Bouwbedrijf
maandblad van en voor de aannemer • uitgave van de Confederatie Bouw • Lombardstraat 34 - 42 • 1000 Brussel
NOVEMBER 2018 AFGIFTEKANTOOR GENT X – €6
DIGITAL CONSTRUCTION BRUSSELS
Het programma van een must
OVERUREN
Hoeveel uren zijn toegestaan?
WEES ALERT VOOR ASBEST!
Campagne officieel afgetrapt
DOSSIER
Investeringspact
GOEDE INTENTIES, NU CONCREET WORDEN /confederatie.bouw @Confedbouw
www .confederatiebouw.be
Confederatie Bouw - Confédération Construction
Porotherm Dryfix Plug & Spray
Sneller, beter en efficiënter bouwen Wienerberger introduceert met Porotherm Dryfix een baanbrekende techniek voor bouwen met PLS lijmstenen. Met de Porotherm Dryfix extra spuitbus kan het voortaan nog sneller, beter en efficiënter.
Drie maal tijdswinst Jelle Bekaert ziet nog voordelen: “In de overgang naar de winter kan het plots gaan vriezen en dan worden de werken stilgelegd. Nu kan er tot -5°C verder gewerkt worden. Met warme handschoenen natuurlijk.” “Bij de opstart moet geen lijm meer gemaakt worden. Geen rolbakken die steeds opnieuw gevuld moeten worden. Dat betekent een behoorlijke tijdswinst en ook werkcomfort. Moet er even gepauzeerd worden, even de spuitmond reinigen met Dryfix cleaner en je doet gewoon verder, zonder tijdverlies. Plug & Spray…” Aannemer Jelle Bekaert (Algemene Bouwwerken Jelle Bekaert)
En er is nog tijdswinst, zegt Jelle Bekaert: “Geen afwas meer op het einde van de dag en minder materiaal op te bergen. Afwassen doen we alleen nog thuis, na het avondeten.”
Geïnteresseerd om een gecertificeerde Porotherm Dryfix aannemer te worden? Voor meer info contacteer ons: T 056/24 96 27, opleidingen@wienerberger.com
www.porotherm.be
EDITO
De regeerperiode is bijna voorbij. Maar het werk niet.
H
et is nog te vroeg om de federale regering te evalueren, ook al klonk de State of the Union van eerste minister Charles Michel op 8 oktober in de Kamer soms als een vervroegde eindbalans.
Maar het is nu eenmaal zo dat in mei 2019 federale, gewestelijke en Europese verkiezingen plaatsvinden. Deze datum domineert in toenemende mate de politieke agenda en daarvan ondervindt ook de agenda van de Confederatie de invloed.
De regering heeft verwachtingen gecreëerd op het vlak van de werkgelegenheid en de investeringen. Nog vóór de verkiezingen in mei 2019 moet ze deze in daden omzetten.
Aan het einde van november maken we onze memorandums over aan de politieke partijen. Contacten met hun studiediensten zullen volgen, en op het BouwForum in februari 2019 zullen we met de partijvoorzitters in debat gaan over de prioriteiten van onze sector. Deze prioriteiten zijn een accurate reflectie van de grootste uitdagingen voor onze bedrijven in de komende jaren. Op het federale niveau zijn dat onder meer het concurrentieklimaat, de beheersing van de kosten, de begeleiding bij de digitale transitie van onze aannemers, een gunstig juridisch kader voor ondernemingen en de ondersteuning van investeringen in vastgoed. Te gepasten tijde zullen we in detail ingaan op de inhoud van onze memorandums, maar laten we nu bij de politieke activiteit van het moment blijven. Onze boodschap aan de regering is dat ze nog zes maanden heeft om de verwachtingen in te lossen die ze zelf gecreëerd heeft op het vlak van de werkgelegenheid en de overheidsinvesteringen. Beide zijn van cruciaal belang voor de bouw. De aard van onze arbeidsmarkt remt de groei van onze ondernemingen af. Ze kunnen duizenden vacatures niet invullen, veel werkzoekenden hebben de juiste competenties niet, er komen te weinig jongeren naar de sector … Een belangrijk deel van het zomerakkoord van 2018 was de arbeidsdeal, met onderdelen gewijd aan opleiding en bijscholing, het activeringsbeleid en de hervorming van de werkloosheidsuitkeringen. Volgens ons heeft de deal het potentieel om de problemen gedeeltelijk op te lossen. Maar het is nu van essentieel belang dat deze afspraken in werking treden vóór het einde van de legislatuur. De Confederatie dringt al lang aan op de herstart van de overheidsinvesteringen. Het Investeringspact – waarover u meer kunt lezen in het dossier in dit nummer – geeft de bouw nu hoop. Het Strategisch Comité dat het pact opstelde, doet duidelijke aanbevelingen, onder meer wat betreft de mobiliteit en het energiezuinig maken van bestaande gebouwen. Maar deze moeten nog in daden omgezet worden, en opnieuw vraagt dit beslissingen die men absoluut vóór de volgende verkiezingen moet nemen!
Robert de Mûelenaere Gedelegeerd bestuurder november 2018 • Bouwbedrijf 3
INHOUD
12 Overuren
Er bestaan veel mogelijkheden om mensen langer dan acht uur per dag te laten werken. Maar er zijn grenzen. In dit artikel leggen we uit wat kan, en waarom u de interne limiet in het oog moet houden.
19 Investeringspact
Onlangs werd een voorstel van Nationaal Pact voor Strategische Investeringen bekendgemaakt. Het bevat interessante ideeën voor de bouw, maar met goede intenties zijn we er nog niet. Nu concreet worden!
4 Bouwbedrijf • november 2018
28 Asbestcampagne
Wees alert voor asbest – maar wees ook gerust: het kan veilig behandeld en verwijderd worden. Dat is de boodschap van een nieuwe campagne van Constructiv en Fedris.
48 Dynamisch onderschoeien
Onderschoeien van bestaande funderingen is niet nieuw. Maar dat het nodig is voor de bouw van een woning is niet de norm. Ons lid Steygers speelde het probleemloos klaar in SintPieters-Woluwe.
Bouwbedrijf
maandblad van en voor de aannemer • uitgave van de Confederatie Bouw • Lombardstraat 34 - 42 • 1000 Brussel
BOUWBELANGEN
NOVEMBER 2018 AFGIFTEKANTOOR GENT X – €6
DIGITAL CONSTRUCTION BRUSSELS
Het programma van een must
OVERUREN
Hoeveel uren zijn toegestaan?
WEES ALERT VOOR ASBEST!
Campagne officieel afgetrapt
12 Interne limiet Belangrijke parameter voor overuren. 16 Stroombevoorrading
niet zeker
Bereid u voor op afschakeling.
DOSSIER
Investeringspact
GOEDE INTENTIES, NU CONCREET WORDEN /confederatie.bouw @Confedbouw
www .confederatiebouw.be
Confederatie Bouw - Confédération Construction
INLEIDING
3 Edito Laat de verkiezingen enkele broodnodige maatregelen niet tegenhouden. 6 Prikbord Digital Construction Brussels: het programma. 11 Regionaal standpunt Brussel sluit akkoord met de bouw.
DOSSIER
19 Inleiding Het Investeringspact gewogen. 20 Wat hebben we hieraan? De kijk van de sector. 23 Randvoorwaarden Beter kader voor investeringen. 24 Evaluatie Wat betekent dit Investeringspact?
SECTOR & BEROEPEN
27 Minder, maar ernstiger Ongevallen in de bouw. 28 Asbestcampagne We waren op de lancering. 30 Johan Vandebuerie Een dakdekker over asbest. 33 Isolatiedag Stimulerend initiatief. 34 Kosten correct bepalen BouwRadar zet u op weg. 36 Visierapport VCB De voorstelling was weer spetterend.
40 Zijn de lokale besturen smart? Meer en meer! 42 Toontjeshuis De bouw is maatschappelijk bewust. 44 WTCB • Quid met calciumsulfaatgebonden gietdekvloeren? • De WTCB-wintercursussen 2018-2019
PROJECTEN & BEDRIJVEN
48 Delicate ingreep Bouwen naast een onstabiele woning. 50 Ledenvoordeel • Sievi veiligheidsschoenen • Businesskaart voor DreamLand en Dreambaby 53 Bouwmarkt • Concept Home van Renson • Gevelsteen Arces van Wienerberger • 3D meettechniek van FARO 58 Markant • Cijfer van de maand Grootste prijsstijging bij twee- en driegevelwoningen. • Manneken Pis Fier dat hij ook eens bouwvakker mocht zijn.
CONTACTEN Bouwbedrijf is het maandblad van de vzw Confederatie Bouw, Lombardstraat 34-42, 1000 Brussel Verantwoordelijke uitgever: Filip Coveliers, Lombardstraat 34-42, 1000 Brussel Afgiftekantoor: Gent X Redactie: Peter Graller en Marc Guéret tel. 02 545 57 30 – fax 02 545 59 02 peter.graller@confederatiebouw.be Vormgeving: Nikka Cuypers nikka.cuypers@confederatiebouw.be Franstalige uitgave: Construction Druk: Graphius Reacties - vragen: communicatie@confederatiebouw.be
Met de medewerking van: • de studiediensten van de Confederatie Bouw Morgane Halleux, tel.02 545 56 33 - fax 02 545 59 09 morgane.halleux@confederatiebouw.be • Vlaamse Confederatie Bouw Johan Walewijns, tel. 02 545 57 49 - fax 02 545 59 07 johan.walewijns@confederatiebouw.be • Confederatie Bouw Brussel-Hoofdstad Morgane Cendoya, tel. 02 545 58 29 - fax 02 545 59 06 morgane.cendoya@confederatiebouw.be • Confédération Construction Wallonne Catherine Houtart tel. 02 545 56 68 - fax 02 545 59 05 catherine.houtart@confederatiebouw.be
Abonnementen: Claude Bernaerts, tel. 02 545 56 88 - fax 02 545 59 00 claude.bernaerts@confederatiebouw.be Reclame: Kristel Dekempeneer, tel. 02 545 56 99 - fax 02 545 59 08, kristel.dekempeneer@confederatiebouw.be of kde@confederatiebouw.be. Prijs jaarabonnement Leden van de Confederatie Bouw: begrepen in het lidgeld Niet-leden: € 137,80 (incl. BTW en portkosten) / buitenland: € 300 (incl. BTW en portkosten)
Lid van de Unie van de Uitgevers van de Periodieke Pers De vzw Confederatie Bouw wil met deze publicatie gepaste, betrouwbare, volledige en exacte informatie brengen. Ze kan echter niet aansprakelijk worden gesteld indien ze hierin tekortschiet. Alle elementen van deze publicatie zijn beschermd door het auteursrecht van de vzw Confederatie Bouw. Overname van artikelen, geheel of gedeeltelijk, is slechts toegelaten mits voorafgaande toestemming en uitdrukkelijke vermelding van de bron.
Vanaf nu wordt B ouwbedrijf gedrukt op papier geproduceerd met hout uit duurzaam beheerde bossen. Deduurzaamheid wordt gegarandeerd door de internationale organisatie Forest Stewardship Council (FSC), die niet alleen het bos controleert maar de hele handelsketen tot aan de drukker.
5 november 2018 • Bouwbedrijf bouwbedrijf - februari 2016 5 www.confederatiebouw.be
PRIKBORD
Digital Construction Brussels op 24 en 25 oktober 2018
Sta aan de juiste kant van de digitale kloof Infosessies op uw maat, live demonstraties, talrijke standhouders … Digital Construction Brussels is ook in 2018 de place to be voor elke aannemer die niet bij de verliezers wil zijn terwijl de bouw digitaliseert en automatiseert. U bent welkom op 24 en 25 oktober in Tour & Taxis in Brussel! Digital Construction Brussels (DCB) is nog maar twee jaar oud, maar toch is het nu al dé leidinggevende Belgische beurs over digitalisering en automatisering. De reden? DCB is veel meer dan een beurs. Het is een bijzonder rijke ervaring met een bijzonder divers aanbod. Vijf redenen om te komen
1 Grote of kleine onderneming? Voor elk wat wils. 2 U vindt er een nieuwste ontwikkelingen op het vlak van de digitalisering en de automatisering van de bouw. 3 De zeer informatieve – en kosteloze! – seminaries en demo’s vertellen u wat de voordelen zijn voor uw onderneming. 4 De providers en producenten staan klaar om uw concrete vragen te beantwoorden. 5 Een excellente gelegenheid om te
6 Bouwbedrijf • november 2018
netwerken met collega’s die de digitale boot niet willen missen. Breed aanbod op maat
DCB is opgebouwd rond een aantal samenhangende thema’s. Ze worden uitgewerkt in seminaries en demonstraties. Bovendien zijn er voor deze thema’s talrijke standhouders aanwezig die hun tools en producten voorstellen. Wat uw activiteit ook is, en welke grootte uw onderneming ook heeft, u vindt wat u nodig hebt. Seminaries en infosessies
Een aantal seminaries mikt op beginners, andere op gevorderden. U zult merken dat er soms verschillende sessies tegelijk bezig zijn. Www.digitalconstructionbrussels.be helpt u bij het maken van uw keuze. Om te beginnen zijn er de kosteloze Nederlandstalige infosessies.
WOENSDAG 24 OKTOBER • 10.00 u.: cpro, het WTCB-calculatiepakket voor de kmoaannemer. • 10.45 u.: digitale oplossingen voor het plannen van werven, mensen en machines. • 12.00 u.: digitale oplossingen voor efficiënte werfopvolging. • 11.00 u.: BIM-bibliotheek voor de installatiesector. • 14.00 u.: Hout & Industrie: een uitdaging 4.0 • 14.00 u.: 3D beton printen. • 14.00 u.: app voor het delen van bouwmaterialen en -materieel. • 15.00 u.: digital business / e-marketing. • 16.00 u.: de GDPR, met toepassingen.
DONDERDAG 25 OKTOBER • 10.00 u.: intro op BIM: waarom ermee beginnen? / waar beginnen? / EasyBIM. • 10.30 u.: het BIM-proces voor beginners. • 11.30 u. BIM: enkele cases. • 10.00 u.: smart buildings: sensors en ICT. • 10.00 u.: Road 4.0 – gebruik van sensoren in de wegenbouw. • 13.00 u.: BIM binnen overheidsopdrachten (volzet). • 14.00 u.: drones en 3D scanning.
Op donderdag 25 oktober stellen de exposanten van 13.00 tot 14.00 u. hun aanbod voor. Op dezelfde dag wordt van 11.30 tot 13.00 u. ook een wedstrijd voor studenten georganiseerd. Er zijn ook twee betalende seminaries. Dat van de ingenieursvereniging ie-net vindt plaats op 24 oktober van 09.00 tot
17.00 u.; dat van IFMA op 25 oktober van 14.00 tot 17.00 u. Demonstraties
Zeker niet te missen zijn de demonstraties: • een mobiele 3D betonprinter (woensdag 24 oktober vanaf 14.00 u.); • demo virtual reality (woensdag 24 oktober en donderdag 25 oktober van 10.30 tot 15.30 u.); • drones en 3D scanning met drones inspectie van daken voor dakwerkers (25 oktober van 13.00 tot 14.00 u.).
›››
Moet ik digitaliseren? Dat weten we niet. U zult hoe dan ook te maken krijgen met een aantal aspecten van digitalisering. Maar in uw concrete geval bent u de enige die het antwoord kan geven. Digital Construction Brussels helpt u dat juiste antwoord te vinden.
november 2018 • Bouwbedrijf 7
PRIKBORD
›››
Waarom u maar beter komt …
Digitalisering en automatisering zijn in opmars in onze sector. Maar u ziet er misschien het nut niet van in. Waarom zou u dan digitaliseren? We geven hier vier overtuigende argumenten.
1 OM UW PRODUCTIVITEIT TE VERHOGEN.
Volgens het vermaarde organisatieadviesbureau McKinsey & Company kunnen digitalisering en automatisering de productiviteit in bouwbedrijven verhogen. Dat is goed nieuws, want de productiviteit groeide in de voorbije jaren traag in de Belgische bouw. 2 OM AANTREKKELIJKERE BANEN TE CREËREN.
De bouw wil aanwerven, maar heeft moeite om geschikte werknemers te vinden. Digitalisering en automatiseren maken bouwbanen aantrekkelijker. Dat zeggen bedrijven die deze technieken al ingevoerd hebben.
3 OM DE COMMUNICATIE TUSSEN BOUWPROFESSIONALS TE VERBETEREN.
Digitalisering stroomlijnt de com-
PRAKTISCH
municatie tussen alle partners in een bouwproject, en schept nieuwe mogelijkheden. 4 OM UW MARKETING MOGELIJKHEDEN TE VERGROTEN.
3D visualisering kan een project aanschouwelijk maken nog vóór een steen gelegd is. Het is maar een van de mogelijkheden die digitalisering biedt voor uw marketing. In het studierapport 2016-2017 van de Confederatie vindt u nog talrijke andere argumenten. De Confederatie wil u alle kansen geven
Zal er een digitale kloof geslagen worden tussen de leden die mee zijn en de leden die niet mee zijn? Dat wil de Confederatie te allen prijze vermijden. Wantrouwen, angst van de bedrijfsleiding, een gebrek aan informatie - ze kunnen digitalisering tegenhouden. Reden te meer om naar DCB te komen: u vindt er alle informatie om te beslissen wat het beste is voor uw onderneming.
STEL UW INSCHRIJVING VOOR DE SEMINARIES NIET UIT Wanneer we dit schrijven is al minstens één seminarie volzet, dat over BIM bij overheidsopdrachten op 25 oktober. Vooraf registeren voor deze kosteloze infosessies en de seminaries is niet verplicht. Maar we raden u aan om het toch te doen. Zo bent u zeker van uw plaats. Surf dus snel naar www.digitalconstructionbrussels.be. Voor de betalende sessies van ie-net op 24 oktober en van IFMA op 25 oktober kunt u registreren op www.ie-net.be en www.ifma.be. Op deze websites vindt u ook meer informatie.
8 Bouwbedrijf • november 2018
Digital Construction Brussels vindt plaats in Tour & Taxis in Brussel. Tijdstip: woensdag 24 oktober van 10.00 tot 20.00 u. en donderdag 25 oktober van 10.00 tot 18.00 u. Tour en Taxis is gemakkelijk bereikbaar met het openbaar vervoer. Vanuit treinstation Brussel Noord rijden shuttles. Metrolijnen 2 en 6 stoppen aan halte IJzer, op wandelafstand van Tour & Taxis. Digital Construction Brussels wordt georganiseerd door de Confederatie Bouw en het WTCB. Maar DCB zou niet mogelijk zijn zonder de talrijke andere partners zoals het OCW, de architectenvereniging NAV, de ingenieurs- en adviesbureaus in ORI, IFMA, ie.net, de gewestconfederaties en de beroepsfederaties in de Confederatie, de universiteiten … en vanzelfsprekend ook de exposanten!
