziek in de straat.
#14 stemmen
Ambacht/boeren/kerstmarkt
#29 stemmen
Eenmalig een thema-markt organiseren op het Hoveniersplein ...
= voorkeursstem = bijdragestem
7
Eet/winkel parcours een parcours opzetten door middel van opeenvolgende evenementjes.
#11 stemmen
Broodjeszaak om beurten serveren de handelaars boterhammen/lunch op de bam locatie.
#7 stemmen
3.2 Collecting, mapping, moving Op 6 september 2013 ging het project ‘BAM!Varkensmarkt’ effectief van start. Het ontwerpbureau Namahn begeleidde dit project met een team van zes mensen, waarvan twee mensen op het terrein. De social designers hadden de opdracht om op drie maanden een samenwerking met en tussen de handelaars van de Varkensmarkt te bewerkstelligen. Het idee bestond eruit om te werken in drie verschillende fases:27
Fase 1: Collecting
Fase 2: Mapping
In samenwerking met de handelaars wou men een aantal concrete zaken tot uitwerking brengen die een aanzet konden geven tot een duurzame samenwerking tussen de handelaars.
Fase 3: Moving:
Daarbij had men acht ‘sprints’ of kleine projecten voor ogen die op tweewekelijkse basis zouden worden gerealiseerd. Na een aantal verwoede pogingen van de designers om de diverse handelaars samen te brengen en een tussentijdse interne evaluatie met de dienst Economie en de wijkmanager werd het oorspronkelijke opzet echter bijgestuurd.
De social designers beslisten om zelf een eerste sprint uit te werken om de nodige dynamiek tot stand te brengen. Dit resulteerde in een origineel stratenplan van de winkelwijk met daarop de namen van alle handelaars en een beeld van hun ‘core business’.
27 http://www.sustainable-everyday-project.net/bam-varkensmarkt, geconsulteerd op 07-04-2014
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Aan de hand van een aantal workshops georganiseerd door de designers wenste men een inventarisatie te maken van de sterktes en de zwaktes, de opportuniteiten en de bedreigingen van het handelsapparaat. Op die manier verwachtte men diverse ideeën en capaciteiten van de wijk te kunnen samenbrengen.
39
Stratenplan
Op 17 oktober 2013 werd dit plan aan de handelaars voorgesteld tijdens een receptie. Een 40-tal handelaars – zowel gevestigden als nieuwkomers – waren daarbij aanwezig en konden hun ideeën, bemerkingen en vragen met betrekking mogelijke acties en ingrepen in de buurt achterlaten op een ideeënwand. Terzelfdertijd bood deze receptie ook de handelaars de kans elkaar beter te leren kennen.
erbinding met linkeroever V Een themamarkt organiseren Een parcours opzetten door middel van opeenvolgende evenementjes Een week lang muziek in de straat De verlichting in de straten aangenamer maken met een climax in de konker28 Het Hoveniersplein gezelliger maken De buurt proper maken Een broodjeszaak in samenwerking met de verschillende handelaars Een website als communicatiemiddel voor het aanbod aan handels zaken De ideeën met de meeste voorkeurstemmen werden als mogelijke projecten weerhouden. In de loop van het project zijn volgende acties gerealiseerd:
Stratenplan met foto’s van handelswaar en verwijzing naar eigenheid van de buurt
Er werden foto’s gemaakt van de handelswaren en diensten die de handelaars aanbieden. Deze werden verwerkt in een stratenplan. Drie panelen met het stratenplan (A0 formaat) werden geplaatst aan toegangen van de wijk. Op 4 december 2013 werden de stratenplannen onthuld tijdens een fotomoment met de verzamelde pers en de handelaars. Door deze panelen op strategische plaatsen te zetten, werd de vraag gesteld of het opportuun is om de borden te ‘verduurzamen’ en als herkenningsbord voor de handelsbuurt te gebruiken. Deze piste werd op het moment van dit onderzoeksproject nog bekeken door Stad Aalst.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
De verzamelde ideeën werden aan de handelaars voorgelegd, waarbij hen de vraag werd gesteld om een top drie te bepalen en aan te geven aan welke projecten zij wilden of konden meewerken. Een aantal van de ideeën/ thema’s die tijdens deze receptie besproken werden, waren:
28 De ‘konkers’ zijn de twee korte tunnels onder de treinsporen die een belangrijke toegang vormen tot de wijk.
41
GEREALISEERDE PROJECTEN IN BAM!VARKENSMARKT
Winkelstratenplan aan de toegangen van Kern Rechteroever 7 Speelse verbinding met Linkeroever
presenteert vanaf 9 december tot 26 januari
VideoRoute 7
een aantrekkelijk visueel traject langs de winkelstraten in Aalst Rechteroever.
Opening 7 december 20:00 in
Videoroute langs acht vitrines
zondag 15 december 13.00-18.00 uur rond het Hoveniersplein *eten, drinken, winkelen*
Kerstmarkt op Rechteroever
7
Tentoonstelling VideoRoute29
In samenwerking met Netwerk, centrum voor hedendaagse kunst en gevestigd in de wijk, werd een wandeling gemaakt met videokunst in de vitrines van acht handelszaken. De videowerken die hiervoor geselecteerd werden zouden elk op zich ontmoeting in de buurt stimuleren. Van 7 december 2013 tot 15 januari 2014 plaatste men bij de betrokken handelaars televisieschermen in de etalages waar telkens de creatie van een artiest werd getoond.
Voetjes
Om mensen op een speelse manier naar de buurt te lokken, werden vanuit verschillende punten voetsporen en wegwijsbordjes aangebracht die een verbinding met linkeroever creĂŤerden. Deze actie vond plaats op 11 december 2013.
Kerstkaarten
In de kerstperiode hingen handelaars kleine kerstkaarten in de huisstijl van het project in hun vitrine. De betrokken handelaars schreven hierop hun gepersonaliseerde kerstboodschap voor andere handelaars en voorbijgangers.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Kerstmarkt
Op 15 december organiseerde men in de namiddag een kerstmarkt. Een aantal winkeliers stelde een kraampje op en er was een bandje aanwezig om het geheel muzikaal aan te kleden.
29 http://www.netwerk-art.be/nl/artistic/963/videoroute, geconsulteerd op 13-05-2014
43
3.3 Evaluatie door de betrokken actoren Na afloop van ‘BAM!Varkensmarkt’ evalueerden de betrokken stadsdiensten en de social designers van Nahman het project. Er vond ook een evaluatiemoment plaats met een twintigtal handelaars. In wat volgt worden de belangrijkste elementen uit deze evaluaties beschreven. Men beklemtoonde de kleinschaligheid en korte looptijd van het project. Tijdens de drie projectmaanden werkten twee social designers één dag per week in de wijk.
Deze kleinschaligheid heeft volgens de betrokkenen haar gevolgen voor de effecten van het project. Vooral buitenstaanders staan zeer kritisch tegenover de directe resultaten van het project of het mogelijke lange termijn effect ervan. De (niet bescheiden) ambities van het project konden inderdaad niet allemaal waargemaakt worden. De doelstellingen om leegstand weg te werken en om het winkelapparaat te revitaliseren zijn met ‘BAM!Varkensmarkt’ bijvoorbeeld niet geslaagd. Wel is er sprake van sterkere communicatielijnen en grotere betrokkenheid van de handelaars op elkaar. De verkenning van de capaciteiten bracht verschillende troeven in beeld, waaronder de vitrines, de konkers, het plein, de gratis parking, het diverse aanbod, de multiculturaliteit, muziek, feest en carnaval, mode en interieur en interesse van de nieuwe handelaars in mode en retro. Er is veel ondernemerschap, en door de diversiteit biedt het handelsapparaat toegang tot verschillende gemeenschappen. Samenkomsten en samenwerkingen tussen mensen werden als aangenaam en positief ervaren. Tijdens het project werden er verschillende voornemens gemaakt om in de toekomst vaker gezamenlijke initiatieven te nemen, bijvoorbeeld in het kader van de ‘1-Mei-kramerij’. Er leven echter ook heel wat frustraties bij de handelaars (rond verkeer, verlichting, sluikstorten, …) die leiden tot een negatieve sfeer en positief denken over de toekomst moeilijk maken. Bijkomende hindernissen waarmee men in het project werd geconfronteerd zijn gelinkt aan geld, tijd, taal, racisme en onenigheid, een beperkt engagement en een moeilijke relatie tussen de Stad en de buurt inzake eigenaarschap van het project.
De wensen van de handelaars hebben te maken met een verlangen naar een ‘betere winkelbuurt’, met meer bekendheid, klanten en omzet. Men wil dat de handelszone rond de Varkensmarkt als volwaardig deel van Aalst beschouwd en behandeld wordt, zowel qua infrastructuur, activiteiten alsook in termen van een sterk, veelzijdig en positief imago.
De designers zouden retrospectief een ander plan van aanpak hebben opgemaakt, met meer tijd voor onderzoek, minder ingrepen, een sterkere start en een andere framing met de opdrachtgever: samen met de Stad als partners naar buiten komen achtte men achteraf gezien een betere optie. De nadruk op het ‘doen’ vindt men iets om te behouden, maar met een grotere klemtoon op samenwerking. Men zou bijvoorbeeld uitvoeriger stilstaan bij het maken van afspraken over de bijdrage van alle betrokken partijen. Alle inspanningen van alle betrokkenen ten spijt heeft men bij de evaluatie van ‘BAM!Varkensmarkt’ moeten vaststellen dat het moeilijk is en blijft om handelaars te motiveren zelf initiatieven te nemen en/of actief deel te nemen aan acties of projecten geïnitieerd door derden (stadsdiensten, verenigingen, …). Als aanbeveling naar de toekomst willen alle betrokken partners zich gezamenlijk blijven inzetten op de communicatie en samenwerking tussen de handelaarsgroepen, en op een positief imago van de buurt.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
De bij ‘BAM!Varkensmarkt’ betrokken handelaars achten het dan ook noodzakelijk om dergelijk project duurzaam uit te bouwen met meer begeleiding of ondersteuning, en met meer flexibiliteit, communicatie, tijd en budget.
45
3.4 Nabeschouwing Al was ’BAM!Varkensmarkt’ een kleinschalig en kortlopend project, de betrokken ambtenaren benadrukken de noodzaak om blijvend in te zetten op twee sporen. In een eerste spoor moeten kleinschalige (ad hoc) ‘prikkels’ naar waarde geschat worden en vormen ze een noodzakelijk signaal naar bewoners en handelaars met mogelijks belangrijke gevolgen voor de wijk. Een tweede spoor moet intensief inzetten op het langzame proces van het ontwikkelen van een lange termijn visie op de stad in het algemeen en/of een wijk in het bijzonder. Met een project als ‘BAM!Varkensmarkt’ wordt de noodzaak aangetoond dat medewerkers van de Stad meer naar buiten moeten komen. Een moeilijkheid waarmee men tijdens en na afloop van het project ‘BAM!Varkensmarkt’ is geconfronteerd, is dat men met externe social designers samenwerkte, die na afloop van het project de wijk weer dienden los te laten. In de toekomst zou men zich als Stad meer en beter kunnen profileren in dit soort kleine projecten, door ook als ambtenaar een actieve en zichtbare rol op te nemen in een traject. Op die manier kan men op het eerste van de voornoemde sporen (kleinschalige prikkels) zichtbaar inzetten. Illustratief voor het tweede spoor (lange termijn visie) is één van de in ‘BAM!Varkensmarkt’ opgemaakte doelstellingen: het nastreven van een hoogwaardig handelsapparaat. Men moet zich als Stad eerst de vraag kunnen stellen wat men onder een hoogwaardig handelsapparaat begrijpt. Wie bepaalt dit, en vanuit welk perspectief? Wil men de vroegere winkelomgeving opnieuw oproepen of wil men een vernieuwd apparaat ondersteunen en versterken? Deze vragen zouden beantwoord moeten worden in een omvattende visie, vooraleer er gepast op kan worden ingezet.
Toch zijn er met ‘BAM!Varkensmarkt’ verschillende lijnen uitgezet, waarmee verder aan de slag kan en moet worden gegaan. Enerzijds ligt hier een belangrijke taak bij de Stad Aalst. Anderzijds wil de Stad ook handelaars responsabiliseren om verder te bouwen op de reeds genomen initiatieven en/of nieuwe engagementen aan te gaan.
De betrokken ambtenaren menen echter dat er in het project 'Bam!Varkensmarkt' een kans gemist is door dit project niet te linken aan een bredere aanpak van de wijk.
Net zoals verschillende andere projectmatige beleidsinitiatieven in het gebied Kern Rechteroever, was ‘BAM!Varkensmarkt’ in hoofdzaak een project dat geïnitieerd werd door één stadsdienst. In die zin wordt ‘BAM!Varkensmarkt’ als een exemplarische praktijk aangegrepen die een beeld geeft van een courante beleidsvoering. De gehanteerde werkwijze illustreert een probleem van versnippering binnen de stadsorganisatie. Het project bouwde slechts beperkt voort op reeds bestaande bevragingen en voorgaande impulsen in het gebied. Het werd ook niet als een voortraject van de meer omvattende conceptstudie beschouwd, ondanks het feit dat de timing van beide projecten wel te verzoenen was. Hieruit volgend willen de onderzoekers en betrokken ambtenaren een antwoord zoeken op volgende vragen: p welke wijze kunnen kleinere en kortere projecten (inspelen op ‘opO portuniteiten’, subsidiecalls, quick wins op vraag van schepenen, zichtbaarheid in het straatbeeld creëren) toch ingeschakeld worden in de langere termijn van stadsvernieuwing? p welke wijze kan de opgedane kennis en ervaring in deze casus worden O ingezet in het toewerken naar een betere aanpak om tot een integrale wijkbenadering te komen?
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Ook al werden andere diensten – gebiedsgerichte werking, wijkmanager, wijkagenten, communicatie, … – bij de opstart van het project betrokken, toch heeft het project zich niet echt uit het ‘specifiek-economische harnas’ kunnen wurmen. Er zijn vooropgestelde doelstellingen behaald, maar een sterke verbinding met andere domeinen ontbreekt.
47
13
4
De ervaringen opgedaan met ’BAM!Varkensmarkt’ illustreren de nood aan een meer integrale visie op het stadsvernieuwingsgebied Kern Rechter oever. In wat volgt wordt een traject beschreven waarin verschillende stadsdiensten samen op zoek gaan naar een gedragen en integrale toekomstvisie voor Kern Rechteroever.
