PC 145.04 tuinAANLEG
S E PT 2 011
Nationaal Secretaris aan het woord Half juli hebben vakbonden en werkgevers uit de sector van de tuinaanleg licht op groen gezet voor de uitvoering van een nieuw sectorakkoord voor 2011 en 2012. De onderhandelingen verliepen moeizaam deze keer, maar dankzij de goede wil langs weerszijde van de onderhandelingstafel zijn we er in geslaagd tot een akkoord te komen. Nieuw ook is de aangepaste functieclassificatie, u vindt er verder meer over. Frans Dirix
INHOUD Nieuw sectorakkoord 2011-2012 Koopkracht 1-3 Nieuwe functieclassificatie 2 Tweede pensioenpijler
3
Ecocheques 4 Lonen vanaf 1/1/2011
4
Syndicale premie
4
Vervoersonkosten 5 Nieuwe regeling mobiliteitsvergoeding 6
Nieuw sectorakkoord 2011-2012
Opzeggingstermijnen 6 Brugpensioenen 6
koopkracht Lonen Zowel de minimumuurlonen als de effectieve uurlonen stijgen op 1 januari 2012 met 0,3%. Liggen de effectieve lonen in uw bedrijf hoger dan de minimumlonen, dan mag de 0,3% loonsverhoging omgezet worden in een ander gelijkwaardig voordeel, bij voorbeeld de invoering of verhoging van maaltijdcheques, verhoging ecocheques, …
Binnen uw onderneming kan hiertoe vóór 15 oktober 2011 een akkoord (CAO) worden afgesloten. Neem in dat geval zeker contact op met ons ACV secretariaat in uw buurt.
Vorming en opleiding
8
CONTACTEER ONS
Dat de lonen slechts met 0,3% mogen stijgen in 2012 is bij wet vastgelegd door de overheid. De sectoren, ook de tuinbouwsector, moeten zich hier strikt aan houden in hun sectoronderhandelingen. Meer uitleg over het hoe en waarom van de 0,3% vindt u op pagina 3. > vervolg op pagina 2
Wij staan tot uw dienst om uw vragen te beantwoorden. Aarzel niet ons te contacteren in uw regio. > zie adressen op p. 7
Nieuwe functieclassificatie vanaf 1 juli 2011 Per 1 juli 2011 is een nieuwe functieclassificatie in werking getreden. Voor deze nieuwe classificatie is voor een praktische benadering gekozen : men vertrekt vanuit de taken die een arbeider in zijn functie uitoefent. Vage begrippen als halfgeschoold, meergeschoold, … zijn geschrapt en vervangen door effectief uitgeoefende taken die scholing veronderstellen. Welk werk men doet bepaalt in welke categorie men terecht komt en op welk loon men minstens recht heeft. Ook werkervaring krijgt voortaan zijn plaats in de nieuwe classificatie.
1 2 3 4
Zo zullen arbeiders die instappen in looncategorie 1 binnen anderhalf jaar moeten doorstromen naar categorie 2. In de tabel hiernaast vindt u de nieuwe functieclassificatie van toepassing vanaf 1 juli 2011.
