Aangeboden door Provincie Limburg - Directie Economie - POM en gerealiseerd door Content Connections
Limburg, terug in de energiebusiness
Motor van de duurzame economie Amper twee jaar na de sluiting van Ford Genk is Limburg goed op weg om de groene motor van Vlaanderen te worden, met als voorlopig hoogtepunt de opening van het onderzoekscentrum EnergyVille in Genk.
T
hor Park, het 93 ha grote technologiepark op de site van de voormalige mijn van Waterschei, is momenteel nog een grote bouwwerf. Daar waar tot 29 jaar geleden het zwarte goud werd opgedolven, verrijst nu een stad in de stad die volop inzet op het groene goud: hernieuwbare energie en slimme energiesystemen. Een paar gebouwen zijn al afgewerkt en sinds kort in gebruik, zoals het onderzoekscentrum EnergyVille, het brein van dit nieuwe ecosysteem. Hier werken 200 energieonderzoekers samen die vroeger verspreid zaten over verschillende topinstellingen: VITO in Mol en KU Leuven en Imec in Leuven. In EnergyVille werkt met andere woorden het kruim van het Vlaamse energie-onderzoek, wat tot kruisbestuivingen en versnelde innovatie moet leiden. De Genkse burgemeester Wim Dries is enthousiast: “Thor Park en EnergyVille betekenen evenveel voor Genk als de aanleg van het Albertkanaal 75 jaar geleden. De tijd van mono-industrieën zoals de kolenmijnen en Ford is voorbij. Tegelijk is Genk altijd heel heterogeen geweest. Met EnergyVille zetten we in op energie en technologie, met C-mine op creativiteit. Maar we geloven ook in de maakindustrie en in een slimme en inclusieve stad. Thor moet niet alleen een site van onderzoek zijn, maar ook een plek waar mensen thuis zijn.”
evenveel mensen als vroeger in de tijd van de mijnen. “Als je niet groot durft dromen, kom je nergens”, zegt hij. “Maar ik ben ervan overtuigd dat die droom binnen de tien jaar werkelijkheid kan worden.”
Duurzame jobs Flashback naar april 2013. Na de aankondiging van de sluiting van Ford Genk presenteerde de Vlaamse regering het SALK-plan, voluit het Strategisch Actieplan voor Limburg in het Kwadraat. Het SALK-eindrapport maakte een harde analyse: Limburg had te weinig innovatiekracht, zwak ondernemerschap, dalende in-
novatiekredieten en minder patentaanvragen in vergelijking met andere provincies. Het SALK-plan bood de remedie: nieuwe, duurzame jobs creëren, beter opleiden, doelgericht innoveren en sterker ondernemen. Een injectie met overheidsgeld zorgde voor de vliegende start van tal van initiatieven, waaronder EnergyVille. De Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij investeerde 4 miljoen euro in de realisatie van de researchgebouwen. Ook het Europese structuurfonds EFRO, VITO, KU Leuven, Imec, de Limburgse Investeringsmaatschappij LRM, het Hermesfonds van de Vlaamse overheid, Nuhma, de Limburgse kennisinstellingen, diverse gemeentebesturen
en economische actoren legden geld op tafel. Om de onderzoeksactiviteiten te kickstarten is een miljoenenbudget beschikbaar: 10 miljoen euro van Europa, 7,5 miljoen euro van Vlaanderen en 3,4 miljoen euro vanuit de provincie. Met EnergyVille werkt Limburg op twee sporen: de uitbouw van een innovatieve, duurzame kenniseconomie én het realiseren van de klimaatambities. Vlaams minister Philippe Muyters, bevoegd voor onder meer Innovatie, reageert enthousiast. “Ik ben altijd een fan van samenwerkingen die bottom-up groeien omdat je op die manier vaak veel meer bereikt dan de som van de onderdelen. Bovendien past dit onderzoekscen-
EnergyVille en Thor Park willen meer zijn dan een paradepaardje en een wetenschapshub
trum heel goed in de prioriteiten van de Vlaamse Regering. We willen onze doelstellingen op het vlak van klimaat echt wel halen en daar maakt het energiebeleid onlosmakelijk deel van uit.” Het nieuwe gebouw van EnergyVille is in meerdere opzichten een duurzaam en innovatief huzarenstukje. Het is deels opgetrokken uit groen beton - technisch hoogstaand beton vervaardigd uit gerecycleerde non-ferroslakken van Umicore. Het gebouw is uitgerust met warmtepompen, een vierdegeneratie-warmtenet, warmteopslagtechnieken, domotica en andere controlemechanismen. “Het is het meest duurzame kantoorgebouw
De officiële opening van het klimaatneutrale gebouw van EnergyVille in Genk eergisteren is een teken van veerkracht na mokerslagen als de sluiting van onder andere Ford Genk eind 2014 en Philips Hasselt. Bij Ford gingen 8.000 arbeidsplaatsen verloren (inclusief de indirecte tewerkstelling). Kan de transitie naar een duurzame economie het jobverlies goedmaken en op termijn zelfs zorgen voor nog meer jobs in Limburg? Als het aan EnergyVilleCEO Ronnie Belmans ligt, werken op deze site binnen afzienbare tijd
Themotechnisch labo EnergyVille. Het volledige gebouw is uitgerust met warmtepompen, een vierde generatie warmtenet, warmteopslagtechnieken, domotica en andere controlemechanismen.