®
De conceptstudie ‘Revitalisatie Kern echteroever’ heeft tot doel om tot een visie voor de wijk te komen die gedragen wordt door het stadsbestuur en de stadsdiensten. Concreet wordt er een concept verwacht waarbij de Moorselbaan, het Hoveniersplein en de carnavalssite kwalitatieve polen voor de wijk worden. De looptijd van de conceptstudie is januari tot begin juli 2014. De projectleiding vanuit Stad Aalst ligt bij het team Strategische Planning en EISW, meer bepaald bij de coördinator gebiedsgerichte werking. Hoofdaannemers van de studie zijn Architecture Workroom Brussels en 51N4E Architecten. Zij coördineren een team van experten dat Stad Aalst begeleidt tijdens het traject. De financiering en opvolging gebeurt door Thuis in de Stad (team Stedenbeleid, agentschap voor Binnenlands Bestuur) door middel van conceptsubsidiëring. In wat volgt beschrijven we het procesverloop tot eind april 2014.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Conceptstudie Revitalisatie Kern echteroever: zoektocht naar een integrale visie op Kern Rechteroever
49
Tijdspad totstandkoming conceptstudie 2014
2011
Indiening eerste aanvraagdossier bij Thuis in de Stad
Aanbevelingen jury Thuis in de Stad
Studies Hogeschool Gent en Vereniging voor Ruimte en Planning
Indiening tweede aanvraagdossier bij Thuis in de Stad
Maart 2012
r
Oktobe 2012
Goedkeuring tweede dossier door Thuis in de Stad
Gunning opdracht aan Architecture Workroom Brussels
i Januar tot 4 juli 201
Uitvoering conceptstudie
ber Decem3 1 0 2
4.1 Situering en doelstelling Zoals eerder vermeld is er reeds enige tijd sprake van een verhoogde beleidsaandacht voor het gebied Kern Rechteroever. Tot voor kort vertaalde zich dit echter in verscheidene pilootprojecten met een versnipperd totaalbeeld. Stad Aalst is reeds een aantal jaren zoekende naar een gepaste manier om een totaalvisie op het gebied te formuleren om van daaruit richting en kader te geven aan een veelheid van impulsen. Om de hierna beschreven conceptstudie te situeren, die loopt van januari tot juli 2014, dient teruggekeerd te worden in de tijd naar 2011. In dat jaar diende Stad Aalst bij Thuis in de Stad (team Stedenbeleid, agentschap voor Binnenlands Bestuur) een aanvraag tot conceptsubsidiëring in. De aangevraagde conceptsubsidie ‘Een centrum voor echteroever’ (Master plan Albrechtlaan, deel I) was een belangrijke poging in de zoektocht naar een totaalvisie op het gebied, maar werd niet toegekend. De jury ondersteunde de intentie van de Stad om werk te maken van de herontwikkeling van het gebied Kern Rechteroever en gaf in haar verslag aan dat het om een ambitieuze en complexe opdracht gaat. In de aanvraag werden volgens de juryleden heel wat interessante elementen aangebracht; duidelijke lacunes in het dossier waren volgens de jury echter een sterke diagnose, een wervende visie en het formuleren van strategische projecten. De focus op sterke ruimtelijke dragers en dito maatschappelijke trekkers bleek onvoldoende aanwezig. De jury twijfelde ook aan de hefboomkracht van de geformuleerde deelprojecten en aan de centrale rol die deze zouden moeten bewerkstelligen voor het totaalproject. Volgens de juryleden diende er een grondige reflectie – stadsonderzoek of stadsdebat – plaats te vinden over de toekomst van de wijk, gericht op diagnose, visievorming en ontwikkelingsstrategie.
Het verslag van de jury vormde een aanleiding voor Stad Aalst om op zoek te gaan naar mogelijke ‘sterke dragers’ of ‘trekkers’ voor een geïntegreerd verhaal. Zo suggereerde de jury onder meer na te denken over mogelijke ontwikkelingen rond het carnavalsgebeuren (complementaire activiteiten, vorming, productie, promotie, uitrusting, …). Visievorming en strategisch denken rond dit carnavalsgebeuren zou bijvoorbeeld kunnen resulteren in hefboomprojecten met een lokale ruimtelijke en maatschappelijke im-
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
®
51
pact, waarbij het werken aan een draagvlak bij bewoners, beleidsmakers, verenigingen en financierders een belangrijk element vormt. Bovenstaande aanbevelingen vormden de trigger om met vereende krachten verder te werken aan het dossier. Vanuit het stadsbestuur bleef er een duidelijke intentie aanwezig om te investeren in het gebied op de rechteroever van de Dender. Als input voor de versterking van het dossier werden de resultaten van de door het stadsbestuur aanbestede sociaal-culturele gebiedsverkenning door Hogeschool Gent en de masterclass studio door Vereniging voor Ruimte en Planning vzw aangewend. Op 12 maart 2012 werd formeel beslist om een nieuwe aanvraag tot conceptsubsidie op te maken. De aanbevelingen van de jury van Thuis in de Stad en de studies van Hogeschool Gent en Vereniging voor Ruimte en Planning vzw brachten voldoende input om het dossier bij te stellen en een verrijkte aanvraag in te dienen. Het projectgebied werd in het nieuwe dossier als volgt gedefinieerd: ‘Het projectgebied Rechteroever omvat in eerste instantie de site van de carnavalswerkhallen, met het Hoveniersplein en de belendende woon- en handelsstraten. De Moorselbaan, die als stedelijke as de toegang is tot het projectgebied en die gebukt gaat onder een groot verlies aan beeldkwaliteit door het steeds toenemend aantal leegstaande woningen en gesloten handelszaken, dient bijzondere aandacht te krijgen binnen het herwaarderingsproces. Daartoe worden in tweede instantie ook de belendende bouwblokken mee opgenomen.’30
De doelstelling voor de Stad was dan ook helder: ‘Een duidelijke identiteit creëren voor het projectgebied en de hele wijk Kern Rechteroever. We geloven op deze manier de ‘neerwaartse spiraal’ binnen de wijk te kunnen keren. Terwijl in de perimeter van het Masterplan Omgeving Albrechtlaan vooral een ruimtelijke strategie kan opgebouwd worden, gebaseerd op nieuwe opportuniteiten en synergie van grote programma’s, heeft het projectgebied nood aan een ruimtelijke strategie gekoppeld aan een versterking van het 30 Stad Aalst (2012). Kern Rechteroever Aalst: Revitalisatie Moorselbaan, Hoveniersplein en Carnavalssite. Aanvraag conceptsubsidie Stadsvernieuwingsfonds Thuis in de Stad. Aalst: Stad Aalst.
sociaal netwerk, de ontsluiting van de wijk in een groter stedelijk netwerk, het opbouwen van een vernieuwd imago van deze wijk. Het omvormen van het negatieve imago die Kern Rechteroever tot op heden met zich meedraagt, tot een volwaardige en aantrekkelijke wijk in Aalst, met een eigen identiteit, centraliteit en herkenbaarheid, maar ook het maken van sterke verbindingen naar andere nabijgelegen stadsdelen, is de grote uitdaging in de komende jaren. Hefboom daarvoor zijn de potenties die inherent verbonden zijn met de creativiteit van het carnavalsgebeuren gekoppeld aan typische lokale activiteiten en een eigen sfeer en beeldbepalende elementen.
In oktober 2012 is de Stad op de hoogte gesteld van het feit dat de subsidie van 60.000 euro goedgekeurd werd en ze een multidisciplinair ontwerpteam kon aanstellen. In het juryverslag wordt de aanvraag als volgt becommentarieerd: ‘Hier gaat het om meer dan een zuivere stedenbouwkundige concept ontwikkeling. Tegelijk is het niet de bedoeling deze te vervangen door een louter socio-culturele of dominante participatieve benadering. Het gaat om een oefening in transdisciplinair werken (waarbij vermoedelijk op socio-cultureel of participatief vlak een zekere inhaalbeweging nodig is). Om een transdisciplinair karakter te bewaken moet een duidelijk orderboek worden afgesproken waarin input en begeleiding vanuit alle disciplines wordt verzekerd. Een sterk begeleidingscomité zal nodig zijn. Documenteren en aanspreken van kennis en ervaring uit andere steden is aangewezen. […]
Het is zeker niet de bedoeling het carnavalsgebeuren als wondermiddel voor alle stadsproblemen in Aalst te zien. Het gaat om het verkennen van mogelijke synergiën tussen de sociale economie, de creatieve economie en het carnavalsgebeuren waarbij vernieuwende impulsen ontstaan voor alle drie, mede gedragen door ontwerpend onderzoek.’32 31 Stad Aalst (2012), Ibid. 32 Thuis in de Stad (2012). Oproep 2012 Jury stadsvernieuwingsprojecten zitting 14, 15, 22 mei en 4 juni 2012. Beoordeling van de conceptaanvraag Aalst Rechteroever. Brussel: Vlaamse Overheid – Agentschap voor Binnenlands Bestuur
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
De wijk moet opnieuw aantrekkelijk zijn voor zowel eigen bewoners als voor mensen uit het historisch centrum op linkeroever. Door de juiste schaal, menging en relaties te hanteren, is er een kans om het projectgebied te doen evolueren naar een duurzaam stadsdeel, dat gedeeld wordt door en voor iedereen in Aalst.’31
53
Architecture Workroom Brussels 9
OFFERTE — 23 oktober 2013
TEAM Ontwikkelingsvisie & Actieplan Atelier- en proces-coördinatie
Architecture Workroom
TECHNUM
TECHNUM
Stephan Van Den Langenbergh Frederik Dams
Jan Dumez Cathérine Cassan
Stedenbouw
Mobiliteit
51N4E Architecten
UA CENTRUM STADSONTWIKKELING Maarten Van Acker Tom Coppens
Planning & ontwikkeling
Wim Embrechts (Récyclart, Art2Work, Platform Kanal)
Socio-economische & culturele dynamiek
Extra externe expertise
Organogram voor uitvoering conceptstudie In functie van deze opdracht is een specifiek team samengesteld dat de nodige en complementaire capaciteiten samenbrengt, en dat bestaat uit verschillende partijen die reeds met elkaar hebben gewerkt.
Technum heeft een ruime ervaring op vlak van stedenbouw en stadsvernieuwingsprojecten, en brengt tevens de noodzakelijke kennis en expertise in op vlak van mobiliteit.
Architecture Workroom treedt op als
Het centrum voor stadsontwikkeling van de
Na een selectieprocedure (onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking) kwam Architecture Workroom Brussels (AWB) als meest geschikte partner naar voor en werd de opdracht begin december 2013 gegund. De drie voorstellen werden gescoord op basis van zes gunningscriteria: benadering projectdefinitie; plan van aanpak; samenstelling team; proces van coproductie; presentatie; prijs. In vergelijking met de andere inschrijvers, werd in de voorgestelde aanpak van AWB minder klemtoon gelegd op het betrekken van bewoners binnen een doorgedreven participatief traject.
AWB wenste meer de klemtoon te leggen op het samenwerkingsproces tussen bestuur, stadsdiensten en het betrekken van enkele concrete grotere spelers in de wijk. De selectiecommissie besloot dat de voorgestelde aanpak – waarin het minst bottom up zou worden gewerkt – relatief goed paste bij de keuze van de Stad om bewoners niet te ‘overbevragen’. De voorgestelde tussenvorm, waarbij partners uit de wijk (carnavalswerking, Netwerk, moskee …) betrokken zouden worden, was volgens de selectiecommissie een gepaste methodiek voor dit projectgebied en de actuele samenstelling en visie van het College van Burgemeester en Schepenen. In functie van de conceptstudie werd een specifiek team samengesteld dat de nodige en complementaire capaciteiten samenbrengt en bestaat uit verschillende partijen die reeds met elkaar hebben samengewerkt. Ontwikkelen van vernieuwende werkmethodieken, in kaart brengen van systemen en dynamieken, en opstellen van ontwikkelingskaders en actieplannen vormen de kern van de werking. AWB treedt op als hoofdaannemer en coördinator, maar omringt zich door een aantal partners.33 33 AWB (2013). Offerte voor de conceptbegeleiding van het stadsvernieuwingsproject ‘Kern Rechteroever Aalst: Revitalisatie Moorselbaan, Hoveniersplein en Carnavalssite’. Brussel: Architecture Workroom Brussels, p. 9.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Begin juni 2013 gaf team Stedenbeleid (Vlaamse Regering, Agentschap voor Binnenlands Bestuur) groen licht om aan de projectvoorbereiding te beginnen en schoof daarbij – op basis van de ingediende projectfiche – drie onderzoeksbureaus naar voor die qua expertisedomeinen overeenkwamen met de noden van de projectaanvraag: Joachim Declercq – Architecture Workroom Brussels (Europees centrum voor innovatie in architectuur en stedenbouw) Koen Stuyven – Vectris Hella Rogiers – Common Ground
55
Projectgebied conceptstudie anno 2014
Lezing van de wijk door AWB
13
Moorselbaan als utilitaire invalsas
Ontwikkelingscontext – een wijk tussen grote stadsprojecten
Kleinhandel Moorselbaan verdwijnt
Wegtrekkende industrie en retail uit Dender en spoorwegbundel
Oude industriĂŤle cluster tussen Dender en spoor
Interstedelijke migratie
51N4E Architecten is de eerste partner van AWB en ontwerpt en verbeeldt doorheen de verschillende schalen en hun specifieke logica’s (architectuur, publieke ruimte, stedenbouw, territoriale planning). Technum heeft ervaring op vlak van stedenbouw en stadsvernieuwingsprojecten en zet in dit project vooral in op mobiliteit. Het Centrum voor Stadsontwikkeling van Universiteit Antwerpen is als partner aangetrokken voor ruimtelijke planning en stedelijke ontwikkeling. Wim Embrechts ten slotte heeft ervaring met het werken op het snijvlak tussen socio-economische ontwikkeling, ruimtelijke ontwikkeling en culturele acties en manifestaties. Daarnaast is er ruimte voorzien om extra expertise in te huren, waar en wanneer dat nodig blijkt.34
Het was de bedoeling dat AWB, vertrekkende van het masterplan Albrechtlaan dat ruimtelijke uitspraken doet over het projectgebied, evolueert naar een bestuurlijk en ambtelijk gedragen ontwikkelingsvisie of ambitie voor Kern Rechteroever, met daaraan gekoppeld een concreet programma van acties en investeringen. Daarbij diende de klemtoon te liggen op een trans-disciplinaire manier van werken, waarbij men de ruimtelijke benadering overstijgt. AWB herformuleerde deze opdracht als ‘het uitwerken van een ontwikkelingsvisie die de verschillende werelden in de wijk met elkaar verknoopt, zodat de bestaande en toekomstige gebruiken en activiteiten in dit stadsdeel bijdragen tot een positieve maatschappelijke en ruimtelijke dynamiek’.35
34 Ibid. 35 AWB (2013). Offerte, p. 5.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Vanuit de Stad werd beslist om binnen de eigen diensten de coördinator gebiedsgerichte werking (team Strategische planning en EISW) aan te stellen als verantwoordelijke voor het dossier.
57
13
4.2 Rond de tafel Op 7 januari 2014 ging de conceptstudie van start met een verkennend overleg van AWB en 51N4E met diverse stadsdiensten. Team Strategische Planning en EISW; dienst Mobiliteit en Openbare Werken; dienst Economie; dienst Planning, Stadsvernieuwing en Wonen; dienst Samenleving en Integrale Veiligheid; dienst Cultuur, Jeugd en Sport; en dienst Toerisme en Erfgoed waren op dit overleg vertegenwoordigd en gaven input vanuit hun specifieke invalshoeken.
De formele startvergadering van het project vond plaats op 16 januari 2014. Hierop werd de visie en plan van aanpak voor het project door AWB voorgesteld aan het College van Burgemeester en Schepenen, de betrokken stadsdiensten en team Stedenbeleid van de Vlaamse Overheid. Dit moment diende tevens om de planning van het verdere traject op punt te stellen. In de periode van januari tot en met april 2014 vonden vier workshops plaats: op 25 februari, 11 maart, 25 maart en 22 april. De algemene structuur van elke workshop was grotendeels hetzelfde, maar het aantal aanwezigen kende een exponentiële groei. AWB enerzijds en de coördinator gebiedsgerichte werking anderzijds waren bij elke workshop de hele dag aanwezig. De inhoudelijke voorbereiding gebeurde door AWB. In de voormiddag vormden ambtenaren, aangevuld met andere personen of organisaties (afhankelijk van de thematische insteek bvb. Parol vzw, Carnavalisten vzw, Netwerk, …), het doelpubliek van de workshop. AWB startte telkens met een presentatie van de stand van zaken van het project 36 De aanwezige politici bij de gespreksrondes waren: burgemeester D’Haese en schepen Verdoodt voor NV.A; schepen Stockman, schepen Uyttersprot en schepen de Koninck voor CD&V; en schepen Van de Steen en schepen Casaer voor SD&P. Hun bevoegdheden staan vermeld in bijlage 2.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Diezelfde ‘aftastfase’ werd ingebouwd op politiek niveau. Op dezelfde dag van het overleg met de stadsdiensten volgde per politieke kleur (NV.A, CD&V en SD&P) een kennismakende gespreksronde van AWB en 51N4E met de bevoegde kabinetten.36 Tijdens deze overlegmomenten kwamen de prioriteiten, verzuchtingen en bedenkingen van de burgemeester en schepenen over het projectgebied aan bod.
