Parket/Parquet juni/juin 2019

Belgisch vakblad van Dé Parketplaatsers/Les Parqueteurs- Afwerking Lombardstraat 34 - 42 • 1000 Brussel Revue belge Les Parqueteurs/Dé Parketplaatsers • Rue Lombard 34 - 42 • 1000 Bruxelles • Afgiftekantoor Gent X

Parket Parquet

#42

JUNI JUIN

2019 DRIEMAANDELIJKS LEDENBLAD REVUE DES MEMBRES TRIMESTRIELLE

Tips voor het plaatsen van houten buitenterrassen Filip Redant wint prestigieuze parketprijs

Des conseils pour la pose de terrasses en bois

Filip Redant gagne un prestigieux prix de parquet

Nieuwe TV voor de parketplaatser!

Nouvelle NIT pour les parqueteurs!

FUSO - A Daimler Group Brand

EEN GAMMA AAN MOGELIJKHEDEN. CANTER. MADE FOR BUSINESS. Zoveel mogelijkheden, en dat allemaal met één voertuig. Met de Canter is immers alles mogelijk, of toch bijna alles. Van 3,5t tot 8,55t en van 4x4 tot Eco Hybride: tussen onze vijf gewichtscategorieën, drie cabine varianten, drie motoruitvoeringen, zes wielbasissen en talloze bovenbouwen vindt u gegarandeerd uw ideale transportoplossing. Tezelfdertijd laat de Canter met zijn 3,0 litermotor u een economisch voordelig rijden toe en voldoet aan de emissienorm Euro VI. Daarbij staat de DUONIC ® transmissie met dubbele koppeling in voor snel schakelen zonder onderbreking van de trekkracht. Met zijn standaard efficiëntiepack ECOFFICIENCY wordt elk traject een lucratieve zaak, waarbij uw brandstofbesparing kan oplopen tot 9%. www.fuso-canter.be

F .DEALS Ontdek het aanbod stockvoertuigen op www.f-deals.be

beherman

Officiële invoerder voor Mitsubishi Motors en FUSO voor België en Groothertogdom Luxemburg.

INHOUD SOMMAIRE

8

10

13

Nieuwe TV houten vloerbedekkingen

TV 269: grootste ­verschilpunten

VOS in vloerbekleding

Na twintig jaar krijgt de TV 218 ­eindelijk een opvolger. Twee experten van het WTCB geven tekst en uitleg

Nog geen tijd gehad om de volledige TV 269 door te nemen? Dan vind je hier een overzicht van de belangrijkste wijzigingen.

Welke regels bestaan er rond de uitstoot van vluchtige organische stoffen door vloerbedekking en hoe vind je VOSarme producten?

24

26

30

Après vingt ans, la NIT 218 est enfin remplacée. Deux experts du CSTC ­donnent des explications.

Vous n'avez pas encore eu le temps de passer en revue la nouvelle NIT 269 ?

Dans cet article, vous trouverez un aperçu des plus importantes modifications.

Quels sont les réglements en vigueur concernant les émissions des composés organiques volatils et comment reconnaître les produits à faible émission de COV ?

Nouvelle NIT pour les revêtements de sol en bois

TV 269: les principales différences

Les COV dans les revêtements de sol

5

22

35

Voorwoord

Parketsprokkels

Terrasses

23

Quelques conseils pour la pose de terrasses en bois

Door Johan Vandenbergh

6 Federatienieuws

16 Lid in de kijker Tijdloze klasse in combinatie met modern comfort: een Versaillesparket op vloerverwarming

L’écho des lamelles

32

38 GT Parquetteurs

Un membre sous le feu des projecteurs Une élégance intemporelle alliée à un confort moderne : un parquet Versailles sur un chauffage par le sol

19 Terrassen Terrasjesweer! Enkele tips voor het plaatsen van houten buitenterrassen

juni - juin 2019 • Parket-Parquet

3

VINTAGE COLOUR – OLD COUNTRY • • • • •

14 standaard beitskleuren Afwerkbaar met het Hesse olie gamma Eenvoudig appliceerbaar Voor het verkrijgen van een verweerd effect Voor unieke parketvloeren, meubelpanelen en trappen

• • • • •

14 couleurs de teinture standard Á finir avec la gamme d‘huile de Hesse Facile à appliquer Pour obtenir un effet patiné Pour des parquets et des meubles uniques et escaliers

Kwaliteitsparket

VOOR & DOOR PROFESSIONALS

“Alle producten voor de perfecte vloer.”

COAT I N G S

Hesse Benelux NV | Venecoweg 6 9810 Nazareth-België | Tel: +32 9 281 06 40 E-Mail: Benelux@hesse-lignal.com www.hesse-lignal.com

Tel: +32(0)11 63 64 00 - www.parketkerkhofs.be

TRAPPENLAK

NIEUW

(ANTISLIP)-AFWERKING VOOR INTENSIEF BELASTE TRAPPEN IN WONINGEN EN OPENBARE RUIMTEN Bichemie® Coatings BV Postbus 2365, 8203 AH Lelystad +31(0)320 - 28 53 57, advies@bichemie.nl

FRANK SPIDER

Trae Lyx Trappenlak 185x60.indd 1

PERFECT SCHUURBEELD

WWW.TRAELYX.NL 17-05-19 12:12

UW SPECIALIST IN PARKETBENODIGDHEDEN

AANGEDREVEN 3-SCHIJFSTECHNOLOGIE ALVAKET Belgium - Industriepark 1215 - 3545 Halen - T 013 55 22 04 - F 013 55 20 05 - www.alvaket.be

ff116 plat.indd 1

10/10/2016 22:05:31

EDITO

De nieuwe bijbel voor de parketplaatser Beste collega’s, Voor de vakman-parketplaatser is de Technische Voorlichtingsnota 218, kortweg TV 218, al bijna twee decennia lang de referentie. Wie volgens de regels van de kunst houten vloerbedekkingen wil plaatsen, weet maar al te goed dat de TV 218 een antwoord biedt op heel wat technische vragen. Je vindt er info over onder andere de eisen die gesteld worden aan ondergronden, het belang van een geschikt binnenklimaat,… Sommige onderwerpen zijn gevoeliger voor technologische evoluties. Over vloerverwarming bijvoorbeeld, was er slechts beknopte info te vinden, maar over de combinatie van parket en vloerkoeling was er toen geen info beschikbaar. Parketplaatsers die hiermee vandaag geconfronteerd worden, blijven in de kou staan. In de wereld van lijmen, primers en afwerkingsproducten veranderde de afgelopen jaren ook heel wat, zodat het document wat achterop hinkte.

Een herziening drong zich op. Na enkele jaren van onderzoeken en overleg met de verschillende actoren uit de sector is het eindelijk zover. De nieuwe bijbel voor de parketplaatser is beschikbaar en heeft een nieuwe naam: TV 269. Het is een bijzonder lijvig naslagwerk geworden en bestaat voortaan uit twee delen. Deel 1 kan je nu reeds online consulteren via de website van het WTCB. In dit nummer besteden we aandacht aan de grote verschillen tussen de TV 218 en TV 269.

Johan Vandenbergh

Een ander onderwerp dat in dit nummer aan bod komt, is de VOS-regelgeving.

Luchtkwaliteit - zowel binnen als buiten - wordt steeds belangrijker. Steeds meer aannemers krijgen de vraag van consumenten om producten met een lage emissie van schadelijke stoffen te gebruiken. Ben je al vertrouwd met die materie? Ken je de betekenis en het belang van de verschillende labels?

Een van onze leden werd onlangs in de VS gelauwerd omwille van zijn vakmanschap. Zo’n unieke gebeurtenis vraagt natuurlijk om een artikel. Maak kennis met het werk van collega Filip Redant. Hij specialiseert zich al een tijdje in de restauratie van oude parketvloeren en ingewikkelde patronen. Een nichemarkt waar het artistieke en vakmanschap hand in hand gaan. Proficiat, Filip!

Met de zomervakantie voor de deur zijn de nieuwe TV 269 en het laatste nummer van ­“Parket-Parquet” misschien aanraders ergens op een leuk terrasje of aan de rand van het zwembad. Geniet ervan, wij zijn er terug in het najaar!

Veel leesplezier

Johan Vandenbergh Voorzitter - Dé Parketplaatsers v.z.w.

COLOFON Confederatie Bouw - Afwerking Confédération Construction - Finition Rue du Lombardstraat 34-42, 1000 Brussel/Bruxelles T: 02/545 59 47 Btw/tva BE 0406.479.092 Parket verschijnt in maart, juni, september en november. - Parquet paraît en mars, juin, septembre et novembre Adreswijzigingen Changements d'adresses ann.cassauwers@confederatiebouw.be

Verantwoordelijke uitgever Editeur responsable Filip Coveliers Lombardstraat 34-42 • 1000 Brussel filip.coveliers@confederatiebouw.be Publiciteit/Publicité Inge De Ridder T.: 053/80 87 47 • F: 053/80 87 48 inge.deridder@confederatiebouw.be Eindredactie/Rédaction finale Filip Coveliers

Redactie/Rédaction Bram Schittecatte Tel: 02/545 59 47 • Fax: 02/545 58 59 bram.schittecatte@confederatiebouw.be Vertaling/Traduction technique Anouk van den Broek Vormgeving/Mise en page abder-razzaaq.boujdaini@confederatiebouw.be nikka.cuypers@confederatiebouw.be Drukwerk/Imprimeur Graphius

Federatienieuws

Voorjaarsdrink Dé Parketplaatsers Een zestigtal leden van Dé Parketplaatsers zakte op 29 maart af naar Noeveren, bij Boom, voor de traditionele voorjaarsdrink van Dé Parketplaatsers.

Plaats van het gebeuren was dit jaar de oude steenbakkerij in Noeveren.

De voorjaarsdrink begon met een gegidst bezoek aan de Steenschuit, een sociaal project waar langdurig werkzoekenden een exacte replica van de Belgica nabouwen, het houten schip waarmee Adrien de Gerlache aan het

6

Parket-Parquet • juni - juin 2019

eind van de 19e eeuw naar Antartica trok. Tijdens de rondleiding legde de gids uit hoe het schip stuk voor stuk nagebouwd wordt uit Oregon Pine, een houtsoort die bij onze collega’s maar al te bekend in de oren klonk.

De aanwezigen luisterden geboeid naar de uiteenzetting, waarna ze naar

de oude steenfabriek trokken. Daar volgde het tweede gedeelte van de avond: de receptie, gevolgd door het netwerking-event. De parketteurs lieten zich het eten en de drankjes smaken en velen bleven nog tot laat op de avond napraten met collega’s van vroeger en nu.

Lakkerij Verdonck & Topfin bieden een gamma van afwerkingen aan: beitsen, vernissen en natlakken van fineer, massief hout, MDF, glas, kunststof en metaal! » Flexibele industriële lakstraat zorgt voor een “à la carte” afwerking. » Order van 1 tot 1000 m² volgens uw wens. » Afwerking “pre-finish” van parket – massief / semi-massief / fineer – oliën, beitsen en vernissen, lakken, uitborstelen, … » Service & flexibiliteit zijn onze troeven. » Alle mogelijke interieur-exterieurtoepassingen werken wij met zorg en vakbekwaamheid af.

Topfin - Ronse 055 21 82 13 | info@topfin.be www.topfin.be

Lakkerij Verdonck - Lokeren 09 285 74 08 | info@l-vu.be www.l-vu.be

PREMIUM LVT

LUXURY VINYL TILES ADHESIVE

NIEUW

SPECIFIEK VOOR DE VERLIJMING VAN ELASTISCHE VLOERBEDEKKINGEN! Lange open tijd

•

Hoge eindsterkte

•

Bestand tegen vloerverwarming

•

Hoge aanvangskleefkracht

n

PLUS

em

is

000527-ADVERT

ADVERT527

r

lo w

sio

ve

y

MICO V-E

® DE

GE

•

000527-ADVERT_Premium_LVT_190x136_landscape_NL.indd 1

2019-05-24 3:01:55 PM

Technische voorlichting 269

“De TV 218 dateert al van het jaar 2000,” aldus ingenieur Stephane Charron. “Het document is dus bijna 20 jaar oud. In de voorbije twee decennia is er heel wat veranderd, denk maar aan de samenstellingen van de lijmen en de afwerkingsproducten. Intussen is onze kennis over het gebruik van vloerverwarming in combinatie met parket ook veel verbeterd. De TV 218 was dus dringend aan een opfrissing toe.”

Stéphane Charron en Floris Caluwaerts van het WTCB, de mensen achter de nieuwe TV houten vloerbedekkingen.

In afwachting van het verschijnen van de nieuwe TV werd wel al regelmatig gecommuniceerd over deze geactualiseerde onderwerpen via artikels in de WTCB-Contact en in vaktijdschriften zoals het tijdschrift “Parket/Parquet”.

Allesomvattend basisdocument

“De parketplaatsers wilden dat de TV over houten vloerbedekkingen een erg compleet referentiedocument zou zijn,” vervolgt Floris Caluwaerts. “De TV beperkt zich dus niet louter tot een verwijzing naar de eisen, materialen, uitvoering en oplevering uit de Belgische en Europese normen, maar vormt daarentegen een allesomvattende document dat alle relevante informatie, inclusief tabellen en richtwaarden beschrijft en toelicht.

Die volledigheid blijkt ook duidelijk uit de omvang van de TV “Houten vloerbedekkingen”. Die is namelijk ook een stuk dikker dan de meeste andere TV’s.