© Nathalie Belmans
Werkelijkheid
van Vlaanderen”, zegt professor Belmans. “Maar het is vooral ook aangenaam om in te werken, met veel licht en lucht. Duurzaamheid gaat hand in hand met comfort. Met douches voor de fietsers, laadpalen en een halte voor de bus.”
Silicon Valley Maar EnergyVille en Thor Park willen meer zijn dan een paradepaardje en een wetenschapshub. Het moeten ook trekkers worden van een nieuwe economie, waar de bedrijfswereld en de maatschappij aansluiting vinden bij de nieuwste inzichten en er de vruchten van plukken. Philippe Muyters licht toe: “De hoop en verwachting is dat de concentratie van expertise en labofaciliteiten ondernemingen uitnodigt om te investeren en bij EnergyVille hun experimenten en testfases uit te voeren. Hoe beter we dit soort ontwikkelingen in Vlaanderen kunnen verankeren, hoe sterker we zelf zullen staan in de toekomst op het vlak van energievoorziening en -verbruik. Tegelijk waarschuwt de minister voor overdreven optimisme: “Overal in Europa kijkt men naar Silicon Valley en trekt men soms een te lineair verband tussen onderzoek en het ontstaan van bedrijven, terwijl dat natuurlijk allemaal geen automatisme is. Niettemin: als we onderzoeksinstellingen effectief ruimte geven en ook voldoende flankerende maatregelen voorzien, zoals bijvoorbeeld de werking van LRM in Limburg, dan heeft dat zeker een positieve impact.” Daarom ook heeft EnergyVille acht business developers in dienst, die permanent zorgen voor het aantrekken van nieuwe business en contractonderzoek. Met het Thor-park en de bijhorende incubator creëert Limburg alvast de nodige ruimte voor de vestiging van innovatieve energiebedrijven. Een themagerichte bedrijvenzone met in de onmiddellijke nabijheid onderzoek van topniveau is ook elders in Vlaanderen en Europa al een winnende combinatie gebleken.
“Limburg wordt terug een energieprovincie” De provincie investeerde flink wat middelen in EnergyVille. Wat is de motivatie daarachter? En vloeit het geld op termijn ook terug naar de economie? Een gesprek met gedeputeerde Erik Gerits, bevoegd voor economie. Waarom zet Limburg met EnergyVille zo hard in op duurzame energie en intelligente energiesystemen? Erik Gerits: “Met de uitbouw van een sector rond duurzame energie en slimme energienetwerken en -distributie wil Limburg zich terug sterk positioneren in het Vlaamse en euregionale energielandschap. Deze doelstelling sluit perfect aan bij het Europese en Vlaamse energiebeleid en de dwingende beleidsdoelstelling inzake energie-efficiëntie en duurzame economische ontwikkeling. Met Energyville heeft Limburg een onderzoeksinstituut van Europese allure in huis dat ons in staat moet stellen de ambitie van energieprovincie waar te maken.” Wat is de toegevoegde waarde voor de Limburgse economie? “De uitbouw van een sterke energiecluster moet een significante bijdrage leveren aan de verdere ontwikkeling van een duurzame groene economie in Limburg en Vlaanderen. Ik heb er goede hoop op dat de onderzoeksresultaten op middellange termijn zullen leiden tot heel wat nieuw ondernemerschap en nieuwe, hoogtechnologische jobs. Onderzoek versterkt het gevestigde ondernemerschap. Omgekeerd genereert de dagelijk-
se ondernemerspraktijk nieuwe onderzoeksvragen. Het is ook een onmiskenbare troef in het aantrekken van buitenlandse investeerders.” Dreigen laaggeschoolden niet in de kou te blijven staan? “Het onderzoek in EnergyVille is hoogtechnologisch, maar dat wil niet zeggen dat laaggeschoolden minder aan bod zullen komen. Het onderzoek moet immers leiden tot nieuw ondernemerschap, nieuwe beroepsinvullingen en markteisen waar ook plaats is voor tewerkstelling van midden- en lagergeschoolden. Denk bijvoorbeeld aan de bouwsector. Het bouwproces wordt nog steeds in belangrijke mate uitgevoerd door beroepskrachten die niet hooggeschoold zijn maar wel een goede technische opleiding hebben gehad. Als Limburg wil excelleren in de duurzame energiesector moeten we blijven inzetten op goede opleidingen. Ik geloof ook in een nog sterkere samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven. Zo haakt de T2-campus, een opleidingscluster rond technische profielen en beroepen, met het opleidingsdomein ‘Heating/Cooling/Energy’ nu al aan bij de nieuwe energiebusiness.”
Meer weten? Surf naar www.limburg.be/economie European Union European Regional Development Fund
Aangeboden door Provincie Limburg - Directie Economie - POM en gerealiseerd door Content Connections
Limburg, terug in de energiebusiness
Energetisch renoveren: goed voor mens, milieu en economie Energetische renovatie van overheidsgebouwen, sociale en particuliere woningen. Limburg vernieuwt zijn patrimonium met oog voor energie-efficiëntie en slimme innovatie.
