SCHUTTERSBRIEF Onregelmatig maar frequent verschijnend e-magazine als ideeënbus, discussieforum, actieprogram en informatieblad voor het schutterijwezen in het Nederlandstalige gebied van de EGS Nummer 34 – Maastricht, zaterdag 20 augustus 2005 REDACTIE Bezoekadres: SB-redactie, p/a Franciscus Romanusweg 6-B, 6221 AE Maastricht Telefoon (met voicemail): 043 - 325 76 62; vanuit het buitenland: 00.31.43.325 76 62 Mobiel: 06.42 58 70 04 Fax : (00.31) (0)43.310 04 06 E-mail: redactie@schuttersbrief.nl Voorlopige bankrekening binnenland: 85 88 27 298 t.n.v. Alfred Disch te Maastricht Voorlopige bankrekening buitenland IBAN-code: NL86SNSBO - 85 88 27 298; BIC-code: SNSBNL2A ten name van / auf den Namen von / au nom de / in the name of: Alfred Disch, NL - 6221 AE Maastricht
Redacteurs: 1) Alfred Disch; 2) Mathy Leunissen; 3) vacature(s). Technisch adviseur: Compres Media System, Maastricht ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
INHOUD SCHUTTERIJWEZEN EN PUBLIC RELATIONS (1): blz. 588-591 En verder: nóg eens twee nieuwe alsmede twee oudere rubrieken ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
COLOFON De Schuttersbrief (SB) verschijnt sinds 19 juni 2004 en is een uitgave van de SB-stichting i.o. De SB wordt gratis verstrekt: zie de verzendlijst op de voorlaatste pagina van SB-nummer 8. Met de SB worden bij tijd en wijle de zogeheten ‘SB-Bijlagen. Werkdocumenten voor het schutterswezen’ meegezonden. De SB-Bijlagen verschijnen ten minste tweemaal per jaar. Wilt U ook GRATIS en RECHTSTREEKS de SB en de SB-Bijlagen ontvangen? Laat dit dan m.v.v. Uw volledige naam, Uw woonadres en Uw telefoonnummer weten aan: redactie@schuttersbrief.nl. Daar de aan de uitgave van de SB-nummers en SB-Bijlagen verbonden kosten vooralsnog gehéél worden betaald uit particuliere middelen, verzoekt de redactie U om een vrijwillige bijdrage o.v.v. ‘Donatie’ te storten op de hierboven vermelde (voorlopige) bankrekening van de SB-Stichting (i.o.). Voor Uw zéér gewaardeerde gift, hoe gering ook, zegt de redactie U bij voorbaat hartelijk dank! De Schuttersbrief heeft een doorlopende paginering. Veelgebruikte afkortingen worden verklaard op de laatste pagina van SB-nummer 26. U mag - om o.a. auteursrechtelijke redenen - uitsluitend voor eigen persoonlijk gebruik de SB uitprinten, dus niet (!) ten behoeve van anderen. Oude nummers van de digitale Schuttersbrief kunnen te allen tijde bij de redactie worden opgevraagd. Digitale en schriftelijke post ter publicatie in de Schuttersbrief wordt naar onderwerp gerubriceerd en vervolgens in logische volgorde opgenomen in de betreffende SB-rubriek. Wilt U óók Uw eigen berichten opgenomen zien in de SB, gelieve dan per brief of per e-mail steeds slechts één onderwerp te behandelen. Dat vergemakkelijkt aanzienlijk de rubricering van de correspondentie in de SB. In principe worden alle ingekomen brieven en e-mails geplaatst, ook indien ze van dezelfde persoon en van dezelfde datum zijn. Bovendien wordt voor elk nieuw aangedragen onderwerp een nieuwe rubriek in de SB geopend. © Copyright: SB-stichting (i.o.), Maastricht MMIV ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
INTERNET De SB is ook te raadplegen op de EGS-website: www.egs-schuetzen.com > Schuttersbrief.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Schuttersbrief - nummer 34
20 augustus 2005
1
587
SCHUTTERIJWEZEN EN PUBLIC RELATIONS (1) VAN: De Heer Ing. F.X. (Frans) van Miert, PR-functionaris van de St.-Jorisgilde te Berlicum (NBFS-kring Maasland)
Frans X. van Miert
Berlicum (N.Br.), 4 augustus 2005 Waarde Alfred, Als geen ander zal de hoofdredacteur van de Schuttersbrief weten, dat het communiceren met de media bepaalde basistrucs vereist. Ik heb dat op verzoek summier uit de doeken gedaan voor een beperkt groepje van gildenbroeders uit de Kring Maasland. En hun de bijgevoegde ‘paper’ als gedachtesteuntje gegeven. Het zou kunnen zijn dat jij er t.b.v. de SB-lezers belang in stelt, want veel schuttergilden ‘schutteren’ als het op perscontacten aankomt. Met gildengroet, Frans X. van Miert