59
Impressies conceptstudietraject: workshops en terugkoppeling
13
en vervolgens gingen de aanwezigen in kleinere werkgroepen aan de slag rond concrete vraagstukken.
In de namiddag volgde telkens een politieke terugkoppeling. Oorspronkelijk was het de bedoeling om bij elke workshop het thema te laten bepalen welke schepenen zouden worden uitgenodigd. De vaststelling door AWB van de impact van politieke ideeën en besluitvorming op het proces deed hen al snel beslissen om de gerichte uitnodiging los te laten en bij elke workshop de burgemeester en alle schepenen op de hoogte te brengen en te inviteren op de politieke terugkoppeling. De inhoud van deze terugkoppeling kreeg vorm door de inhoud van het programma in de voormiddag, maar werd tegelijkertijd ook beïnvloed door de aanwezige schepenen die elk hun eigen klemtonen in de discussie brachten.37 Tussen de opeenvolgende workshops hadden AWB en 51N4E verscheidene contacten met de Stad om de tussentijdse bevindingen aan te vullen met noodzakelijke informatie uit verschillende verwante projecten, zoals onder meer RUP Pierre Cornelis. De inhoud van en discussies tijdens de workshops en de tussentijdse contacten met ambtenaren en andere betrokkenen, brachten AWB tot volgens hen twee belangrijke op te lossen vraagstukken voor Kern Rechteroever: Zoektocht naar een heterogeen stadsweefsel: de organisatie van een
verbindende ‘common ground’, met het verweven van verschillende leefwerelden als doel. Mobiliteit als knoop: de herinrichting van de omgeving Moorselbaan, met de leefbaarheid van de straat en het mobiliteitsgegeven als belangrijkste aspecten. Hierna wordt het visievormend proces voor beide vraagstukken verder toegelicht. Dit proces wordt in het kader van dit onderzoek slechts beschreven tot en met de stand van zaken eind april.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Door in werkgroepen aan de slag te gaan, werd het mogelijk om het intersectorale gesprek te overstijgen en boven de ontwerptafel een gesprek te voeren over gedeelde belangen en ambities en mogelijke synergiën. Eigen aan dergelijk proces is dat het draagvlak voor scenario’s en keuzes voortdurend in evolutie is.
37 Bijlage 3 bevat een gedetailleerd tijdspad van het conceptstudietraject.
61
Projectenkaart Denderomgeving: bestaande en geplande kernen
Tupperware
Tragel
Corneliskaai Pendelparking
NAC
Kern Rechteroever
Zorgwoonwijk
Amylum
Ondernemerszone
2
4.3 Zoektocht naar een heterogeen stadsweefsel In haar zoektocht naar het verweven van verschillende leefwerelden in de wijk Kern Rechteroever onderzocht AWB onder meer hoe het carnavalsgebeuren en de spin-offs daarvan meer betrokken kunnen worden op en verbonden met de wijk Kern Rechteroever. Het gaat om het verbinden van carnaval, de handelskern, het oude woonweefsel, en de nieuwe ontwikkelingsgebieden.
Op basis van deze gemaakte analyse, achtte AWB het reeds in de startfase noodzakelijk om de oorspronkelijke projectzone uit te breiden: Met deze verschuiving heeft AWB de oorspronkelijke vraag binnen de conceptstudie uitgebreid en open getrokken, en wordt een verbinding gezocht tussen de bestaande ontwikkelingen: de ontwikkeling van de Denderkaaien (Pierre Corneliskaai en stationsomgeving) en de ontwikkelingspool Zorgwoonwijk Mijlbeek (strategisch project). Waar het project initieel gedefinieerd werd als drie verbonden onderdelen (Moorselbaan, omgeving Varkensmarkt en Carnavalshallen), werd het projectgebied op basis van deze uitbreiding opgespannen tussen verschillende andere ontwikkelingen die in de steigers staan. AWB zette ook in op het zoeken naar een ‘common ground’ in het weefsel van de openbare ruimte door in het projectgebied een verbinding te leggen tussen het noorden en het zuiden van het gebied, en naar een weefsel te werken dat door zijn noord-zuidverbinding haaks komt te staan op de as van de Moorselbaan en haar bovenlokale verkeersstroom.
De betekenis van ‘Common Ground’ is voor AWB een centrum voor Aalst; een ruggengraat voor Kern Rechteroever; een nieuwe publieke ruimte als impuls voor de wijk en een platform voor creativiteit, ondernemen, vakmanschap, onderwijs, sport, spel, recreatie en verblijven op maat van de wijk; en een aantrekkingspool voor Aalst.38
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Een belangrijke opportuniteit bevindt zich volgens AWB in de keuze voor een heterogeen weefsel waarin alle aspecten samenwerken (waarop deels reeds werd ingezet met kleinere initiatieven).
38 AWB & 51N4E (2014). Presentatie workshop 3 terugkoppeling CBS. Aalst, 04-06-2014
63
Common ground als verbindend element
13 CORNELISKAAI STATION
HANDELSKERN
CARNAVALSHALLEN
CORNELISKAAI STATION
HANDELSKERN
CARNAVALSHALLEN
L SE EF
E STAD IEV CT DU
R
ENDE STAD ZIEN OR VO
Deze driedeling werd goed onthaald door de aan de workshops deel nemende ambtenaren en tijdens de politieke terugkoppelingsmomenten. Men herkende zich in het voorstel en kwam tot de vaststelling dat men tot nog toe teveel project per project uitwerkte, en onvoldoende samenwerkte aan dit beoogde heterogene stadsweefsel. Tijdens de workshops (tot eind april 2014) werd reeds een aanzet gemaakt in de ontwikkeling van een programma, waar ambities geconcretiseerd zijn met het oog op het werken in deze driedeling. Zo werd bijvoorbeeld nagedacht over scenario’s waarin functies aan elkaar worden gekoppeld, waarbij een verbinding tussen carnavalsproductie en opleidingsfunctie er één was. Ook de betrokken ambtenaren toonden zich enthousiast over deze drie werkvelden. Ze beschouwen het als een soort toetssteen voor projecten in Kern Rechteroever, waarbij telkens de vraag kan worden gesteld of het project of de impuls voorzienend, productief en woonweefselversterkend is of kan zijn.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
STERK W OO NW E
De voorzienende stad: zorg, onderwijs, opvang, infrastructuur, voorzieningen (opdat bewoners zich niet ver moeten verplaatsen, ook voor shoppen etc). D e productieve stad: cultuurproductie, handel, carnaval, creatieve economie, werkgelegenheid. S terk woonweefsel: Aalst als woonstad, herwaardering woonweefsel, projectontwikkeling.39
PR O
AWB koos hierbij voor een opdeling in ‘werkvelden’ en schoof deze naar voor als onderleggers voor de conceptstudie en als een voorstel voor een richtinggevend kader voor de visie van Stad Aalst. De drie werkvelden vormen volgens AWB samen het stadslandschap waaraan vorm dient te worden gegeven met oog voor het verband tussen wijk en regio, mobiliteit en een kwalitatief leefweefsel:
39 Ibid.
65
AMBITIE
Mobiliteit als knoop
referentie referentie
scenario 1 scenario 1
6 Situatie vandaag
Scenario 1 scenario scenario22
referentie referentie
1
Scenario 2
Scenario 3
Scenario 4 scenario scenario 3 3
scenario scenario 11
13 Scenario 4
scenario scenario22
scenario 33 scenario
6
6
4.4 Mobiliteit als knoop
In april 2014 formuleerden AWB en Technum verschillende scenario’s voor de heraanleg van de Moorselbaan. In elk scenario opteerden ze resoluut voor éénrichtingsverkeer in de straat, gebaseerd op een bezorgdheid over de leefbaarheid van de straat. De druk was zeer groot om snel een keuze te maken én de werken snel aan te vatten. Deze druk bestond op politiek niveau, bij bewoners en handelaars en werd beïnvloed door de ‘minder hinder-aanpak’. Een deel van deze ‘minder hinder-aanpak’ bestaat er in dat een aantal projecttypes op het vlak van wegeniswerken niet mogen samen vallen om op die manier de hinder voor bewoners en passanten zo beperkt mogelijk te houden. In 2015 start men met ondertunnelingswerken van de ring rond Aalst en deze mogen op basis van deze ‘minder hinder-aanpak’ niet gelijktijdig worden uitgevoerd met werken aan de Moorselbaan. Om de timing te halen diende er ten laatste op de gemeenteraad van 27 april 2014 een beslissing genomen te worden over de concrete plannen voor de Moorselbaan. Men stond voor een politieke keuze tussen één- of tweerichtingsverkeer voor de Moorselbaan enerzijds en tussen inkomend of uitgaand verkeer in het geval van een éénrichtingsstraat. Dit alles diende men te kaderen binnen een totaalvisie op de mobiliteit van de volledige stad. In eerste instantie ging de (politieke) voorkeur naar een situatie van inwaarts eenrichtingsverkeer voor de Moorselbaan. Drie schepenen maakten dit bekend via de pers: op 18 april 2014 verscheen het artikel ‘Eenrichting bij
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Reeds in de verkennende gesprekken die AWB bij de aanvang van de conceptstudie had met ambtenaren en politici van Stad Aalst werd duidelijk dat de heraanleg van de Moorselbaan precair was én dat politici aanstuurden op het prioritair naar voor schuiven van deze mobiliteitskwestie in het traject. In de periode januari tot en met april 2014 ging dan ook zeer veel aandacht naar het mobiliteitsvraagstuk met daarin centraal de heraanleg van de Moorselbaan, met oog voor het opwaarderen van de leefkwaliteit én de bereikbaarheid van de handelskern. AWB maakte voor het verkrijgen van mobiliteitsgegevens van Kern Rechteroever gebruik van gegevens uit de mobiliteitsstudie die het studiebureau MINT in opdracht van Stad Aalst voor de volledige stad opmaakt.
67
heraanleg Moorselbaan’ in Het Laatste Nieuws40. In dit persbericht werd ook duidelijk gemaakt dat de werken snel na de zomer zouden starten, om overlapping met de ondertunneling van de ring te voorkomen. Omdat het bericht commotie teweeg bracht bij een aantal handelaars, die hun zwarte vlag hesen, besloot het stadsbestuur om in allerijl een bewonersvergadering te organiseren. De dienst Gebiedsgerichte Werking, dienst Communicatie en dienst Mobiliteit en Openbare Werken van Stad Aalst kregen daardoor slechts twee werkdagen de tijd om hiervoor, in samenwerking met AWB en Technum, een plan uit te werken. Intussen berichtten nieuwe krantenartikels dat de heraanleg van de Moorselbaan de buurt in twee kampen verdeelt.41 Omwonenden ontvingen per brief een uitnodiging voor de bewonersvergadering op 24 april 2014. Het doel van deze bewonersvergadering was bewoners en handelaars te informeren over de keuze voor het inwaarts eenrichtingsverkeer. Burgemeester D’Haese (NV.A) en de schepenen Casaer (Mobiliteit, SD&P), Van de Steen (Mobiliteit, Openbare Werken en Stadsvernieuwing, SD&P), Verdoodt (Gebiedsgerichte Werking, NV.A) en Stockman (Economie, CD&V) vormden samen met Joachim Declercq van AWB, Nico Rottiers van studiebureau Grontmij en Eddy Thijs van de dienst Mobiliteit en Openbare Werken van Stad Aalst een panel dat 150 à 200 bewoners en handelaars te woord stond. Na een inleiding door de burgemeester en door schepen Casaer, die de noodzaak en urgentie van de keuze onderstreepten, lichtte Joachim Declercq van AWB het gekozen scenario voor inwaarts eenrichtingsverkeer toe. De dienst Mobiliteit en Openbare werken presenteerde het technische ontwerp en de geplande fasering van de werken. Nadien was er anderhalf uur voorzien voor vragen van bewoners en handelaars. De dienst Communicatie modereerde deze vragenronde en de vragen werden beantwoord door het volledige panel.
40 Lievens, R. (2014, 18 april). Eenrichting bij heraanleg Moorselbaan. Het Laatste Nieuws. 41 Lievens, R. (2014, 23 april). Heraanleg Moorselbaan verdeelt de buurt in twee kampen. Het Laatste Nieuws.
Deze vragenronde maakte al snel duidelijk dat er geen sprake was van een eensgezinde visie op mobiliteit onder bewoners, handelaars en scholen. De meeste bewoners waren voorstander van de keuze voor een eenrichtingsstraat omdat dit volgens hen de leefbaarheid van de straat kan verhogen. Nogal wat handelaars en ook vertegenwoordigers van scholen in de buurt brachten echter elementen aan tegen deze keuze. Bovendien kwam er uit verschillende hoeken kritiek op de communicatie over het gelopen traject en de gemaakte keuzes en benadrukten sommigen dat beslissingen over de Moorselbaan slechts een beperkt draagvlak kennen.
In het kader van deze casestudy kozen we er voor om de beschrijving van het beleidsproces te stoppen in de situatie waarin het traject eind april 2014 belandde. De bewonersvergadering en de verdaging van de beslissing door de Aalsterse gemeenteraad zien we in de beschrijving van dit beleidsproces als een open einde en een aangrijpingspunt voor reflectie en analyse. Uiteraard liep het conceptstudietraject onder begeleiding van AWB verder. Het eindrapport werd opgeleverd op 11 juli 2014. Met het ontwikkelde concept stadsproject voor Kern Rechteroever gaat de Stad Aalst verder aan de slag.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Het verloop en de inhoud van de bewonersvergadering deden de politieke eensgezindheid binnen het College van Burgemeester en Schepenen wankelen. De beslissing van de gemeenteraad voor de heraanleg van de Moorselbaan werd verdaagd.
69
1
5
In de delen 1 tot en met 4 werd de actuele beleidspraktijk in Aalst Rechteroever gesitueerd in een gezamenlijke tekst opgemaakt door betrokken ambtenaren en onderzoekers. Wat hier volgt, is een thematische analyse van een aantal uitdagingen die de betrokken ambtenaren aanduidden in de implementatie van een sociaal-pedagogisch reflectiekader. De concrete beschrijving en uitwerking van deze uitdagingen en de daaraan gekoppelde inspiratiebeelden is van de hand van de onderzoekers. Enkel waar het expliciet vermeld wordt, klinkt de stem van het Aalsters ambtenarenduo dat aan ons onderzoek meewerkte.
Uitdaging 1: Navigeren met snelheden en schalen De meest cruciale en steeds terugkomende vragen bij het duo ambtenaren hebben te maken met verschillende snelheden en schalen. Daarom stellen ze volgende vragen centraal (zie Reflectiekader): Hoe kan worden omgegaan met de spanning tussen urgente beleidsingrepen (ad hoc) en de traagheid van procesmatige stadsvernieuwing? Hoe kunnen we ervoor zorgen dat beleidsacties op verschillende schaalniveaus (wijk-stad-regio) op elkaar afgestemd zijn en een coherent geheel vormen?