Uiteraard betekent dit ook dat het actualiseren van de TV 218 een grote inspanning vroeg. De eerste stappen van die vernieuwingsoperatie werden reeds in 2011 gezet. We hebben een werkgroep samengesteld die de volledige TV 218 onder handen genomen heeft en paragraaf per paragraaf heeft uitgeplozen, geanalyseerd en geactualiseerd. In die werkgroep zaten mensen van Dé Parketplaatsers en de GT Les Parquetteurs, aangevuld met experten uit een WTCB-onderzoek naar de combinatie van een parketvloer met vloerverwarming, en mensen met relevante expertise uit de industrie. De inbreng van mensen uit de praktijk en de technische experten was uiteraard cruciaal, maar ik moet ook de vertegenwoordigers van lijmfabrikanten bedanken, want zij hebben een nuttige bijdrage geleverd. Het siert hen dat ze

8

Parket-Parquet • juni - juin 2019

TV 218 wordt TV 269: nieuwe Technische Voorlichting houten vloerbedekkingen Het hing al enkele maanden in de lucht, maar nu is het zover: het WTCB publiceerde eind mei het eerste luik van de TV 269, de opvolger van de TV 218. WTCB-experten Stéphane Charron en Floris Caluwaerts geven tekst en uitleg. niet puur commercieel redeneerden, maar echt meedachten vanuit het belang van de hele sector. Verder hebben we er nog specifieke WTCB-experten bijgehaald wanneer bepaalde onderwerpen ter sprake kwamen, zoals akoestiek, brandveiligheid, vluchtige organische stoffen of sterkte- en stabiliteit van dragende houten vloeren.”

Beter voorkomen dan genezen

“In eerste instantie is de nieuwe TV een basisdocument dat alle relevante info bevat,” legt Stéphane Charron uit.

“Een beginnende parketplaatser zou na het doornemen van de TV eigenlijk voldoende basiskennis moeten hebben om aan de slag te kunnen gaan. Maar in de nieuwe versie van de TV hebben we ook zeer veel aandacht besteed aan het verduidelijken van de rollen van de verschillende betrokken partners van het bouwteam. De reden waarom we dit doen, is om de partners van het bouwteam aan te zetten om op voorhand de verschillende aandachtspunten samen door te nemen, zodat discussies achteraf en juridische geschillen kunnen voorkomen worden.

Een voorbeeld daarvan is het luik over

testen die een eerste inschatting van de kwaliteit van de chape kunnen geven.

Een andere aspect waar we in de nieuwe TV echt op hameren, is de informatieplicht. Het moet duidelijk zijn dat het bouwteam samenwerkt in het behalen van een geslaagd eindresultaat voor de eindklant, maar daar eindigt het verhaal uiteraard niet. Nu zien we vaak dat ook na een mooi afgeleverd werk van de parketplaatser in samenspraak met de chapper, de ruwbouwaannemer alsook de architect er naderhand toch problemen opduiken die tot discussies leiden.

dekvloeren, waarin wordt verduidelijkt wat de vereisten zijn die essentieel zijn om er een parketvloer op aan te brengen. In de nieuwe versie van de TV staan bovendien ook enkele eenvoudige

In de TV benadrukken we dan ook het belang om vooraf grondig de eisen van de klant te bespreken, bij te sturen, indien ze onrealistisch zijn, en over te maken naar alle betrokkenen. In de huidige situatie zien we nog vaak dat het gebrek aan informatie achteraf tot geschillen leidt, waar de parketplaatser meestal de dupe van is. Deze bijkomende rollen

en verplichtingen zijn dus niet bedoeld om de parketplaatser het leven zuur te maken of hem meer werk te geven. Integendeel, we willen hem net een hoop onheil achteraf besparen. We zijn er van overtuigd dat deze TV daar zijn steentje in kan bijdragen.”

Opgesplitst

Omdat de TV 269 zo’n lijvig werk geworden is, heeft men bij het WTCB besloten om het document op te splitsen in twee delen. Het eerste deel werd eind mei al gepubliceerd op de WTCB-website en bevat de materialen, terminologie en eisen. Het geeft eveneens een vrij volledig overzicht van de normen die erop van toepassing zijn. Het tweede deel, dat binnenkort verschijnt, zal dieper ingaan op de uitvoering, de afwerking en het onderhoud. Zo zal de aandacht onder meer toegespitst worden op de plaatsing van een aantal bijzondere houten vloerbedekkingen en op de meest voorkomende pathologieën.

A brand of PCI - Für Bau-Profis

MeT ThoMsiT kuN je elke vloer aaN! Nieuwe producten, een snellere service en een betrokken team: Met Thomsit heb je in 2019 nog meer power.

www.thomsit.nl / www.thomsit.be

THOMSIT ADV PARKET/PARQUET.indd 1

09-05-19 08:42

juni - juin 2019 • Parket-Parquet

9

Technische voorlichting 269

TV 269:

grootste verschilpunten met de oude TV 218 Alle paragrafen van de TV 218 zijn opgefrist en aangepast aan de stand van zaken van de techniek en de producten die we anno 2019 gebruiken.

We raden iedere parketplaatser dus aan om de volledige TV 269 door te nemen en grondig te bestuderen. Maar daar kruipt uiteraard wel wat tijd in.

Wie snel de grootste wijzigingen wil overlopen, vindt hier een beknopt overzicht van de hoofdstukken die de belangrijkste aanpassingen ondergingen.

10

Parket-Parquet • juni - juin 2019

 Vloerverwarming

In de vorige versie van de TV kwam vloerverwarming reeds kort aan bod, maar na de verschijning van TV 218 heeft het WTCB een uitgebreide studie uitgevoerd naar de combinatie van parket en vloerverwarming. De resultaten van die studie zijn nu integraal verwerkt in de nieuwe TV. Vroeger bestond het hoofdstuk over vloerverwarming uit één pagina, dat is nu uitgebreid naar een tiental bladzijden. Aangezien er nog steeds veel onwetendheid en misverstanden bestaan over het plaatsen van parket op vloerverwarming, is het een absolute must om dit hoofdstuk door te nemen.

 Lijmen

Een van de meest gewijzigde delen van de TV is het luik over de lijmen. In de oude versie van de TV werd voornamelijk aan-

dacht besteed aan de technische eigenschappen en de chemische samenstelling van de lijmen. In de nieuwe versie ligt het accent veel meer op de eindtoepassing ervan.

Lijmen worden nu onderverdeeld in grote families (stijve/soepele lijmen) of productgroepen. Van iedere groep worden de eigenschappen, sterktes en zwaktes beschreven. Zaken als de gebruikte harsen, het uithardingsmechanisme en de verwerkings­ eigenschappen van elke lijmsoort komen uitvoerig aan bod. Dit moet de parketplaatser helpen om inzicht te krijgen in de werking en voor- en nadelen van iedere lijmsoort in functie van de omstandigheden (type planken, soort ondergrond, …), waardoor hij de gepaste keuze kan maken.

Nu zien we nog te vaak dat parketteurs eenzelfde lijmsoort gebruiken in alle omstandigheden. Door hen meer inzicht te geven hoopt men bij het WTCB dat

de parketteurs bij de start van iedere opdracht een bewuste afweging gaan maken over de meest geschikte lijmsoort.

 Dekvloeren: de basis voor een geslaagde parketvloer

De mechanische karakteristieken van dekvloeren werden in de TV 218 reeds uitvoerig besproken. Dat is in de nieuwe versie van de TV nog steeds het geval, maar nu wordt meer aandacht besteed aan de rollen en taken van architect, chapper, ruwbouwaannemer en parketplaatser.

Om de parketplaatser in staat te stellen om een eerste snelle inschatting te maken van de staat van de ondergrond werden enkele eenvoudige testen toegevoegd die een eerste indicatie kunnen geven van de staat van de dekvloer. Uiteraard zijn de

ROYL

OLIE VAN KONINGSKLASSE

SikaBond®-151

NIEUW

0,5 L

Parketlijm

Nu verkrijgbaar in 4 kg ALU zakken

READY MIXED

NIEUW

́ Tot 4 m²/zak ́ Gemakkelijk in gebruik ́ Ideaal voor meerlaags parket en massieve planken ́ Geschikt voor vloerverwarming

www.sika.be

Theo, Meester Oliemaker

BESCHERMENDE OLIE SINDS 1982

DOKWEG 40 1976 CA IJMUIDEN NEDERLAND +31 (0) 255 54 84 48 INFO@RIGOVERFFABRIEK.NL RIGOVERFFABRIEK.NL

juni - juin 2019 • Parket-Parquet

11

Technische voorlichting 269

klassieke testmethoden ook nog steeds behouden.

Bovendien zijn de eisen die gesteld worden aan de dekvloeren ook bijgesteld.

Voortaan ligt de vereiste waarde voor de oppervlaktecohesie op 0,8 N/mm² (hechtproef) bij meting met een diameter van 50 mm, terwijl dat in de vorige TV 218 nog 0,5 N/mm² bij meting met een diameter van 80 mm was. De manier waarop de meting moet gebeuren, is dus veranderd zodat bij vergelijking rekening moet gehouden worden met een schaaleffect. Voortaan gebeurt dit met een pastille met een diameter van 50 mm diameter omdat de hechtproef voor dekvloeren zich hiervoor baseert op een Europese normering.

Bij het WTCB benadrukt men dat deze verstrenging van de minimale vereiste oppervlaktecohesie evenwel realistisch is.

De eis werd afgetoetst en moet voor de uitvoerder van de dekvloer zeker haalbaar zijn indien hij volgens de regels van de kunst werkt.

Voor de parketplaatsers is het belangrijk om alle mechanische karakteristieken vooraf te controleren en grondig na te gaan of de dekvloer geschikt is voor het aanbrengen van een parketvloer.

Ten tijde van de publicatie van de TV 218 waren de anhydrietchapes nog niet zo goed ingeburgerd. Daarom besteedt de nieuwe versie ook veel meer aandacht aan het gebruik van anhydrietchapes en de gevolgen voor de parketplaatser. Omdat het voor de parketplaatser (zeker bij renovaties) niet altijd duidelijk is welk soort chape er gebruikt werd, bevat de TV 269 ook een test om te achterhalen over welk type dekvloer (anhydriet- of cementgebonden) het gaat.

 Pathologieën

In de bijlagen bij de nieuwe TV is een tabel opgenomen met de vaakst voorkomende pathologieën van parket. Deze tabel bevat bovendien kleurenfoto’s om de pathologieën nog makkelijker te kunnen identificeren. De tabel bevat ook voor iedere pathologie de kenmerken en de oorzaken die aan de grondslag kunnen liggen. Bovendien wordt steevast verwezen naar de bijhorende paragraaf in de

12

Parket-Parquet • juni - juin 2019

Download de nieuwe TV via de WTCB-website: wtcb.be

TV die toelicht welke maatregelen de parketplaatser kan nemen om mogelijke fouten te voorkomen.

 Eisen gesteld aan de vloerbedekking

Het hoofdstuk over de eisen die gesteld worden aan de vloerbedekking, is aanzienlijk uitgebreid.

Sinds de publicatie van de TV 218 is er heel wat Belgische en Europese regelgeving bijgekomen over de emissie van vluchtige organische stoffen (VOS) in bouwproducten en parket. Daarom bevat de nieuwe TV een veel uitgebreider luik over VOS (zie ook artikel p. 13) In hetzelfde hoofdstuk werden ook de paragrafen over brandveiligheid, geluidswering (akoestiek) en energieprestaties flink uitgebreid.

 Kwaliteitseisen van het hout

In de nieuwe versie van de TV worden de kwaliteitseisen van het hout veel uitgebreider toegelicht. Ook biedt de TV 269 een vergelijking tussen de Belgische en de Europese norm. Aan de hand van een tabel worden de belangrijkste verschilpunten toegelicht.

Verder biedt de nieuwe TV meer uitleg bij de ‘toegestane lichte kleurverschillen’,

een vaag begrip dat in de oude TV 218 vaak tot verwarring en verschillende interpretaties aanleiding gaf.

Een uitgebreid lexicon van de natuurlijke onvolkomenheden (met uitleg en illustraties) werd eveneens toegevoegd.

 Afwerkingslaag

Het hoofdstuk over de afwerking van houten vloeren kreeg in de nieuwe TV een andere insteek. In de praktijk houden veel parketteurs voornamelijk rekening met het esthetische aspect bij het kiezen van een afwerkingsproduct. In de nieuwe TV ligt het accent echter veel meer op de prestaties en de voor- en nadelen van de verschillende afwerkingsproducten. De nieuwe TV focust meer op aspecten als slijtvastheid en vlekbestendigheid.

De bedoeling is om de parketteurs via deze weg meer kennis te verschaffen over de functionele eigenschappen van de afwerkingslagen. Vaak is de kennis over deze materie bij de parketplaatsers immers eerder beperkt. Ze worden hierin ook niet geholpen door het feit dat de instructies en productinformatiebladen bij deze afwerkingsproducten vaak veel minder gedetailleerde info bevatten dan het geval is bij bijvoorbeeld de lijmen.

 Evenwicht met het binnenklimaat

Een andere opvallende wijziging in verband met het evenwichtsvochtgehalte is dat de nieuwe TV niet langer aanbeveelt om het hout steeds dagen- of wekenlang te laten acclimatiseren in de ruimte waar het zal geplaatst worden. Veel belangrijker is dat het hout wordt aangeleverd met een juist massavochtgehalte. In de praktijk werd het hout immers te vaak opgeslagen op de bouwplaats in een te vochtige ruimte (bv. kelders), waardoor het hele acclimatisatieproces zijn doel voorbij schoot.

Bovendien beveelt de TV 269 de parketteurs ook aan om de klant steeds een kwalitatief hoogwaardige hygrometer aan te bieden, zodat die het luchtvochtigheidsniveau kan monitoren en indien nodig kan ingrijpen.

Luchtkwaliteit

Producten met een lage VOS-uitstoot: waar let ik op?

Luchtkwaliteit is tegenwoordig een hot topic.