INFO: De toegang is gratis, maar vooraf inschrijven wordt sterk aanbevolen. Programma en inschrijvingen op www.digitalconstructionbrussels.be.
AANGEBODEN DOOR ORANGE
KOM EENS PRATEN OP STAND 62 Koen Van Echelpoel, Customer Value Proposition Manager
De bouw zal digitaal zijn of niet zijn Een gesprek over de visie van Orange Belgium
Op 24 en 25 oktober vindt in Brussel Digital Construction plaats. De Belgische bouwsector kijkt er vooruit en Orange Belgium is aanwezig.
Vanwaar deze interesse in de bouwsector?
Hoe ziet de digitalisering in de bouw er uit? IG: “Naast nieuwe technologieën als Building Information Modeling (BIM), virtuele realiteit of het gebruik van drones, is de vraag vooral welke processen de bouw kan digitaliseren en zo efficiënter kan maken.”
We vroegen het Chief Enterprise Officer Ingrid Gonnissen, die de strategie naar de bedrijfswereld uitstippelt; en aan Koen Van Echelpoel, die als Customer Value Proposition Manager de behoeften van bouwbedrijven m.b.t. digitalisering in kaart brengt. Ingrid Gonnissen: “De bouwsector staat aan de vooravond van een digitale inhaalbeweging. Klanten in de sector beseffen de noodzaak, maar weten niet goed hoe er aan te beginnen.”
KVE: “Bouwen is een specifieke activiteit. Je medewerkers zijn verspreid over de werven en werken samen met verschillende stakeholders. Je kunt aan efficiëntie winnen door werknemers ook via hun mobiel toestel toegang te geven op het bedrijfsnetwerk. En dat uiteraard op een veilige manier.”
Waarom moet de bouwsector digitaliseren?
KVE: “Heel wat werk gebeurt nog met pen en papier... Begin daar. Een goed zicht op de werkprocessen is noodzakelijk. Steeds vaker gebruiken bouwondernemingen IoT-sensoren om hun processen nauwkeurig in kaart te brengen.”
daarmee doen? Hoe ga je dat managen? Wie krijgt toegang tot welke applicatie?”
IG: “Mobiel werken lijkt logisch voor een bouwbedrijf, maar hoe pak je dat aan? Wie zal met welk toestel werken? Wat gaan ze
KVE: “Of snel een performante en betaalbare internetverbinding opzetten op een werf. Daar wil je echt geen weken op moeten wachten.”
Koen Van Echelpoel: “De sector is er zich van bewust dat ze niet aan digitalisering kan ontkomen. Maar de kennis ontbreekt om de stap te zetten. De arbeidsproductiviteit in de bouwsector groeide de voorbije decennia traag. Dit onder controle krijgen is de grootste uitdaging. Daar zie ik meteen ook de grote kansen voor ‘digitale bouwbedrijven’”
Hoe kunnen bouwbedrijven concreet te werk gaan om meer digitaal te werken?
Bel naar 5995 of 0800 95 96 2 of mail naar koen.vanechelpoel@orange.com
Bouwbedrijven moeten vandaag een duidelijke visie ontwikkelen op digitalisering. Orange heeft die visie en deelt ze graag met de sector. Ingrid Gonnissen, Chief Enterprise Officer
business.orange.be/bouw
Zondag 19 mei 2019
een initiatief van
SCHRIJF IN Bedrijven én w erven vóór
22 maart 201 9 o p e nw e r ve n d a g. b e
REGIONAAL STANDPUNT
Op zoek naar gemotiveerde jongeren voor onze sector
D
e toestand is ernstig, beste collega’s. Lang hebben we een beroep moeten doen op buitenlandse arbeidskrachten, om nu vast te stellen dat de ziel van onze bedrijven bedreigd wordt. Onze arbeiders vormen onze grootste meerwaarde. Maar door voortdurend meer in onderaanneming te doen, hebben we dat menselijke kapitaal met zijn knowhow tot een minimum herleid. En nu we weer aan het aanwerven zijn, hebben we moeite om de nieuwe generatie warm te maken.
Het kaderakkoord gesloten tussen de bouw en de Brusselse regering is een grote stap vooruit.
We zijn met zijn allen deels verantwoordelijk voor het zwakke imago van de bouw. En dat terwijl we houden van onze sector en ons zweet erin geïnvesteerd hebben! De bouw is diepmenselijk en staat tegelijk open voor technologische innovatie; hij houdt erfgoed in stand en is tegelijk gericht op de toekomst met zijn smart cities. In de bouw is iedereen welkom wanneer hij authentiek gemotiveerd is, en ook laaggeschoolden hebben bij ons sterke carrièremogelijkheden. Maar bovenal zijn we een sector die groeit. Helaas vinden we geen goed opgeleide werknemers meer, en wat erger is: geen mensen meer die gemotiveerd zijn. Het is dus tijd om de bedrijfsdeuren open te gooien en de jongeren de schoonheid van onze sector te tonen. Al bijna tien jaar werkt de CBBH aan de inschakeling van jongeren en werkzoekenden in bouwbedrijven. Een grote stap vooruit is nu gezet met het kaderakkoord dat de Brusselse regering sloot met de bouwsector. Het wil de samenwerking tussen overheid en privésector verbeteren, onder meer via Constructiv – Building on People. Het kaderakkoord omvat de oprichting van een opleidings- en werkgelegenheidscluster specifiek voor de bouw, waar iedereen een bouwvak kan leren, niet alleen onze arbeiders maar ook de werkzoekenden en de scholieren. Deze cluster krijgt de steun van de sociale partners en van de politieke wereld tot op het federale niveau: Beliris zal instaan voor een aanzienlijk deel van de financiering. Het initiatief gaat fors investeren in praktische bouwopleidingen, en een bouwcampus creëren waar het niveau op de hoogte staat van de banen die ingevuld moeten worden. Maar vanzelfsprekend kan niets de ervaring op het terrein vervangen. Daarom moeten we de jongeren ook in onze ondernemingen opvangen, zodat ze de smaak te pakken krijgen en kennismaken met de passie voor een bouwvak. Ondergedompeld worden in een bouwbedrijf is de weg naar een snelle en duurzame inschakeling op de arbeidsmarkt. Allemaal samen moeten we de uitdagingen aangaan: ons image oppoetsen, onze openheid tonen, laten zien dat we de goesting hebben om iedereen welkom te heten die zich wil ontplooien in die mooie sector die de bouw is!
Marc Ruebens Voorzitter Confederatie Bouw Brussel-Hoofdstad november 2018 • Bouwbedrijf 11
OVERSCHRIJDING NORMALE ARBEIDSDUUR
Wanneer moeten uren gerecupereerd worden? In de bouw bestaan tegenwoordig verschillende mogelijkheden om de normale arbeidsduur te overschrijden als de omstandigheden het vragen. Bovendien krijgen deze overschrijdingen een gunstige fiscale behandeling. Maar tot waar kan men gaan? Wanneer is recuperatie verplicht? Met deze tips profiteren u en uw werknemers maximaal van de kansen.
D
e wet van 5 maart 2017 op het Werkbaar Werk bevatte verschillende interessante maatregelen voor bouwbedrijven en hun werknemers. Zo werd de interne limiet (zie verder) opgetrokken tot 143 uur. Daardoor kan een werknemer meer overuren maken vóór hij verplicht wordt om deze te recupereren. Daarnaast werd een nieuw stelsel ingevoerd, dat van de vrijwillige overuren. Dat geeft werknemers de kans vrijwillig langere werkdagen te maken als de werkgever daarmee akkoord gaat. We hebben over deze onderwerpen al gepubliceerd in Bouwbedrijf van mei en september 2017. Het is dus eenvoudiger geworden om meer dan 8 uur per dag en 40 uur per week te werken. De gepresteerde uren sluiten daardoor beter aan op de behoeften en de omstandigheden. Onder meer vanwege ons grillige weer kunnen die sterk variëren. In deze tekst bekijken we eerst de interne limiet. Deze speelt een centrale rol in de boekhouding van de overuren. Het is een beetje ingewikkeld, maar daartegenover staat dat sommige overschrijdingen van de normale arbeidstijd 12 Bouwbedrijf • november 2018
kunnen profiteren van een gunstige fiscale behandeling. Daarop komen we kort terug in het tweede deel van dit artikel.
Interne limiet
Het grootste deel van de uren gepresteerd bovenop de normale arbeidstijd moet bijgehouden worden. In de praktijk worden deze uren in een pot gestopt, die in juridisch jargon de “interne limiet” heet. Men kan in de pot van een personeelslid uren blijven stoppen tot er 143 inzitten, het wettelijk vastgelegde plafond.
De zogenaamde “interne limiet” speelt een centrale rol in de boekhouding van de overuren.
Dat plafond is rechtstreeks van toepassing voor alle bouwbedrijven (het heeft “directe uitwerking”). Aannemers hoeven dus geen bijzondere formaliteiten te vervullen. Op geen enkel moment mag dit plafond van 143 uren overschreden worden. Zodra het bereikt wordt, bestaan er twee mogelijkheden. Men blijft voortaan binnen de normale arbeidstijd, of de werknemer recupereert uren. In dat laatste geval worden de gerecupereerde uren weer weggenomen uit de pot. De inhoud kan dus variëren tussen twee uitersten: enerzijds nul, anderzijds het plafond. Maar opgelet: aan het einde van de zogenaamde referte periode moet de teller op nul staan. Alle uren gepresteerd bovenop de normale arbeidtijd moeten dan gerecupereerd zijn. Voor meeste ondernemingen in de sector loopt de referteperiode van 1 april tot 31 maart. Voor HVAC-bedrijven is dat van 1 juli tot 30 juni.
Principe met afwijkingen
Als principe geldt dus dat uren bovenop de normale arbeidstijd op de teller van de interne limiet komen, en
GEEN TIJDELIJKE WERKLOOSHEID ALS DE POT NIET LEEG IS! Een onderneming mag een werknemer niet “op tijdelijke werkloosheid zetten” als er nog uren op de teller van de interne limiet staan. De werknemer moet deze uren eerst recupereren in dagen van acht uur, tot de pot zo leeg is dat dit niet meer kan. Maar opgelet: deze laatste verplichting geldt niet voor de sectorale bijkomende uren, de zogenaamde bijkomende uren KB 213.
gerecupereerd moeten zijn aan het einde van de referteperiode. Maar in bepaalde situaties hoeft een personeelslid overschrijdingen van de normale arbeidstijd niet te recupereren. Dit heeft gevolgen voor het bijhouden van deze uren.
In de interne limiet
De volgende overschrijdingen van de normale arbeidstijd moeten bijgehouden worden in de interne limiet: • overuren vanwege een ongeval of een dreigend ongeval, of vanwege dringende werken aan machines of materieel; • overuren vanwege een buitengewone vermeerdering van het werk of vanwege een onvoorziene noodzaak. Maar opgelet: een werknemer kan beslissen deze overuren niet te recupereren. In dat geval worden ze niet bij de interne limiet geteld (meer details volgen); • overschrijdingen vanwege voorbereidende of aanvullende werken; • overschrijdingen veroorzaakt door werk in opeenvolgende ploegen; • overschrijdingen binnen de specifieke flexibiliteitsregelingen. Aangezien deze uren in de pot van de
interne limiet terechtkomen, moeten ze allemaal gerecupereerd worden.
BIJKOMENDE UREN KB 213
Niet in de interne limiet
Wat zijn die bijkomende uren bouw of bijkomende uren KB 213? Het komt erop neer dat werknemers die onder paritair comité 124 vallen 9 uur per dag en 45 uur per week mogen werken in de zomerperiode of in “periodes van intense activiteit”. In totaal mag een arbeider maximaal 180 van deze bijkomende uren presteren in een kalenderjaar.
Deze overschrijdingen komen niet op de teller van de interne limiet terecht: • overuren vanwege een buitengewone vermeerdering van het werk of vanwege een onvoorziene noodzaak, als de werknemer deze niet wenst te recupereren (zie verder voor de details); • uren besteed aan het vervoer van materialen en materieel. Deze vallen onder de zogenaamde “voorziene beschikbaarheidstijd” en worden niet als arbeidstijd beschouwd; • de bijkomende uren bouw, ook bekend als de bijkomende uren KB 213 (zie verder).
Keuzevrijheid werknemer
U hebt het al gemerkt: in bepaalde gevallen hoeven overschrijdingen van de arbeidsduur niet gerecupereerd te worden, en komen zij ook niet op de teller van de interne limiet. Voor werknemers PC 124 bestaat deze mogelijk››› heid in twee stelsels:
Bijkomende uren bouw worden apart van de interne limiet bijgehouden. De referteperiode verschilt bovendien en loopt van 1 januari tot 31 december. Nog een belangrijk verschil met de andere overschrijdingen van de arbeidstijd: men kan de teller van de bijkomende uren KB 213 niet terugdraaien. Het gaat om een soort krediet van 180 uur dat opgebruikt wordt. De teller van de interne limiet wordt wel teruggedraaid wanneer de werknemer recuperatie neemt.
november 2018 • Bouwbedrijf 13
OVERSCHRIJDING NORMALE ARBEIDSDUUR
››› • het stelsel van de overuren, wan-
neer het gaat om een buitengewone vermeerdering van het werk of een onvoorziene noodzaak. De werknemer kan kiezen om in de refertep eriode een maximum van 91 dergelijke uren niet te recupereren. Deze niet-gerecupereerde uren tellen niet mee in de interne limiet. Dit maximum kan opgetrokken worden tot 143 uur, maar dat vereist enkele formaliteiten; • de bijkomende uren bouw (KB 213). Tot 180 uren hoeven niet gerecupereerd te worden. Het komt voor dat in een bouwbedrijf beide stelsel gecombineerd worden. Het maximum voor de twee stelsel samen blijft dan 180 uur per jaar. Is de totale overschrijding groter, dan moet de werknemer recuperatie nemen.
Speciaal geval: vrijwillige overuren
Tegenwoordig kan een werknemer ook 100 vrijwillige overuren per kalenderjaar presteren zonder omslachtige procedures te volgen. Deze vrijwillige overuren zijn een hybride geval. De werknemer recupereert ze niet. Maar met uitzondering van de eerste 25 uren komen ze wel op de teller van de interne limiet. Bij gebruik van dit stelsel staan op deze teller dus uren die niet gerecupe14 Bouwbedrijf • november 2018
reerd worden, met een maximum van 75 uur. Men kan de teller door recuperatie niet meer terugdraaien tot nul. Bijgevolg zal de interne limiet minder grote schommelingen vertonen. Stel dat de werknemer 100 vrijwillige overuren presteert in een jaar. Dan kan de teller van de interne limiet gaan van 75 tot 143 uren. Zonder vrijwillige overuren is dat van nul tot 143 uur.
Fiscaal voordeel
En nog is het niet gedaan met de boekhouding van de overuren … Voor de fiscus moet men namelijk nog een andere boekhouding bijhouden. Er bestaat een gunstige fiscale behandeling voor de “gewone” overuren (inclusief de vrijwillige overuren) en voor de bijkomende uren KB 213. Het voordeel is beperkt tot maximaal 130 uur per werknemer en per jaar. Behalve wanneer de aanwezigheid van de werknemer op de bouwplaats elektronisch geregistreerd wordt. Dan is het maximum 180 uur. Voor de werkgever bestaat het fiscale voordeel hierin dat hij een deel van de bedrijfsvoorheffing niet hoeft door te storten. Het deel wordt berekend als een percentage van het brutobedrag van de verloning dat gebruikt wordt om het overloon te berekenen. De grootte van het percentage hangt
Het is eenvoudiger geworden om meer dan 8 uur per dag en 40 uur per week te werken.
af van het overloon. Voor de werkgever ontstaat de volgende situatie: • De bijkomende uren KB 213 geven recht op een overloon van 20 %. Het percentage om het voordeel te berekenen is dan 32,19 %. • In het algemene stelsel van overuren (inclusief de vrijwillige overuren) is het overloon minstens 50 %. Het percentage is dan 41,25 %. Voor de werknemer is er een vermindering van de personenbelasting. Opnieuw is deze vermindering een percentage van het brutobedrag van de verloning dat gebruikt wordt om het overloon te berekenen. En opnieuw hangt het percentage af van het overloon. • Als het overloon 20 % bedraagt, is het percentage 66,81 %. • Als het overloon 50 % of meer bedraagt, is het percentage 57,75 %. Het voordeel voor de werknemer wordt meteen meegerekend in de bedrijfsvoorheffing. Hij hoeft dus geen stappen te ondernemen.
•
INFO: philippe.stienon@confederatiebouw.be
Word laureaat van de
aedificas foundation awards Aedificas Foundation reikt jaarlijks vier awards uit en steunt hiermee projecten gericht op de maatschappelijke (re)integratie van kansengroepen.
WAT?
4 awards = e 5.000 per award
WIE?
Leden-bouwbedrijven van de Confederatie Bouw kunnen hun sociale projecten indienen die kwetsbare groepen grotere slaagkansen bieden door vorming of een betere huisvesting. Deze projecten worden in België georganiseerd samen met organisaties zonder winstoogmerk.
HOE?
Kandidaturen moeten ingediend worden met een inschrijvingsdossier dat online terug te vinden is op www.aedificas-foundation.be en dit vóór vrijdag 16 november 2018. De bekendmaking van de laureaten en uitreiking van de vier aedificas foundation awards vindt plaats op woensdag 12 december 2018.
ALS DE ELEKTRICITEIT UITVALT …
Welke gevolgen heeft een afschakeling voor een aannemer?
Het is niet uitgesloten dat in de komende maanden de stroomvoorziening in bepaalde regio’s tijdelijk uitvalt. Dit afschakelplan moet een totale black-out vermijden als de vraag naar elektriciteit het aanbod te veel overtreft. Welke gevolgen heeft een afschakeling voor uw onderneming?
E
nkele weken geleden liet Electrabel weten dat in november slechts één van onze zeven kerncentrales stroom kon leveren. De vrees ontstond dat daardoor in november een stroomtekort zou ontstaan. Intussen heeft minister van Energie Marghem aangekondigd dat er al bijkomende capaciteit gevonden is. Maar als we dit schrijven, is nog altijd niet zeker dat deze zal volstaan. Het zou dus kunnen dat de vraag in ons land veel groter wordt dan het aanbod in de loop van de komende maanden, in november of later. In het slechtste geval leidt dat tot een algemene stroompanne, een black-out. Een black-out zou dramatische gevolgen hebben, met een nasleep van verscheidene dagen. Voor noodgevallen is dus een afschakelplan opgesteld, dat de stroomvoorziening van een deel van de gebruikers tijdelijk onderbreekt.