P.R. voor gilden en hoe maak je een goed krantenbericht? Regelmatig duikt de vraag op hoe het komt dat het ene gilde wèl vaak de pers haalt en het een ander niet of slechts moeizaam lukt. Om door te dringen in het bastion van de media, moet je gericht alle drempels verlagen die de publiciteit in de weg zouden kunnen staan. Door het ‘vermeldenswaardige’ als het ware smakelijk panklaar aan te leveren. En tevens soepele relaties te kweken. Communicatie berust op sympathie Onlangs vroeg de Pers Troika Maasland om eens een en ander over contact met de media te vertellen en op papier te zetten. Het startschot valt met één van mijn one-liners: communicatie berust op sympathie. Als de ‘communicator’ niet prettig over komt, komt ook de boodschap niet over. In de politiek heet dat tegenwoordig de ‘benodigde chemie’. Voor het begrip communicator kun je zowel een persoon/organisatie als ook een verzonden persbericht invullen. Het gaat erom dat de boodschap of de doelstelling gemakkelijk verteerbaar opgedist wordt. Dus sympathie genereert. Nog een andere axioma uit mijn eigen repertoire Kruip in de huid van je lezer, dan kun je bijna niets fout doen. Met andere woorden: dan zit je op de goede golflengte. Net als een acteur inleven in de rol van de uiteindelijke lezer. Bekijk de situatie steeds door zijn bril. Een variatie op de aloude volkswijsheid: Wat gij niet wilt dat u geschiedt, doet dat ook een ander niet (aan). Hoofdzaken benadrukken en bijzaken beperkt vermelden zodat ze eventueel weggelaten kunnen worden. -----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------588
20 augustus 2005
2
Schuttersbrief - nummer 34
VGN Derde axioma, 50 jaar geleden van een oude rot geleerd: marketing is het communiceren van voordelen, genoegen / gemak en nut: VGN. Anders gezegd: wat voor interessants of aantrekkelijks heb je te bieden? Heb ik daar als lezer of kijker wat aan? Marketing is toch geen p.r. ? Nee, maar wel nauw ermee verwant. Want je moet jouw boodschap als het ware verkópen. Het communiceren van zulke wezenlijke factoren houdt de lezer bij de les. Hij raakt geïnteresseerd, dus mogelijk overtuigd, en wellicht geprikkeld tot actie. B.v. het bezoeken van gildenactiviteiten, nieuwsgierig worden in wat het allemaal voorstelt, het ontdekken van de sociale kanten, onder de indruk komen van de historische waarde, tot nadenken stemmen om eventueel lid te worden, doen van een donatie, etc. etc. De belangrijkste doelstelling is: positieve aandacht trekken. Met telkens nieuwe (of vernieuwde) informatie. Zo bouw je een imago op. En goodwill. Het bereiken van een zo sympathiek mogelijk beeld. Feitelijk allemaal koeien van waarheden, waar het al eeuwen onveranderd om draait tussen de ‘communicator’ en zijn doelgroep. Maar waartegen ook al eeuwenlang nog continu gezondigd wordt. Vaak een zekere arrogantie aan de ene kant, onbegrip aan de andere zijde. Wederom dus: communicatie berust op sympathie. Het persbericht Persberichten verzenden is wel het minste om de aandacht te trekken. Met verzenden alleen ben je er niet… dringen ze ook door tot de bedoelde media? Krant, tijdschrift, radio/tv-rubriek van de lokale omroep en kabelkrant? Probeer voor het adresseren de naam van de journalist of redacteur te achterhalen. Een kwestie van vooraf telefonisch informeren wie zoiets doorgaans behandelt. Het genoemde imago bouw je op door de beschikbare media b.v. maandelijks te bestoken met ‘nieuws’. Dat kan van alles zijn. Niet alleen wie koning werd, maar ook b.v. een verhaal over de betekenis en de functie van een vaandel. Media zoeken steeds meer ‘leuke items’ naast het dagelijkse nieuws. Tips om die kans te vergroten: To the point Veel persberichten zijn omslachtig, met te lange zinnen en moeilijke formuleringen. Effect: ook de ervaren redacteur haakt - overigens net als alle andere lezers - vroegtijdig af. Of de opbouw, de lijn in het verhaal, is rommelig waardoor de feitelijke boodschap wordt verdoezeld. Axioma: met de deur in huis. Met waar het om gaat als eyecatcher. Dat begint al bij de kop boven de mededeling of het verhaal. Een kop moet kernachtig zijn. Moet de essentie omvatten. Maar vooral ook tot lezen uitnodigen. Nieuwsgierig maken. Dat lukt niet altijd. Koning in felle strijd onttroond klinkt bij voorbeeld beter dan Kees Jansen is de nieuwe koning van het X-gilde. Dan volgen, als het even kan, een paar introducerende, liefst vet gedrukte regels met de kern van het nieuws. (Dit geldt natuurlijk niet voor korte berichtjes of mededelingen, die hebben geen vet gedrukte blikvanger nodig.) Het gaat om de intro - een journalist noemt dat de lead - die voldoende interesse moet wekken om verder te lezen. In pakweg