H
et is Limburg menens met zijn klimaatambities: -30% CO2 tegen 2020 en volledig klimaatneutraal tegen 2050. Daar hebben niet alleen de mensen en het milieu, maar ook de economie baat bij. Overal in de Provincie Limburg ontstaan initiatieven die de uitstoot van broeikasgassen verlagen en die ten goede komen aan iedereen. Onder meer de bouwsector en de landbouw zijn daarin speerpunten. “De bouwsector is traditioneel zeer sterk in onze provincie aanwezig”, zegt gedeputeerde voor Economie Erik Gerits. “Het hedendaags bouwproces staat bol van de innovatieve technieken, gericht op duurzaam en energie-efficiënt bouwen. De integratie van zonnecellen in gevels of vensterpartijen is maar één van de vele voorbeelden.”
goed voor een totaalbedrag van 22 miljoen euro. Alleen al dankzij dit project verminderen de CO2-emissies met 4.600 ton per jaar. Maar er zijn ook tal van andere baten, stipt Schils aan. “Het gaat in dit project over de totaalrenovatie van overheidspatrimonium, dus per definitie gebouwen die voor de lange termijn zijn bedoeld en traditioneel een hoge gebruikskost met zich meebrengen. We gaan uit van een integrale benadering waarin ook terugverdientijd een belangrijk aspect is.” Dit soort investeringsprojecten zorgt niet alleen voor inkomsten in
“Sinds de start hebben we al 445 leningen verstrekt.”
Ontzorging De Provincie Limburg heeft een eigen steunpunt wat betreft duurzaam bouwen en verbouwen. Dubolimburg is het provinciaal aanspreekpunt dat zowel gemeenten als particulieren advies geeft bij nieuwbouw en renovatie. Maar het kijkt ook verder dan individuele gebouwen, met adviezen over duurzame wijken in het kader van nieuwe ontwikkelingen. “Het centrale woord in onze werking is ontzorging”, zegt Ine Schils, coördinator van Dubolimburg. “Of het nu over overheden of particulieren gaat: wij geven integraal advies en kunnen als onafhankelijke en objectieve expert helpen om koudwatervrees weg te krijgen, ambities te helpen bepalen, partijen samen te brengen en de kwaliteit van een project te bewaken.” Een van de lopende projecten van Dubolimburg is ESCOLIMBURG2020, waarin Dubolimburg samen met haar partners Infrax en Provincie Limburg en met de steun van Europa 62 renovatieprojecten van overheidsgebouwen realiseert,
de bouwsector, maar het bevordert ook innovatie in de sector. Zowel in materialen, afwerking als in samenwerking. Bij integrale renovatie zijn dikwijls veel verschillende aannemers aan de slag, die zich steeds vaker verenigen in bouwteams.
Goedkope leningen Een ander succesnummer van Dubolimburg zijn de goedkope renovatieleningen, die met SALK-middelen van de Provincie Limburg en in partnerschap met Stebo en kredietverlener Onesto tot stand zijn gekomen. De DuwolimPluslening - maximum
“Het hedendaags bouwproces staat bol van de innovatieve technieken.”
30.000 euro voor duurzame renovatie van de eigen woning - komt bovenop de bestaande Vlaamse energielening van 10.000 euro. “Zo zetten we maximaal in op betaalbaarheid”, zegt Ine Schils. “En met veel succes. Sinds de start hebben we al 445 leningen verstrekt, drie keer meer dan vooropgesteld. Het gaat over een geleend bedrag van in totaal 5,4 miljoen euro. Opmerkelijk: 24% van deze leningen zijn renteloos, wat betekent dat we ook doelgroepen ermee bereiken.” Uit het TACO2-plan, dat de CO2uitstoot van de provincie in kaart bracht, bleek dat er veel potentieel is bij de renovatie van particuliere woningen. “In het proeftuinproject Werfgoed onderzoeken we samen met 13 partners hoe we de impact van collectieve renovatie kunnen versterken. Het gaat zowel om volledige wijken als renovaties van woningen van individuele eigenaars, die we clusteren en op die manier collectief benaderen. We begeleiden hen wat betreft financiering en technische ontzorging. Tijdens het renovatieproces staan we naast de bouwheer met advies en begeleiding. Ons particuliere advies is overigens een echt succes: sinds begin 2015 werden via de Huisdokterformule – waarbij Lim-
burgse verbouwers advies op maat krijgen van een bouwprofessional – al 563 adviezen verstrekt.” Ine Schils besluit: “De partnerships en samenwerkingen met onder andere de Provincie Limburg en verschillende organisaties en kennisinstellingen zijn belangrijke succesfactoren.
