SCHUTTERSBRIEF Onregelmatig maar frequent verschijnend e-magazine als ideeënbus, discussieforum, actieprogram en informatieblad voor het schutterijwezen in het Nederlandstalige gebied van de EGS Nummer 49 – Maastricht, maandag 10 juli 2006
REDACTIE Hoofdredacteur: Alfred Disch. Eindredacteur: Mathy Leunissen. Technisch en zakelijk adviseur: Jeroen Kaasenbrood (Compres Media System, Maastricht) --------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
INHOUDSOPGAVE Redactie, Inhoudsopgave en Internet……………………………………………………………blz. 831 Van de redactie (10). Ook ik ben gewoon maar een mens van vlees en bloed!… ……………..blz. 832 Pinbier. Ook: penbier, pynbier (1)……………………………………………………………..blz. 833 Schutters op pelgrimsreis (1). Medjugorje…………………………………………………blz. 834-838 De oorsprong van het Oud-Limburgs Schuttersfeest (1) Iets over de naam.............................................................................................................blz.839 Was het internationale schuttersfeest te Sittard in 1856 werkelijk het begin?……blz. 840-841 Schutterij St.-Salvius te Limbricht in NL-Limburg (1)………………………………………....blz. 842 Filatelie (2) Uitgifte van een kruisboogschutterszegel ……….…………………………………….blz. 843 Vervolg 1 Boogschieten, afgebeeld op postzegels ……………………….......................blz. 844-845 Het schutterswezen in poëzie en proza (2). Journalist D. Hans over de Rotterdamse D.D. Schutterij …………………………blz. 846-847 EST 2006: het Europees Schutterstreffen 2006 te Heeswijk, gemeente Bernheze (4)…………blz. 848 Vraag en antwoord (Afl. 17)…………………………………………………………………....blz. 849 Verschijning van de Schuttersbrief (22)......................................................................................blz. 850 Mededelingen (Afl. 26)…………………………………………………………………….blz. 851-852 Recensie (28). Publicatie over de St.-Barbaragilde te Oirschot (N.Br.). Schoolvoorbeeld hoe een historisch schutterijboek óók kan worden samengesteld bij wèl toereikende eigen bronnen…….……….blz. 853 Colofon en Redactieadres…..…………………………………………………………………..blz. 854 --------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
INTERNET De SB is ook te raadplegen op de EGS-website www.egs-schuetzen.com > Schuttersbrief --------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
© Copyright: SB-stichting (i.o.), Maastricht MMIV ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Schuttersbrief - nummer 49
10 juli 2006
1
831
VAN DE REDACTIE (10) Vervolg op SB 46, blz. 764
Ook ik ben gewoon maar een mens van vlees en bloed! Beste Schutters en Schuttersvrienden,
Maastricht, 10 juli 2006
Aan velen onder U zal het niet ontgaan zijn, dat er sinds 15 februari j.l. tot vandaag en dus gedurende maar liefst bijna vijf maanden géén Schuttersbrief verschenen is. Hoewel op de voorpagina van elk nummer uitdrukkelijk vermeld staat dat de SB een onregelmatig verschijnend e-magazine is, lieten niet weinigen onder U mij inmiddels per e-mail of anderszins bezorgd weten, dat het toch nooit de bedoeling kan zijn om de SB zo’n lange tijd niet te laten verschijnen. Een aantal onder U meldde bovendien het zéér te betreuren indien er aan de uitgave van de SB een (voortijdig) einde zou komen. Ik kan al degenen die zich zorgen hebben gemaakt over het uitblijven van de SB, thans enigermate geruststellen. Vlak vóór de eind februari / begin maart geplande uitgave van SB 49 heb ik een herseninfarct opgelopen waarvan ik thans enigszins hersteld ben. Als alles meezit (en veel wijst daarop), kan