Samenvatting hoofdstuk 1: Prehistorie 10000 9000
8000
7000 6000
Rendierjagers
5000 Vissers
4000
3000
Bandbekervolk
2000 Trechterbeker-
1000
0
1000
2000
Bronstijd Ijzertijd 1700
700
volk
Hoofdstuk 1 gaat over de Prehistorie. Prehistorie betekent voorgeschiedenis. Dit is de tijd in de geschiedenis waarvan geen geschreven bronnen zijn, bijvoorbeeld boeken. De mensen konden in die tijd nog niet schrijven. Wat we ervan weten, weten we door opgravingen en gevonden voorwerpen. Rendierjagers en vissers leefde in de prehistorie. De rendierjagers leefden in Nederland. Het was een koude tijd. De mensen jaagden met harpoenen op rendieren. Het rendier was heel belangrijk voor hen. Alles van het rendier werd gebruikt. Het vlees werd gegeten. Van de huid werden tenten, kleren en dekens gemaakt. Jacht met een harpoen
Het werd minder koud. De mensen leefden in hutten in de buurt van water. Ze waren vissers. Ze jaagden met pijl en boog en met speren op meer soorten dieren zoals; vogels, bevers, herten en beren. Ze konden met fuiken vis vangen. De vrouwen en kinderen zochten ook bessen en wortels om te eten.
Visfuik
In Limburg kwamen de eerste boeren wonen. Ze hadden akkers en hielden vee. Ze woonden in boerderijen. Die werden gemaakt van boomstammen en takken. Ze werden dichtgesmeerd met klei. De boeren verhuisden alleen als de grond te arm werd. Dan brandden ze een nieuw stuk bos af. We noemden hen het Bandbekervolk door de versieringen op hun potten. Bandbeker