5
Tot categorie 1 behoren de werknemers zonder ervaring en zonder opleiding in de groensector, en die niet zelfstandig kunnen werken, in starten. Wie maximum 18 maanden deze functie heeft uitgeoefend, gaat over naar categorie 2. Tot categorie 2 behoren de basiswerknemers met ervaring. Zij beoefenen hun job onder de verantwoordelijkheid van een andere persoon die de eindverantwoordelijkheid draagt. Desalniettemin wordt van hen een zekere zelfstandigheid inzake de uitvoering van het werk verwacht. Zij worden niet geacht polyvalent inzetbaar te zijn. Tot categorie 3 behoren de werknemers die zelfstandig alle technische functies uitoefenen en hiertoe over een zekere polyvalentie inzake taken [cfr. grondwerkzaamheden {bewerkingen, bemestingen, chemischeen/ of mechanische onkruidbeheersing, ...}, beplantingswerkzaamheden {snoeien, maaien, aanplanten, zaaien, aanbinden, gewasbescherming,...}, constructiewerkzaamheden {bestratingen, tuinmuurtjes en -trappen, afsluitingen, ...}, ...] moeten beschikken. Zij hebben verantwoordelijkheid over de kwaliteit van de resultaten van hun eigen werk. Tot categorie 4 behoren de werknemers die zelfstandig alle technische functies uitoefenen en hiertoe over een zekere polyvalentie inzake taken [cfr. grondwerkzaamheden {bewerkingen, bemestingen, chemischeen/ of mechanische onkruidbeheersing, ...}, beplantingswerkzaamheden {snoeien, maaien, aanplanten, zaaien, aanbinden, gewasbescherming, ...}, constructiewerkzaamheden {bestratingen, tuinmuurtjes en -trappen, afsluitingen, ...}, ...] moeten beschikken. Zij geven bovendien zelf leiding aan één of meerdere medewerkers uit de lagere categorieën, en hebben verantwoordelijkheid over de kwaliteit van de resultaten van hun eigen werk en dat van hun medewerkers waaraan zij leiding geven. Behoren ook tot deze categorie: a) de werknemers uit de categorie 3 die in hoofdzaak onderhoudswerkzaamheden verrichten langs wegen aangeduid met de verkeerstekens F5 en F9 en langs wegen met twee of meer baanvakken, gescheiden door een bezaaide of beplante middenberm; b) de werknemers uit de categorie 3 die regelmatig of in hoofdzaak boomverzorgingswerkzaamheden verrichten; c) de werknemers die regelmatig of in hoofdzaak gevaarlijke machines besturen of bedienen [cf. graafmachine, klepelmaaier, hoogtewerker,...]. Tot categorie 5 behoren de werknemers die leiding moeten geven aan werknemers van de categorie 4. Zij hebben verantwoordelijkheid over de kwaliteit van de resultaten van hun eigen werk en dat van hun medewerkers waaraan zij leiding geven. Behoren ook tot deze categorie: a) de werknemers uit de categorie 3 die tenminste 10 jaar ervaring hebben in één of meerdere ondernemingen voor het inplanten en onderhouden van parken en tuinen; b) de werknemers uit de categorie 4 die tenminste 5 jaar ervaring hebben in één of meerdere ondernemingen voor het inplanten en onderhouden van parken en tuinen.
-2-
Tweede pensioenpijler Sedert 2008 kan u als arbeider in de tuinaanleg een aanvullend pensioen genieten bovenop uw wettelijk pensioen. U heeft hier recht op dankzij een aanvullend pensioenplan opgestart door de sector.
Achtergrondinformatie: Van waar komt de 0,3% loonsverhoging in 2012 vandaan? De marge waarbinnen de lonen mogen groeien in een bepaalde periode wordt in principe vastgelegd in het tweejaarlijkse interprofessioneel akkoord (IPA). Naast de loonafspraken leggen vakbonden en werkgeversorganisaties hierin afspraken vast over de verlenging van de brugpensioenregelingen, de uitkeringen bij tijdelijke werkloosheid, lastenverminderingen,… In uitvoering van dit interprofessioneel akkoord, dat voor alle werkgevers en werknemers uit de privésector in België wordt afgesloten, gaan sectoren vervolgens elk afzonderlijk onderhandelen over een akkoord voor hun eigen sector. Eind 2010 hebben vakbonden en werkgevers onderhandeld over een nieuw interprofessioneel akkoord voor 2011 en 2012. Het voorstel dat ze begin dit jaar aan hun achterban voorlegden, geraakte helaas niet goedgekeurd. Daarop heeft de regering het heft in handen genomen en heeft het voorstel tot interprofessioneel akkoord grotendeels in een wet laten gieten, de IPA-wet. In deze IPA-wet is vastgelegd dat de lonen in 2011 en 2012 met hoogstens 0,3% mogen stijgen. Sectoren die deze loonsverhoging van 0,3% in hun sectorakkoord opnemen, mogen de verhoging bovendien pas voorzien voor 2012.