ik weer de draad oppakken en mijn hoofdredactionele werkzaamheden gaan vervolgen. Natuurlijk kan het voorval dat mij is overkomen, ook voor de SB niet zonder gevolgen blijven. Méér dan ooit ben ik erop gebrand om de maatregelen te treffen die het voortbestaan van de SB en dat van de daarmee samenhangende nevenactiviteiten (kunnen) waarborgen. In mijn eentje red ik het uiteraard niet. Daarom heb ik de hulp van anderen nodig. Grootste zorg op dit moment lijkt mij iemand te vinden die bereid is om als redacteur mee te doen en desgewenst à la minute tijdelijk of permanent de hoofdredactionele werkzaamheden van mij over te nemen. Mij kan immers - mede gelet op mijn leeftijd - elk moment wat overkomen: zie het voorbeeld twee alinea’s terug. En Mathy Leunissen, de huidige eindredacteur, steekt - nog afgezien van diens beroepsuitoefening - gedurende de hem gegeven vrije tijd reeds veel energie in ook allerlei àndere activiteiten binnen het kader van het schutterswezen. Overigens kan ik nu alvast meedelen, dat de SB-redactie zich verder heeft uitgebreid. Mevrouw Ans Moors, wonende te Genua, heeft zich namelijk bereid verklaard haar medewerking aan de SB te verlenen. Haar inzetbaarheid is temeer welkom, daar wij totnogtoe een redactrice voor het Italiaanse taalgebied ontbeerden. Hopelijk zullen spoedig eveneens ‘correspondenten’ voor - om maar de voornaamste EGS-taalgebieden te noemen - het Vlaams, het Duits, het Frans, het Engels en het Pools zich bij de SB-redactie aansluiten. Doordat SB 49 en de direct daaropvolgende SB-nummers niet volgens planning en dus niet op tijd konden verschijnen, is hun aanvankelijke opzet enigszins gewijzigd. Zo moest bijvoorbeeld een door mij aan de hand van persconferenties en perscommuniqués opgestelde vervolgreeks over het OLS 2006 te Stramproy jammer genoeg helemaal komen te vervallen, hoewel…er was in een eerdere SBeditie al iets over het OLS van dit jaar (eerste weekend van juli) bericht en er is in de huidige SBaflevering toch nog wat over zijn historie te lezen. Ook moest een aantal geplande berichten voor latere SB-nummers naar voren gehaald en bijgevolg in de definitieve versie van SB 49 geplaatst worden, wilden die berichten niet aan actualiteit inboeten. En dàt is dan weer ten koste gegaan van andere kopij waarvan plaatsing noodzakelijkerwijs pas in de komende nummers gaat volgen. Ik hoop, dat met name indieners van kopij daar begrip voor kunnen opbrengen. Aan allen die mij i.v.m. mijn ziekte en de SB een hart onder de riem hebben gestoken, zeg ik bij dezen mijn dank. De opbeurende woorden waren niet aan het verkeerde adres gericht. Af en toe een schouderklopje ontvangen doet ook mij goed. Want ook ik - U wist dit natuurlijk allang! - ben gewoon maar een mens van vlees en bloed. Met vriendelijke groeten, Alfred Disch ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
832
10 juli 2006
2
Schuttersbrief - nummer 49
PINBIER. OOK: PENBIER, PYNBIER (1) VAN: De Heer René Beyst, bibliothecaris van Heemkundige Kring Aartselaar Geachte Heer Alfred Disch,
Aartselaar (Antw.), 16 februari 2006