Energie uit eigen streek Minder energie verbruiken door beter te renoveren en isoleren is één ding. Maar er zal altijd een zekere energiebehoefte blijven bestaan. En die energie kan niet alleen komen van zon-, wind- of waterkracht. De gemeente Bocholt pioniert met het eerste op houtsnippers gestookte warmtenet van Vlaanderen. Jos Claessens, eerste schepen van Bocholt, licht toe: “We hebben in onze gemeente zo’n 150 km houtkanten, waarvan 75 km ontginbaar. Goed onderhouden houtkanten zijn erg belangrijk voor de biodiversiteit en zorgen voor een aantrekkelijk landschap.” Zoals in veel gemeenten waren de oude houtkanten in Bocholt uitgegroeid tot dikke stammen met weinig natuurwaarde. Sinds twee jaar laat de gemeente per jaar 7,5 km houtkant kappen. Het jonge hout wordt gehakseld, tot snippers verwerkt, en gestookt in een houtsnipperketel die via een warmtenet de scholencampus en het parochiehuis van warmte voorziet. En dat met CO2-neutrale, lokale biomassa: het hout geeft de CO2 af die het tijdens zijn groei heeft opgenomen. En binnen tien jaar zijn de houtkanten terug volgroeid, klaar om geoogst te worden.
Break-even
Door hele huizenrijen samen aan te pakken, zoals in de wijk Rode Rok in Kuringen, kunnen aannemers scherpere prijzen bieden en wordt renoveren veel betaalbaarder.
Het plaatje klopt volledig. Schepen Claessens legt uit: “Samen met de betrokken partners hebben we twee jaar geleden de coöperatie Landschapsenergie opgericht. De gemeente stelt de houtkanten ter beschikking en zorgt voor heraanplanting. Plaatselijke landbouwers, verenigd in een agrobeheergroep, zorgen voor hakken, versnipperen en transport. Dat is meteen goed voor een extra inkomen voor onze boeren. Ook niet onbelangrijk: de coöperatie draait break-even. Het zou iets goedkoper zijn om op aardgas te stoken. Maar dit project levert een aantal baten op die doorgaans niet in budgetten worden uitgedrukt. Het helpt ons onze CO2voetafdruk te verkleinen. En bovendien maakt het onze gemeente nog aantrekkelijker voor onze eigen inwoners en voor alle wandelaars, fietsers en ruiters.”
“CO2 én centen uitsparen” Vorige week vond in het Hasseltse Provinciehuis de Limburgse klimaattop plaats. Een terugblik, en een blik op de toekomst, met gedeputeerde Ludwig Vandenhove, bevoegd voor Leefmilieu. Waarom eigenlijk een klimaattop? “Zoals bekend zet de provincie zich in om tegen 2020 30% minder broeikasgassen uit te stoten. Een ambitie die we volgens de laatste update kunnen waarmaken. Maar dat doen we uiteraard niet alleen. Enkel met de hulp van mensen uit alle geledingen van de maatschappij, de industrie, de bouwsector en de landbouw komen we er. Daarom is het goed om samen te zitten en de neuzen in dezelfde richting te zetten.” Wat kunnen burgers doen? “Meer en meer mensen spelen in op onze klimaatdoelstellingen. Door woningen te isoleren en te kiezen voor hernieuwbare energie kan je niet alleen veel CO2 uitsparen, maar ook veel centen. De Limburgse energieleningen helpen om dat voor iedereen haalbaar en betaalbaar te maken, samen met ontzorgingsprojecten van Dubolimburg.” Leveren de gemeenten genoeg inspanningen? “De gemeentebesturen hebben grote sprongen voorwaarts gemaakt. Dankzij ons project
ESCOLIMBURG2020 zijn of worden maar liefst 62 gebouwen grondig energetisch gerenoveerd. Zo wordt niet alleen het patrimonium geherwaardeerd. Vanaf de dag van de oplevering sparen gemeentebesturen kosten uit. En het is een heel goede zaak voor de bouwsector dat er grondiger wordt gerenoveerd.” Hoe zit het met de bedrijfswereld? “Begin deze maand werkten we mee aan een Energie-speeddate van Hogeschool PXL waarop heel wat bedrijven aanwezig waren die andere bedrijven helpen energie uit te sparen. Ook het ‘Charter milieu en duurzaam ondernemen Limburg’ van Voka – Kamer van Koophandel Limburg ondersteunen wij vanuit de provincie. Uiteraard kijken bedrijven en banken in de eerste plaats naar rendement. Toch vind ik dat er, zeker met de huidige lage rente, nog veel meer zou kunnen worden geïnvesteerd in energiebesparende maatregelen. Ik stel ook vast dat kleine bedrijven het op dit gebied moeilijker hebben dan grote, omdat veel maatregelen pas geld opbrengen na 15 jaar.”
Meer weten? Surf naar www.limburg.be/economie European Union European Regional Development Fund
Aangeboden door Provincie Limburg - Directie Economie - POM en gerealiseerd door Content Connections
Limburg, terug in de energiebusiness
Bouwen aan een slimme, duurzame regio Met de komst van EnergyVille trekt provincie Limburg volop de kaart van slimme netwerken en slimme steden. Zo wordt ingezet op verduurzaming, innovatie en economische groei.