Val ik ook zonder stroom? Het plan verdeelt ons land in zes schijven. Zulke schijf is een lijst van elektriciteitsstations en –cabines verspreid over heel België. Normaal gezien wordt de bevoorrading van slechts één 16 Bouwbedrijf • november 2018
schijf onderbroken, of twee als de situatie kritiek is. Zal uw bedrijf of een van uw bouwplaatsen ook zonder stroom vallen? Op www.offon.be vindt u de situatie op het Belgische net voor de komende zeven dagen. Meer informatie over het afschakelplan en de gevolgen voor uw regio vindt u ook op de website economie.fgov.be. Achtereenvolgens klikken op THEMA’S – ENERGIE – BEVOORRADINGSZEKERHEID – ELEKTRICITEITSSCHAARSTE.
Hoe word ik verwittigd? Verscheiden uren op voorhand zal de plaatselijke overheid de verbruikers verwittigen die getroffen zullen worden door een afschakeling. De media doen mee. Het weerbericht zal bijvoorbeeld met een kleur aangeven hoe hoog het risico ligt, van groen (geen probleem) over oranje en rood tot zwart. U kunt ook een verwittiging krijgen van BE-ALERT, het alarmerings- en informatiesysteem van het nationale Crisiscentrum. Daarvoor moet u zich inschrijven op www.be-alert.be. U kunt kiezen hoe u verwittigd wilt worden: met een sms, een voicemail, een e-mail of een fax.
U hebt een eigen elektriciteitscabine? Sommige bouwbedrijven hebben een eigen elektriciteitscabine. Doorgaans is deze aangesloten op zgn. middenspanning en niet op echte hoogspanning. Ook deze cabines kunnen afgeschakeld worden. Netbeheerder Eandis heeft aparte lijsten van de straten waar dit zou kunnen gebeuren. In de meeste gevallen moet de gebruiker de cabine (of het gebouw, of de onderneming) weer aansluiten als de toevoer van stroom hersteld is. Tref de nodige maatregelen, zodat u weet wat u moet doen.
Heb ik recht op een compensatie van Elia als ik schade lijd door de afschakeling? Nee. Elia doet wat de overheid oplegt. Het gaat om een noodmaatregel om een totale black-out te vermijden. Elia kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor de schade die u eventueel oploopt door de afschakeling.
Dekt mijn verzekering de schade? Of de schade gedekt wordt, bijvoorbeeld door de brandverzekering, hangt af van het contract. Maar de vereniging van verzekeraars Assuralia geeft u weinig kans. De meeste standaardcontracten vergoeden zaakschade of exploitatieverlies alleen als deze veroorzaakt werden door een incident, dus door brand, ontploffing, blikseminslag, overbelasting van het netwerk, kortsluiting enzovoort. Het uitvallen van de stroomvoorziening geldt doorgaans niet als een plotse gebeurtenis die aanleiding geeft tot een uitkering. De afschakeling wordt trouwens ruim op voorhand aangekondigd. Uw makelaar of uw verzekeraar kunnen u vertellen of u in uw concrete situatie verzekerd bent.
Kan ik de uitvoeringstermijnen laten verlengen omwille van overmacht? Het inroepen van overmacht is gebonden aan strikte voorwaarden. Het is niet genoeg dat de gebeurtenis onvoorzienbaar was. Ze moet ook onvermijdbaar en onafwendbaar
geweest zijn. Wie overmacht wil inroepen, mag bovendien geen enkele fout gemaakt hebben die tot de gebeurtenis in kwestie heeft geleid. Het is meer dan waarschijnlijk dat een afschakeling niet aan deze voorwaarden voldoet. De kans is dus klein dat een aannemer overmacht kan inroepen om bijvoorbeeld een verlenging van de uitvoeringstermijn te vragen, zeker als de afschakeling buiten de werkuren op de bouwplaats viel. Omdat de voorwaarden voor overmacht zo strikt zijn, raden we altijd aan om een clausule over onvoorzienbare omstandigheden op te nemen in aannemingsovereenkomsten met privépersonen. U vindt deze clausule in onze modeldocumenten. Ze vergroot de kans dat u een langere uitvoeringstermijn kunt krijgen. Maar ook zulke clausule biedt in dit geval geen zekerheid.
Kan ik mijn mensen "op tijdelijke werkloosheid zetten"? Iemand op tijdelijke werkloosheid zetten omwille van economische redenen of slecht weer kan alleen als er een volledige werkdag verloren gaat. Als een werknemer aan een werkdag begonnen
is en deze onderbroken wordt door de afschakeling, kunt u hem voor die dag niet op tijdelijke werkloosheid zetten. Hij kon door een oorzaak buiten zijn wil niet verder werken aan de taak waarmee hij bezig was. Hij heeft dus het recht op het gegarandeerd dagloon volgens art. 27, 2° van de wet van 3 juli 1978 op de arbeidsovereenkomsten.
Kan ik de arbeidstijd afstemmen op de afschakeling? De stroom valt wellicht uit tussen 17.00 en 20.00 u., wanneer de werkdag van een bouwvakker in de meeste gevallen voorbij is. Maar inderdaad, u kunt de arbeidstijd aanpassen. Een bouwonderneming die gebruik maakt van de sectorale regeling van de 10 uur per dag kan de duur van een werkdag laten schommelen tussen zes en tien uur. Meer uitleg hierover staat in het ledengedeelte van www.confederatiebouw.be. Achtereenvolgens klikken op Personeels beheer, Arbeidsvoorwaarden, Arbeidsduur en ten slotte Arbeidsregeling aanpassen.
•
www.offon.be • Economie.fgov.be • www.be-alert.be
november 2018 • Bouwbedrijf 17
PUBLIREPORTAGE
Eenvoud in uw verzekeringen? Build-Safe is er voor u!
Korting
-10%
*
“De bouw”… die is volop in beweging, en dat voelt u alle dagen. De sector groeit, de orderboekjes staan vol. Goed nieuws! Maar er zijn ook andere zaken om mee rekening te houden: nieuwe bouwtechnieken, de digitalisering, veranderende wetgeving, heel wat administratie, … Genoeg in elk geval om u niet nog eens met uw verzekeringen bezig te houden. Daarom ontwikkelde Federale Verzekering Build-Safe, het verzekeringspakket op maat van bouwbedrijven tot 5 werknemers. Zo hebt u uw handen vrij om in alle gerustheid te bouwen aan uw bedrijf en aan het huis van uw klant!
Wat is Build-Safe?
Wat zijn de voordelen voor u?
Met Build-Safe kiest u zelf à la carte uw verzekeringen die u in uw Build-Safe-pakket wil opnemen. Op deze manier geniet u van een bescherming op maat van uw bedrijf. Bovenop onze concurrentiële premies, geniet u zo van een bijkomende pakketkorting van 10%*!
Met Build-Safe geniet u dus niet enkel van een verlaagd tarief van -10%, maar krijgt u ook een flexibel verzekeringspakket. U kiest enkel die verzekeringen die samen uw bedrijf optimaal verzekeren. U breidt uit of legt zich toe op een andere activiteit? Dan kunt u uw Build-Safe eenvoudig laten aanpassen… en dit zonder uw korting te verliezen!
Uit welke verzekeringen kunt u kiezen? Onze verzekering B.A. Bouwwerken en/of de verzekering Arbeidsongevallen vormen de hoeksteen van het pakket, één van deze verzekering moet onderschreven worden. Verder kunt u kiezen uit B.A. Motorrijtuigen, Machinebreuk, Construct-10 – Abonnementspolis, de verzekering Alle Bouwplaats Risico’s – Abonnementspolis, de brandverzekering Multirisk Handel/KMO of Woning, Ongevallenverzekering 24u/24. In totaal moet u aan minstens 3 verschillende verzekeringen komen om te kunnen genieten van het Build-Safe voordeel.
Vraag nu uw kortingsbon aan, voor 31/12/2018! Zo kunt u genieten van uw Build-Safe-korting! Ga naar www.build-safe.be
Daar bovenop zorgen wij voor administratieve eenvoud. U krijgt de nodige tools in handen om het overzicht op uw verzekeringen te bewaren, schadegevallen op te volgen, … en dit zowel met de Build-Safe verzekeringsmap als met het online Build-Safe dossier op My FEDERALE. En u kunt te allen tijde beroep
doen op 1 centraal aanspreekpunt, onze regionale verzekeringsadviseur die u ter plaatse bijstaat en advies verleent. U kunt bijkomend altijd terecht bij ons Info Center. Wij kennen ook de risico’s die u – als bouwondernemer – loopt. U kunt dus gerust rekenen op de meer dan 100 jaar ervaring van Federale Verzekering in het verzekeren van bouwrisico’s. En last but not least kunt u meegenieten van onze restorno’s**. Want wij zijn een coöperatieve en onderlinge verzekeraar, en hebben dus geen externe aandeelhouders. Onze klanten delen dus mee in onze winst! Afgelopen jaar verdeelden wij zo bijna e 13 miljoen onder onze klanten.
Redactie: Federale Verzekering
www.build-safe.be
*Actievoorwaarden op www.build-safe.be **De restorno’s evolueren in de tijd afhankelijk van de resultaten en de toekomstvooruitzichten van de verzekeringsmaatschappij, van haar rendabiliteit, van de economische conjunctuur en van de toestand van de financiële markten ten opzichte van de verbintenissen van de ondernemingen die deel uitmaken van de Groep Federale Verzekering, zoals omschreven op www.federale.be. De toekenning van restorno’s in de toekomst is niet gewaarborgd. De restorno’s variëren per categorie en per type producten. De regels met betrekking tot hun toekenning worden bepaald in de statuten van de ondernemingen die deel uitmaken van de Groep Federale Verzekering. De statuten kunnen geraadpleegd worden op www.federale.be.
DOSSIER
Investeringspact
Goede intenties, nu concreet worden Al enkele jaren wil eerste minister Charles Michel een groot investeringspact voor ons land. De Confederatie is alvast niet tegen. We benadrukken al jaren dat de lage overheidsinvesteringen het concurrentievermogen van ons land bedreigen. En dan hebben we het nog niet over de burger, die snakt naar een betere mobiliteit, over ons gebouwenbestand dat veel energiezuiniger moet worden enzovoort. Er ligt nu een voorstel van investeringspact op de tafel. Onze conclusie? Er staan heel wat goede ideeĂŤn in, hoewel er ook zaken in ontbreken. Maar het is toch vooral een politiek document, een startpunt. De Confederatie zal nauwgezet in het oog houden wat met dit document gebeurt en haar stem laten horen wanneer de goede intenties concreet gemaakt worden.
november 2018 • Bouwbedrijf 19
€ 150 MILJARD
Ons land heeft een zware injectie van investeringen nodig Sinds 11 september hebben we een Nationaal Pact voor Strategische Investeringen. Of toch een voorstel voor dergelijk pact. Het beveelt aan om in de periode 2019-2030 maar liefst € 150 miljard te investeren. Een indrukwekkende som! Maar wat stelt dit document eigenlijk voor?
M
aar eerst een andere vraag: waarom een Nationaal Pact voor Strategische Investeringen? De reden is simpel:
20 Bouwbedrijf • november 2018
de Belgische overheden investeren niet genoeg. Onbekend is dat niet. De Confederatie herhaalt die boodschap al jaren. Op dit moment bedra-
gen de overheidsinvesteringen slechts 2,2 % van het bbp. Op Duitsland na doen onze buurlanden het beter, en in Scandinavië worden percentages tot 4 % bereikt. De gevolgen zien we alle dagen. Tunnels brokkelen af, wegen liggen er erbarmelijk bij, overheidsgebouwen vreten energie. In de voorbije jaren is het besef toegenomen dat onze problematische infrastructuur een bedreiging vormt voor de economische groei, voor de aantrekkelijkheid van ons land en dus ook voor onze welvaart. In 2016 al opperde eerste minister Charles Michel dat het hoog tijd was voor een Nationaal Pact voor Strategische Investeringen. In het voorjaar van 2017 maakte hij bekend welke werkwijze gehanteerd zou worden bij het opstellen van het pact. Een zeskoppig Strategisch Comité kreeg de verantwoordelijk. En nu, meer dan een jaar later, heeft Comité zijn verslag overhandigd aan de federale regering.
€ 150 miljard
In het Comité zetelen enkele bekende namen uit het Belgische bedrijfsleven. De voorzitter is Michel Delbaere (CEO van de voedingsgroep Crop’s). De andere leden zijn Dominque Leroy (CEO Proximus), Marc Raisière (CEO Belfius), Michèle Sioen (CEO Sioen Industries), Jean Stéphenne (CEO GlaxoSmithKline Biologicals) en ten slotte Pieter Timmermans (gedelegeerd bestuurder VBO). In het verleden was het idee dat het Pact investeringen ter waarde van ongeveer € 30 miljard zou bevatten. Maar het verslag van september gaat veel verder. Het stelt maar liefst € 145 tot 155 miljard voor. Dat is volgens het Strategisch Comité nodig om onze economie “toekomstbestendig” te maken, om een duurzame economische groei en een stijgende productiviteit te garanderen. 45 % van deze investeringen zouden voor rekening van de overheid zijn. Maar het Pact maakt zich sterk dat deze bedragen uiteindelijk terugverdiend
worden. We citeren: “Het effect op de economie zal groter zijn dan het bedrag van de aanvankelijke investering. De bijkomende groei zal dan weer zorgen voor extra economische zuurstof en biedt een antwoord op de macro-economische uitdagingen.” (blz. 17 van het verslag)
Zes domeinen
Het document werd in een aantal werkgroepen uitgewerkt, samengesteld uit experts uit overheid, onderwijs, bedrijfsleven en middenveld. Zij identificeerden zes domeinen die prioriteit moeten krijgen: • digital transitie; • cyberveiligheid; • onderwijs; • gezondheidssysteem; • energie; • en ten slotte mobiliteit.
Opvallend: aanbeveling Confederatie overgenomen
Daarnaast zegt het verslag van het Comité dat een aantal “omgevingsfactoren” mee zullen bepalen of het Pact een succes kan worden. Daarbij onder meer een betere regelgeving en een beter stelsel van vergunningen, een herstart van publiek-private samenwerking (PPS) en een herziening of herinterpretatie van de Europese normen voor onze overheidsuitgaven. Een dergelijke herziening zou een stijging van de investeringen beter moeten stimuleren; afremmen is zeker uit den boze. Opvallend is dat het expertverslag een idee van de Confederatie overneemt. Het beveelt een verschuiving van de Belgische overheidsuitgaven aan, met meer nadruk op investeringen en minder op de lopende uitgaven. De Confederatie benadrukt al verschillende jaren dat een dergelijke ingreep zinvol is. Ons land investeert weinig, maar heeft tegelijk een zeer groot overheidsbeslag. Dat de Belgische overheidsinvesteringen zo laag liggen, is dus het gevolg van keuzes, en niet van een gebrek aan geld. Het is voor zover ons bekend de eerste keer dat dit idee ››› november 2018 • Bouwbedrijf 21
€ 150 MILJARD
››› terugkomt in een document met de status van dit expertverslag.
Mobiliteit
Voor de bouw zijn energie en mobiliteit de twee belangrijke domeinen in het Pact. De totale Belgische investeringen in transportinfrastructuur zijn bijzonder laag in vergelijking met andere EU-landen, ongeveer 0,6 % van het bbp. Het EU-gemiddelde is 1 %. En dat terwijl verwacht wordt dat de vraag naar goederentransport in 2030 ongeveer 45 % hoger zal zijn dan ze in 2012 was. In dezelfde periode wordt voor het personenvervoer een groei van 11 % voorspeld. Het verslag van het Strategisch Comité stelt voor om in dit domein € 22 à 27 miljard te investeren gespreid over de jaren 2019-2030. De hoofdmoot bestaat uit € 20 tot 24 miljard voor “het uitbouwen en onderhouden van geïntegreerde transporten en diensten”. Kleinere bedragen zijn nodig voor het stimuleren van slimme mobiliteit, het beheer van de transportvraag en het opstellen van een ondersteunend kader. Dat resulteert in de volgende verdeling van de € 20 tot 24 miljard: • € 9 miljard voor onderhoud; • € 13 miljard voor de uitbouw van betere transportnetten- en diensten. Daarvan zou € 7 miljard moeten gaan naar de uitbouw van spoorweginfrastructuur en € 2 miljard naar de waterwegen. De “overige transportprojecten” zijn goed voor de rest.
TaaS
€ 20 miljard is veel geld, waarmee de bouwsector veel zou kunnen realiseren. Het expertverslag formuleert een visie op de besteding van dit bedrag. Het pleit voor Transport as a Service (TaaS), vrij vertaald: “transport als dienstverlening”. TaaS komt ongeveer hierop neer: als een aannemer mensen, machines of materiaal wil verplaatsen, maakt hij die behoeften bekend aan een dienstverlener. Die zoekt de oplossing. Deze kan 22 Bouwbedrijf • november 2018
multimodaal zijn, dus een combinatie van verschillende transportvormen: weg, water, spoor ... De aannemer betaalt vervolgens voor de dienstverlening. In het meest extreme geval is de dienstverlener volledig extern, en heeft de aannemer geen of een zeer beperkt aantal eigen vervoermiddelen. Het verslag stipt tegelijk aan dat we eerst een beter beeld zullen moeten hebben van de mobiliteitsbehoeften, en pleit dus voor de oprichting van een mobiliteitsobservatorium. Deze keuze voor TaaS heeft gevolgen voor de verdeling van de middelen. Er worden twee prioriteiten gedefinieerd. Ten eerste een verbeterde toegang tot steden. Concreet stelt het verslag voor om de voorstedelijke spoornetten verder te ontwikkelen. Daarnaast zou bijvoorbeeld ook de fietsinfrastructuur verder uitgebouwd moeten worden met fietssnelwegen en dergelijke. De tweede prioriteit op dit gebied is de verbeterde toegang tot logistieke gebieden. Ook hier ligt de nadruk op het spoor en daarnaast op de verhoging van de capaciteit van de waterwegen.
Wie betaalt?
Het Pact gaat ervan uit dat het overgrote deel van deze investeringen betaald zullen worden uit de reguliere budgetten van de overheden. Ongeveer 14 % zou geleverd worden door andere bronnen, zoals tolheffingen en PPS. In dat laatste geval zou de private sector dus mee instaan voor de financiering.