Kort geleden maakte iemand mij attent op het bestaan van een webstek waarop de Schuttersbrieven te vinden zijn [www.egs-schuetzen.com > Schuttersbrief]. Allereerst een bravo voor het genomen besluit en proficiat voor het dynamisme van Uw werking. Ik meen, als heemkundig vorser, een interessante vraag naar deskundig advies te kunnen stellen die volkomen in de opzet van de Schuttersbrief past. Zeker zonder meer begeesterend voor diegenen die zich bezighouden met het geschiedkundig onderzoek naar de aloude gewoonten en gebruiken in schuttersgilden of voor de liefhebbers van paleografie die zich bezighouden met het lezen van oude archiefdocumenten uit de wereld van de schuttersgilden. Maar uiteraard ook boeiend voor alle schutters en hun sympathisanten, die houden van historische traditie. Momenteel bestudeer ik de rekeningen uit de 18de eeuw van de jonge en de oude handbooggilde uit Aartselaar (in de provincie Antwerpen en wel ten zuiden van de stad Antwerpen.). Regelmatig komt volgende post voor in de rekeningen in de aard van: betaelt aan pinbier (ook geschreven als pynbier) voor 7 vaten... 2 Gu 2 St. De prijs, hiervoor aangerekend aan de gilde, lijkt dus (zo’n 70 jaar lang) overeen te komen met zo’n 6 stuiver per vat. Soortgelijke items komen voor in Berchemse schuttersrekeningen (Antwerpen-oost). Op andere plaatsen is er sprake van penbier (omgeving Turnhout). Uiteraard variëren het aantal (verbruikte) vaten en bijgevolg ook de kosten al eens. Weet iemand wat dit begrip juist inhield? Waar staat pen-, pin-, of pynbier exact voor? En waarom diende er telkens door de gilde voor betaald te worden, blijkbaar per (verbruikt) vat? Met dank bij voorbaat voor opname in Uw uitermate interessante Schuttersbrief en in de hoop op één of enkele reacties, verblijf ik inmiddels, met heemkundige schuttersgroeten, René Beyst
AAN: De Heer René Beyst Geachte Heer René Beyst,
Maastricht, 16 februari 2006
Het antwoord op Uw vraag is eigenlijk vrij simpel. De woorden ‘pin’, ‘pyn’ en ‘pen’ (evenals: ‘peen’, ‘pein’ en ‘peyne’) zijn niets anders dan verbasteringen van ‘pene’, dat ‘boete’ of ‘straf’ betekent. Confer: Middelnedelandsch handwoordenboek door J. Verdam. Onveranderde herdruk en van het woord sterne af opnieuw bewerkt door C.H. Ebbinge Wubben, ’s-Gravenhage 1964, blz. 462, trefwoord (lemma) Pene. In menige oude caerte [= kaart = schuttersreglement] zult U bij de vermelding van een verbod of gebod de sanctiemaatregel tegenkomen: ‘op pene van’ [= op straffe van], gevolgd door de bepaling waaruit de straf of boete bestond Niet zelden was de boete of straf een betaling in natura [= in goederen], bijvoorbeeld: een zekere hoeveelheid bier, derhalve ‘pinbier’ genoemd! Pinbier, penbier of pynbier betekent dus letterlijk boetebier. Verstrekte de gestrafte schutter de opgelegde hoeveelheid pinbier onmiddellijk aan zijn medeschutters, dan was daarmee de zaak meteen afgewikkeld; er hoefde dan géén melding ervan in het kasboek van de vereniging gemaakt te worden. Gebeurde de inning van het geoormerkte boetegeld en/of de aanwending van het geïnde boetegeld pas (veel) later, dan had de penningmeester van de schuttersgilde zich te verantwoorden; de neerslag daarvan vinden we dan ook niet zelden terug in de bewaard gebleven kasboeken, zoals gij, beste René Beyst, zelf hebt kunnen vaststellen. Met vriendelijke groeten, Alfred Disch ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Schuttersbrief - nummer 49
10 juli 2006
3
833