M
et het onderzoekscentrum EnergyVille in het Thorpark en de bijhorende incubator creëert Limburg ruimte voor de vestiging van innovatieve energiebedrijven. Dat past in een bredere visie, legt gedeputeerde voor Economie Erik Gerits uit. “De uitbouw van een sterke energiecluster moet een significante bijdrage leveren aan de verdere ontwikkeling van een duurzame groene economie in Limburg en Vlaanderen. Bovendien zijn wij ervan overtuigd ook in het Europees energieonderzoek een rol te kunnen spelen. Als provinciebestuur willen wij samen met Limburgse partners zoals Infrax, Nuhma, LRM, POM, de bouwsector en ondernemers ervoor zorgen dat Limburg een voorbeeldregio wordt waar onderzoek leidt tot nieuwe business in energietoepassingen.”
bedrijven zijn geïnteresseerd om hun research in onze nieuwe faciliteiten te doen. We tellen al een vijftal spin-offs en onze oplossingen stromen door naar de industrie en naar elektriciteitsleveranciers. Onze systemen monitoren batterijen en helpen de waarde bepalen voor hun tweede leven. Generatoren draaien op onze software. De belangrijkste les die ik uit onze eerste vijf jaar in Genk trek? Alles is mogelijk als mensen positief zijn ingesteld. Samenwerken brengt meer op dan wat je apart kunt bereiken, dat gevoel leeft hier sterk en groeit nog elke dag.”
ontdekken in welke zin de bestaande wetgeving kan worden herschreven om de energievoorziening in de toekomst zo vlot mogelijk te laten verlopen door de inzet van nieuwe technologieën. “Momenteel houdt de regelgeving nieuwe technologie tegen en verhindert ze de energietransitie”, zegt Belmans. “Een voorbeeld? Als het dak van uw buurman op het zuiden georiënteerd is en dat van u op het oosten, zou het verstandig zijn om uw zonnepanelen op het dak van de buurman te leggen. Tenminste, als hij daar de plaats voor heeft en toestemming voor geeft. Een draadje door de muur en klaar. Maar dat
mag niet: alle stroom moet via de netbeheerder passeren. Ook met back-upbatterijen zijn er gelijkaardige problemen.” Maar in Limburg is de transitie al begonnen, zegt Belmans: “Limburg is een dynamische regio en distributienetbeheerder Infrax heeft de energietransitie diep in zijn DNA verankerd” Ook wat groene stroom betreft, is Limburg opvallend goed bezig. Nu al is 50% van de residentiële stroom groen. Over drie jaar kan dat 100% zijn, als de offshore concessies waarin het Limburgs klimaatbedrijf Nuhma participeert tijdig worden opgeleverd. “Klimaat stopt niet aan de provinciegrenzen, dus uiteraard
Regelluwe zone
De research van EnergyVille focust zich op vijf domeinen. In het batterijenlabo wordt onderzoek naar batterijen, materialen en batterijSamenwerking managementsystemen gedaan. Het smart grid lab verricht multidisciRonnie Belmans is CEO van Enerplinair onderzoek naar smart gridgyVille, professor aan de KU Leuproducten en –systemen, onder ven, erevoorzitter van transmissiemeer voor de integratie van zonnetbeheerder Elia én director van nepanelen. Het home lab simuleert de Global Smart Grids Federation. particuliere verbruikers en in het Onder zijn leiding werken nu al een thermotechnisch labo wordt gepaar honderd topresearchers samen werkt rond verwarming en koeling. die verbonden zijn aan KU Leuven, Tenslotte is er het werk voor de geImec en VITO. avanceerde energietechnieken in “In de vijf jaar dat EnergyVille begebouwen. staat is er al heel wat gerealiseerd, Wellicht het meest tot de verbeelzegt Belmans. “Vijf jaar geleden lag ding sprekend is de geplande regeldit terrein braak. Vandaag luwe zone, een plek waar de begint de incubator regelgeving in verband zich goed te vulmet energie tijdelijk len. We werven niet zou gelden. meer en meer Er kan naar harWe moeten de lokale mensen tenlust geëxaan. Verschilp e r i m e nt e e rd burgers goed lende grote worden om te
betrekken bij de overschakeling naar hernieuwbare energie
De slimme stad of regio is er voor iedereen. Als we het goed doen, zorgt verslimming voor betere sociale inclusie.
tellen we ook onze groene stroom mee die buiten de provincie wordt g e p r o d u c e e r d ,” zegt Ludo Kelchtermans. Bij duurzame, decentraal geproduceerde stroom hoort ook het goed afstemmen van vraag en aanbod, want zon en wind zijn nu eenmaal niet altijd even goed voorspelbaar. “Daarom zijn we met een aantal partners bezig om van Limburg een slimme regio te maken”, zegt Kelchtermans. “Dat lukt alleen door samen te werken met alle stakeholders, zoals de provincie, de gemeenten en Infrax. Infrax staat met Intermedia al heel ver: elk gemeentehuis is via glasvezel ontsloten, wat ons veel kansen biedt om verder te bouwen.”