Energie
Energie is het tweede belangrijke domein voor onze sector. Ook op dit vlak is er erg veel werk aan de winkel. Volgens een rapport uit 2017 van het Building Performance Institute Europe verbruiken Belgische gebouwen per jaar gemiddeld meer dan 250 kWh per vierkante meter. Dat is een van de hoogste waarden in Europa Het verslag van het Strategisch Comité vertrekt van het Energiepact
van 2017. Dat wil tegen 2040 een energiesysteem tot stand brengen dat een “continue, duurzame en betaalbare energievoorziening kan garanderen”. Om deze transitie succesvol te maken stelt het expertverslag voor om € 60 miljard te investeren in de periode 2019-2030. Dat bedrag is verdeeld over zes deeldomeinen: • de energetische renovatie van gebouwen; • een verandering van de energiemix; • betere en aangepaste energienetwerken; • opslagfaciliteiten voor warmte en elektriciteit; • de ontwikkeling van alternatieve brandstoffen; • de ontmanteling van onze kerncentrales en het beheer van kernafval. Rechtstreeks het meest relevant voor de bouwsector is het eerste punt. De Confederatie heeft hierop trouwens actief aangedrongen bij deze werkgroep van het Strategisch Comité die het domein energie behandelde. Deze besliste dat de overheid het voorbeeld moet stellen en stelt dus voor de komende elf jaar € 17 miljard te investeren in het energiezuinig maken van overheidsgebouwen. Dat zou ons op weg zetten naar de doelstelling in het Energiepact dat de overheidsgebouwen in 2040 energieneutraal moeten zijn. Volgens het Strategisch Comité is het renoveren van overheidsgebouwen bijzonder geschikt voor publiek-private samenwerking. ESCO’s (Energy Services Companies) kunnen hierin een rol spelen. Daarom zou het geld voor deze operatie half van de overheid, half van de privésector komen. In het hele domein energie zou 85 % van de investeringen van de privésector komen, wat opvallend veel is. Maar dit is verklaarbaar. De verandering van de energiemix en de betere energienetwerken zijn samen goed voor meer dan de helft van de voorgestelde € 60 miljard, en deze vereisen ingrepen in structuren die niet meer in overheidshanden zijn.
•
DE RANDVOORWAARDEN
Voor investeringen is ook een goed kader nodig Een aantal investeringen opgenomen in het voorstel van Nationale Investeringspact zullen werken voor onze ondernemingen genereren. Ze zijn van rechtstreeks belang voor de bouw. Maar er komen ook onderwerpen aan bod met een onrechtstreeks belang voor de sector
D
at geldt onder meer voor de digitalisering waarvoor het verslag van de Strategische Comité pleit. Indien de overheid deze consequent doorvoert, kunnen de administratieve lasten voor ondernemingen verder dalen. Daarnaast beveelt het expertverslag aan dat het Belgische onderwijs de jongeren meer digitale vaardigheden zou bijbrengen. Aangezien onze sector de weg naar toenemende automatisering en digitalisering is ingeslagen, is dat goed nieuws voor onze ondernemingen. Ook een aantal randvoorwaarden of “omgevingsfactoren” worden besproken: vergunningen en regelgeving, het mobiliseren van kapitaal, PPSstructuren en ten slotte de heroriëntatie van de overheidsuitgaven en een herziening van de Europese budgettaire regels.
Weinig concreet …
Het Pact pleit voor snellere vergunningen, een betere begeleiding van projecten doorheen het hele vergunningstraject en voor meer zekerheid voor de initiatiefnemers. Wan-
neer projecten de gewestgrenzen overschrijden, is een goede samenwerking nodig. Het Pact suggereert de federale overheid daarbij te betrekken. De bouw kan hier niet tegen zijn, maar het Pact blijft steken in een diagnose en in goede intenties. Welk initiatief moet genomen worden, is onduidelijk. Hetzelfde kan men zeggen over het mobiliseren van kapitaal. Het Pact geeft een aantal mogelijkhe-
den aan, zoals PPS en de oprichting van infrastructuurfondsen. Daarnaast pleit het voor de oprichting van een “Comité voor de strategische investeringen op het beleidsniveau”. Het probleem is hier dat er goede projecten nodig zijn vóór men middelen kan vrijmaken en aantrekken. Maar de projecten in dit Pact zijn nog lang niet gedefinieerd. Interessant is de suggestie dat de overheid voor
elk investeringsproject boven een bepaald bedrag zou moeten nagaan of PPS de beste oplossing is. In Nederland doet men dit vanaf € 60 miljoen. Ook zou de ontwikkeling van energieprestatiecontracten versneld moeten worden. Deze techniek biedt kansen voor het energiezuiniger maken van de overheidsgebouwen.
Begrotingsstrategie
Het heikelste punt wat betreft financiering zijn wellicht de begrotingsstrategie en de Europese regels die de Belgische overheidsbegroting(en) moeten respecteren. Het Pact zegt dat de overheid de aandacht moet verleggen van de lopende uitgaven naar duurzame investeringen. Het zegt ook dat er een soepelere interpretatie moet komen van de Europese regels. Dit idee is niet nieuw. De Confederatie dringt hierop al langer aan. Maar hoe de overheid de uitgaven verdeelt, hangt af van keuzes die uiteindelijk politiek zijn. Misschien is dit wel de conclusie die we moeten trekken uit dit voorstel van Pact: dit is niet zozeer een plan om te investeren, het is op de eerste plaats een politiek document. Eerder het begin van een evolutie dan een uitgestippelde weg. De Confederatie hoopt dat alle overheden dit document lezen en gebruiken wanneer ze hun keuzes maken. Het is dus afwachten of het Pact meer wordt dan een goedbedoeld rapport.
•
november 2018 • Bouwbedrijf 23
DE REACTIE VAN DE CONFEDERATIE
We hebben de diagnose: de patiënt is ziek. Nu nog de behandeling … Wat moet de bouw nu denken van dit voorstel van investeringspact? De grootte van de voorgestelde investeringen is veelbelovend. Maar toch blijft de Confederatie achter met gemengde gevoelens.
H
et is in ieder geval goed dat het gebrek aan overheidsinvesteringen in dit land aangekaart wordt door dit expertverslag. Bovendien zijn de investeringsdomeinen niet lukraak gekozen. Achter de voorstellen zit een duidelijk visie. Men kan het daarmee eens zijn of niet. Moeten investeringen in mobiliteit inderdaad gericht zijn op de uitbouw van Trans port as a Service? Maar het Pact is zonder twijfel een startpunt voor een constructieve discussie.
Onze stem gehoord
De bouw mag ook tevreden zijn dat zijn stem gehoord is. In het najaar van 2016 organiseerde de Confederatie een high level colloquium over de Belgische overheidsinvesteringen. Het liet een select gezelschap van gezaghebbende specialisten aan het woord (voor een verslag: zie Bouwbedrijf van december 2016). Bij hun voornaamste conclusies: • overheidsinvesteringen zijn niet alleen wenselijk maar ook noodzakelijk; • de evolutie van de waarde van het overheidspatrimonium maakt duidelijk dat er meer investeringen nodig zijn; • het kader waarbinnen begrotingen opgemaakt moeten worden, verplicht België niet om weinig te investeren; 24 Bouwbedrijf • november 2018
• daarmee samenhangend: een minder rigide interpretatie van de begrotingsnormen zou mogelijkheden scheppen; • publiek-private samenwerking (PPS) blijft een valabele financieringsmogelijkheid. Al deze conclusies komen in een of andere vorm terug in het Strategisch Investeringspact. Het stelt voor om de jaarlijkse overheidsinvesteringen met ongeveer 1 % van het bbp op te trekken. Dat komt overeen met de aanbevelingen van de Commissie Bouw in de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven. Volgens het Pact zijn de aanbevelingen ambitieus. Maar ze zijn haalbaar wanneer in de begrotingen een verschuiving plaatsvindt van lopende uitgaven naar investeringen. Dat is opnieuw een conclusie die ook gehoord werd op het colloquium van de Confederatie in 2016. Ten slotte is het positief dat het Pact een suggestie van de Confederatie overgenomen heeft. Het voorstel om € 17 miljard uit te trekken om in de komende elf jaar de energieprestaties van de overheidsgebouwen te verbeteren, is mee het gevolg van het overleg tussen de beroepsorganisatie en de auteurs van het Investeringspact. Maar het valt op dat energie vrijwel het enige criterium is. Voor andere verbeteringen van overheidsgebouwen
trekt het voorstel van pact geen geld uit. Voor de scholen wordt wel een verdubbeling van de investeringen gevraagd. Maar bij nader inzien blijkt dat deze lang niet allemaal naar bouwwerken gaan.
Nuances
Hiermee arriveren we bij de nuancering van dit Nationaal Pact voor Strategische Investeringen, zoals het officieel heet. Die naam dekt niet helemaal de lading. Het document is strikt genomen geen pact. De betrokkenen, overheid en privésector, hebben geen bindend engagement gesigneerd. Een aantal investeringen zullen ongetwijfeld
WOONFISCALITEIT AANPASSEN Op blz. 69 van het expertverslag staat een intrigerende passage: “Werken, wonen, ontspannen moeten zo dicht mogelijk bij elkaar gebracht worden. Ook moeten de methoden voor ruimtelijke ordening geoptimaliseerd worden. Zo moet bijvoorbeeld de woonfiscaliteit
gedaan worden, onder meer door de privésector in het domein van de digitalisering en de energie. Maar een groot deel van het document bestaat uit aansporingen en voorstellen.
Voldoende?
We mogen hopen dat het Pact een nieuwe dynamiek op gang zal brengen, maar we staan nog maar aan het begin. Voor onze sector lijken enkele voorgestelde bedragen groot, maar in het licht van de noden tegelijk niet groot genoeg. Neem bijvoorbeeld de mobiliteitsinfrastructuur. Het bedrag dat rechtstreeks belang heeft voor de bouw is € 20 tot 24 miljard. Daarvan zou € 9
miljard naar onderhoud gaan. Maar onderhoud dient om de waarde van een patrimonium in stand te houden. Het doet het overheidskapitaal vertegenwoordigd door onze infrastructuur niet groeien. Onderhoud is absoluut noodzakelijk, maar het kan slechts moeilijk beschouwd worden als een investering in de bijkomende productiviteit en de toekomstige economische groei die het Investeringspact moet garanderen. € 7 miljard zou gaan naar de spoorwegen in de komend elf jaar. Een aanzienlijk bedrag, maar men mag niet uit het oog verliezen dat de budgetten voor de spoorwegen al verschillende jaren gedaald zijn.
worden aangepast (e.g., registratierechten, onroerende voorheffing, enzovoort).” Ook de Confederatie is van mening dat de huidige woonfiscaliteit niet meer aangepast is aan de woonnoden. Helaas gaat het Pact niet dieper in op de veranderingen die nodig zijn.
Door de manier waarop het beheer van onze spoorwegen gestructureerd is, worden investeringen in spoorwegen niet beschouwd als overheidsinvesteringen. Naast de fondsen die voor spoorwegen en gewoon onderhoud bestem zijn, hebben we elk jaar € 1,6 miljard meer nodig om te kunnen wedijveren met het Europees gemiddelde. Het pact voorziet hiervoor maar tussen € 5 en 14 miljard voor de periode 20192030. Daarbij komt dat de voorgestelde investeringen behalve het onderhoud vooral gericht zijn op de toegang tot steden en op de logistieke zones zoals de havens. Ze laten een aanzienlijk deel van mobiliteitsinfrastructuur dus buiten beschouwing. Het is dus allesbehalve evident dat het Pact een snelle oplossing biedt voor de fileproblemen waarmee onze ondernemingen dagelijks geconfronteerd worden.
En nu concreet
Ten slotte is er voor onze sector een groot zwak punt in dit expertverslag. Er moet nog zeer veel concreet gemaakt worden. Niet alleen de projecten zelf maar ook de financiering. Het is onduidelijk of de voorgestelde financieringsmiddelen zullen volstaan, en hoelang het zal duren voor de nodige praktische en politieke beslissingen genomen zijn. De auteurs van het Pact vragen dat alle betrokkenen hun steun verlenen aan de voorstellen. De Confederatie staat daarvoor open. Ze zal er ook op letten dat deze investeringen niet ten koste zijn van andere. Een hele reeks investeringen is misschien minder prioritair voor de auteurs van het expertverslag, maar blijft toch noodzakelijk om het publieke patrimonium en de dienstverlening aan de burgers en de ondernemingen op peil te houden. De aandacht daarvoor mag niet verslappen.
•
november 2018 • Bouwbedrijf 25
BOUW UW VERZEKERINGSPAKKET, À LA CARTE…
VOOR EEN OPTIMALE EN VOORDELIGE BESCHERMING! Build-Safe: exclusief voor de bouwprofessional Zelfstandige of kleine bouwondernemer (max. 5 personeelsleden, bedrijfsleider incl.)? Dan is Build-Safe er voor u! U kunt dit flexibele verzekeringspakket zelf samenstellen, zo is het steeds op maat van uw onderneming. Daarbovenop kunt u 10% besparen op uw verzekeringspremies! En uw bedrijf en uzelf zijn optimaal beschermd.
Vraag uw kortingsbon op www.build-safe.be
Korting
-10%
*
Vragen? Contacteer ons Info-Center: 0800/14.200 * Reglement op www.build-safe.be Federale Verzekering – Stoofstraat 12 – 1000 Brussel. www.federale.be. Coöperatieve Vennootschap voor Verzekering tegen Ongevallen, Brand, Burgerlijke Aansprakelijkheid en Diverse Risico’s CVBA Financieel rekeningnummer: BIC: BBRUBEBB IBAN: BE31 3100 0723 3155 - RPR Brussel BTW BE 0403.257.506
De verzekeraar die zijn winst met u deelt
VEILIGHEID IN DE BOUW 2016
Kleiner risico op een ongeval, maar grotere kans dat het ernstig was Eerst het goede nieuws: in 2016 daalde het risico op een ongeval in onze sector. Maar dan het slechte nieuws: de ongevallen die toch gebeurden, waren ernstiger. Het Federaal agentschap voor beroepsrisico’s Fedris publiceerde onlangs de statistieken.
H
WAT BETEKENEN DEZE CIJFERS? De FREQUENTIEGRAAD is een maat voor het risico op een ongeval. Concreet gaat het om het aantal arbeids ongevallen per miljoen gewerkte uren. Arbeidsongevallen worden meegeteld zodra ze leiden tot minstens één volledige dag ongeschiktheid (de dag van het ongeval niet meegeteld). De WERKELIJKE ERNSTGRAAD is een maat voor de ernst van de ongevallen. Hij zegt hoeveel werkdagen er per duizend gewerkte uren verloren gaan door arbeidsongeschiktheid vanwege een ongeval. Dan is er nog een GLOBALE ERNSTGRAAD. In tegenstelling tot de werkelijke ernstgraad houdt deze ook rekening met de dodelijke ongevallen en met het feit dat een ongeval kan leiden tot blijvende ongeschiktheid.
Op www.fedris.be staat hoe men deze indicatoren precies berekent. U vindt daar ook de sectorfiches waarop dit artikel gebaseerd is.
et verzamelen en analyseren van de data over arbeidsongevallen neemt enige tijd in beslag, en daarom is 2016 het recentste jaar met volledige cijfers. Er gebeurden toen 35,8 ongevallen per miljoen gewerkte uren in de bouwsector in zijn geheel (NACE-codes 41, 42 en 43). Het jaar daarvoor waren dat nog 36,8 ongevallen, en in 2010 zelfs 49,7. Het is nu al zes jaar op rij dat de frequentiegraad daalt in onze sector (meer uitleg over de frequentiegraad staat in de kadertekst). Dit bemoedigende resultaat heeft evenwel een donkere rand. De ongevallen die wel gebeurden, waren ernstiger. En wel in dergelijke mate dat de werkelijkheid ernstgraad toenam in 2016. Ook de globale ernstgraad, die meer rekening houdt met zware ongevallen, steeg in 2016. Zowel bij de werkelijke als bij de globale ernstgraad was er tot 2014 een dalende trend. Maar dat was voorbij in 2016. De globale ernstgraad begon al trouwens al in 2015 te stijgen.
Uitzonderingen
De meeste deelsectoren
van de bouw vertonen globaal bekeken de evolutie die we net geschetst hebben. Maar er bestaan ook uitzonderingen, waarvan we er hier twee bespreken. Een eerder negatieve uitzondering is de bouw van autowegen en andere wegen (NACE 42.110). Daar stegen niet alleen de twee ernstgraden maar ook de frequentiegraad. Het risico op een ongeval nam er toe in 2016. Bij de dakwerkers (NACE 43.910) was er daarentegen een daling bij alle drie de indicatoren, ook de frequentiegraad. Goed nieuws? Niet helemaal: ondanks de dalingen is het risico op een ongeval bij de dakwerkers nog altijd groter en zijn de ongevallen ernstiger dan gemiddeld in de bouw.
En de buitenlanders?
We mogen overigens niet vergeten dat de cijfers van Fedris alleen informatie geven over de werknemers in dienst van Belgische bouwbedrijven. De zelfstandigen en de gedetacheerde buitenlandse arbeidskrachten komen er niet in voor. Een volledig beeld van de veiligheid in onze sector geven ze dus niet.
•
november 2018 • Bouwbedrijf 27
werk.belgie.be/lijst_asbestverwijderaars werk.belgie.be/lijst_asbestverwijderaars werk.belgie.be/asbest_in_materialen.aspx werk.belgie.be/asbest_in_materialen.aspx beswic.be/nl/themas/gevaarlijke-stoffen/asbest beswic.be/nl/themas/gevaarlijke-stoffen/asbest Vlaanderen Vlaanderen vlaanderen.be vlaanderen.be WEES ALERT VOOR ASBEST! ovam.be/asbest ovam.be/asbest
De grote preventiecampagne
Brussel Brussel leefmilieu.brussels/themas/gebouwen/ leefmilieu.brussels/themas/gebouwen/ het-beheer-van-mijn-gebouw/asbest Neem geen risico’shet-beheer-van-mijn-gebouw/asbest als je met asbest geconfronteerd wordt, schakel een vakman in.
