Advies Adviezen aan de Nederlandse en Vlaamse regering onderwerp
Vlaams-Nederlands Comité
datum
25 mei 2007
aan
De heer R. Plasterk Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
samenvatting Het onderzoeksprogramma van het Vlaams-Nederlands Comité (VNC) dreigt te worden beëindigd. CVN vroeg op 25 mei 2007 aan de Nederlandse minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, Ronald Plasterk, om tussen te komen zodat de Vlaams-Nederlandse samenwerking op dit specifieke onderzoeksgebied gecontinueerd kan worden advies
Geachte Minister, Wij hebben vernomen dat het onderzoeksprogramma van het VlaamsNederlands Comité (VNC), een samenwerking tussen NWO en FWO voor onderzoek op het gebied van de Nederlandse taal en cultuur, wordt beëindigd. De Commissie Cultureel Verdrag Vlaanderen-Nederland (CVN) betreurt dit en vraagt u om tussen te komen zodat de VlaamsNederlandse samenwerking op dit specifieke onderzoeksgebied gecontinueerd kan worden. Het Vlaams Nederlands Comité is een gezamenlijke commissie van het Vlaamse Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek (FWO) en de Nederlandse organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). Het VNC is opgericht in 1994 als uitvloeisel van het GENT-akkoord om invulling te geven aan de wetenschappelijke paragraaf. Het Vlaams Nederlands Comité ondersteunt sindsdien in het kader van het Cultureel Verdrag Vlaanderen-Nederland dat in 1995 werd gesloten, onderzoeksprojecten waarin Vlaamse en Nederlandse universiteiten participeren. Die projecten hadden als primair doel de gezamenlijkheid van de geschiedenis, cultuur en taal in de Lage Landen in kaart te brengen (vaak ook in vergelijkend internationaal perspectief), dan wel door middel van contrasterend onderzoek de onderlinge verschillen tussen de regio’s binnen dit cultuurgebied scherper in beeld te brengen. Het Vlaams Nederlands Comité financierde de afgelopen jaren onderzoeksprojecten op het gebied van de Nederlandse taalkunde, letterkunde, cultuur, geschiedenis, kunstgeschiedenis, muziekgeschiedenis, wetenschapsgeschiedenis en theologie. Er kwamen heel verschillende onderwerpen aan de orde zoals bijv. Alexander Farnese and the Low Countries; De Europese uitstraling van de architectuur der Lage Landen en De onderlinge verstaanbaarheid van taalvariëteiten in de Lage Landen.