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Uitdagingen
71
We merken in deze aangegeven vragen dat zowel traagheid van stadsvernieuwingsprocessen als snelheid van deelprojecten geproblematiseerd worden. Zowel in het project BAM!Varkensmarkt als in het conceptstudietraject zijn de betrokken ambtenaren met deze vragen – weliswaar op heel verschillende manieren – geconfronteerd. De afgelegde zoektocht naar een integratie van fysiek-ruimtelijke, economische en sociaal-culturele doelstellingen van stadsvernieuwing hebben fundamenteel te maken met de aspecten tijd en schaal. Er wordt met verschillende snelheden en vanuit verschillende niveaus gewerkt en deze laten zich niet altijd even gemakkelijk met elkaar rijmen of combineren. Hoeveel moeite ambtenaren ook doen om op een geïntegreerde wijze te werken aan stadsvernieuwingsprocessen en –projecten, ze kunnen zich niet buiten de complexiteit van een beleidssituatie plaatsen. Zo verbinden verschillende schaalniveaus - zoals stad, provincie, gemeenschap, … – verschillende voorwaarden aan subsidies of vergunningen die te maken hebben met stadsvernieuwing. Daarnaast zoeken ambtenaren en politici steeds weer naar een evenwicht tussen ‘quick win’ en structurele ingrepen. Enerzijds wil men, mede onder druk van bewoners, handelaars en andere betrokkenen, korte en krachtige ingrepen verwezenlijken in wijken om de inzet voor deze wijken zichtbaar te maken. Anderzijds werkt men op hetzelfde moment, vaak samen met de voornoemde betrokkenen, aan een meer structurele visie op en draagvlak in een wijk of stad(sdeel). Deze processen lopen met heel verschillende snelheden en kunnen elkaar op die manier tegenspreken of -werken. KLEINSCHALIGE ACTIES EN GROTE SNELHEID Projectsubsidies vormen een opportuniteit waar (stads)diensten op willen inspelen. Kortlopende calls voor dergelijke subsidies vragen echter om een snelle aanpak, waardoor een brede en afgetoetste kadering ontbreekt en inhoudelijke en budgettaire versnippering ontstaat. Er is hier vaak sprake van een sectoriële verticale logica van diensten, teams en bestuursmandaten42 die de stadsbrede horizontale logica doorkruist, waarnaar men bij een lange termijn visie streeft en tijd voor maakt.
42 De Rynck, F. (2014). De Interne keuken, Essay relatie tussen politici en ambtenaren. Lokaal,(7) 7, pp. 28-36. Brussel: VVSG.
Naast dit kruisen van verticale en horizontale logica’s, missen zogenaamde ‘quick win’-projecten vaak voldoende draagvlak om een lange termijn effect te kunnen creëren.
BAM!Varkensmarkt is een voorbeeld van een project waarmee het Aalsterse stadsbestuur op korte tijd concrete acties wilde laten zien in een deel van de wijk Rechteroever. Het was de bedoeling om daarmee een sterk signaal te geven aan bewoners en handelaars dat het stadsbestuur aandacht blijft besteden aan deze wijk. Dit signaal achtte men noodzakelijk omdat men zich geconfronteerd zag met ontevreden bewoners en handelaars die de kritiek uitten dat te veel aandacht naar Aalst Linkeroever gaat en dat hun stadsdeel vergeten wordt. Een snelle visuele actie zoals BAM!Varkensmarkt komt aan dergelijke nood zeker tegemoet. Volgens het ambtenarenduo ontbrak door de snelheid van het project echter een koppeling aan een bredere visie op Aalst Rechteroever en kon onvoldoende tijd en aandacht gaan naar een breed draagvlak. De meest gehoorde (algemene) kritieken op het project hebben dan ook daarmee te maken. Men is van mening dat te weinig bewoners bereikt zijn, dat er te veel gefocust werd op één klein deel van de wijk Rechteroever en dat er onvoldoende koppeling was aan een lange termijn visie op de wijk. EEN GEDRAGEN LANGETERMIJNVISIE IN DE GREEP VAN URGENTE INGREPEN Hoewel het conceptstudietraject net de bedoeling heeft om een gedragen visie op het projectgebied Rechteroever uit te werken, wordt men ook daarbij op diverse manieren geconfronteerd met het moeilijke combineren van verschillende snelheden. Binnen de conceptstudie werd de opdracht gegeven om niet van een wit blad te vertrekken, maar verder te bouwen op documenten, studies en projecten uit het verleden. Het is dus expliciet de bedoeling om een lange termijn visie uit te werken, gestoeld op de visieontwikkeling uit het verleden. Daardoor speelt ook hier het tijdsaspect sterk mee, maar dan wel op
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Ze creëren bovendien verwachtingen bij bewoners, waar men niet (snel) kan of wil op ingaan. Het inspelen op externe fondsen biedt weliswaar een mooie aanvulling op het (vaak krappe) stadsbudget, maar betekent ook dat er weinig tijd en mogelijkheden zijn om een politiek en publiek draagvlak te realiseren.
73
een ander niveau dan bij een project als BAM!Varkensmarkt. Door in de visieontwikkeling rekening te houden met ingrepen en gegevens uit het verleden wordt men geconfronteerd met het doorkruisen van politieke legislaturen, verschuivingen binnen het ambtelijk apparaat en in- en uitstroom van bewoners en handelaars in de wijk. Als voorbeeld geeft het ambtenarenduo de ontwikkeling van het Masterplan Albrechtlaan.43 Terwijl betrokken politici en ambtenaren over het masterplan min of meer op eenzelfde lijn stonden, is dit veel minder het geval voor de verdere uitwerking van de deelmasterplannen. Er zitten ondertussen zoveel nieuwe mensen met andere achtergronden en ideeĂŤn rond de tafel dat de geschiedenis en achterliggende visie van het basisdossier logischerwijze steeds weer moet bovengehaald en gelegitimeerd worden. Aangezien de conceptstudie past in een subsidie-oproep, krijgt men ook hier te maken met een specifieke timing en tempo. Men maakte het aanvraagdossier op in 2012 en werkte de selectie- en gunningsprocedure uit in 2013. De eigenlijke opstart van het project vond plaats in 2014, met andere woorden in een nieuwe politieke legislatuur en dus met een ander College van Burgemeester en Schepenen. Voordat AWB in het project aan de slag ging, werkten diverse politici en ambtenaren dus al een tweetal jaren aan deze studie (zie tijdspad p. 50). Deze tijdslogica en snelheid is mede bepaald door het subsidiekanaal. Toch lijkt het erop dat deze zogenaamde tussentijd onvoldoende is aangewend om alle nodige kiemen binnen de stadsorganisatie te zaaien voor een breed gedragen visievorming. Ook in de actuele fase van de conceptstudie botsen verschillende snelheden met elkaar. Ondanks de lange termijndoelstellingen van het project, werden enkele specifieke onderdelen naar de voorgrond getrokken. Het meest typerende voorbeeld hiervan is het naar de voorgrond schuiven van de heraanleg van de Moorselbaan, wat een hoge prioriteit heeft gekregen. Deze urgentie kenmerkt zich door een aantal heel aanvaardbare argumenten: het wegdek is er in zeer slechte staat en werken aan de Moorselbaan mogen niet samenvallen met in 2015 geplande tunnelwerken aan de andere kant van de stad, omdat dit te belastend zou zijn voor de mobiliteit in, van en naar het stadscentrum. Door de heraanleg van de Moorselbaan echter zo naar voren te schuiven, wordt de tijd beperkt die nodig is om een integrale visie op de wijk met ver43 Zie bijlage 1, p. 96.
schillende partners uit te werken en dreigt het de opmaak van een totaalvisie op de wijk te overschaduwen. De problematiek van de Moorselbaan kadert echter in een veel breder thema, met name de mobiliteitsknoop waar Aalst mee te maken heeft. EEN WIJK IN DE STAD EN REGIO
Hoewel projecten vaak gelinkt zijn aan een bepaalde wijk of stadsdeel, kunnen ze met andere woorden niet los gezien worden van de bredere stad en regio. Maar ook het omgekeerde geldt: door de in 2015 geplande tunnelwerken in een ander Aalsters stadsdeel wordt de urgentie van de aanpak van de Moorselbaan in de wijk Rechteroever groter. De ambtenaren beseffen dat een breed draagvlak daardoor onontbeerlijk is voor het welslagen van kleine en grote projecten. In het conceptstudietraject probeert AWB dit te concretiseren door Aalst op drie manieren te benaderen: als ‘de voorzienende stad’, ‘de productieve stad’ en als ‘sterk woonweefsel’. Daarmee zetten ze zowel in op stadsschaal als op verbindingen van de stad met de bredere regio, iets wat in goede aarde viel bij zowel politici als een aantal ambtenaren. Aan deze drieledige benadering zijn echter ook een aantal nieuwe uitdagingen én valkuilen te koppelen. AWB ervaart zelf dat snel de neiging ontstaat om diensten of teams te koppelen aan één onderdeel, terwijl het net belangrijk is om de driedeling als een soort samenhangend geheel te beschouwen. Daarnaast is het belangrijk om als politici en ambtenaren niet alleen met wervende begrippen te werken, maar deze ook op een heldere manier te communiceren met elkaar en met bewoners en handelaars. Begrippen als ‘de voorzienende stad’ hebben als voordeel dat ze aantrekkelijk klinken en reeds in de naamgeving een link leggen met de bredere regio, maar kunnen al snel containerbegrippen worden waaraan verschillende en zelfs soms tegengestelde invullingen kunnen worden gegeven.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Dit brengt ons naadloos bij de tweede vraag die het ambtenarenduo naar voren schuift: het op elkaar afstemmen van beleidsacties op verschillende schaalniveaus (wijk-stad-regio). Een beslissing over de Moorselbaan in de wijk Rechteroever heeft meteen ook consequenties voor de mobiliteit in de hele stad. Discussies over de bereikbaarheid van het centrum van Aalst via de Moorselbaan voor bewoners uit Moorsel maken dit duidelijk.
75
Dat beleidsacties in een wijk niet alleen te maken hebben met die bepaalde wijk, maar ook met andere stadsdelen, de stad en de bredere regio, stellen we ook vast in het project BAM!Varkensmarkt. De ligging van Aalst in de Brusselse regio zorgt er historisch en actueel voor dat bewoners en handelaars zich onder andere in de wijk Rechteroever vestigen. De afgelopen jaren vergrootte de diversiteit aan lokale handelaars in deze wijk en dat zette Aalsterse politici en ambtenaren aan om de communicatie tussen de aanwezige handelaars onderling te stimuleren. De bezorgdheid om de ‘oude’ of ‘gevestigde’ handelaars mag echter niet voorbij gaan aan een tendens die in de regio rond Aalst al jaren voordoet: het wegtrekken van gevestigde handelaars naar andere stadsdelen of weg van het centrum. Dit kan ook als opportuniteit gezien worden om de aantrekkingskracht van de Varkensmarkt als deel van Rechteroever op een andere manier te promoten: als een plek met een regionale uitstraling wat het handelsapparaat betreft en op vrijetijdsvlak met onder andere de carnavalshallen, waar volgens sommigen een bezoekerscentrum kan aan gekoppeld worden, en die een nieuw potentieel cliënteel naar dit wijkdeel kan brengen. Geïnspireerd door een sociaal-pedagogisch perspectief op stadsvernieuwing (zie Reflectiefkader) stelden de ambtenaren zich in deze casestudie vragen over het omgaan met verschillende snelheden en schaalniveaus.
Stadsdiensten kunnen binnen hun eigen domein waardevolle initiatieven nemen, maar er is nood aan afstemming in een breder traject, zowel intern als extern. Intern gaat het dan om korte en/of kleinschalige projecten die passen in een traject van visie-ontwikkeling op de stad of een deel ervan. Extern heeft het te maken met het besef dat ingrepen op elk schaalniveau effect (kunnen) hebben op een ander niveau. Wat in een wijk verandert kan gevolgen hebben voor de hele stad of zelfs een hele regio, maar ook omgekeerd: veranderingen of trends in een regio kunnen van betekenis zijn voor een stad(sdeel) in deze regio.
HET KLEINE EN TRAGE WAARDEREN BINNEN EEN
TOEKOMSTGERICHT PROCES VAN LANGETERMIJNDENKEN
Kleine projecten en spontaan gegroeide initiatieven maken deel uit van de (recente) geschiedenis van een stad. Ze vormen zelfs vaak een verbinding tussen verleden, heden en toekomst van een stad of wijk en kunnen op die manier bijdragen tot een groter historisch bewustzijn van deze stad of wijk.
Politici, ambtenaren en burgers van Aalst kunnen met deze bril op een andere manier (terug) kijken naar projecten die al plaatsvonden en/of lopend zijn in Aalst Rechteroever. Op het eerste zicht kleine of te snelle ingrepen hebben mogelijks een (sociale) condens die eerder niet werd opgemerkt of benoemd. Een vergelijking met een initiatief in de Gentse wijk Ledeberg is hiervoor illustratief. In augustus 2008 vertoonde men de film ‘Aanrijding in Moscou’44 in openlucht op het Ledebergplein. Deze eenmalige activiteit kan beschouwd worden als een voetnoot in de Ledebergse geschiedenis. Tijdens een bewonersbevraging in 201045, bleken veel geïnterviewden deze activiteit echter als een positieve verandering voor hun wijk te hebben ervaren en zagen ze daarvan effecten op het samenleven in Ledeberg en op de perceptie van buitenstaanders van de wijk. Deze kleine ingreep verbond gebeurtenissen uit het verleden (de filmopnames in 2007) met een activiteit in het heden (de openluchtvertoning in 2008) en speelde door in de toekomst. Ook in Aalst Rechteroever zijn er ongetwijfeld projecten die meer effect op en in de wijk hebben dan men veronderstelt. Bij de analyse van deze projecten en ingrepen is het dus aangewezen om niet alleen de korte termijn effecten te evalueren, maar ook na te gaan waar nog verder kan op ingezet worden en welke betekenis sommige ingrepen nog (kunnen) hebben in de verdere visieontwikkeling op deze wijk. 44 ‘Aanrijding in Moscou’ (2008) van Christophe Van Rompaey werd in 2007 opgenomen in Ledeberg en gaat in op het leven van één gezin in deze Gentse wijk. 45 De bewonersbevraging werd uitgevoerd door Hogeschool Gent, Buurtwerk en Samenlevings opbouw Gent en gedocumenteerd in: De Visscher, S. & De Brauwere, G., Verschelden, G. (2013). Stadswijk in verandering. Lezen tussen stenen en mensen. Gent: Academia Press.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Er is dus niets mis met kleine ingrepen, op voorwaarde dat ze rekening houden met de historiek van een wijk en de alledaagse praktijken die er reeds bestaan.