Dat is de boodschap van Wees alert voor asbest, de grote preventiecampagne die op 25 september van start ging. Ze duurt tot augustus 2019 en wordt georganiseerd door Opleidingsadvies: Opleidingsadvies: Constructiv en Fedris, het Federaal agentschap voor beroepsrisico’s.
constructiv.be
constructiv.be
D
e bouwsector en Fedris gaven
soms pas na veertig jaar. Bij die gevol-
Fabrice Meeuw: “Ten eerste: asbest
daarvan bewust, asbest kan een ernstige bedreiging voor de gezondheid zijn. Zeker in de bouwsector, want het gevaarlijke spul werd tot een jaar of dertig geleden massaal gebruikt in constructies. De bouw was dan ook één van de grote drijvende krachten achter deze actie, vertelde ons René Van Cauwenberge (voorzitter beheerscomité Constructiv Building on People). René Van Cauwenberge: “Deze campagne is zeer belangrijk. Voor bouwvakkers zeker, maar voor iedereen in feite. Blootstelling aan asbest veroorzaakt risico’s die ons al lang zorgen baren en die voor ons een absolute prioriteit zijn.” Niet alleen voor Constructiv trouwens, maar ook voor Fedris, aldus Pierre Pots (administrateur-generaal Fedris). Asbest veroorzaakt beroepsziekten, en het voorkomen daarvan is een van de opdrachten van het agentschap.
vermindert en het hart kan overbelast worden. Maar er is ook mesothelioom, een dodelijke kanker van het borst- of het buikvlies. De combinatie van roken en blootstelling aan asbestvezels verhoogt dan weer sterk de kans op longkanker. Pierre Pots: “Het aantal gevallen van mesothelioom stijgt. Het Asbestfonds heeft 2 098 slachtoffers erkend tussen eind 2017 en zijn oprichting in april 2007. Dat komt neer op ongeveer 200 gevallen per jaar. En daarbij moet je in het achterhoofd houden dat niet alle gevallen aan Fedris gemeld worden.” “Deze campagne wil iedereen bewustmaken. Het was hoog tijd, want het gevaar blijft bestaan, voor de particulier en voor de bouw, die een van de meest getroffen sectoren is. Maatregelen blijven nodig. De Belg renoveert meer en meer, en stoot daarbij op asbesthoudende materialen.”
samen: ‘Wees alert voor asbest. Als je ’t goed aanpakt, heb je niets te vrezen!’” De adviseurs van Constructiv geven informatie over de wetgeving aan aannemers. Per jaar bezoeken ze meer
Dodelijke ziekten
Voor Fabrice Meeuw (directeurgeneraal Constructiv Building on People) is deze campagne een van de grootste die de bouwsector ooit opgezet heeft. Ze heeft een dubbele boodschap.
Informatie-, preventieen toolboxfiches: preventieen gen een aantal dodelijke ziekten zoalstoolboxfiches: de aftrap voor deInformatie-, campagne. is gevaarlijk. En ten tweede: er bestaan asbestose. Deze aandoening is vergeDeze komt geen moment oplossingen. Schakel een vakman in! buildingyourlearning.be buildingyourlearning.be lijkbaar met stoflong: de longcapaciteit te vroeg, want al is niet iedereen zich De campagneslogan vat het mooi
Asbest is aanwezig in meer dan 3.500 verschillende toepassingen.
Asbest is aanwezig in meer dan 3.500 verschillende toepassingen.
Download onze app Download onze app ‘ASBESTCHECK’ en ‘ASBESTCHECK’ en lees er meer over. lees er meer over.
De hoogdagen van asbest lagen in ons land ruwweg tussen 1965 en 1985. Het gevaar op blootstelling was toen groot. Iets wat we nog altijd merken, want de nadelige gevolgen verschijnen
28 Bouwbedrijf • november 2018
Oplossingen bestaan
Download de asbestche
‘ASBESTCHEC ‘ASBES lees er meer lees ero
asbest is begonnen 7
CHARTER
Download de asbestcheck Tijdens lancering van Wees alert voor asbest! signeerden minister De Block en de partners van de campagne een charter. Daarmee onderstreepten ze hun engagement in de strijd tegen asbest.
dan 10 000 bouwplaatsen en verstrekken ze meer dan 55 000 adviezen. Daarnaast heeft Constructiv al 27 000 uur opleiding over asbest gegeven. Dat sluit aan op de initiatieven van de overheid. Zo wil Vlaanderen tegen 2040 asbestveilig zijn (zie Bouwbedrijf van oktober 2018). Fabrice Meeuw: “In de komende tien tot vijftien jaar zal er dus veel asbest verwijderd worden. Het is het ideale moment om op deze problematiek te focussen.”
Positieve boodschap
Op 25 september kreeg minister van Volksgezondheid Maggie De Block het laatste woord. Ze stipte aan dat de cam-
pagne, die volgens haar een prachtig initiatief is, er kwam dankzij de samenwerking met de bouwsector. Maggie De Block: “Er was lang sprake van struisvogelpolitiek als het over asbest ging. Maar die periode ligt nu achter ons. Wij en de actoren op het terrein moeten de krachten bundelen om de preventie te verbeteren, door werknemers en burgers ervan bewust te maken dat er oplossingen bestaan. Bepaalde aspecten van de asbestproblematiek zijn geregionaliseerd. Maar ook op het federale niveau nemen wij onze verantwoordelijkheid op. Wij willen een positieve boodschap verspreiden.”
•
INFO: www.alertvoorasbest.be.
november 2018 • Bouwbedrijf 29
›››
DAKWERKERS OVER ASBEST
“De kloof tussen theorie en praktijk blijft groot” Dakwerkers worden vaak met asbest geconfronteerd. We vroegen dus aan Johan Vandebuerie om een stand van zaken op te maken. Hij is zaakvoerder van Dakwerken Dak Plus. Daarnaast is hij docent asbestverwijdering, en bestuurder van de Vlaamse Confederatie Bouw Dak. Hij is tevreden dat de asbestcampagne begonnen is.
J
ohan Vandebuerie: “Aannemers worden al jaren blootgesteld aan asbest. We vinden dit in onze samenleving bijna vanzelfsprekend, maar de gevolgen vallen niet te onderschatten. De gewone burger is zich weinig bewust van de langdurige schade die blootstelling aan asbest met zich kan meebrengen, niet alleen voor zijn familie maar ook voor onze arbeiders. Ik vind het dus meer dan noodzakelijk om niet alleen de burger bewust te maken van dit gevaar, maar ook om werk te maken van haalbare werkmethodes waarmee asbest veilig verwijderd en afgevoerd kan worden. Dit zal ook bijdragen aan het herstel van de goede reputatie van de dakdekkers en aannemers in het algemeen.” In welke vormen komt u asbest tegen?
Johan Vandebuerie: “Als dakdekker kom ik meestal in contact met asbestleien, golfplaten en onderdakplaten. Deze producten bevatten hechtgebonden asbest. Als hij de juiste voorzorgen neemt, kan een dakdekker met de juiste opleiding ze veilig verwijderen. Soms komen we ook schoorsteenpijpen of binnenafwerking met asbest tegen. In dat geval kan het gaan om niet-hechtgebonden asbest, en dat type is nog gevaarlijker. Elke aannemer die ook renovaties doet, komt regelmatig asbest tegen. Asbest werd veelvuldig toegepast in de jaren 1950 tot 1980. Leien en 30 Bouwbedrijf • november 2018
Johan Vandebuerie: “Heel wat bedrijven willen het goed doen, maar hebben moeite om de weg naar hulp te vinden.”
golfplaten met asbest werden zelfs verkocht tot 1998. Omdat het in zo veel producten voorkwam, mag je er bijna zeker van zijn dat elke oudere, te renoveren woning wel ergens asbest bevat.” Welke gevolgen heeft dat concreet?
Johan Vandebuerie: “We mogen uiteraard enkel het hechtgebonden asbest zelf verwijderen. Er moet dan een container met afsluitbare zak komen om het asbest in te verzamelen. Het personeel moet mondmaskers en andere persoonlijke beschermingsmiddelen ter beschikking krijgen. Er moet een zone afgebakend worden en de klant heeft een tijdlang geen toegang tot minstens een deel van de woning. Aan het einde
van de werf moet ook al het materiaal gereinigd worden, en liefst ook gestofzuigd met een absoluutfilter.” Hoe reageert de klant?
Johan Vandebuerie: “Asbest verwijderen veroorzaakt extra kosten en vertraagt de werf. Uiteraard ziet de klant dat niet graag. Onze aannemers verliezen talloze projecten aan goedkopere cowboys die weinig waarde hechten aan hun gezondheid of die van hun personeel. De afschaffing van de vestigingswet in 2019 zal daarin zeker geen verbetering brengen. In België gaan projecten, zowel in de privé als in aanbesteding, nog veel te vaak naar de goedkoopste in plaats van de beste
oplossing, met alle gevolgen van dien.” Hoe kun je dat oplossen?
Johan Vandebuerie: “Iedereen wil waar voor zijn of haar geld. Dat is normaal, maar particulieren bouwen en verbouwen niet alle dagen. Ze weten doorgaans welke stijl ze willen, maar niet wat belangrijk is en wat er kan misgaan. Het is zeer belangrijk dat zij geattendeerd worden op zaken als veiligheid en kwaliteit. Werken met een echte vakman is iets duurder dan met een cowboy, maar het kan je op lange termijn wel heel wat verdriet en frustratie besparen.” Wat kan de aannemer doen?
Johan Vandebuerie: “Wanneer je offerte maakt voor een renovatieproject, is het zeer belangrijk om ter plaat-
se te gaan en een goede inschatting te maken van de situatie. Moet je asbest verwijderen? Dan komen er sowieso extra kosten bij. Heel wat aannemers vinden deze inschatting echter moeilijk omdat ze niet weten welke voorzorgen te nemen in welke omstandigheden. Er bestonden tot nu toe geen praktische instructies. Elk bedrijf moet wel een eigen risicoanalyse maken, maar het aantal mogelijke manieren waarop je in aanraking kunt komen met asbest, valt zeer moeilijk te overzien.” Conclusie: de bouw heeft nog werk voor de boeg.
Johan Vandebuerie: “Alhoewel er al heel wat documenten zijn uitgewerkt, blijft de kloof tussen de theorie en de praktijk groot. Wanneer een arbeider
Voor uw borgstellingen maak de sprong naar...
een instructie zoekt om veilig te werken, moet die verstaanbaar en makkelijk bereikbaar zijn. Iemand die goed is met zijn handen is goud waard, maar vaak heeft hij weinig tijd voor stapels papierwerk. Liever een korte, haalbare en betaalbare, eventueel geïllustreerde werkinstructie dan een tekst van tien bladzijden. Dat heeft meer kans op slagen. In de Dakdekkersfederatie ijveren we ook voor een nationaal nummer waarop dakdekkers terecht kunnen voor snel advies tijdens werken. Kortom, maak het voor elke aannemer, klein of groot, haalbaar om veilig asbest te verwijderen.” Moet de regelgeving strenger worden?
Johan Vandebuerie: “Uiteindelijk wel, maar momenteel is het vooral belangrijk dat er geïnformeerd wordt. Heel wat bedrijven willen het goed doen, maar hebben moeite om de weg naar hulp te vinden. Vóór men denkt aan straffen, zou men over iets anders moeten nadenken: hoe kunnen we naar alle aannemingsbedrijven toe communiceren over een consistente, veilige, verstaanbare en haalbare manier om met asbest om te gaan? Ook de consumenten moeten meer informatie krijgen over de gevaren van asbest, zodat zij begrijpen dat de meerprijs voor een veilige behandeling van asbest niet overbodig is. Het is een kleine prijs voor hun eigen toekomst en gezondheid.”
•
Fideris • expertise sinds 1926 • marktleider • coöperatieve vennootschap die de winsten deelt met haar vennoten
• voor hoofd- en onderaannemers in alle bouwsectoren • hoge ristorno • onze borg verzwaart uw bankkredieten niet
• voor openbare , privé werken en de wet Breyne
Gemeenschappelijke Borgstellingen cv - Ondernemingsnummer 0403.259.880 - RPR Brussel
Groenkraaglaan 5 - 1170 Brussel - T 02 676 19 20 - F 02 513 02 91 - info@fideris.be - www.fideris.be
BOR00104 AdvBouwbedrijf_190x82_dec2015_NL.indd 1
11/01/16 10:43
november 2018 • Bouwbedrijf 31
De Belgische vakbeurs voor alle installatietechnieken:
binnenklimaat, sanitair, elektrotechniek, automatisering én beveiliging, verwarming, schoorsteenvegen, waterbehandeling. In de ruime hallen van Brussels Kart Expo van 9u30 tot 19u00. Gratis toegang voor bouwprofessionals. Sfeer en gezelligheid verzekerd dankzij gratis buffetten en drank.
Kom gratis naar de beurs en schrijf in via www.installday.be
VRIJDAG 23 NOVEMBER 2018
organisatie:
mediapartners:
by Techlink
by Techlink by Techlink
initiatief van:
by Techlink
Vakbeurs en netwerkevent van het jaar voor fabrikanten, voorschrijvers, architecten en vakmannen uit de volledige afwerkingsector: schilders, schrijnwerkers, plaatsers van plafond- en wandsystemen, parket-, tegel- en mozaïekplaatsers, stukadoors, glazenmakers,… In de ruime hallen van Brussels Kart Expo in Groot-Bijgaarden van 9u30 tot 19u00. Gratis toegang tot meer dan 140 standen. 4.300 bezoekers op 1 dag tijd. Gemoedelijke sfeer met gratis buffetten en drank.
Kom gratis naar de beurs en schrijf in via www.dagvandeafwerking.be
DINSDAG 27 NOVEMBER 2018
De Nationale Raad van Dak- en Dichtingswerken nodigt u uit op haar
■ Dé leidinggevende vakbeurs en het netwerkevent in de Benelux voor dakdekkers, dakafdichters, fabrikanten, architecten, voorschrijvers en vakmannen uit de dakensector… ■ In de ruime hallen van Brussels Kart Expo van 09u30 tot 19u00. ■ Gratis toegang tot meer dan 140 standen. ■ 4.100 bezoekers op 1 dag tijd. ■ Gemoedelijke sfeer met gratis buffetten en drank.
VRIJDAG 30 NOVEMBER 2018
Kom gratis naar de beurs en schrijf in via www.belgianroofday.be organisatie:
media partner:
initiatief van:
ISOLATIE LOONT
Tweede Isolatiedag toont vakmanschap in de praktijk Minister Bart Tommelein, schouder aan schouder met de bouw.
Op 22 september 2018 organiseerde de Vlaamse Confederatie Bouw in samenwerking met het Vlaams Energieagentschap en Bouwunie de tweede Isolatiedag. In heel Vlaanderen openden 15 bouwplaatsen hun deuren voor bezoekers.
D
e uitvoerende aannemers legden op de bouwplaats uit welke mogelijkheden en technieken er bestaan om een bestaande woning na te isoleren. Maar daar bleef het niet bij. De bezoekers kregen ook nuttige informatie over de premies en de verplichtingen, en vooral over de voordelen van na-isolatie. Alles werd aanschouwelijk voorgesteld met demonstraties van dakisolatie, spouwmuurisolatie en muurisolatie aan de buitenkant.
Bart Tommelein
Vlaams minister van Energie Bart Tommelein mocht vanzelfsprekend niet ontbreken op de Isolatiedag. Onder het toeziend oog van de aannemers, stak hij de handen uit de mouwen en isoleerde de spouw van een woning in Deinze én in zijn thuisstad, Oostende. Bart Tommelein: “Je huis maximaal isoleren is de snelste weg naar een energiezuinige woning. Het geeft je zowel in de zomer als de winter meer comfort en je
ziet de investering ook meteen vertaald in een lagere energiefactuur. Bovendien stijgt de waarde van je woning als die energiezuinig is. Degelijke isolatie voor iedere woning in Vlaanderen is en blijft een prioriteit.”
Nog lange weg
Zowat 85 % van de Vlaamse woningen heeft intussen een geïsoleerd dak. Maar er blijft nog een lange weg te gaan. Slechts de helft van de Vlaamse woningen heeft muren
die geïsoleerd zijn. Met de Isolatiedag wil de VCB de mensen bewustmaken en hun kennis bijspijkeren, zodat ze tijdig tot isoleren overgaan. Dat is immers nodig volgens Marc Dillen (directeur-generaal VCB). Marc Dillen: “We merken dat heel wat mensen zich nog niet bewust zijn van de verplichtingen opgelegd door de overheid. Denk aan de dakisolatienorm vanaf 2020, de dubbelglasnorm vanaf 2023 en de BENOvatiedoelstellingen vanaf 2050. Dat laatste jaar lijkt nog ver weg, maar toch moeten we er vandaag al mee beginnen. Er is nog een serieuze inhaalbeweging nodig om alle bestaande woningen energie-efficiënt te krijgen.” De bezoekers die op zoek waren naar een vakman werd de weg gewezen naar www.buildyourhome.be. Twee gelukkigen mochten een cheque van € 500 in ontvangst nemen, te besteden aan de na-isolatie van hun woning.
•
INFO: Nog vragen? Stel ze aan tim.vanhelden@vcb.be. Tim Van Helden is beleidsmedewerker Energie bij de Vlaamse Confederatie Bouw. U kunt hem ook bereiken op het nummer 02 545 56 55. Meer informatie over premies en energie-eisen staat op www.energiesparen.be.
november 2018 • Bouwbedrijf 33
JURGEN PUTMAN OVER BOUWRADAR
Goed inzicht in kostprijs geeft betere offertes Jurgen Putman van het gelijknamige bouwbedrijf Jurgen Putman bvba stapte onlangs in een kosteloos traject van BouwRadar. Doel: het beter doen op administratief vlak. Zijn ervaringen met dit project van de Vlaamse Confederatie Bouw zijn zeer positief.
J
urgen Putman bvba voert voornamelijk werken uit in de privésector. Met een team van vier mensen plaatst hij funderingen van woningen en bouwt hij kelders. Bij de activiteiten van het bedrijf verder een tiental zwembaden per jaar, diverse grond- en verhardingswerken en betonwerken. Jurgen Putman: “Ik was me ervan bewust dat het op administratief vlak allesbehalve ideaal draaide. Ik ben dan op zoek gegaan naar verbetering, en BouwRadar bleek een geschikt aanknopingspunt.”
zeer concrete vragen. Voortaan weet ik precies hoeveel uren we moeten factureren op jaarbasis om break-even te draaien. Of welke tarieven we moeten aanrekenen voor mijn graafmachines. Of welke de marges moeten zijn op de aankopen van materialen.“ “Die andere visie gaf me een bredere kijk op ondernemen. Ik dacht altijd dat je om te verdienen gewoon harder moest werken. Maar uiteindelijk is dat niet zo, zeker niet op de langere termijn. Slimmer werken staat nu voorop.”