SCHUTTERS OP PELGRIMSREIS (1) Medjugorje AAN: De Heer T.P.H. (Rudo) Franken, pastoor van de drie r.k. parochies in de gemeente Mook en Middelaar (Lb.), auteur van het boek Een reis naar Medjugorje (Venlo-Antwerpen aug. 1999; 2de druk: juni 2000), hoofdredacteur van het kwartaalblad AVÉ - nieuwsbrief over Actuele Verschijningen, tevens hoofdredacteur van de internetsite www.stichtingvaak.nl Maastricht, 28 februari 2006 Zeereerwaarde Heer Franken, Bij dezen stuur ik U het artikel Pelgrimsreis in september 2006 (door René van Hal namens Stichting Pelgrimage) uit de rubriek Ingezonden van het NBFS-kwartaalblad De Gildetrom (jaargang 52 - aflevering 4, december 2005, blz. 121). In dat artikel wordt een pelgrimage voor schuttersgilden naar Medjugorje in september van dit jaar aangekondigd. Naar aanleiding van het voormelde artikel ontving ik diverse reacties van schutters en schuttersvrienden uit Nederland en Vlaams België met vragen en commentaren, die - samengevat en door mij een beetje gerubriceerd - hierop neerkomen: 1) is het wel verstandig om deel te nemen aan een pelgrimage naar Medjugorje?; worden dit soort pelgrimages eigenlijk niet door de Kerk zelf verboden dan wel ontraden?; 2) wat is inzake ‘Medjugorje’ het officiële standpunt van de Kerk, van de betreffende Bisschoppenconferentie en van de lokale bisschop?; 3) zijn katholieken verplicht te geloven in door de Kerk erkende verschijningen en in door de Kerk erkende wonderen?; 4) klopt het, dat de parochiekerk van Medjugorje - zoals in het bewuste artikel beweerd wordt - de status van basiliek heeft?; en, zo ja, houdt dàt dan niet al een directe of indirecte vorm van officiële erkenning in van verschijningen en wonderen in Medjugorje? Zoudt U zo vriendelijk willen zijn om vorenstaande vragen te beantwoorden en gaat U ermee akkoord dat ik Uw beantwoording publiceer in het internationale e-magazine Schuttersbrief? Om U enige indruk te geven van wat de Schuttersbrief (doorgaans afgekort tot SB) voorstelt, doe ik U een nummer van dit digitale schuttersblad bijgaand toekomen. De SB wordt gelezen door zo'n 30.000 à 40.000 schutters en schuttersvrienden in Nederland, Vlaams België en elders in Europa. De afkorting EGS staat voor: Europese Gemeenschap van historische Schuttersgilden. Wat mij betreft, mag U de door schutters(vrienden) gestelde vragen zo uitgebreid beantwoorden als U wilt, desgewenst in afleveringen (met een of meer illustraties). Met Uw reactie, waarom ik U vriendelijk verzoek (gelet op Uw deskundigheid terzake), wil ik in de SB een speciale rubriek openen onder de titel Schutters op pelgrimsreis. Mijn volledige adresgegevens vindt U op de laatste bladzijde van elk SB-nummer. Voor de door U te nemen moeite zeg ik U bij voorbaat dank. Met vriendelijke groeten, Alfred Disch. -----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------834
10 juli 2006
4
Schuttersbrief - nummer 49
VAN: De Heer Rudo Franken
Een reactie op ‘Pelgrimsreis in september 2006’ zoals deze gepubliceerd staat in De Gildetrom. Driemaandelijks tijdschrift over de NoordBrabantse Schuttersgilden, jaargang 52 - aflevering 4, 2005, blz. 121 Geachte Heer Disch,
Mook (Lb.), 28 februari 2006
Als parochiepriester van het bisdom Roermond en als geboren Eindhovenaar (1961) weet ik me zeer verbonden met Schutterij en Gilde. U verdient alle lof vanwege het beleven en het doorgeven van deze rijke tradities. In Heythuysen, Weert, Roggel en Neer en nu in Mook en Middelaar heb ik daar de nodige positieve ervaring mee opgedaan. Het is zeer verheugend in Uw blad te lezen, dat U in deze tijd aandacht schenkt aan pelgrimage. Met pelgrimage heb ik heel positieve ervaringen. Zelf organiseer ik ook bedevaarten, elk jaar één: Israël, Lourdes, Fatima (Portugal), Rome, Polen. Dit jaar naar Engeland-Ierland. Dit even ter introductie. Pelgrimage is mij niet vreemd. Het is een