10 minute read
Dubbelinterview
ASTRID WITTE JADE VAN DER STOCKT
Astrid Witte heeft al tien titels op haar naam staan. Haar nieuwste boek De halszaak verschijnt in september van dit jaar. Jade van der Stockt staat nog aan het begin van haar carrière. Haar debuut Vlam ligt sinds deze zomer in de winkels. Ze gaan met elkaar in gesprek over hoe ze ooit begonnen en waar ze nu staan.
Astrid: Ik heb gelezen waar jouw debuut over gaat en het klinkt heel spannend! Wat voor genre is het? Jade: Ik hoop dat andere mensen het ook een spannend boek zullen vinden. Het is moeilijk om Vlam in één genre te plaatsen. Het is een spannend boek, maar echt een thriller zou ik het niet noemen. Het is ook romantisch, dus eigenlijk is het een beetje van alles bij elkaar. Astrid: Dat probleem heb ik ook altijd als ze mij vragen wat voor genre een boek van mij is. Er zitten vaak heel veel verschillende dingen in, waardoor ik het niet in een hokje kan stoppen of specifiek kan benoemen. Schrijf je al lang? Jade: Toen ik ongeveer dertien jaar was, ben ik begonnen met schrijven. Ik schreef dan altijd lange verhalen en zo is mijn passie eigenlijk ontstaan. Ik vind het leuk om een leeg Word-document voor mij te hebben en daarmee te kunnen doen wat ik zelf wil, schrijven wat ik zelf wil. Ik vind het heerlijk om mijn fantasie de vrije loop te laten. Ik las op jouw website dat je eigenlijk niet weet waardoor of wanneer jouw passie voor schrijven precies
is begonnen, dus dat ga ik je ook niet vragen. Astrid: Ja, dat klopt (*lacht*). Jade: Ik ga wel vragen waarom je bent blijven schrijven tot op de dag van vandaag. Wat is jouw drijfveer? Astrid: Ik vind het gewoon heerlijk, zoals jij zelf ook al hebt gezegd, om iets voor jezelf te hebben. Dat je zelf kan bepalen wat er gebeurt in het verhaal. Er volgen natuurlijk wel redigeerrondes, maar toch is het echt jouw ding. Jouw naam komt op het boek te staan en dat vind ik geweldig. Ik heb nog zo veel verhalen in mijn hoofd die ik wil uitschrijven, dus dat is ook mijn drijfveer. Ik heb nooit een tekort aan inspiratie eigenlijk. Jade: Dat merk ik. De halszaak, jouw boek dat in september uitkomt, is jouw tiende boek, hè? Ik kan er alleen maar van dromen om zo veel boeken op mijn naam te hebben. Astrid: Dat klopt. Heb jij al inspiratie voor een volgend boek? Jade: Ja, ik heb wel wat inspiratie. Er zitten veel ideeën in mijn hoofd, maar om dat meteen goed op papier te krijgen is lastig. Ik hoorde onlangs bij het Book Café dat Chinouk Thijssen in drie maanden een boek schrijft. Dan denk ik: wat? Dat kan ik niet! Astrid: Nee, maar dat hoeft ook niet. Iedereen doet dat anders. Je bent er vaak op voorhand al heel lang over aan het nadenken en die tijd moet je er eigenlijk ook bij tellen, toch? Jade: Inderdaad. Als het verhaal vorm begint te krijgen in je hoofd, telt dat ook mee. Is er eigenlijk een van jouw boeken die je het leukst vindt of die je nauwer aan het hart ligt of iets meer voor jou betekent? Of heb je geen favoriet? Astrid: Ik heb niet echt een favoriet. Mijn eerste boek blijft natuurlijk wel speciaal, omdat het mijn eerste boek was dat in de winkels lag. Dat is heel bijzonder. Maar ik vind al mijn boeken heel leuk. (*lacht*) Ze zijn allemaal speciaal voor mij. Jade: Hoe begin jij eigenlijk aan een boek? Komt er gewoon een idee in je op of haal je inspiratie uit de maatschappij?