Waarom mogen de lonen slechts met 0,3% stijgen in 2011 en 2012? Om twee redenen die met elkaar verbonden zijn: enerzijds opdat door een goed draaiende economie zoveel mogelijk mensen kunnen werken en blijven werken. En anderzijds opdat ons land zou kunnen concurreren met onze buurlanden. Anders dan wanneer de 0,3% vastgelegd zou zijn in een interprofessioneel akkoord, moeten de sectoren zich nu strikt aan deze 0,3%-norm houden bij hun sectoronderhandelingen. Voor de onderhandelingen in de tuinaanleg wisten we dus van meet af aan wat er qua loonsverhoging hoogstens te vragen en hoogstens te krijgen was. Naast de 0,3% loonsverhoging in 2012 kunnen de lonen in 2011 en 2012 gelukkig ook nog stijgen dankzij de indexeringen. Dit betekent dat de lonen op geregelde tijdstippen stijgen in functie van de prijsstijgingen van goederen en diensten op onze markt. In 2011 stegen op die manier alle lonen van de arbeiders in de tuinbouwsector met 2,42%. Voor 2012 verwachten we een nieuwe indexering.
-3-
Dit aanvullend pensioen kan de kloof tussen uw inkomen als werkende en uw inkomen als gepensioneerde deels dichten. Het is een verzekering voor een goede ‘oude dag’. De voorbije drie jaren stortte de werkgever voor elke vaste werknemer jaarlijks 1% van de loonmassa voor zijn aanvullend pensioen. NIEUW Vakbonden en werkgevers zijn nu overeengekomen om deze 1% op te trekken tot 1,40%. Dat is een stijging van maar liefst 40%! Stortte de werkgever bij voorbeeld 100 EUR, dan zal hij vanaf 2012 140 EUR storten per aanvullend pensioen. De werkgevers zijn bereid om de bijdrage nogmaals op te trekken tot 1,50% in de looptijd van het sectorakkoord 2013-2014.
Ecocheques
Ook in 2011 en 2012 heeft u recht op ecocheques voor een waarde van telkens 250 EUR. Binnen de onderneming kunnen de ecocheques omgezet worden in een ander gelijkwaardig voordeel. Hiertoe moet de werkgever met de syndicaal afvaardiging een akkoord afsluiten vóór 15 oktober.
• Is er in uw onderneming geen syndicaal afvaardiging?
Lonen vanaf 1 januari 2011 Met ingang van 1 januari 2011, gelden voor de verschillende categorieën de hierna volgende barema's:
Categorie 1
Barema Tuinaanleg A
Barema Tuinaanleg B
€ 10,98/uur € 11,32/uur
€ 11,24/uur
Categorie 2
€ 11,58/uur
Categorie 3
€ 12,31/uur
€12,01/uur
Categorie 4
€ 12,60/uur
€ 12,31/uur
Categorie 5
€ 13,27/uur
€ 12,96/uur
Neem dan zo spoedig mogelijk contact op met ons secretariaat.
Barema tuinaanleg A: Ondernemingen met minder dan 10 werknemers die vóór 1.10.99 geopteerd hebben voor de toepassing van de effectieve 38-urenweek.
Het adres vindt u binnenin deze folder.
Barema tuinaanleg B : Alle andere ondernemingen.
• Meer info over ecocheques? Surf naar: www.ecocheques.be
Syndicale premie De syndicale premie in de sector van de tuinbouw bedraagt op dit ogenblik 135 EUR. Deze 135 EUR stemt overeen met het huidige maximumbedrag waarop geen sociale lasten dienen ingehouden te worden. U krijgt dus netto 135 EUR gestort.