vijf à acht zinnen, vinden we daarin de belangrijkste componenten volgens de methode: wie, wat, waar, wanneer en waarom. Dat lukt niet altijd, maar probeer ten minste 3 à 4 ervan in de beginregels te verwerken. (De inhoud van een kort bericht is vanzelfsprekend alleen maar wwwww.) De highlights helder samenvatten om de te prikkelen. Korte zinnen geven de hoofdzaak van het verhaal al enigszins aan. We willen dat er gelezen wordt en niet doorgebladerd. Samen met de kop erboven is de lead de ‘startmotor’ voor de rest van het bericht. En daarin kun je dan het een en ander verder ‘uitspinnen’. Gebruik voor dat verhaal of de korte mededeling makkelijke taal. Hou je aan de nieuwswaardige feiten. De tekst in tijdschriften en kranten vraagt om een snel leesbare en begrijpelijke formulering. -----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Schuttersbrief - nummer 34 20 augustus 2005 589 3
Ga er maar van uit dat lezers niks van gilden afweten. ‘De burgemeester zal eerst de schutsboom vrijen, waarna de keizer … etc.’ Hoezo vrijen? En wat is dan een keizer? Leg dat met een paar woorden even uit. Schrijf ook nooit ‘wij’. ‘Wij hebben zaterdag a.s. een bijzondere teeravond, want ….’ Wie is wij? Toch niet de redactie van het blad! Gebruik vooral de VGN: voordelen, genoegen/gemak, nut, voorzover van toepassing en geef een eventuele gewenste verdere uitwerking. Daar zijn bij gilden genoeg kapstokken voor. Zo kun je voor een langer verhaal allerlei elementen invlechten. Bijvoorbeeld: - traditie en rituelen (en zo mogelijk waarom) - historische achtergrond (cultureel erfgoed met sociale taken) - functies en wat die behelzen - wedstrijddisciplines (geweer-, kruis- en handboog, jeu de boules etc) - betekenis van het vaandel, de standaardvlag - de kunst van het vendelen, enz. enz. Niet om dat allemaal te beschrijven, maar het zijn elementen die waar mogelijk terloops even genoemd kunnen worden. Dat maakt het verhaal informatiever. En prettiger. Voorbeeld: ‘De burgemeester zal volgens eeuwenoude traditie de schutsboom vrijen. Dat klinkt raar, maar het betekent het schietterrein bevrijden van boze geesten…’ In die trant kun je de tekst opsieren en tevens bepaalde rituelen verduidelijken. Je plaatst het gebeuren in een prettigere context. ‘Het grote vaandel is het hoogst gewaardeerde attribuut bij de gilde. Terwijl de vaandrig het schuin voor zich uit draagt, brengen de vendeliers kunstig draaiend hun vendelgroet…’ Een verhaal valt ook vlotter te lezen als - al naar gelang de lengte - tussenkoppen gebruikt worden. Die kunnen op zichzelf weer interesse oproepen om verder te lezen, de aandacht versterken en vasthouden én rustpunten in de grijze letterbrij brengen. Als het zo uitkomt, maakt ook het ‘sprekend invoeren’ van namen de tekst levendiger. Voorbeeld: ‘We zullen er een zware dobber aan hebben’, weet hoofdman Jansen bij voorbaat, ‘maar we komen zéker met zilver naar huis.’ Voor een relatief korte mededeling, b.v. een koninklijke onderscheiding, of een avond prijskaarten of behaald zilver in een schietcompetitie etc. is vanzelfsprekend geen lead nodig. Dan spreekt de inhoud van het berichtje voor zichzelf. Maar ook in beknopte vorm telt en geldt steeds weer opnieuw: wie, wat, waar, wanneer en waarom. Het plaatje Afbeeldingen zijn blikvangers. We leven in een beeldcultuur. Een Chinees spreekwoord luidt terecht: éénmaal zien is beter dan honderd woorden. De kranten blazen niet voor niks hun foto’s op tot groot formaat. Het meeleveren van een afbeelding kan tegenwoordig al heel eenvoudig via email. Kies een veel gebruikte methode, bijvoorbeeld jpg. Vergeet niet het onderschrift bij de foto apart te vermelden. Waar mogelijk dus denken aan het toevoegen van illustraties bij persberichten. Maar nodig ook eens een journalist of correspondent uit om zelf eens te komen schieten. Of demonstreer hem / haar de rituelen van het vendelen en leg de betekenis ervan uit. Dan heeft men voortaan tijdens het schrijven een duidelijker beeld voor ogen. Uitvoering: tips voor het versturen van persberichten naar media (print of e-mail) ▪ Typ de tekst bij voorkeur op 1½-regelafstand en beperk het tot maximaal twee A-4’tjes. Alleen bij héél bijzondere gelegenheden mogen het drie 3 pagina’s worden. Die regelafstand helpt de redacteur vlotter door de tekst heen te lezen en inkortingen resp. veranderingen aan te brengen. ▪ Vermeld links onder het persbericht het adres / de naam (e-mail, telefoonnummer). Want soms wil een redacteur nog iets meer weten, b.v. namen. Of er zijn vragen over de inhoud. ▪ Zet linksboven PERSBERICHT en rechtsboven de verzenddatum. ▪ Verzend een persbericht altijd als aanhangsel bij een vriendelijk e-mailverzoek om dit aanhangsel - al of niet met foto - te plaatsen. -----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------590