geweldig bindmiddel en een mogelijkheid tot verdieping en bezinning. Ik kan U vertellen, dat ook Medjugorje op mijn weg is gekomen. Een bedevaart daar naar toe had ik altijd afgehouden, aangezien ik wist dat de plaatselijke bisschop (van Mostar) en de bisschoppenconferentie van voormalig Joegoslavië een negatief oordeel hebben gegeven over de ‘verschijningen’. Door bijzondere omstandigheden ben ik daar in 1998 toch terechtgekomen. Ik had me er goed op voorbereid, heel veel gelezen, allereerst boeken ten gunste van de ‘verschijningen’, want deze lagen voor het oprapen. Ik kwam hierbij veel merkwaardige dingen tegen en ook tegenspraken. Ik ging het voor mezelf op een rijtje zetten en langzaam begon een boek te groeien. Later kon ik ook kritische boeken bemachtigen, waarin ik mijn mening zag bevestigd. In oktober 1998 heb ik tijdens een bedevaart van een week helaas moeten vaststellen, dat mensen in Medjugorje massaal om de tuin geleid worden door franciscanen die daar al dan niet legaal verblijven en werken, en door de ‘zieners’. Ik hield het niet voor mogelijk, dat mensen daar intrappen. Voor mij ligt het bedrog er dik bovenop. Alhoewel, er zijn de zovele vruchten die Medjugorje voortbrengt. Hier wordt steeds mee geschermd om de echtheid van de ‘verschijningen’ te bewijzen: als de vruchten goed zijn, is ook de boom goed. Ja, natuurlijk. Maar zijn het allemaal goede vruchten? Bidden en biechten en naar de Mis gaan, dat is allemaal goed, evenals de vele roepingen en bekeringen. Maar… er is een keerzijde: aperte leugens van de ‘zieners’, ongehoorzaamheid van een aantal franciscanen, de plaatselijke bisschop die door hen verguisd wordt en buiten spel gezet ten gunste van een door henzelf aangewezen ‘bisschop’ die helemaal geen bisschop is, ongeldige vormsels toedient in plaats van de bisschop van Mostar (die niet welkom is) en heiligschennende ‘Missen’ opdraagt. Waar hun eigen generale overste hun plannen doorkruist, negeren zij hem volledig en vervolgen zij wederrechtelijk hun weg. Er is niemand die hen kan stoppen, althans tot op dit moment: vanwege de massale aanhang. Goede vruchten? Ja, voor het oog en zolang het bedrog niet aan het licht komt. In feite is er met de pseudo-bisschop en ongehoorzame franciscanen al sprake van een schisma. En waar zijn de goede vruchten dan? Dit en nog veel meer kunt U lezen in mijn boek Een reis naar Medjugorje (1999) en in de AVÉ-nieuwsbrieven die wij als stichting VAAK (Verschijningen, Actualiteit, Authenticiteit en Keerzijde) sinds 2001 uitgeven en die U alle kunt lezen op www.stichtingvaak.nl. Desgewenst sturen wij U graag ons gratis blad toe. Ik zei: Tot op dít moment kan niemand hen stoppen. Het tij zal keren. We hebben het onlangs gezien met de zogenaamde verschijningen te Amsterdam van ‘De Vrouwe van alle volkeren’. De paus zelf heeft er nu heel tactisch een stokje voor gestoken (zie AVÉ-nieuwsbrief van augustus 2005). Tactiek is geboden, want vele pelgrims die naar niet-authentieke ‘verschijningsplaatsen’ gaan, hebben de echtheid van deze ‘verschijning’ veel hoger in het vaandel dan de eeuwenoude en door de eeuwen heen beproefde geloofsbelijdenis. Menigeen is zelfs zo fanatiek dat aan die niet-authentieke verschijning zelfs de redding van de wereld wordt gekoppeld. Onvoorstelbaar. Zelfs bij door de Kerk erkende Verschijningen is het niet zo, dat deze als te geloven worden voorgehouden. Men is vrij om erin te Schuttersbrief - nummer 49
10 juli 2006
5
835