Kosten correct analyseren
Men heeft soms een lage dunk van de manier waarop aannemers kosten calculeren. Het klopt inderdaad dat het geen eenvoudige oefening is. De bouw is een heel specifieke sector, met een breed gamma aan renovatie- en nieuwbouwprojecten, telkens weer in nieuwe omgevingen en omstandigheden. Maar de afdeling Bedrijfsbeheer van het WTCB biedt de aannemer sinds jaar en dag een antwoord op deze uitdaging. Tim Vissers: “En dat doen we ook in het kader van BouwRadar. We gaan zij aan zij met de aannemer door de
Bij de keuze van de begeleiding door BouwRadar vroeg Jurgen om de kosten in zijn onderneming in detail te onderzoeken. Het bedrijf maakte veel offertes, die doorgaans afhingen van de gangbare prijzen op de markt. Maar of deze prijzen ook volstonden om tegelijk alle kosten te vergoeden én een marge over te houden – dat was vaak koffiedik kijken. Jurgen Putman: “Tim Vissers van het WTCB is dan langsgekomen. Het was zeer leerrijk, hoe ik aan het einde van de oefening antwoorden kreeg op
34 Bouwbedrijf • november 2018
Calculeren met het WTCB
Tim Vissers: “We gaan zij aan zij met de aannemer door de cijfers van zijn bedrijf.”
cijfers van zijn bedrijf. Dat verschaft inzicht. Welke kosten worden gemaakt? En minstens zo belangrijk: hoe worden deze verrekend in de offertes? Wat met de kosten voor vervoer, loonadministratie, materiaalverliezen? Hoeveel uren die wel vergoed worden, kunnen niet gefactureerd worden aan de klant? Het resultaat is een heldere kijk op het bouwbedrijf, een helikopterview die nodig is om de juiste richting in te slaan als je verbetering wil.”
Stap voor stap vooruit
Een goed onderbouwde offerte houdt rekening met alle uren, materi-
Evaluatie BouwRadar
Jurgen Putman: “Ik durf nog niet zeggen dat mijn bedrijfsbeheer al efficiënter is. Maar ik heb nu de inzichten om het efficiënter te maken. We hebben een doel voor ogen, en we zijn al selectiever geworden bij het aanpakken van werken. In de toekomst willen we de kwaliteit verhogen, flexibel blijven en kort op de bal spelen.” “BouwRadar is super. Het mocht zelfs wat langer duren om ons concreet aan het werk te zetten. Mijn deelname is zeer nuttig geweest. Ik ben ervan overtuigd dat iedere zaakvoerder iets kan opsteken van BouwRadar.”
•
INFO: inschrijven voor BouwRadar kan op www.BouwRadar-vcb.be/aanmelding U vindt er ook meer informatie over dit project dat bouwbedrijven efficiënter doet draaien.
Jurgen Putman: “BouwRadar is super!”
alen, machines en onderaannemerskosten. Voeg daar vervolgens de toeslagen aan toe voor algemene kosten en marge, en je calculeert volgens de regels van de kunst. Tim Vissers: “Maar de uitvoering loopt niet altijd zoals gepland. Wie het echt goed wil doen, registreert dan welke afwijkingen zich voordoen en wat de oorzaken zijn. Een aannemer die dit inzicht krijgt, gebruikt deze kennis in de volgende projecten en stuurt bij. Verbeteren doe je in kleine stapjes!”
• offertes opgesteld volgens de regels van de kunst; • flexibel factureren, met een overzicht van de openstaande facturen; • opvolging van werfkosten, algemene kosten en winstmarges.
Twee lessen
Cpro bevat talrijke voorbeelden van calculaties. Een aannemer kan zijn eigen kostenbibliotheek opstellen en zijn huisstijl blijven gebruiken.
Jurgen Putman: “Ik heb twee dingen geleerd van de begeleiding door het WTCB. Eén: werk gericht naar het doel. Twee: denk in de toekomst. Ik zie nu beter welke projecten rendabeler zijn. Ik zou dit graag omzetten in de praktijk maar dat is niet eenvoudig. In een kleinere onderneming moet de zaakvoerder veel zaken regelen. Ik moet dit dus echt gaan inplannen. Uitstellen mag niet, want kleine aanpassingen kunnen een groot verschil maken. De eerste stap wordt het volgen van een opleiding cpro van het WTCB.”
CPRO: GRATIS KOSTPRIJZEN BEREKENEN MET HET WTCB Met cpro kunt u offertes, facturen en nacalculaties maken met één online programma. Onder het motto practice what you preach (“leef naar wat je zegt”) heeft het WTCB met cpro een tool ontwikkeld die bouwprojecten opvolgt van offerte tot oplevering. Enkele voordelen:
Geïnteresseerd? Registreer u kosteloos op https://cpro.wtcb.be/login.
BOUWRADAR IS ER KOSTELOOS VOOR U BouwRadar is een project van de VCB dat u bijstaat als u vragen hebt over bedrijfsbeheer in de ruime zin van het woord. Wekt dit artikel uw interesse op? Neem dan contact op met de coördinator van BouwRadar, Freija Jongbloet of meld u aan op www.bouwradar-vcb.be Deze dienstverlening wordt gesubsidieerd door het Agentschap Innoveren en Ondernemen. U krijgt dus geen extra factuur.
INFO: freija.jongbloet@vcb.be of 0473 90 43 20
november 2018 • Bouwbedrijf 35
PRESENTATIE VISIERAPPORT 2018 VCB
Burgers en bouwers, één front De Vlaamse burger wil aangenaam en betaalbaar wonen en heeft een hekel aan files. De bouw kan die wensen vervullen, als de overheid meewil. Dat bleek op 25 september tijdens de voorstelling van het visierapport van de Vlaamse Confederatie Bouw. De eregasten waren Peter Cabus (Departement Omgeving) en Marleen Evenepoel (Agentschap Natuur en Bos).
N
oblesse oblige zoals ze in het Vlaams zeggen, en de presentatie van het visierapport was de boodschap waardig. Massa’s informatie, flitsende filmpjes, prikkelende
meningen, debat … en met Hotel Le Plaza in Brussel een locatie die er mocht zijn. VRT-nieuwsanker Goedele Wachters leidde net zoals in de voorbije jaren het event in goede banen.
Imagoproblemen
Jef Lembrechts (voorzitter VCB) heette de aanwezigen welkom. Hij overliep de talrijke uitdagingen voor de alliantie tussen burgers en bouwers. Bij-
Het bijzonder talrijke publiek stemde over een aantal thema’s – met soms een verrassend resultaat.
36 Bouwbedrijf • november 2018
Jef Lembrechts: “Ik roep iedereen op mee te werken aan de verbetering van ons imago.”
AANNEMERS NIET MASSAAL TEGEN BETONSTOP? Met een clevere app op de smartphone kon het publiek stemmen over een aantal stellingen tijdens de presentatie van het visierapport. We geven hier de resultaten: Burger en bouwer vormen één front
16 %
54 %
helemaal mee eens
20 %
een beetje mee eens
nee, ze zijn vaak tegenstanders
Bestaat er in Vlaanderen nog ruimte voor duurzame, comfortabele en betaalbare woningen?
74 %
26 %
ja
Verdichting kan gecombineerd worden met de woonwensen van het modale Vlaamse gezin. zonder schrijnend is het risico dat de bouw de geschikte mensen niet meer vindt om de wensen van de burger te vervullen. Eén lichtpunt slechts: er zijn nu twee keer meer bouwbachelors dan in het academisch jaar 2008-2009. Dat is mee het gevolg van de inspanningen van de VCB. De beroepsorganisatie heeft er krachtig voor gelobbyd dat deze opleiding in elke provincie opgericht zou worden – met resultaat! Maar de diagnose is toch dat we met een imagoprobleem zitten. Uit de zaal kwam de reactie dat deze vaststelling allesbehalve nieuw is. Wat gaan we eraan doen? Voor de VCB is de verbetering van ons imago in ieder geval een topprioriteit. Jef Lembrechts riep alle betrokken, aannemers inbegrepen, op om hieraan mee te werken.
De burger
Dan was het tijd voor Marc Dillen (directeur-generaal VCB) die op de rooster gelegd werd door Goedele
Wachters. Hij ging dieper in op het visierapport. Wie daarover meer wil weten, verwijzen we naar het rapport zelf of naar de samenvatting in Bouwbedrijf van oktober. Maar de avond was vanzelfsprekend meer dan een herhaling van wat u elders kunt lezen. Er waren enkele spitse momenten toen de betonstop aan bod kwam. Zo vroeg Marc Dillen op een bepaald moment welk land de meeste halfopen bebouwingen heeft. De hele zaal – deze redacteur inbegrepen – dacht spontaan “België”. Maar tot ieders verrassing bleek het antwoord Nederland te zijn. Het is een bewijs dat verdichting perfect kan gecombineerd worden met de woonwensen van het modale Vlaamse gezin. De directeur-generaal van de VCB pleitte een mix van oplossingen. Voortaan alleen maar appartementsgebouwen optrekken is niet de juiste weg.
Collectief wonen
De show werd opgevrolijkt door een aantal reportages. Ze toonden onder meer dat onze bedrijven inspelen op de veranderende maatschappelijke trends. Zeker wanneer ze jong zijn, staan Vlamingen meer dan vroeger open voor woonvormen met een zekere mate van collectiviteit. Dat bewijzen projecten
nee
De voornaamste reden om niet te BENoveren?
79 %
de kostprijs
Gelooft u in bouwhubs?
60 % ja
20 % 20 %
ik twijfel
nee
Doorgaans had het publiek dus een vrij uitgesproken of zelfs een heel uitgesproken mening. De grote uitzondering was de controversieelste stelling die werd voorgelegd. Bent u voorstander van de betonstop?
51 % ja
49 % nee
Ja en nee speelden gelijk. Was het publiek in de zaal representatief voor de gemiddelde aannemer? Dat weten we niet. Vandaar het vraagteken in de titel. Maar het is alvast een suggestie dat aannemers de betonstop niet noodzakelijk als een bedreiging zien voor hun onderneming.
november 2018 • Bouwbedrijf 37
›››
PRESENTATIE VISIERAPPORT 2018 VCB
BOUWHUBS Mobiliteit is een problematiek die burger en bouwer verenigt. Allebei maken ze zich zorgen over de files. Volgens het WTCB zijn de logistieke kosten gemiddeld goed voor 8 tot 12 % van de totale bouwkosten. Iedere late of onvolledige levering veroorzaakt bovendien bijkomende kosten. Zijn bouwhubs de oplossing? Het idee is dat goederen getransporteerd worden naar een hub, die vaak in de stadsrand gelegen is. Dat transport kan multimodaal zijn, dus ook over het water of het spoor. Vanuit de hub gaat het dan naar de locatie. Een van de reportages toonde een experiment in Antwerpen, waar een projectoproep voor een dergelijke hub gelanceerd is. Het WTCB is bij het project betrokken.
Goedele Wachters en Marc Dillen verwikkeld in een spitse discussie.
›››
als Upkot (voor studenten) en Upliving (voor young professionals). Maar ook wie wat ouder is, kan verleid worden door cohousing-projecten.
BETAALBARE MODUSWONING Betaalbaarheid is van levens belang voor de burger. Maar het zou fout zijn te veronderstellen dat wooncomfort en kwaliteit altijd duur moeten zijn. Een reportage gaf als voorbeeld een lid van de Confederatie. De firma Huysentruyt kan een nieuwbouwwoning mét tuin aanbieden voor € 250 000. Dat is een prijs die je in de Leuvense binnenstad gemakkelijk betaalt voor een arbeiders woning uit de jaren 1930 die nog een prijzige renovatie moet ondergaan, en die nooit de energieprestaties van een nieuwbouw zal halen.
38 Bouwbedrijf • november 2018
Dat bleek in BotaniCo in Leuven, waar een van de deelnemers met enige trots zei: “Hier wordt geen enkele beslissing genomen door een promotor.” In een reactie merkte Marc Dillen op aan dat cohousing niet voor iedereen een oplossing is. Het blijft een nichemarkt. Marc Dillen: “De twintig- tot veertigjarigen hebben een voorkeur voor een zuinige woning met een privéterras en een eigen parkeerplaats. Ze zijn niet tegen een gemeenschappelijke tuin, maar ze willen ook een privétuintje.”
Peter Cabus
De twee hoogtepunten van de avond werden geleverd door de eregasten. De eerste die aan de beurt kwam was Peter Cabus, secretaris-generaal van het Departement Omgeving. Persoonlijk heeft Cabus een hekel aan het woord “betonstop”. Hij heeft het liever over “de grote verbouwing van Vlaanderen”. Zoals bekend houdt die in dat dat er na 2040 geen enkel
Peter Cabus: “Het komt erop aan de beschikbare ruimte efficiënter te gebruiken.”
bijkomend ruimtebeslag meer mag zijn in Vlaanderen. Maar volgens Cabus is dat niet in tegenstrijd met de vraag naar bijkomende woningen. Peter Cabus: “Het komt erop aan de beschikbare ruimte efficiënter te gebruiken. De doelstelling kan bereikt worden met 10 % meer inwoners per hectare bebouwde ruimte, maximum.
De Jonge Vlaamse Aannemers van 2018, omringd door Tom Meeus (gedelegeerd bestuurder Federale Verzekering, links) en Jef Lembrechts (voorzitter VCB, rechts). De winnaars waren Joeri De Tender, Tom Claes, Thomas Buyse, Grégory Vanovertveldt en Vicky Dethier.
Marleen Evenepoel: “Bij het Agentschap Natuur en Bos zien we in uw sector veel creativiteit als het op groen aankomt.”
Dat is geen grote shift, maar vraagt wel een herontwikkeling van deze ruimte.” De boodschap was dus geruststellend. De Vlaamse regering is er niet op uit om een groen reservaat te creëren, en iedereen in een appartement in de grootstad te doen wonen. Peter Cabus: “De intellectuele shift is gemaakt. We zien dat in concrete bouwprojecten. Maar dat zegt niets over individuele keuzes. Mensen willen een tuin, een veilige straat en betaalbaarheid. We hebben nu behoefte aan goede voorbeelden.” De sector vraagt zich af hoe het nu verder moet met de woonuitbreidingsgebieden, of zoals ze correcter heten: de woonreservegebieden. Gaan die verdwijnen? De secretaris-generaal
besprak de regelgeving die in de maak is. De Vlaamse regering wil niet dat woonreservegebieden onnodig ontwikkeld worden. Maar er komt géén positieve/negatieve lijst van deze gebieden. Peter Cabus: “Het idee is dat een gemeente zich uit eigen beweging kan uitspreken over een woonreservegebied, bijvoorbeeld door een ruimtelijk uitvoeringsplan of een lokaal ruimtelijkbeleidsplan op te maken.”
De bouw, partner in groen
Marleen Evenepoel, directeurgeneraal Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) was de tweede gast. Zij had het over het belang van groen in woonomgevingen. De voordelen zijn evident: groen maakt de omwonenden gezonder, het draagt bij tot zuiverder lucht en water en ten slotte helpt groen wateroverlast op te vangen. Maar voorstander van verplichtingen is Evenepoel niet. Zij geeft de voorkeur aan goede voorbeelden, waarvan er volgens haar tijdens de presentatie van het visierapport een aantal getoond waren. Marleen Evenepoel: “Een voorwaarde is vanzelfsprekend dat het groen kwaliteitsvol is, wat onder meer inhoudt dat het gemakkelijk te onderhouden is. ANB heeft op dit gebied veel kennis, die we ter beschikking stellen.”
De VCB kan volgens Marleen Evenepoel een sleutelrol spelen in een proces dat van groen een structureel element in stadsvernieuwing maakt. Marleen Evenepoel: “We hopen op verdere samenwerking met de bouw. Ik zie in uw sector veel creativiteit als het op groen aankomt.”
De jonge aannemers van het jaar
Ook dit jaar bekroonde de VCB de jonge aannemers van het jaar. De gelukkigen waren: • Vicky Dethier (Dethier Bouwbedrijf ); • Thomas Buyse (Jonckheere Projects, STIDO); • Grégory Vanovertveldt (Vanovertveldt D & G); • Tom Claes (Sanitechniek); • Joeri De Tender (De Tender). Deze prijs wordt gesponsord door Federale Verzekering, en het was dus Tom Meeus (gedelegeerd bestuurder Federale) die de winnaars hun trofee mocht overhandigen. Hij maakte van de gelegenheid gebruik om de nieuwe aansprakelijkheidsverzekering van Federale aan te prijzen. Conclusie: dit is een product op maat van de aannemer, met voldoende flexibiliteit voor elke bouwplaats.
•
november 2018 • Bouwbedrijf 39
BELGISCHE GEMEENTEN BEVRAAGD
Steeds meer belangstelling voor Smart Cities Vorig jaar stond in Bouwbedrijf een dossier over smart cities, met een artikel waarin het Smart City Institute (SCI) een stand van zaken presenteerde. Het SCI heeft intussen een update gepubliceerd. . Dit zijn de interessantste resultaten.
één op de zeven wist niet goed wat het betekende.
H
et Smart City Institute baseert zijn onderzoek op een bevraging van de Belgische gemeenten. Ons land telt 589 gemeenten (steden meegeteld) en uit 123 kwamen er antwoorden terug. Samen zijn zij goed voor 21 % van de bevolking. Vorige keer kwamen er antwoorden uit 113 gemeenten, samen goed voor 19 % van de bevolking. Voor alle duidelijkheid: het SCI is gelieerd aan de universiteit van Luik, maar het produceert 40 Bouwbedrijf • november 2018
wel degelijk statistieken voor het hele land. Het aantal deelnemers steeg in vergelijking met de eerste enquête. Dat suggereert dat de Belgische gemeenten beter bekend geraken met het concept. De enquête lijkt dat te bevestigen. In 2017 gaf 66 % van de gemeenten aan dat de beschrijving smart city op hen van toepassing zou kunnen zijn. In 2018 vond slechts 3 % het concept onbegrijpelijk. Daarbij geen enkele Vlaamse of Brusselse gemeente. Slechts iets meer dan één op de twaalf werden erdoor afgeschrikt, en slechts
Evaluatie
De gemeenten werd gevraagd om zichzelf een smart city-score tussen 0 en 10 toe te kennen. Het gemiddelde voor heel het land was 3,64. De verschillen tussen de gewesten zijn klein. In Vlaanderen was het gemiddelde 3,53, in Wallonië 3,72 en in Brussel 4. Geen hoge cijfers dus, maar een heuse smart city word je niet op één dag. 35 % van de gemeenten is van mening dat ze minstens de helft van de weg afgelegd hebben. Hoewel onze gemeenten zichzelf dus nog niet smart vinden, is er wel een dynamiek op
gang gekomen, zegt professor Nathalie Crutzen (academisch directeur SCI). Nathalie Crutzen: “Deze cijfers tonen aan dat de Belgische gemeenten zich er geleidelijk bewust van worden dat het fenomeen smart city hen allemaal aangaat, ongeacht hun ligging, hun grootte en hun stedelijke of landelijke karakter. We stellen vast dat er in één jaar sprake is van merkbare vooruitgang op verschillende vlakken: bewustwording en inzicht in het fenomeen, maar ook projecten die opgestart werden.”