Joop Zoetemelk Kelchtermans droomt van een toekomst waarin gebouwen kleine energiecentrales worden, die zoveel mogelijk in hun eigen behoeften voorzien, maar ook stroom aan het net kunnen leveren. Iets dat in een aantal gemeenten nu al gebeurt met noodaggregaten. Die zorgen niet alleen voor een veilige back-up, maar leveren ook tegen betaling stroom
aan het net in tijden van schaarste. Binnenkort start wellicht een proefproject met het Hasselts energiebedrijf, waar een brandstofcel aardgas zal omzetten in waterstof, waaruit indien nodig stroom kan worden gegenereerd. Limburg wil vernieuwen, maar kiest wel voor mature oplossingen, stipt Kelchtermans aan. “We zijn de Joop Zoetemelk van het peloton, die het juiste wiel kiest en probeert uit de wind te blijven. We halen veel inspiratie in Duitsland, waar interessante cases zijn rond energieopslag. En we hebben natuurlijk EnergyVille, dat daar ook belangrijk onderzoek rond verricht dat we spoedig in de praktijk kunnen brengen.” Hoe worden de burgers daar eigenlijk beter van? “We zorgen voor belangrijke investeringen en leveren een bijdrage aan het klimaat. Maar er is ook een directere baat. Met Aspiravi Energy, ons windenergiebedrijf, zijn we sinds 1 januari de leverancier van alle Limburgse gemeenten. En dat omdat we in een openbare aanbesteding de goedkoopste waren. Dat betekent minder kosten voor gemeenten en dus voor de inwoners. Bovendien gaat per afgenomen megawatt één euro naar een goed doel naar keuze.”
“Limburg wil een lab zijn” Wat maakt een stad of regio slim? En kan Infrax daarin een rol spelen? Een gesprek met Wim Dries, voorzitter van Infrax Vlaanderen. Hoe kan Infrax helpen om steden slim te maken? “Als beheerder van gemeentelijke infrastructuur zijn we ideaal geplaatst om dat mee te ondersteunen. Energie en energiebeheer is een belangrijke pijler in een smart city. Infrax levert bijvoorbeeld esco-diensten voor gemeentelijke gebouwen. Op die manier kan onze ervaring ingezet worden om de gemeenten te ondersteunen in de duurzame renovatie van haar gebouwen. Maar ook de uitrol van laadpalen, duurzame en slimme openbare verlichting en de ondersteuning om burgers meer energiezuinig te laten bouwen en renoveren zijn troeven die we maximaal uitspelen.” “Infrax neemt ook de leiding in digitale communicatie en ondersteuning rond big data. Infrax heeft met haar kabel- en fiber-netwerk een sterke troef om gemeentelijke netwerkdiensten uit te bouwen. Met de dienst Infrax WiFi bieden we nieuwe mogelijkheden aan die vandaag erg belangrijk zijn voor gemeenten in functie van retail, toerisme en beleving. Als publieke partner zorgen we voor de nodige privacy en beheren we de big data op een verantwoorde manier. Met onze kennis rond ICT zorgen we voor een virtueel Limburg, één gemeentelijk netwerk met diverse
diensten. Daarmee zijn we klaar voor een digitaal Limburg!” Hoe kijkt u als voorzitter van Infrax naar Limburg als slimme regio, nu en in de toekomst? “Over de hele provincie heen is de laatste jaren heel sterk in innovatieve troeven geïnvesteerd. Limburg wil een lab zijn en ik hoop dat we, in nauwe samenwerking met EnergyVille een echt smart region kunnen uitrollen. Steden als Hasselt en Genk zijn op zichzelf te klein om deze ambitie waar te maken en de noodzakelijke investeringen in technologie en nieuwe economische systemen te verrichten. We moeten dat dus samen met alle Limburgse gemeenten doen. Op die manier helpen we de gemeenten vooruit!” Wat zijn daarbij belangrijke aandachtspunten? “Om een volledig CO2-neutrale regio te worden, hebben we iedereen nodig. Niet alleen grote wereldspelers, maar zeker ook bedrijven van hier. We moeten de burgers goed betrekken bij de overschakeling naar hernieuwbare energie, bijvoorbeeld met coöperaties. Last but not least: de slimme stad of regio is er voor iedereen. Als we het goed doen, zorgt verslimming voor betere sociale inclusie.”
Meer weten? Surf naar www.infrax.be European Union European Regional Development Fund
Ronnie Belmans, CEO EnergyVille: “Onze oplossingen stromen door naar de industrie en naar elektriciteitsleveranciers. Onze systemen monitoren batterijen en helpen de waarde bepalen voor hun tweede leven.”
Aangeboden door Provincie Limburg - Directie Economie - POM en gerealiseerd door Content Connections
Limburg, terug in de energiebusiness
Energiebedrijvigheid in Limburg In Limburg wordt volop ingezet om een nieuwe economie te creëren, die inzet op energie, duurzaamheid, ICT, gezondheidszorg en slimme maakindustrie. Een portret van twee topbedrijven en een blik op de toekomst.
