Bouwbedrijf november 2017

Page 1

maandblad van en voor de aannemer • uitgave van de Confederatie Bouw • Lombardstraat 34 - 42 • 1000 Brussel

Bouwbedrijf

NOVEMBER 2017 AFGIFTEKANTOOR GENT X – €6

DOSSIER

aannemers & sociale media

NIET VOOR DE FUN, WEL VOOR HET NUT LICHTE VRACHTWAGENS

Privévervoer belast of niet?

PERSOONSGEGEVENS

Strikt beschermd vanaf 2018

BOUWRADAR

Kostprijzen beter berekenen

>

/confederatie.bouw @Confedbouw

www .confederatiebouw.be

Confederatie Bouw - Confédération Construction


VELUX INNOVEERT :

© 2017 VELUX GROUP ® VELUX EN HET VELUX LOGO ZIJN GEREGISTREERDE HANDELSMERKEN GEBRUIKT ONDER LICENTIE DOOR DE VELUX GROEP.

platdakvenster met gebogen glas

Glas is de nieuwe standaard op platte daken

• Gemakkelijke installatie bij dakhellingen tussen 0° en 15°. • De CurveTech technologie zorgt voor optimale afstroming van regenwater. • Duurzaamheid van het glas zorgt ervoor dat het venster langer meegaat. • Beste prijs-kwaliteitsverhouding.

Ontdek het VELUX platdakvenster met gebogen glas op pro.velux.be


EDITO

Een stap naar het herstel van ons concurrentievermogen

A

lles wijst erop dat het zomerakkoord de wil van de federale regering uitdrukt om de economie verder te stimuleren. Verschillende maatregelen zijn gunstig voor de concurrentiepositie van ondernemingen, onder meer de hervorming van de vennootschapsbelasting – met een aanzienlijke verlaging van de tarieven vanaf 2018, vooral voor kmo’s –, het voornemen om het pact voor overheidsinvesteringen kracht bij te zetten en de herinvoering van een proefperiode.

De strijd die we voeren begint vruchten af te werpen.

Specifiek voor de bouwsector bevat het akkoord bovendien een vlaggenschip: de verlaging van de sociale lasten waarvoor de Confederatie in de voorbije twee jaar onophoudelijk geijverd heeft. Weliswaar komt de regeringsbeslissing niet helemaal tegemoet aan het herstelplan dat onze sector voorstelde in 2015. Maar er is een ernstige stap in die richting gezet. Laten we de cijfers erbij nemen. In 2018 wordt € 100 miljoen uitgetrokken om de lasten te verlichten die op de aannemers drukken. In 2019 komt daarbovenop € 100 miljoen. Vanaf 2020 wordt daaraan nog eens € 400 miljoen toegevoegd. Resultaat: een structurele ingreep van € 600 miljoen om met een lastenverlaging de sector weer op gang te trekken. Als niet alleen rekening gehouden wordt met deze specifieke verlaging maar ook met de taxshift die vanaf 2016 in werking trad, dan zouden vanaf 2020 de loonkosten van bouwarbeiders 10 % lager moeten gaan liggen, wat gemiddeld overeenkomt met € 3 per uur door een arbeider gepresteerd. Deze vermindering zou nog groter kunnen zijn. Maar dan moet de regering ingaan op onze vraag om de enveloppe voor de lastenverlaging aan te vullen met de inkomsten uit de verwachte terugverdieneffecten. Deze ontstaan doordat onze bouwbedrijven meer zullen aanwerven. Onze vraag is gerechtvaardigd als men daadkrachtig wil optreden tegen de unfaire concurrentie door buitenlandse ondernemingen en tegen de ontsporingen die gepaard gaan met detachering en sociale dumping – wat uiteindelijk het doel is van ons herstelplan voor de sector. Ons concurrentievermogen heeft een schoktherapie nodig. Deze kan de trend ombuigen om buitenlandse onderaannemers in te schakelen, en aanwervingen in bouwbedrijven bevorderen. De strijd die uw beroepsorganisatie voert begint vruchten af te werpen. Wij gaan hem onvermoeibaar verderzetten tot het doel bereikt is. Op dit moment bereidt men voor hoe de lastenverlaging toegepast zal worden in 2018. We houden dit oplettend in het oog. En bovendien zullen we ervoor waken dat de volgende regering in 2020 de budgettaire engagementen respecteert die nu genomen zijn.

Robert de Mûelenaere Gedelegeerd bestuurder november 2017 • Bouwbedrijf 3


INHOUD

19 Dossier: Aannemers & sociale media

Facebook, Twitter, LinkedIn, YouTube, Instagram … U kent ze wellicht. U bent er misschien op aanwezig. Maar kunt u er ook voordeel uit halen? Dat onderzoeken we in dit dossier.

10 Persoonsgegevens

In mei 2018 wordt de GDPR van kracht, een Europese verordening die persoonsgegevens beschermt. Ze heeft veel maar vooral heel ingrijpende gevolgen – ook voor nietsvermoedende aannemers. Bereidt u nu al voor.

4 Bouwbedrijf • november 2017

32 Correcte kostprijsberekening

BouwRadar staat u bij als u uw prijzen beter wilt gaan berekenen. Het is een essentieel aspect van de bedrijfsvoering. Maar hoe je het precies doet, en welke tools geschikt zijn, dat is een andere kwestie.

52 Beliris

Het Brussels gewest krijgt via Beliris extra geld van de federale regering. Een deel daarvan gaat naar bouwprojecten. Minister Reynders vertelde aan Bouwbedrijf wat er op het programma staat.


maandblad van en voor de aannemer • uitgave van de Confederatie Bouw • Lombardstraat 34 - 42 • 1000 Brussel

Bouwbedrijf

17 Tienjarige

NOVEMBER 2017 AFGIFTEKANTOOR GENT X – €6

aansprakelijkheid

Wat als u ermee stopt?

DOSSIER

aannemers & sociale media

DOSSIER

NIET VOOR DE FUN, WEL VOOR HET NUT

19 Inleiding Waarom u dit dossier moet lezen. 20 Jo Hendriks Het potentieel van sociale media. 22 Marie-Aline Kruydt Sociale media als dienstverlening aan u. 24 Enquête Kent de bouw deze kanalen? 25 Aan het woord Ervaringen van aannemers. 26 Opleidingen Uw lokale confederatie is uw partner!.

LICHTE VRACHTWAGENS

Privévervoer belast of niet?

PERSOONSGEGEVENS

Strikt beschermd vanaf 2018

BOUWRADAR

Kostprijzen beter berekenen

>

/confederatie.bouw @Confedbouw

www .confederatiebouw.be

Confederatie Bouw - Confédération Construction

BB_11-2017.indd 1

10/24/2017 9:31:15 AM

INLEIDING

3 Edito Lastenverlaging op komt – dankzij ons lobbywerk. 6 Prikbord • Agenda • Verslag van Digital Construction Brussels. 11 Regionaal standpunt Graag helderheid over duurzaam aanbesteden.

BOUWBELANGEN

SECTOR & BEROEPEN

12 Persoonsgegevens Strikte regulering op komst. 16 Lichte vrachtwagens Wat wel en niet belast is.

CONTACTEN Bouwbedrijf is het maandblad van de vzw ­Confederatie Bouw, Lombardstraat 34-42, 1000 Brussel Verantwoordelijke uitgever: Filip Coveliers, Lombardstraat 34-42, 1000 Brussel Afgiftekantoor: Gent X Redactie: Peter Graller en Marc De Wilde tel. 02 545 57 30 – fax 02 545 59 02 peter.graller@confederatiebouw.be Vormgeving: Nikka Cuypers nikka.cuypers@confederatiebouw.be Franstalige uitgave: Construction Druk: Graphius Reacties - vragen: communicatie@confederatiebouw.be

29 Circulaire PIR/PUR Regering erkent het probleem. 30 Renovatiepact Evaluatie na drie jaar. 32 BouwRadar Kostprijzen in de kijker. 33 Keukenbouwers Nieuw Construction Quality-label. 34 Visierapport VCB Digitaliseren is mensenwerk. 39 Aedificas Foundation Award Sociaal bewuste aannemers gezocht!

Met de medewerking van: • de studiediensten van de Confederatie Bouw Btissam Gorfti Amrani, tel.02 545 56 33 - fax 02 545 59 09 btissam.gorftiamrani@confederatiebouw.be • Vlaamse Confederatie Bouw Johan Walewijns, tel. 02 545 57 49 - fax 02 545 59 07 johan.walewijns@confederatiebouw.be • Confederatie Bouw Brussel-Hoofdstad Morgane Cendoya, tel. 02 545 58 29 - fax 02 545 59 06 morgane.cendoya@confederatiebouw. be • Confédération Construction Wallonne Catherine Houtart tel. 02 545 56 68 - fax 02 545 59 05

40 Originele infosessies Georganiseerd in de vakhandel. 41 Duurzaam afvalbeheer Aannemers over de voordelen. 43 Grote werken aan de Ring Ben Weyts legt uit. 44 Febelcem De betonindustrie doorgelicht. 48 WTCB • TV 262: de plaatsing van textiele vloerbekledingen • Nieuwe uitdagingen, nieuwe competenties.

PROJECTEN & BEDRIJVEN

52 Beliris Miljoenen voor Brusselse bouwprojecten. 55 Verjaardag Familiebedrijf wordt 50. 56 Bouwmarkt • Promat • Wienerberger • Siniat 57 Ledenvoordeel 58 Markant • Cijfer van de maand: Actieve gepensioneerde zelfstandigen. • Detachering: Stijgende trend blijft duren.

catherine.houtart@confederatiebouw.be Abonnementen: Claude Bernaerts, tel. 02 545 56 88 - fax 02 545 59 00 claude.bernaerts@confederatiebouw.be Reclame: Kristel Dekempeneer, tel. 02 545 56 99 - fax 02 545 59 08, kristel.dekempeneer@confederatiebouw.be of kde@confederatiebouw.be. Prijs jaarabonnement Leden van de Confederatie Bouw: begrepen in het lidgeld Niet-leden: € 137,80 (incl. BTW en portkosten) / buitenland: € 300 (incl. BTW en portkosten)

Lid van de Unie van de Uitgevers van de Periodieke Pers De vzw Confederatie Bouw wil met deze publicatie gepaste, betrouwbare, volledige en exacte informatie brengen. Ze kan echter niet aansprakelijk worden gesteld indien ze hierin tekortschiet. Alle elementen van deze publicatie zijn beschermd door het auteursrecht van de vzw Confederatie Bouw. Overname van artikelen, geheel of gedeeltelijk, is slechts toegelaten mits voorafgaande toestemming en uitdrukkelijke vermelding van de bron.

Vanaf nu wordt B­ ouwbedrijf gedrukt op papier geproduceerd met hout uit duurzaam beheerde bossen. De­­duur­­zaamheid wordt gegarandeerd door de internationale organisatie Forest Stewardship Council (FSC), die niet alleen het bos controleert maar de hele handelsketen tot aan de drukker.

5 november 2017 • Bouwbedrijf bouwbedrijf - februari 2016 5 www.confederatiebouw.be


PRIKBORD

18 november 2017

Open Isolatiedag Op 18 november vindt de eerste editie van de Open Isolatiedag plaats. Hij staat in het teken van het na-isoleren van bestaande woningen. De organisatie is in handen van de Vlaamse Confederatie Bouw samen met enkele partners. In 2015 telde Vlaanderen iets meer dan 3 miljoen woongelegenheden. Uit een peiling van VEA blijkt dat 18 % nog geen dakisolatie heeft. 11 % heeft nog altijd enkel glas en 53 % heeft buitenmuren die nog niet geïsoleerd zijn. Er is dus nog heel wat werk aan de winkel om het Vlaamse woningpark energiezuiniger en –efficiënter te

maken. Met de Open Isolatiedag countert de VCB de dalende trend van de na-isolatie én plaatst zij het beroep van isolatie-aannemer in de kijker.

Infosessies

In elke provincie nemen verschillende woningen in opbouw deel. Bezoekers kunnen er infosessies bijwonen. Er

worden isolatietechnieken getoond en uitgelegd, onder meer de na-isolatie van spouwmuren en het isoleren van daken en vloeren. De sessies worden georganiseerd van 11.00 tot 16.00 u. Naast de technieken komen ook de isolatiewetgeving aan bod, en de verschillende premies voor energiebesparende investeringen.

INFO: Spoor uw klanten en contacten aan om te profiteren van de gelegenheid! En zelf bent u natuurlijk ook meer dan welkom ... Inschrijven is verplicht en kan via de website www.isolatiedag.be. Nog vragen? Stel ze aan tim.vanhelden@confederatiebouw.be. Tim is beleidsmedewerker Energie bij de VCB.

12 december 2017

Vlaanderen wil duurzaam aanbesteden – maar hoe? De Vlaamse Regering heeft de ambitie om 100 % duurzame overheidsopdrachten te plaatsen tegen 2020. Wat betekent dat voor onze sector? Op 12 december 2017 organiseert de Vlaamse Confederatie Bouw hierover een studiemiddag. Het is nog onduidelijk hoe de regering haar intenties in een strategie zal omzetten. Welke rol zullen certificeringen en labels spelen? Zullen alle entiteiten van de Vlaamse overheid eenduidige eisen opleggen? Zullen zij in de inschrij-

vingsfase milieu- en duurzaamheidscriteria hanteren? Zullen de aannemers worden geconfronteerd met nieuwe technische specificaties tijdens de uitvoering? De studiemiddag op 12 december

Voor uw borgstellingen maak de sprong naar...

probeert een tip van de sluier op te tillen. Het Facilitair bedrijf heeft zijn medewerking al toegezegd. Ook een aantal andere grote aanbesteders van de Vlaamse overheid zullen deelnemen. De juridische en technische aspecten komen vanzelfsprekend ook aan bod.

INFO: Inschrijven ka3n op www.vcb.be. Nog vragen? Stel ze aan ansy.poelman@vcb.be.

Fideris • expertise sinds 1926 • marktleider • coöperatieve vennootschap die de winsten deelt met haar vennoten

• voor hoofd- en onderaannemers in alle bouwsectoren • hoge ristorno • onze borg verzwaart uw bankkredieten niet

• voor openbare , privé werken en de wet Breyne

Gemeenschappelijke Borgstellingen cv - Ondernemingsnummer 0403.259.880 - RPR Brussel

Groenkraaglaan 5 - 1170 Brussel - T 02 676 19 20 - F 02 513 02 91 - info@fideris.be - www.fideris.be

BOR00104 AdvBouwbedrijf_190x82_dec2015_NL.indd 1

6 Bouwbedrijf • november 2017

11/01/16 10:43


DOE MEE OP 06.05.2018

een initiatief van

Schrijf nu in vóór 17 maart 2018

openwervendag.be


PRIKBORD

Het was een goeie beurs, “ heel interessant voor mensen

Digital Construction Brussels

De afwezigen hadden ongelijk De titel van dit stuk is een cliché als een huis, maar het is waar: wie niet naar Digital Construction Brussels is gekomen, heeft wat gemist. Niet alleen een Belgische primeur, maar vooral een excellent overzicht van wat de digitalisering in petto heeft voor de bouw. Een fotoverslag. Over het onderwerp van Digital Construction Brussels zullen we het niet meer hebben. Daarover kon u al uitgebreid lezen in het vorige nummer van Bouwbedrijf. Maar toch nog even eraan herinneren dat deze beurs initiatief was van de Confederatie. Uw beroepsorganisatie scoorde er een primeur mee. In België bestond geen gelijkaardig evenement dat volledig op de noden van de bouw gericht is.

die mee willen zijn. Ik kwam vooral voor administratie tools en voor klantgerichte toepassingen. Ik ben een dakwerker en ik zou graag een ontwerp kunnen visualiseren. Zo kan ik de klant laten zien hoe verschillende keuzes er uit zullen zien. David Schoonheydt

Bezoekers met kwaliteit

De standhouders die er hun tools en diensten voorstelden, waren over het algemeen tevreden. Niet zozeer het aantal bezoekers gaf de doorslag, maar wel de kwaliteit. Zoals iemand zei: er liepen op Digital Construction Brussels weinig toeristen rond die alleen kwamen voor het spektakel. Organisatie geslaagd

Vooraf vreesden we een beetje dat het onderwerp relatief weinig bedrijven zou aanspreken, omdat de digitalisering in onze sector nog in de kinderschoenen staat. Maar we werden aangenaam verrast. Er waren 1 300 bezoekers, bijzonder veel voor een eerste evenement. Niet allemaal aannemers, maar toch.

Als iemand over de catering klaagt, dan was de organisatie uitstekend. Dan was er namelijk niets anders om over te klagen. Welnu, zelfs over de catering hebben we van de bezoekers weinig opmerkingen gehoord. Perfect was de organisatie zeker niet. Zo moest je op dag één ’s ochtends vrij lang aanschuiven aan de ingang. De volkstoeloop was toen onverwacht groot. Maar in het algemeen verliep alles uitstekend, en als er toch problemen waren werden die snel opgelost door het team van de Confederatie.

Divers

Moeten we nog eens doen!

Druk, druk!

Verfrissend was de diversiteit. Bouwbedrijven van de meest uiteenlopende omvang bezochten de beurs. De meer dan zestig standhouders hadden zeer uitgebreid aanbod van digitale tools. Dankzij de samenwerking met de ingenieursvereniging ie.net waren er veel enthousiaste jongeren. De seminaries bespraken een erg gevarieerde verzameling van concrete aspecten. 8 Bouwbedrijf • november 2017

Conclusie? De Confederatie heeft een prominente plaats veroverd in het digitale beurslandschap. Dat is een bonus voor het strategische plan, waarmee we alle leden willen ondersteunen bij hun digitale transitie (zie ook het dossier in het vorige nummer van Bouwbedrijf ). Het zou Bouwbedrijf verbazen mocht Digital Construction Brussels volgend jaar geen vervolg krijgen.


Francis Carnoy (CCW), Benoît Hucq (directeur-generaal Waals Agentschap voor Digitalisering), Wim Van de Sande (WTCB), Robert de Mûelenaere, Paul Depreter (voorzitter Confederatie), Brussels staatssecretaris Bianca Debaets, Marc Ruebens (voorzitter CBBH) en Jean-Christophe Vanderhaegen (CBBH).

Robert de Mûelenaere (gedelegeerd bestuurder Confederatie) staat de pers te woord.

Deze jonge ingenieurs hoef je niet meer te overtuigen van het potentieel van digitalisering.

Bianca Debaets, Brussels staatssecretaris voor Digitalisering, test een virtual reality-bril.

Seminaries gingen dieper in op de concrete vragen die bouwbedrijven hebben over digitalisering.

november 2017 • Bouwbedrijf 9


JEUDI 7 DÉCEMBRE 2017 – BRUXELLES

230€

au lieu de 285€ avec le code promo

UN ÉVÉNEMENT

CONFBIM2017 pour les membres de la CONFEDERATION CONSTRUCTION

BIM AWARDS

les meilleurs projets du Benelux récompensés! POUR LES MAÎTRES D’OUVRAGE, MAÎTRES D’ŒUVRE, ENTREPRISES DE CONSTRUCTION ET INDUSTRIELS.

Déposez vos dossiers de candidature gratuitement avant le 15 novembre 2017! Tentez votre chance et gagnez un BIM AWARD 2017! www.ebp.be/bim-fr

PARTENAIRES

Organized by

EBP - Avenue Bourg. E. Demunter 3 B 6 – 1090 Bruxelles +32 (0)2 894 56 06 – seminars@ebp.be – www.ebp.be


REGIONAAL STANDPUNT

VCB vraagt duidelijke en eenduidige duurzaamheidscriteria

N

u al worden aannemers in bestekken van overheidsopdrachten geconfronteerd met milieu- en duurzaamheidscriteria, zowel tijdens de inschrijvingsfase (selectie- en gunningscriteria) en als tijdens de uitvoeringsfase (technische specificaties). Maar uit een eerste gesprek van de Vlaamse Confederatie Bouw met een aantal administraties en agentschappen bleek al snel hoe uiteenlopend zij dit aanpakken of willen gaan aanpakken.