De problematiek van te hoge concentraties fijn stof en stikstofoxiden in onze steden is al maandenlang niet uit het nieuws weg te slaan. Maar ook over de kwaliteit van de binnenlucht is er heel wat te doen.

Veel aannemers krijgen steeds vaker de vraag om producten met een lage uitstoot van organische polluenten, de zogenaamde VOS, te gebruiken.

Hoe pak je dat aan en waar kan je best je op letten?

Eerst een woordje verduidelijking. VOS staat voor ‘vluchtige organische stoffen’.

Soms kom je ook de Engelse afkorting VOC, of het Franse COV tegen. Met die benamingen worden een groep stoffen aangeduid die één of meerdere koolstofatomen bevatten in combinatie met waterstof en andere elementen zoals zuurstof,

stikstoof of chloor. De verzamelnaam VOS omvat stoffen als benzeen, tolueen, formaldehyde, trichloorethyleen, tetrachloorethyleen en limoneen. Je treft ze ondermeer aan in een hoop veelgebruikte producten: afwerkings- en inrichtingsmaterialen (bv. vasttapijt), verven, inkten, lijmen, vernissen, ontvlekkingsmiddelen,

HOE ZIT HET MET PARKET? Aan welke eisen moet parket voldoen? Parket uit massief hout dient ook aan de VOS emissiecriteria te voldoen. Enkel materialen uit 100% keramisch materiaal, staal, glas of natuursteen zijn vrijgesteld. Massief hout kan immers een belangrijke bron van VOS zijn.

Indien een fabrikant een onbehandeld parket (uit massief hout of samengesteld parket) op de markt brengt, dient het onbehandelde product de emissiegrenzen te respecteren. Ook de afwerkingsproducten (olie, boenwas of vernis) om het parket ter plaatste af te werken, dienen afzonderlijk getest te zijn geweest door hun fabrikant en mogen de emissiegrenzen niet overschrijden.

Indien een fabrikant een behandeld parket op de markt brengt (bv. voorgekleurd), dan moet hij het emissiegehalte van het samengestelde product - parket en afwerkingsproduct – beoordelen. De fabrikant is hierbij niet verplicht elke afzonderlijke combinatie te testen. Hij heeft de mogelijkheid om (samengestelde) producten te groeperen en (gemotiveerde) worst case scenario’s te bepalen.

cosmetica, oplosmiddelen, brandvertragers, weekmakers (plastic) …

Omdat ze vluchtig zijn, kunnen de VOS vrijkomen uit vaste (bouw-)materialen, en dit gedurende de hele levensduur van het product. De enorme diversiteit betekent ook dat de blootstelling aan VOS uiteenlopende gevolgen voor de gezondheid kan hebben, van vrij onschuldig over hinderlijk en schadelijk, tot giftig of kankerverwekkend. VOS worden bovendien ook geassocieerd met het ‘sick building syndrome’. Jonge kinderen en ouderen zijn bovendien extra gevoelig voor de effecten van VOS. Daarnaast spelen VOS ook een rol in de ozonvorming in de lage atmosfeer en kunnen ze bijdragen tot de opwarming van de aarde. De vraag van klanten naar (bouw-)producten met een lage uitstoot van VOS, of VOS-emissie, is dus begrijpelijk.

Wat zijn de spelregels?

Op Europees en Belgisch niveau bestaan al langer regels over het VOS-gehalte in bepaalde producten, zoals bijvoorbeeld verven en lijmen. Sinds 2014 heeft ons land ook een aparte regelgeving over de uitstoot van VOS door vloerbekledingsmaterialen. Het KB dat deze materie regelt, is van toepassing op alle types vloerbekledingen die organische stoffen bevatten (bv. elastische, textiele, houten of harsgebonden vloerbekledingensmaterialen) én op de producten die nodig zijn om die vloerbedekkingen aan hun ondergrond te laten hechten (lijmen en zelfklevende membranen) en afwerkingsproducten voor houten vloeren (bv. boenwassen, oliën of vernissen). De VOS-uitstoot van deze producten mag een reeks drempelniveaus - zowel voor individuele VOS als voor de totale som van de VOS juni - juin 2019 • Parket-Parquet

13

Luchtkwaliteit

DER BLAUE ENGEL Dit is een Duits label voor ecologische bouwmaterialen, gebruiksproducten, toestellen en diensten. Het geeft aan dat een productie of dienstverlening op een milieuvriendelijke wijze gebeurt. Bouwmaterialen die het Blaue Engel label willen verkrijgen, mogen bij de productie een reeks van schadelijke stoffen niet gebruiken en hun emissies van schadelijke stoffen (VOS) moet onder specifieke drempelwaarden liggen.

uitstoot (TVOS) - niet overschrijden.

Het is dus niet langer toegestaan om materialen die deze drempels overschrijden te verhandelen of in uitvoering brengen.

De regels gelden enkel voor producten die bestemd zijn voor binnenruimtes.

Bovendien zijn de regels uitsluitend van toepassing op de toplagen. Tussen- of onderlagen, bijvoorbeeld dekvloermaterialen of vloerisolatiematerialen, worden met andere woorden niet geviseerd.

Bijgevolg vallen houtachtige plaatmaterialen, zoals MDF en OSB, niet onder het toepassingsgebied van dit KB zolang deze niet gecommercialiseerd worden als toplaag. Ook al is geweten dat dergelijke producten een significant VOS-emissiegehalte kunnen vertonen (omwille van de lijmen die erin gebruikt worden). Voor houtachtige plaatmaterialen bestaat er via de CE-markering wel een aanduiding over het formaldehyde-emissiegehalte.

Producten met een E1 klasse hebben een formaldehyde-emissie die lager is dan een specifieke drempelwaarde.

Centrale rol voor fabrikant

Het KB over de VOS-uitstoot van vloerbekledingsmaterialen is vooral van belang voor fabrikanten. Het legt namelijk grenswaarden op voor de VOS-emissie,

14

Parket-Parquet • juni - juin 2019

EMICODE Het Emicode-label is een label specifiek voor bevestigings- en afwerkingsproducten van vloerbekledingen (lijmen, afdichtingsproducten, oliën, vernissen, …). De uitstoot van VOS is het enige beoordelingscriterium voor het verkrijgen van dit label. Het label omvat 3 categorieën met verschillende emissiecriteria : EC2, EC1 en EC1+. Het is een zeer veeleisend label, zeker voor de EC1+ klasse. Het is daarmee een uitstekende referentie voor producten met een zeer lage VOS-emissie.

dit is de hoeveelheid VOS die vrijkomen nadat het product geplaatst is. Fabrikanten die hun producten in België op de markt willen brengen, moeten dus zorgen dat ze in regel zijn met die voorschriften en een productemissiedossier opstellen.

Wanneer je als aannemer een vloerbekledingsmateriaal, lijm of een afwerkingsproduct aankoopt in ons land, mag je er dus van uitgaan dat het product voldoet aan de voorschriften inzake VOS-emissies.

Opgelet: koop je zelf producten aan in het buitenland en breng je die in de handel onder een andere merknaam, dan is het aan jou om aan te tonen dat je voldoet aan de voorschriften uit het KB en dan wordt de situatie een stuk complexer. In dat geval moet je zelf nagaan of de emissiegrenzen gerespecteerd zijn en moet je een emissiedossier bijhouden.

Labels voor bouwmaterialen

Alle vloerbekledingsproducten op de Belgische markt voldoen dus aan de eisen uit het KB. Wanneer je voor de materialen die in direct contact met de binnenlucht staan, maar niet onder het KB vallen (bv. muur- en plafondbekledingsmaterialen) een keuze wil maken voor producten met een lage VOS-uitstoot, kan het interessant zijn om te kijken naar de labels die

de fabrikanten aanbrengen op hun producten. Voor vloerbekledingsproducten kan je op deze manier dan weer nog een stapje verder gaan dan de drempelniveaus uit het KB. Let wel, deze vrijwillige labels vind je in alle vormen en maten, sommige zijn erg makkelijk te behalen en bieden nauwelijks een meerwaarde. Er zijn echter ook labels die een stuk betrouwbaarder zijn en waarvoor de fabrikant een strenge procedure moet doorlopen vooraleer hij het label mag aanbrengen. Er zijn verschillende labels die VOS-emissie criteria opleggen voor uiteenlopende bouwmaterialen en die bovendien ook betrouwbaar zijn.

Het gehanteerde criterium voor de totale VOS uitstoot (TVOS) is bij deze vrijwillige labels vaak een stuk strenger dan het drempelniveau uit het KB. Kom je bovenstaande logo’s tegen op een bouwproduct, dan weet je dat je goed zit op het vlak van VOS-emissie. Meer info over de labels en links naar de websites ervan, vind je op www.infolabel.be.

Dit artikel kwam tot stand met medewerking van het WTCB binnen het kader van de dienstverlening CTech rond duurzame bouwinnovatie ondersteund door Innoviris en de norm-antenne ‘Indoor Air Quality’ ondersteund door de FOD Economie.

GUT Het Duitse GUT-label is een van de bekendere en meer betrouwbare vrijwillige labels. Het is van toepassing op textiele vloerbekledingen (tapijten). Het GUT-logo garandeert dat een tapijt op een milieuvriendelijke manier vervaardigd is. Daarbij wordt rekening gehouden met de volledige levenscyclus (inclusief de recycleerbaarheid achteraf). Om het label te behalen, moet het product ook binnen bepaalde limietwaarden vallen met betrekking tot de emissie van VOS naar de binnenlucht. Bovendien mogen de fabrikanten bepaalde stoffen niet gebruiken tijdens het productieproces (kankerverwekkende en gevaarlijke stoffen, CFK’s, zware metalen…).

NATUREPLUS Natureplus is een label dat toepasbaar is voor diverse bouwmaterialen. Een fabrikant die het label wil behalen, mag een reeks schadelijke stoffen (kankerverwekkend, mutageen,..) niet gebruiken tijdens de productie. Het label bevat voor vele materialen ook criteria voor de uitstoot van vluchtige organische stoffen. Het legt hierbij in het bijzonder strenge regels op voor de emissie van formaldehyde, afkomstig van conserverings- en bindmiddelen die irritatie van het oogvlies en de bovenste luchtwegen kunnen veroorzaken en kunnen leiden tot kanker in de neus en luchtpijp en mogelijk leukemie.

Ook bevat Natureplus normen voor de aanwezigheid van titaniumdioxide (het pigment dat verf een witte kleur geeft) en zware metalen.

Daarnaast houdt het Natureplus-label ook rekening met de milieuvriendelijkheid en duurzaamheid tijdens het gehele levensproces van het product. Het is een zeer streng label en een van de meer betrouwbare.

UW EXPERTS IN HOUTBEHANDELING

Maak het onzichtbare voelbaar

Invisible Primer & Invisible Oil oppervlak

Prachtig ademend ”Soft Touch” oppervlak

Niet schadelijk voor de luchtkwaliteit

Onbehandelde uitstraling uitstraling

eco

Meer info www.woca.be

juni - juin 2019 • Parket-Parquet

15

Lid in de kijker

Tijdloze klasse in combinatie met modern comfort:

een Versaillesparket op vloerverwarming

Filip Redant van Atelier Passe Partout deelde onlangs op de Facebook-pagina van Dé Parketplaatsers enkele foto’s van een prachtig project: een nieuw geplaatste Versaillesvloer in 18de eeuws eikenhout.

De plaatsing gebeurde volledig volgens de traditionele manier.

Zwaar labeur dus, maar het resultaat mag gezien worden!

In het centrum van Mechelen, in de schaduw van de Sint-Romboutskathedraal, ligt een opmerkelijke parketzaak: Atelier Passe Partout. Zaakvoerder Filip Redant zit al dertig jaar in het vak en heeft zich vanaf het prille begin gespecialiseerd in plaatsing van massief parket en ambachtelijke plaatsingen van zowel hedendaags parket, antiek parket als restauraties van historische houten vloeren.

Filip Redant: “Ik heb de luxe om enkel dit soort ambachtelijke werk in massief parket te kunnen aannemen. Voor dit specifiek project werd ik gecontacteerd door de eigenaars van deze woning. Die mensen zijn antiek- en kunstliefhebbers met een voorliefde voor antieke interieurs uit de 18de eeuw. Zo werd hun huis in de Antwerpse Noorderkempen volledig gebouwd als een 18e-eeuws Engels landhuis uit ca. 1750. Voor de ontbijtkamer kozen ze echter voor een interieur in Franse stijl, zoals dat ook vaak in authentieke Engel-

16

Parket-Parquet • juni - juin 2019

se landhuizen gedaan werd. Centraal in de kamer staat een prachtige Louis XVschouw, tegen de wanden komen houten lambriseringen en voor de vloer kozen ze voor een Versaillesparketvloer. Als liefhebbers van historische architectuur, wilden ze ook dat alles tot in de puntjes zou kloppen.”

Vloerverwarming

Ondanks hun passie voor historische accuraatheid wilden de opdrachtgevers toch niet inboeten op modern comfort.

Daarom kozen ze voor vloerverwarming onder het Versaillesparket. Iets waarover nog heel veel onwetendheid bestaat volgens Filip Redant.

“Het verbaast me telkens weer hoeveel architecten nog steeds niet weten dat het mogelijk is om vloerverwarming te combineren met een massief parket. Enkele weken geleden nog was ik aanwezig op Batibouw en ik sprak er verschillende ar-

chitecten die hiervan niet op de hoogte waren. Nochtans is het WTCB hier heel duidelijk over: als je volgens de regels van de kunst werkt, dan is er geen enkel reden waarom dit niet zou kunnen.”

In het Antwerpse landhuis werd de vloerverwarming in een anhydrietchape gegoten. Bovenop de opgeschuurde chape plaatste Filip Redant een eiken onderparket (verlijmd met Parfix Eco-Plus van Bostik). Daar bovenop kwam het Versailles-parket in 18e-eeuwse eik, verlijmd met dezelfde lijm en vernageld op het onderparket.