De menselijke factor
De vraag is nu hoe de gemeenten het begrip smart city vertalen. De technologische aspecten staan voor hen op plaats drie, met een kleine achterstand op de menselijke en de institutionele aspecten. Vorig jaar stond de technologie nog op twee, na de menselijke factor. Volgens Djida Bounazef (onderzoeker SCI) bevestigt dit dat smart cities niet alleen draaien rond digitalisering, in tegenstelling tot het stereotype beeld. Djida Bounazef: “De gemeenten hebben dat goed begrepen. We benadrukken bij het SCI al jaren dat digitale technologieën gezien moeten worden als een hulpmiddel om de levenskwaliteit, de creativiteit, de burgerparticipatie of het bestuur in een bepaald gebied te verbeteren.”
De overheid
Wie is de drijvende kracht achter smart cities? Net zoals in 2017 antwoorden 70 % van de gemeenten dat de overheden de voornaamste initiatiefnemers zijn. Daarna komen de privésector met 13 %, het maatschappelijke middenveld met 8 % en de universiteiten met 7 %. De gemeenten willen dus vooral top-down een smart city worden, aldus Jonathan Desdemoustier (onderzoeker SCI). Jonathan Desdemoustier: “Ze werken concrete projecten uit op hun grondgebied. Een van de volgende stappen is nu meer rekening gaan hou-
66%
van de steden en gemeenten vindt dat de beschrijving smart city op hen van toepassing zou kunnen zijn.
den met de impulsen van de andere spelers. Zo respecteer je de essentiële principes van een smart vision. Die is immers gebaseerd op de betrokkenheid van alle partijen.”
Thema’s
De enquête onderzocht ook rond welke thema’s de gemeenten werken. De zes voornaamste zijn, in dalende volgorde van belang: energieoptimalisatie, burgerparticipatie, bestuur, transport en mobiliteit, economische aantrekkingskracht en economische ontwikkeling en ten slotte telecom, digitalisering en innovatie. Hierbij moet wel opgemerkt worden dat in landelijke gemeenten de nadruk eerder ligt op technologie zoals slimme ledverlichting, telecom, digitalisering en innovatie, en ten slotte milieu-optimalisatie. Er wordt vaak gesteld dat een smart city zes dimensies heeft. De drie die vooral naar voor komen uit de recentste enquête zijn beleid, milieu en mobiliteit. Dat was ook het geval in 2017. Dit jaar waren er gemiddeld vijf smart city-projecten per gemeente. Een zeer grote vooruitgang vergeleken met de 2,3 van vorig jaar. Enige nuance is wel nodig: vier op de tien gemeenten verklaarden geen goed beeld te hebben van de situatie. Ongeveer twee derde maakt eigen middelen vrij voor dergelijke projecten. Een derde doet een beroep op gewestelijke en provinciale subsidies, iets minder dan een kwart op Europese subsidies en
opnieuw iets minder dan een kwart op een klassieke lening bij de bank.
Obstakels
Een smart city-strategie opzetten blijkt niet altijd eenvoudig. De helft van de gemeenten signaleert financiële moeilijkheden, vier op de vijf dat ze niet genoeg expertise in huis hebben. Gelijkaardige obstakels werden vorig jaar vermeld. Minstens één gemeente op de drie vermeldt één of meer van de volgende obstakels: een dynamiek op gang brengen bij de spelers is moeilijk, de uitdagingen en prioriteiten identificeren is complex en de gemeentepolitiek steekt stokken in de wielen. Een kwart van de landelijke gemeenten vindt het moeilijk om nieuwe technologieën te implementeren.
Impact
In bijna een kwart van de gemeenten hebben smart city-projecten nog geen significante impact gehad. 31 % ziet tastbare voordelen zoals besparingen. 36 % bespeurt een minder tastbare impact, op zaken als de betrokkenheid van de burgers en daarnaast levenskwaliteit, gezondheid en cultuur. Logisch, volgens Djida Bounazef: pas na enkele jaren krijgen gemeenten een idee van de voordelen, en kunnen zij de nodige verbeterpunten analyseren.
Besluit
Men mag besluiten dat smart cities een eigen dynamiek gekregen hebben in dit land. De interesse van de gemeenten gaat in stijgende lijn. Ze ontplooien steeds meer initiatieven en projecten, met als doel de levenskwaliteit te verbeteren en de duurzaamheid in de gemeente te verzekeren. Maar bij dit alles staat de mens centraal. Nathalie Crutzen: “Het Smart City Institute zal hun concrete instrumenten blijven aanbieden om hun strategie te bepalen en om smart initiatieven te nemen op hun grondgebied.”
•
INFO: www.smartcityinstitute.be november 2018 • Bouwbedrijf 41
TOONTJESHUIS
leven en hoe je in het hier en nu moet leven.” Toontjeshuis is een coöperatieve vennootschap met sociaal oogmerk. Een aantal ondernemersfamilies verzamelde al € 4,5 miljoen, de financiële hoeksteen voor de start van het project.
Links Joost Callens, met naast hem de bestuurders van Toontjeshuis: Bert Putman, Bies Henderickx, Bert Niclaes, Charlotte Vandendriessche en Johan Temperman (foto Artifix).
Duurzaam
De sector steunt zelfstandig samenleven met zorg en ondersteuning In Vlaanderen wachten meer dan 10 000 mensen met een beperking op gepaste zorg en ondersteuning. Hoe reageer je daarop als bouwondernemer met maatschappelijk bewustzijn? Met een Toontjeshuis …
T
oontjeshuis ging officieel van start op 13 september. Het is een sociale onderneming die een eigen thuis wil creëren waar volwassenen met een beperking kleinschalig kunnen samenwonen, met de nodige zorg en ondersteuning.
Engagement
De grote drijvende kracht achter het Toontjes huis is Joost Callens, CEO van Durabrik, een onderneming die sinds jaar en dag lid is van de Confederatie. Durabrik werd al eerder onderscheiden met
een Aedificas Award voor zijn inzet. Samen met een aantal andere ondernemers steunt het bedrijf De Nomaad in Antwerpen, een open huis van vzw Free Clinic voor de meest kwetsbare stadsbewoners. Maar nu is het engagement nog persoonlijker. Toontjeshuis is immers genoemd naar Toon, een zoon van Joost Callens die waarschijnlijk nooit zelfstandig zal kunnen wonen. Het ontbreekt niet aan middelen om Toon te begeleiden, maar de sociale ondernemer in Joost Callens vond dat
42 Bouwbedrijf • november 2018
niet genoeg. Het resultaat was Toontjeshuis cvba-so. Deze organisatie wil met haar talrijke vaste partners bouwen aan een toekomst voor mensen met een beperking, samen met hun ouders, vrienden en familie. Joost Callens: “Er was een tijd waarin Toon veel bezorgdheid en onrust bij me opwekte. Ik was bekommerd om zijn toekomst. Die tijd ligt nu ver achter mij. Ik heb leren inzien dat ik nog veel van Toon kan bijleren. Toon is een gelukkige jongen, hij heeft mij getoond hoe je moet genieten van het
Ieder huis zal bestaan uit een klein aantal private studio’s aangevuld met gemeenschappelijke ruimtes. Betaalbaarheid staat voorop en de bewoners kiezen zelf met wie, waar en hoe ze willen samenwonen. Maar Durabrik blijft vanzelfsprekend een bouwonderneming, en bouwondernemingen weten hoe ze projecten met eigen accenten kunnen verrijken: verankering in de buurt, duurzaamheid … Joost Callens: “We bouwen voor de toekomst. Toontjeshuizen worden modulair gebouwd in een kringloopfilosofie. Alles wat ooit afgebroken zal worden krijgt een tweede, derde en zelfs vierde leven. De ruimtes zijn ook aanpasbaar. Van twee studio’s kan gemakkelijk één worden gemaakt, als bijvoorbeeld twee mensen willen samenwonen.” De noden van de bewoners evolueren immers doorheen de jaren. Duurzame technologieën zullen al geïntegreerd of inplugbaar zijn: een Toontjeshuis moet klaar zijn voor de toekomst! Normaal gezien start nog dit jaar de bouw van het eerste Toontjeshuis. Maar de ambities is dat het niet blijft bij één Toontjeshuis in Vlaanderen.
•
INFO: www.toontjeshuis.be
NE PAS COMMANDER SON BÉTON EN LIGNE, NE BETON JE PAS COMMANDER NIET C’EST COMME DISCUTER PAR FAX.
ONLINE SON BÉTON BESTELLEN, EN LIGNE, C’ESTNET DA’S COMME ALS DISCUTER BABBELENPAR PERFAX FAX Bestel je Passez à la beton commande voortaan deonline bétonvia en ligne www.qlikbeton.be avec www.qlikbeton.be Als service Un professional ouvertlaat auxjeprofessionnels jouw beton overal pourincommander België du bétonvia leveren facilement deze handige partout dienst. en Belgique. Pour votre première En bovendien commande, krijg je bij profitez je eerste de 5% bestelling de réduction aveckorting 5% le codemet DEGD32EFGE. de code 1C58AEF507.
Passez à la commande de béton en ligne sur www.qlikbeton.be Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipisicing elit, sed do eiusmod tempor incididunt ut labore et dolore magna aliqua. Ut enim ad minim veniam.
Salut, ça va?
WTCB
Quid met calciumsulfaatgebonden gietdekvloeren? Calciumsulfaatgebonden gietdekvloeren worden ook wel aangeduid als anhydrietdekvloeren. Hoewel ze reeds vele jaren beschikbaar zijn op de Belgische markt, is het gebruik ervan op onze werven nog zeer beperkt. Een goede reden om er eens over te praten, zoals we hierna zullen doen aan de hand van het recent verschenen WTCB-Dossier nr. 2017/4.10. Zodoende kunnen we de aannemer van de vloerwerken immers meer inzicht verschaffen in de opmerkelijke eigenschappen van dit type dekvloeren.
H
et gebruik van calciumsulfaatgebonden dekvloeren heeft tal van voordelen te bieden. Zo beschikken ze in de eerste plaats over een hoge mechanische sterkte. Verder leveren ze een homogene kwaliteit op en zijn ze nagenoeg niet krimpgevoelig. De kwaliteit van dit type dekvloeren is de laatste jaren aanzienlijk verbeterd. Dit neemt niet weg dat temperatuurvariaties steeds aan de grondslag kunnen liggen van bewegingen van thermische oorsprong. Bovendien worden gietvloeren rechtstaand uitgevoerd, wat minder belastend is voor de rug en een snellere plaatsing toelaat. De ondergrond moet echter wel – net zoals bij alle andere dekvloertypes – zorgvuldig voorbereid worden. Alle openingen en uitsparingen, zoals trapgaten en leidingschachten, moeten afgedicht worden om lekken te voorkomen. Bij een uitvoering op een folie dienen de overlappingen tussen de stroken afgeplakt te worden om te vermijden dat de mortel via de eventuele openingen zou wegvloeien. Wanneer ze aangemaakt worden
44 Bouwbedrijf • november 2018
GIETVLOER EN STORTVLOER: NIET TE VERWARREN! Een stortvloer is een industriële vloerbedekking met een egalisatielaag die uitgevoerd wordt met behulp van een redelijk vloeibare zelfverdichtende mortel. Een gietvloer is opgebouwd uit vloeibare mortel en dient als tussenlaag tussen de draagvloer en de vloerbedekking. Ze kan uitgevoerd worden met cement of calciumsulfaat als bindmiddel. Het is deze laatste methode die in dit artikel verder belicht wordt.
volgens de regels van de kunst, vormen de meeste calciumsulfaatgebonden dekvloeren die momenteel om de Belgische markt te verkrijgen zijn, geen bindmiddelhuid meer aan het oppervlak, waardoor het overbodig wordt om ze te schuren.
Uitvoering
In Duitsland wordt de dekvloer gereinigd en geschuurd alvorens men er een vloerbedekking op aanbrengt. In België beperkt men zich vóór de plaatsing van de afwerking veelal tot een controle van de staat van het oppervlak van de dekvloer. Dit moet namelijk droog zijn en vrij van olie, gipssporen of andere vervuilingen. De Technische Voorlichtingen 189 en 193 over dekvloeren schrijven een minimale mechanische sterkte van 8 N/mm² voor. Ze leggen echter geen eisen op voor de buigtreksterkte en de oppervlaktehechtsterkte. Goed verdichte cementgebonden handgesmeerde dekvloermortels behalen doorgaans een buigtreksterkte van zo’n 1 à 2 N/mm² en een oppervlaktehechtsterkte van 0,5 tot 1 N/mm².
Uitvoering van een calciumsulfaatgebonden gietdekvloer.
Mits een goede verdichting en een cementhoeveelheid van 200 à 250 kg per m³ zand, beantwoordt dit type dekvloeren aan de minimumeis van 8 N/mm² voor de druksterkte. Het WTCB heeft onlangs nog proeven uitgevoerd in samenwerking met de UGent waaruit gebleken is dat calciumsulfaatgebonden gietdekvloeren veelal een druksterkte tussen de 20 en 30 N/mm² behalen, een buigsterkte tussen de 4 en 8 N/mm² en een oppervlaktehechtsterkte tussen de 1 en 1,8 N/mm². De mechanische eigenschappen van gietvloeren liggen dus gevoelig hoger dan deze van de traditionele handgesmeerde en verdichte cementgebonden dekvloeren die in België het vaakst toegepast worden. Bij gietvloeren is er niet zozeer een verdichting nodig, maar veeleer een ontluchting of een dobberbehandeling met een drijfrei, wat een kleinere invloed heeft op de uiteindelijke sterkte. Gietvloeren worden dikwijls aangeduid als zelfnivellerend. Dit neemt niet weg dat voormelde fase wenselijk blijft om hun vlakheid veilig te stellen.
De hoge mechanische sterkte en in het bijzonder de oppervlaktehechtsterkte van dit type dekvloeren maakt hen uiterst geschikt voor de toepassing van harsgebonden vloeren en gelijmde vloerbedekkingen zoals parket, PVC en linoleum.
Welke dikte?
In het WTCB-Dossier wordt dieper ingegaan op de vraag welke uitvoeringsdikte er nodig is voor de calciumsulfaatgebonden gietdekvloer en dit, gekoppeld aan de buigtrek sterkte. Naarmate de buigtreksterkte van het dekvloermateriaal stijgt, daalt de uitvoeringsdikte van de dekvloer! En calciumsulfaatgebonden gietdekvloeren beschikken over een uitstekende buigtreksterkte ...
Vochtgevoeligheid
Calciumsulfaatgebonden gietdekvloeren zijn van nature vochtgevoeliger dan cementgebonden dekvloeren. Indien de afwerker te snel overgaat tot de afwerking van de gietdekvloer of indien deze laatste na de afwerking opnieuw bevochtigd wordt (bv. door
opstijgend vocht, bouwvocht of infiltraties in een garage of een badkamer), is het risico op hechtingsproblemen bijzonder groot. Het met de carbidefles gemeten restvochtgehalte van de dekvloer dient dus tot onder welbepaalde drempelwaarden gezakt te zijn alvorens ze afgewerkt mag worden. Daarenboven dient de dekvloer ook na deze metingen droog te blijven. In het WTCB-Dossier worden er hieromtrent een aantal referentiewaarden en nuttige tips aangereikt. In de loop van een recentelijk uitgevoerd proefprogramma werden een aantal verharde stalen, afkomstig van een calciumsulfaatgebonden gietdekvloer, aan verschillende bevochtigingsscenario’s onderworpen, gaande van één minuut tot één dag. Uit deze proeven is gebleken dat een korte bevochtiging de mechanische sterkte met 25 % doet verminderen en dat een lange blootstelling de aanvankelijke sterkte zelfs met 50 % kan doen dalen. Deze sterkte kan echter wel terugkeren indien de dekvloer na deze lange bevochtiging opnieuw kan drogen. ››› Een geruststellende vaststelling ...
•
november 2018 • Bouwbedrijf 45
WTCB
De WTCB-wintercursussen voor 2018-2019 Het Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf heeft onder meer tot taak om de kennis die voortspruit uit zijn onderzoeken te verspreiden. Elk jaar opnieuw worden er zowel in de kantoren van het WTCB als elders in het land cursussen en studieavonden georganiseerd en dit, zelfs op vraag van derden. Bouwaannemers zijn overigens niet de enige doelgroep. Ook architecten, het onderwijzend personeel uit het technisch onderwijs en alle andere bouwprofessionelen vinden hun gading in ons aanbod. Voor de wintercursussen van dit jaar heeft het WTCB drie actuele thema’s weerhouden waaraan telkens twee avonden gewijd zullen worden.
1. Lean De laatste jaren heeft de leanfilosofie sterk aan belang gewonnen in de bouwsector. Efficiënter, betrouwbaarder en sneller werken, dat is de grote uitdaging waarmee de sector tegenwoordig geconfronteerd wordt. Dit is de prijs voor de klanttevredenheid ... Het elimineren van verspillingen, het verkorten van de doorlooptijd en een verhoogde betrokkenheid van de medewerkers zijn de hoofdbekommernissen binnen de lean-methode. Door deze manier van werken kan men immers komen tot een continue verbetering van alle bedrijfsprocessen. Lean is dus iets voor iedereen, ongeacht de grootte of de aard van de onderneming. Het is een filosofie die zowel op de bouwplaats, in het atelier als op kantoor toegepast kan worden.
• SESSIE 1: tijdens de eerste sessie wordt uitgelegd wat lean
46 Bouwbedrijf • november 2018
precies is en worden de resultaten beschreven die reeds met deze methode behaald werden in een aantal bedrijven. De lesgevers zullen dieper ingaan op een aantal essentiële principes van deze filosofie, zoals klantwaarde, waardestroom, doorlooptijd, verspilling, variatie (onvoorziene omstandigheden ...) of de verschillende types overbelasting binnen het bedrijf.
• SESSIE 2: tijdens de tweede
sessie wordt de aandacht toegespitst op de menselijke kant (soft skills) van de leanfilosofie. Verder worden er een aantal technieken verduidelijkt die de toepassing van de lean-methode voor bepaalde werkzaamheden kunnen ondersteunen. Dit gebeurt onder meer aan de hand van enkele simulatiegames.