Aannemers moeten de tijd krijgen om hun werking aan te passen aan een duurzaam beleid voor aanbestedingen.

De ene opdrachtgever legt de klemtoon op materialen en materiaalstromen. Het Facilitair Bedrijf heeft intussen de veel ruimere nieuwe duurzaamheidsmeter GRO gepubliceerd. Nog een andere entiteit verwijst naar de Vlaamse maatstaf duurzaam wonen en bouwen, die gericht is op woningbouw. Anderen denken aan de Nederlandse CO2-prestatieladder. De bedrijven kunnen dan beter scoren naarmate zij de CO2-uitstoot beter beheersen. Maar in het algemeen bestond er weinig sense of urgengy. Nochtans zou de Vlaamse overheid al tegen 2020 100 % duurzame overheidsopdrachten willen plaatsen. Vandaar dat de VCB nu duidelijkheid wil. Hoe gaat de Vlaamse overheid dit beleid in de praktijk omzetten bij opdrachten van werken? Op dit vlak moet er een eenduidig beleid komen over de verschillende entiteiten heen. Het is niet wenselijk dat aannemers een amalgaam van certificaten en labels moeten behalen. De Vlaamse overheid moet ook duidelijk maken welke doelstellingen zij op het vlak van duurzaamheid nastreeft. Certificatie mag geen doel op zich worden. De criteria moeten ook steeds voldoende objectiveerbaar zijn. Een duurzaam aanbestedingsbeleid zal vaak verregaande gevolgen hebben voor het bouwproces. De aannemers moeten voldoende tijd krijgen om hun werking aan te passen. Op 12 december organiseert de VCB een namiddagseminarie over dit onderwerp. Een aantal entiteiten van de Vlaamse overheid zullen hun intenties kenbaar maken. Tegelijk heeft ook de VCB op het vlak van duurzaam bouwen specifieke knowhow verworven, onder meer op het vlak van langetermijn-onderhoud van gebouwen en op het vlak van duurzame recyclage. Het is de bedoeling van het seminarie tot een gezamenlijk gedragen aanpak te komen.

Marc Dillen Directeur-generaal Vlaamse Confederatie Bouw november 2017 • Bouwbedrijf 11


PERSOONSGEGEVENS EN PRIVACY

Bereid u nu al voor op veeleisende regelgeving Beseft u dat u persoonsgegevens verwerkt? Is het niet van werknemers, dan van klanten. Vanaf mei 2018 geldt daarop nieuwe en strenge regelgeving. Zo streng dat u zich best nu al begint voor te bereiden. De boetes kunnen fors zijn.

W

e hebben eigenlijk al een wet op de bescherming van de persoonsgegevens. Ze dateert van 1992 en werd sindsdien enkele keren gewijzigd. Deze bestaande wet is al veeleisend, maar de regelgeving wordt op 25 mei 2018 nog strenger. Dan wordt namelijk de Algemene Verordening Gegevensbescherming van kracht, beter bekend onder Engelse naam General Data Protection Regulation of GDPR. Waarom deze GDPR? Vanwege de evolutie van de digitale technologie, en omdat Europa wil dat in heel de Europese Unie dezelfde regels gelden. Op 25 mei 2018 wordt de GDPR dus in alle lidstaten onmiddellijk van kracht. 12 Bouwbedrijf • november 2017

Zeer ruim opgevat

Wat is een persoonsgegeven? Dat is elke – elke – informatie die verband houdt met een persoon die geïdentificeerd is of geïdentificeerd kan worden. Niet alleen naam, contactgegevens en geboortedatum zijn persoonsgegevens maar ook bijvoorbeeld het curriculum en de religie. De definitie is dus bijzonder ruim. Gegevens verzameld met checkin@ work (registratie op de bouwplaats) vallen eronder, gegevens verzameld met track-and-trace (of een andere vorm van geolokalisatie), sociale en fiscale gegevens (artikel 30bis) enzovoort. De religie die iemand aanhangt is trouwens een voorbeeld van een gevoelig personeelsgegeven. Andere

voorbeelden daarvan zijn biometrische gegevens, sociale en fiscale gegevens, het ras, de etnische afkomst … Voor alle duidelijkheid: de GDPR is alleen van toepassing op persoonsgegevens van mensen (natuurlijke personen). De verordening is dus niet van toepassing op rechtspersonen zoals nv’s, vzw’s, bvba’s enzovoort. Maar let op: het adres van de bestuurder van een nv, namen van de personeelsleden die er werken en dergelijke zijn wel degelijk persoonsgegevens van mensen. De GDPR is daarop van toepassing. Gegevens voor puur persoonlijk gebruik of gebruik in het gezin vallen niet in het toepassingsgebied van de GDPR.


ICT BIJWERKEN De ICT die u gebruikt, moet de veiligheid van persoonsgegevens kunnen garanderen. Misschien moet u bijkomende beveiligingstools installeren of uw ICT bijwerken. In een aantal gevallen moet u de verwerking van persoonsgegevens bijhouden. Ook dit kan een aanpassing van de ICT in de onderneming vragen.

Verwerking

De GDPR bepaalt wat u met persoonsgegevens mag doen, met andere woorden de “verwerking”. Opnieuw is dit begrip zeer ruim gedefinieerd. Verwerking is elke – elke – handeling uitgevoerd met deze gegevens. Dus niet alleen het gebruiken maar ook het verzamelen, opslaan, kopiëren of bekendmaken aan anderen. U vindt met google een e-mailadres en schrijft het op een blaadje papier? U verwerkt persoonsgegevens. U doet het ook met checkin@work, track-and-trace en noem maar op. U doet het hoogstwaarschijnlijk ook als u aan een bouwproject werkt op een digitaal samenwerkingsplatform. Op een dergelijk platform wordt immers informatie uitgewisseld

die gelinkt is aan een persoon. De conclusie is dat alle aannemers persoonsgegevens verwerken. Ze moeten de GDPR respecteren. Doen ze dat niet, zijn ze aansprakelijk. Er kunnen zware sancties volgen. In het ernstigste geval kunnen de administratieve boetes oplopen tot 4 % van de omzet met een minimum van € 20 miljoen.

Hoe respecteren?

De meest solide basis voor het verwerken van persoonsgegevens is een contract of een wettelijke verplichting. De GDPR staat de verwerking van persoonsgegevens namelijk toe als deze noodzakelijk is om een contract uit te voeren of om aan een wettelijke verplichting te voldoen.

Het kan gaan om een contract met een klant, een leverancier, een onderaannemer … Het woord “noodzakelijk” is hier belangrijk. Als u een contract met een klant hebt gesloten, dan mag u hem niet zomaar reclame sturen voor een product dat niets te maken heeft met het contract. Een arbeidscontract is ook een contract. Een aannemer mag dus bepaalde gegevens van zijn personeel verwerken. Welke? Dat is een belangrijke vraag, waarop we dieper ingaan in een later artikel.

Instemming

Als de verwerking niet mag vanwege een wettelijke verplichting of een contract, dan moet een persoon de toestemming geven om zijn gegevens te verwerken. Het is een systeem van opt-in. De persoon maakt de keuze om in te stemmen. Het is geen opt-out, waarin de toestemming wordt verondersteld zolang de persoon deze niet intrekt. Het feit dat een persoon zich niet verzet tegen verwerking telt op zich nooit als instemming. De persoon moet zijn instemming duidelijk bevestigen. Bovendien moet hij ondubbelzinnig alles weten waar- ››› november 2017 • Bouwbedrijf 13


goeie stielmannen vinden RC, VG. 819/BC, W.INTC.001/W.RSC.1, 00257-406-20121120, 00257-405-20121120

dat is onze stiel.

De gespecialiseerde consultants van onze Randstad Construct-kantoren staan garant voor een professionele screening en selectie. Meer over onze Randstad Construct-kantoren vind je op randstad.be/construct.

human forward.

PROMATECT®-H

PROMASPRAY®-C450

PROMAPAINT®-SC3 PROMAPAINT®-SC4

Drie oplossingen. Eén resultaat.

Als specialist in passieve brandbescherming garandeert Promat de dragende kracht van staalconstructies bij brand. We bieden drie oplossingen aan: calciumsilicaatplaten, spuitmortel en intumescerende verf. Elke oplossing zorgt ervoor dat het aanzienlijk langer duurt voor het vuur de stalen balken kan bereiken. info@promat.be | www.promat.be

730391_Adv Staal 1_Bouwbedrijf_Constructie_B210xH140_NL.indd 1

09/10/2017 16:42


PERSOONSGEGEVENS EN PRIVACY

TO-DO-LIJSTJE: EERSTE STAP

∙ ∙ ∙ ∙ ∙ ∙ ∙ ∙ ∙

Maak een inventaris van de persoonsgegevens die u bijhoudt, van werknemers, klanten, zakenrelaties enzovoort. Maak een overzicht van de manieren waarop u deze gegevens verwerkt, samen met het doel. Check of u niet meer gegevens bijhoudt dan nodig voor het doel. Check of u geen gegevens te lang bijhoudt, dus lang nadat u ze nodig heeft. Hebben de personen in kwestie hun instemming gegeven voor het gebruik? Breng hen desnoods op de hoogte en vraag expliciet hun toestemming. Zeg heel duidelijk wat u ermee gaat doen. Zorg dat u deze toestemming hebt. Leidt uw medewerkers op en garandeer dat ze zich aan de GDPR ­houden. Kies een verantwoordelijke in de onderneming. Beveilig de toegang en de integriteit van de gegevens.

In bepaalde gevallen begint u best nu al met het opstellen van een register van de verwerking van persoonsgegevens. Meer uitleg in de tekst.

››› voor hij zijn toestemming geeft en

voor welke doelstelling. De persoon heeft het recht om te weten hoe u met zijn gegevens omgaat en wat u ermee gaat doen. Deze informatie moet transparant zijn: helder, bondig, begrijpelijk en gemakkelijk te vinden. Men mag geen geld vragen voor deze informatie: ze moet kosteloos zijn. U moet de persoon bovendien bewust maken van de regels en van de rechten die hij heeft, maar ook van de risico’s die gegevensverwerking eventueel met zich mee zouden kunnen brengen.

Rechten

De persoon heeft het recht om zijn gegevens te raadplegen, te corrigeren, te vervolledigen en te wissen. Hij kan zich verzetten tegen het gebruik van zijn gegevens voor direct marketing. Hij heeft het recht om zijn gegevens op te vragen in een vorm die voor hem leesbaar is. Hij kan de toestemming geven om de gegevens bij te houden, maar dan zonder dat ze gebruikt worden. Heel belangrijk is ook dit: ∙ u mag niet meer gegevens bijhouden dan wat relevant en noodzakelijk is voor het doel;

∙ u mag gegevens niet langer bijhouden dan nodig;

∙ de veiligheid van de gegevens en de

vertrouwelijkheid moeten gegarandeerd zijn.

Beleid opzetten

De GDPR verwacht van ondernemingen dat ze op dit gebied een omvattend beleid opzetten, met een beschrijving van de nodige interne procedures. Deze moeten persoonsgegevens beschermen en inbreuken op de GDPR zoveel mogelijk tegengaan. En wat meer is: u moet kunnen aantonen dat u zich houdt aan de GDPR. Dat is uw verantwoordelijkheid. Om een voorbeeld te geven: met track-andtrace houdt u bij waar een lichte vrachtwagen is als één van uw werknemers er na de uren mee naar huis rijdt. U moet kunnen aantonen dat uw verwerking van deze data de GDPR respecteert. Indien nodig moet u opleidingen organiseren voor het personeel dat persoonsgegevens hanteert.

Register bijhouden

Ondernemingen met 250 of meer werknemers moeten een register bij-

houden van de verwerkingen van persoonsgegevens. Ondernemingen met minder dan 250 werkers hoeven een dergelijk register niet bij te houden – behalve als het risico bestaat dat de personen geschaad worden of de verwerking “niet incidenteel” is. Sommige kleinere bouwbedrijven zullen dus wél een register moeten bijhouden, bijvoorbeeld als ze track-andtrace gebruiken. Deze gegevens worden niet “incidenteel” verwerkt, maar systematisch, om verplaatsingsvergoedingen en dergelijke te berekenen. En aangezien zaken als fiscale gegevens een persoon zouden kunnen schaden, moet ook een kleiner bedrijf van deze verwerking een register bijhouden. Wie een register moet bijhouden, begint best snel met de voorbereidingen. Het moet een aanzienlijke hoeveel informatie bevatten. Daarbij onder meer: ∙ alle verwerkingen van persoonsgegevens; ∙ het doel van deze verwerkingen; ∙ een beschrijving van de categorieën van betrokkenen (klant, leverancier, personeel …); ∙ een beschrijving van de categorieën van persoonsgegevens (financieel, biometrisch, adres …); ∙ de beoogde termijnen waarbinnen de verschillende categorieën van gegevens moeten worden gewist (indien mogelijk); ∙ een algemene beschrijving van de maatregelen genomen om de gegevens beschermen (niet alleen de technische maar ook de organisatorische maatregelen). Men moet dit register aan de autoriteiten kunnen voorleggen. Op onze website vindt u een voorbeeld van een register opgesteld door de privacycommissie.

INFOS : ). Nog vragen? Stel ze aan je lokale confederatie. Zie ook www.confederatiebouw.be/gdpr en www.privacycommission.be.

november 2017 • Bouwbedrijf 15


VERPLAATSING MET LICHTE VRACHTWAGEN

Een belastbaar voordeel voor een werknemer - of niet? Een arbeider maakt een privéverplaatsing met een lichte vrachtwagen van het bedrijf. Moet hij belast worden op een voordeel van alle aard? Soms wel, soms niet. De Rulingcommissie van de FOD Financiën schiep onlangs klaarheid.

M

ocht onze arbeider met een personenwagen van het bedrijf gereden hebben (een “bedrijfswagen”) dan was het duidelijk. Maar bij een lichte vrachtwagen ligt het moeilijker. Twee vragen duiken op. Wat telt in dit geval als een privéverplaatsing? En hoe bereken je het belastbare voordeel voor een lichte vrachtwagen?

Privé of niet?

Er is een belastbaar voordeel van alle aard wanneer een arbeider de lichte vrachtwagen gebruikt voor een zuivere privéverplaatsing. Maar er is ook een voordeel voor de verplaatsing van thuis naar een “vaste plaats van tewerkstelling”. De interpretatie van dit begrip geeft aanleiding tot discussies. Wat is een vaste plaats van tewerkstelling? Dat beoordeelt men aan de hand van feitelijke en juridische omstandigheden. Daarbij onder meer de arbeidsovereenkomst, de taakomschrijving, de functieomschrijving en de frequentie en de regelmaat waarmee men zich naar eenzelfde plaats van tewerkstelling verplaatst. Maar de fiscale administratie heeft daaraan nog een criterium toegevoegd. We citeren: "als een vaste plaats van tewerkstelling wordt aangemerkt, de plaats waar de aanwezigheid van de werknemer gedurende het belastbare tijdperk 40 dagen of meer bedraagt. Deze 40 dagen moeten niet noodzakelijk op elkaar volgen”. Gevolg: er is een belastbaar voordeel wanneer een werknemer 40 dagen of meer naar eenzelfde bouwplaats rijdt met de lichte vrachtwagen. Deze regeling is vrij streng maar de Rulingcommissie heeft een aantal versoepelingen aangenomen. Een plaats telt niet als vaste plaats van tewerkstelling ∙ wanneer men er louter goederen laadt en lost gedurende maximaal één uur; ∙ of wanneer het gaat om een plaats waar men collega’s oppikt en de dispatching van de taken gebeurt, en vervolgens verder rijdt naar de bouwplaatsen. 16 Bouwbedrijf • november 2017

Bij lichte vrachtwagens wordt in principe de werkelijke waarde van het voordeel belast – hoewel recent ook een forfaitaire waardering aanvaard werd.


In deze situaties is geen belastbaar voordeel van alle aard (vanzelfsprekend in de veronderstelling dat men geen andere, zuivere privéverplaatsing maakt).

Voorbeeld

De Rulingcommissie behandelde onlangs de case van een werkgever die personeel liet rijden met een lichte vrachtwagen van het bedrijf. Het personeel in kwestie werkte voor twee verschillende diensten. Voor de ene dienst werd op een centrale plaats gedurende korte tijd geladen en gelost. Deze plaats was dus geen vaste plaats van tewerkstelling. Er was ook geen andere plaats waar de werknemers 40 dagen of meer aanwezig waren. Zuivere privéverplaatsingen kwamen niet voor. Wie voor deze dienst werkte, kreeg dus geen belastbaar voordeel van alle aard. De werknemers van de andere dienst reden wél 40 of meer dagen per jaar naar een magazijn, en hun werk daar nam een langere tijd in beslag. In dit geval is er voor de fiscus wel sprake van privégebruik. De werknemers kregen een belastbaar voordeel van alle aard.

Bedrag van het voordeel

Hoe groot is dat voordeel? Bij personenwagens gaat het om een forfaitair bedrag dat afhangt van de ouderdom van de wagen en de CO2-uitstoot. Bij lichte vrachtwagens daarentegen wordt in principe de werkelijke waarde van het voordeel belast. Doorgaans haalt men de kilometerprijs uit de vakbladen. Deze vermenigvuldigt men dan met de werkelijke afstand afgelegd voor persoonlijk gebruik.

Of toch forfaitair?

In de case die we net aanhaalden, bevestigde de Rulingcommissie dit principe, maar nuanceerde het. Het woon-werkverkeer bleef beperkt tot één rit per dag en de voornaamste bedoeling was de lichte vrachtwagen efficiënt inzetten en efficiënt omgaan met de tijd van de werknemers. Het voornaamste doel was dus niet het geven van een voordeel. De commissie besloot daaruit dat het ging om een beperkt voordeel waarvan de werkelijke waarde moeilijk te schatten is. Ze ging ermee akkoord het vast te leggen op € 1 280, het minimum te belasten voordeel voor personenwagens (2017). Het is de eerste maal dat een forfaitaire waardering voor een lichte vrachtwagen wordt aanvaard. Het gaat hierbij om een uitspraak voor een individueel geval dat voorgelegd werd aan de Rulingcommissie. Het valt nog af te wachten of dit veralgemeend kan worden.

INFO: marleen.porre@confederatiebouw.be

Ik stopt ermee. Wat met mijn tienjarige aansprakelijkheid?

De Confederatie krijgt regelmatig de bovenstaande vraag van aannemers die hun activiteit stopzetten. Het is een uitstekende vraag, want de tienjarige aansprakelijkheid is van openbare orde. Dat wil zeggen dat men er niet van kan afwijken. Het antwoord verschilt naar gelang de aannemer een zelfstandige (éénmanszaak) is of niet. In het eerste geval blijft de zelfstandige aannemer gedurende de gehele tienjarige garantieperiode met zijn eigen vermogen verantwoordelijk voor de vergoeding van de schade veroorzaakt aan of door de werken die in hoofde van hem uitgevoerd werden. Als de stopzetting van de activiteit het gevolg is van het overlijden van de zelfstandige aannemer, geldt het principe dat diens vermogen overgaat op zijn erfgenamen. Dit zowel voor het actief als voor het passief deel van de nalatenschap. De erfgenamen erven dus de tienjarige aansprakelijkheid. Maar zij kunnen de nalatenschap aanvaarden onder het “voorrecht van boedelbeschrijving”. Dan kunnen zij niet aansprakelijk gesteld worden boven de activa van de nalatenschap. Is de aannemer daarentegen een vennootschap, dan komt na de stopzetting van de activiteit niet automatisch een einde aan het bestaan van de vennootschap. Deze blijft aansprakelijk zolang de ontbinding en vereffening niet volledig afgesloten zijn. Gaat de aannemer failliet, dan kan de bouwheer een schuldvordering indienen bij de curator van de gefailleerde.

november 2017 • Bouwbedrijf 17


Vita VAPZ

PUBLIREPORTAGE

Als u als zelfstandige met pensioen gaat, dan weet u dat u een grote stap terug zal moeten zetten op financieel vlak, als u enkel rekent op het wettelijk pensioen. Dit pensioen bedraagt ongeveer de helft van het pensioen van een loontrekkende. Wil u dus een appeltje voor de dorst aanleggen, dan moet u nu actie ondernemen.