“De Parfix Eco-Plus lijm heeft een goede kleefkracht. Hij verwerkt zeer aangenaam, geeft geen geur af en is blijvend elastisch, wat voor voor een plaatsing van traditioneel parket op vloerverwarming zeer belangrijk is. Bovendien heeft deze lijm ook het Duitse “Blauwe Engel”-ecolabel, waar we alleen maar blij voor kun-

Elk paneel is als een puzzel bestaande uit 55 stukken.

Om tijd te winnen, is ieder onderdeel netjes genummerd.

nen zijn. Want we trachten ook om steeds milieu-verantwoord te werken.”

Nagels als leidraad

Filip Redant: “Ik koop mijn hout voor dergelijke projecten aan in Frankrijk, waar ik een netwerk van connecties heb.

Het gaat om oude eiken vloerplanken uit schuren en zolders.

We ontvangen deze planken in hun authentieke staat, wat betekent dat we eerst nog de nagels moeten verwijderen en het hout aan de onderkant en zijkanten moeten schaven om vlak en recht te zijn. De oppervlakte wordt geborsteld, aangezien het hout bedekt is onder een dikke laag stof en vuil. De nagels zijn trouwens een goede indicator van de leeftijd van de planken. Wanneer er smeedijzeren nagels in het hout zitten, dan weten we dat de planken dateren uit de 18e eeuw, of zelfs ouder zijn. Die nagels kunnen we nog uithalen zonder al te veel schade toe te brengen aan het hout, omdat ze conisch gevormd zijn.

Zitten er echter dunnere, machinaal vervaardigde draadnagels in de planken, dan weten we dat het om recentere planken gaat. Die draadnagels zitten gewoonlijk volledig vastgeroest, zodat verwijderen meestal onmogelijk is. Dus planken uit de 19de eeuw bijvoorbeeld, zijn vaak niet meer te recupereren op deze manier.”

Ter plaatse samengesteld

Opmerkelijk is dat Filip Redant de Versailles-panelen op de werf zelf samenstelt.

Filip Redant: “Soms kunnen we de panelen op voorhand al klaarmaken, en dat spaart veel tijd uit op de werf. Maar als we plaatsen op vloerverwarming, kiezen we ervoor om de panelen ter plaatse samen te stellen, omdat de dikte van de vloeropbouw dan van groot belang is.

Alle losse onderdelen worden dan ook ter plaatse gelijmd en genageld op een eiken onderparket, volgens het traditionele systeem dus. Uiteraard zijn alle onderdelen wel al op voorhand verzaagd.

In mijn atelier maak ik daarvoor een mal met de gewenste afmetingen, waarmee ik alle panelen op voorhand op maat maak.

Alle 55 elementen van het complexe Versaillesmotief worden vervolgens gezaagd, gelabeld en genummerd, zodat ik weet bij welk paneel ze behoren en wat hun specifieke plaats is in het paneel. Het is immers allemaal handwerk, geen twee stukken zijn identiek. Je kan dus niet zomaar een stuk uit het ene paneel gebruiken in een ander paneel. Dat zou niet werken.

Deze ambachtelijke manier van werken geeft ons ook de mogelijkheid om de Versaillespanelen aan te passen aan de ruimte. De panelen worden na nauwkeurige opmeting, op voorhand berekend zodat ze geheel passen in de ruimte. Vervolgens

maken we alles op maat. Het gebeurt wel eens dat er bepaalde aspecten in de kamer gewijzigd worden, zonder dat dit wordt doorgegeven aan ons, en dan is het een hele hocus-pocus om alles nog te doen kloppen. De panelen zelf kunnen we op dat moment immers niet meer aanpassen. Dat bleek ook hier het geval, want de voorziene kasten links en recht naast de schouw werden weggelaten… Gelukkig hadden we een paneel op reserve gemaakt en konden we op deze wijze de leemtes invullen. De vloerplaat voor de haard was initieel ook niet voorzien en deze lag niet precies in het midden voor de haard, waardoor de boord er omheen ook moest aangepast worden. Dat vraagt allemaal veel denkwerk op de werf en zorgt wel eens voor stress!”

De afwerking

Eenmaal de panelen geplaatst zijn, begint het meest tijdrovende werk. “Eigenlijk doen we dan een restauratie van de net geplaatste vloer. Eerst worden alle scherpe randjes met een houtbeitel bijgestoken en grote uitsteeksels met de hand afgeschaafd, tot we een vloer krijgen zonder splinters of scherpe naden. Opschuren met de schuurmachine is uiteraard uit den boze, want dat zou hier ten koste gaan van de patine op dit prachtige hout. Vervolgens worden alle open noesten in het hout opgevuld met op maat gezaagde stukjes hout. Voor zo’n prachtige hout gebruiken juni - juin 2019 • Parket-Parquet

17

Lid in de kijker

we geen ­fillers of kant-en-klare opvulmiddelen. Dat zou zonde zijn en bovendien niet volgens de historische technieken.”

Voor de afwerking koos Filip voor een boenwas. “Boenwas geeft niet alleen een mooie glans aan het hout, de keuze voor een artisanale boenwas sluit ook perfect aan bij het traditionele en historische karakter van deze woning. Bovendien is dit voor de eigenaars ook makkelijk te onderhouden”.

ATELIER PASSE PARTOUT WINT PRESTIGIEUZE AMERIKAANSE PARKETPRIJS Het Mechelse Atelier Passe Partout heeft dit voorjaar een prestigieuze internationale prijs gewonnen: de ‘Wood Floor of the Year 2019’ in de categorie ‘Best Parquetry / Inlay Application’. Die prijs is een initiatief van de Amerikaanse National Wood Floor Association. De uitreiking vond plaats in Ford Worth in Texas.

Omdat het paneel verschillende beschermde houtsoorten bevat, durfde Filip Redant het niet aan om het in zijn geheel naar de Verenigde Staten te verschepen. Het risico dat de douane beslag zou leggen op het stuk, was namelijk te groot.

Waardering voor ambacht

“Projecten als deze zijn heel dankbaar voor ons als parketteur. De opdrachtgevers zijn echte liefhebbers. Ze weten dat deze ambachtelijke manier van werken flink wat tijd kost – ik schat dat het zaagwerk in het atelier ongeveer één week tijd gekost heeft, het plaatsen en afwerken nog eens twee weken- maar dat hebben ze er graag voor over. Voor mij is het een plezier om dergelijke opdrachten te mo-

Filip Redant won de prijs voor een paneel van 240 op 240 centimeter waarin het logo van het bedrijf ingelegd was. Daarvoor maakte hij gebruik van 22 verschillende houtsoorten, waarvan verschillende intussen beschermd zijn. Alle onderdelen van het paneel werden bovendien met de hand uitgesneden en geschaafd, een enorm precisiewerk! Er kwamen dus geen lasers of CNC-machines aan te pas.

gen uitvoeren. Het is wel zwaar werken!

Ik zit urenlang op mijn knieën, en dat kruipt niet in mijn koude kleren, maar ik doe het met hart en ziel en de voldoening wanneer het werk klaar is, is groot. Ik ben

dan ook ontzettend blij dat er in deze moderne tijden nog steeds mensen bestaan die een hart hebben voor dit ambachtelijk werk. Het is dankzij hen dat we deze eeuwenoude traditie kunnen verderzetten en er zo voor kunnen zorgen dat de kennis en dit vakmanschap niet verloren gaan.”

AXIOS™ TRILINKING™ TECHNOLOGIE ZEER EMISSIEARM, EC1 PLUS GEEN WEEKMAKERS, FTALAATVRIJ

Bostik geeft het hout zijn wortels terug PARKETLIJM BOSTIK PARFIX ECO PLUS Een elastische parketlijm geschikt voor alle parkettypes en houtsoorten, kan ook in BREEAM projecten worden toegepast.

Parfix Eco Plus heeft uitstekende vernettingseigenschappen en een snellere doorharding. Het parket zit vast alsof het zijn wortels heeft teruggekregen! www.bostik.be

18

Parket-Parquet • juni - juin 2019

RMC Advertentie_PP_90 x 130mm_Juni2019_V1.indd 1

29/05/2019 09:49:13

Terrassen

Terrasjesweer!

Enkele tips voor het plaatsen van houten buitenterrassen Tijdens de lente en de zomermaanden verleggen veel parketteurs hun actieterrein naar buiten.

Het plaatsen van houten terrassen sluit immers naadloos aan bij het werk binnen. Zowel de gebruikte materialen als de plaatsingstechnieken vertonen grote gelijkenissen. Voor wie minder vertrouwd is met terrassen, geven we hieronder enkele tips.

Een eerste belangrijk punt is uiteraard de keuze van de juiste houtsoort. “Tegenwoordig is de keuze veel uitgebreider dan vroeger,” vertelt Geneviève ­Standaert van Vandecasteele Houtimport uit Aalbeke. “Voor terrassen kom je al snel uit bij tropische hardhoutsoor-

ten. Dat komt omdat de duurzaamheidsklasse het doorslaggevend element is. Voor een buitenterras heb je eigenlijk hout van duurzaamheidsklasse I of II nodig. Behalve een goede duurzaamheid moet hout voor terrassen ook een voldoende mechanische sterkte hebben

en weerstand bieden tegen afslijten. Dit zijn natuurlijke eigenschappen voor de tropische houtsoorten. Verder mogen de houtsoorten niet te veel werken, scheuren of kromtrekken, daarom krijgt natuurlijk luchtgedroogd hout de voorkeur.”

Tientallen ruim voorradige houtsoorten, praktisch allemaal met FSC of PEFC label, voldoen aan de hoge kwaliteitseisen voor buitentoepassingen zoals de plaatsing van een terras. Qua uitzicht is er voor elk wat wils. Naast de bekende houtsoorten zoals Padoek, Aangezien buitenterrassen blootgesteld zijn aan de elementen, is hout van duurzaamheidsklasse I of II essentieel.

Terrassen

Het verzaagde hout ligt te drogen in de magazijnen van Vandecasteele in Aalbeke.

Aandachtspunten bij de plaatsing

Minder gekend, maar zeker niet minder mooi: terrassen in Jatoba.

Afzelia, Bangkirai, Bilinga, Cumaru, Ipe, Itauba, Jatoba, Merbau, Moabi, beschikken ook minder bekende houtsoorten over een voldoende hoge duurzaamheid om als terrashout te worden gebruikt.

Dit zijn bijvoorbeeld: Afrormosia, Basralocus, Faveira Amargosa, Muiracatiara, Iroko, Massaranduba, Sapupira, Tali en Tatajuba.

“Hoewel de keuze zeer ruim is, zien we toch dat bepaalde houtsoorten steeds populair blijven,” geeft Geneviève Standaert nog mee. “Padoek bijvoorbeeld is zo’n blijver. De prachtige rode tint, die zeer mooi vergrijst, maakt Padoek erg geliefd voor terrassen. Ook Ipé en Cumaru zijn echte tijdloze keuzes.”

20

Parket-Parquet • juni - juin 2019

Dit natuurlijke vergrijzingsproces heeft als voordeel dat er geen afwerkingsproducten of vernislagen moeten worden aangebracht.

Van gegroefd naar glad

“Vroeger koos men steeds voor gegroefde terrasplanken. Aanvankelijk waren dat planken met zeven groeven in de lengterichting, later vijf. De laatste ­jaren zien we de voorkeur van de consument verschuiven naar gladde planken, zonder groef. Een andere tendens is dat mensen steeds meer naar kortere planken grijpen. Dat is niet alleen een puur esthetische keuze, vaak zijn deze kortere planken ook stabieler en gewoon een stuk goedkoper, wat het interessant maakt voor de consument,” aldus nog ­Geneviève Standaert.

“Als houtleverancier levert Vandecasteele enkel het hout, maar soms krijgen wij ook vragen of opmerkingen over de kwaliteit van de geplaatste terrassen. En veel van de problemen die ons ter ore komen, kunnen makkelijk vermeden worden. Een eerste oorzaak van problemen is de werking van het hout. Tropisch hardhout werkt veel meer dan het hout dat gebruikt wordt voor binnentoepassingen. Daarom is het belangrijk om hier voldoende rekening mee te houden. Dat begint bij het vochtgehalte bij plaatsing. Een vochtgehalte van 18 à 21% is i­deaal. Het is ook belangrijk om de planken voldoende ruimte te geven om uit te zetten. Net omdat het hout veel werkt, is het ook van belang om geen te brede planken te gebruiken. Een dikte-breedteverhouding van 21 mm op 140 mm is ideaal. In het zuiden van Europa zie je bijvoorbeeld ook dat men meestal voor smallere planken opteert, aangezien de verschillen in de luchtvochtigheid daar nog een stuk extremer zijn dan bij ons.

Tot slot moet je de bevestigingsschroeven op de juiste afstanden plaatsen. Is de afstand tussen de schroeven te groot, dan kan de spanning op het hout te groot worden, met alle gevolgen vandien. De schroeven moeten ook goed gekozen zijn.

Het gebruik van gewoon stalen schroeven voor buitenterrassen is uit den boze: niet alleen roesten ze sneller onder invloed van sommige bestanddelen van het hout,

DE VOORDELEN VAN EEN HOUTEN TERRAS IN EEN NOTENDOP: • Tropisch hout is een klimaatneutraal product dat groeit op zonne-energie.

• Geen behandelingen nodig, een terras in tropisch hardhout gaat bovendien een mensenleven mee.

• Betere afwatering van regenwater.

• Hout kost het milieu minder dan staal & beton en hout speelt bovendien een belangrijke rol in het beperken van klimaatverandering (CO2-opslag).

• In het kader van circulair bouwen is hout bij uitstek de geschikte grondstof: de toepassing ervan zorgt niet alleen voor een biologische kringloop in de toekomstige, circulaire economie, het biedt ook extra toegevoegde waarde op het gebied van vochtregulatie, gezondheid en geluidsabsorptie.