DE INSPIRATIE HAAL IK ECHT OVERAL VANDAAN
Astrid: De inspiratie haal ik echt overal vandaan. Soms zie ik iets in een film, in een documentaire of gewoon iets op straat en dan is er een soort vonkje in mijn hoofd en denk ik: o, daar kan ik wel iets mee. Dan wordt dat steeds groter in mijn hoofd, totdat het een compleet verhaal is. Tijdens het schrijven komen er dan natuurlijk nog een heleboel dingen bij, want je kan niet alles volledig op voorhand bedacht hebben. Dat gaat gewoon niet. Maar ik maak meestal niet echt een plan of iets dergelijks. Ik maak wel een profielschets van de personages en een samenvatting van de dingen die ik zeker niet wil vergeten. Jade: Ik schrijf wel meer uit, ik maak vooraf echt een structuur. Astrid: Dat is ook bij iedereen wel anders, denk ik. Maar een structuur is hoe dan ook handig, want dan heb je meer een leidraad. Jade: Ja, dat klopt. Ik hou daar wel een beetje aan vast. Iets anders: zijn er bepaalde plaatsen waar je het meest schrijft? Astrid: Ja, in mijn slaapkamer. Meestal schrijf ik gewoon thuis, dat is het makkelijkste. Dan kan ik tussendoor even stofzuigen als ik het even niet meer weet. (*lacht*) Jade: (*lacht*) Heb je eigenlijk een bepaald aantal uren per dag dat je schrijft? Astrid: Nee, niet echt. Het is meer wanneer ik tijd heb. Ik heb ook nog een jong dochtertje en wanneer zij thuis is, kan ik niet schrijven. Ik schrijf een beetje overal tussendoor. En jij? Jade: Ik heb net mijn eerste jaar als leerkracht Nederlands en godsdienst gewerkt en dat was heel intensief. Daardoor heb ik nog niet zo veel tijd gehad om aan iets nieuws te beginnen, maar dat staat deze vakantie wel op mijn to-dolijst. Ik wil weer een verhaal gaan uitschrijven, want ik heb wat dingen in mijn hoofd en al een paar pagina’s in Word. Maar als je echt wilt schrijven, je daartoe zetten, dan kan je niet maar twee dagen op een maand schrijven. Je moet daar echt elke dag mee bezig zijn. Astrid: Je moet inderdaad een periode hebben dat je er volledig aan kunt werken, want als je bijvoorbeeld vijf dagen niet schrijft, dan ben je er helemaal uit. Jade: Zijn er bepaalde scènes die je heel graag of juist minder graag schrijft? Zit je soms eens vast in een verhaal? Astrid: Ik zit niet heel vaak vast. Ik vind alles heel leuk om te schrijven, zeker als het steeds een beetje anders is. Ik hou er niet van om altijd rond hetzelfde thema of binnen hetzelfde genre te schrijven. Het mag voor mij echt wel alle kanten op gaan, van thriller tot romantisch of zelfs een beetje fantasy. Het lijkt me niet uitdagend om heel de tijd met hetzelfde onderwerp of hetzelfde personage bezig te zijn. Hoe ben jij eigenlijk op het verhaal van Vlam gekomen? Jade: Ik had al twee keer een lang verhaal geschreven, maar ik heb die nooit durven opsturen naar een uitgeverij. Toen stelde mijn zus voor om wekelijks een kort stukje van een verhaal op een blog te posten, zodat mensen konden zien dat ik schrijf. Ik wilde starten met een blogpost van een x-aantal weken en zo kwam ik op het idee van iemand die een bucketlist vindt en daar iedere week iets van kan afvinken. Dat idee heeft zich verder ontwikkeld en toen begon ik stukjes uit te schrijven. Terwijl ik aan het schrijven was, vond ik het verhaal niet spannend genoeg. Toen ben ik mezelf vragen gaan stellen: wat is er eigenlijk gebeurd op dat verjaardagsfeest? Hoe komt het dat die vriendin is overleden? Zo is de tweede laag in het verhaal gekomen, waarin het hoofdpersonage zoekt naar de antwoorden op die vragen. Uiteindelijk is het blog er dus nooit gekomen en is het opnieuw een lang verhaal geworden. (*lacht*). Astrid: Nou ja, die tip van je zus heeft wel gewerkt. En loopt jouw boek een beetje goed af, of mogen we dat nog niet weten? Jade: Dat ga ik nog niet zeggen. (*lacht*) Waarvan hou jij het meest? Hou je van goede eindes, cliffhangers of de meer negatieve eindes? Astrid: Ik hou niet zo van open eindes waarbij je het zelf moet invullen. Dat vind ik best wel vervelend. Soms moet het slecht aflopen en soms goed, dat is een beetje afhankelijk van hoe het verhaal loopt. Heb je eigenlijk iets van een schrijfcursus gedaan? Jade: Nee, ik ben begonnen met