G
edeputeerde Erik Gerits, bevoegd voor Economie, is hoopvol gestemd over de toekomst van Limburg. “Na jaren van inspanningen ontluiken in onze provincie mooie voorbeelden van innovatieve ondernemingen. Zij zijn de trendsetters die voor hun collega’s een inspirerend voorbeeld kunnen zijn.” De Limburgse investeringsmaatschappij LRM heeft een investeringsvolume van meer dan 500 miljoen euro en participeert momenteel in 180 bedrijven, goed voor 12.000 werknemers in totaal. “We zien energie en klimaat, digitalisering, gezondheid en globalisering als de grote maatschappelijke uitdagingen van onze tijd”, zegt Stijn Bijnens, CEO van LRM. “De maakindustrie is aan het veranderen door de globalisering. Standaardproducten kunnen elders goedkoper worden gemaakt. Daarom zetten we in op een nieuwe, innovatieve maakindustrie. Innovatie in de gezondheidszorg is het antwoord op de toenemende vergrijzing. De digitalisering is niet te stuiten. Slimme auto’s en meters, slimme fabrieken: digitalisering en onderlinge verbondenheid nemen toe in alle sectoren. Daarom investeert LRM dan ook in EnergyVille en in andere innovatieve ondernemingen.”
regio’s, streven we naar gelijkheid op alle indicatoren, zoals het gemiddeld inkomen per inwoner. Daarbij wil ik aanstippen dat onze inspanningen niet alleen renderen voor hogeropgeleiden. Zeker in een internationale context speelt het schoorsteeneffect. Hooggeschoolden creëren jobs voor laaggeschoolden, omdat die eersten bijvoorbeeld op hotel moeten, een taxi nodig hebben en vaker uit eten gaan. Kortom, iedereen gaat erop vooruit.”
Slimme vraagsturing Een praktijkvoorbeeld geeft aan tot welke verregaande innovaties het ecosysteem van bedrijven rond
EnergyVille in de Genkse IncubaThor zoal kunnen leiden. Eén van de kwesties waar het huidige energiesysteem mee kampt, is het voortdurend goed op elkaar afstemmen van vraag en aanbod. Wanneer er een plots energietekort dreigt, worden nu vooral snel opstartbare gascentrales ingeschakeld om het evenwicht te herstellen. Maar je kan dit probleem ook omkeren en de vraag slim aanpassen aan het aanbod, en dat zonder extra CO2-uitstoot. Deze zogenaamde slimme vraagsturing of Demand Response is het centrale principe achter REstore, één van de bedrijven in de IncubaThor, waarin onder andere LRM een participatie heeft.
Het bedrijf beheert momenteel al 1,5 GW piekvermogen in heel Europa via zijn gepatenteerde platform FlexPond en is op die manier uitgegroeid tot een forse virtuele energiecentrale en marktleider in zijn segment. Wanneer de energievraag piekt, worden via het internetgebaseerde FlexPond verbonden chemie-, staal- of grote diepvriesinstallaties tijdelijk automatisch afgekoppeld wanneer hun processen dat toelaten. Deze bedrijven verdienen dan geld om tijdelijk geen of minder stroom te gebruiken. Omgekeerd kunnen ze profiteren van goedkope groene stroom wanneer er een overaanbod is aan zonne- of windstroom. Geavanceerde, geautoma-
Energie en klimaat, digitalisering, gezondheid en globalisering zijn de grote maatschappelijke uitdagingen van onze tijd.
tiseerde vraagsturing is met andere woorden dé oplossing voor netwerkbeheerders en verbruikers om op een goedkope, schone en snelle manier de stabiliteit van de stroomvoorziening te bewaken. Zopas zette REstore ook een historische eerste stap naar de consumentenmarkt in samenwerking met het Nederlandse Itho Daalderop, een belangrijke speler in particuliere klimaatsystemen. REstore co-CEO Jan-Willem Rombouts legt uit: “De nakende revolutie in het Internetof-Things (IoT) biedt betaalbare en schaalbare connectiviteit voor bepaalde huishoudtoestellen, zoals elektrische boilers. Zo krijgen ook consumenten toegang tot de financiële voordelen van vraagsturing, zonder dat hun comfort eronder lijdt.” En dat is nog maar het begin. Erwin Van Laethem, die de IoT-ontwikkelingen bij REstore leidt, noemt FlexPond de sleutel om het slapende potentieel van residentiële vraag-
Stijn Bijnens benadrukt dat LRM geen subsidies geeft, maar risicoinvesteringen doet. “Met sommige participaties verdienen we veel geld – Punch Powertrain heeft ons twintig keer meer opgeleverd dan wat we erin hebben geïnvesteerd. Maar als we niet af en toe tegenvallers zouden kennen, zou je je moeten afvragen of we wel genoeg risico nemen.” Waar staat Limburg over pakweg vijftien jaar op het gebied van tewerkstelling, duurzaamheid en innovatie? “Limburg bevindt zich pal in het midden van de ELA-triangle (ELAt), de grensoverschrijdende kennisdriehoek gevormd door Eindhoven, Leuven en Aken. Via een intensieve samenwerking met die drie
In opdracht van de Grondregie van Stad Brussel realiseerde het grootste Limburgse bouwbedrijf Democo de renovatie en uitbreiding van de Héliport-school, een kinderopvang en appartementen. Alle gebouwen van project Frontispice voldoen aan de passiefhuisstandaard.