-4-
Regelmatig past de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ) het bedrag van de syndicale premie vrijgesteld van sociale lasten aan. Voor het nieuwe sectorakkoord 2011-2012 zijn de sociale partners overeengekomen de syndicale premie automatisch te verhogen zodra de RSZ het bedrag verhoogt in 2012.
Vervoersonkosten In de tabel hieronder vindt u de tussenkomst van de werkgever in uw vervoerskosten (bedragen geldig van 1 februari 2011 tot en met 31 december 2011): ••
Voor de verplaatsing van en naar het werk per fiets komt de werkgever voortaan tussen aan 0,21 EUR per afgelegde kilometer.
••
Komt u naar het werk met de eigen wagen of met ander privévervoer, dan is er vanaf 1 januari 2012 een tussenkomst van de werkgever voorzien gelijk aan 65% van de prijs van de treinkaart zoals die op 1 februari 2011 geldt.
De nieuwe tussenkomsten in de vervoerskosten geldig vanaf 1 januari 2012 vindt u in de Nieuwsflash die in januari 2012 verschijnt.
Km
Werkgeverstussenkomst per week
Werkgeverstussenkomst per maand
Km
Werkgeverstussenkomst per week
Werkgeverstussenkomst per maand
1
4,30 EUR
14,30 EUR
30
16,50 EUR
55,00 EUR
2
4,80 EUR
16,00 EUR
31-33
17,20 EUR
58,00 EUR
3
5,30 EUR
17,40 EUR
34-36
18,60 EUR
62,00 EUR
4
5,70 EUR
19,00 EUR
37-39
19,70 EUR
66,00 EUR
5
6,20 EUR
20,40 EUR
40-42
21,00 EUR
70,00 EUR
6
6,60 EUR
21,80 EUR
43-45
22,20 EUR
74,00 EUR
7
6,90 EUR
23,20 EUR
46-48
23,60 EUR
78,00 EUR
8
7,30 EUR
24,40 EUR
49-51
24,70 EUR
83,00 EUR
9
7,70 EUR
26,00 EUR
52-54
25,50 EUR
86,00 EUR
10
8,10 EUR
27,00 EUR
55-57
26,50 EUR
88,00 EUR
11
8,60 EUR
29,00 EUR
58-60
27,50 EUR
91,00 EUR
12
9,00 EUR
30,00 EUR
61-65
28,50 EUR
94,00 EUR
13
9,40 EUR
31,00 EUR
66-70
30,00 EUR
99,00 EUR
14
9,80 EUR
33,00 EUR
71-75
31,00 EUR
104,00 EUR
15
10,20 EUR
34,00 EUR
76-80
33,00 EUR
108,00 EUR
16
10,70 EUR
35,50 EUR
81-85
34,00 EUR
113,00 EUR
17
11,10 EUR
37,00 EUR
86-90
35,50 EUR
118,00 EUR
18
11,50 EUR
38,00 EUR
91-95
37,00 EUR
122,00 EUR
19
12,00 EUR
40,00 EUR
96-100
38,00 EUR
127,00 EUR
20
12,40 EUR
41,00 EUR
101-105
39,50 EUR
132,00 EUR
21
12,80 EUR
42,50 EUR
106-110
41,00 EUR
137,00 EUR
22
13,20 EUR
44,00 EUR
111-115
42,50 EUR
141,00 EUR
23
13,70 EUR
45,50 EUR
116-120
44,00 EUR
146,00 EUR
24
14,10 EUR
46,50 EUR
121-125
45,00 EUR
150,00 EUR
25
14,40 EUR
48,50 EUR
126-130
46.50 EUR
155,00 EUR
26
15,00 EUR
49,50 EUR
131-135
48,00 EUR
160,00 EUR
27
15,30 EUR
51,00 EUR
136-140
49,00 EUR
165,00 EUR
28
15,60 EUR
53,00 EUR
141-145
51,00 EUR
169,00 EUR
29
16,20 EUR
54,00 EUR
146-150
53,00 EUR
175,00 EUR
-5-
Nieuwe regeling mobiliteitsvergoeding Verplaatsing van woonplaats rechtstreeks naar de werf: mobiliteitspremie Ter herinnering: u heeft recht op een mobiliteitsvergoeding bovenop de gewone verplaatsingskosten wanneer u rechtstreeks van thuis naar de werf rijdt. Deze vergoeding bedraagt 0,0538 EUR per effectief afgelegde kilometer. Nieuw is nu dat wanneer de werf op meer dan 45 km van de zetel van het bedrijf ligt, de mobiliteitsvergoeding met 20% verhoogd wordt.