77
Vertoning 'Aanrijding in Moscou' op Ledebergplein 15
Kleine ingrepen zijn dus niet alleen ‘quick win’-initiatieven, maar kunnen ook een betekenis hebben als ‘wakkerhouders’: ze houden het gedeelde leerproces aan de gang, creëren betrokkenheid en begrip voor traagheid. Hoewel het project BAM!Varkensmarkt een aantal van haar doelstellingen niet bereikte en eerder beperkt werd gekoppeld aan een breder stadsvernieuwingsverhaal, genereerde het wel een aantal langere termijn effecten. Het gezamenlijk naar buiten komen als handelaars van de Varkensmarkt blijft bijvoorbeeld leven, onder andere in termen van gemeenschappelijke communicatie en het organiseren van evenementen. De combinatie van de uitvoering van snelle en kleine ingrepen in een wijk met het tijd nemen voor een gedeelde visievorming over deze wijk vraagt om dialoog. Alleen via een goede communicatie tussen politici, ambtenaren en burgers (en binnen deze groepen) krijgt men zicht op de meervoudige belangen die spelen in een wijk als Aalst Rechteroever en kan men verschillende perspectieven op dit gebied in kaart brengen. Conflict maakt inherent deel uit van zo’n dialoog. Dit hoeft geen probleem te zijn als stadsvernieuwing benaderd wordt als een gedeeld proces waarin knopen moeten worden doorgehakt, maar waarin ook plaats is voor spontane of kleinere initiatieven.
Een stad is voortdurend in verandering. Een gedeeld leerproces en het werken aan een gedeelde visie vraagt daardoor tijd en kent geen echt eindpunt. Ook traagheid is met andere woorden niet noodzakelijk slecht voor een stad.
Loeckx en Vervloesem pleiten dan ook voor ‘slow urbanism’ en beschouwen traagheid als ‘één van de ritmes van de stad’.46
In wat volgt grijpen we een voorbeeld uit Berlijn aan waarin gewerkt wordt met verschillende snelheden en schalen bij ruimtelijke veranderingsprocessen. Grün Macht Schule (GMS)47 is een multidisciplinair team dat publieke Berlijnse scholen informeert, adviseert en ondersteunt in het creëren en ontwerpen van kindvriendelijke speelplaatsen, waarin plaats gemaakt wordt voor natuurlijke open plekken en ruimtes voor ecologisch leren. Hun ingrepen beperken zich qua draagwijdte en effect niet tot schoolpleinen, maar hebben steeds een link met een breder wijk- en stadsverhaal. We kiezen GMS als inspiratiebeeld omdat ook in planning van schoolspeelplaatsen lange termijn visies en korte termijn realisaties in spanning tot elkaar staan. Ook daar spelen verschillende logica’s: pedagogische logica’s op nationaal niveau en op niveau van de school zelf, visie van ontwerpers, vragen en verwachtingen van leerlingen, leerkrachten, ouders en buurtbewoners, enzovoort.
46 Loeckx, A. & Vervloesem, E. (2012). Stadsvernieuwingsprojecten in Vlaanderen (2002-2012) – In trialoog met een weerbarstige werkelijkheid. In E. Vervloesem, B. De Meulder & A. Leockx (Red.) Ibid, p. 17. 47 http://www.gruen-macht-schule.de
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Grootschalige ingrijpende veranderingen houden mogelijks te weinig rekening met de historiek van plaatsen en de bestaande alledaagse praktijken. Tijd nemen kan plaats maken voor nadenken over ambities, open visievorming en zorgen voor een continu nadenken over en ingrijpen op stadsrealiteiten.
79
Gr端n Macht Schule
6
GMS hecht veel belang aan (ruimte voor) beweging, gezondheid, communicatie, technische ervaringen, enzovoort. Steeds terugkerende elementen in hun ontwerp zijn water, bomen, plaatsen om te praten of te relaxen, hoekjes om op te treden en sportruimte. Uitgangspunt daarbij is dat diverse groepen een diversiteit aan eigen plekken nodig hebben. Daarom delen ze grote ruimtes altijd in in verschillende delen en gebruiken ze zo veel mogelijk verschillende materialen. Deze uitgangspunten vormen de basisvisie bij elk ontwerp. Bij de concretisering van hun projecten bieden ze ondersteuning bij de creatie, het ontwerp en de inrichting van speelplaatsen en schoolomgevingen. In alle stadia betrekken ze (vanuit een pedagogische visie) optimaal leerlingen, leerkrachten, ouders en – waar mogelijk - buurtbewoners. Ze doen dit door samen ontwerpen te tekenen, maar evengoed door reeds uitgevoerde projecten te bezoeken. De landschapsarchitecten van GMS nemen uiteindelijk elementen uit de voorstellen van alle groepen, combineren deze met hun eigen ideeën en komen zo tot een geïntegreerd plan. GMS beschikt over een beperkt budget om hun ontwerpen te verwezenlijken. Omwille van deze realiteit worden participatietrajecten geregeld herhaald en de ontwerpen in deeltrajecten verwezenlijkt, wat tevens be-
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
GMS is een organisatie die op verschillende manieren beïnvloed is door historische en actuele veranderingen en realiteiten in Berlijn en Duitsland. Eén van de ontstaansredenen van GMS is dat de Duitse schooluren sinds een aantal jaren veranderd zijn. Vroeger verbleven kinderen van 8u tot 14u op school, nu is dit tot 18u. Dit bracht een aantal andere noden mee op het vlak van de inrichting van schoolcampussen. Een ander element dat GMS beïnvloedde is de val van de Berlijnse muur in 1989. De typisch Oost-Berlijnse grote betonnen speelplaatsen vormden een aangrijpingspunt voor GMS om met leerkrachten, leerlingen en ouders na te denken over deze speelplaatsen als deel van de publieke ruimte. Vaak gebeurde dit via kleine ingrepen die dan weer aanleiding konden vormen voor verdere discussie en verandering in de bredere wijk. Onderstaande fotomozaïek laat zien dat GMS niet alleen werk maakt van ingrepen op schoolpleinen, maar deze ingrepen – in overleg met het stadsbestuur – verder opentrekt naar de aanpalende straten en pleinen. Op die manier krijgen straten een nieuwe bestemming, worden nieuwe plaatsen voor ontmoeting gecreëerd en ligt de klemtoon niet alleen op de plek van kinderen en jongeren op het schoolplein en de omliggende buurt, maar op een bredere groep bewoners en gebruikers van deze buurt.
81
tekent dat er kan rekening gehouden worden met veranderende noden en verwachtingen in de loop der jaren.
De aanpak van GMS kan ambtenaren en politici inspireren om de realiteit van verschillende snelheden in een stad en bij stadsvernieuwing een plaats te geven. GMS blijft in elk project trouw aan haar basisvisie, maar geeft in deelprojecten diverse betrokkenen de kans om mee na te denken over en vorm te geven aan gedeelde ruimtes. Zowel het ambtelijke als bestuurlijke apparaat van een stad kan een aantal beleidslijnen uit tekenen en dan kleinere projecten of prikkels daarin een plaats geven. Vanuit sociaal-pedagogisch perspectief vormt stadsvernieuwing een gedeeld leerproces. Visieontwikkeling is dan een proces dat nooit helemaal af is. Kleine ingrepen onderweg kunnen dan plots een grote betekenis krijgen in dit gedeelde traject. Stad Aalst werkt via haar conceptsubsidietraject aan een totaalvisie voor Rechteroever. GMS toont dat dit niet hoeft te betekenen dat er geen tijd en ruimte meer kan gegeven worden aan kleinere initiatieven en ingrepen. De eerder in deze brochure vermelde overzichtskaart ontwikkelingsgebieden en kleine en grotere projecten in Aalst Rechteroever (p. 33) kan hier als aanzet gehanteerd worden tot vraagstelling vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief. Voorbeelden van vragen over deze projecten kunnen hier zijn: elke personen, groepen en/of diensten namen initiatief voor het W project? Vanuit welke achterliggende visie(s) op Aalst Rechteroever krijgt het project vorm? Welke personen, groepen en/of diensten zijn rechtstreeks betrokken bij de uitvoering van het project? Voor welke personen, groepen en/of diensten heeft het project (mogelijke) gevolgen op korte, middellange en/of lange termijn? Op welke manier(en) past het project in het bredere stadsvernieuwingsproject van Aalst Rechteroever en/of kan het er een plaats in krijgen? ‌ De betrokken ambtenaren geven terecht aan dat het moeilijk balanceren is tussen snelheden en schalen. Door stadsvernieuwing echter te beschou-
wen als een gedeeld leerproces kan een lange termijn visie gekoppeld worden aan kleine stappen. Het leerproces wordt dan niet alleen gedeeld door op de wijk betrokken politici, ambtenaren en burgers, maar ook door betrokkenen op andere schalen, waaronder bewoners uit andere stadsdelen, ambtenaren met een werkingsgebied in andere stadsdelen of een stadsbreed werkingsgebied, regionale actoren, enzovoort. Op die manier wordt stadsvernieuwing een combinatie van toekomstgericht langetermijndenken waarin korte termijn realisaties een plaats krijgen.
Naast het omgaan met verschillende snelheden en schalen, wezen de betrokken ambtenaren op de uitdaging om een verenigbaarheid te vinden tussen de soms heel verschillende visies en perspectieven van betrokkenen bij stadsvernieuwing. Ze selecteerden dan ook volgende drie vragen uit het reflectiekader voor stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief (zie Reflectiekader). oe kan worden omgegaan met een te grote discrepantie tussen H beleidsvisie en visie van andere betrokkenen? Hoe kunnen we omgaan met de voor de beleidscoalitie bepalende realiteit van politieke besluitvorming? Welke rollen zijn denkbaar voor beleidsmakers, ambtenaren en terreinwerkers in het betrekken van en samenwerken met bewoners? Meer concreet gaat het hier om verschillende visies en verwachtingen van politici en ambtenaren, diverse perspectieven binnen en tussen stadsdiensten en discrepanties in visie tussen de stad enerzijds en bewoners, handelaars, passanten, investeerders, ‌ anderzijds. Hier ontbreekt een totaalvisie en betekent het een moeilijke oefening om de soms conflicterende ideeÍn over en in Aalst Rechteroever een plaats te geven in een visievormend beleidsproces rond stadsvernieuwing. Bij stadsvernieuwingsprocessen spelen heel diverse perspectieven, waaronder bestuurlijke en ambtelijke beleidsperspectieven, perspectieven van het middenveld, bewonersperspectieven, ontwerp(ers)perspectieven, belangenbehartigingsperspectieven (bvb. milieugroepen, mobiliteitsgroepen,
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Uitdaging 2: Perspectieven en visies in dialoog brengen
83
handelaars …), enzovoort. Naar aanleiding van de hier geformuleerde uitdaging gaan we dieper in op vier perspectieven: Bestuurlijke beleidsperspectieven: Het gaat hier om perspectieven van politici die enerzijds gestuurd worden door het beleidsakkoord dat ze overeenkwamen, maar anderzijds ook door een partijpolitiek en persoonlijk gedachtengoed dat niet noodzakelijk strookt met dat van andere coalitiepartners. Ambtelijke beleidsperspectieven: Hiermee bedoelen we de stad als organisatie, bestaande uit diensten, teams en individuen. Waar men als individu voor staat binnen stadsvernieuwing is steeds (mee) ingegeven door de functie of rol die men bekleedt binnen de stadsorganisatie, door het team of de dienst waar men deel van uitmaakt en door eigen (ideologische) mens- en maatschappijbeelden. Bewonersperspectieven: We hebben het hier over de verschillende perspectieven die leven bij bewoners, handelaars en passanten in en over een bepaald stadsdeel of bepaalde wijk. Net zoals bij de bestuurlijke en ambtelijke beleidsperspectieven, kan er nooit sprake zijn van één gedragen bewonersperspectief. In een wijk wonen immers mensen met heel verschillende achtergronden, zijn er verhuisbewegingen, maar hebben bijvoorbeeld ook handelaars elk hun eigenheid wat betreft producten en diensten aan klanten, en zijn er passanten en gebruikers die op hun beurt een heel eigen betekenis geven en ontlenen aan die wijk. Middenveldperspectieven: Middenveldorganisaties zijn autonoom werkende organisaties met vrijwillig aangesloten leden, die openbare verantwoording geven van hun standpunten en daar vaak acties aan koppelen.48 Dit betekent dat middenveldorganisaties ook bij stadsvernieuwingsprocessen hun eigen visies naar buiten (kunnen) brengen en hierover in dialoog gaan.
48 De Blende, H. & Dhont, F. (2005). Sociaal-culturele praktijken. In Y. Larock, F., Cockx, G., Gehre, G., Van den Eeckhaut, T., Vanwing & G. Verschelden (Red)(2005). Spoor zoeken. Handboek sociaal-cultureel werk met volwassenen. Gent: Academia Press, p. 17.
De betrokken ambtenaren zien een aantal oorzaken voor deze niet-gedeelde probleemdefiniëring. De veranderde bestuurlijke context is er daar één van: de opmaak van de projectdefinitie gebeurde tijdens een andere legislatuur dan de projectuitvoering. Deze wijziging had geen directe impact op de uitvoering van het project, maar zorgde wel voor een andere insteek bij de projectevaluatie. Daarnaast kleurt de opleidings- of ideologische achtergrond van individuen ook hun perspectief en geeft richting aan de wijze waarop een probleem wordt geanalyseerd en gedefinieerd. Dit geldt zowel voor politici als voor ambtenaren, bewoners, handelaars, enzovoort. Omdat BAM!Varkensmarkt een kortlopend en dus in de ogen van veel betrokkenen ‘eindig’ project was, verkleinde het draagvlak tijdens de projectuitvoering. Net in een project waar ingezet werd op het versterken van communicatielijnen, bleek de communicatie en dialoog tussen de betrokkenen enigszins mank te lopen. Dit project was bovendien één van de eerste stadsprojecten in Aalst waarin zo sterk is ingezet op participatie van handelaars. Bewoners werden hier niet rechtstreeks als projectbetrokkenen aangesproken, maar werden wel geconfronteerd met de projectuitvoering.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
In BAM!Varkensmarkt concretiseerde deze diversiteit aan perspectieven zich in verschillende probleemdefiniëringen. Zelfs ondanks het in omvang vrij beperkte projectteam was het bijvoorbeeld niet eenvoudig om tot een gedeelde probleemdefiniëring en gemeenschappelijke doelstellingen voor het project te komen. Onder de handelaars van de Varkensmarkt zijn er een aantal ‘gevestigde waarden’ en een aantal nieuwe mensen. Dit brengt een ‘niet-gedeelde geschiedenis’ met zich mee die vaak tot verschillende toekomstperspectieven leidt. De Dienst Economie van de Stad stelde op basis van een eigen probleemanalyse het inzetten op de versterking van de communicatielijnen tussen handelaars centraal als ambitie voor het project BAM!Varkensmarkt. Onder andere handelaars wezen daarnaast nog op andere problemen, zoals de gewijzigde verkeerssituatie, de opvolging van vergunningen voor handelaars en het omgaan met de toegenomen diversiteit in de wijk.