• Door een stijgende vraag naar gecertificeerd hout groeit het beschermde bosareaal in de wereld. Je beschermt het bos door het hout te gebruiken.

maar bovendien kunnen ze belangrijke en moeilijk te verwijderen verkleuringen veroorzaken in het hout. Meestal worden daarom gegalvaniseerde of roestvrijstalen schroeven gebruikt.

Onderconstructie

Niet alleen bij de keuze van de toplaag is het belangrijk om een kwalitatieve, duurzame houtsoort te kiezen. Dat is ook het geval voor de keuze van het hout voor de onderconstructie. We zien soms dat sommige aannemers hiervoor gebruik maken van goedkopere houtsoorten. Het heeft uiteraard geen enkele zin om een tropisch hardhout te plaatsen bovenop een onderconstructie die al na tien jaar aangetast zal worden door schimmel en rot. Daarom raden wij steeds aan om ook voor de onderconstructie hout van duurzaamheidsklasse I of II te kiezen.

Een ander element dat je niet uit het oog mag, is de ventilatie. In het terras moeten voldoende ventilatie-openingen voorzien zijn, zodat het vocht kan ontsnappen.

Anders kan de onderconstructie zeer snel aangetast worden door schimmels. Tot slot is ook de afwatering een belangrijk element, maar elke goede vakman zou hier natuurlijk vertrouwd mee moeten zijn.”

FAMILIEBEDRIJF OPGERICHT IN 1883 120.000 M3 GEZAAGD HOUT IN VOORRAAD NIEUW IN ONS GAMMA: GECERTIFICEERD EUROPESE EIK IMPORT EN EXPORT VAN TROPISCH EN AMERIKAANS HARDHOUT, RUSSISCH SCANDINAVISCH EN CANADEES ZACHTHOUT SPECIALITEIT RUW GEZAAGD – TERRASPLANKEN – VLOERHOUT GEVELBEKLEDING – ONDERCONSTRUCTIE

BERGSTRAAT 25 | B-8511 AALBEKE | BELGIË T. +32 (0)56 43 33 33 | F. +32 (0)56 43 33 34 JOHAN@VANDECASTEELE.BE | WARD@VANDECASTEELE.BE OLIVIER@VANDECASTEELE.BE WWW.VANDECASTEELE.BE

juni - juin 2019 • Parket-Parquet

21

Parketsprokkels

zijn halve liters ROYL OIL-2K ready-mixed in de tien meest populaire ROYL kleuren.

Nieuw onder ROYL zijn reactieve beitsen die een verouderingseffect creëren op het hout en vervolgens worden afgewerkt met een ROYL olie naar keuze. RIGO Verffabriek ontwikkelde ook twee nieuwe onderhoudsproducten. Een watergedragen onderhoudsolie die een ultramatte uitstraling heeft en het hout niet aankleurt, en een professioneel project onderhoud 2K voor zeer intensief belastte projectvloeren. www.rigoverffabriek.nl

Rubio Monocoat Oil Plus 2C – Goldlabel: klaar voor de toekomst!

Rubio Monocoat is een voorloper op het vlak van milieubewust ondernemen. Bij de ontwikkeling van deze olie gingen we resoluut voor een product dat 0% VOC’s (Volatiele Organische Stoffen) bevat.

Eind 2018 werd dit engagement extra beloond! Dankzij een doorgedreven optimalisatie van zowel de grondstoffen als het productieproces, behaalde Rubio Monocoat Oil Plus 2C als eerste in de sector het Eurofins Goldlabel. Dit label overkoepelt niet alleen alle geldende labels omtrent emissies zoals het A+ label, M1, EC1+, BREEAM, ... Het omvat daarnaast ook jaarlijkse kwaliteitscontroles op onze ­productieprocessen. De nieuwe generatie Rubio Monocoat Oil Plus 2C is dan ook gegarandeerd in orde met alle reglementeringen voor de komende 10 jaar! www.rubiomonocoat.com

ROYL Assortiment vernieuwd

RIGO Verffabriek brengt dit voorjaar een compleet vernieuwd ROYL assortiment. De assortimenten van Aquamarijn en ROYL zijn samengevoegd tot één overzichtelijk geheel. Zo gaat Corcol verder als ROYL OIL 1K en Clien-R Clien-S en Clien-Z verder als ROYL Milde Reiniger, ROYL Intensief Reiniger en ROYL Vloerzeep.

Het unieke systeem met los aankleurbare basisproducten blijft. De losse kleurpigmenten komen in een nieuwe knijpverpakking, zodat ze eenvoudiger toe te voegen zijn aan de verschillende basissen. Voor het maken van stalen en proefvlakken is er een 45 ml verpakking kleurmonster ontwikkeld. En nieuw in het assortiment

Nieuwe parketlijm Thomsit P 699

Thomsit P 699 is de naam van de ­nieuwe parketlijm in het productassortiment van Thomsit. Dit product stelt nieuwe normen op het gebied van sterkte en lijmrilhardheid. Het combineert de voordelen van een 2-c-PUR-­parketlijm met de eenvoudige verwerking van een 1-componentenlijm. Thomsit P 699 is de ideale partner voor de hoogste eisen: de kwalitatief hoogwaardige lijm verlijmt massieve houten vloeren snel en op betrouwbare wijze en zorgt ervoor dat de vloeren hun waarde behouden.

Thomsit P 699 is gecertificeerd conform DIN EN 17178.

Parketleggers kunnen hiermee alle soorten parkethout, ­massieve en meerlaagse planken, staaf-, mozaïek- en meerlaags parket alsmede hoogkantlamellen over het volledige oppervlak verlijmen. www.thomsit.be

Soudal lanceert nieuwe website

Op de vernieuwde website www.soudal.com vinden klanten, professionele en DIY-consumenten voortaan alle productinfo rond de meer dan 1000 producten die het bedrijf in de markt zet. Professionele gebruikers en klanten krijgen de ­mogelijkheid om in te loggen, waarna ze alle informatie kunnen downloaden voor hun klanten. www.soudal.com zal voorlopig beschikbaar zijn in de twee talen van Soudal-thuisland België, Nederlands en Frans.

De volgende 24 maanden zullen daar een 30-tal andere talen bijkomen. www.soudal.com

22

Parket-Parquet • juni - juin 2019

L’écho des lamelles

l'huile ROYL OIL-2K prête à l'emploi en demi-litre dans les dix couleurs ROYL les plus demandées.

Une nouveauté dans la gamme ROYL sont les mordants réactifs qui créent un effet de vieillissement sur le bois et qui sont finis avec une huile ROYL de votre choix. RIGO Verffabriek a également développé deux nouveaux produits d'entretien.

Une huile d'entretien à base aqueuse à l’aspect ultramat et qui ne fonce pas le bois et une huile d'entretien pour projets professionnels 2K pour les planchers qui sont très sollicités. www.rigoverffabriek.nl

Rubio Monocoat Oil Plus 2C – Goldlabel : prêt pour l’avenir !

Rubio Monocoat a toujours été un précurseur dans le domaine de l’entrepreneuriat soucieux de l’environnement. Quant au développement de notre huile, nous avons résolument opté pour un produit contenant 0 % de COV (composés organiques volatils).

A la fin de 2018, cet engagement a été largement récompensé ! Grâce à une optimisation minutieuse des matières premières et du processus de production, Rubio Monocoat Oil Plus 2C a été le premier du secteur à avoir obtenu le label Eurofins Gold. Ce label ne couvre pas seulement tous les labels existants pour les émissions tels que le label A +, M1, CE1 +, BREEAM,... Il comprend également des contrôles de qualité annuels de nos processus de production. La nouvelle génération Rubio Monocoat Oil Plus 2C est donc conforme à tous les règlements pour les 10 prochaines années ! www.rubiomonocoat.com

Rénovation de la gamme ROYL

Au printemps, RIGO Verffabriek présentera un assortiment ROYL entièrement renouvelé. Les assortiments d'Aquamarijn et de ROYL ont été rassemblés en une gamme de pro­ duits claire. L'huile Corcol s'appellera désormais ROYL OIL 1K et les produits de nettoyage Clien-R, Clien-S et Clien-Z ont été rebaptisés en Nettoyant doux ROYL, Nettoyant intensif ROYL et Savon pour plancher ROYL. Le système unique de produits de base pouvant être colorés séparément est conservé. Les pigments de coloration sont livrés dans un nouvel emballage compressible, ce qui permet de les ajouter plus facilement aux différentes bases.

Un conditionnement de 45 ml de pigment de coloration a été développé pour réaliser des échantillons. Une nouveauté dans la gamme est

La nouvelle colle Thomsit P 699 pour ­parquets

Thomsit P 699 est le nom de la nouvelle colle pour parquets de l’assortiment de produits Thomsit.

Ce produit établit de nouveaux standards en termes de résistance et de dureté des cordons de colle. Elle combine les avantages d’une colle de parquet PUR à 2 composants à la mise en œuvre aisée d’une colle monocomposant. Thomsit P 699 est le partenaire idéal pour répondre aux exigences les plus strictes : cet adhésif haut de gamme permet de coller des planchers en bois massif de manière fiable et rapide, tout en préservant leur valeur.

Thomsit P 699 est certifiée selon DIN EN 17178. Elle permet au parqueteur de coller en plein tous les types de planches massives et multicouches, les parquets traditionnels et mosaïques, les parquets multicouches et même des lamelles sur chant.

www.thomsit.be

Soudal lance un nouveau site web

Grâce au site web, les clients professionnels et les bricoleurs auront désormais un accès rapide à toutes les informations de plus de 1 000 produits mis en vente par la société en Belgique. Les utilisateurs professionnels et les clients peuvent se connecter et auront ensuite la possibilité de télécharger toutes les informations destinées à leurs clients. Pour l’instant, www.soudal.com sera disponible dans les deux langues nationales, c.-à-d. en néerlandais et en français. Une trentaine d'autres langues les complèteront au cours des 24 prochains mois. www.soudal.com

juni - juin 2019 • Parket-Parquet

23

Note d’Information Technique 269

"La NIT 218 date déjà de 2000", explique l'ingénieur Stéphane Charron. "Le document a donc presque 20 ans. Beau­ coup de choses ont changé au cours des deux dernières décennies, telles que la composition des colles et des produits de finition. Entre-temps, nos connaissances relatives à l'utilisation d'un chauffage par le sol en combinaison avec un parquet se sont aussi nettement améliorées. La NIT 218 nécessitait donc d’urgence une mise à jour."

Stéphane Charron et Floris Caluwaerts du CSTC, les initiateurs de la nouvelle NIT Revêtements de sol en bois.

En attendant la publication de la nouvelle NIT, nous vous avons informés régulièrement sur ces sujets actualisés par le biais d'articles dans le CSTC-Contact et dans des revues professionnelles telles que le magazine "Parket/Parquet".

Un document de base exhaustif

"Les parqueteurs ont voulu que la NIT sur les revêtements de sol en bois soit un document de référence exhaustif", poursuit Floris Caluwaerts. "La NIT ne se limite donc pas à un référentiel des exigences, des matériaux, de la mise en oeuvre et de la livraison selon les normes belges et européennes, mais il s'agit avant tout d'un document complet qui décrit et explique toutes les informations importantes, y compris des tableaux et valeurs indicatives. "Cette exhaustivité se reflète aussi dans le volume de la NIT "Revêtements de sol en bois". Il est bien plus volumineux que la plupart des autres NIT. Bien entendu, cela implique également que la mise à jour de la NIT 218 a exigé beaucoup de travail. Les premières étapes de cette démarche d'actualisation ont déjà été entamées en 2011. Nous avions constitué un groupe de travail qui a relu, analysé et actualisé la NIT 218, paragraphe par paragraphe. Ce groupe de travail était composé de représentants de 'Dé Parketplaatsers' et du GT Les Parqueteurs, ainsi que des experts d'une étude du CSTC concernant la combinaison d'un parquet avec un chauffage par le sol et de spécialistes du secteur du parquet. L'apport des praticiens et des experts techniques était bien entendu primordial, mais je tiens également à remercier les représentants des fabricants de colles, car ils ont également apporté une contribution utile. C'est tout à leur

24

Parket-Parquet • juni - juin 2019

La NIT 269 remplace la NIT 218 : nouvelle Note d’Information Technique pour les revêtements de sol en bois Cela faisait des mois qu’on l'attendait et enfin, elle est prête : fin mai, le CSTC a publié le premier tome de la NIT 269, qui remplace la NIT 218. Stéphane Charron et Floris Caluwaerts, experts du CSTC, donnent des explications. honneur qu'ils n'aient pas raisonné de manière purement commerciale, mais qu'ils aient vraiment réfléchi du point de vue des intérêts de l'ensemble du secteur. Nous avons également fait appel à des experts du CSTC pour traiter certains sujets tels que l'acoustique, la sécurité incendie, les composés organiques volatils ou la résistance et la stabilité des planchers porteurs en bois.”

Mieux vaut prévenir que guérir

"La nouvelle NIT est avant tout un document de base contenant toutes les in-

formations essentielles", explique Stéphane Charron. "Après avoir lu la NIT, un parqueteur débutant devrait avoir les connaissances de base nécessaires pour pouvoir poser un parquet. Cependant, dans la nouvelle version de la NIT, nous avons également accordé beaucoup d'attention à définir les rôles des différents partenaires impliqués dans le projet de construction. Nous le faisons pour encourager les partenaires de l'équipe de construction à discuter ensemble les différents points d'attention à l'avance pour éviter toute discussion ultérieure ou litige juridique. Un exemple en est le

qui permettent de donner une première indication sur la qualité de la chape.”