Bijvoorbeeld: •• u woont in Tielt-Winge, •• de zetel van uw bedrijf ligt in Leuven, •• de werf is in Aalst, •• de afstand Leuven-Aalst = 60 km, •• de afstand Tielt-Winge- Aalst = 80 km, heen en terug 160 km. U krijgt dus bovenop de gewone vervoersonkosten een mobiliteitspremie van 160km*0,0538= 8,61 EUR Deze 8,61 EUR wordt verhoogd met 20% gezien de afstand van de zetel tot de werf meer dan 45km bedraagt => 8,61 EUR*20% = 10,33 EUR per dag. Per dag dat u vanuit Tielt-Winge rechtstreeks naar de werf in Aalst moet rijden krijgt u 10,33 EUR mobiliteitsvergoeding. Legt u de afstand heel de week af, dan krijgt u ruim 50 Euro, voor een maand zelf ruim 220 EUR.
Verplaatsing van woonplaats naar de zetel van de onderneming of het werkhuis en vervolgens naar de werf: geen mobiliteitspremie wel loon Indien u eerst naar de zetel van de onderneming moet en van daaruit alleen of met collega’s naar de werf rijdt is de regeling anders. In dit geval krijgt u voor de verplaatsing van uw woonplaats naar de zetel uw gewone vervoersonkosten (zie tabel p.5). Op het ogenblik dat u op de zetel toekomt begint de arbeidstijd te lopen. De rit van de zetel naar de werf valt dus onder arbeidstijd en de werkgever is er u loon voor verschuldigd. Ook eventuele verplaatsingskosten zijn voor rekening van de werkgever. Gezien deze rit binnen de arbeidstijd valt en u voor de duur van de rit dus loon ontvangt, ontvangt u voor deze rit geen mobiliteitsvergoeding.
Bijvoorbeeld: •• •• •• ••
u woont in Tielt-winge, de zetel is in Leuven, de werf is in Aalst, u moet op instructie van de werkgever eerst in Leuven stoppen om materiaal in de camionette te laden en collega’s op te pikken en rijdt vervolgens naar Aalst.
Voor het traject Tielt-Winge Leuven ontvangt u een tussenkomst van de werkgever voor gewone verplaatsingskosten. De rit Leuven – Aalst is arbeidstijd waarvoor u loon ontvangt. Eventuele verplaatsingsonkosten zijn voor rekening van de werkgever.
Nieuw: Mobiliteitsvergoeding bij collectieve parkeerplaats Indien uw onderneming in de buurt collectieve parkeerplaatsen voorziet om van daar uit samen te vertrekken naar de werf, dan heeft u als chauffeur recht op de mobiliteitsvergoeding. Voorwaarde is wel dat u deze parkeerplaatsen vrij mag gebruiken. Verplicht de werkgever u tot het gebruik van de parkeerplaatsen, dan wordt het traject van die plaats tot de werf wel als arbeidstijd aanzien.
-6-
Opzeggingstermijnen
Contacteer ons
De opzeggingstermijn voor werknemers die meer dan zes maanden, maar minder dan vijf jaar in dienst zijn, wordt verhoogd van 35 naar 40 dagen. Dit geldt alleen wanneer het ontslag uitgaat van de werkgever.