85
Wat opvalt is de keuze voor de uitbesteding van het initiatief en de verwezenlijking van de contacten met de handelaars aan een externe partner, met name social designers. Zij waren bij de aanvang van het project wekelijks aanwezig in de buurt en gebruikten een locatie op het Hoveniersplein als uitvalsbasis om in dialoog te gaan met de handelaars. Stadsambtenaren speelden hierbij slechts een rol op de achtergrond. Bovendien werd de frequentie van aanwezigheid van de social designers in de loop van het project verminderd, wat leidde tot een verzwakte dialoog met de handelaars, die bij de projectevaluatie dan ook kritiek kreeg. In het conceptstudietraject stellen de betrokken ambtenaren vast dat ook daar het omgaan met verschillende perspectieven één van de grootste uitdagingen vormt. Het projectteam bestaat hier uit AWB, partners in onderaanneming van AWB en alle stadsdiensten, onder regie van de Dienst Gebiedsgerichte Werking. De betrokken ambtenaren tonen zich positief over de door AWB opgemaakte toekomstvisie die ‘de voorzienende stad’, ‘de productieve stad’ en de stad als ‘sterk woonweefsel’ bundelt. Het is volgens hen een verdienstelijke poging om de verzameling aan initiatieven, vragen en kwesties in een bevattelijke vorm te gieten, die tijdens het proces ook overheen verschillende stadsdiensten op bijval kon rekenen. Het appelleert aan een meer integrale kijk op Aalst die een antwoord zou kunnen bieden op hoe men in de toekomst projectmatig en overheen beleidsdomeinen en sectoren zou kunnen werken. Ook de gehanteerde methodiek van AWB, waarbij na het werken in brede werkgroepen steeds teruggekoppeld wordt naar politici, zien de betrokken ambtenaren als opportuniteit om bestuurlijke en ambtelijke beleidsperspectieven dichter bij elkaar te brengen. Toch stellen de betrokken ambtenaren vast dat de uitdaging eruit blijft bestaan om vervolgens ook concreet aan de slag te gaan met de verzamelde visies en perspectieven. Illustratief daarvoor is het naar voren schuiven van het mobiliteitsvraagstuk en de moeilijke besluitvorming met betrekking tot de Moorselbaan.
Naast de moeilijke afstemming van diverse beleidsperspectieven, stellen de betrokken ambtenaren ook vast dat bij het conceptstudietraject niet concreet wordt ingezet op bewonersparticipatie. Ze wijten dit ten dele aan een in Aalst historisch gegroeide voorzichtigheid voor participatietrajecten.
Er werden bij recente processen van stadsvernieuwing en ruimtelijke planning weliswaar een aantal pogingen49 ondernomen om bewoners te betrekken, maar de draagwijdte en impact ervan bleven steeds beperkt. Politici, stadsdiensten en -ambtenaren achtten het vaak niet wenselijk of nodig om bewoners te betrekken. Het werd vaak voornamelijk gepercipieerd als een vertragend of verzwarend element in ruimtelijke veranderingsprocessen. Daarnaast is de Dienst Gebiedsgerichte Werking relatief recent opgericht in de stad Aalst en kent deze dienst een beperkte bezetting. Dit betekent dat in eerste instantie keuzes moeten gemaakt worden en slechts op een beperkt aantal projecten kan ingezet worden.
POLITICI, AMBTENAREN EN BURGERS ALS PIONNEN OP EEN GANZENBORD Filip De Rynck50 duidde recent de verander(en)de bestuurlijke en ambtelijke beleidsperspectieven en de gewijzigde rollen die dit voor politici en ambtenaren met zich mee brengt. Hij stelt dit visueel voor als een ganzenbord waarop drie pionnen kunnen gekozen worden: deze van burger, ambtenaar of politicus. Ons democratisch systeem bekijkend, klopt dit plaatje inderdaad. Politicus – en zeker burgemeester of schepen– ben je maar voor een beperkte tijd, op basis van verkiezingsuitslagen en gevormde coalities. Een ambtenaar maakt deel uit van de stadsorganisatie, die ‘een voorgeschiedenis, een geheugen, ingebakken structuren en ingesleten routines’51 heeft. En je kan als burger geboren en getogen zijn in een bepaalde stad, er bewust gaan wonen of er een periode van je leven doorbrengen. Om in ganzenbordtermen verder te denken, wordt je visie en perspectief met betrekking tot een stad en stadsvernieuwing mee bepaald door de pion die je kiest of krijgt. 49 Enkele voorbeelden: Stad Aalst gaf Hogeschool Gent in 2012 de opdracht voor een sociaal-culturele gebiedsverkenning in Aalst Rechteroever, bestaande uit interviews met praktijkwerkers en bewoners, focusgroepsgesprekken en een mobiele buurtterugkoppeling. Nog in 2012 organiseerde de Woondienst van de Stad, in functie van het ‘Prikkelproject’, een uitgebreide huis-aan-huisbevraging over het bestaande woningpatrimonium in de wijk. 50 De Rynck, (2014), Ibid. 51 De Rynck, (2014), Ibid.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Momenteel kiest het stadsbestuur ervoor om bij planningsprocessen te focussen op de uitwerking van concrete, realistische plannen en wenst men eerder top-down te werken. Wel zetten ze in op buurtbetrokkenheid via contacten met sleutelfiguren in het gebied.
87
16
HOE PIONNEN OP EEN GANZENBORD OOK SAMEN Dat een bestuur een niet te onderschatten rol speelt in stadsprojecten blijkt uit de Aalsterse case. Beide besproken projecten kenden een opstart- en uitvoeringsfase onder verschillende politieke legislaturen. De betrokken ambtenaren benoemden dit in beide voorbeelden als een beïnvloedende factor. De visualisering van stadsspelers als pionnen op een ganzenbord door De Rynck is inspirerend om te tonen dat politici, ambtenaren en burgers elk hun weg gaan in een stad, elk met hun eigen functie, rol, snelheid en visie. Deze visualisatie gebeurt vanuit bestuurskundig oogpunt. Vanuit sociaal-pedagogisch perspectief vullen we het open einde van dit ganzenbord in door er stadsvernieuwing als gedeeld leerproces aan te hangen en door een vierde pion ‘middenveld’ toe te voegen als autonome medespeler tussen burger en overheid. We veranderen daarmee ook meteen de klassieke spelregels van een ganzenbordspel in de richting van samenwerking om tot verandering te komen. We beschouwen stadsvernieuwing als een gedeeld leerproces, waarin kennisdeling en -uitwisseling centraal staan. Vertrekken vanuit een historisch bewustzijn van en kennis over alledaagse praktijken in een wijk of stad vormen voor ons dan ook een essentieel onderdeel van stadsvernieuwing. Ook in concrete projecten heeft het recente verleden een niet te onderschatten invloed. BAM!Varkensmarkt is een voorbeeld van een project waarin de plannings- en uitvoeringsfase al zo ver gevorderd waren dat politici uit de nieuwe legislatuur enkel nog een evaluerende rol op zich konden nemen. Ambtenaren, burgers en externe partners hadden echter al een heel traject afgelegd.
Dergelijke projecten tonen de wederzijdse afhankelijkheid tussen politici en ambtenaren, en bij uitbreiding bewoners en handelaars. Ze hebben elkaar nodig op het vlak van informatie-uitwisseling en kennis van een buurt of wijk. De alledaagse praktijken in een wijk als Rechteroever kunnen beleidsmakers pas kennen door in dialoog te gaan met elkaar en met veldwerkers, bewoners, handelaars en passanten. Deze informatie moet dan op een bevattelijke manier politici bereiken, die ook op basis daarvan uiteindelijke beleidsbeslissingen kunnen nemen. In een stad zijn politici, ambtenaren, burgers, middenveldorganisaties, ontwerpers, … dus veel meer dan bijvoorbeeld op Vlaams of federaal niveau met elkaar verbonden.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
KUNNEN LEREN
89
De Rynck52 merkt terecht op dat verkokering ‘één van de meest hardnekkige instituties van onze lokale besturen is’. De indeling in stadsdiensten met elk hun eigen verantwoordelijke schepen, hun eigen gewoontes en taal is niet meteen bevorderlijk voor het verwezenlijken van een gedeeld leerproces en het gelijktijdig inzetten op verschillende domeinen. Hoewel in de meeste steden een consensus bestaat over het belang van een gemeenschappelijke aanpak bij stadsvernieuwing, botst men maar al te vaak op onzichtbare muren die in de loop der tijd zijn opgetrokken tussen verschillende stadsdiensten. In het conceptstudietraject probeert de Stad onder begeleiding van AWB deze scheidingen te doorbreken door mensen uit verschillende stadsdiensten met elkaar in contact te brengen en te laten overleggen op concrete thema’s en vragen. Stadsvernieuwing als leerproces houdt inderdaad in dat doelstellingen en bijhorende inzichten worden afgetoetst en afgestemd op elkaar. Het zal dus belangrijk zijn om in het conceptstudietraject blijvend tijd te maken voor dergelijke overlegen terugkoppelingsmomenten, zodat de nadruk komt te liggen op de gedeeldheid van een project, eerder dan op ieders afzonderlijke inbreng erin. We onderscheidden vier verschillende perspectieven op stadsvernieuwing en brengen deze symbolisch samen op het aangepaste ganzenbord.
Een centrale uitdaging bij stadsvernieuwingsprojecten is volgens ons het in dialoog brengen van deze verschillende perspectieven en meervoudige belangen op een gebied. Participatie is dan een collectief leer- en onderzoeksproces waarin diverse betrokkenen op andere manieren leren kijken naar de omgeving waarin ze leven en werken. Omdat het huidige Aalsterse stadsbestuur besliste om in te zetten op buurtbetrokkenheid via contacten met sleutelfiguren en grote partners in een gebied, suggereren we als inspiratie een eigen variant op de ‘Triple Self Diagnosis’53, een methodiek die Liam Kane ontwikkelde en die we in een ander onderzoeksproject54 vertaalden om praktijkwerkers te laten nadenken over hun werk. In de concrete praktijk van Aalst Rechteroever kan het bewonersperspectief dan via praktijkwerkers als sleutelfiguren en via partners in de wijk (waaronder vertegenwoordigers van middenveldorganisaties) in kaart gebracht worden. Voor dit proces kan de coördinator 52 De Rynck (2014), Ibid. 53 K ane, L. (2001). Popular education and social change in Latin America. London: Latin America Bureau. 54 D e Visscher, et al. (2013). Ibid.
Triple Self Diagnosis
Gebiedsgerichte Werking aangeduid worden als trekker en begeleider of kan een beroep gedaan worden op externe begeleiding. Praktijkwerkers en andere sleutelfiguren worden in het proces aangezet om individueel en samen een aantal vragen te beantwoorden en thema’s te bespreken. Onderstaande lijst is echter niet limitatief. Afhankelijk van wat er door de betrokkenen naar voor gebracht wordt, kunnen andere accenten gelegd worden, zal tijd en ruimte nodig zijn voor inbreng van andere dan de oorspronkelijke betrokkenen, … 1) Wat denk je dat je doet? Nadenken en discussiëren over achterliggende doelstellingen en probleemdefiniëringen: D enk individueel na over wat je als praktijkwerker/ambtenaar probeert te doen in Aalst Rechteroever. Het gaat hier niet om concrete activiteiten, wel om persoonlijke doelstellingen. Noteer elk idee op een apart blad. B ekijk in groep (per team, stadsdienst of als discussiegroep) welke ideeën op tafel liggen en groepeer deze in categorieën. De groepering vormt hier voorwerp van discussie, niet de vermelde ideeën. Ga na op welke diverse manieren elke aanwezige stadsdienst of praktijkwerker zich positioneert tegenover de onderscheiden categorieën. H erbekijk de categorieën doelstellingen: welke zijn er ontstaan omdat bepaalde diensten deze probleemoriëntatie belangrijk vinden?; welke vertrekken vanuit kansen die zich voordeden/doen in Rechter oever?; …
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
6
91
2) Wat is de context waarbinnen je werkt? Verwoorden en verbeelden van de context:
enk na in welke context elkeen in Aalst Rechteroever werkt. D erbeeld deze context in een tekening en gebruik daarbij zo weinig V
mogelijk tekstuele elementen. De verbeelding kan individueel, per team, stadsdienst, organisatie of als groep gebeuren. Geef in de verbeelding(en) ook plaats aan alledaagse bewonerspraktijken. Bespreek welke elementen opvallen in de verbeelding(en) van de context. 3) Wat doe je feitelijk? Beschrijving van het feitelijk tussenkomen: B eschrijf wat je als praktijkwerker/ambtenaar doet in Aalst Rechteroever. Het gaat hier onder andere om concrete activiteiten. Dit kan individueel, per team, stadsdienst of als groep gebeuren. G a op zoek naar inconsistenties tussen de vragen: Wat denk je dat je doet?; Wat is de context waarbinnen je werkt; en Wat doe je feitelijk? Bespreek deze inconsistenties in groep. In het bovenstaande beklemtonen we dat het bestaan van verschillende perspectieven en visies op een wijk niet noodzakelijk als een probleem moet ervaren worden, maar evenzeer als een kans kan benaderd worden.
Dissensus over en in wijken en steden is een gegeven en kan productief worden aangewend als men stadsvernieuwing benadert als een gedeeld en voortdurend leerproces. In deze case situeert dit leerproces zich in een gedeelde kennisopbouw over Aalst Rechteroever, waarin ideeën, kennis en informatie van ambtenaren wordt uitgebreid, geconfronteerd en in dialoog gebracht met deze van burgers, externe partners en politici. De aangepaste versie van de ‘Triple Self - methodiek’ van Liam Kane kan dit gedeelde leerproces vorm geven, rekening houdend met gemaakte keuzes in de Stad Aalst.
In deze brochure beschreven we vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief een concreet beleidsproces met betrekking tot stadsvernieuwing in Aalst Rechteroever. Dit onderzoek paste in een samenwerkingsverband tussen onderzoekers en twee stedelijke ambtenaren die, elk vanuit een eigen positie, de beleidspraktijk aansturen. We beschreven en analyseerden twee projecten, allebei gesitueerd in de wijk Aalst Rechteroever. BAM!Varkensmarkt is een afgelopen en relatief kleinschalig social design project ter herwaardering van de aanwezige handelskern in Kern Rechteroever (een deel van wijk Aalst Rechteroever). Het conceptstudietraject 'Revitalisatie Kern echteroever' gaat om een langlopend en actueel nog aan de gang zijnde traject waarin stadsdiensten en stadsbestuur samen op zoek gaan naar een gedragen en integrale toekomstvisie voor Kern Rechteroever in Aalst. We beschreven en analyseerden beide projecten in nauwe samenwerking met twee ambtenaren die (in meer of mindere mate) betrokken waren in beide initiatieven.
速
De bij ons onderzoek betrokken Aalsterse ambtenaren hanteerden ons sociaal-pedagogisch perspectief en de concretisering ervan, zoals beschreven in Reflectiekader in deze reeks, om voor deze concrete case een aantal vragen naar voor te brengen:
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Uitleiding
93
oe kan worden omgegaan met de spanning tussen urgente beH leidsingrepen (ad hoc) en de traagheid van procesmatige stadsvernieuwing? Hoe kunnen we ervoor zorgen dat beleidsacties op verschillende schaalniveaus (wijk-stad-regio) op elkaar afgestemd zijn en een coherent geheel vormen? Hoe kan worden omgegaan met een te grote discrepantie tussen beleidsvisie en visie van andere betrokkenen? Hoe kunnen we omgaan met de voor de beleidscoalitie bepalende realiteit van politieke besluitvorming? Welke rollen zijn denkbaar voor beleidsmakers, ambtenaren en terreinwerkers in het betrekken van en samenwerken met bewoners? Wij groepeerden deze vragen tot twee uitdagingen: 1) Navigeren met snelheden en schalen 2) Perspectieven en visies in dialoog brengen Een sociaal-pedagogisch perspectief op stadsvernieuwing schrijft geen normatieve keuzes voor, met als gevolg dat we de voor de uitdagingen geen pasklare draaiboeken creëerden. We analyseerden deze uitdagingen en formuleerden er vragen en inspiratiebeelden bij. Deze moeten aanleiding geven tot verdere reflectie en visievorming in de context van Aalst (Rechteroever). Uitdaging 1, navigeren met snelheden en schalen, situeert zich in ons overzichtskader vooral op het niveau van integrale planning, met logische linken naar gebiedsanalyse en dialoog. Traagheid van stadsvernieuwingsprocessen en snelheid van deelprojecten kunnen worden geproblematiseerd, maar ook beschouwd worden als stadsritmes waarin knopen moeten worden doorgehakt, maar waarin ook plaats is voor spontane of kleinere initiatieven. Uitdaging 2, perspectieven en visies in dialoog brengen, heeft in eerste instantie te maken met dialoog, maar daarbij spelen gebiedsanalyse en integrale planning ook elk hun rol. In stadsvernieuwingsprocessen spelen heel diverse perspectieven, waaronder bestuurlijke en ambtelijke beleidsperspectieven, perspectieven van het middenveld, bewonersperspectieven, ontwerp(ers)perspectieven, belangenbehartigingsperspectieven (bvb. milieugroepen, mobiliteitsgroepen, handelaars …), enzovoort. We erken-
nen al deze perspectieven als betekenisvol voor stadsvernieuwingsprocessen en beklemtonen daarom samenwerking om tot verandering te komen. Bij de analyse van beide uitdagingen staat stadsvernieuwing als gedeeld leerproces centraal. Leren moet dan niet als een klassiek leren beschouwd worden, maar wel als kennis- en informatie-uitwisseling met plaats voor dissensus.