Zelfstandig? Werk aan uw pensioen! Vita VAPZ, een tak 21-levensverzekering, van Federale Verzekering werd speciaal ontworpen voor de zelfstandige die een gezond extra pensioen wil opbouwen. 5 beenharde redenen om niet langer te twijfelen.

Fiscale¹ & sociale voordelen: tot 64% van de gestorte premies Met Vita VAPZ bouwt u, op basis van uw beroepsactiviteiten, een bijkomend pensioen op. Het maximum dat gespaard kan worden bedraagt 8,17 % van uw jaarlijks inkomen van 3 jaar geleden, met een bovengrens van E 3 127,24 in 2017. Zelfstandigen die bijdragen betalen voor hun sociaal statuut als zelfstandige en geen achterstanden hebben, kunnen deze premies volledig fiscaal inbrengen. Bovendien leidt het betalen van de premie voor Vita VAPZ onrechtstreeks tot een lagere sociale bijdrage. Hierdoor situeert uw werkelijke besparing zich gemakkelijk rond de 50 à 60% en zal uw nettokost van de premie slechts 40% bedragen.

Mooi en gewaarborgd rendement Elk jaar geniet u een performant en gewaarborgd rendement. Dit rendement wordt verhoogd met een eventuele winstdeelname, afhankelijk van de resultaten van de maatschappij, de beslissingen van de Raad van Bestuur en van de economische context. Als onderlinge verzekeraar hebben wij geen externe aandeelhouders te vergoeden. Hierdoor kunnen wij winst-

deelnames toekennen die tot de hoogste op de markt behoren. In 2016 bedroeg het totaalrendement van Vita VAPZ 2,40 %².

Optimale flexibiliteit Om een extra pensioen van E 1 000 per maand opzij te zetten, dient u tegen uw pensioendatum ongeveer E 200 000 te sparen. Dat is niet niks. Vooral aan het begin van uw carrière is dat misschien niet altijd mogelijk. Toch is het belangrijk zo vroeg mogelijk te starten. Dat kan in alle flexibiliteit. En gaat het eens een jaar wat moeizamer, dan kunt u steeds een lagere premie storten.

ruggengraat en een gezonde politiek. Want uiteindelijk draait het om één ding: uw centen. Federale Verzekering is een onderlinge verzekeraar. Er zijn dus geen externe aandeelhouders die hun deel van de winst opeisen. Wij delen onze winst met onze verzekerden³. Het belang van de klant, de verzekerde en zijn pensioen staan voorop. ¹ Het fiscale beheer hangt af van de individuele situatie van de klant en kan later onderhevig zijn aan aanpassingen. ² Rendementen uit het verleden zijn noch een garantie noch een beperking voor de toekomst. ³ De rendementen uit het verleden bieden geen garantie voor de toekomst. De winstdeelnames evolueren met de

In alle veiligheid, ook voor uw familie

tijd in functie van de resultaten en de toekomstperspectieven van de verzekeringsonderneming, haar solvabiliteit, de

Als zelfstandige moet u sparen voor uw pensioen, maar wat als het fout gaat? Wat als uw familie alleen verder moet? Dan zijn er financiële middelen nodig om verder te leven en de belangrijke kosten te dekken. U kunt een bijkomende overlijdensbescherming inbouwen die toelaat om uw familie een belangrijk bedrag na te laten mocht u vroegtijdig overlijden. Ook voor u is het een hele geruststelling dat het niet nog zwaarder wordt voor uw naasten als u iets zou overkomen.

economische conjunctuur en de toestand van de financiële

Bij een maatschappij met een sterke ruggengraat

Redactie: Federale Verzekering

Uw pensioen is voor later. U kiest dan ook beter een partner die er op dat moment ook nog voor u zal zijn, met een sterke

markten in verhouding tot de verbintenissen van de Vereniging van Onderlinge Levensverzekeringen, die deel uitmaakt van de Groep Federale Verzekering. De toekenning van de winstdeelnames is niet gewaarborgd in de toekomst. De winstdeelnames variëren per categorie en per type product. De regels inzake de toekenning van de winstdeelnames zijn opgenomen in de statuten van de Vereniging van Onderlinge Levensverzekeringen. De statuten kunnen geraadpleegd worden op www.federale.be.

www.federale.be


DOSSIER

aannemers & sociale media

NIET VOOR DE FUN, WEL VOOR HET NUT De digitalisering van de bouw is bezig. Aannemers gebruiken steeds meer digitale tools voor de productie en het beheer. Logisch, als je een bedrijf bent. Maar digitalisering is méér. Het is ook communicatie, en daarom onderzoekt dit dossier hoe bevriend aannemers en sociale media zijn. Uit de ervaringen blijkt dat ze Facebook en dergelijke kennen. Frequent hebben ze een persoonlijk account. De vraag is nu: zijn ze alleen op sociale media voor de fun, of ook voor het nut? Om het bedrijf in de kijker te zetten en contacten te leggen met klanten? Wie kan hen daarbij helpen? Kennen ze het potentieel? Lees verder, zouden we zeggen ...

november 2017 • Bouwbedrijf 19


VOORDEEL HALEN UIT DIGITALE COMMUNICATIE

“Ik ben online, dus ik besta” Facebookpagina’s schieten als paddenstoelen uit de grond. Elke dag ontvangen we mails, sms’en, Whatsappberichtjes of video calls. Digitale communicatiekanalen zijn niet meer weg te denken uit de samenleving. Maar wat kunnen ze betekenen voor uw onderneming? We vroegen het aan IT-consultant Jo Hendriks.

V

oor sommigen loopt digitale communicatie als vanzelf. Anderen lijden dan weer aan digistress door de digitalisering. Zij voelen de evolutie wel aan maar weten niet hoe ze erop moeten inspelen. Jo Hendriks, IT-consultant van Brain Rangers, legt uit. Jo Hendriks: “Het valt op dat veranderingsmanagement in de bouw een stevige uitdaging is. Op vlak van digitale media hinkt de sector vaak achterop, zeker de kleinere ondernemingen. Veel bedrijven lijden aan digistress. Ze hebben geen idee hoe ze voordeel kunnen halen uit digitale communicatie. Maar evolueer je mee of niet, het is niet echt een keuze. Je kunt de digitalisering niet ontwijken.”

Opportuniteiten

Uiteraard is niemand verplicht om in te zetten op digitale kanalen, maar ze zijn wel een groeimiddel dat ondernemingen kunnen uitbuiten. In een concurrentiële sector maakt dat een verschil. Kostenefficiëntie. Op de eerste plaats is de digitalisering een enorme opportuniteit om kostenefficiënter te werken. Jo Hendriks: “Stel dat je iemand moet inlichten over een probleem op de werf. In plaats van het te omschrijven, stuur je een foto door. Zo spaar je tijd en kosten uit. Of wil je een gerichte campagne voeren? Dan bereik je op 20 Bouwbedrijf • november 2017

Facebook een specifiek doelpubliek. Veel efficiënter dan bijvoorbeeld folders verspreiden.“ Klantenwerving. Bovendien is digitale aanwezigheid volgens onze ITconsultant dé manier om klanten te werven. Een onderneming moet op zijn minst vindbaar zijn op het internet. Jo Hendriks: “De meerderheid van de klanten is digitaal ingesteld en gaat online op zoek naar vakmannen of bouwondernemingen. Wanneer zocht jij voor het laatst een telefoonnummer op in de Gouden Gids? Zoeken mensen een product of dienst, dan doen ze dat online. Bedrijven moeten daar bewust mee omgaan.” Een afwachtende houding kan dodelijk zijn voor een onderneming. Jo Hendriks: “Soms hoor ik bedrijfsleiders zeggen dat ze geen behoefte hebben aan nieuwe kanalen omdat hun orderboekje toch goed gevuld is. Maar dat moet het natuurlijk ook blijven. Een inhaalbeweging maken wanneer nieuwe projecten uitblijven is een stuk lastiger dan nu proactief zijn.”

Reputatiemanagement. Het werk in de bouwsector is vaak tastbaar en heeft een duidelijk resultaat. Digitale kanalen zoals sociale media of een website zijn perfect om te tonen wie u bent als onderneming, net omdat ze zo visueel zijn. Jo Hendriks: “Het is veel breder dan reclame. Profileer je, bouw een reputatie op. Beschouw een website, Facebook- of LinkedInpagina als een uithangbord.”

Goed begonnen

De identiteit van uw onderneming is fundamenteel om u te profileren op digitale kanalen. Daarvoor moet u zich baseren op uw missie, visie en kernwaarden, en vervolgens de doelgroep definiëren. Jo Hendriks: “Wat onderscheidt je van concurrenten? De antwoorden moeten vastliggen voor je de volgende stap kunt zetten. Wie is je doelgroep, wat zoeken ze, hoe communiceren ze, op welke kanalen zijn ze actief? Op basis van deze vragen bepaal je de relevantie communicatiekanalen.” Een professioneel e-mailadres en een functionele website zijn het absolute minimum. Een hotmailaccount komt minder goed over dan een mailadres met de eigen domeinnaam. Jo Hendriks: “Zonder website besta je eigenlijk niet. Dat kan een eenvoudige one pager zijn met enkel contact­informatie en een beperkte


BUILD YOUR HOME

Beschikt u niet over de kennis of middelen om zelf een website te maken? Dan kunt u terecht op www.buildyourhome.be, een initiatief van de Confederatie. Op deze website voor particulieren kunnen lidbedrijven gratis een bedrijfsprofiel aanmaken met contactgegevens en referentieprojecten.

NEGATIEVE KRITIEK OP SOCIALE MEDIA Jo Hendriks: “Benader negatieve reacties als een opportuniteit. Als een klant achter je rug om negatief over je is, kun je daar niet op inspelen. Online heb je de kans om dat negatieve beeld om te zetten in een positieve ervaring. Benadruk bijvoorbeeld dat je het spijtig vindt en dat de klant je mag contacteren in een persoonlijk bericht om samen een oplossing te zoeken. Zo’n reactie maakt een positieve indruk op andere potentiële klanten. Laat je in elk geval nooit provoceren en blijf ook weg van religieuze of politieke discussies. Die horen niet thuis op een bedrijfspagina.”

Jo Hendriks en Saskia Goffin “Doe het niet omdat iedereen het doet of omdat u denkt dat het moet.”

omschrijving van je specialisaties. Wil je een stapje verder gaan, dan kun je sociale media zoals LinkedIn en Facebook verkennen. Begin altijd met een realistisch plan en concrete doelstellingen.”

Iedereen Facebook?

Moet iedereen nu een bedrijfspagina aanmaken op Facebook of LinkedIn? Nee, stelt Jo Hendriks. Een positieve motivatie is cruciaal. Doe het niet omdat iedereen het doet of omdat u denkt dat het moet. Jo Hendriks: “Liever geen sociale media dan slechte of inactieve pagina’s. Het is belangrijk om frequent actief te zijn op je communicatiekanalen en dat vraagt een zekere tijdsinvestering.

Liever geen sociale media dan slechte pagina’s.

Hoeveel, dat kies je zelf en hangt af van je doelstellingen.” Dat sociale media toegankelijk zijn, is een voordeel. Voorkennis is niet echt noodzakelijk. Het gebruik is 80 procent intuïtief.

Jo Hendriks: “In de overige 20 procent moet je je wat meer verdiepen, bijvoorbeeld om betaalde campagnes op te stellen. Die kunnen handig zijn om in korte tijd een specifiek publiek te bereiken en je online community uit te bouwen. Te ingewikkeld? Volg een opleiding of schakel een freelancer in.” Kortom, zeker voor bouwbedrijven hebben digitale kanalen een enorm potentieel. Een vrij beperkte investering rendeert goed als u nieuwe projecten binnenhaalt. De hedendaagse klant is voortdurend geconnecteerd en communiceert digitaal. Waarom niet inzetten op een eigen, rendabel propagandakanaal om gericht en efficiënt met prospecten te communiceren?

november 2017 • Bouwbedrijf 21


UW BEROEPSFEDERATIE OP SOCIALE MEDIA

“Facebook moet mensen naar onze website sturen” De sociale media van de Confederatie worden met vaardige hand beheerd door onze medewerker Marie-Aline Kruydt. Aan Bouwbedrijf vertelde ze wat ze voor de leden doet.

M

arie-Aline Kruydt: “We zijn aanwezig op Facebook, Twitter, YouTube, LinkedIn en Instagram. Op Facebook plaats ik informatie over evenementen, actualiteit, soms persartikels over onze sector. Het is knokken. Een bericht, zelfs met een filmpje, kan de aandacht maar vijf of tien seconden vasthouden. In het algemeen plaats ik nu vooral onze informatie. Het is dus voorlopig eenrichtingsverkeer. Er is relatief weinig interactie.” Een dergelijke interactie moet er meer komen, maar eenvoudig is dat niet. Je moet de juiste thema’s kiezen en die bovendien zo brengen dat ze reacties losmaken. Soms lukt dat, met onderwerpen als sociale dumping of de detachering van buitenlandse arbeidskrachten. Het kan dan best heftig worden. Marie-Aline Kruydt: “Dan speel ik mijn rol als moderator. Ik tolereer geen kwetsende reacties of gescheld, maar gelukkig komen die nauwelijks voor. Als een reactie uit de toon valt, kan ik ze onzichtbaar maken voor de anderen. Ik neem dan contact op met de poster. Waarop men reageert, is niet helemaal hetzelfde in Vlaanderen en Wallonië. Voor Franstaligen gaat het vaker om politiek geladen inhoud. Vlamingen reageren eerder op inhoud die wat lichter en wat humoristischer is.”

Geen verkopers

Zowel in het Frans als in het Nederlands heeft de Confederatie ongeveer 1 200 volgers, een mengeling van leden 22 Bouwbedrijf • november 2017

en niet-leden. Op Facebook volgt een meerderheid met een persoonlijk account. Een klassieke onderneming probeert een product of een dienst aan de man te brengen. Voor de Confederatie zit dat anders: voor haar staat dienstverlening aan de leden voorop. De nieuwe informatie- en communicatietechnologie is daarvoor een instrument. Ze verkoopt niets, en dat is een groot verschil. Marie-Aline Kruydt: “Wij zijn geen e-marketeers. Wij wijzen mensen de weg, geven informatie, beantwoorden vragen, plaatsen foto’s, en lanceren campagnes. De belangrijkste campagnes zijn gewijd aan Open Wervendag en Digital Construction Brussels, onze nieuwe beurs. Daarvoor boosten we ook: we betalen Facebook om onze posts meer zichtbaarheid te geven. Dergelijke campagnes moeten zoveel mogelijk naambekendheid krijgen.

Op weg naar de site

Wat is het doel van deze inspanningen? Het antwoord zie je ook bij andere bedrijven verschijnen: naambekendheid verhogen, imago verbeteren, dienstverlening aanprijzen, aantrekkelijk zijn voor toekomstige personeelsleden. Daarnaast is er de website van de Confederatie, een zeer belangrijk project voor onze sociale-mediabeheerder. Marie-Aline Kruydt: “Je kunt verschillende bronnen van communicatie niet geïsoleerd van elkaar zien. Onze sociale media dienen om mensen naar onze website te sturen. Ze moeten in

zekere zin de site boosten. Persoonlijk vind ik een website het belangrijkste element in een digitale communi-


catiestrategie. Met als uitzondering misschien de zelfstandigen, voor wie Facebook het gezicht van de onderneming kan zijn.”

dat aanwezigheid op sociale media een goed idee is. Het is laagdrempelig, het is gebruiksvriendelijk. Je kunt er snel mee beginnen en je leert snel van je fouten.”

Leden in de kijker

Andere sociale media

Chatten op Facebook doet MarieAline weinig, misschien een of twee keer per maand. Doorgaans met iemand die meer informatie wil, bijvoorbeeld over opleidingen. In de toekomst wil ze meer tijd vrijmaken om de Facebookpagina’s van de leden te volgen. Marie-Aline Kruydt: “Nu kan ik dat niet genoeg doen. En dat is jammer, want ik wil weten wat ze doen. Ik wil dat ook meer in de kijker zetten op onze kanalen. Iedere aannemer moet het voor zichzelf uitmaken, maar ik meen

Tot zover Facebook. En de andere kanalen? Zoals algemeen bekend hebben die allemaal hun eigen doelpubliek. Zo zie je dat vooral de pers en de politieke wereld tweeten. Ma ri e - A l i n e K r u yd t : “ Tw i t ter dient dus vooral voor onze persberichten en om ons te positio-

Dienstverlening aan de leden staat voorop, ook op de sociale media.

HOOGSTE SCORE: OPEN WERVENDAG In feite beheert de Confederatie niet één maar drie Facebookpagina’s, alle drie in de twee grote landstalen. Naast de algemene pagina zijn dat de pagina’s gewijd aan Open Wervendag en Build Your Home. De publieksbelangstelling is het grootst voor Open Wervendag, met 2 900 Vlaamse en 1 800 Franstalige volgers. Dan komt Build Your Home met 1 600 volgers. Ook de gewestconfederaties zijn vanzelfsprekend aanwezig op sociale media. De Waalse Confederatie Bouw heeft 446 volgers op Facebook, de Vlaamse Confederatie Bouw 332. En dan zijn er nog de lokale kamers. Enkele van hen kunnen rekenen op een groot publiek, niet alleen op Facebook maar ook op andere kanalen zoals LinkedIn.

neren met een reactie op de actualiteit. Daarnaast gebruiken we dit kanaal om onze grote evenementen in de kijker te zetten. Alles samen maakt dat onze activiteit op Twitter nogal veranderlijk. LinkedIn werk ik heel wat frequenter bij. Ook dat kanaal dient voor onze events en voor de actualiteit, maar ook andere zaken als vacatures en opleidingen mogen er niet ontbreken.” Ten slotte zijn er nog Instagram en Youtube, de kleinere broertjes onder de Confederatie-kanalen. Ze hebben vooral een ondersteunende functie. Instagram wordt bijvoorbeeld gebruikt voor de actie Zot van de bouw, die mikt op jongeren en gelinkt is aan Open Wervendag. Instagram is daarnaast gelinkt aan Facebook, zodat onze Facebookadvertenties ook daar verschijnen.

november 2017 • Bouwbedrijf 23


ONZE LEDEN OP SOCIALE MEDIA

“J

e moet aanwezig zijn op de sociale media. Je krijgt daar de gelegenheid om je aan een groot publiek te laten zien. Niet aanwezig zijn, is een risico. Veel tijd hebben we niet, maar we proberen één keer per maand een foto te plaatsen, of een vacature.” Anaïs Krack is administratief medewerker bij ons lid Picard Construct. Het bedrijf ziet geen nadelen aan sociale-­ mediagebruik. Anaïs Krack: “Ik vind er geen. Ze zijn een plus. Maar vanzelfsprekend is niets waardevoller is dan een goede commerciële medewerker … Onmiddellijk reageren is wel belangrijk, met een antwoord dat de onderneming een goed imago geeft. Behalve op Facebook zijn we ook aanwezig op Twitter, maar niet veel. LinkedIn is interessant als je personeel zoekt, maar een vacature in het LinkedIn-systeem laden kost geld.”