20 augustus 2005
4
Schuttersbrief - nummer 34
▪ In het algemeen geldt: maak, zoals hierboven gesteld, de zinnen niet te lang. Korte zinnen lezen lekker weg en geven het verhaal een zeker ritme en dynamiek. Tip: een lange zin altijd laten volgen door een korte. Bedenk, dat veel redacteuren van huis-aan-huis- en streekbladen vrijwel alles slikken en integraal verwerken wat ze binnen krijgen. Ze veranderen er nauwelijks iets aan en plaatsen het ontvangen bericht onveranderd in hun krant(je). Daarom moet de tekst als het ware panklaar zijn. Dagbladen plaatsen een bericht echter zelden integraal. De redactie herschrijft de ontvangen gegevens en zet vaak de schaar erin. Met alle risico’s van verkeerd knipwerk. Een goed geformuleerd bericht verkleint die kans. Maar geef de journalist wel de ruimte. De persconferentie Deze methode verliest langzamerhand aan betekenis. Redacties zijn door e-mail en internet niet zo eenvoudig meer te charteren. Daarbij komt dat iedereen op een persconferentie - voorzover al van enige opkomst sprake is - hetzelfde verhaal hoort. Zo ook luistert iedereen mee naar de beantwoording als een collega een specifieke vraag stelt. Wég primeur! Heb je foto’s, brochures of andere tastbare weggevers, overhandig die dan tijdens, maar béter nog aan het eind van de meeting. Reik je dat aan het begin uit, dan leidt dat bijna altijd tot bladeren en alvast lezen. Waardoor minder geluisterd wordt. Persconferenties kosten extra tijd en daar hebben de potentiële toehoorders zelden zin in. ‘Kun je het niet effe mailen?’, luidt vaak de reactie op een uitnodiging. Het laten opdraven van journalisten en correspondenten kan daarom beter beperkt blijven tot écht grote manifestaties of uitzonderlijk nieuws. Waarbij het belang van interessant beeldmateriaal ook meespeelt. Stuur daarom niet vooraf al een persbericht, want dat is op zichzelf een mooie reden om niet te komen. Bespaar je die teleurstelling van een slechte opkomst. Dan is een één-op-één contact dikwijls beter, ook als je dat zes keer apart één-op-één kost. Dus het interview. Het interview Afhankelijk van het nieuws of de manifestatie heeft het zin om bij (streek- en) dagbladen een journalist uit te nodigen voor een interview. Die komt alleen als het echt (naar zijn idee) de moeite waard is. Zo’n interview vergt een degelijke voorbereiding. M.a.w. voorkom dat je bij lastige vragen ‘met de bek vol tanden staat’. Concentreer je op de kern van de zaak, want randopmerkingen leiden af. De journalist moet alle ruimte hebben om zelf vragen te stellen. Dán kun je breder uitpakken. Ook hier geldt het bovenstaande: geef foto’s, brochures e.d. ter afsluiting van het interview, tenzij je iets tijdens het gesprek met beeld kunt verduidelijken. Bij belangrijke zaken kun je vragen, of er ook een fotograaf mee kan komen. Probeer, als dat lukt, om het interview vóór het drukken te mogen lezen. Daarmee voorkom je foute interpretaties. Tracht t.a.v. dagbladen - of streekbladen die wél een journalistieke redactie voeren - bij volgende gelegenheden weer dezelfde journalist of redacteur te pakken te krijgen. Die weet immers door eerdere berichten al enigszins van wanten. Zeker zo ideaal: de plaatselijke correspondent. Hij / zij moet elke week een ‘stukkie’ inleveren en is altijd op zoek naar lokale onderwerpen. Lokale omroepen Al het bovenstaande geldt in principe óók voor de lokale radio/tv-omroepen en kabelkranten. Met één belangrijke restrictie: zulke organisaties willen geen lange verhalen verwerken. Daar is alles, afgezien van beeldreportages, gefocust op kort, snel nieuws. Ingezonden berichten moeten daarom nóg méér ingedikt worden tot de kern van de zaak. Kun je een radio-interview of een tv-reportage regelen, dan is dat natuurlijk de kroon op het werk. Maar ook de lokale omroep moet wel eerst overtuigd raken dat het item interessant is! ---