DIALOOG
INTEGRALE PLANNING
GE
DE
GEBIEDSANALYSE
EL
DL
EER
PROCE
S
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
De ervaringen en analyses in de Aalsterse context kunnen andere steden stimuleren om stadsvernieuwing vanuit sociaal-pedagogisch perspectief – naast diverse andere perspectieven – te bekijken en van daaruit tot ‘andere’ betekenisvolle vragen, reflecties en visies op stadsvernieuwing te komen.
95
Overzicht ontwikkelingsgebieden en projecten in en om de wijk Kern Rechteroever
Tupperware
Tragel
L
R41
G H
D
Pierre Corneliskaai D
K J Pendelparking D NAC
O.L.V
D
D E C
A
F B
M
Werfplein Sint-Annabrug
N
Zorgwoonwijk Mijlbeek Carnavalshallen
I
Ondernemerszone
Ontwikkelingsgebieden Gebiedsaanduiding conceptstudie AWB Projecten
n
lbaa
rse Moo
BIJLAGE 1
Plannen en visies Masterplan Filatures & Urban Fabric(s) Als laureaat van een internationale wedstrijd werkte het architectenbureau Christian Kieckens Architects een masterplan uit voor het station en de hele omgeving errond, ingedeeld in 12 deelprojecten, die zowel linkerals rechteroever van de stad nieuwe mogelijkheden geven. Het masterplan ‘Filatures and Urban Fabrics’ speelt zich af op drie niveaus. In de eerste plaats wil het plan beide Denderoevers ‘aaneenrijgen’. Daarnaast wil het ook de Dender een gezicht geven naar de stad. Ten slotte is het de bedoeling om de mobiliteitsmodi op elkaar af te stemmen. Via een opeenvolging van pleinruimten, flaneerzones langs het water en passerelles en bruggen over de Dender waarbij beide stadsdelen opnieuw ‘met elkaar worden verweven’ wordt een link gelegd met het industrieel verleden (draadweverijen) van Aalst waarbij ‘schering en inslag’ als begrip een eigen weerklank biedt.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Plannen, ontwikkelingsgebieden en projecten in en om de wijk Kern Rechteroever
97
Masterplan Albrechtlaan De Stad Aalst stelde in 2010 het Bureau voor Urbanisme BUUR aan voor de opmaak van een masterplan voor de omgeving van de Albrechtlaan. Het definitief masterplan werd afgeleverd in december 2011 met de titel ‘Van annex tot index, weven van texturen en structuren. Masterplan voor de omgeving van de Albrechtlaan’. Het concept-masterplan werd gevalideerd door het college van burgemeester en schepenen op 27/09/2010. Een tweede fase waarin zes deelmasterplannen verder uitgewerkt werden – met telkens een definiëring van ambitie, context, betrokkenen, concepten en het programma – werd bekrachtigd door het college van burgemeester en schepenen op 05/09/2011. eelmasterplan 1: Centrum voor rechteroever D Deelmasterplan 2: Ondernemerszone Deelmasterplan 3: Zorgwoonwijk Mijlbeek Deelmasterplan 4: Evenementenpark Deelmasterplan 5: Molenbeekvallei Deelmasterplan 6: Parkenroute Tijdens de zitting van 01/07/2013 besliste het college van burgemeester en schepenen de deelmasterplannen 1, 2 en 3 prioritair aan te vatten: deelmasterplan 1 geeft vorm aan ‘centrum voor rechteroever’, deelmasterplan 2 aan ‘ondernemerszone tussen Albrechtlaan en spoor’ en deelmasterplan 3 aan ‘zorgwoonwijk Mijlbeek’. ‘Een centrum voor Rechteroever’ behelst de ontwikkeling van het achterliggende gebied van het Hoveniersplein, waar de carnavalshallen staan, met meervoudige verbinding naar het handelslint in de Hoveniersstraat en de Molendries, naar de Sint-Annabrug en het stadscentrum, naar het KMO-gebied langs de Bergemeersenstraat en naar de omgeving van de Florasite aan de Mijlbeekwijk. Na het afleveren van het concept-masterplan voor de omgeving van de Albrechtlaan is het besef gegroeid dat het deelproject ‘een centrum voor rechteroever’ enkel goed kan ingeschat worden als er een overkoepelende visie, zowel beleidsmatig als planmatig, voor de hele wijk ten noorden en ten zuiden van de Moorselbaan wordt ontwikkeld. De omgeving van de Moorselbaan heeft nood aan een ruimtelijke strategie gekoppeld aan een versterking van het sociaal netwerk,
de ontsluiting van de wijk in een groter stedelijk netwerk, het opbouwen van een vernieuwd imago van de wijk.
‘Zorgwoonwijk Mijlbeek’ heeft als ambitie een pilootproject voor Vlaanderen te zijn waarbij een woonzorgprogramma als een geïntegreerde wijkvernieuwing gezien wordt, in plaats van een geïsoleerde campusontwikkeling voor één doelgroep. De wijk Mijlbeek moet dan ook een ondersteunend stadsdeel worden met nieuwe woonvormen zodat levenslang wonen gegarandeerd kan worden voor alle bewoners, met de nodige ondersteunende private en publieke voorzieningen.
Studies Aanvraag conceptsubsidie ‘Een centrum voor
®echteroever’
In mei 2011 diende de Stad Aalst bij de Vlaamse Regering het dossier ‘Een centrum voor echteroever’ (Masterplan Albrechtlaan, deel I) in met de aanvraag tot conceptsubsidie. Het project werd geïnitieerd en getrokken vanuit het team Planning en Stadsvernieuwing. Hoewel de jury het belang van het dossier beaamde, adviseerde men de Vlaamse Regering negatief en werd voor dit project geen subsidie toegekend. De jury raadde aan om de aanvraag te herwerken en te heroriënteren van een louter ruimtelijk verhaal naar een meer geïntegreerd verhaal.
®
Gebiedsverkenning vanuit sociaal-cultureel perspectief – studie Hogent 2012 De Stad Aalst bestelde een studie om bestaande processen van gemeenschapsvorming in de wijk in beeld te brengen en zodoende het helpen uittekenen van een sociaal-cultureel perspectief op het stadsvernieu-
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
‘Ondernemerszone tussen Albrechtlaan en spoor’ speelt in op een lokalisatiebeleid, waarmee Aalst als belangrijke tewerkstellingspool, de locaties en specificaties van bedrijventerreinen en andere economische programma’s bepaalt. De site tussen de spoorweg en de Albrechtlaan moet als een bijkomende economische pool op niveau van de stad Aalst ontwikkeld worden, door verdichting en specialisatie in stedelijke KMO’s, grootschalige detailhandel en toonzaaldistributie. Deze specialisatie speelt in op de bereikbaarheid, schaal en de zichtbaarheid van het gebied.
99
wingsproject ‘Een centrum voor Rechteroever’. In de tweede helft van 2012 werd deze studie uitgevoerd door de Hogeschool Gent onder de titel ‘Gebiedsverkenning vanuit sociaal-cultureel perspectief – Rechteroever’, waarin de betekenissen en het alledaagse gebruik van de wijk vanuit het standpunt van de bewoners nog beter in kaart werd gebracht.
Masterclass studio VRP – 2012 Tijdens een masterclass studio van het VRP (Vlaamse Vereniging voor Ruimte en Planning vzw) in november 2012, werd de buurt als casestudie onder de loep genomen door diverse experts. Zij toonden aan dat leefbaarheid voor bewoners in een wijk een samenspel is van zowel ruimtelijke keuzes als inzichten in de sociale dynamiek tussen mensen, waarbij participatie van bewoners en alle actoren in een wijk erg belangrijk is.
Conceptstudie ‘Revitalisatie Kern ® echteroever’ In maart 2012 diende de Stad Aalst bij de Vlaamse Regering het dossier ‘ echteroever’ (Masterplan Albrechtlaan, deel I) een tweede keer in voor conceptsubsidie. Het project werd nu geïnitieerd en getrokken vanuit het team Strategische Planning en werd benaderd vanuit een meer integrale invalshoek. De studie kreeg de naam ‘Kern Rechteroever: Revitalisatie Moorselbaan, Hoveniersplein, carnavalssite’ mee en legt de nadruk op het omvormen van het negatieve imago die Kern Rechteroever tot op heden met zich meedraagt. De wijk moet evolueren tot een volwaardige en aantrekkelijke wijk in Aalst, met een eigen identiteit, centraliteit en herkenbaarheid, maar ook het maken van sterke verbindingen naar andere nabijgelegen stadsdelen maakt deel uit van de studie. Dit traject onder begeleiding van Architecture Workroom Brussels is een oefening in interdisciplinair en procesmatig werken om tot een gedragen concept/ visie te komen rond Moorselbaan, Hoveniersplein en carnavalssite (delen van projectgebied). Projectleiding: team Strategische Planning en EISW (gebiedsgerichte werking). AWB is coördinator van een team van experten en fungeert samen met 51N4E Architecten als hoofdaannemer van de opdracht. Timing: januari 2014 – zomer 2014
®
Projecten in de wijk waarbij de stadsorganisatie betrokken is A
Gevelrenovatieproject
Doel: opwaarderen van de beeldkwaliteit van handelspanden. Om leegstand en onaantrekkelijke panden te vermijden, geeft de Stad Aalst sinds 1 oktober 2011 in samenwerking met Europa (EFRO) en Vlaanderen (HERMES) een toelage voor de gevelrenovatie van handelspanden. Met deze premie wil de Stad Aalst voornamelijk leegstaande en onaantrekkelijke winkelpanden opwaarderen. Doelgroep: handelaars Kern Rechteroever Locatie: winkelhart Varkensmarkt (Hoveniersstraat en Molendries) Verantwoordelijke: dienst Economie en Landbouw Timing: 01/10/2011 tot en met 30/09/2014
‘Iedereen Hovenier’ – 1 mei-kramerij
C
BAM! Varkensmarkt
Doel: zuurstofkuur voor handelskern d.m.v. een service design project in samenwerking met VVSG en Design Vlaanderen. Door het samenwerken met een service designer (VVSG en Design Vlaanderen) wilde de Stad Aalst de lokale economie een nieuwe boost geven en de communicatielijnen tussen handelaars en hun omgeving versterken. Doelgroep: handelaars en bewoners handelskern Locatie: Handelskern (Molendries en Hoveniersstraat, …) Verantwoordelijken: dienst Economie en Landbouw, dienst Samenleving en Integrale Veiligheid, team Strategische Planning en EISW Timing: zomer 2013 t.e.m. 31 december 2013
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
B
Doel: de braderij die jaarlijks plaatsvindt op 1 mei opnieuw aantrekkelijker maken. Met de actie ‘Iedereen hovenier’ wil de Stad Aalst de 1 mei-kramerij nieuw lezen inblazen door de braderij uit te breiden met een tuin- en terrasplantenbeurs. De actie zet de handelskern in het daglicht, ook buiten de wijk. Doelgroep: handelaars en bewoners Kern Rechteroever Locatie: winkelhart Varkensmarkt (Hoveniersstraat en Molendries) Verantwoordelijken: dienst Economie en Landbouw, Team Samenleving en Integrale Veiligheid Timing: jaarlijks 1 mei
101
D
Prikkelproject
Doel: promoten en ondersteunen van de wijk als mooie en kwalitatieve woonbuurt. Na het uitvoeren van een enquête over woonkwaliteit in de wijk, werd een analyse gemaakt van de grootste noden op vlak van wonen. De Stad Aalst zal een 5-tal verwaarloosde panden opkopen en daar nieuwe, moderne woningen bouwen. Daarnaast worden voor eigenaars en verhuurders flankerende maatregelen genomen, onder de vorm van premies (dak-raamgevel of totaalrenovatiepremie), om hun woning te renoveren. Maar ook via architectenpremies, een wedstrijd ‘Mijn bloemengevel’, demowoning voor overvalpreventie, een klusjesdienst, architectuurwandelingen, enz. … wil de Stad Aalst de buurt verfraaien en een moderner uitzicht geven. Doelgroep: jonge nieuwe gezinnen, huidige bewoners van de wijk Locatie: Kern Rechteroever, in twee fases met afgebakende project gebieden Verantwoordelijke: dienst Wonen, AGSA Timing: 2012 t.e.m. 2016 E
Foto Cristal Cleaning
Doel: zichtbare actie die positieve beeldvorming en uitstraling van de buurt ondersteunt. De verloederde gevel van het ‘Cristal Cleaning’-gebouw werd verborgen achter een groot spandoek. Op het spandoek prijkt een foto van fotograaf Filip Claus uit zijn reeks ‘Vlaanderen in Aalst’. Het initiatief maakt deel uit van het Prikkelproject Rechteroever. Dat project wil Aalstenaars inspireren om te investeren in hun wijk. Locatie: Varkensmarkt Timing: sinds voorjaar 2014 F
Schoonmaak en bebloeming
Doel: aantrekkelijker maken van de woonbuurt, bewoners sensibiliseren om zelf hun straat proper te houden. Wijkbewoners krijgen peter- of meterschap over een bepaald bloemenperkje waarmee ze een engagement aangaan om ‘hun’ boomspiegel op te fleuren en te onderhouden. De peters en meters van de perkjes worden op een plechtige wijze ingehuldigd. Vooraf engageert men de buurt om samen de buurt op te kuisen. Doelgroep: bewoners Hoveniersstraat en Korte Binnenstraat Locatie: Hoveniersstraat en Korte Binnenstraat Verantwoordelijke: dienst Samenleving en Integrale Veiligheid Timing: 1/5/2013 en 15/6/2013, vervolgacties lente/zomer 2014
Netheidsproject in samenwerking met OVAM
Doel: optimalisatie op vlak van huishoudelijk afval en reinheid straten. Vanaf september 2012 worden zwerfvuil en sluikstort maandelijks door twee vrijwilligers geteld. De data worden ingevoerd in de ‘Netheidsbarometer’, een online tool die het Netheidsnetwerk ter beschikking stelt aan gemeenten om de netheid in bepaalde zones te monitoren. De Netheidsbarometer geeft een overzicht van de situatie en de evolutie erin en laat toe te evalueren of een bepaalde zone objectief gezien net is of niet. Doelgroep: bewoners van Sint-Elisabethwijk, Molendries en Hovenierstraat, met focus op groepen die via de klassieke weg moeilijker te bereiken zijn. Locatie: Sint-Elisabethwijk, Molendries en Hovenierstraat Verantwoordelijke: dienst Leefmilieu Timing: 13/02/2012 t.e.m. 31/12/2013
Buurtcompostparkje ‘de Fiber’
H
Volkstuintjes ‘den Ajuin’
Doel: buurtbewoners met groene vingers de mogelijkheid geven samen met anderen te tuinieren. In de volkstuintjes wordt biologisch getuinierd. Er zijn 25 volkstuintjes, met elk een oppervlakte van ongeveer 50 m². Compost van De Fiber gaat af en toe naar de volkstuintjes. Doelgroep: buurtbewoners met groene vingers Locatie: Frans Breckpotwijk Verantwoordelijke: dienst Leefmilieu en dagelijkse werking door Parol vzw.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
G
Doel: Concrete uitwerking van het eerste buurtcompostparkje. Drie keer in de week wordt De Fiber een half uur opengehouden door 4 bewoners-sleuteldragers. Onder hun toezicht kunnen hun buren er gratis een deel van hun huisvuil kwijt. GFT-afval wordt ter plaatse gecomposteerd. Het papier/karton en glas worden vanuit de garage door ILVA voor verwerking afgevoerd. Doelgroep: bewoners van de sociale appartementen van de Hospitaalstraat, F. Breckpotwijk, H. Meertwijk, Lazaretstraat, Gasthuisstraat en het Dieter van den Elzasgebouw Locatie: Sint-Elisabeth Verantwoordelijke: dienst Leefmilieu en dagelijkse werking door Parol vzw.