geloven of niet. Met betrekking tot o.a. Medjugorje en Amsterdam gunnen vele voorstanders ons deze vrijheid niet, terwijl het bevoegde kerkelijke gezag er z’n negatieve oordeel over heeft uitgesproken. Meer nog, zij gaan uit van het verplichtende karakter van deze ‘verschijningen’ en ‘boodschappen’, ook voor ‘nieuwelingen’. Anders ben je in hun ogen echt niet katholiek. Dit vind ik persoonlijk een zeer gevaarlijke ontwikkeling. De parochiekerk van Medjugorje wordt ook wel een basiliek genoemd. Dat is deze kerk zeker niet. Ook deze vermeende titel wordt in de strijd gegooid om mensen te laten geloven, dat de ‘verschijningen’ en ‘boodschappen’ erkend zijn door de Kerk. Medjugorje is officieel ook geen bedevaartplaats. De bisschoppen van voormalig Joegoslavië hebben in 1991 verklaard, dat ze niets bovennatuurlijks hebben kunnen vaststellen met betrekking tot de beweerde verschijningen en boodschappen (helemaal niets in tien jaar tijd!), maar hebben ook verklaard dat mensen die daar naar toe gaan, pastoraal begeleid moeten worden. Dit werd door de propaganda meteen uitgelegd als een erkenning van Medjugorje als bedevaartplaats. Zo wordt er constant gemanipuleerd. Bedevaarten naar Medjugorje die uitgaan van de authenticiteit ervan, zijn vanwege de Kerk verboden. De propaganda ‘vertaalt’ dit met ‘Officiële bedevaarten zijn verboden, privé-bedevaarten zijn toegestaan’ en suggereert dat alle bedevaarten privé-bedevaarten zijn, aangezien ze niet door een bisschop worden geleid. Helemaal fout en vals: geen enkele bedevaart is toegestaan die uitgaat van de authenticiteit van ‘Medjugorje’, ook al ga ik alleen in m’n uppie. Feitelijk komt het erop neer, dat bijna iedereen daar op verboden terrein is. Er zijn maar weinigen die het nodige (katholieke) voorbehoud maken ten aanzien van deze ‘verschijningen’ en ‘boodschappen’. Al met al lijkt het mij geen goede zaak te zijn om vanuit de Stichting Pelgrimage voor Gilden een bedevaart te organiseren naar Medjugorje. Er is in principe nog tijd genoeg om de route te verleggen naar een authentieke bedevaartplaats. Bovendien kan het de Gilden een hoop leed besparen, want Medjugorje werkt echt als een splijtzwam. Een dergelijk fanatisme bespeur ik niet in authentieke verschijningsplaatsen: ook al is daar vanwege de Kerk een erkenning, toch wordt aan mensen de vrijheid en de ruimte gelaten. Uiteraard ben ik bereid om nog dieper in te gaan op specifieke vragen. Maar U zult een heel goed beeld krijgen van de complexe situatie als U zich de moeite neemt om mijn boek te lezen, de tweede druk (juni 2000), waarin als bloemlezing ook nog de zeer gevarieerde reacties op de eerste druk zijn opgenomen en enkele zeer boeiende toespraken. Pastoor Rudo Franken -----Noot van de SB-redactie. Het door pastoor R. Franken geschreven boekwerkje ‘Een reis naar Medjugorge. Bedenkingen ten aanzien van de verschijningen’ (Tweede en vermeerderde druk: met korte inleidingen van kardinaal Simonis, aartsbisschop van Utrecht, en van Ratko Perić, bisschop van Mostar; 136 bladzijden met foto, kaartje en situatietekening; pocketformaat; uitgeverij Van Spijk BV; Venlo-Antwerpen juni 2000; ISBN 90 6216 313 0) kost voor Nederland € 9,- en voor België € 10,- (inclusief porti) en is tevens in het Duits en Engels verkrijgbaar. Te bestellen op het navolgende adres: T.P.H. Franken, De Hove 1, 6585 AN Mook; telefoon: 024 - 696 13 90; e-mail: rudo.franken@hetnet.nl; bankrekeningnummer: 12 22 03 216 m.v.v. ‘Boek Medjugorje’. A.D.