Persoonlijk

Sandy Cognaux beheert de communicatie van Design Stone. De onderneming gebruikt hoofdzakelijk Facebook. Sandy Cognaux: “We tonen er onze projecten en delen ze. Ik ben nogal tevreden. We krijgen aardig wat reacties, en hebben tot nu toe nog geen kritiek gekregen. Ook als we een vacature hebben, gebruiken we trouwens Facebook. Een steeds weerkerende opmerking: sociale media levend en actief houden slorpt heel wat tijd op. Sandy probeert de Facebookpagina minstens een keer per week te updaten. Sandy Cognaux: “Soms kom ik niet verder dan een keer om de twee weken. Een bedrijfsaccount op LinkedIn is er niet, de bestaande accounts zijn persoonlijk. Twitter en Instagram? Gebruiken we niet. Maar op Pinterest zetten we dan weer wel foto’s.”

Intern gebruik

Bij Bajart zijn ze intussen anderhalf jaar actief op Facebook, vertelde ons gedelegeerd bestuurder Julie Bajart. In het begin voor intern gebruik, voor de communicatie met arbeiders te velde die niet altijd op kantoor kunnen langskomen. 24 Bouwbedrijf • november 2017

De aanwezigheid actief houden kost tijd Heel wat leden van de Confederatie zitten op sociale media. Maar waarom eigenlijk? Hoe evalueren ze zelf hun inspanningen? Julie Bajart: “Daarna zijn we foto’s van projecten beginnen te plaatsen, en vacatures. Updaten van de pagina gebeurt een tot twee keer per week. Op Twitter is het bedrijf niet aanwezig, en op LinkedIn alleen met persoonlijke accounts.”

Analyse

Uit deze korte interviews kun je geen verregaande conclusies trekken. We hebben met slechte enkele van de leden van de Confederatie gesproken. Maar er tekenen zich toch trends af. Wie sociale media gebruikt, doet dat niet voor de fun maar omdat men er het nut van inziet. Nadelen bespeurt men niet. Facebook wordt veel gebruikt,

om projecten te tonen en om een goed imago te creëren maar dient ook om personeel te zoeken en voor interne communicatie. Door tijdsgebrek worden pagina’s zelden elke dag geüpdatet. Men vindt sociale media dus een interessante tool maar geen prioriteit. Als men op Linked­In zit, is dat vaak met een persoonlijk account. Twitter, Instagram en YouTube zijn minder populair en worden soms simpelweg niet gebruikt. Doorgaans is het beheer van de sociale media niet de hoofdtaak van een personeelslid. Het is een deel van de opdracht van een communicatieverantwoordelijke of een marketingmedewerker.


BEKENDHEID

Zijn aannemers grote gebruikers? Met sociale media beginnen, doe je sneller als je er positief tegenover staat. En dat positieve beeld krijg je ook doordat andermans sociale media je bevallen. Zijn aannemers grote sociale-mediagebruikers? Een enquête van de Confederatie onderzocht het.

Z

oals alle enquêtes heeft ook deze zwakheden. Het was een bevraging op het internet. Uit alle leden selecteerde ze dus een publiek dat al vertrouwd is met digitale communicatie. En wie al bezig was met sociale media, was misschien eerder geneigd om de enquête in te vullen. Men moet dus voorzichtig zijn met de resultaten, zeker met de absolute cijfers – “X procent doet dit of dat” enzovoort. Iets minder voorzichtig mag men zijn met de verhoudingen. Als volgens de enquête meer leden naar de website surfen met een desktop dan met een laptop, dan mogen we aannemen dat het zo is. Laatste nuancering: de enquête onderzocht vooral hoe onze leden staan tegenover de sociale media van de Confederatie. Dit is een indicatie – maar ook niet meer dan dat – van hun houding tegenover sociale media in het algemeen.

Desktop, liefst

De gewone computer houdt zeer goed stand in de competitie met smartphones en tablets. 66 % van de deelnemers raadpleegt de website van de Confederatie met een desktop, 44 % met een laptop. Smartphone en tablet scoren allebei een beetje meer dan 20 %. Dezelfde trends zien we voor de BouwFlash, onze dagelijkse digitale nieuwsbrief. Smartphone en vooral tablet scoren hier nog lager.

Interesse bestaat

Twee op de drie deelnemers aan de enquête volgen het aanbod van de Confederatie. Opvallend: het sociale-media­gebruik is lager bij de Franstaligen dan bij de Nederlandstaligen. 44 % gebruikt Facebook. Op de tweede plaats volgt de gratis berichtenservice Whatsapp met 31 %. Ook als we alleen naar smartphones kijken, zijn die twee het populairst. Merkwaardig genoeg hebben veel meer

aannemers een account op Whatsapp dan op Facebook. Maar veelt valt hier wellicht niet uit af te leiden, aangezien deze media sterk verschillen. Wat verwachten aannemers? Enerzijds lokaal nieuws, anderzijds harde feiten, de agenda, evenementen en opleidingen. De meerderheid ziet het lokale nieuws liever op een specifieke lokale pagina, hoewel ze er niets op tegen

hebben dat daarop ook andere informatie staat. Bijna zes op de tien willen via sociale media uitnodigingen en reminders ontvangen voor opleidingen De populairste s­ ociale media zijn die van de lokale confederaties (zie ook blz. 26). Dan volgen de beroepsfederaties en de gewestconfederaties. Eén op de vijf gaat naar de Facebookpagina van de nationale Confederatie.

CONCLUSIES ∙ Aannemers zijn vrij goed vertrouwd met sociale media. Twee op de drie volgt bijvoorbeeld de kanalen van de Confederatie. ∙ Franstalige leden gebruiken sociale media ­minder dan Nederlandstalige. ∙ Het meest bekend want het meest gebruikt, is Facebook. ∙ Het interessantste zijn harde feiten en lokaal nieuws. ∙ De gewone computer (desktop of laptop) blijft voorlopig populairder dan de smartphone of de tablet.

november 2017 • Bouwbedrijf 25


ONDERSTEUNING

Vragen over sociale media? Ook uw lokale confederatie helpt u Wie aan sociale media wil beginnen maar niet goed weet hoe, kan contact opnemen met zijn lokale kamer. Die heeft er ervaring mee. Ze is zelf actief op sociale media, maar vooral: ze is uw opleidingspartner!

E

nig rondbellen leerde ons dat er aan opleidingen sociale media geen gebrek bestaat in de Confederatie. Na een tip van de Limburgse lokale confederatie namen we contact op met Mic Adam. Hij is sociale-media­ consultant, en wordt regelmatig ingeschakeld door lokale kamers voor opleidingen, niet alleen in Limburg maar bijvoorbeeld ook in West-Vlaanderen. We vroegen hem hoe hij dergelijke infosessies aanpakt.

Mic Adam:“Voor een aantal kleinere bedrijven zijn sociale media iets voor na de uren, op vrijdagavond.”

Een minimum aan theorie

Mic Adam: “Mijn opleidingen zijn heel concreet, met een minimum aan theorie. Aannemers zijn praktische mensen met praktische vragen. Zoals: op welke media moet ik aanwezig zijn? Wat kan ik bereiken? Moet ik het eigenlijk wel doen? Wat moet ik op die sociale media plaatsen? Wat heb ik eraan?” Wat altijd terugkomt: aannemers zijn specialisten in hun vak, maar geen specialisten marketing. En daaronder vallen sociale media toch. Mensen voelen zich soms niet creatief genoeg. Mic Adam wijst hen er dan op dat ze in hun beroep wel degelijk creatief zijn. Ze mogen daarop trots zijn, en die fierheid uitdragen op sociale media.

Potentiële klanten

Mic Adam: “Sociale media zijn interessant voor aannemers. Hun 26 Bouwbedrijf • november 2017

Aannemers mogen fier zijn op hun creativiteit en die fierheid laten zien.

potentiële klanten zitten ook op Facebook. Ongeveer zeven miljoen mensen in dit land hebben een account. Geen enkel medium heeft een groter bereik en is beter geschikt om nieuwe klanten te bereiken.” De meeste mensen in de opleidingen gaan inderdaad voor Facebook. Mic Adam wandelt met hen stap voor stap door de procedures. De conclusie is doorgaans dat ze eigenlijk alles al


“TOP OF MIND ZIJN BIJ AANNEMERS” Een mooi – maar niet het enige - voorbeeld van een lokale kamer die inzet op sociale media is de Confederatie Bouw Provincie OostVlaanderen. We vroegen aan verantwoordelijke Steven Imschoot hoe hij het aanpakt. Steven Imschoot: “Het doel van Oost-Vlaanderen is top of mind zijn bij aannemers. Onze lokale confederatie moet het eerste zijn waaraan ze denken als ze een probleem hebben. Daarbij mikken we zowel op leden als op niet-leden van de Confederatie.” De sociale media van de Provincie Oost-Vlaanderen trekken veel volk, afgerond 900 volgers op Facebook en 1000 op Twitter. Het meest succesvol is LinkedIn met 1 800 volgers. Dit kanaal laat ook zien wat je mag verwachten. Een derde van de LinkedIn-volgers komt uit de bouwsector en 8 % uit de sector van de bouwmaterialen. Bij de volgers zijn er merkelijk meer grotere dan kleinere bedrijven. GRATIS TOOLS OP HET NET

Steven stelt vast dat aannemers geïnteresseerd zijn in sociale media. Dat bleek bijvoorbeeld toen Oost-Vlaanderen een whitepaper uitbracht. Het was een overzicht van kosteloze tools om beelden en filmpjes klaar te maken voor gebruik op sociale media. Het document werd verspreid via e-mail, de website en – hoe kan het anders? – sociale media. Steven Imschoot: “Deze whitepaper is ruim 200 keer aangeklikt. Hij maakte deel uit van een info-event

kennen. Vaak hebben ze al een persoonlijk Facebookaccount, en een bedrijfsaccount verschilt daar technisch gezien weinig van. Mic Adam: “De grote angst is dat ze negatieve reacties zullen krijgen. Mijn job is dan hen te overtuigen

over marketingcommunicatie. Een spreker kwam daar uitleggen hoe je een bedrijfspagina op Facebook kunt gebruiken als marketingtool. Gezien de grote opkomst en gezien het downloaden van de whitepaper mogen we besluiten dat de aannemers de kracht van sociale media beginnen te ontdekken.” ANALYSEREN

Steven Imschoot: “We analyseren nauwgezet de statistieken van ons sociale-mediagebruik. Op wat klikken mensen door? Wanneer doen ze het? Zo leer je wat het best scoort en kun je daarop inspelen.” De LinkedIn-pagina van OostVlaanderen wordt tussen de 10 000 en de 40 000 keer per maand bezocht; de kans op een click, like of share ligt doorgaans tussen de 1 en de 2 %. Dit zogenaamde social engagement steeg naar 2,4 % voor de populairste posts. Deze gingen over het zomerakkoord van de regering en de nieuwe voorzitter van de Confederatie, Paul Depreter. De kamer van Oost-Vlaanderen heeft het meeste volgers in Gent en omgeving. Niet onlogisch, maar de populariteit is daarnaast opvallend groot in de omgeving van Antwerpen en, in mindere mate, van Brugge en Brussel.

dat ze daarmee wel degelijk kunnen omgaan. Het is nu eenmaal zo dat je altijd en overal negatief ingestelde mensen tegenkomt. Ook op Facebook. Het voordeel is dat je dan weet dat ze over je roddelen en wat ze zeggen.”

Jongere deelnemers

Mic Adam: “Totale analfabeten in de sociale media kom ik minder en minder tegen. Het grootste deel van mijn publiek bestaat uit dertigers en veertigers, af en toe aangevuld met enkele vijftigers. De eerste groep heeft vaak al een account op sociale media, de vijftigers minder. Zij zijn ook vaak het meest terughoudend.” “Een groot deel van de deelnemers zijn kleinere bedrijven met vijf of minder werknemers. Voor een aantal van hen zijn sociale media iets voor na de uren, op vrijdagavond. Of voor hun vrouw, dochter of zoon die mee naar de opleiding komen. Het gebeurt dat ze na relatief korte tijd met sociale media stoppen, doorgaans uit tijdsgebrek. Volgens mij stoppen ze te vroeg. Je moet op de lange termijn denken met sociale media, onmiddellijk resultaat mag je niet verwachten.”

In Wallonië

Ook aan de andere kant van de taalgrens heeft de Confederatie een aanbod van opleidingen sociale media. De situatie is er enigszins anders omdat de Waalse gewestconfederatie CCW de opleidingen coördineert. De lokale kamers hebben er een andere rol dan in Vlaanderen op dat gebied. In Wallonië heeft EMEC – de Ecole des Managers des Entreprises de la Construction – op dit moment opleidingen webmarketing en schrijven voor het web. De communicatie op sociale media komt expliciet aan bod. De CCW zelf gaat haar opleidingscatalogus uitbreiden met sociale media. Vanaf februari 2018 zouden de leden deze opleidingen kunnen volgen. Staan onder meer op het programma: beheer van sociale media, Search Engine Optimisation (SEO) en Facebook voor het bouwbedrijf.

INFO: De adressen van de lokale confederaties vindt u op www.confederatiebouw.be. Vragen over de Waalse aanpak? Stel ze aan habiba.boutraih@ccw.be

november 2017 • Bouwbedrijf 27


Bouwen zit in ons DNA Dat merkt u ook aan onze service

Om als bouwondernemer opdrachten binnen te halen, moet u weten welke risico’s u kunt nemen. Federale Verzekering werd meer dan 100 jaar geleden opgericht door aannemers en kent dus die risico’s en weet hoe ze te verzekeren. Meer veiligheid, minder ongevallen, minder schade en bijgevolg meer winst. Winst die we met u delen*.

Meer info op www.federale.be

2014

2017

2016

2015

2013

Reeds voor de 5de maal op rij winnaar van de DECAVI Trofee voor de beste Arbeidsongevallenverzekering… en dat is geen toeval. Kom er snel meer over te weten.

Federale Verzekering – Stoofstraat 12 – 1000 Brussel    www.federale.be Gemeenschappelijke Kas voor Verzekering tegen Arbeidsongevallen – RPR Brussel BTW BE 0407.963.786 Financieel rekeningnummer BIC : BBRUBEBB IBAN : BE19 3100 7685 5412

De verzekeraar die zijn winst met u deelt

*De restorno's en de winstdeelnames evolueren met de tijd in functie van de resultaten en de toekomstperspectieven van de verzekeringsonderneming, haar solvabiliteit, de economische conjunctuur en de toestand van de financiële markten in verhouding tot de verbintenissen van de ondernemingen die deel uitmaken van de Groep Federale Verzekering, zoals omschreven op www.federale.be. De toekenning van de restorno's en de winstdeelnames zijn niet gewaardborgd in de toekomst. De restorno's en de winstdeelnames variëren per categorie en per type product. De regels inzake hun toekenning zijn opgenomen in de statuten van de ondernemingen die deel uitmaken van de Groep Federale Verzekering. De statuten kunnen worden geraadpleegd op www.federale.be


DE PERFECTE STORM

CIRCULAIRE PIR/PUR UITGEVAARDIGD

De problemen met PIR en PUR zijn het gevolg van omstandigheden waarin alles tegenzat – de perfecte storm. Voor de productie van dit kunststofschuim zijn drie componenten essentieel: polyol, een blaasmiddel en ten slotte het belangrijkste bestanddeel: MDI of methyleendifenyldiisocyanaat. Dat laatste wordt slechts door enkele wereldspelers geproduceerd, bedrijven als Covestro, BASF, Wanhau Chemical Group, Dow Chemical en Huntsman.

Lobbywerk werpt vruchten af De levertermijnen en prijzen van PIR en PUR zijn spectaculair toegenomen. Na intens lobbywerk van de Vlaamse Confederatie Bouw heeft de Vlaamse regering dit erkend. Aannemers kunnen bij overheidsopdrachten onvoorzienbare omstandigheden inroepen.

S

inds een jaar kampen de isolatieaannemers met extreme prijsstijgingen en uitzonderlijk lange levertermijnen voor polyurethaan (PUR) en polyisocyanuraat (PIR). Deze zijn tot 80 % duurder geworden. Pijnlijk gevolg voor aannemers: bouwplanningen vallen in het water en offertes kunnen de kostprijs niet meer dekken.

Omzendbrief

Volgens de Vlaamse Confederatie Bouw moest de Vlaamse regering het probleem officieel erkennen en een circulaire over de zaak opstellen. Ze vond een luisterend oor bij minister-president Geert Bourgeois en minister van Energie Bart Tommelein. Het lobbywerk leverde

dus resultaten op. De Vlaamse Regering erkent de problematiek, en de minister-president liet een circulaire publiceren. Deze bevestigt dat er forse prijsstijgingen waren en de levertermijnen langer werden voor PUR en PIR. Als een opdrachtnemer hierdoor de opdracht niet binnen de termijnen kan uitvoeren of een zeer belangrijk nadeel ondervindt, kan hij bij de aanbestedende overheid een

Mogelijkheid om bij overheidsopdrachten een langere uitvoeringstermijn te vragen wegens onvoorzienbare omstandigheden.

verzoek indienen om wegens onvoorzienbare omstandigheden de uitvoeringstermijnen te verlengen of de overeenkomst te herzien.

Toepassingsgebied

De circulaire is van toepassing op overheidsopdrachten die de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaamse Gewest gunnen of subsidiëren. Maar niet op overheidsopdrachten die na 30 juni 2017 gepubliceerd werden, en ook niet op overheidsopdrachten in het kader van publiek-private samenwerking of DBFM(O). De circulaire verduidelijkt de voorwaarden, de ontvankelijkheid en de gegrondheid waaraan een verzoek moet voldoen. De opdrachtnemer kan een langere uitvoeringstermijn of een herzie-

Het aanbod stond al onder druk door de stijgende vraag naar de grondstoffen nodig voor PUR/PIR-isolatie. Maar toen deden zich ook nog eens incidenten voor in twee fabrieken. Op de site van BASF stierven drie mensen en vielen tientallen gewonden na een explosie. In het Chinese Wanhau kwamen vier mensen om na een chemisch incident. Daarbovenop kwam een verminderde productie van MDI bij Huntsman, veroorzaakt door een gepland driejaarlijks onderhoud.

ning van de overeenkomst bekomen wanneer hij geen alternatieve isolatiematerialen kan gebruiken en conform de opdrachtdocumenten met PUR- en PIRmaterialen moet isoleren. Deze circulaire is alleen van toepassing op overheidsopdrachten. De VCB hoopt dat hij ook private opdrachtgevers tot meer begrip zal bewegen.

INFO: Nog vragen? Stel ze aan tim.vanhelden@vcb.be, beleidsmedewerker Energie bij de VCB. Hij heeft voor u de tekst van de circulaire. U kunt deze ook raadplegen op overheid.vlaanderen.be. Klikken op Overheidsopdrachten – Regelgeving – Omzendbrieven Vlaamse overheid.

november 2017 • Bouwbedrijf 29


DRIE JAAR BEZIG

Waar staat het Renovatiepact vandaag? Op 16 december 2014 werd het startschot gegeven voor het Renovatiepact. Doel: de energieprestaties van bestaande woningen drastisch verbeteren. Wat is intussen bereikt?

H

et pact kwam tot stand onder toenmalig minister Annemie Turtelboom en bracht de verschillende stakeholders rond de tafel. Daarbij vanzelfsprekend ook de Vlaamse Confederatie Bouw. Het pact bakende tien thema’s of ‘werven’ af. Het bevatte acties voor de korte termijn, maar dacht ook na over een beleid op de langere termijn. Twee fases van het pact zijn afgelopen, de derde gaat wellicht dit najaar van start. Waar staan we intussen op de werven die belangrijk zijn voor de bouwsector?

Renovatie

De eerste werf in het lijstje van het pact is de renovatie. Deze kreeg een langetermijndoelstelling, die in normen is omgezet. De horizon is 2050. Dan moe-

ten verwarmingsinstallaties een bepaalde norm halen. Bovendien moet dan élke bestaande woning in Vlaanderen een EPC-kernwaarde van rond de 100 kWh per vierkante meter en per jaar hebben, of, in geval van een stapsgewijze renovatie, U-waarden van de gebouwschil die onder bepaalde maximumwaarden blijven. Gebouwschil slaat hier op daken, muren, vensters, deuren en vloeren.