Un autre aspect souligné dans la nouvelle NIT est l'obligation d'information. Il va de soi que l'équipe de construction doit collaborer pour obtenir un résultat final réussi pour le client final, mais bien sûr, les choses ne s'arrêtent pas là. Il arrive bien trop souvent qu'après livraison d'un bon travail par le parqueteur, en collaboration avec le chapiste, l'entrepreneur du gros-œuvre et l'architecte, des problèmes surgissent encore et donnent lieu à des discussions.

chapitre sur les chapes, qui précise les exigences essentielles pour la pose d'un parquet. La nouvelle version de la NIT comprend également des tests simples

“Dans la NIT, nous soulignons donc l'importance de bien définir à l'avance les exigences du client, de les ajuster si elles sont irréalistes et de les communiquer à toutes les parties concernées.

Dans la situation actuelle, nous constatons souvent que le manque d'information entraîne par la suite des litiges, où

PREMIUM LVT

LUXURY VINYL TILES ADHESIVE

le parqueteur est généralement visé. Ces obligations supplémentaires n'ont donc nullement l'intention de rendre la vie difficile au parqueteur ou de lui donner plus de travail. Au contraire, nous voulons lui éviter beaucoup de tracas par la suite. Nous sommes convaincus que cette NIT peut y contribuer."

Divisé en deux tomes

Puisque la NIT 269 est devenue une œuvre si volumineuse, le CSTC a décidé de diviser le document en deux tomes.

La première partie a déjà été publiée sur le site web du CSTC fin mai et décrit les matériaux, la terminologie et les exigences. Elle donne également un aperçu assez complet des normes qui leur sont applicables. Le second tome, qui sera publié prochainement, traitera en détail la mise en œuvre, la finition et l'entretien. Il abordera également la pose des revêtements de sol en bois spéciaux et les cas de pathologie les plus récurrents.

NOUVEAU

SPÉCIFIQUE POUR L’ADHÉRENCE DES REVÊTEMENTS DE SOL ÉLASTIQUES! Temps ouvert long

•

Haute adhérence définitive

•

Résistant au chauffage par le sol

•

Haute adhérence initiale

n

PLUS

em

is

000526-ADVERT

r

lo w

sio

ve y

MICO V-E

® DE

GE

•

000526-ADVERT_Premium_LVT_190x136_landscape_FR.indd 1

2019-05-24 3:02:36 PM

juni - juin 2019 • Parket-Parquet

25

Note d’Information Technique 269

NIT 269 :

principales différences avec l'ancienne NIT 218 Tous les paragraphes de la NIT 218 ont été actualisés et adaptés aux dernières évolutions techniques et aux produits utilisés en 2019. Nous recommandons donc à tous les parqueteurs de lire et d'examiner attentivement la nouvelle NIT 269.

Bien sur, cela prend pas mal de temps. Si vous voulez passer rapidement en revue les changements les plus importants, voici un bref aperçu des chapitres qui ont subi les plus importantes modifications.

26

Parket-Parquet • juni - juin 2019

 Chauffage par le sol

Dans la précédente version de la NIT, le chauffage par le sol était déjà brièvement abordé, mais après la publication de la NIT 218, le CSTC a mené une étude approfondie sur la combinaison du parquet et du chauffage par le sol. Les résultats de cette étude sont maintenant intégralement repris dans la nouvelle NIT. Dans l'ancienne version, le chapitre sur le chauffage par le sol ne comptait qu'une seule page, dans la version actualisée, celui-ci a été étendu à une dizaine de pages.

Etant donné que les connaissances sont souvent lacunaires et qu'il existe encore beaucoup de malentendus concernant la pose d'un parquet sur un chauffage par le sol, il est indispensable de lire ce chapitre.

 Colles

Un des chapitres ayant subi le plus de modifications est celui sur les colles. Dans

l'ancienne version de la NIT, on accordait beaucoup d'attention aux propriétés techniques et à la composition chimique des colles. Dans la nouvelle version, l'accent est mis davantage sur les applications finales des colles.

Les adhésifs sont maintenant subdivisés en grandes familles (colles rigides/souples) ou groupes de produits. Les propriétés, les avantages et les inconvénients de chaque groupe sont décrits. Des aspects tels que le type de résine utilisé, leur mécanisme de durcissement et leurs propriétés à la mise en œuvre sont abordés en détail pour chaque type d'adhésif. Cela devrait aider le parqueteur à mieux comprendre le fonctionnement et les avantages et inconvénients de chaque type de colle en fonction des circonstances (type de lames, type de support, etc.), ce qui lui permettra de mieux choisir le type de colle approprié.

Il arrive souvent que les parqueteurs uti-

lisent le même type de colle dans toutes les circonstances. En leur procurant plus d'informations, le CSTC espère que les parqueteurs réfléchiront au choix du type d'adhésif le plus approprié au début de chaque projet.

 Chapes : la base d'un parquet de qualité

Les caractéristiques mécaniques des chapes ont déjà été largement examinées dans la NIT 218. Cela est toujours le cas dans la nouvelle version de la NIT, mais une plus grande attention est accordée aux rôles et tâches de l'architecte, du chapiste, de l'entrepreneur du gros œuvre et du parqueteur.

Pour permettre au parqueteur d’évaluer rapidement l'état du support, quelques méthodes d’essais simples ont été décrites, pouvant donner une première indication sur l'état de la chape. Bien enten-

SikaBond®-151 Colle pour parquet

Maintenant disponible en sacs ALU de 4 kg NOUVEAU ́ Jusqu’à 4 m²/poche ́ Facile à appliquer ́ Idéal pour le parquet contre-collé et les planches de bois massif ́ Peut être utilisé avec un plancher chauffant www.sika.be

juni - juin 2019 • Parket-Parquet

27

Note d’Information Technique 269

du, les méthodes d'essais classiques sont toujours utilisées.

En outre, les exigences relatives aux chapes ont également été révisées. Désormais, la valeur requise pour la cohésion superficielle est de 0,8 N/mm² (essai d'adhérence) pour une mesure avec un diamètre de 50 mm, alors que dans la NIT 218 elle était de 0,5 N/mm² pour une mesure avec un diamètre de 80 mm.

La méthode de mesure a donc changé, de sorte qu’il faut tenir compte d'un effet d'échelle lors de la comparaison. L’essai se fera dorénavant avec une pastille d'un diamètre de 50 mm car l'essai d'adhérence de la chape est basé sur une norme euro­péenne.

Les experts du CSTC soulignent que cette cohésion superficielle minimale plus stricte est un objectif réaliste. Cette exigence a été testée et ne devrait pas être trop difficile à satisfaire si le chapiste travaille selon les règles de l'art.

Pour les parqueteurs, il est important de contrôler à l'avance toutes les caractéristiques mécaniques et de vérifier minutieusement si la chape est adaptée à la pose d'un parquet.

Au moment de la publication de la NIT 218, les chapes à base d'anhydrite n'étaient pas encore très courantes. Ainsi, la nouvelle version accorde beaucoup plus d'attention à l'utilisation de chapes à base d'anhydrite et aux conséquences pour le parqueteur. Comme il n'est pas toujours évident pour le parqueteur (surtout en cas de rénovation) de savoir avec certitude de quel type de chape il s'agit, la NIT 269 propose également un test pour déterminer le type de chape (anhydrite ou ciment) utilisé.

Téléchargez la nouvelle NIT via le site web du CSTC: cstc.be

 Produits de finition

peut prendre pour éviter d'éventuelles erreurs.

 Exigences applicables aux revêtements de sol en bois

Le chapitre consacré aux exigences applicables aux revêtements de sol en bois a été considérablement étendu.

Depuis la publication de la NIT 218, de nombreuses réglementations belges et européennes ont été adoptées sur les émissions de composés organiques volatils (COV) dans les produits de construction et le parquet. Ainsi, le chapitre dédié aux COV (voir aussi l'article à la p. 30) est beaucoup plus complet dans la nouvelle NIT. Dans le même chapitre, les paragraphes consacrés à la sécurité incendie, à l’isolation acoustique et aux performances énergétiques ont également été étendus considérablement.

 Pathologies

Les annexes de la nouvelle NIT comportent un tableau avec les cas de pathologie les plus récurrents du parquet. Ce tableau contient également des photos en couleur afin d'identifier plus facilement les pathologies. Pour chaque pathologie, le tableau décrit également les caractéristiques et les causes qui peuvent en être à l'origine. En outre, il est toujours fait référence au paragraphe dans la NIT qui explique les mesures que le parqueteur

28

Parket-Parquet • juni - juin 2019

En outre, la nouvelle NIT fournit plus de précisions sur les 'légères variations de teinte autorisées', un concept vague qui, dans l'ancienne NIT 218, était souvent source de confusion et d'interprétation différente.

Un lexique complet des imperfections naturelles (avec explications et illustra­ tions) a également été annexé.

 Exigences de qualité pour le bois

Dans la nouvelle version de la NIT, les exigences de qualité pour le bois sont commentées de manière beaucoup plus détaillée. La NIT 269 fait également la comparaison entre la norme belge et la norme européenne. Les principales différences sont expliquées sous forme d'un tableau.

Le chapitre sur la finition des revêtements de sol en bois a été abordé sous un ­angle différent dans la nouvelle NIT. La plupart des parqueteurs tiennent compte de l'aspect esthétique lors du choix d'un produit de finition. En revanche, la nouvelle NIT met surtout l'accent sur les performances et les avantages et inconvénients des différents produits de fini­tion. Elle accorde plus d'importance à des aspects tels que la résistance à l'usure et la résistance aux taches.

L'objectif est de mieux faire connaître les propriétés fonctionnelles des couches de finition aux parqueteurs. En effet, les connaissances des parqueteurs dans ce domaine sont souvent plutôt lacunaires. Le fait que les instructions et fiches d'infor­mation de ces produits de finition contiennent souvent beaucoup moins de renseignements détaillés que, par ex., pour les colles, ne leur facilite évidemment pas la tâche.

 Un climat intérieur en équilibre

Un autre changement significatif concerne le taux d'humidité d'équilibre. La nouvelle NIT ne recommande plus d'acclimater le bois pendant des jours ou des semaines dans la pièce où il sera mis en œuvre. Il est beaucoup plus important que le bois soit livré avec un taux d'humidité massique adéquat. Le bois étant trop souvent stocké sur le chantier dans un local trop humide (par ex. au sous-sol), tout le processus d'acclimatation n'avait aucun effet.

La NIT 269 recommande également aux parqueteurs de toujours fournir un hygromètre de qualité au client pour que ce dernier puisse contrôler le taux d'humidité de l'air et intervenir si nécessaire.

FUSO - A Daimler Group Brand

TOUTE UNE GAMME DE POSSIBILITÉS. CANTER. MADE FOR BUSINESS. Tant de possibilités, le tout avec un seul véhicule. Avec le Canter, tout est possible ou presque. De 3,5t à 8,55t et du 4x4 à l’Eco Hybride, vous trouverez certainement votre solution idéale de transport parmi cinq catégories de poids, trois types de cabine, trois motorisations, six empattements et d’innombrables superstructures. Dans le même temps, le moteur 3,0 litres vous assure une conduite économique et satisfait à la nouvelle norme d’émissions Euro VI tandis que la transmission à double embrayage DUONIC® assure un changement rapide des vitesses sans perte de puissance. Grâce à son pack d’efficacité ECOFFICIENCY de série, chaque trajet est une bonne affaire avec des économies de carburant pouvant aller jusqu’à 9%. www.fuso-canter.be

F .DEALS Découvrez notre offre de véhicules de stock sur www.f-deals.be

beherman

Importateur officiel pour Mitsubishi Motors et FUSO en Belgique et au Grand-Duché de Luxembourg

Qualité de l’air

Les produits à faible émission de COV : que faut-il savoir ?

La qualité de l'air est un sujet au cœur de l'actualité. Le problème des concentrations de particules et d'oxydes d'azote trop élevées dans nos villes fait la une depuis des mois. Cependant, la qualité de l'air à l'intérieur des bâtiments est également un sujet récurrent. On demande de plus en plus souvent aux entrepreneurs d'utiliser des produits à faible émission de polluants organiques, appelés aussi COV. Comment aborder ce problème et que faut-il savoir ?

D'abord quelques explications, COV signifie 'composés organiques volatils'. Parfois, vous rencontrez aussi l'abréviation anglaise VOC, soit VOS en néerlandais.

Ils désignent un ensemble de composés qui contiennent un ou plusieurs atomes de carbone en combinaison avec de l'hydrogène et d'autres éléments comme l'oxygène, l'azote ou le chlore. Le nom collectif COV comprend des substances telles que le benzène, toluène, formal­ déhyde, trichloréthylène, tétrachloroéthylène et le limonène. Vous les trouverez dans de nombreux produits d'usage courant : matériaux de finition et d'aménagement (par ex. moquettes), peintures, encres, colles, vernis, détachants, produits cosmétiques, solvants, agents ignifuges, plastifiants, etc.

Puisqu'ils sont volatils, les COV peuvent être libérés par les matériaux (de construction) solides tout au long de leur durée de vie. L'énorme diversité signifie également que l'exposition aux COV peut avoir diverses conséquences sur la santé, de relativement inoffensives à gênantes et nuisibles, voire même toxiques ou carcinogènes. Les COV sont aussi associés au ‘syndrome du bâtiment malsain'. Les jeunes enfants et les personnes âgées sont d'ailleurs particulièrement sensibles aux effets des COV. En outre, les COV interviennent également dans le processus de forma­tion d'ozone dans la basse atmosphère et contribuent donc au réchauffement de la planète. La demande des clients pour des

QU’EN-EST-IL DU PARQUET ?