De St.-Jakobskerk te Medjugorje
Bron: www.medjugorjephotos.com/photos.asp
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------836
10 juli 2006
6
Schuttersbrief - nummer 49
VAN: De Heer R.H.M. (René) van Hal, ouderman [= voorzitter] van Groot Gaesbeeker Gilde (GGG) alias St.-Aechtengilde te Soest, voorzitter van Stichting Pelgrimage, auteur van het Gildetrom-artikel Pelgrimsreis in september 2006
Een weerwoord Soest (prov. Utrecht), 28 februari 2006 Beste Alfred, Ik maak graag van de gelegenheid gebruik om even al op persoonlijke titel te reageren op bovenstaande correspondentie. Een meer officiële reactie vanuit de Stichting Pelgrimage zal ik op me nemen en zal ik binnenkort aanbieden. Als schrijver van het artikel in De Gildetrom voel ik mij uitgedaagd te reageren. Van jongs af aan ben ik als vrijwilliger actief betrokken bij verschillende activiteiten in de katholieke gemeenschap van Soest en daarbuiten. Ook als lid van het gildebestuur van het Groot Gaesbeeker Gilde probeer ik al meer dan 20 jaar op een actieve wijze invulling te geven aan de relatie tussen gilde en katholieke gemeenschap en het behouden van de identiteit van het gilde in een multiculturele samenleving. Onze relatie met andere geloofsgemeenschappen is zeer goed en vanuit het gilde wordt op een eigen bijzondere en door allen zeer gewaardeerde manier een bijdrage geleverd aan oecumenische vieringen die door de plaatselijke Raad van Kerken worden georganiseerd. Toen in 1989 voor de eerste maal vanuit de gilden een reis naar Lourdes werd georganiseerd, ben ikzelf een van de initiatiefnemers geweest om ook vanuit Soest gildeleden en parochianen te interesseren in een deelname. Dat lukte. Zo’n 90 personen gingen uit Soest mee: dus 2 bussen, waarbij tijdens de reis bijzondere aandacht was voor meditatie en de meerwaarde om in een groep op pad te gaan en het leven voor verschillende dagen in de meest brede zin van de betekenis met elkaar te delen. Er was persoonlijke aandacht voor lief en leed. In 1990 werd met 150 personen deelgenomen aan een zelf georganiseerde pelgrimage naar Rome, alwaar actief werd deelgenomen aan de afsluiting van het Willibrordjaar. Wederom werd een dergelijke opzet van een pelgrimage met aandacht voor meditatieve momenten, bezoek van cultuurhistorische plaatsen en het groepsproces zeer op prijs gesteld. Vanaf 1994 werd aangesloten als deelnemers bij de door de Stichting Pelgrimage georganiseerde pelgrimages, alhoewel in 1998 tussendoor nog een eigen extra reis naar Lourdes werd georganiseerd tezamen met de plaatselijke KVG en KBO. Zo werden bezoeken gebracht aan Santiago de Compostella, Fatima, Ierland en Rome. Telkens was het vanuit Soest mogelijk om met twee of soms zelfs drie bussen vol pelgrims te vertrekken. Vanaf 1997 ben ik zelf lid geworden van het bestuur van de Stichting Pelgrimage en ben daardoor rechtstreeks betrokken geraakt bij de organisatie van de pelgrimages. Zoals ook in onze informatiefolders wordt aangegeven, zoeken wij bij de organisatie van de pelgrimages een evenwicht tussen een pelgrimsreis met een christelijke grondslag, een cultuurreis waarin de mooie plekjes van de schepping worden bezocht en een sfeer tussen en onder de deelnemers van respect, geborgenheid maar ook gezelligheid. Naast gezamenlijk optrekken is er bovendien voldoende ruimte voor eigen beleving. Ons doel is dan ook dat de mensen die meegaan er wat van meenemen, dat er inspiratie vanuit gaat zowel naar de deelnemers als achteraf naar de omgeving waarin wij leven. Wat ikzelf zo bijzonder vind, is dat ook mensen van buiten onze gemeenschap (uit Amsterdam, Utrecht e.a.) inmiddels zo enthousiast zijn geworden dat ze zich bij een nieuwe pelgrimage weer inschrijven en vanuit Soest willen vertrekken. Wat ik hiermee wil zeggen is dat ik het zelf belangrijk vind om in de totale reis en het groepsproces te investeren en dat het doel zelf soms wat afhangt van toevalligheden (bijvoorbeeld het Heilig Jaar met Rome als einddoel; de inspiratiemogelijkheden van Ierland met Sint-Patrick). Zo is de keuze van Medjugorje mede bepaald doordat deze plaats in de belangstelling stond bij enkele parochies en daardoor op het evaluatieformulier stond van de laatste reis en breed werd ondersteund door de deelnemers aan de Ierlandreis. ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Schuttersbrief - nummer 49