Doel tegen 2050: elke bestaande woning heeft een EPC-kernwaarde van 100 kWh per vierkante meter en per jaar.

MARC DILLEN

“RENOVATIERITME MOET OMHOOG” De VCB berekende dat het renovatieritme voorlopig niet hoger ligt dan 0,61 % per jaar. Dat is te weinig, aldus Marc Dillen (directeur-generaal VCB). Marc Dillen: “Ieder jaar moet minstens 2,7 % van de bestaande woningen gerenoveerd worden. Anders krijgen we ons hele woningenbestand tegen 2050 niet onder de E60 of onder een EPC-kernwaarde van 100 kWh per vierkante meter per jaar.” “2050 mag ver weg lijken. Maar een Vlaamse eengezinswoning in open bebouwing heeft gemiddeld een EPC-kernaarde van 398 kWh per vier­ kante meter per jaar. Voor eengezinswoningen in gesloten bebouwing is dat 296 kWh. Dar is ver boven de 2050-norm. Willen we in dat jaar een energiezuinig woningenbestand hebben, dat moeten we blijven inzetten op sensibilisering, en de Vlaamse fiscale instrumenten zoveel mogelijk benutten.”

30 Bouwbedrijf • november 2017

De woningpas

De ontwikkeling van de woningpas – de tweede werf in het lijstje van tien – zit op schema. Het gaat om een digitaal paspoort van iedere woning. In het begin zal alleen de eigenaar zijn woningpas kunnen raadplegen. Maar in een tweede fase komen daar de personen bij waaraan de eigenaar de toestemming geeft. De woningpas verzamelt onder meer informatie over de isolatie, de installaties en de kwaliteit van de woning. Hij geeft toegang tot attesten die de overheid verstrekt. De woningpas zelf is kosteloos. Maar als je nu moet betalen voor een attest, zal je dat ook moeten doen met een woningpas. De eerste versie van de woningpas wordt in 2018 gelanceerd. Een jaar later zal de woningpas-medium beschikbaar zijn, een uitgebreidere versie. In 2020 of 2021 zullen alle functionaliteiten in bedrijf zijn.

EPC+ en renovatieadvies

Het EPC+ en het renovatieadvies staan voor begin 2019 gepland. Het EPC+ is een opwaardering van het bestaande EPC, dat wordt opgemaakt bij de verkoop of verhuur van woningen. Het EPC+ geeft potentiële kopers en huurders informatie over de ingrepen aan de woning die nog nodig zijn om de 2050-doelstelling te halen. Dit EPC+ kan verder worden opgebouwd tot een renovatieadvies. Dat moet woningeigenaars inzicht geven in de kosten en in de meest logische volg-


Bart Tommelein: “Vlamingen zetten hun energiezuinige overtuiging nog te weinig om in daden.”

BART TOMMELEIN

“VLAMING OVERTUIGD VAN NUT GRONDIGE RENOVATIES”

orde van de werken. Zo kan men een lock-in vermijden, het fenomeen dat een onverstandige ingreep een latere en noodzakelijke ingreep duur, minder efficiënt of zelfs onmogelijk maakt.

Bart Tommelein: “Uit een recente bevraging door het Vlaams Energieagentschap (VEA) blijkt dat negen op de tien Vlamingen energiezuinigheid belangrijk vinden. De helft vindt dat zelfs heel belangrijk. Maar Vlamingen zetten hun overtuiging nog te weinig om in daden.” “Daarom wil ik nog meer inzetten op het bekend maken van bestaande stimuli: de totaalrenovatiebonus en de burenpremie. De totaalrenovatiebonus biedt een extra financiële stimulans om grondige ingrepen uit te voeren, bovenop de basispremies voor isolatie, hoogrendementsglas of verwarmingsketels. Met de burenpremie mikken we op ontzorging en schaalvergroting. Met de (tijdelijke) verhoging van de energielening tot € 15 000 wordt een ingrijpende renovatie bovendien een stuk haalbaarder.”

Financiële ondersteuning

De financiële steun is werf 5 van het Renovatiepact. Intussen is beslist om een korting toe te kennen op de onroerende voorheffing bij ingrijpende energetische renovaties (d.w.z. als het resulterende E-peil E90 of beter bedraagt). Er is ook beslist om de schenkingsrechten te verlagen als er binnen vijf jaar energetische renovaties worden uitgevoerd. De VCB heeft voor haar leden het modelattest voor de teruggave van de schenkingsrechten. De Vlaamse overheid doet enkele fiscale aanpassingen die energiebesparende ingrepen moeten stimuleren. Daarnaast wil ze de premies afstemmen op de langetermijndoelstelling van werf één. Daartoe heeft ze dit jaar al enkele nieuwe premies ingevoerd. Een voorbeeld is de totaalrenovatiebonus of BENO-pas. Dat is een financieel extraatje voor opdrachtgevers die binnen de vijf jaar minstens

drie nieuwe energiebesparende ingrepen laten uitvoeren. Het gaat niet alleen om werken aan daken, muren, vloeren of vensters maar ook om het installeren van warmtepompen, zonneboilers of ventilatiesystemen. Voor een aantal premies gaat de lat omhoog. De premie-eisen zullen dichter bij de 2050-norm liggen.

Communicatie

Ook werf 10 van het pact, de communicatie, is van groot belang voor onze sector. De Vlaamse overheid heeft een campagne opgezet om het BENOveren (beter renoveren) aan te moedigen. Ze

zal haar communicatie-inspanningen op dat gebied opschroeven. Vlaams minister van Energie Bart Tommelein gaf bijvoorbeeld op de BIS-beurs een persconferentie over de energiepremies en de BENOvatie-doelstellingen. Ook de VCB draagt haar steentje bij. Op de BIS-beurs gaf ze advies aan particulieren die op zoek zijn naar een geschikte BENOvatie-vakman.

VRAGEN? Stuur een e-mail naar tim.vanhelden@vcb.be. Tim Van Helden is de beleidsmedewerker Energie van de VCB. november 2017 • Bouwbedrijf 31


BOUWRADAR

Competitief met correcte kostprijsberekeningen Een bouwbedrijf dat financieel gezond wil blijven, moet correct berekende offertes kunnen opstellen. “Evident”, zult u zeggen. Maar het lukt niet altijd. Aannemers die op dit punt begeleiding willen, kunnen kosteloos een beroep doen op BouwRadar.

N

a de calculatie van een bouwproject volgt automatisch de vraag: “En was mijn offerte nu correct en marktconform?” Het is niet gemakkelijk om een pasklaar antwoord te geven. Maar het staat vast dat aannemers op dit punt de bal soms misslaan. Dat blijkt uit de ervaringen van de afdeling Bedrijfsbeheer van het WTCB, die vele begeleidingen doet voor Bouwradar (de kadertekst geeft u meer info over BouwRadar). De begeleiding van het WTCB geeft

Marty Van Kerckhove aan de slag – met dankzij Bouwradar een beter beeld van een correct prijszetting.

32 Bouwbedrijf • november 2017

een aannemer inzicht in de cijfers van zijn onderneming. Concreet brengt men alle kosten overheen alle projecten in kaart. Daaruit berekent men onder andere de verkoopprijs van arbeids- en machine-uren. Men bepaalt de na te streven winstpercentages op materialen en onderaannemers, en identificeert een aantal richtcijfers die men achteraf kan opvolgen. Deze inzichten zijn noodzakelijk om op een verantwoorde wijze een kostprijsberekening op te stellen. En daarmee

kunt u het bedrijf blijvend competitief houden.

Nieuwe inzichten

Aannemers die via BouwRadar een beroep gedaan hebben op het WTCB, reageren vaak enthousiast. We citeren Marty Van Kerckhove van het gelijknamige bouwbedrijf. Marty Van Kerckhove: “Tim Vissers van het WTCB heeft mij veel nieuwe inzichten gegeven in het rekenwerk, de marges en het terugverdienen van investeringen. Ik heb nu een andere kijk op de financiële kant. Op dit moment probeer ik het traject te volgen dat samen

BOUWRADAR IS ER VOOR U (KOSTELOOS!)

Hebt u vragen over kostprijsberekening? Wend u dan onmiddellijk tot BouwRadar. Neem contact op met de coördinator van dit project, Freija Jongbloet. Zij brengt u dan in contact met een medewerker van de afdeling Bedrijfsbeheer van het WTCB. Hij of zij zal u begeleiden met adviezen en tools. Deze dienstverlening wordt gesubsidieerd door het Agentschap Innoveren en Ondernemen. U krijgt dus geen extra factuur.

INFO : freija.jongbloet@vcb.be of 0473 90 43 20.


met Tim uitgestippeld is. Wij zijn stielmannen, geen experts in die vele andere zaken die erbij komen kijken en die minstens even belangrijk zijn voor de gezondheid van de zaak.” Deze onderneming deed een beroep op het WTCB na het doorlopen van de eerste fase van BouwRadar. Deze omvat onder meer een diagnose van de financiële toestand. Zo ontdekt een bedrijfsleider waar hij staat in vergelijking met andere, gelijkaardige bouw-kmo’s. Bovendien komt hij te weten voor welke aspecten verdere begeleiding nuttig zou zijn. Het consultancybureau Deloitte staat in voor de financiële screening. Marty Van Kerckhove: “Ook over John Raeman van Deloitte ben ik zeer tevreden. Aan de hand van de cijfers kon hij me goed advies geven. Bij kleinere ondernemingen komen dikwijls dezelfde werkpunten naar boven. Je hoort dan hoe andere bedrijven het regelen. Mensen als John Raeman en Tim Vissers hebben bakken ervaring en geven deze ook door. Perfect!”

Nu ook kwaliteitslabel voor keukeninstallateurs Construction Quality heeft nu ook een specifiek label voor de installateurs van volledig ingerichte keukens. Het garandeert de consumenten dat ze het te doen hebben met een ernstige vakman. Bovendien zet het zijn betrouwbaarheid en kwaliteit in de kijker.

cpro: alles in één

Een zeer interessant en kosteloos programma voor kostprijsberekening is cpro. Deze online-tool werd ontwikkeld door het WTCB. Met cpro kunt u voor al uw bouwprojecten offertes, vorderingsstaten en facturen maken. U kunt bovendien alles met één programma doen. Een luxe! Daardoor kunt u projecten snel en eenvoudig opvolgen van offerte tot oplevering. Diverse kosten zoals bouwmaterialen, manuren, machines en onderaannemers kunt u probleemloos terugvinden of toevoegen aan uw calculaties. Op uw persoonlijke homepage krijgt u een overzicht van al uw lopende en afgeronde projecten. Bovendien kunt u al deze gegevens wanneer en waar u het wenst opvragen. Het enige wat u nodig hebt, is een internetverbinding. Naar de bouwplaats gaan met een map en een rekenmachine is verleden tijd! Bespaar dus tijd en gebruik cpro.

Registreren om cpro te gebruiken kan op cpro. wtcb.be. Meer info staat op www.wtcb.be. ­­Klikken op Rekentools - Tools op maat van de kmo.

Construction Quality is een kwaliteitslabel voor bouwbedrijven. Een aannemer die het heeft, wekt vertrouwen. Het label maakt zijn klanten duidelijk dat zijn onderneming competent en goed georganiseerd is, met aandacht voor kwaliteit, milieu, duurzaamheid en veiligheid. Ook installateurs van keukens kunnen nu een label halen als hun bedrijf goed geleid is, de klanttevredenheid voorop staat en strikte technische kwaliteitsnormen gerespecteerd worden. De consument heeft er alle voordeel bij om in zee te gaan met een drager van dit label. Het is geen lege doos. De installateur moet voldoen aan een reeks eisen, die opgesomd staan in een zogenaamd referentieel. Een onafhankelijke organisatie kent het label toe. Ze voert jaarlijks een audit uit, niet alleen

Een keukenbouwer met dit label heeft een voorsprong.

in de bedrijfszetel maar ook op de bouwplaatsen. Deze gaat na of de eisen in het referentieel nog gehaald worden. Construction Quality voor keukeninstallateurs heeft een eigen website: www. label-quality-cuisiniste.be. Als we dit schrijven bestaat deze alleen in het Frans.

INFO: Op www.constructionquality.be staan alle bouwondernemingen die al een label van Construction Quality hebben.

november 2017 • Bouwbedrijf 33


VISIERAPPORT VCB

“De vooruitgang in de bouw is exponentieel” Op drie oktober stelde de Vlaamse Confederatie Bouw haar visierapport 2017 voor. Het was een spetterende avond met als eregast minister Philippe Muyters. Nieuwsanker Goedele Wachters van de VCB regisseerde het spektakel met strakke hand.

J

ef Lembrechts (voorzitter VCB) heette de zaal welkom en zette meteen de toon: onze sector evolueert razendsnel en is al meer van technologie doordrongen dan gedacht. Hij schetste enkele soms paradoxale vragen die dat oproept. Toestellen kunnen bijvoorbeeld het leven van arbeiders vereenvoudigen, maar tegelijk zal hun beroep complexer worden. Hij schetste ook de rol die de VCB wil spelen: de voorlopers bijstaan, een stimulerende rol spelen en de lokale kamers inspireren en ondersteunen. Dan was het de beurt aan Marc ­Dillen (directeur-generaal VCB), die een pittige dialoog aanging met Goedele Wachters. De discussie werden gestimuleerd door de video’s met de opinies en ervaringen van onze ledenaannemers.

Niet meer top-down

Alle lessen van deze rijk gevulde avond samenvatten is onmogelijk, dus pikken we er enkele opvallende punten uit. ∙ Vroeger werd kennis top-down doorgegeven. Nu arriveert ze samen met jongeren in het bedrijf om zich daar verder te verspreiden. De volgende fase is dat deze kennis verspreid wordt in heel de keten van bouwpartners. ∙ Vooral de banen van ongeschoolde arbeiders aan infrastructuurwerken kunnen door robotisering en automatisering in gevaar komen. Maar 34 Bouwbedrijf • november 2017

Eregast Philippe Muyters met links en rechts van hem Marc Dillen en Jef Lembrechts.

een polyvalente arbeider valt niet zomaar te vervangen door een computer. ∙ Scholing op zich is niet genoeg om werkgelegenheid tegen de technologische evolutie te beschermen. Wat nodig is, is een brede scholing.

Essentieel: goed onderwijs

De bouw zal de automatisering en de digitalisering niet goed verteren als ze geen goede mensen vindt. Onderwijs en beroepsopleiding zijn dus essentieel, benadrukte Marc Dillen. ∙ Er is steeds meer vraag naar hoger geschoolde mensen in onze sector. De bouw is op zijn eentje goed voor

maar liefst een derde van de vacatures voor ingenieurs. ∙ In het algemeen vraagt twee derde van de knelpuntberoepen een hogere opleiding. ∙ Het aantal leerlingen in het secundair onderwijs dat bouwopleidingen volgt daalt, met uitzonderingen bij de installaties en de houtbewerking. ∙ Er heeft in de voorbije jaren een drastische daling plaatsgevonden van het aantal burgerlijk ingenieurs bouwkunde. Ook het aanbod van industrieel ingenieurs bouwkunde is te klein. Zijn we niet sexy genoeg voor talentvolle jongeren? Goedele Wachters


De badges voor de aanwezigen. De zaal zat afgeladen vol.

PUBLIEK AAN HET WOORD De aanwezigen konden met hun smartphone opmerkingen en opsturen, en mee stemmen over een aantal pittige vragen die aan de zaal voorgelegd werden. De resultaten waren opvallend. DUAAL LEREN - 93 % was bereid mee te werken aan deeltijds leren en werken met minstens 50 % van de opleidingstijd op de werkvloer. HR-BEHOEFTEN - Volgens de helft had de sector nu vooral behoefte aan leidinggevenden op de bouwplaats; slechts een zesde koos de optie manuele arbeidskrachten. VAARDIGHEDEN GEZOCHT - Bijna de helft vond communicatie de belangrijkste niet-technische skill voor beginnende bachelors en masters in de bouw. ROBOTISERING – Binnen de tien jaar zullen machines 10 tot 30 % van het manuele werk overnemen, aldus bijna de helft van de aanwezigen. STEM-GEHALTE – Op een schaal van 1 tot 9 ligt dat in de bouw ergens tussen 5 en 7 volgens een ruime meerderheid.

citeerde een reactie die iemand uit het publiek met de smartphone stuurde: “de bouw moet er meer mee uitpakken dat hij een STEM-richting is.” In ieder geval is de rol van de bouwbedrijven toegenomen in de opleiding. Dat bewijst de opkomt van het duaal leren, dat werkvloer en schoolbanken combineert. Maar ook de individuele

Marc Dillen:“Naar de polyvalente arbeider zal altijd vraag blijven bestaan.”

beroepsopleiding in de onderneming (IBO) wint aan belang.

Philippe Muyters

Vlaams minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport Philippe Muyters was een beetje ziek op de avond van de voorstelling, maar als eregast wilde hij dit evenement toch niet missen. Over het duaal leren als nieuwe volwaardige leerweg, was hij optimistisch. Maar hij waarschuwde ook. Philippe Muyters: “We hebben maar één kans om dit systeem te doen slagen. Lukt het nu niet, dan is het gedaan. We moeten het onderwijs en de bedrijfswereld wakker maken en de verwachtin-

gen gesteld aan afgestudeerden vertalen naar de school en de werkvloer.“ Profiteert de bouw genoeg van de Vlaamse innovatiesteun? We krijgen 1,5 % van het totaal, terwijl ons gewicht in de economie 6 % is. Op basis van onze eigen inspanningen, met de bijdrage van de Vlaamse bouw­ bedrijven aan het WTCB en het OCW, is er ruimte voor € 9 miljoen steun aan onze sector. Maar zoveel krijgen we niet. Ook de fout van de bouw, aldus de minister. Philippe Muyters: “We hebben recent het innovatiebeleid hervormd, onder meer om het transparanter te maken en om het ondernemen te sti- ››› november 2017 • Bouwbedrijf 35


VISIERAPPORT VCB ››› muleren. De Vlaamse regering steunt

innovatieprojecten. Maar de bouw moet ze dan wel indienen!” Een heikel punt is ook de vestigingswet. Voor een aantal beroepen is die al afgeschaft, voor de bouw nog niet. Maar ooit zal er dat toch van komen. Philippe Muyters: “Een buitenlandse ondernemer die in zijn thuisland een activiteit mag uitvoeren, mag dat hier ook, zonder vestigingsattest en dergelijke. Dat zegt Europa. Maar speelt de vestigingswet haar rol als kwaliteitslabel nog? Ze doet alleen iets aan de start van een onderneming. Ik heb overleg met de bouw voorgesteld. Hoe kan men de kwaliteit voor de klanten garanderen zonder de vestigingswet?”

Jonge Vlaamse aannemers

Zoals elk jaar werden de Jonge Vlaamse Aannemers van het Jaar gelauwerd. De VCB had hen dit jaar een integraal deel van de avond gemaakt. De jongeren zijn de toekomst van onze sector. In de loop van de presentatie vertelden ze op het podium over hun visie. Enkele citaten … INFO: www.vcb.be.

ERP heeft ons in staat gesteld al de processen binnen het bedrijf op elkaar af te stemmen. Zelf heb ik een planningstool ontworpen voor het bedrijf. Deze tool zit nu in de ERP verwerkt. Ook Checkin@work is in onze ERP geïntegreerd.

Dave Coenen

is aankoper en projectleider bij Corbeels. Hij is bestuurslid van de jongerenkamer in Vlaams-Brabant en lid van het directiecomité van de Confederatie Bouw Leuven. Vorig jaar volgde hij een BRICS-traject.

36 Bouwbedrijf • november 2017

Talentenmanagement begint met de juiste mensen vinden én aantrekken maar gaat ook om het behoud van talent. De relatief hoge werkdruk met daarbovenop de snelle veranderingen in de sector doet mensen afhaken en vaak zelfs van sector veranderen.