A quelles exigences le parquet doit-il répondre ? Les parquets en bois massif doivent également répondre aux critères d'émission de COV. Seuls les matériaux à 100% en céramique, l’acier, le verre ou la pierre naturelle sont exemptés. En effet, le bois massif peut être une source importante de COV. Si un fabricant lance sur le marché un parquet non traité (bois massif ou parquet multicouche), le produit non traité doit respecter les seuils d'émission. Les produits de finition (huile, cire ou vernis) à appliquer sur le parquet sur place doivent également avoir été testés séparément par leur fabricant et ne doivent pas non plus excéder les limites d'émission.

Lorsqu'un fabricant lance sur le marché un parquet traité (p. ex. précoloré), il doit évaluer le taux d'émission du produit composé : le parquet et le produit de finition. Le fabricant n'est pas obligé de tester chaque combinaison individuellement. Il a la possibilité de regrouper les produits (composés) et de déterminer 'le pire scénario' (en le motivant).

30

Parket-Parquet • juni - juin 2019

produits (de construction) à faible émis­ sion de COV est donc compréhensible.

Quelles sont les règles à respecter ?

Au niveau européen et belge, une réglementation concernant la teneur en COV de certains produits, tels que les peintures et adhésifs, est en vigueur depuis déjà assez longtemps. Notre pays dispose aussi d'une réglementation spécifiquement consacrée aux émissions de COV provenant des matériaux de revêtements de sol depuis 2014.

L'AR qui régit cette matière s'applique à tous les types de revêtements de sol contenant des composés organiques (par ex. les revêtements de sol résilients, textiles ou en bois) ainsi qu'aux produits nécessaires à leur collage (colles et membranes autocollantes) et aux produits de finition pour les planchers (par ex. cires, huiles ou vernis).

Les émissions de COV de ces produits ne doivent pas dépasser certaines limites, tant pour les COV individuels que pour la somme totale des émissions de COV (COVT). Il n'est donc plus permis de commercialiser ou d'utiliser des matériaux qui dépassent ces seuils.

Les règles ne s'appliquent qu'aux produits destinés à être utilisés à l'intérieur et seulement aux couches supérieures des revête­ ments. En d'autres termes, les couches intermédiaires ou les sous-couches, telles que les matériaux de chape ou les maté­ riaux d'isolation du sol, ne sont pas visées.

Par conséquent, les panneaux à base de bois, tels que les panneaux MDF et OSB, n'entrent pas dans le champ d'applica­

DER BLAUE ENGEL

EMICODE

Il s'agit d'un label allemand pour les matériaux de construction écologiques, les produits de consommation, les appareils et les services. Il indique que la production ou le service est effectué d'une manière respectueuse de l'environnement. Les matériaux de construction qui souhaitent obtenir le label Blaue Engel doivent proscrire l'utilisation d'une série de substances nocives dans leur production et leurs émissions de composés toxiques (COV) doivent être inférieures à certains seuils.

Le label Emicode est un label dédié spécifiquement aux produits de fixation et de finition des revêtements de sol (adhésifs), produits d'étanchéité, huiles, vernis, ....).

L'émission de COV est l'unique critère d'évaluation pour obtenir ce label. Le label se compose de 3 catégories avec différents critères d'émission : EC2, EC1 et EC1+. C'est un label très exigeant, surtout pour la classe EC1+. Il constitue donc une excellente référence pour les produits à très faible émission de COV.

NATUREPLUS GUT Le label GUT est l'un des labels volontaires des plus connus et des plus fiables. Il s'applique aux revêtements de sol textiles (moquettes). Le logo GUT garantit la fabrication d'une moquette dans le respect de l'environnement. Il couvre tout le cycle de vie (y compris la recyclabilité). Pour obtenir le label, le produit doit également respecter certaines limites en ce qui concerne les émissions de COV dans l'air intérieur. En outre, les fabricants ne sont pas autorisés à utiliser certaines substances dans le processus de production (substances cancérogènes et dangereuses, CFC, métaux lourds, etc.).

tion de cet AR pour autant qu'ils ne ­soient pas commercialisés comme couche supérieure, bien qu'il soit connu que ces produits peuvent avoir une teneur importante en COV (en raison des colles qu'ils contiennent). Pour les panneaux à base de bois, une indication sur la teneur en formaldéhyde est néanmoins fournie par le marquage CE. Les produits de classe E1 ont une émission de formaldéhyde inférieure à une certaine valeur limite.

Le fabricant joue un rôle important

L'AR relatif aux émissions de COV des revêtements de sol est particulièrement important pour les fabricants. Il impose des valeurs limites pour les émissions de COV, c'est-à-dire la quantité de COV émise après l'installation du produit. Les fabricants qui souhaitent commercialiser leurs produits sur le marché belge doivent donc se conformer à cette réglementation et établir un dossier d'émission pour le produit.

L'entrepreneur qui achète un matériau de revêtement de sol, une colle ou un

Natureplus est un label utilisé pour différents matériaux de construction. Pour obtenir ce label, le fabricant n'est pas autorisé à utiliser une série de substances nocives (cancérigènes, mutagènes, etc.) dans la production. Pour de nombreux matériaux, le label contient également des critères pour l'émission de composés organiques volatils. Il prévoit notamment des règles strictes pour les émissions de formaldéhyde provenant de conservateurs et de liants qui peuvent provoquer une irritation des yeux et des voies respiratoires supérieures, pouvant entraîner les cancers du nez et de la trachée, voire même la leucémie. Natureplus établit également des normes pour la présence de dioxyde de titane (le pigment qui donne une couleur blanche à la peinture) et de métaux lourds.

De plus, le label Natureplus tient également compte du respect de l'environnement et de la durabilité tout au long du cycle de vie du produit.

C'est un label très strict et l'un des plus fiables.

produit de finition dans notre pays peut donc être sûr que le produit est conforme à la réglementation sur les émissions de COV. Attention : si vous achetez vous-même des produits à l'étranger et que vous les commercialisez sous une autre marque, il vous faut prouver que vous respectez les dispositions de l'AR et la situation d­ evient donc beaucoup plus complexe. Le cas échéant, vous devez vérifier vous-même si les limites d'émission ont été respectées et il faudra rédiger un dossier d'émission.

Labels pour les matériaux de construction

Tous les produits de revêtement de sol sur le marché belge répondent donc aux dispositions de l'AR. Si vous souhaitez choisir des produits à faible émission de COV pour des matériaux en contact direct avec l'air intérieur, mais qui ne sont pas couverts par l'arrêté royal (par ex. les revêtements pour murs et plafonds), vous pouvez consulter les labels que les fabricants apposent sur leurs produits.

Attention, ces labels volontaires existent en toutes formes, dont certaines sont très faciles à obtenir et n'offrent guère une valeur ajoutée. Cependant, il existe aussi des labels beaucoup plus fiables pour lesquels le fabricant doit suivre une procédure stricte avant de pouvoir l'apposer. Plusieurs labels imposant des critères ­d'émissions de COV pour différents matériaux de construction sont également fiables. Le critère utilisé pour les émis­ sions totales de COV (COVT) de ces labels volontaires est souvent beaucoup plus strict que le seuil fixé par l'AR. Si vous voyez les logos ci-dessus sur un pro­ duit de construction, vous êtes sûr que le produit est conforme en ce qui concerne les émissions de COV. Pour plus d'informations sur les labels et les liens vers leurs sites web, veuillez consulter le site www.infolabel.be.

Cet article a été rédigé en collaboration avec le CSTC dans le cadre du service C Tech concernant l’innovation dans la construction durable, soutenu par Innoviris et l’Antenne Normes 'Indoor Air Quality' du SPF Economie. juni - juin 2019 • Parket-Parquet

31

Un membre sous le feu des projecteurs

Une élégance intemporelle alliée à un confort moderne :

un parquet Versailles sur un chauffage par le sol Filip Redant de l'Atelier Passe Partout a récemment partagé quelques photos d'un magnifique projet sur la page Facebook de ‘Dé Parketplaatsers’ : un nouveau parquet Versailles en chêne du 18e siècle. La pose a été entièrement réalisée selon la méthode traditionnelle. Une tâche laborieuse, mais le résultat en vaut la peine !

Au centre de Malines, à l'ombre de la cathédrale Saint-Rombaut, se trouve un atelier de parquet remarquable : l'Atelier Passe Partout. Le gérant Filip Redant exerce ce métier depuis déjà trente ans et dès le début, il s'est spécialisé dans la pose de parquet massif et la pose tradi­ tionnelle de parquet contemporain et de parquet ancien, ainsi que dans la restauration de parquets historiques.

Filip Redant : "J'ai la chance de pouvoir accepter uniquement ce type de travail artisanal en parquet massif. Pour ce projet spécifique, j'ai été contacté par les propriétaires de ce manoir. Ces gens sont des amateurs d'antiquités et d'art avec une passion pour les intérieurs anciens du 18e siècle. Leur propriété dans la Campine anversoise a été bâtie comme un manoir

32

Parket-Parquet • juni - juin 2019

anglais du 18e siècle, vers 1750. Pour la salle à manger, ils ont opté pour un intérieur de style français, comme ­c'était souvent le cas dans les authentiques manoirs anglais. Au centre de la pièce, il y a une magnifique cheminée Louis XV, des boiseries ornent les murs et le plancher est recouvert d’un splendide parquet Versailles. En tant que passionnés de l'architecture historique, tout devait être parfait jusque dans les moindres détails."

"Je suis toujours étonné de voir le nombre d'architectes qui ne savent toujours pas qu'il est possible de combiner un chauffage par le sol avec un parquet massif. Il y a quelques mois, j'étais présent à Batibouw et j'ai parlé avec plusieurs architectes qui ignoraient ce fait. Cependant, le CSTC est très clair à ce sujet : si vous travaillez selon les règles de l'art, alors il n'y a aucune raison pour que cela ne soit pas possible."

Un chauffage par le sol

Dans le manoir anversois, le chauffage par le sol a été coulé dans une chape à l’anhydrite. Sur la chape poncée, Filip Redant a posé un sous-parquet en chêne (collé avec le ParfixEco-Plus de Bostik).

Le parquet Versailles en chêne du 18e siècle a ensuite été collé au-dessus avec la même colle et cloué sur le sous-parquet.

Malgré leur passion pour la précision historique, les clients ne voulaient pas renoncer au confort moderne. Ils ont donc opté pour un chauffage par le sol sous le parquet Versailles. Selon Filip Redant, les connaissances sont encore ­ très lacunaires à ce sujet.

Chaque panneau est composé comme un puzzle de 55 pièces.

Pour gagner du temps, chaque pièce a été numérotée.

"La colle ParfixEco-Plus a une bonne ­adhérence. Elle est très facile à utiliser, ne dégage pas d'odeur et est durablement élastique, ce qui est très important pour la pose d'un parquet traditionnel sur un chauffage par le sol. Cette colle dispose en outre du label écologique allemand "Der Blaue Engel", ce qui nous réjouit, car nous essayons toujours de travailler d'une manière respectueuse de l'environnement."

endommager le bois, car ils sont de forme conique.

Les clous comme repère

Assemblé sur place

Nous recevons ces planches dans leur état authentique, ce qui signifie que nous devons d'abord enlever les clous et raboter le bois sur la face inférieure et les côtés pour que les lames soient planes et droites. La surface est brossée puisqu’elle est généralement recouverte d'une épaisse couche de poussière et de saleté. Les clous sont également un bon indicateur de l'âge des lames. Si les clous dans le bois sont en fer forgé, on sait que les planches datent du 18e siècle ou qu’elles sont même plus anciennes. Nous pouvons encore enlever ces clous sans trop

Filip Redant : "Parfois, nous pouvons préparer les panneaux à l'avance, ce qui nous permet de gagner beaucoup de temps sur le chantier. Par contre, lorsque la pose se fait sur un chauffage par le sol, nous préférons assembler les panneaux sur place, car l'épaisseur de la structure du plancher est alors très importante.

Tous les composants individuels sont collés sur place et cloués sur un sousparquet en chêne, c'est-à-dire selon le système traditionnel. Bien entendu, toutes les pièces sont sciées à l'avance. Dans mon atelier, je réalise un moule aux dimensions souhaitées, qui me permet de réaliser à l'avance tous les panneaux sur

Filip Redant : "Pour ce type de projets, j'achète mon bois en France, où j'ai un vaste réseau de contacts. Il s’agit de vieilles lames de parquet en chêne provenant de granges et de greniers.

Cependant, si les planches comportent des clous plus minces fabriqués à la machine, nous savons qu'il s'agit de lames plus récentes. En général, ces clous sont complètement rouillés et ils sont donc souvent impossibles à enlever. Ainsi, les lames du 19e siècle ne peuvent souvent plus être récupérées de cette façon."

Un fait remarquable est que Filip Redant assemble les panneaux Versailles sur le chantier.

mesure. Les 55 éléments du motif Versailles complexe sont ensuite sciés, étiquetés et numérotés pour que je sache à quel panneau ils appartiennent et quelle est leur place spécifique dans ce panneau.

Tout est fait à la main, il n'y a pas deux pièces identiques. Vous ne pouvez donc pas utiliser un morceau d'un certain panneau dans un autre, cela ne marche pas.

Cette façon artisanale de travailler nous permet également d'adapter les panneaux Versailles à la pièce. Après une mesure précise, les panneaux sont calculés à l'avance pour s'intégrer parfaitement dans la pièce. Ensuite, nous fabriquons tout sur mesure. Il arrive parfois que certains aspects de la pièce soient modifiés, sans que cela nous ait été communiqué, et il faut alors jongler pour que tout soit encore correct.

A ce stade, nous ne pouvons plus adapter les panneaux proprement dits. Cela était également le cas dans ce projet, car les armoires prévues à gauche et à droite de la cheminée étaient supprimées... Heureusement, nous avions fabriqué un panneau de réserve et ainsi, nous avons pu combler ces vides. La plaque de protection devant la cheminée n'était pas non plus prévue à l'origine et elle n'était pas exactement centrée devant la cheminée, de sorte que la bordure autour de celle-ci a également dû être ajustée. Tout cela juni - juin 2019 • Parket-Parquet

33

Un membre sous le feu des projecteurs

d­ emande ­beaucoup de réflexion sur place et cause parfois du stress !"