2. Zichbeton Onder zichtbeton verstaat men ter plaatse gestort beton dat de mogelijkheid biedt om structurele en esthetische eisen te combineren met het oog op de realisatie van elementen zoals wanden of kolommen waarvan het oppervlak zichtbaar blijft. Tijdens deze cursus zullen er aanbevelingen gegeven worden omtrent het ontwerp van het project en de materiaal keuze (bekisting, afstandhouders, betonsamenstelling...). Er zal eveneens dieper ingegaan worden op de uitvoeringsaspecten en de
afwerkings- of herstellingswerken en dit, aan de hand van concrete voorbeelden. Verder zal er tijdens deze sessie ook gekeken worden naar de inhoud en de filosofie van de recent verschenen norm NBN B 15-007, met bijzondere aandacht voor de specificaties en de beoordelingsmethoden voor de textuur, de luchtbelvorming, de kleurverschillen en de toleranties op de vorm. Interessant weetje: er zal binnenkort een nieuwe TV over zichtbeton verschijnen..
3. Bedrijfsvloeren Voor de uitvoering van betonvloeren voor binnentoepassingen kan men teruggrijpen naar een groot aantal materialen en diverse plaatsingsmethoden. Deze zijn afhankelijk van het beoogde doel, de beschikbare middelen en de voorkeuren van de bouwheer.
dat de TV 204 ‘Cementgebonden bedrijfsvloeren’ binnenkort vervangen zal worden door een nieuwe TV die momenteel in behandeling is.
Voor meer informatie over de organisatie van deze wintercursussen (data, locatie, prijzen, inschrijving) verwijzen we naar de WTCB-Mail of kan u terecht op www.wtcb.be (rubriek Agenda).
Betonnen bedrijfsvloeren, ook wel aangeduid als cementgebonden bedrijfsvloeren, konden de laatste jaren ook in de residentiële sector rekenen op een groeiend succes en dit, ondanks hun industriële uitzicht. Zoals we zullen zien tijdens de WTCBinformatieavonden, worden er vaak zeer strenge functionele eisen gesteld aan dit betontype. Zo moet het onder meer beantwoorden aan een reeks eisen op Europees niveau (de Eurocodes). Ten slotte willen we erop wijzen
november 2018 • Bouwbedrijf 47
DYNAMISCH ONDERSCHOEIEN
Onalledaagse bouwtechniek perfect toegepast Een eengezinswoning bouwen, goed. Maar daarvoor onder de fundamenten van een onstabiel buurhuis moeten graven? Dat is een ander verhaal, maar ons lid Steygers & Co speelde het klaar. Met het nodige bouwvernuft, en nog belangrijker: zonder problemen.
“H
et was een zeer motiverende uitdaging voor mij!” Met die woorden antwoordt zaakvoerder Marc Steygers als we hem vragen of dit een gedurfd project was. We ontmoeten hem op de bouwplaats in de Konkelstraat, een rustig straatje in Sint-Lambrechts-Woluwe.
Ongewoon terrein
Om de uitdaging duidelijk te maken, moeten we even de situatie van de bouwplaats schetsen. Het gaat om de verlenging van een rij kleine huisjes, die links van het terrein liggen op een meter of vijftien van de straat. Maar het terrein is al deels bebouwd, met een huis dat eigendom is van de opdrachtgever en tegen de straat ligt. Tussen de rijhuisjes en het huis van de opdrachtgever bleef er een opening van twee meter over. Naar achter toe wordt het terrein breder. De opening is eigenlijk de enige toegang tot de bouwplaats. Aan de achterkant ligt immers een fietspad dat is aangelegd op een oude spoorlijn. Geen evidente plaats om te leveren dus. Het terrein is ook allesbehalve vlak. Aan de achterkant helt het in een hoek van 45 graden naar het fietspad. En bovendien … 48 Bouwbedrijf • november 2018
Marc Steygers: “Het nieuwe huis moest naast het rijhuisje met nummer 106 komen. Dat heeft een delicate stabiliteit. Het helt ongeveer tien centimeter over in de richting van de bouwplaats.”
Mét souterrain!
Dat vraagt op zich al enige zorg, maar helemaal interessant werd het voor de aannemer toen bleek dat de opdrachtgever een souterrain wilde, een verdieping die gedeeltelijk onder het maaiveld ligt. Marc Steygers: “Hij heeft er lang over nagedacht. De bouwvergunning is toe-
gekend in oktober 2016, en de werken op de bouwplaats zijn pas begonnen in het begin van dit jaar. Maar uiteindelijk heeft hij dus de knoop doorgehakt. De ingenieur, Jean Gillis, had hem die deels ondergrondse verdieping ten stelligste aangeraden, omwille van de stabiliteit. Maar de fundering moest dan dieper liggen dan de fundering van het nabijgelegen en overhellende huis. Het buurhuis moest gestut worden, ander bestond het risico dat het zou instorten.” De techniek van de onderschoeien van de bestaande fundering werd toegepast. Het voorstel kwam van de betrokken ingenieur, en Marc Steygers had er meteen vertrouwen in. Na de uitleg gehoord te hebben, was hij er zeker van het zou slagen. Zonder het souterrain zou het huis toch wat minder cachet gehad hebben.
Vier nieuwe funderingselementen
Marc Steygers: “Dankzij onze ingrepen is het buurhuis nu stabiel.”
Vo o r d e n i e u w b o u w m o e s t 400 kubieke meter grond weggegraven worden. Maar eerst plaatste de aannemer een horizontale stalen balk van elf
Ondersteuning: een stalen balk van elf meter, en vier nieuw gegoten betonnen funderingselementen.
blokken van Silka gebruikt, kalkzandsteen. Die zijn erg zwaar, wat een goede akoestiek bevordert. Er is nooit sprake van resonanties in het huis en dat is erg aangenaam.”
Voorjaar 2019
De toegang tot de bouwplaats was erg smal, wat de werken nog ingewikkelder maakte.
meter op de zijmuur van nummer 106, die diende als ondersteuning. Daarna werden vier putten gegraven waarin nieuwe funderingselementen aangelegd werden met zes afstempelingen. De elementen zijn drie en een halve meter hoog. Marc Steygers: “Met deze techniek konden we onder een bestaande fundering van 106 nieuwe funderingselementen plaatsen. Deze elementen zijn onafhankelijk van elkaar. Het plaatsen duurde een week per stuk, en er moest iedere keer twee kubieke meter beton voor gestort worden. Daarnaast hebben de funderingsplaat het nieuwe huis gestort, onder de originele fundamenten van 106.” De eigenaars van 106 bleven tijdens de werken in hun huis, dat vanzelfsprekend grondig onderzocht was vóór de werken. Uiteindelijk is alles perfect verlopen. Met als bonus dat het huis op nummer 106 nu stabieler is dan voorheen. De hele operatie bracht de krachten in evenwicht.
Aan de achterkant helt het terrein naar beneden in een hoek van meer dan 45 graden.
Vier niveaus
Het nieuwe huis, met een oppervlakte van 280 vierkante meter, heeft vier niveaus. Marc Steygers: “Een ondergrondse verdieping, gelijkvloers en twee verdiepingen. Vier slaapkamers met elk een badkamer. In ondergrondse verdieping komt een speelkamer, een slaapkamer en een klassieke kelder. Aan de achterzijde zit deze verdieping niet onder de grond. Daar heeft ze grote ramen met een mooi uitzicht op de vallei van de Woluwe. Op het gelijkvloers komen de garage, de woonplaats en de keuken; op de eerste verdieping twee slaapkamers en ten slotte één slaapkamer op de tweede verdieping.”
Akoestisch comfort
Voor architect Patrice Croizette kwam het akoestisch comfort op de eerste plaats, vóór de isolatie. Al moeten we daaraan meteen toevoegen dat zowel de muren als de ramen perfect geïsoleerd zijn. Marc Steygers: “We hebben bouw-
We brachten begin oktober een bezoek aan deze nieuwbouw. Het dak was toen net klaar. Per toeval mochten we getuige zijn van een oude traditie, het bevestigen van een bos bloemen op de nok. Marc Steygers: “De werken zijn begonnen in februari 2018. Op 21 maart hebben we de funderingsplaat gegoten. Het zware werk is achter de rug, net als de voorbereidingen voor een hele reeks andere werken. Binnenkort kan de elektricien beginnen. We kregen ook de opdracht voor de afwerking aan de binnenkant. Normaal gezien zou alles af moeten zijn in het voorjaar van 2019. Op een ingesloten bouwplaats als deze moet je op een andere manier bouwen.”
Hinder vermijden
Een project op een dergelijke bouwplaats vraagt heel wat begrip van de omwonenden, en dus ook heel wat communicatie van de zijde van de aannemer. Marc Steygers: “We hadden een perfecte relatie met de buren. Van in het begin lag dat me nauw aan het hart. We hebben zelfs plaats voor onze containers kunnen huren vóór het buurhuis met nummer 106. Zoals ik al zei: de buur had er ook wat aan. Zijn huis is gestabiliseerd.” Kortom iedereen tevreden. De een heeft nu twee huizen in de Konkelstraat, de ander een verbeterd huis.
•
INFO: www.steygers.be november 2018 • Bouwbedrijf 49
LEDENVOORDELEN NOVEMBER
SIEVI ROLLER De Sievi Roller is uitgerust met het duurzame en eenvoudig te gebruiken, gepatenteerde Boa® spanmechanisme. Het Boa® mechanisme betekent gemak voor de gebruiker van veiligheidsschoenen: door aan de verstelknop te draaien maakt u de schoen precies passend voor uw voet. Ook het uittrekken van de schoenen gaat snel en gemakkelijk: het mechanisme ontspant door de rol op te lichten. Ook verkrijgbaar in hoge uitvoering.
+ 10% korting
voor alle leden van de Confederatie Bouw
CONTACT Guido Smeets Tel. 0473 23 04 82 guido.smeets@sievi.com
www.sievi.com
50 Bouwbedrijf • november 2018
Maak er een spetterend eindejaar van met de Businesskaart! Sinterklaas, Kerstmis, de jaarwisseling, redenen genoeg in december om originele cadeautjes uit te delen! Met uw Businesskaart geniet u elk moment het voordeligste tarief in alle winkels van DreamLand en Dreambaby. U ontvangt uw korting zodra u uw kaart aan de kassa toont. Gebruik dus altijd uw Businesskaart bij professionele aankopen.
Vraag uw Businesskaart aan bij de Confederatie Bouw via bestellingen@confederatiebouw.be
Schrijf u in op de nieuwsbrief en blijf op de hoogte van alle lopende acties en voordelen van de Businesskaart! Mooi meegenomen: bij uw inschrijving op onze nieuwsbrief krijgt u ook een welkomstgeschenk.
Ontdek alle acties op businesskaart.be
november 2018 • Bouwbedrijf 51
uw springplank naar zorgeloos ondernemen U start of heeft een bedrijf? Vertrouw dan op Formalis:
in samenwerking met
• bij de afhandeling van al uw administratieve formaliteiten; • voor de inschrijving en wijzigingen in de Kruispuntbank van Ondernemingen; • voor onze expertise en kennis van de ondernemerschap.
Meer info via formalis.be
kaartjk tankma kkeli slim &
g v liiig r jd veili nt rijd ment men pr demm ez prud duissez nduis n nd on y cond ely el e saffe e sa ve ve s dr v chttiiig drive siiichti sic hr vorsi ahr fa g fah lig lig iilig eilig vei veil dv jd nt rijd nt m men mme em de ud rud ez pru sez o duise co ccond ezz pr e ise uisez u duisez ndu ly con afely e sa ve v ive driv ig d httig o cht or orsich hr vo ah a i ig fa eili e ve rijd rijjd v r orsi o ors vo hr a f g eillig d vei mentt rijjd mm emm em rude rud pru pr ezz p e ise uisez condui ely co el afe sa ve safe driv
Tanken op 1.200 stations: Texaco, Esso, Q8, Maes, Octa+ en G&V 24/7 inzicht in al uw tankkaarten en transacties Transparante facturen en overzichtsrapporten Met handige gratis GO tankkaart app Meer weten? Wij denken graag mee over de beste oplossing voor uw bedrijf. Contacteer ons op +32 (0)3 304 85 26 of via gocard.be@eurogarages.com
www.GoTankkaart.be
BOUWMARKT
Renson heeft zijn gloednieuwe Concept Home
geopend
Op wandelafstand van zijn hoofdkantoor heeft Renson zijn gloednieuwe Concept Home geopend. Het Concept Home is in de eerste plaats een ‘real life’ testomgeving – op termijn mét bewoners – waar tal van data uit de praktijk kunnen verzameld worden. Achter de gevel van deze moderne eengezinswoning bevindt zich ook een testcentrum waar de producent van ventilatie, zonwering en "outdoor living" in real
life kan experimenteren en controleren. “Deze woning is bijvoorbeeld uitgerust met maar liefst 3 verschillende ventilatiesystemen om die onder exact dezelfde omstandigheden te kunnen vergelijken,” geeft CEO Paul Renson een voorbeeld. Ten slotte is dit Concept Home de uitgelezen kans om te tonen hoe ver Renson vandaag kan gaan in innovatie.
www.renson.eu
FARO staat op Brussels Digital Construction FARO is naar eigen zeggen wereldwijd de grootste leverancier van 3D-meettechniek, imaging- en realisatietechnologie. Het bedrijf ontwikkelt en verkoopt computerondersteunde meet- en imaging-instrumenten en -software voor een verscheidenheid aan industrieën, waaronder de bouwsector. FARO maakt zich sterk dat het in zijn
klasse voor architectuur-, engineering- en bouwprofessionals het beste aanbod heeft van meettechnologie en software voor de verwerking van puntenwolken waarmee ze hun fysieke bouw- en infrastructuurwerven in de digitale wereld kunnen brengen. En dat in alle fasen van de levenscyclus van deze constructies.
www.faro.com
Wienerberger
stelt gevelsteen collectie Arces voor Op BIS, bouw- en Immosalon, pakt Wienerberger uit met de nieuwe Terca gevelsteenreeks Arces. Onder het motto ‘See me, feel me, touch me' omvat deze serie bakstenen met een uitgesproken textuur, die erom schreeuwen aangeraakt te worden. En minstens even sterk is hun coloriet. De Arces handvormcollectie wordt aangeboden in Waalformaat in een kleurenpalet van vier tinten die probleemloos samen te voegen vallen tot contrastrijke ensembles. Naast de levendige, aardse rode en paarse varianten Candy Rood en Ruby Rood zijn dat de subtiele, warm grijze en zandkleurige tinten. Moon Grijs en Corn Geel.
www.wienerberger.be
november 2018 • Bouwbedrijf 53
MARKANT
Manneken Pis is een bouwvakker Op 18 september trad Manneken Pis in Brussel even in dienst van onze sector. Een heuglijk moment! In de garderobe van de beroemdste Brusselaar hangen intussen meer dan 1000 kostuums. Maar toch was er een schrijnende leegte. Geen bouwvakkerskleren? En dat terwijl Manneken Pis dagelijks zijn ding doet in de Stoofstraat, op amper tweehonderd meter van de beroepsfederatie? Deze ontoelaatbare toestand mocht niet langer blijven duren. Onze link met Brussel moest beter in de verf gezet worden. De Orde van de Vrienden van Manneken Pis begreep de ernst van de situatie. Ze ging gracieus in op het verzoek om het legendarische monument met de symbolen van ons vak te versieren. De fabrikant van werkkleren Dassy maakte een gepaste outfit. Na een ceremonie in het stadhuis gingen de Orde en het personeel van de Confederatie begeleid door een fanfare naar de Stoofstraat. Toeristen uit alle werelddelen stonden er ademloos te wachten, doordrongen van het besef dat ze getuige waren van een unieke gebeurtenis. Het gordijn werd weggetrokken, en daar stond Manneken Pis in al zijn bouwvakkersglorie. Het oudste bewaarde kostuum van het plassende jongentje dateert al van 1747. De Confederatie maakt nu dus deel uit van een traditie die een brug slaat tussen de eeuwen. Robert de Mûelenaere: “Manneken Pis verenigt Brusselaars, Belgen, buitenlanders en toeristen. Hij kan mensen op de been brengen en brengt in verrukking. Net als de bouw, en dat is belangrijk voor de Confederatie.” De hele garderobe kan bewonderd worden in het Broodhuis op de Grote Markt.
Manneken Pis was zeer fier dat hij ook eens bouwvakker mocht zijn.
+3,7 %
In het eerste semester van 2018 werden volgens de FOD Economie in België 30 336 huizen met twee of drie gevels verkocht, 13 663 huizen met vier gevels en 17 651 appartementen. Vergeleken met dezelfde periode in 2017 daalde het aantal transacties voor huizen met twee of drie gevels lichtjes, met 0,2 %. Voor huizen met vier gevels bleef het ongeveer stabiel (min 0,1 %). Bij de appartementen was er een toename met 0,6 %. De FOD Economie gebruikt tegenwoordig de mediaan om de prijzen te volgen, en niet meer het gemiddelde. De mediaan wordt minder vertekend door extreme prijzen. In het eerste semester van 2018 was de mediaanprijs voor een huis met twee of drie gevels € 195.000. De helft van de huizen was dus duurder, en de helft goedkoper. Dit is 3,7 % meer dan de mediaanprijs een jaar eerder. De mediaanprijs voor een appartement was € 180 000 (plus 2,9 %), en voor een viergevelwoning € 280 000 (plus 1,8 %).
54 Bouwbedrijf • november 2018
A
+
EPC
A B C D E F
GA OOK VOOR EEN TOPSCORE! Vanaf 2019 geeft het nieuwe energieprestatiecertificaat (EPC) jou alle tips & tricks om met jouw woning het volgende label te bereiken.
www.energiesparen.be/epc
Een optimaal woonklimaat in elke betekenis van het woord
Condensatieketel op gas en zonnecollectoren
Heating systems with a future
Logamax Plus GB192iT Logamax Plus GBH192iT
Luxe-appartementencomplex La Rive / La Réserve II in Knokke De La Rive luxe-appartementen in Knokke vroegen om een verwarmingsoplossing die aan heel wat criteria moet beantwoorden. De bergingen zijn klein en dus moest er uitgekeken worden naar een kant-en-klare oplossing in een compacte, allesomvattende opstelling. Bovendien moest die er ook nog eens mooi en modern uitzien. Daarnaast was er door de vele badkamers en de ruimbemeten sanitaire toestellen een maximaal sanitair warmwatervermogen nodig.
Het resultaat Systeem op maat voor de klant Condensatie gaswandketels met hoog rendement en laag energieverbruik Verwarmingsondersteuning op maat via Logasol SKN 4.0 zonnecollectoren Extra warmwaterboost dankzij stratificatieboiler
Voordelen in één oogopslag Compacte uitvoering in een uniek design Ingebouwde pompgroepen Efficiënt door groot modulatiebereik en modulerende cv-pomp Compatibele aansluitingen voor snelle montage Makkelijk onderhoud: alle componenten zijn via de voorzijde bereikbaar