Zijn deze adviezen daarmee compleet? Neen, over public relations zijn niet voor niets boeken vol geschreven. Maar voor een schuttersgilde of schutterij is het al mooi, als je regelmatig in de krant komt. En dan kun je met dit basisgereedschap al een aardig eindje uit de voeten. ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------5
Schuttersbrief - nummer 34
20 augustus 2005
6
591
GROOT EUREGIONAAL SCHUTTERSTREFFEN (1) Sittard (NL), zondag 16 oktober 2005 Sittard-Geleen (Lb.), juli 2005 Beste schuttersvrienden, Van 14 tot en met 18 oktober zal de gemeente Sittard-Geleen voor de eerste keer de oktoberfeesten organiseren in de binnenstad van Sittard. Er zullen unieke kermisattracties (60 stuks) te bewonderen zijn. In de stadstuinen zullen 2 prachtige in Duitse stijl aangeklede feesttenten staan met op iedere avond een uitgebreid live muziek programma (o.a. Die Original Klostertaler). De terreinen zullen middels blokhutten met ambulante handel aan elkaar worden verbonden. Op vrijdag en zaterdag zal er in de diverse horecagelegenheden een schlagerfestival plaatsvinden. Ook zullen de winkels op zondag open zijn en wordt deze koopzondag uitgebreid met een braderie. Aangezien in onze nieuwe gemeente 10 (tien) schutterijen gehuisvest zijn, leek het ons een goed idee om op zondag 16 oktober een groot Euregionaal schutterstreffen te organiseren. Dit verbroederingstreffen zal bestaan uit een bijeenkomst in één van de feesttenten, gevolgd door een optocht en defilé door de binnenstad van Sittard. E.e.a. zal afgesloten worden middels een ontvangst door Burgemeester en Wethouders in het feestpaviljoen, waarna de uitreiking van de deelname plaquette zal plaatsvinden. Tevens wordt er aan de koningen de kans geboden, te schieten voor de titel “Koning der Koningen”. De gemeente Sittard-Geleen organiseert dit treffen in samenwerking met Stadsschutterij St.-Rosa. Wij hopen vele schutterijen en schuttersvrienden deze dag in onze historische binnenstad te mogen begroeten om er samen een echt feest der verbroedering van te maken. Er is tijdens de oktoberfeesten 2005 (en dus ook op deze zondag) voldoende vertier en amusement in onze stad. Schutterijen en / of gilden welke nog geen uitnodiging voor dit feest mochten ontvangen (of die nog niet gereageerd hebben), kunnen dat alsnog doen op onderstaand adres: Mw. Bianca van der Hulst (Gemeente Sittard-Geleen). Telefoon: 046 - 477 81 15. Fax: 046 - 477 81 11. Of per e-mail: bianca.vanderhulst@sittard-geleen.nl. Namens de gemeente Sittard-Geleen, G.M.M. den Rooijen Wethouder Evenementen en Markten.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------592
20 augustus 2005
7
Schuttersbrief - nummer 34
MARKETENTSTERS (1) Marketentsterstreffen 2005 in De Heeg (gemeente Maastricht) op zondag 13.11.2005
De Maastrichtse ‘Schutterij De Heeg’ (officieel geheten: Garde des Tireurs du Quartier Vingt-huit = Schutterij van Wijk 28) organiseert op zondag 13 november a.s. het 3de lustrum van het Marketentsterstreffen in de beide Limburgen. Voor deelname dient men zich persoonlijk aan te melden via het formulier dat te vinden is op het internet: website Schutterij De Heeg [zie hierbeneden] > Actueel > Marketentstertreffen 2005 > Inhoud > Meld je!!! > Registratieformulier. Voor meer informatie * Schutterij De Heeg: a) http://members.home.nl/schutterijdeheeg; b) schutterijdeheeg@home.nl * Secretaris-penningmeester Frans Willems: (00.31.) (0)43.361 67 74 * PR-functionaris Ben Hanssen: hanssen@home.nl * Stuurgroep Marketentsterstreffen 2005: www.marketentstertreffen2005.tk * Stg. Marketentsters en Zoetelaars: www.freewebs.com/marketentsters/marketentstertreffen.htm
Feestelijke stoet tijdens het Marketentsterstreffen 2004 te Linne (Bron: webste van Schutterij De Heeg)
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Schuttersbrief - nummer 34 20 augustus 2005 593 8
DE BAKERMAT VAN HET SCHUTTERIJWEZEN (4) Vervolg op SB 3, blz. 80-81, SB 5, blz. 178-180, en SB 19, 378
VAN: De heer Marc Lemahieu, thesaurier en archivaris van de Koninklijke Hoofdgilde St.-Sebastiaan te Brugge, auteur van het in SB 33 gerecenseerde boek over het ontstaan van de schuttersgilden Beste Alfred Disch,
Brugge (W.Vl.), 10 augustus 2005
Mooie recensie, waarvoor mijn dank! Vergeet niet mij nog de SB-nummers toe te zenden, waarin U Uw (hypo)these m.b.t. de bakermat van het schuttersgildenwezen uiteenzet. Ik ben bijzonder geïnteresseerd. Met vriendelijke groeten, Marc Lemahieu.