Jan Folens

is gedelegeerd bestuurder van BAM Contractors en bestuurder van de jongerenkamer van de Confederatie Bouw Limburg.

De jonge Vlaamse aannemers van het jaar met in het midden Tom Meeus (gedelegeerd bestuurder Federale Verzekering). Zoals elk jaar sponsorde Federale Verzekering de awards.

Recent hebben we een eigen platform ontwikkeld dat via het Internet of Things onze medewerkers en machines in real time in kaart brengt. Dat is belangrijk voor het onderhoud van onze tuigen, voor opleidingen en voor het bewaken van het efficiënt en ecologisch gebruik van onze tuigen. Tegelijk slagen we er zo in om het proces van toewijzing van kosten aan de verschillende projecten en de loonadministratie volledig te automatiseren.

Yves Aertssen

Vanuit onze opleiding hebben wij een stevige basiskennis meegekregen maar ik voel wel dat voortdurende bijscholing, zowel voor mezelf als voor mijn werknemers, noodzakelijk is. Het is daarbij ook belangrijk dat wij ons kunnen beroepen op een vast team van technisch onderlegde neven- en onderaannemers.

Tim D’Eer

is directeur Bouw en Infra in de Group Aertssen. en Algemene Aanneming van het WTCB.

Alhoewel wij in onze sector

is ingenieur en staat mee in voor de dagelijkse nog veelal ambachtelijk te werk gaan, leiding van algemene onderneming proberen wij waar mogelijk aloude D’Eer. Daarnaast is hij lid van bouwmethoden te combineren of aan te vullen de Oost-Vlaamse met hedendaagse innoverende technieken. Naar jongerenkamer. de toekomst toe verwacht ik ook een doorbraak

van het 3D-printen in onze sector, een nieuwe uitdaging die ik mee volg via het WTCB.

Joachim Govaerts

is zaakvoerder van GRT. Hij zetelt in de raad van bestuur van de Confederatie Bouw West-Vlaanderen. Daarnaast is hij ondervoorzitter van de provinciale verenigingen van FABA en Navap, en zetelt hij in het Technisch Comité Ruwbouw en Algemene Aanneming van het WTCB.


120.000 m² ideeën. Veel ruimte voor innovaties. Met 10 hallen en 120.000 m² is de R+T de grootste showroom ter wereld voor rolluiken, poorten en zonwering. Hier vindt u nieuwe ideeën en innovatieve producten. Kom het zien en ontdek op welke manier u uw bedrijf extra impulsen kunt geven.

27 februari – 3 maart 2018 Messe Stuttgart, Duitsland www.rt-expo.com

170920_RT-AZ_Besucher_M11_Ideen_BOUWBEDRIJF_210x140_NL_RZ.indd 1

20.09.17 11:04


WORD LAUREAAT VAN DE

Aedificas Foundation awards

De bouwsector is een belangrijke motor van de economie en wil maatschappelijk verantwoord ondernemen. Daarom heeft de Confederatie Bouw, Aedificas Foundation, een stichting van openbaar nut, opgericht. Deze stichting reikt jaarlijks de Aedifcas Foundation awards en steunt hiermee projecten die gericht zijn op de maatschappelijke (re)integratie uit kansengroepen door vorming en tewerkstelling in de bouw.

WAT? Aedificas Foundation awards = 4 x e 5.000 per project

WIE? Leden-bouwbedrijven van de Confederatie Bouw kunnen hun projecten indienen die tot doel hebben om belangeloos, kansarme en kwetsbare jongeren op te leiden en tewerk te stellen en hun zo meer kansen te geven in het leven. Deze projecten worden in België georganiseerd samen met organisaties zonder winstoogmerk.

HOE? Kandidaturen moeten ingevuld worden met een inschrijvingsdossier dat online terug te vinden is op www.aedifas-foundation.be. De kandidaturen moeten ingediend zijn vóór vrijdag 24 november 2017. De bekendmaking van de laureaten en uitreiking van de Aedificas Foundation awards vindt plaats op woensdag 13 december 2017.


MAATSCHAPPELIJK BEWUSTZIJN

Doe mee aan de Aedificas Awards! De bouwsector heeft een hart. Meer dan één aannemer probeert mensen uit risicogroepen op te leiden en hen kansen op werk te geven. Bent u er ook één? Laat het weten aan de Aedificas Foundation. U maakt kans op een van haar Awards.

D

e Confederatie was de stuwende kracht achter de oprichting van de Aedificas Foundation. Dat is een stichting van openbaar nut. Ze geeft de verdiende erkenning aan bouwbedrijven met een warm hart voor de samenleving. De Awards die Aedificas uitreikt gaan het ene jaar naar initiatieven op het vlak van opleiding en het andere jaar naar huisvesting. In 2017 is opleiding aan de beurt, net als in 2015.

Stimulerend!

MARC DEBREMAEKER :

Bouwbedrijf vroeg aan de winnaars van 2015 wat er twee jaar later overblijft van hun Award. De conclusie: deelnemen en winnen is geweldig. Maar nog belangrijker is de spirit in de onderneming die de deelname mogelijk maakte. Of zoals ze het zelf zeggen …

Met de bloemen in de hand: de laureaten van 2015.

“Al mijn medewerkers waren fier. Ik kreeg ook veel respect van collegaaannemers. Een Rwandees die ik in 2015 begeleidde, werkt nu bij mij. Zijn ouders waren na de Rwandese volkerenmoord in 1994 gevlucht. Hij is een gemotiveerde kerel, erg verstandig, zoals je ze nauwelijks vindt tussen de jongeren die onze scholen tegenwoordig afleveren.” WALTER SCHOONVAERE ­(STADSBADER) : “Ons bedrijf staat

helemaal achter maatschappelijk verantwoord ondernemen. Dat engagement creëert een bijna familiale omgeving, ondanks ons grote personeelsbestand. Mensen komen zelf met ideeën af. Een meerwaarde voor een bedrijf als het onze, dat continu groeit! Wat we doen is van, door en voor het personeel.” DONATIENNE DE SPIRLET (COBELBA-BESIX) : “Dat we een award

WEES NIET BESCHEIDEN, DIEN UW DOSSIER IN VÓÓR 24 NOVEMBER! De Aedificas Foundation Award staat open voor iedereen. Kleine onderneming, grote onderneming, de activiteit … het maakt niet uit. Om mee te dingen naar de Award 2017 moet een initiatief aan de volgende voorwaarden voldoen: het bevordert de integratie van kansengroepen; het draait rond opleiding en inschakeling op de werkvloer; het is een samenwerking met een non-profitorganisatie.

∙ ∙ ∙

De Foundation kent vier Awards toe. Ze gaan naar de samenwerkingen die het beste aansluiten op de filosofie van het maatschappelijk verantwoord ondernemen. De vier betrokken non-profitorganisaties krijgen elk € 5 000. WWW.AEDIFICAS-FOUNDATION.BE. Op de website vindt u de criteria en het deelnemingsformulier.

wonnen, telde voor alle betrokkenen in onze ondernemingen. Sinds 2009 hebben we 190 projecten ondersteund. Ieder jaar zetten zich 200 tot 250 enthousiaste vrijwilligers hiervoor in.” MICHAEL ROELS (SPRL ROELS) :

“Ik werk nog altijd samen met dezelfde vzw, Intro. Ik vind het belangrijk dat ik bijdraag aan de samenleving. Het klinkt misschien melig, maar ik ben zo opgevoed en ik probeer dat door te geven. Iedereen is voor mij evenveel waard, ook buitenlanders, mensen met een moeilijk verleden … Het slaat aan bij mijn personeel. Ze vinden het fijn dat ze hier niet alleen komen om hun job te doen. Ik vraag me soms af waarom niet iedere aannemer het doet.” november 2017 • Bouwbedrijf 39


BRUSSELS GEWEST

Informatiesessies duurzaam bouwen bij de materialenhandelaars. deelt zijn ervaring en geeft advies over de plaatsing.

Leren en netwerken

Luchtdichtheid uitgelegd met een minihuisje. Ook de praktische kant van de zaak komt aan bod.

De infosessies en workshops zijn een gelegenheid om collega’s te ontmoeten.

Onze Brusselse gewestconfederatie wil aannemers sensibiliseren voor duurzaam bouwen en hun bewust maken van de inzet. Daarom organiseert haar Cel Energie-Leefmilieu infosessies en workshops bij de materialenhandelaren. U bent zeer welkom!

D

e agenda van aannemers staat vol. Héél vol. Jammer genoeg hebben ze daardoor niet altijd de tijd om de info­sessies van de Cel Energie-Leefmilieu bij te wonen en op de hoogte te blijven van de nieuwigheden op dat gebied. Maar als de aannemers niet naar de Confederatie kunnen komen, dan gaat de Confederatie naar de aannemers. Naar een plaats waar ze vaak komen: de handelaar waar ze hun bouwmaterialen betrekken. Aannemers krijgen dan niet alleen van hem advies. Op dezelfde

plaats wordt ook uitgelegd hoe ze de materialen moeten gebruiken wanneer zaken als akoestische isolatie en luchtdichtheid een prioriteit zijn. Kortom, zeer concrete en praktische informatie over duurzaam bouwen. Deze aanpak van de Confederatie Bouw BrusselHoofdstad (CBBH) krijgt de steun van het Gewest.

Workshops en infosessies Naargelang de situatie worden infosessies of workshops georganiseerd. Een infosessie gaat over de concrete problemen die op een bouwplaats opduiken,

40 Bouwbedrijf • november 2017

maar is minder hands-on. Een professioneel vakman bespreekt voor een kleine groep een onderwerp en beantwoordt vragen. Een workshop is praktisch gericht. Men laat bijvoorbeeld op een maquette zien hoe de luchtdichtheid van een gebouw gemeten wordt met een blowerdoortest. Met de materialen in de hand gaat men bovendien dieper in op de belangrijkste aandachtspunten: de bepleistering, muren uit gipskarton, schuine daken met een membraan, deuren, raamkaders … Een aannemer-instructeur

Stan Birg van ons lid B-Build heeft al twee keer deelgenomen aan deze opleiding bij de handelaar. Hij vindt het een excellent initiatief van de CBBH en is er zeer tevreden over. Stan Birg: “De tijd ontbreekt ons dikwijls en dan is een handelaar de ideale plaats. We nemen daar de polsslag van de nieuwigheden op de markt. Maar we leggen er ook nieuwe contacten. De workshop over luchtdichtheid gaf veel nuttige informatie. Alles werd uitgelegd aan de hand van een huisje dat er stond. Ik heb toen begrepen hoe complex het is om tot een goed resultaat te komen. Maar ik heb de voordelen ingezien en ben nu overtuigd. Heel belangrijk is dat, want om anderen te overtuigen moet je eerst zelf overtuigd zijn.” Over akoestiek nam hij deel aan een infosessie. Intussen zit hij in een werkgroep over dit onderwerp. Deze is opgezet door de Confederatie en Homegrade, de Brusselse dienstverlening voor particulieren die hun woning willen verbeteren. In verband daarmee werkt B-Build aan een proefproject in Etterbeek.

VRAGEN? Stel ze aan ludwik. kastory@confederatiebouw.be


BRUSSELS GEWEST

ANALYSEREN OP DE MIDDELLANGE TERMIJN

We willen in drie fasen komen tot een afvalbeheer in ons atelier. Eerst gaan we sensibiliseren, en dan verschillende manieren uitproberen om afval op te slaan. In de derde fase gaan we een min of meer definitief systeem invoeren om afval te scheiden. Dat zullen we op de middellange termijn analyseren. We willen ook codes opstellen die we zowel in het atelier kunnen gebruiken als op de bouwplaats en in onze voertuigen. We zoeken verschillende opslagmogelijkheden om mee te experimenteren, bijvoorbeeld zakken. Voor wat grotere hoeveelheden hebben we containers op wieltjes.

Samen met het WTCB hebben we aan het begin een schatting van de afvalproductie gemaakt en een monitoring opgezet. Daarnaast hebben we innovatieve praktijken ingevoerd om gevaarlijk afval zoals siliconenspuiten te beheren.

Isabelle Farcy (Steygers & Co)

Alexandre Guise (Jacques Delens)

ANDERS OMGAAN   GEVAARLIJKE MET PRODUCTEN

Aannemers gezocht die afval beter willen beheren Geïnteresseerd in beter afvalbeheer? Neem dan contact op met de Confederatie Bouw Brussel-Hoofdstad of het WTCB. Zij zoeken aannemers die innovatieve oplossingen willen proberen. Het is de moeite waard! Dat blijkt uit de ervaringen in een gelijkaardig proefproject. In het vorige nummer van Bouwbedrijf kon u lezen over een interessant project over een beter en milieuvriendelijker beheer van bouw- en sloopafval. Het onderzocht onder meer het sorteren, recycleren en hergebruiken van afval en het inzetten van werfafval-wachters.

Het keek naar aspecten als kostprijs, praktische haalbaarheid en organisatie.

Doe mee!

Omdat er een vervolg komt aan deze proefprojecten zijn de CBBH en het WTCB nu op zoek naar aannemers.

WERFAFVAL-WACHTERS MAKEN EEN VERSCHIL

Aarzelt u? Dat hoeft niet. Zoals deze getuigenissen aantonen, is deelname erg leerrijk. De CBBH en het WTCB begeleiden u. De proefprojecten sluiten aan op het Gewestelijk programma voor circulaire economie, en krijgen de steun van Leefmilieu Brussel.

TECHNIEKEN DIE GELD OPLEVEREN

Op onze proefwerf hebben we afval gescheiden en afgevoerd langs verschillende circuits. EPS hielden we apart. Voor plastic verpakkingsafval gebruikten we Clean Site System. Daarnaast waren er de circuits voor gipsblokken en gipsplaten, werkten we samen met Isover voor glaswol enzovoort. We hebben ook werfafval-wachters ingeschakeld. Zij waakten erover dat het sorteren correct gebeurde. Door zorgvuldig te stapelen, konden ze bovendien meer afval in een container krijgen. Een voorbeeld was het gerecupereerd hout. Je zag heel duidelijk het verschil tussen onze houtcontainers vóór en na de tussenkomst van onze werfafval-wachters. We stelden ook hout ter beschikking van spelers als La ferme nos Pilifs of Tomato Chili, om er meubilair of serres van te maken.

Afvalbeheer hoort erbij. We kregen een Excelwerkblad waarop we de hoeveelheden van de verschillende stromen konden volgen. Er bestaan drie grote fracties: metaal, hout en inert afval. We hebben die gescheiden en apart afgevoerd. We hadden ook de kans om isolatiemateriaal te hergebruiken. In plaats van te betalen voor de afvoer, hebben we het materiaal opnieuw gebruikt op een dak. Dat leverde onze onderneming een financieel voordeel op, waarvan de klant mee profiteerde.

Olivier Mahieu (BPC)

Johan Debruyne (zaakvoerder NAD)

november 2017 • Bouwbedrijf 41


De Nationale Raad van Dak- en Dichtingswerken nodigt u uit op haar

VRIJDAG 24 NOVEMBER 2016 ■ Dé leidinggevende vakbeurs en het netwerkevent in de Benelux voor dakdekkers, dakafdichters, fabrikanten, architecten, voorschrijvers en vakmannen uit de dakensector… ■ In de ruime hallen van Brussels Kart Expo van 10u00 tot 20u00. ■ Gratis toegang tot meer dan 140 standen. ■ 4.100 aanwezigen op 1 dag tijd.

Schrijf je nu gratis in als bezoeker via

■ Gemoedelijke sfeer met gratis buffetten en drank.

organisatie:

www.belgianroofday.be

media partner:

initiatief van:

DINSDAG 28 NOVEMBER 2017 Vakbeurs en netwerkevent van het jaar voor fabrikanten, voorschrijvers, architecten en vakmannen uit de volledige afwerkingsector : schilders, schrijnwerkers, plaatsers van plafond- en wandsystemen, parket-, tegel- en mozaïekplaatsers, stukadoors, glazenmakers,… In de ruime hallen van Brussels Kart Expo in Groot-Bijgaarden van 10u00 tot 20u00. Gratis toegang tot meer dan 170 standen. Gemoedelijke sfeer met gratis buffetten en drank.

Schrijf je nu gratis in als bezoeker via www.dagvandeafwerking.be


MOBILITEIT IN VLAAMS-BRABANT

Herinrichting van de Ring, maar ook alternatieven voor de wagen De Vlaamse regering gaat investeren in de Ring rond Brussel. Maar Vlaams minister van Mobiliteit Ben Weyts vertelde de Confederatie Bouw Vlaams-Brabant ook dat er forse investeringen komen in alternatieven voor de wagen. De werken aan de Ring zouden in 2019 beginnen.

lijnen van het zogeheten Brabantnet omvatten de verbindingen Brussel-Willebroek, Brussel-Zaventem Luchthaven en Jette-Zaventem Luchthaven. Samen kunnen deze trams per dag 20 000 auto’s van de Ring halen.

O

Twee miljard

nze lokale kamer van VlaamsBrabant had minister Weyts uitgenodigd om zijn plannen voor de komende jaren uit de doeken te doen. De mobiliteit in de rand rond Brussel is immers een pijnpunt. Of zoals de minister zei tijdens de bijeenkomst in Vilvoorde: “Vlaams-Brabant is het kloppende hart van het land, maar we staan er met zijn allen stil”.

op. Daarom komen er fietstunnels, fietsbruggen en fietspaden boven, onder en rond de Ring, samen goed voor 41 kilometer nieuwe fietsinfrastructuur.

De ambitieuze totaalaanpak voor het Vlaams-Brabantse verkeer vergt een investering van € 2 miljard. Veel geld, maar ook een veel spelers die moeten

Ongevallen

Met 102 000 voertuigpassages per dag is de Ring rond Brussel de drukste weg van het land. Maar dat verklaart op zich de files niet, zei Ben Weyts enigszins verrassend. Ben Weyts: “Het zijn vooral de 1 100 incidenten en accidenten per jaar die de aanleiding zijn. En dat komt doordat er gemiddeld om de 500 meter op- of afritten zijn.” Om die incidenten terug te dringen wil Weyts het lokale en het doorgaande verkeer scheiden over een lengte van twintig kilometer tussen de aansluiting met de E40 richting kust en de E40 richting Leuven. Zo verdwijnen de hachelijke weefbewegingen en kan het verkeer vlotter en veiliger doorstromen.

Sterke alternatieven

Een deel van de files is ook te wijten aan het gebrek aan sterke alternatieven voor de auto. “België is een echt fietsland, ja, ja… maar vooral op zondagochtend!” merkte de minister ironisch

Jean-Christophe Vanderhaegen, Ben Weyts, Jeroen Nevelsteen (voorzitter Vlaams-Brabant) en Jurgen Hamelryck.

Ben Weyts: “Met deze extra investering willen we pendelaars zoveel mogelijk verleiden om de wagen te laten staan. De fiets is ook steeds meer een alternatief voor de wagen in het woonwerkverkeer, zeker met de evolutie de elektrische fietsen.” Ter hoogte van Laarbeekbos komt er een ecoduct waardoor meer groen en extra ruimte wordt gecreëerd voor mens en dier. Met drie gloednieuwe tramlijnen wordt ook het openbaar vervoer een aantrekkelijker alternatief. De drie tram-

samenwerken. Net daarom werd De Werkvennootschap opgericht. Dat is projectvennootschap die de betrokkenen coördineert: Agentschap Wegen en Verkeer, De Lijn en Waterwegen en Zeekanaal. Op die manier hoopt minister Weyts grote projecten vlotter en efficiënter te realiseren. De herinrichting van de Ring zou “ten vroegste kunnen beginnen in 2019”.