© Marc Scheepers
Schoorsteeneffect
sturing te ontsluiten. “Deze aanpak kan je volledig doortrekken naar andere sectoren, zoals energie-opslag, elektrische mobiliteit, zonne-energie en warmtepompen.” Het sciencefictionbeeld waarin bijna elke stroomverbruiker ook een stroomproducent wordt, is dus een stukje meer werkelijkheid geworden.
Duurzaam bouwen Ook de Limburgse bouwsector zet meer en meer in op duurzaamheid, innovatie en energie-efficiëntie. Dat is een manier om zich te onderscheiden van de concullega’s en om meerwaarde te creëren – voor milieu en bouwheer, maar ook voor het eigen bedrijf. Dat is alvast de vaststelling die Frederik Bijnens maakt, CEO van Democo, het grootste Limburgse bouwbedrijf. Democo zette acht jaar geleden de stap naar duurzaam bouwen. Waarom? “We zagen toen een opportuniteit in Brussel. Het Hoofdstedelijk Gewest maakte aanstalten om de passiefstandaard voor nieuwbouw verplicht te maken vanaf 2015. Als nieuwkomer op de Brusselse markt besloten wij ons te onderscheiden door vervroegd op die norm in te zetten. Niet veel later haalden we drie Brusselse opdrachten binnen. Gelukkig troffen we investeringsgroepen die vooruitkeken en geen gebouwen wilden neerzetten die na een paar jaar al niet meer aan de nieuwe wetgeving voldeden. Vandaag draait onze Brusselse afdeling een jaarlijkse omzet van 60 miljoen euro. Maar we blijven een Limburgs bedrijf, dat ook voor meer werk in eigen streek zorgt. Niet alleen op ons hoofdkantoor, maar ook bij een hele keten van leveranciers, onderaannemers en ga zo maar door.” Welke lessen kan de rest van de bouwsector uit dit succesverhaal trekken? “Het is verstandig om niet alleen op prijs te concurreren. Wij kunnen meer bieden. Onze calculatoren zijn opgeleid om een plan zeer goed te analyseren. Door een kleine meerkost of een kleine ingreep kan je op termijn juist heel veel bezuinigen. Algemeen denk ik dat we vaak te bescheiden zijn als sector. Onze bouwsector is kwalitatief zeer goed, beter dan in Frankrijk en Spanje en goedkoper dan in Nederland. Maar je moet je soms ook durven smijten in een nieuw verhaal met toekomst.”
Gedeputeerde voor Economie Erik Gerits (links) en Limburgs Provinciegouverneur Herman Reynders
Volop inzetten op duurzaamheid Bent u optimistisch gestemd over de toekomst van Limburg? Gouverneur Herman Reynders: “Zeker. Ik denk dat we goed bezig zijn. De sluiting van Ford Genk is verteerd en we zitten op de goede weg. Als ik kijk naar het aantal starters, ben ik tevreden. Wat de werkloosheidcijfers betreft, is er nog werk aan de winkel. Die liggen nog steeds hoger dan het Vlaamse gemiddelde. Onze ambitie moet zijn om het op termijn beter te doen.” Hoe belangrijk is EnergyVille voor Limburg? Gedeputeerde voor Economie Erik Gerits: “Zeer belangrijk, maar tegelijk slechts één van de mijlpalen in de transitie naar een duurzame economie, samen met onder andere het ThorPark, be-MINE en veel andere positieve ontwikkelingen die voor nog meer werkgelegenheid moeten zorgen, zoals bijvoorbeeld ook i-Cleantech Vlaanderen en Greenville. Daarnaast zetten we met Energyville, LRM, Nuhma en Infrax ook volop in op smart cities.” Waarom loopt duurzaamheid als een rode draad door de nieuwe ontwikkelingen? Reynders: “We zijn de eerste regio in Europa die de ambitie heeft
om klimaatneutraal te worden en daar ook een concreet plan rond heeft. Ik ben ervan overtuigd dat alle sectoren, ook de maakindustrie, logistiek en toerisme slechts toekomst hebben als er aandacht is voor duurzaamheid. We hebben daar een traditie in en willen ook voortrekker blijven.” Hoe verklaart u de Limburgse veerkrachtigheid? Reynders: “Na de sluiting van de mijnen is hier een dynamiek van onderuit op gang gekomen, met de hulp van de diverse overheden. Die dynamiek is altijd gebleven, weliswaar soms afgeremd door de bedrijfssluitingen en de economische conjunctuur. Die sluitingen hebben ons doen inzien dat we moeten evolueren naar een ander soort economie. We zijn daar al vijfentwintig jaar mee bezig, vandaar dat het me niet verwondert dat we er zo snel weer staan na de sluiting van Ford. Bovendien moet je ook de typisch Limburgse samenhorigheid niet onderschatten, het Limburggevoel. Als we het moeilijk hebben, gaan we er allemaal samen tegenaan. We schuiven politieke verschillen opzij en zetten ons rond de tafel: politieke partijen, gemeentebesturen, werkgevers en werknemers.”
Meer weten? Surf naar www.limburg.be/economie European Union European Regional Development Fund