La finition

Une fois les panneaux installés, les travaux les plus laborieux commencent.

"Nous restaurons alors le parquet que nous venons de poser. D'abord, tous les bords saillants sont enlevés à l'aide d'un ciseau à bois et les saillies importantes sont rabotées à la main, jusqu'à obtenir un plancher sans éclats ou coutures saillantes. Le ponçage avec une ponceuse est naturellement exclu, car cela compromettrait la patine de ce beau bois.

Ensuite, tous les nœuds ouverts dans le bois sont remplis de morceaux de bois sciés sur mesure. Pour un si beau bois, nous n'utilisons pas de produits de remplissage ou de rebouchage prêts à l'emploi. Cela serait inadmissible et ce serait d’ailleurs en contradiction avec les techniques historiques."

Pour la finition, Filip a opté pour une cire. "La cire donne au bois un bel éclat et le choix d'une cire classique s'accorde parfaitement avec le caractère traditionnel et historique de ce manoir. De plus, cela est facile à entretenir pour les propriétaires".

Appréciation de l'artisanat

"Ce type de projets est très valorisant pour nous en tant que parqueteurs. Les clients sont de vrais amateurs. Ils savent que cette méthode de travail artisanale prend beaucoup de temps - j'estime que les travaux de sciage dans l'atelier ont pris environ une semaine, et la pose et la finition encore deux semaines - mais cela ne leur pose aucun problème. C'est un plaisir pour moi de pouvoir mener à bien de telles missions. Mais, c'est un travail exigeant et difficile ! Je suis age­ nouillé pendant des heures et il ne faut pas sous-estimer cette position inconfortable, mais je le fais avec cœur et âme et la satisfaction quand le travail est fini est immense. Je suis donc très heureux qu'en ces temps modernes, il y ait encore des gens qui ont un cœur pour ce travail artisanal. C'est grâce à eux que nous pouvons perpétuer cette tradition séculaire et faire en sorte que le savoir et l'artisanat ne se perdent pas."

34

Parket-Parquet • juni - juin 2019

L’ATELIER PASSE PARTOUT GAGNE UN PRESTIGIEUX PRIX DE PARQUET AMERICAIN L’Atelier Passe Partout a gagné un prestigieux prix international au printemps dernier: le ‘Wood Floor of theYear 2019’ dans la catégorie ‘Best application Marquetry/Inlay’. Ce prix est une initiative de la National Wood Floor Association des Etats-Unis. La remise des prix a eu lieu à Ford Worth au Texas.

Filip Redant a gagné le prix avec un panneau d’une dimension de 240 x 240 centimètres comportant le logo de l’entreprise en marqueterie. Il a utilisé 22 différentes essences, dont plusieurs sont inscrites sur la liste des espèces protégées. Chaque pièce du panneau a été sciée et poncée à la main, ce qui exige une énorme précision! Aucun laser ou machine à commande numérique n’a été utilisée.

Du fait que ce panneau contient plusieurs essences de bois protégées, Filip Redant n'a pas osé l'expédier dans son intégralité aux Etats-Unis. Le risque de saisie par la douane était trop grand.

Terrasses

Quelques conseils pour la pose de terrasses en bois Au printemps et en été, de nombreux parqueteurs déplacent leurs activités vers l'extérieur. La pose de terrasses en bois est en effet en rapport direct avec le travail à l'intérieur. Les matériaux utilisés et les techniques d'installation présentent de grandes similarités. Pour ceux qui ont moins l'habitude de poser des terrasses, nous vous donnons ci-dessous quelques conseils.

Un premier aspect important est bien sûr le choix de l'essence de bois appropriée.

"Aujourd'hui, le choix est beaucoup plus vaste que par le passé", explique Geneviève Standaert de Vandecasteele Hout­ import d'Aalbeke.” “Pour les terrasses, on a tendance à opter pour des bois durs tropicaux car la classe de durabilité étant l'élément décisif. Pour une terrasse, vous avez besoin de bois de classe de durabili-

té I ou II. Outre une bonne durabilité, le bois pour terrasses doit également avoir une résistance mécanique suffisante et être résistant à l'usure. Ce sont des propriétés naturelles des essences tropicales.

Puisque le travail, la fissuration et la déformation du bois doivent être limités à un strict minimum, il est recommandé d'utiliser du bois séché naturellement à l'air.”

Des dizaines d'essences de bois disponibles en abondance, pratiquement toutes labellisées FSC ou PEFC, répondent aux exigences de qualité élevées des applications extérieures telles que l'installation d'une terrasse. Il y en a pour tous les goûts. Outre les bois connus comme le Padouk, l'Afzelia, le Bangkirai, le Bilinga, le Cumaru, l'Ipé, l'Itauba, le Jatoba, le Merbau, le Moabi, il existe aussi des bois moins connus avec une durabilité suffisamment élevée pour être utilisés comme bois de terrasse. Il s'agit entre autres de l'Afrormosia, Basralocus, Faveira Amargosa, Muiracatiara, Iroko, Massaranduba, Sapupira et du TalienTatajuba.

Comme les terrasses sont exposées aux éléments naturels, il est essentiel d'utiliser un bois de classe de durabilité I ou II.

juni - juin 2019 • Parket-Parquet

35

Terrasses

Le bois scié est en train de sécher dans les entrepôts de Vandecasteele à Aalbeke.

"Bien que le choix soit très varié, on constate toutefois une certaine prédilection pour certaines essences", explique Geneviève Standaert. "Le Padouk, par exemple, est toujours très prisé. Grâce à sa magnifique teinte rougeâtre, qui vieillit très bien, le Padouk est très apprécié pour les terrasses. L'Ipé et le Cumaru sont aussi des classiques intemporels."

Son processus de grisaillement naturel présente l'avantage de ne pas nécessiter de produits de finition ou de couches de vernis.

Des lames rainurées aux lames lisses

“Par le passé, les clients optaient presque toujours pour des lames de terrasse rainurées. Initialement, il s'agissait de lames à sept rainures dans le sens longitudinal, puis à cinq rainures. Depuis quelques années, nous avons remarqué que le consommateur préfère plutôt les lames lisses. Une autre tendance est que les gens choisissent de plus en plus pour des lames plus courtes. Il ne s'agit pas seulement d'un choix purement esthétique, ces planches plus courtes sont généralement plus stables et beaucoup moins chères, ce qui les rend intéressantes pour le consommateur", explique Geneviève Standaert.

36

Parket-Parquet • juni - juin 2019

Points d'attention lors de la mise en œuvre

“En tant que fournisseur de bois, Vandecasteele se limite à la livraison du bois, mais il arrive aussi que le client pose des questions ou fasse des commentaires sur la qualité des terrasses posées. Cependant, bon nombre des problèmes qui nous sont signalés peuvent facilement être évités. Une première cause de problèmes est le travail du bois. Le bois dur tropical travaille beaucoup plus que le bois utilisé pour les applications intérieures.

Il est donc important d'en tenir compte.

D'abord, il y a le taux d'humidité lors de l'installation. Un taux d'humidité de 18 à 21% est idéal. Il est également important de donner suffisamment d'espace aux lames pour qu'elles puissent se dilater. Puisque le bois travaille beaucoup,

Moins connu, mais certainement pas moins belles : les terrasses en Jatoba.

il faut éviter d'utiliser des planches trop larges. Un rapport épaisseur/largeur de 21 mm à 140 mm est idéal. Dans le sud de l'Europe, par exemple, vous remarquerez que la plupart des gens optent pour des planches plus étroites, car les différences de l'humidité de l'air y sont encore plus extrêmes.

Enfin, la distance entre les vis de fixa­tion doit être correcte. Si la distance entre les vis est trop grande, la tension exercée sur le bois peut devenir trop importante avec toutes les conséquences que cela implique. Les vis doivent également être appropriées. Il faut éviter d'utiliser des

LES AVANTAGES D'UNE TERRASSE EN BOIS EN UN COUP D'ŒIL : • Le bois tropical est un produit neutre pour le climat qui pousse grâce à l'énergie solaire.

• Aucun traitement n'est nécessaire, une terrasse en bois dur tropical résiste toute une vie.

• Meilleur drainage de l'eau de pluie.

• Le bois est plus écologique que l'acier et le béton et le bois joue également un rôle important dans la lutte contre le changement climatique (stockage de CO2).

• Dans le cadre de la construction circulaire, le bois est la matière première par excellence : son utilisation assure en effet un cycle biologique dans la future économie circulaire, tout en offrant une valeur ajoutée supplémentaire en matière de régulation d'humidité, de santé et d'absorption acoustique.

• En raison de la demande croissante de bois certifié, la superficie forestière protégée de la planète s'accroît.

Vous protégez la forêt en utilisant du bois.

vis en acier ordinaire pour les terrasses : celles-ci s'oxydent plus rapidement sous l'influence de certains composants du bois, mais elles peuvent aussi provoquer une décoloration importante et difficile à éliminer du bois. Pour cette raison, on

utilise généralement des vis en acier galvanisé ou en acier inoxydable.

La sous-structure

Le choix d'une essence de bois de haute qualité et durable n'est pas uniquement

important pour le dessus de la terrasse.

Cela est aussi le cas pour le choix du bois de la sous-structure. Nous constatons que certains entrepreneurs utilisent parfois des essences de bois de moindre qualité à cette fin. Il est évidemment inutile de poser un bois dur tropical sur une sous-structure qui sera affectée par la moisissure et la pourriture après à peine dix ans. Ainsi, nous recommandons toujours de choisir aussi du bois de classe de durabilité I ou II pour la sous-structure.

Un autre élément à ne pas négliger est la ventilation. Il faut prévoir suffisamment d'ouvertures d'aération sur la terrasse pour permettre à l'humidité de s'échapper. Dans le cas contraire, la sous-structure peut être affectée très vite par la moisissure. Enfin, le drainage est également un élément important, mais bien sûr, tout professionnel digne de ce nom sait comment s'y prendre."

EXPERTS EN TRAITEMENT DE SURFACE EN BOIS

Faites l’invisible sensible

Primaire & Huile Invisible surface

Une belle surface qui respire avec un ”soft feel”

N’affecte pas la qualité de l’air intérieur

Un aspect moderne et neutre apparence

écologique

Plus d’info www.woca.fr

juni - juin 2019 • Parket-Parquet

37

GT Parqueteurs

20ième Journée d’étude pour « Les Parqueteurs – Die Parkettverleger ».

Ce 29 mars dernier, le groupe de travail « Les Parqueteurs-Die Parkettverleger » organisait sa 20ième journée d’étude dédiée au secteur du parquet. Celle-ci s’est déroulée dans le professionnalisme et la bonne humeur.

La journée avait pour objectif de présenter les nouveaux produits et techniques, mais également de permettre un échange d’expérience entre les profes­ sionnels du secteur du parquet. Exposés théoriques et pratiques ont animés la journée.

Nous avons débuté la journée avec le CSTC qui nous a présenté le logiciel Cpro, logiciel permettant de calculer les devis en fonction des coûts de l’entreprise.

Ensuite, Ciranova nous a fait une

démonstration technique de ses produits Fortico 2C, Ecofix Woodlook et Un1co pour teinter et protéger le bois. Uzin et Alvaket nous ont présenté de manière

pratique comment fonctionne les « Pallmann Spider brosses techniques ». Cette matinée enrichissante s’est clôturée avec Woca et sa nouvelle gamme de vernis.

Après un bon repas, Blanchon a exposé ses innovations décoratives 2019 et Rectavit a terminé la journée avec une présentation de ses nouvelles colles.

Les membres du groupe de travail tiennent à remercier les différents sponsors mais également tous les parqueteurs qui ont fait de cette journée un véritable succès. Nous vous donnons d’ores et déjà rendez-vous en 2020 pour la 21ième édition.

POUR PLUS D’INFORMATIONS :

www.lesparqueteurs.be ou www.facebook.com/lesparqueteurs

38

Parket-Parquet • juni - juin 2019

NIEUW NOUVE AU

Bona Decor Paint

Bona Mega ONE

Verf voor houten vloeren Peinture pour parquet

1-component watergedragen lak Laque monocomposante, en phase aqueuse

Een watergedragen vloerverf met een uitstekende dekking, speciaal ontwikkeld voor houten vloeren.

Af te lakken met één van Bona’s watergedragen parketlakken.

Alles-in-1-Partner voor de behandeling van houten vloeren. Sneldrogend, gemakkelijk te schuren en uitstekende vulkracht. Bona Mega ONE geeft een mooie, warme houtkleuring en vormt een duurzame bescherming voor houten vloeren in woonruimten en in commerciële omgevingen met minimale belasting.

Une peinture en phase aqueuse aux propriétés ultra-couvrantes, spécialement conçue pour les parquets. À survitrifier avec l’une des laques en phase aqueuse Bona.

Kleuren/Couleurs: wit/blanc, lichtgrijs/gris clair, donkergrijs/gris foncé, zwart/noir

Un partenaire incontournable dans le traitement des parquets. Séchage rapide, facilité d’abrasion et excellent pouvoir couvrant. Bona Mega ONE fait ressortir une belle et profonde coloration du bois tout en offrant une protection durable aux parquets des intérieurs privés et des espaces commerciaux à passage moyen.

Voor de correcte gebruiksaanwijzing van de producten, raadpleeg steeds de technische productfiches Pour la mise en œuvre correcte des produits, consultez toujours les fiches techniques

www.bona.com

Voor jou wringen we ons in bochten Pour vous, nous nous plions en quatre

parket Promo Promo Parquet tot -30 % jusqu’a -30 %