103
I
Demoplaats Bergemeersen
Doel: kennis delen over composteren, sensibiliseren. De stad kan rekenen op 31 kringloopkrachten (vroeger compostmeesters genoemd). Zij kennen de fijne kneepjes van composteren en kringloop tuinieren en geven hun kennis door. Doelgroep: bewoners, scholen, verenigingen, ‌ Locatie: Bergemeersen Verantwoordelijke: dienst Leefmilieu Timing: tweemaandelijks J
Mobiele speelpleinwerking
Doel: rondrijdend op een bakfiets een zinvolle en nuttige vrijetijdsbesteding voor kinderen aanbieden. Doelgroep: kinderen tussen 3 en 14 jaar Locatie: verschillende locaties in Kern Rechteroever Verantwoordelijke: dienst Cultuur, Jeugd en Sport Timing: zomerperiode 2013 en 2014 K
Ontmoetingshuis De Brug
Doel: ontmoeting: het versterken van contacten tussen buurtbewoners In de brug zijn verschillende organisaties en diensten gehuisvest: buurtrestaurant vzw De Loods, Buurtweb, Centraal Aanspreekpunt Kinderopvang, Opvoedingswinkel en buurthuis Parol vzw Doelgroep: iedereen (met extra aandacht voor kansarme gezinnen) Locatie: Hertshage 11-19, 9300 Aalst Verantwoordelijke: Stad Aalst i.s.m partners Wanneer: elke weekdag
Raamafficheproject
Doel: laagdrempelig cultuuraanbod via raamaffiches met foto’s van buurtbewoners. Doelgroep: kansarme gezinnen Locatie: Kern Rechteroever Timing: 2013
L
Fabriek Plastiek
Doel: tijdelijke invulling van de Tupperware-site. In afwachting van de ontwikkeling van de Tupperware-site krijgen een aantal organisaties de kans om projecten met een sociaal-culturele inslag te realiseren op de site (o.a. Parol vzw en enkele actoren binnen de buurt). De bedoeling is om op deze manier een soort conciërgefunctie voor de site te creëren, de site ‘levendig’ te houden en het idee van een ontwikkelde omgeving te laten groeien bij de Aalsterse bevolking. Doelgroep: sociaal-culturele projectorganisaties Locatie: Tupperware-site Verantwoordelijken: Uit de Marge, de jeugddienst, het JAC, Makadam, Parol vzw, kc nOna; Projectontwikkelaars Re-Vive en Matexi. Timing: voorjaar 2013 – …
Bewoners van de maand – Kunst in de wijk
Wijkteam KRO
Doel: permanentie, nabijheidspolitie, leefbaarheid verhogen en onveiligheidsgevoel verminderen. Het Wijkteam KRO kadert in het lokaal integraal veiligheidsbeleid in de wijk Kern Rechteroever. Het gaat om een structurele samenwerking tussen Stad en politie, waarbij de wijkmanager, wijkinspecteurs en gemeenschapswacht tegelijk aanspreekpunt zijn voor de burgers, maar zelf onmiddellijk ook – indien mogelijk – een aantal noden ledigen. Doelgroep: alle bewoners van de wijk Locatie: op terrein Verantwoordelijken: Lokale Politie Aalst Timing: sinds 01/05/2012
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
M
Doel: versterking van de identiteit van de buurtbewoners i.s.m. kunstenaar Vincen Beeckman. Kunst in de wijk is een gemeenschapsvormend kunstintegratieproject. Het brengt kunst in de straat tot bij bewoners, passanten, toevallige bezoekers, verkeersgangers. Kunstenaar Vincen Beeckman maakt in zeer nauwe samenwerking met de buurt 100 foto’s van mensen in en uit de buurt. Maandelijks worden twee nieuwe portretten feestelijk ingehuldigd. Doelgroep: bewoners Kern Rechteroever Locatie: Escargotplein, verschillende plaatsen in Kern Rechteroever Verantwoordelijke: dienst Cultuur, Jeugd en Sport, Netwerk treedt op als curator Timing: februari 2014 – …
105
N
Wijkpost Lokale Politie KRO
Doel: nog betere dienstverlening en snellere opvolging van wijkproblemen Bewoners kunnen hier terecht voor wijkgerelateerde zaken en kleinere aangiften of klachten. Doelgroep: alle bewoners van de wijk Locatie: Hoveniersplein Verantwoordelijken: Lokale Politie Aalst Timing: sinds 18/03/2014
BIJLAGE 2
In het College van Burgemeester en Schepenen van Aalst zijn de bevoegdheden voor de bestuursperiode van 2013 – 2018 als volgt verdeeld: Christoph D'Haese (N-VA) burgemeester en bevoegd voor Politie, Brandweer, Algemene coördinatie en administratie, Financiën, Stadspromotie, Geïntegreerd Drugsbeleid, Juridische zaken, Informatica, Communicatie; Ilse Uyttersprot (CD&V) schepen van Sport, Cultuur, Evenementen, Vrije Tijd en Facility; Karim Van Overmeire (N-VA) schepen van: Onderwijs, Bibliotheek, Europese en Internationale samenwerking, Erfgoed, Vreemdelingenzaken, Inburgering en Vlaams karakter; Ann Van de Steen (SD&P) schepen van Openbare Werken, Stadsvernieuwing, Energie, Patrimonium; Mia De Brouwer (N-VA) schepen van Toerisme, Burgerlijke Stand en Bevolking, Senioren; Iwein De Koninck (CD&V) schepen van Leefmilieu, Jeugd, Gezin & Kinderopvang en Kerkfabrieken; Dylan Casaer (SD&P) schepen van Personeel, Mobiliteit, Welzijn; Caroline Verdoodt (N-VA) schepen van Ruimtelijke Ordening en Planning, Gebiedsgerichte werking; Paul Stockman (CD&V) schepen van Lokale Economie & Foren, Landbouw en Sociale Economie; Sarah Smeyers (N-VA) OCMW-voorzitter en schepen van Sociale Zaken en Wonen.
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
College van Burgemeester en Schepenen
107
BIJLAGE 3
Tijdspad conceptstudie januari – april 2014 Datum
Toelichting
Betrokkenen
07/01
Verkennend overleg
AWB en 51N4E coördinator gebiedsgerichte werking betrokken stadsdiensten
07/01
Verkennend overleg
16/01
Formele startvergadering met visie en plan van aanpak voor het project door AWB: Naar een ontwikkelingsverhaal voor Kern Rechteroever. Stadslandschappen: Kern Rechteroever in een regionale context. Focus op productief, voorzienend en sterk woonweefsel.
AWB en 51N4E coördinator gebiedsgerichte werking College van Burgemeester en Schepenen betrokken stadsdiensten Team Stedenbeleid van de Vlaamse Overheid
28/01
Afstemming plan van aanpak en mobiliteitsvraagstuk
AWB coördinator gebiedsgerichte werking team Mobiliteit Stad Aalst MINT (Mobiliteit IN zichT’ is een onafhankelijk studiebureau voor verkeer en mobiliteit)
25/02 (VM)
Workshop 1: Objectivering opties mobiliteit Twee projectgebieden 1) K ern Rechteroever: drie parallelle werelden: Pierre Corneliskaai, handelskern en carnavalshallen Common Ground organiseren: van zones voor projecten naar een heterogeen weefsel. 2) M oorselbaan: poreuze en overmaatse bouwblokken: ontpitten en doorsteken.
AWB en 51N4E coördinator gebiedsgerichte werking betrokken stadsdiensten AGSA Parol vzw Team Stedenbeleid Vlaamse Overheid
25/02 (NM)
Politieke terugkoppeling workshop 1
AWB en 51N4E coördinator gebiedsgerichte werking politici
06/03
Voorbereidend overleg over ‘buik van Kern Rechteroever’. Focus op kwaliteit van het woonweefsel. Vaststelling veelheid aan plannen in de Denderomgeving. Nood aan overkoepelende visie.
AWB en 51N4E coördinator gebiedsgerichte werking dienst Planning Stad Aalst, Stadsvernieuwing en Wonen AGSA
Detectie visies
AWB en 51N4E coördinator gebiedsgerichte werking Kabinetten per politieke kleur (NV.A, CD&V en SD&P)
Datum
Toelichting
Betrokkenen
11/03 (VM)
Workshop 2: Mobiliteitsanalyse: objectivering van drie scenario’s door MINT. Werkgroep Kern Rechteroever: carnavalsproductie verspreiden over de wijk?; voor- en achterkanten: een poreus weefsel; anders zijn als troef. Werkgroep Moorselbaan: keuze voor mobiliteitsscenario.
AWB en 51N4E coördinator gebiedsgerichte werking betrokken stadsdiensten AGSA Parol vzw Team Stedenbeleid Vlaamse Overheid
11/03 (NM)
Politieke terugkoppeling workshop 2
AWB en 51N4E coördinator gebiedsgerichte werking politici
25/03
Voorbereidend overleg over workshop 3 (mobiliteitsvraagstuk)
AWB Technum MINT coördinator gebiedsgerichte werking dienst Mobiliteit en Openbare Werken Stad Aalst
25/03 (VM)
Workshop 3: Objectivering mobiliteit: scenariokeuze met aandacht voor mogelijke technische problemen. Focus op carnaval: tijdelijkheid als opportuniteit om andere activiteiten ruimte te geven?; cafetaria als quick win; beperkt maatschappelijk engagement van carnaval t.o.v. omgeving; carnavalsproductie best op één locatie.
AWB en 51N4E coördinator gebiedsgerichte werking betrokken stadsdiensten AGSA Parol vzw Team Stedenbeleid Vlaamse Overheid
25/03 (NM)
Politieke terugkoppeling workshop 3
AWB en 51N4E coördinator gebiedsgerichte werking politici
31/03
Overleg mobiliteitsvraagstuk: uitwerken flankerende maatregelen
AWB Technum MINT coördinator gebiedsgerichte werking dienst Mobiliteit en Openbare Werken Stad Aalst
11/04
Toelichting mobiliteitsvraagstuk en -keuzes
coördinator gebiedsgerichte werking dienst Mobiliteit en Openbare Werken Stad Aalst College van Burgemeester en Schepenen
22/04 (VM)
Workshop 4: Werkgroep programmering: creatieve processen carnaval, technisch profiel bewoners als kwaliteit, blijvende innovatie stimuleren, opstart ruimteplatform. Werkgroep Common Ground: inschakelen op bovenlokale stromen; ruimere afbakening. Werkgroep zoom netwerk: verschuiving focus; food court; groen perspectief; financieringsmogelijkheden.
AWB en 51N4E coördinator gebiedsgerichte werking betrokken stadsdiensten AGSA Parol vzw Team Stedenbeleid Vlaamse Overheid
22/04 (NM)
Politieke terugkoppeling workshop 3
AWB en 51N4E coördinator gebiedsgerichte werking politici
24/04
Toelichting project op Gemeenteraad Stad Aalst
AWB coördinator gebiedsgerichte werking dienst Mobiliteit en openbare werken Stad Aalst leden Gemeenteraadcommissie Stad Aalst
24/04
Toelichting project over Moorselbaan tijdens bewonersvergadering
AWB coördinator gebiedsgerichte werking dienst Mobiliteit en openbare werken Stad Aalst College van Burgemeester en Schepenen bewoners
29/04
Punt Moorselbaan geagendeerd op Gemeenteraad Stad Aalst wordt verdaagd naar Gemeenteraad Stad Aalst van juni
109
1 © Tijs Van Steenberghe 2 © Stad Aalst 3 © J. Blaeu 4 © Aalst.be 5 © André Schollaert 6 © Greet De Brauwere 7 © Namahn 8 © Marleen Hallaert 9 © Carnavaalstkoentje 10 © BUUR 11 © Lieven Achtergael Architecten 12 © Vincen Beeckman 13 © Architecture Workroom Brussels 14 © Toerisme Vlaanderen 15 © Stad Gent 16 © VVSG
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Beelden
111
Riet Steel, Greet De Brauwere, Griet Verschelden, Sven De Visscher Vormgeving: Marie Wynants Uitgave: Hogeschool Gent
www.studioiris.be Faculteit Mens & Welzijn, vakgroep sociaal werk
Deze publicatie is het resultaat van een onderzoek dat gefinancierd werd door het Onderzoeksfonds van Hogeschool Gent ISBN: 9789080982123
Gent, 2014
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief // Casestudie Aalst
Stadsvernieuwing vanuit een sociaal-pedagogisch perspectief Casestudie Aalst
113
In deze casestudie worden twee beleidsinitiatieven in Aalst Rechteroever beschreven en geanalyseerd. ‘BAM!Varkensmarkt’ is een afgelopen en relatief kleinschalig social design project ter herwaardering van de handelskern. Het conceptstudietraject ‘Revitalisatie Kern echteroever’ is een actueel en langlopend traject waarin stadsdiensten en stadsbestuur zoeken naar een gedragen en integrale toekomstvisie voor de wijk. Deze casestudie was een leertraject en samenwerkingsverband tussen onderzoekers en twee stedelijke ambtenaren die deze beleidspraktijken mee aansturen. De analyse van de beleidspraktijk leidde tot een reflectie op twee uitdagingen: het navigeren met snelheden en schalen en het in dialoog brengen van verschillende perspectieven en visies.
®
Naast deze Casestudie Aalst is er ook het Reflectiekader voor een sociaal-pedagogisch perspectief op stadsvernieuwing en de flankerende Casestudie Gent. Deze drie boekjes vormen samen het resultaat van het onderzoeksproject ‘Beleidsondersteunend Traject Stadsvernieuwing’ (BOTS). Het reflectiekader kan samen met de ervaringen en analyses in beide cases andere steden stimuleren om stadsvernieuwing vanuit sociaal-pedagogisch perspectief te bekijken en van daaruit tot ‘andere’ betekenisvolle vragen, reflecties en visies op stadsvernieuwing te komen. Dit is het resultaat van een onderzoeksproject van het team Verstedelijking en Gemeenschapsvorming van de vakgroep sociaal werk van de Hogeschool Gent. Dit team bestudeert verstedelijking vanuit de samenhang tussen het perspectief van bewoners en gebruikers, sociaal werkpraktijken en van beleidsmakers in en rond de stad.
HTTP://FMW.HOGENT.BE/BOTS