schrijven toen ik jong was en vandaag de dag lees ik wel eens boeken over schrijven. Daarin staan altijd heel interessante tips over bijvoorbeeld structuur en verhaalopbouw. Ik vind het interessant om daarmee mijn eigen verhaal kritisch te bekijken. Astrid: Ik denk dat je je daar niet al te veel aan moet vasthouden. Ze hameren veel op de structuur, maar soms moet je dat loslaten als het op die manier niet goed aanvoelt voor jou. Jade: Dat klopt. Heb jij nog dromen op het vlak van schrijven? Zou je bijvoorbeeld ooit een trilogie willen schrijven? Astrid: Een trilogie lijkt mij moeilijk, omdat ik best wel compact schrijf. Ik vind het al lastig om een beetje een boek van goed formaat te schrijven. Mijn boeken zijn nogal dun. (*lacht*) Wat me echt heel leuk lijkt, is om films te schrijven. Ik heb twee cursussen scenarioschrijven gevolgd, dus ik hoop daar ooit iets mee te kunnen doen. Jade: En welk filmgenre zou je dan interesseren? Astrid: Dat kan alle kanten op gaan, maar ik denk een thriller of iets over maatschappelijke dingen
of zo. Dat zou echt geweldig zijn. Het zou natuurlijk ook geweldig zijn als mijn eigen boek verfilmd zou worden. Jade: Zo tof! Mijn droom is om ooit nog een tweede boek te kunnen uitbrengen of om een trilogie te schrijven, maar dat lijkt me inderdaad heel moeilijk. Maar scenario’s voor films schrijven lijkt mij ook echt heel leuk. Je hebt ook Het feeënwoud geschreven, een boek voor kinderen vanaf 8 jaar. Dat is natuurlijk heel anders dan schrijven voor young adults of volwassenen. Heb je een voorkeur? Astrid: Ik vind het allemaal leuk, maar als ik voor jongere kinderen schrijf, voel ik me wat beperkter. Het is allemaal heel anders en het ligt een beetje aan het soort verhaal waar ik voor kies. Soms heb ik een onderwerp in mijn hoofd dat zowel voor young adults als voor volwassenen kan zijn en dan moet ik natuurlijk wel een keuze maken. Dan bekijk ik vanuit welk personage ik het verhaal ga schrijven, een jongere of een volwassene. Daar hangt het dan uiteindelijk van af. Zou jij eens voor een ander doelpubliek willen schrijven? Jade: Momenteel vind ik young adults echt heel leuk. De verhalen die ik vroeger schreef waren ook altijd young adults. Ik zou in de toekomst ook wel graag eens een volwassenenroman willen schrijven, omdat dat mij ook echt een leuke uitdaging lijkt. Heb je zelf favoriete auteurs? Mensen naar wie je opkijkt? Astrid: Ik lees vooral thrillers en heb er bijvoorbeeld meerdere van Sebastian Fitzek en John Ajvide Lindqvist gelezen. En de boeken van Renate Dorrestein vind ik erg humoristisch. Mijn favoriete boek is overigens een kinderboek: Aan de andere kant van de deur van Tonke Dragt. Daar kun je zo heerlijk in verdwalen! Verder lees ik ook graag dystopische romans. En jij? Jade: Ik ben fan van Madeline Miller. Zij schrijft hervertellingen van de Griekse mythologie. Daarnaast lees ik graag de boeken van Khaled Hosseini. Op vlak van young adult vond ik The Hunger Games van Suzanne Collins erg goed. Dat zijn zo mijn favoriete auteurs. Zij schrijven natuurlijk op een hoog niveau. Ik weet niet of ik dat ooit ga kunnen. Astrid: Je blijft je altijd verder ontwikkelen, hoor. Als ik nu mijn eerste boek Spiegelmeisje zou herlezen, denk ik dat ik dingen zou zien die ik nu anders zou schrijven of die ik meer zou uitbreiden. Jade: Hoeveel je ook schrijft, je blijft dus evolueren ...