AAN: De heer Marc Lemahieu Beste Marc Lemahieu,
Maastricht, 10 augustus 2005
Inmiddels moet gij van mij de afleveringen 1 t/m 3 van de SB-rubriek De bakermat van het schutterijwezen per e-mail hebben ontvangen alsmede het in SB 2 (blz. 60-61) verschenen artikel van drs. Karijn Deelen. In dat artikel is voor het eerst publiekelijk iets verteld over mijn ‘Italiaanse (veronder)stelling’ inzake het ontstaan van de schutterijen (schuttersgilden) in Europa. Graag zie ik Uw commentaar op mijn ‘theorie’ inzake Italië als de bakermat van het schuttersgildenwezen tegemoet. Met vriendelijke groeten, Alfred Disch.
VAN: De heer Marc Lemahieu Beste Alfred,
Brugge (W.Vl.), 10 augustus 2005
Ik heb met veel genoegen je uiteenzetting van de ‘Italian connection’ gelezen. Het is juist, dat zowel de oprichting van stadsmilities als het gebruik van de kruisboog wellicht eerst in Italië het licht zagen. De oudste schriftelijke vermeldingen van kruisbogen treft men aan in de ladingboeken van de Genuese schepen die in 1098 meetrokken bij de Eerste Kruistocht. Het was bisschop Baldassini, later gecanoniseerd, die de kruisboog perfectioneerde bij het beleg van Gubbio in 1151. Voor het eerst treffen we in onze streken Italiaanse kruisboogschutters aan in 1180 om ingezet te worden in huurlingendienst voor de Engelse koning in Normandië. Ze maakten deel uit van de stadsmilities, maar door hun hoge techniciteit werden ze algauw overal gevraagd, tegen zeer hoge gages. Wellicht kopieerden de Vlaamse steden deze organisaties van kruisboogkorpsen in hun eigen stedelijke milities. Deze gemeentelegers of stadsmilities waren in de late 11de en 12de eeuw ontstaan in de grote steden: dit gebeurde eerst in Italië, Vlaanderen en Frankrijk, waar een hechte gemeenschap van stadsbewoners ontstond die zich onderlinge solidariteit zwoeren. Door hun aantal en door oefening werden ze machtig, en in stedelijke gebieden als Vlaanderen, Lombardije en het prinsbisdom Luik werd de solidariteit verder bevorderd door de indeling van het gemeenteleger volgens sestendelen (wijken), onder leiding van een hoofdman. Prof. Jan-Frans Verbruggen legt dit haarfijn uit in zijn De krijgskunst in West-Europa in de Middeleeuwen (Vlaamse Academie Brussel, 1954). De Compagnie militari urbane di Firenze was, net als het Brugse gemeenteleger, opgedeeld in dergelijke sestendelen, en deze zijn bij name gekend: Sestiere Borgo Santi Apostoli (Compagnia del Cavallo, Compagnia della Vipera, Compagnia dell' Aquila), Sestiere di Oltrarno (Compagnia della Scala, Compagnia della Sverza, Compagnia del Drago Verde, Compagnia dei Nicchi), Sestiere di S.Pier Schieraggio (Compagnia del Toro Nero, Compagnia della Pezza Gagliarda, Compagnia del Carroccio, Compagnia del Leon Nero), Sestiere di San Pancrazio (Compagnia del Leone, Compagnia del Leon Rosso, Compagnia del Leon Bianco), Sestiere di Porte del Duomo (Compagnia del Drago, Compagnia del Leon d’ Oro, Compagnia del Leone Azzurro) en Sestiere di Porte San Piero (Compagnia delle Ruote, Compagnia delle Chiavi en Compagnia del Vaio). ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------594 20 augustus 2005 Schuttersbrief - nummer 34
9
Het opdelen van het gemeenteleger in stadskwartieren gaf echter m.i. nog geen aanleiding tot het ontstaan van schuttersgilden. Enige verduidelijking vinden wij wellicht in het standaardwerk van GUIDI Guidubaldo, die een heel hoofdstuk wijdt aan de compagnie del popolo e di libertà in zijn basiswerk ‘Il governo della città-repubblica di Firenze nel primo Quattrocento’ (Vol. I: Politica e diritto publico, Biblioteca storica Toscana 20, Olschk Firenze, 1981). Ik zal dat hoofdstuk laten vertalen en bezorg je het wel eens. Met vriendelijke groeten, Marc Lemahieu
AAN: De heer Marc Lemahieu Beste Marc,
Maastricht, 10 augustus 2005
Uit jouw tweede e-mail van heden maak ik op, dat jouw kennis van het allervroegste Italiaanse schuttersgildenwezen wel eens veel verder zou kunnen reiken dan de mijne. Vandaar, dat ik - maar gelijk met de deur in huis vallende - jou de volgende vier vragen voorleg, die allemaal betrekking hebben op de ontstaansgeschiedenis van het schutterijwezen in Italië i.c. allemaal te maken hebben met de oprichting van de allereerste kruisbooggilden in Europa. 1) Zijn volgens jou óók in Italië - net als in Vlaanderen - de vroegste kruisbooggilden (mede) ontstaan uit het stads- of gemeenteleger, beter nog: uit het fenomeen stadssoldaten? 2) Geschiedde in Italië de toetreding tot een schuttersgilde vóór en na 1500 principieel op basis van vrijwilligheid? Zo ja, kon er misschien hier en daar incidenteel toch sprake zijn van verplicht lidmaatschap? 