AALST Hopmarkt, 45 053/73.45.38
Onderstaande tabel geeft het aantal dagen weer dat u of de werkgever dient te respecteren bij ontslag:
ANTWERPEN Aalmoezenierstraat 14-16 03/222.70.70
Aantal jaren dienst
Ontslag door werkgever
Ontslag door werknemer
< 6 maanden
28 kalenderdagen
14 kalenderdagen
6 maanden tot en met 4 jaar
NIEUW 40 kalenderdagen
14 kalenderdagen
5 jaar tot en met 9 jaar
42 kalenderdagen
14 kalenderdagen
10 jaar tot en met 14 jaar
56 kalenderdagen
14 kalenderdagen
15 jaar tot en met 19 jaar
84 kalenderdagen
14 kalenderdagen
vanaf 20 jaar
112 kalenderdagen
28 kalenderdagen
BRUGGE Oude Burg, 17 050/44.41.61 BRUSSEL Kartuizersstraat 70B 02/500.28.80 DENDERMONDE Oude Vest, 146 03/765.23.52 GENT Poel, 7 09/265.43.41 IEPER St.-Jacobsstraat, 34 059/34.26.36 KORTRIJK P. Kennedypark, 16D 056/23.55.55
Brugpensioenen De bestaande brugpensioenregelingen worden dankzij het nieuwe akkoord 2011-2012 verlengd: â&#x20AC;˘ De CAO Brugpensioen op 58 jaar kon verlengd worden voor een periode van 3 jaar en loopt van 1 juli 2011 tot en met 30 juni 2014. Brugpensioen is mogelijk indien u voldoende aantal jaren arbeid kan bewijzen. Voor 2011 en 2012 zijn dit: 2011
2012
Arbeidsjaren voor mannelijke werknemers
37 jaar
38 jaar
Arbeidsjaren voor vrouwelijke werknemers
33 jaar
35 jaar
Arbeidsjaren voor arbeid erkend als zwaar beroep *
35 jaar
35 jaar
* werk in wisselende ploegen, in onderbroken diensten of in een stelsel met nachtarbeid
â&#x20AC;˘ De CAO brugpensioen op 56 jaar na een loopbaan van 40 jaar als loontrekkende is verlengd voor de periode van 1 januari 2011 tot en met 31 december 2012.
-7-
LEUVEN Martelarenlaan 8 3010 Kessel-Lo 016/21.94.60 HASSELT Mgr. Broekxplein, 6 011/29.09.52 MECHELEN Onder den Toren, 5 015/71.85.50 OOSTENDE Dr. L. Colensstraat, 7 059/55.25.57 ROESELARE H. Horriestraat, 31 051/26.55.22 ST.-NIKLAAS H. Heymanplein, 7 03/765.23.50 TURNHOUT Korte Begijnenstraat, 20 014/44.61.45
Vorming en opleiding Edu Plus zet zich al jaar en dag in voor de ontwikkeling en vorming van werknemers uit de groene sectoren. Dankzij de vormingen georganiseerd door EDU Plus heeft reeds meer dan een derde van alle vaste arbeiders één of meerdere opleidingen gevolgd. Ook voor 2011 en 2012 heeft het team van Edu Plus weer tal van vormingen voor u in petto. Uit 162 onderwerpen kan u kiezen, gaande van transport, veiligheid en gezondheid tot alle mogelijke vaktechnische en algemene vaardigheden.
edu+
Opleidingen voor werknemers uit de groene sectoren Aanbod 2011-2012
Neem snel een kijkje op www.eduplus.be voor een volledig overzicht. Wenst u zich in te schrijven voor één of meerdere vormingen, dan kan u hiervoor mogelijks educatief verlof voor opnemen. Op die manier kan uw werkgever de loonkost recupereren voor de dagen dat u vorming volgde en u hiervoor uw loon doorbetaald kreeg.
Verantwoordelijke uitgever: Frans Dirix - Kartuizersstraat 70, 1000 Brussel
www.eduplus.be
-8-