INFO: Het adres van de kamer van Vlaams-Brabant vindt u op www.confederatiebouw.be.

november 2017 • Bouwbedrijf 43


FEBELCEM

“Het cementgebruik blijft hoog in België” In de aanloop naar zijn Concrete Day maakte Febelcem een stand van zaken op. Voorzitter Jean-Marc Junon van Belgische federatie van de cementindustrie besprak drie zaken: de Belgische markt, de competitiviteit en de duurzaamheid, en ten slotte de Vlaamse betonstop, “een zegen voor de betonsector”.

J

ean-Marc Junon: “Er werd in België iets meer dan zes miljoen ton verbruikt. Het niveau blijft dus hoog, in tegenstelling tot de meeste buurlanden. We hebben wel een crisis doorgemaakt in 2007-2008 maar in de jaren met een gemeenteraadverkiezing is er altijd een piek in het verbruik.” 2018 zou dus een goed jaar moeten worden voor de Belgische cement­ industrie, ondanks het feit dat ons land meer en meer cement uit het buitenland betrekt. Het aandeel van de invoer steeg van 13 % in 2000 naar 24 % in 2015. De leden van Febelcem voelen daarvan de invloed op hun leveringen. De reus van de sector blijft China. Het is op zijn eentje goed voor 51,4 % van de wereldproductie, die in 2015 afklokte op 4,6 miljard ton.

Kringloopeconomie

Gunstige vooruitzichten dus, maar Jean-Marc Junon had ook een lijst met uitdagingen voor de komende jaren. Daarbij de integratie in een kringloopeconomie. Jean-Marc Junon: “We willen alternatieve brandstoffen uitbuiten, door fossiele brandstoffen te vervangen door afvalproducten. Ook willen we secundaire stoffen opwaarderen, door klinker en natuurlijke grondstoffen te vervangen door producten of afval van andere sectoren, zoals vliegas en hoogovenslakken.” 44 Bouwbedrijf • november 2017

Jean-Marc Junon (rechts) in het gezelschap van directeur André Jasienski (in het midden) en ingenieuradviseur Noël Naert (links).

Febelcem engageert zich daarnaast om alle milieunormen stipt na te leven, de energie-efficiëntie te verhogen en de uitstoot van CO2 terug te dringen. Deze en andere punten vormen een onderdeel van een stappenplan. Dat werd uitgewerkt in samenwerking met het Waals Gewest met het oog op 2050. Het sluit aan op de brancheakkoorden die Wallonië heeft gesloten met verschillende sectoren.

10 000 tot 14 000 banen

Stabiele ontwikkeling is een andere uitdaging. De cement- en de beton-

sector creëren rechtstreeks of onrechtstreeks 10 000 tot 14 000 banen in ons land. Jean-Marc Junon: “We willen lokaal blijven produceren voor de lokale consumptie. Dat is één van de fundamentele principes van een kringloopeconomie en van duurzame ontwikkeling. In tegenstelling tot wat men vaak denkt, is beton het duurzame bouwmateriaal bij uitstek. Het heeft een voorbeeldig levenscyclus en is volledig recyclebaar aan het einde van de levensduur.” Bovendien gebruikt beton volgens


“Beton is het duurzame bouwmateriaal bij uitstek.”

Junon in die hele levenscyclus zeer weinig grijze energie, met andere woorden energie uit fossiele bronnen.

Andere stedenbouw

In de toekomst zullen we meer in de hoogte en ondergronds moeten bouwen.

WAAR GAAT DAT CEMENT NAAR TOE? Febelcem heeft het marketingbureau Essencia laten onderzoeken waarvoor we beton gebruiken bij renovaties en nieuwbouw. Welke trends zijn er op dat vlak? In de nieuwbouw van woningen zijn betonvloeren – ter plaatse gestort of geprefabriceerd – de belangrijkste afzetmarkt. Welfsels verliezen terrein ten opzichte van breedplaten. Deze krijgen de voorkeur van architecten omdat ze dunner en lichter zijn. Hun productie kan ook gemakkelijker geautomatiseerd worden en ze zijn geschikter voor hoogbouw. Ook de betonwanden vormen een grote markt, met een sterke groei van de geprefabriceerde muren. De betonnen dakpannen, met hun gunstige prijs, doen het eveneens goed. Bij renovaties wordt minder beton gebruikt. Maar daartegenover staat dat er veel meer renovatie- dan nieuwbouwprojecten zijn. In de residentiële sector is in heel Europa de renovatiemarkt nu groter dan de nieuwbouw. Een duizendtal eigenaars gaf in het onderzoek aan waarom ze renoveerden. De top-3 bestond uit “meer comfort” (door 50 % aangestipt), “moderniseren” (46 %) en “energiebesparing” (37 %). Pas dan kwamen de dringende herstellingen (34 %). De meest gebruikte betonproducten tijdens een renovatie zijn metselblokken, niet alleen voor binnenwanden (4 %) maar ook voor gevels (4 %) en als structuurmateriaal voor uitbreidingen (14 %). Ook de dakpannen zijn populair (6 %).

Het derde grote onderwerp dat Junon besprak was de betonstop. Vanaf 2040 wil Vlaanderen geen open ruimte meer aansnijden voor bebouwing. We zullen het moeten doen met de ruimte die we dan hebben. Een halt toeroepen aan de betonproducten is dus niet bedoeling – gelukkig maar voor Febelcem. Jean-Marc Junon: “Ook het Waals Gewest wil geleidelijk het ruimtebeslag voor bebouwing beperken. Dat vraagt een betere planning en een andere stedenbouw. De bestaande bebouwing moet verdicht worden in de steden. Men zal meer in de hoogte en ondergronds moeten bouwen, een functionele mix bevorderen, de mobiliteit verbeteren, de bestaande netwerken onderhouden …” Een hele opgave, maar Febelcem ziet het als een kans voor de sector. Deze staat klaar om de talrijke uitdagingen aan te gaan. Jean-Marc Junon: “Op het vlak van energie presteert beton opmerkelijk goed. Dankzij zijn thermische inertie zijn besparingen tot 30 % mogelijk op verwarming. Het is sterk, het brandt niet … en het geeft architecten en aannemers talrijke mogelijkheden.”

november 2017 • Bouwbedrijf 45


DIGITAL CONSTRUCTION BRUSSELS

De leveranciers die er voor u waren

division - Lab9 Construct

46 Bouwbedrijf • november 2017


Zoekt u een partner voor de digitalisering van uw onderneming? Dan hopen we dat u op 11 en 12 oktober naar Digital Construction Brussels gekomen bent. Een uitgebreide staalkaart van leveranciers, providers en producenten deed mee aan deze unieke beurs van de Confederatie. We waren blij dat ze er waren. Kans gemist? Geen probleem, u kunt hen nog altijd uw vragen en projecten voorleggen.

november 2017 • Bouwbedrijf 47


WTCB

De plaatsing van textiele vloerbekledingen

De sector van de textiele vloerbekledingen is in volle bloei en de kennis over deze producten en hun effecten is in stijgende lijn. De normalisatie die hieruit voortgevloeid is, heeft geleid tot een sterke vooruitgang op het gebied van de productie. In een nieuwe WTCB-publicatie, de Technische Voorlichting nr. 262, die opgesteld werd door een multidisciplinaire werkgroep in de schoot van het Technische Comité 'Schilderwerk, soepele muur- en vloerbekledingen', wordt er dieper ingegaan op dit onderwerp. werken komen uitgebreid aan bod en dit, in functie van het type vloerbekleding dat geplaatst zal worden. Ten slotte wordt er ook nog aandacht besteed aan de schoonmaak en het onderhoud. De focus van deze nieuwe publicatie ligt op kamerbreed tapijt en tapijttegels. Afgepaste tapijten, karpetten en lopers komen echter niet aan bod in dit document, aangezien deze producten niet beschouwd worden als bouwmaterialen in de zin van de Bouwproductenverordening.

Waarover hebben we het precies?

G

elet op de technische ontwikkelingen van de afgelopen jaren was het de hoogste tijd om de grote diversiteit aan textiele vloerbekledingen in de kijker te zetten en tegelijkertijd de aandacht te vestigen op de eisen die gesteld worden aan de ondergrond om te kunnen komen tot een plaatsing volgens de regels van de kunst. De TV 262 geeft eerst een overzicht van de verschillende types textiele vloerbekledingen en de voorschriften waaraan ze moeten voldoen om vervolgens in te gaan op de ondergronden waarop ze geplaatst kunnen worden en de eisen die hieraan gesteld worden. Ook de voorbereidings48 Bouwbedrijf • november 2017

Een vloerbekleding is een product dat op een afgewerkte ondergrond (bv. dekvloer, glad beton, houten vloer) aangebracht wordt om het uitzicht ervan te verbeteren, om deze comfortabeler, gladder, zachter, akoestisch absorberender te maken en dergelijke meer. De redenen om een vloer te bedekken zijn talrijk en elke vloerbekleding heeft haar specificiteiten. De TV 262 wijdt een volledig hoofdstuk aan de verschillende types textiele vloerbekledingen, met foto’s en schema’s van de inslagdraden en de poollussen, een voorstelling van de bovenzijde, de dwarsdoorsnede, de fabricageprocedés ... Er wordt ook gekeken naar de mogelijke afwerkingen van de rugzijde (bv. clicksystemen) en de functie van het ondertapijt. Textiele vloerbekledingen zijn vloer-

bekledingen waarvan de gebruiks- of slijtlaag bestaat uit natuurlijke of chemische textielvezels (kunstvezels of synthetische vezels), dan wel uit een mengsel hiervan, met of zonder pool. Ze zijn beschikbaar onder de vorm van banen (stroken op rol) of tegels. Een verkeerd gekozen vloerbekleding zal niet alleen aanleiding geven tot tal van problemen, maar zal ook veel sneller verslijten en aan vervanging toe zijn. Indien men duurzaam wil bouwen, zal men dan ook doordacht te werk moeten gaan bij de keuze van zijn vloerbekleding.

Hoe kan men aan de verwachtingen voldoen?

Bij de keuze van een textiele vloerbekleding kan men zich laten leiden door verschillende criteria: esthetiek, zintuiglijke waarneming, thermisch of akoestisch comfort, aanvoelen, functionele parameters (weerstand tegen slijtage, vocht, vlekken, chemische aantasting), economische overwegingen (berekende kosten), veiligheid, ecologische duurzaamheid, gezondheid ... De TV 262 geeft een overzicht van de verschillende eisen die gesteld kunnen worden aan textiele vloerbekledingen. Dit gebeurt over vijfentwintig rijkelijk becommentarieerde pagina’s met meerdere tabellen. Het is onmogelijk om alles hier samen te vatten, maar enkel en alleen al door te kijken naar de v de sym-


Voorbeeld van een gestructureerd bouclétapijt.

stuk aangepast moet zijn aan de persoon die het draagt, geldt ook voor een vloerbekleding dat deze moet gekozen worden in functie van de ondergrond. Elke ondergrond heeft zijn eisen. Verhoogde vloeren of houten vloeren mogen niet op dezelfde manier behandeld worden als metalen vloeren of hydraulische dekvloeren. Een textiele vloerbekleding kan evenzeer aangebracht worden op een betonvloer, een droge dekvloer of een tegelvloer. Het is ten slotte ook nog mogelijk – hoewel dit verre van ideaal is – om een textiele vloerbekleding te plaatsen op een bestaande elastische vloerbekleding. De plaatsing van een nieuwe textiele vloerbekleding op een bestaande textiele vloerbekleding, is daarentegen afgeraden. Het strekt tot aanbeveling om steeds over te gaan tot de verwijdering ervan. Voor al deze gevallen heeft het WTCB waardevol advies te geven. Zo zijn er bijvoorbeeld voor wat betreft de vlakheid van de ondergrond en het restvochtgehalte ervan bepaalde grenswaarden die niet overschreden mogen worden. Verder moeten de ondergronden ook nog over een aantal mechanische karakteristieken beschikken, zoals een zekere druksterkte, ponsweerstand en oppervlaktecohesie (treksterkte door hechting). Bepaalde ondergronden vertonen zichtbare scheuren. In andere ondergronden zijn er dan weer constructievoegen, hernemingsvoegen of verdeelvoegen aanwezig. Nog andere ondergronden zijn poreus. Voor elk van deze gevallen zijn er in de TV 262 nuttige raadgevingen opgenomen.

Andere behandelde aspecten

bolen op p. 50, kan u het al raden: om een vloerbekleding als ‘goed’ te kunnen bestempelen, moeten er verschillende zaken in acht genomen worden. In de TV nr. 262 gaat er tevens bijzondere aandacht uit naar de aspecten hygiëne, gezondheid en milieu.

Geen bekleding zonder ondergrond

Om het uitzicht en de duurzaamheid

van een textiele vloerbekleding te waarborgen, volstaat het niet om alleen maar rekening te houden met de intrinsieke karakteristieken ervan. Een bekleding, of deze nu textiel is of niet, is steeds bedoeld om een naaktheid te verdoezelen. Een vloerbekleding kan met andere woorden beschouwd worden als een kledingstuk dat op de huid van de ondergrond aangebracht wordt. En net zoals een kleding-

Het gebruik van geschikte materialen voor de plaatsing, het naleven van specifieke plaatsingsprocedures en een gepast onderhoud zijn essentiële voorwaarden om de duurzaamheid van een textiele vloerbekleding te waarborgen. Aan elk van deze onderwerpen wordt er in de TV 262 een volledig hoofdstuk gewijd. Zo kan het om de vlakheid van de ondergrond te verzekeren in bepaalde gevallen nodig zijn om een nivelleringsmortel aan te brengen. Het gebruik van een primer wordt steeds aanbevolen. In sommige gevallen zal dit zelfs noodzakelijk zijn. Het spreekt echter voor zich dat men hiertoe een geschikt product ››› november 2017 • Bouwbedrijf 49


WTCB ››› moet kiezen. De TV 262 reikt in deze

context een aantal hulpmiddelen aan. Idem voor de eventuele dampremmende coating, waarvan het gebruik aanbevolen is indien de ondergrond nog een zekere hoeveelheid bouwvocht bevat, en voor de diverse egalisatieproducten, die zeer nuttig kunnen zijn indien de ondergrond onvoldoende vlak is. Om de vloerbekleding aan de ondergrond te bevestigen, bestaan er ook verschillende middelen die in de Technische Voorlichting telkens kort becommentarieerd worden: klassieke lijmen en pick-uplijmen, zogenoemde droge lijmsystemen, of nog, andere bevestigingsmiddelen zoals verankeringslatten voor een gespannen plaatsing en diverse mechanische bevestigingen zoals clips, roeden en thermolijmende lasbanden. Het nazicht van de staat van de ondergrond waarop de plaatsing zal gebeuren en de voorbereiding van deze ondergrond (behandeling van scheuren, beheersing van het vochtgehalte, primer, egalisatielaag ...) zijn noodzakelijke stappen die in de TV 262 beschreven worden. Hoe dient men de oude vloerbekleding te verwijderen? Hoe voert men een plaatselijke herstelling met een herstelmortel uit? Hoe brengt men de verankeringskrammen over de scheuren aan? Hoe dient men de voegen te behandelen? Hoe brengt men de dampremmende coating en de egalisatielagen aan? Al deze vragen komen aan bod in het document en worden ter verduidelijking geïllustreerd met een foto of een schema. En wat met de opslag van de materialen, het inplanten, het versnijden, het uitleggen volgens een dambordpatroon, het evenwijdig uitleggen met al dan niet verspringende voegen (in de lengte of in de breedte) of het plaatsen van de tegels in het wilde weg (ad random)? Al deze vragen worden beantwoord en rijkelijk geïllustreerd in de Technische Voorlichting Dit geldt eveneens voor de losse plaatsing en de plaatsing door volledige verlijming, het uitstrijken van de lijm met de spatel en de correcte (regel-

50 Bouwbedrijf • november 2017

Symbool ter aanduiding van de brandreactieklasse.

Symbool ter aanduiding van de slipweerstandsklasse DS.

Symbool ter aanduiding van het antistatische karakter van een vloerbekleding.

Ponsweerstandsproef op een dekvloer.

matige) en slechte aanbrenging van het lijmbed. De TV bevat tal van foto’s aan de hand waarvan men zich een beeld kan vormen van de diverse werktuigen, zoals de wals voor het aandrukken en de buisen kniespanners die gebruikt worden bij de gespannen plaatsing op een vlak oppervlak.

De TV 262 biedt een antwoord op vele vragen

Hieronder vindt u een aantal vragen die u zich zou kunnen stellen omtrent textiele vloerbekledingen en waarop u een antwoord kan vinden in de TV nr. 262: • wat zijn de toelaatbare vochtgehalten voor de dekvloer bij de plaatsing van een textiele vloerbekleding? En voor

welke alternatieven kan men kiezen indien het vochtgehalte te hoog blijft? • hoe kan men in het geval van een gelijmde plaatsing een geschikte lijm kiezen afhankelijk van de aard van de ondergrond en de vloerbekleding? • wat zijn de minimale omgevingsvoorwaarden voor de plaatsing van textiele vloerbekledingen? • wat zijn de belangrijkste aandachtspunten bij de plaatsing van een vloerbekleding op een trap?

INFO : Enkel de nieuwe Technische Voorlichting nr. 262 over de uitvoering van textiele vloerbekledingen mag als referentie beschouwd worden. Dit document kan gedownload worden via www.wtcb.be, met behulp van een geldige account of aangekocht worden op papier door contact op te nemen met de Dienst Publicaties van het WTCB (02/716.42.11 of publ@bbri.be).


Nieuwe uitdagingen, nieuwe competenties De technologische veranderingen binnen de bouwsector vragen nieuwe competenties van de betrokken actoren. De opkomst van verschillende technische innovaties en BIM tillen onze werkmethoden naar een ander niveau. Het is dan ook noodzakelijk om de toekomstige bouwprofessionelen hierop voor te bereiden, maar ook de huidige teams. Zo kan iedereen op een correcte manier omgaan met deze nieuwe hulpmiddelen. Algemeen overzicht

De digitale revolutie in de sector is een feit en komt tot stand door het gebruik van een groot aanbod aan nieuwe technieken (drones, 3D-printing …), maar vooral door nieuwe werkmethoden via BIM. De mensen moeten zich opnieuw aanpassen en nieuwe competenties aanleren, dit vormt een uitdaging zowel voor een initiële vorming, maar ook voor de opvolging erna. In verscheidene landen worden er acties ondernomen om de competentienoden in kaart te kunnen brengen en aangepaste opleidingen en cursussen te organiseren. Een voorbeeld om hieraan tegemoet te komen is de organisatie van beurzen waar de samenwerking tussen het professionele milieu en het onderwijsmilieu wordt bevorderd. Een voorbeeld hiervan is het salon EDUBIM dat elk jaar sinds 2015 georganiseerd wordt in Frankrijk of de BIM onderwijsdag in Nederland, die deel uitmaakt van de actieplannen van BIR (Bouw Informatie Raad). De eerste editie vond plaats op 10 oktober 2017. Ook Engeland is actief op het vlak van BIM-opleidingen. Het BIM Academic Forum (BAF), een werkgroep bestaande uit vertegenwoordigers van verschillende

Engelse universiteiten, werd opgericht in 2011 om de academische aspecten van BIM uit te bouwen. Bij de Zuiderse landen neemt Spanje het voortouw met onder andere de organisatie van de European BIM Summit waarvoor er een academische groep opgericht is. De derde editie vond plaats in mei dit jaar.

Inzoomen op België

Ook in België bewegen er dingen om tegemoet te komen aan de nieuwe noden van de sector op het vlak van competenties. In de eerste plaats merken

we dat er meer en meer opleidingen rond BIM en nieuwe technologieën georganiseerd worden. Om hier een overzicht van te kunnen behouden werken Cluster BIM en het Technische Comité BIM & ICT van het WTCB samen (werkgroep 5 ‘Opleidingen’) om een inventaris op te stellen van de bestaande opleidingen over het thema BIM en digitaal bouwen in België. De bedoeling is om deze lijst publiek te maken en een systeem op te zetten, zodat deze lijst aangevuld kan worden door de aanbieders van opleidingen.