3) Zijn eveneens op het Apennijns schiereiland de vroegste kruisbooggilden pas na het jaar 1200 ontstaan? [Volgens jouw boek - anders dan bij Reintges 1963 - ontstonden ze in Kroonvlaanderen zelfs na 1300!]. 4) Is jou iets bekend, in welke Italiaanse steden het eerst kruisbooggilden ontstonden? En is er in dat verband nog een chronologisch onderscheid te maken tussen de verschillende Italiaanse gebiedsdelen? Het boek van prof. dr. J. F. Verbruggen was - via de vermelding bij Reintges 1963, blz. 29 en diverse voetnoten elders - mij reeds bekend. De volledige boektitel bij Verbruggen luidt: De krijgskunst in West-Europa in de Middeleeuwen; IXe tot begin XIVe eeuw. Van deze publicatie verscheen in 2000 een (thans nog bij de boekhandel te verkrijgen) Engelse vertaling. Daar ik gemerkt heb dat ‘Verbruggen’ een niet onbelangrijke bron geweest is voor de totstandkoming van jouw eigen boek over het ontstaan van de schuttersgilden, zal ik je binnenkort mijn commentaar geven op Verbruggens publicatie. Iets van commentaar (kritiek) klinkt zo meteen al door in mijn uiterst summiere beschrijving van de hoog- en laatmiddeleeuwse stadsleger(tje)s. Jouw mededelingen over Genua (1098), de geperfectioneerde kruisboog van de Buggiose bisschop Ubaldo Baldassini (1151) en Italiaanse kruisboogschutters in Normandië (1180) lijken mijn ‘Italiaanse (hypo)these’ eerder te bevestigen dan te ondermijnen. Zo ook - jou bekend? - de berichtgeving bij Frans Geens - helaas zonder exacte bronvermelding - over vendelende ‘schutterscompagnies’ (sic) in de Italiaanse stad Siena (reeds anno 1147?); zie F.Geens e.a.: Het Vliegende Vendel, Schoten 1984, blz. 119-120. Was het gemeenteleger destijds wel per definitie opgedeeld in stadswijken? M.i. werd elke op volle sterkte gebrachte gemeentelijke krijgsmacht tijdens de Hoge en Late Middeleeuwen (1000-1300 resp. 1300-1500) geformeerd uit militairen (beroepsleger!) en bevolking (militie!), te specificeren als: 1) schaarwachten = gewapende (wijk)wachten [militie]; 2) (niet-wijkgerichte!) gewapende ambachtsgilden [militie]; 3) (al dan niet ingehuurde) hulp vanbuiten, incl. edellieden en ridders; 4) het latere korps stadssoldaten, doch alléén present in de grote steden zoals bijv. te Aken (1240 - vóór 1466: Herschütten!); 5) de nóg latere schutterijen alias schuttersgilden, in de meeste (!) steden niet (!) wijkgericht [militie]. De in stedelijke overheidsdienst zijnde soldeniers (waaronder torenwachters en veldschutters) zullen wel t.b.v. stad en vrijheid [= hier: naaste of onderhorig ommeland van de stad] alle ‘thuisgebleven’ zijn wanneer het gemeenteleger erop uittrok. Natuurlijk zat er toentertijd (evenals nadien gedurende het Ancien Régime, ca.1500 - ca.1789) een evolutie in de wijze van samenstelling van het gemeenteleger en zal die samenstelling - o.a. vanwege voorgaand punt 4 - van stad tot stad en van land tot land in mindere dan wel meerdere mate verschillend geweest zijn. Een dezer dagen stuur ik je mijn artikel over Aken (SB 4, blz. 116-126). In dat artikel, meer speciaal blz. 116-119, heb ik het o.m. over de relatie Italië - Aken en over de zojuist genoemde Herschütten [= mijns inziens: Heerschützen = legerschutters = hier: stadssoldaten!]. Zou - parallel aan Vlaanderen - niet in navolging van Italie de eerste Aker kruisbooggilde mede zijn ontstaan uit het fenomeen stadssoldaten? De Italiaanse auteur G.Guidi was mij volslagen onbekend. Met belangstelling zie ik dan ook de toezending van het door jou bedoelde deel van diens boek in vertaling tegemoet. Alvast mijn dank voor die toezending! Met vriendelijke groeten, Alfred Disch ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Schuttersbrief - nummer 34 20 augustus 2005 595
10
MEDEDELINGEN Vervolg op SB 32, blz. 568
------
MEDEDELING 43 (inzake koningschieten gemeente Lingewaard, Gelderland) Op 21 augustus vindt voor het eerst het ‘Lingewaard Koningschieten’ plaats en wel te Doornenburg. Hieraan nemen de vier schutterijen en gilden van de gemeente Lingewaard deel. En dat zijn: St.-Bavo uit Angeren, St.-Sebastianus uit Gendt, St.-Gangulphus en St.-Laurentius uit Huissen alsmede organisator Gijsbrecht van Aemstel uit Doornenburg. De 80 koningen en oud-koningen van deze schutterijen en schuttersgilden strijden om de titel ‘Lingewaard Koning’. Wilt U een gokje wagen wie de eerste Lingewaard Koning zal worden, bezoek dan onze website (www.schutterijdoornenburg.nl/lkgok/koning.htm) en maak Uw keuze kenbaar! Er zijn leuke prijzen te winnen. Het programma van deze dag kan door geïnteresseerden worden gedownload via www.schutterijdoornenburg.nl/downloads/programmalks.pdf (4Mb).
