contactpersoon T. Koster telefoonnummer (06) 253 14 44 e-mailadres tkoster@leeuwarden.nl betreft
College van Burgemeester en Wethouders
Uitspraken Deinum over Speelmanskwartier
Postbus 21000
datum
8911 DH Leeuwarden
15 februari 2010
Geacht college, In de Leeuwarder Courant van maandag 15 februari wordt gerefereerd aan uitspraken van wethouder Deinum tijdens een bijeenkomst van de Partij van de Arbeid. In het artikel op de voorzijde van de krant wordt aangekondigd dat de gemeente aankopen zal doen in het Speelmanskwartier. Er zullen panden opgekocht worden. Citaat: “De gemeente Leeuwarden gaat samen met corporaties in het noordoostelijke deel van de binnenstad tientallen woningen opkopen. Die zijn nu in handen van huisjesmelkers. Een deel van de panden krijgt een bestemming als goedkope woon- en werkruimte voor afgestudeerde hbo’ers.” Het artikel wekt tevens de indruk dat de besluitvorming hierover in een vergevorderd stadium is en dan over de uitvoer al wordt nagedacht. Citaat: “Het is de bedoeling op korte termijn in overleg met makelaars een team samen te stellen dat zich zal bezig houden met de aankoop in dit zogeheten Speelmanskwartier. De gemeente wil gebruik maken van de ongunstige situatie op de huizenmarkt.” De CDA fractie is verbaasd over deze aankondiging tijdens een politieke bijeenkomst. De gemeenteraad is hierover niet geïnformeerd en de fractie vraagt zich af of de juiste procedure hieromtrent gevolgd is. Vandaar onze vragen: 1.
in het artikel wordt gesproken over "de gemeente", maar is dit nu publiekelijk gemaakte voorstel besproken en goed bevonden in het college van Burgemeester en Wethouders?
2.
is dit voorstel besproken met de gemeenteraad? Zo niet, is de wethouder dan wel bevoegd om zulke vergaande uitspraken te doen?
3.
bent u het eens met het CDA dat de heer Deinum hier zijn boekje te buiten gaat door te spreken als ware het dat "de gemeente" al akkoord is met deze plannen?
4.
zoals wij al eerder in commissievergaderingen aangaven is er een noodzaak om te prioriteren in projecten die de gemeente aanpakt. De tijd van ‘alles tegelijkertijd’ ligt om verschillende redenen achter ons. Moeten wij uit de uitspraken van de heer Deinum opmaken dat het college al prioriteiten heeft gesteld bij de stadsontwikkeling?
We ontvangen graag zo spoedig mogelijk antwoord op de gestelde vragen. Hoogachtend, T. Koster Fractievoorzitter CDA Leeuwarden