Naast deze lijst wordt ook de laatste hand gelegd aan een competentiematrix. De noodzakelijke competenties in het kader van BIM worden opgedeeld in verschillende thema’s en niveaus. Het opzet is dat elke opleiding een plaats krijgt in de matrix, zodat het voor de mensen die een opleiding willen volgen of voor de bedrijven die een opleiding willen aanbieden duidelijk is welke opleiding voor hun interessant is. De matrix zal gekoppeld worden aan de lijst van opleidingen om zo te komen tot een performante en up-todate zoekmachine waar de verschillende opleidingen vergeleken kunnen worden volgens dezelfde richtlijnen. Vervolgens zal er ook gewerkt worden aan de vaak gehoorde klacht van de bouwsector dat er een gebrek is aan coördinatie tussen de opleiding die pas afgestudeerden hebben gekregen en de verwachtingen in de praktijk. Ook hier zal werkgroep 5 aan werken door de verschillende onderwijsinstellingen en de bouwprofessionelen samen te brengen rond de tafel om deze problematiek aan te kaarten. Uiteraard specifiek gericht op de digitalisering van de bouwsector.

Uitdaging

Het WTCB is actief betrokken bij verschillende projecten die specifiek gericht zijn op het in kaart brengen van de veranderingen die BIM en andere technologieën teweegbrengen in de bouwsector. Twee ervan zijn het Technische Comité BIM & ICT dat op federaal niveau werkzaam is en Cluster BIM op het Vlaamse niveau. Het Technisch Comité fungeert als een nationaal platform voor de acties dit het gebruik van BIM en digitale toepassingen in de bouwsector promoten en kaderen. Cluster BIM in Vlaanderen is, zijn naam zegt het zelf, een groep van bouwbedrijven en bouwprofessionelen die samen komen om te kijken hoe te anticiperen op BIM. Op deze manier staat men er niet alleen voor en heeft men een bredere kijk op de dingen.

Het is duidelijk dat de nieuwe technologieën en de nieuwe manier van samenwerken verscheidene uitdagingen met zich meebrengen. Gelukkig zijn er al verschillende projecten op poten gezet om deze evolutie in de sector te ondersteunen via opleidingen op maat. MEER WETEN: www.bimportal.be

november 2017 • Bouwbedrijf 51


HOOFDSTEDELIJK GEWEST

De opgefriste Kleine Zavel, een vlaggenschip van Beliris Sinds juli ligt de Kleine Zavel in Brussel er als nieuw bij. De renovatiewerken werden mee gecoördineerd door ons lid Verstraete/Vanhecke, en de opdracht kreeg geld van Beliris, een samenwerking van de federale overheid met het Brussels Gewest. Bouwbedrijf vroeg aan bevoegd federaal minister Didier Reynders wat Beliris nog in petto heeft voor de aannemers.

B

russel is de Belgische (en de Europese, en de Vlaamse …) hoofdstad en die functie verdient uitstraling. Bovendien komen er dagelijks honderdduizenden Vlamingen en Walen werken, wat de infrastructuur zwaar belast. Dit alles kost geld. Beliris is, kort samengevat, het mechanisme waarmee de federale overheid deze bijkomende behoeften deels financiert. Didier Reynders: “Toen ik de teugels van Beliris overnam, heb ik drie grote investeringsdomeinen gedefinieerd: mobiliteit, cultuur en ten slotte de sector die opleiding en onderzoek omvat. Ieder jaar investeert Beliris ongeveer € 120 miljoen in Brusselse projecten. De helft gaat naar mobiliteit en de rest 52 Bouwbedrijf • november 2017

is gelijk verdeeld over de twee andere domeinen.

MIVB

De Kleine Zavel is klaar, nu wordt de metro in de komende jaren het vlaggenschip-project van Beliris. Er zal een nieuwe lijn aangelegd worden van Brussel-Noord naar Bordet in Evere. Voor deze Metro Noord moeten zeven nieuwe metrostations en een stelplaats in Haren gebouwd worden. De Brusselse regering heeft de vergunningsaanvragen door Beliris bekrachtigd. Het Gewest moet nu de openbare onderzoeken en de effectenstudies organiseren. Vergunningen in 2019 zijn het doel. De lijn zal wellicht in 2028 opengaan.

Didier Reynders: “De inzet is zeer groot. Dit project sluit naadloos aan op de uitbouw van de mobiliteit in Brussel. De samenwerking met de MIVB is onmisbaar. Er zijn ook 10 000 parkeerplaatsen gepland in de buurt van de stations. Op dit moment zijn er niet meer dan 2 000, en dat is te weinig.” Metro Noord zal € 857 miljoen kosten, metrostellen niet meegerekend. In totaal zal het uitkomen op een miljard, en Beliris investeert elk jaar € 50 miljoen in dit project. Op de langere termijn moet Metro Noord starten in het treinstation van Brussel-Zuid. Didier Reynders: “Maar dat gedeelte zit nog in de fase van de studies. Die worden gefinancierd door Beliris.”


De standbeelden op de Kleine Zavel kregen een grondige facelift.

theek en een Innovation Center komen. Daarvoor zal een nieuw gebouw opgetrokken worden met een oppervlakte van 9 000 vierkante meter. Het brengt alle technische en wetenschapsbibliotheken van de twee universiteiten samen en moet een kennis- en uitwisselingscentrum worden voor 14 000 studenten en onderzoekers. Normaal gezien wordt de vergunningsaanvraag volgend jaar ingediend.

Buurten herwaarderen

De renovatiewerken namen bijna drie jaar in beslag.

Renovatie Jubelpark

Cultuur dan, waarin Beliris ongeveer € 30 miljoen per jaar investeert. Bij de grote projecten de renovatie van het Koninklijk Conservatorium Brussel die in 2018 zou moeten starten, de aanleg van een tunnel tussen de Muntschouwburg en zijn ateliers, werken aan de gebouwen in het Jubelpark en de herinrichting van het park zelf en ten slotte de werken aan BOZAR (het Paleis voor Schone Kunsten). Didier Reynders: “We zijn ook aan het nadenken over de ontwikkeling van het museum voor hedendaagse kunst, waarvoor een project bestaat in het Citroen-gebouw. In 2019 hopen we iets concreets te kunnen voorleggen.” Wat betreft opleiding en onderzoek is Beliris betrokken bij de bouw van een internationale studentenwijk in de buurt van de campus van de VUB en de ULB. In 2017 vroeg het Brussels Gewest aan Beliris om daarvoor de aankoop te financieren van de nabijgelegen terrei-

“Voor al deze projecten hebben we de bouwsector nodig” Didier Reynders:

nen, waarop oude kazernes staan. De sanerings- en asbeststudie zijn gepland in 2018. Didier Reynders: “Er komen studentenkoten, woningen en faciliteiten voor onderzoek en onderwijs. Het is een mooi voorbeeld van een samenwerking tussen het Gewest en de universiteiten.” Later zullen op de site ook een biblio-

Beliris spant zich niet alleen in voor de drie grote domeinen maar ook voor de herwaardering van Brusselse wijken. Didier Reynders: “Daarvoor zouden we PPS kunnen opzetten. Ik denk daarbij aan enkele voorbeelden van renovatieprojecten in de kanaalzone. Als je woningen, scholen, crèches en winkels combineert, kun je grotere werken realiseren. Dergelijke projecten werken heel goed in Scandinavië. Waarom zou het bij ons niet kunnen? De buurten in deze stad moeten een nieuwe start kunnen nemen. De herbestemming van de gevangenissen van Vorst en Sint-Gillis is een goed voorbeeld.” Een belangrijke rol spelen de wijkcontracten. Aansluiten op de contracten voor de Lemmenswijk in Anderlecht en de Meridiaanwijk in Sint-Joost gaat de bouw van nieuwe woningen in deze gemeenten verder in 2018. Beliris heeft ook geld voor de herstelling van straten in de Fontainaswijk in Sint-Gillis en de Scepterwijk in Elsene. Ten slotte zijn er nog wijkcontracten in Schaarbeek, de stad Brussel en Etterbeek.

Tegen sociale dumping

De oplettende aannemer heeft het intussen begrepen: Beliris is een zegen voor de bouw. Maar … Didier Reynders: “Die moet dan wel voorspelbaarheid geven aan al deze projecten en de inzet op de lange termijn inzien. Een hele stapel kansen en nieuwe constructies zullen het daglicht zien in het Brussels gewest. En daarvoor hebben we de bouwsector nodig.” Niet tegen om het even welke prijs, evenwel. Beliris doet namelijk mee aan de strijd tegen de sociale dumping. Didier Reynders: “We bestuderen systematisch iedere opdracht afzonderlijk en houden de situatie zeer nauwgezet in het oog. Daarvoor werken we trouwens nauw samen met de bouwsector.”

november 2017 • Bouwbedrijf 53


Eén dag voor alle technieken Fedelec en ICS lanceren samen een unieke vakbeurs

the save te da

VRIJDAG 1 DECEMBER 2017

De eerste Belgische vakbeurs voor alle installatietechnieken: binnenklimaat, sanitair, elektrotechniek, automatisering én beveiliging, verwarming, schoorsteenvegen, waterbehandeling.

 In de ruime hallen van Brussels Kart Expo van 10u00 tot 20u00.  Gratis toegang voor bouwprofessionals.  Sfeer en gezelligheid verzekerd dankzij gratis buffetten en drank.

Meer informatie over het boeken van een stand voor dit unieke evenement via steve.caufriez@confederatiebouw.be. www.installday.be organisatie:

mediapartners:

Fedelec magazine

ICS magazine

initiatief van: Elektrotechnische ondernemers


SOCATRA B House in Evere, een recent project met 200 flats.

op wat betreft de huur, de verkoopprijs, de oppervlakte enzovoort. Zo krijgen jonge gezinnen de kans om de vastgoedladder te betreden. Voor die activiteit richtte Socatra de nv Bruxelloise de rénovation op. Het resultaat kunt u onder meer bewonderen in de Van Arteveldestraat in het centrum van Brussel.

Niet alleen Brussel

Al een halve eeuw een familiezaak Ons lid het Brusselse bouwbedrijf Socatra vierde dit jaar zijn vijftigste verjaardag. In al die tijd zijn zowel het management als de aandelen altijd 100 % familiaal gebleven. Bouwbedrijf ging op bezoek gedelegeerd bestuurder Alexandre De Cesco.

S

ocatra is een afkorting van Société d’application de travaux, vrij vertaald: “maatschappij voor de uitvoering van werken”. Grote bouwwerken zelfs, want Socatra heeft een erkenning in klasse 8 en is ISO 9001 gecertificeerd. Alexandre De Cesco staat aan het roer van de onderneming samen met zijn zus Claudia, die eveneens gedelegeerd bestuurder is. Alexandre De Cesco: “Mijn vader Nicolo emigreerde na de Eerste Wereldoorlog van Italië naar België en richtte hier een bouwbedrijf op. Het was de tijd van

Alexandre De Cesco

de Art Déco, en hij voerde veel mozaïek- en granitowerken uit, onder meer in publieke zwembaden en in de justitiepaleizen van Brussel en Antwerpen.” In 1967 werd dan Socatra

opgericht. Een jaar of tien later begon de firma met vastgoedontwikkeling. Ze was een voorloper in de bouw van zogenaamde geconventioneerde woningen. De overheid legt daaraan eisen

Socatra telt een honderdvijftigtal medewerkers. Het natuurlijke jachtgebied is Brussel en omstreken. Bekende projecten zijn de renovatie van het Métropolehotel in het centrum van de hoofdstad en de abdij van Ter Kameren in Elsene. Maar onlangs kwam ook het buitenland aan de beurt, met de verbouwing van een fabriek in het Franse Rijsel tot tachtig appartementen.

Net niet!

Soms, soms mislukt het ook wel eens. Zoals tijdens de wedstrijd voor de bouw van het Belgische paviljoen op de wereldtentoonstelling van 2015 in Milaan. Het voorstel van ons lid kwam als tweede uit de bus. Alexandre De Cesco: “De minst benijdenswaardige plaats … En de administratie bleek ons nauwelijks wat verschuldigd te zijn. We hebben tussen de € 120 000 en de 150 000 in onze deelname geïnvesteerd, en kregen voor onze inspanningen € 15 000. Tegen zulke tarieven zien we het ons niet elk jaar doen. Maar ons ontwerp is wel een mooi visitekaartje!”

november 2017 • Bouwbedrijf 55


BOUWMARKT

Imperium gevelsteen nu ook beschikbaar in Iluzo-formaat

"De Imperium gevelsteen is nu ook beschikbaar in Iluzo-formaat." Dat maakte Wienerberger bekend in een persbericht. De gevelsteencollectie Imperium is toe-

gesneden op maat van fijnproevers. Het kaleilaagje waarmee de steen is afgewerkt, geeft gevels immers een krachtige, robuuste uitstraling. Goed nieuws dus dat de collectie nu nog aan flexibiliteit en toepassingsmogelijkheden wint. Gevelstenen in Iluzo-formaat hebben een uitholling in hun legvlak. Daardoor kan de metselaar ze verwerken met een gewone mortellaag van 12 mm, maar hebben zij toch het uitzicht van een verlijmde gevelsteen. Er komen nu meteen vier nieuwe kleuren bij. Het nieuwe Imperium omvat namelijk naast de Albius en Flavius met hun lichte, intense tinten ook de Notus en Nerus. Met hun middengrijs respectievelijk donkergrijs scala aan kleurtoetsen sluiten die twee laatste gevelstenen nauw aan bij de actuele architectuurtrends.

www.wienerberger.be

De Steel Calculator van Promat rekent voor Stalen draagconstructies moeten een beschermlaag krijgen tegen brand. Hoe dik moet die zijn? Dat kunt u berekenen met de Steel Calculator van Promat. Deze handige tool doet de berekening voor profielen van uiteenlopende vormen en afmetingen. Zonder bijkomende bescherming hebben dragende profielen een brandweerstand van slechts 15 minuten. Maar ze moeten hun dragende functie lang genoeg uitoefenen om de bewoners en gebruikers

van een gebouw een uitgang te vrijwaren naar veiligheid. De Steel Calculator werkt met het hele productgamma van Promat: brandwerende platen, brandwerende verf en brandwerende spuitmortel. De vereiste plaatsingsdiktes, toepassingen en dergelijke worden in een kant-en-klaar document aangeleverd, dat je via e-mail kunt versturen. Zin in tijdwinst? Laat de Steel Calculator van Promat het werk doen!

www.promat.be

Siniat lanceert Prégy AIR, de gipsplaat die de luchtkwaliteit verbetert Siniat lanceerde zopas Prégy AIR, een gipsplaat die de kwaliteit van de binnenlucht verbetert dankzij haar speciale gipskern die tot 70 % van de formaldehydeconcentratie in de binnenlucht absorbeert. Deze kern transformeert deze concentratie tot inerte componenten die niet meer worden afgegeven. Formaldehyde is een organische stof die voorkomt in het binnenmilieu en die teruggevonden kan worden in onder andere meubels en bouwproducten uit hout, isolatiematerialen, verven, behangpapier, lijmen, reinigingsproducten. Door de absorptie van formaldehyde door Prégy AIR, wordt de concentratie in de binnenlucht verlaagd. Dit nieuwe product van Siniat is dan ook heel nuttig voor kwetsbare groepen, zoals baby's, kinderen en ouderen die er belang bij hebben om lucht in te ademen die slechts lage concentraties van polluenten bevat. Siniat is onderdeel van Etex Building Performance, een groepering van merken en een samenwerkingsverbond voor technische vooruitgang in de droogbouwsector.

www.siniat.be

56 Bouwbedrijf • november 2017


LEDENKORTINGEN NOVEMBER

november 2017 • Bouwbedrijf 57


MARKANT

Detachering in de bouw blijft toenemen Het aantal buitenlandse arbeidskrachten dat naar ons land gedetacheerd wordt om hier in onze sector te werken, blijft toenemen. Dat blijkt uit de recentste statistieken. De Confederatie gebruikte als maatstaf het aantal aangegeven gedetacheerden die op de laatste dag van een trimester hier op een bouwplaats aan de slag waren. In 2016 waren er dat voor een gemiddeld trimester 46 600. Maar nemen we de periode van oktober 2016 tot september 2017, dan waren het er al 50 000 geworden, een stijging met 7 %. Dat moet vergeleken worden met 158 000 arbeidskrachten die onder de Belgische sociale zekerheid vallen. Conclusie: de buitenlandse onderaanneming in de bouw blijft toenemen. De trend is niet omgebogen, wat sommige politici ook mogen denken. De EU wil de regels voor detacheringen aanscherpen. Als we dit schrijven, hebben de Europese ministers van Werk daarover een akkoord bereikt. Het bevat onder meer

20,3 %

Stijging met 7 % van het aantal gedetacheerden in minder dan een jaar.

het principe “gelijk loon voor gelijk werk”. De Confederatie is niet tegen detachering. Maar in een persbericht wees Robert de Mûelenaere (gedelegeerd bestuurder Confederatie) erop dat het akkoord de unfaire concurrentie door buitenlandse

firma’s niet wegwerkt. Robert de Mûelenaere: “In sommige sectoren, waaronder de bouw, zorgt het vrije verkeer van diensten voor een scheefgetrokken concurrentie. Belgische bedrijven gaan failliet en werknemers verliezen hun job.”

6,8%

58 Bouwbedrijf • november 2017

De boodschap van de Confederatie trof doel en werd geciteerd door de kwaliteitskranten. Uw beroepsorganisatie kwam ook uitgebreid aan het woord op tv (VTM- en VRT-journaal), op de radio (VRT en RTBf) en op Kanaal Z.

Na hun pensioen in 2016 bleven 5 144 zelfstandigen aan de slag in de bouw. Dat blijkt uit statistieken van het Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen (RSVZ). Inbegrepen in dat getal zijn helpers zoals meewerkende echtgenotes. Het gaat om 6,8 % van de ongeveer 76 000 zelfstandigen in onze sector. Dat is een lager aandeel dan in de totale economie, waarin 9,3 % van de zelfstandigen actief bleef. Bekijken we de cijfers voor de bouw per gewest dat valt op dat in Brussel slechts 180 zelfstandigen bleven werken na hun pensioen. In Vlaanderen zijn het er 3 327 en in Wallonië 1 637. In beide gevallen is dat 7,7 % van het gewestelijke totaal.


ONZE BELOFTES aan raamfabrikanten Iedereen houdt van VEKA comfort! Voor u betekent dat dat u zich volledig kan concentreren op uw klanten en uw producten. Daarom beloven wij aan al onze raamfabrikanten dat wij:

PVC profielen in klasse A en een grote keuze aan kleuren en systemen leveren

Helpen om uw zaak te doen groeien met uitzonderlijke productie- en marketingondersteuning en -diensten net als een snelle levering

Duurzame materialen gebruiken, ondersteund door een gecertificeerd, innovatief recyclagesysteem

WIL JE WETEN HOE WIJ ONS AAN ONZE BELOFTES HOUDEN? www.veka-comfort.be

VEKA AG Dieselstr. 8 D-48324 Sendenhorst Duitsland PAbsil@veka.com


DE KROON OP UW WERK ! buitenhoeken

buitentophoeken

bogen

binnenhoeken

DAKRANDPROFIELEN* *tot 300mm hoogte

binnentophoeken

DAKRANDPROFIELEN EN DAKAFWERKING

standaard spuwers

MUURAFDEKPLATEN EN RAAMDORPELS

CLAERHOUT ALUMINIUM IS UW PARTNER VOOR ALUMINIUM DAKRANDPROFIELEN, MUURAFDEKPLATEN, PLOOIWERK EN MAATWERK.

keiremmen

MAATWERK

3-delig profiel

Blokkestraat 2 | 8530 Harelbeke | T +32 (0)56 35 15 56 | F +32 (0)56 37 00 85 | info@claerhoutaluminium.be | www.claerhoutaluminium.be


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.