------
MEDEDELING 44 (inzake schuttersaandenkens) [Afbeeldingen volgen in een latere SB-aflevering] Weert (Lb.), maandag 25 juli 2005. Geachte Heer Disch, Graag wil ik Uw aandacht voor het volgende. Zoals U weet, heeft onze vereniging op 29 mei haar 525-jarig bestaansfeest groots gevierd. Het was een uitzonderlijk geslaagde dag waarbij een compleet middeleeuws attractiepark was gesitueerd in het centrum van Weert. Ridderspelen, middeleeuwse beroepen en markten, middeleeuwse muziek, eten, kampementen etc. etc. En het weer was zeldzaam goed. ruim 30.000 tevreden bezoekers. Bij gelegenheid van dit feest is een historisch boekwerk uitgegeven: Onder één banier. Een geschiedenis van de stadsschutten van Weert, onder redactie van Wiel Nouwen en stadsarchivaris dr. Jos Wassink. Het geheel is in fullcolour uitgevoerd, op speciaal papier gezet en in harde omslag gebonden. Prijs: € 24,95; verzendkosten: € 5,50. [Noot van de SB-redactie: voor een recensie zie SB 33, blz. 584]. Daarnaast is een naslag van een oude Weerter munt aangemaakt door de Rijksmunt in Utrecht. De afbeelding is de brûlé, in de 14de eeuw geslagen en uitgegeven in Weert door de graven van Horn. Uitgaven in straatkwaliteit koper/nikkel (€ 2,-), proofkwaliteit (€ 8,-), zilver ( € 30,-) en goud (€ 350,-). Nog in beperkte mate verkrijgbaar zijn handgemaakte hardgebakken, geglazuurde stenen kruiken en pullen, met de wapeninscripte Anno 1480. Prijs: € 9,-. Een en ander is te bestellen via: Postbus 10004, 6000 GA Weert; e-mail: info@catharina1480.nl; website: www. catharina1480.nl of www.anno1480.nl. Bij afname van grotere aantallen is voor al deze zaken een stevige korting te geven. Sinte Catharina 1480 Weert, B.Adriaens, Deecken; 0495 - 55 20 33 of 06 - 53 40 70 03; fax: 0495 - 555 005.
------
MEDEDELING 45 (inzake schuttersfeest te Roggel) Schutterij en Drumband St.-Paulus te Roggel (Lb.) organiseert b.g.v. haar 50-jarig bestaan in het weekend 26-27-28 augustus een schuttersfeest, waaraan ook de uit Jochberg (Oostenrijk) afkomstige schutterij Oppacher Schützenkompanie, muziekvereniging Die Tradition Bergknapen en dansgroep D’Goabstoaner Plattler deelnemen. Programmaonderdelen zijn o.m.: receptie op vrijdagavond; jeugdactiviteiten en schietwedstrijden op zaterdag en zondag; optocht op zondagmiddag. Zie verder: www.schutterijdoornenburg.nl.
------
MEDEDELING 46 (inzake EGS-jubileumfeest te Mayen) Pro memorie. We hebben het al - maar uitvoeriger - bericht: te Mayen in het Eifelgebied viert de EGS op vrijdag 26 t/m zondag 28 augustus o.m. haar 50-jarig bestaan: zie de paginagrote artikels in SB 23, blz. 428, en SB 24, blz. 446. Voor het meest actuele nieuws zie www.schuetzentreffen2005.info.
------
MEDEDELING 47 (inzake tijdige aanlevering van kopij) Secretarissen en PR-functionarissen, Niet zelden ontvangen wij Uw kopij pas op het allerlaatste moment! In dergelijke gevallen dreigt Uw kopij (met illustratie) in het geheel niet te worden opgenomen of rigoureus te worden ingekort! Voorkomt dat s.v.p. door tijdig Uw kopij aan te leveren! Bij voorbaat dank voor Uw welwillende medewerking. De SB-redactie
------
MEDEDELING 48 (inzake SB in PDF) SB gaat weldra in PDF verschijnen. Zie SB 31, blz. 534, wat te doen voor een probleemloze PDF-ontvangst! --------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
596
20 augustus 2005
11
Schuttersbrief - nummer 34