10 juli 2006
7
837
Dan nu een meer inhoudelijke reactie op de achtergronden van Medjugorje. De organisatie, dus ook ikzelf, was op de hoogte van het feit dat Medjugorje (nog niet) is erkend als bedevaartsoord. Wij hebben hier ook geen geheim van gemaakt, zowel niet op de informatieavonden als evenmin in de folder en in het artikel van De Gildetrom. Ook in het informatieboekje zullen wij hier ruimschoots op ingaan. Wat voor ons heel belangrijk was, dat Medjugorje in een gebied ligt dat nog niet veel is bezocht vanuit Nederland, dat in opbouw is na de oorlog die daar in alle hevigheid heeft plaatsgevonden en dat er vele miljoenen pelgrims inmiddels zijn bijeengekomen. Het is een centrum waar ook vele culturen samenkomen. Dat hebben wij op onze voorreis ook mogen meemaken. Ook daar zie je, dat de kerk elkaar kan binden en verbinden. Juist binding / verbondenheid, inspiratie maar ook spiritualiteit zijn de kracht van een pelgrimsreis. Dat past naadloos op de doelstellingen van de gilden en schutterijen met al hun verschillen, maar juist ook hun overeenkomsten in presentatie en symboliek. De discussie over de ‘echtheid / authenticiteit’ van de verschijningen, de wonderen en/of boodschappen waren voor ons hieraan wat ondergeschikt. We waren wel op zoek naar een plaats waar we ons laten inspireren door de spiritualiteit rondom Maria. We zoeken niet de Maria van de verschijningen, maar de Maria die vrede wil stichten tussen de mensen. En dat is iets wat we op die plek willen beleven met elkaar. We spreken dan ook over een pelgrimsreis door Midden-Europa met een bezoek aan Medjugorje alwaar de gilden / schutterijen zich zullen presenteren op hun eigen wijze. Medjugorje zien we als een plaats van samenkomst waar de vermeende afstand tussen God en onze wereld als klein kan worden ervaren. Dit alles gebeurt in samenwerking met priesters die met ons meereizen. Dat houdt ook in, dat wij onze eigen cultuur meenemen en op onze eigen wijze stilstaan bij de persoon Maria en de algemene wens om te streven naar vrede in de wereld. We willen ons niet laten meeslepen door het welles-nietesspel dat daar mogelijk gespeeld wordt. We gaan als pelgrims, als gilden onze eigen weg: samen feestelijk vieren dat God in Maria de wereld nog steeds opzoekt en ons uitnodigt vredestichters te zijn (aansluitend op onze functie van beschermen / beschutten). Dat doen we in gebed, gelegenheid tot stilte, meditatie en ingetogen eucharistievieringen. Deze spiritualiteit sluit volgens mij naadloos aan op de overdenkingen van Henri J.M. Nouwen in zijn boek Pelgrimage. Zoektocht naar een spirituele manier van leven. Tijdens de reis zullen wij ook in Bad Neuenahr en Bamberg gezamenlijk een eucharistieviering organiseren, waarbij de christelijke boodschap centraal staat. Elke dag zijn er meditatieve momenten in het programma opgenomen met samen bidden, samen genieten van stilte om ons heen om even onszelf te kunnen zijn. Wat mij betreft worden de deelnemers aan de reis dan ook niet rechtstreeks geconfronteerd met alle discussies die in de correspondentie worden genoemd. Alleen de echt ingewijden zullen die achtergronden weten. Wat betreft de vermelding dat de viering in de plaatselijke basiliek plaatsvindt, dat wil ik graag corrigeren. Dat heb ik dan ten onrechte gebruikt in mijn artikel in De Gildetrom. Ik zal voortaan spreken over de plaatselijke kerk, gewijd aan St.-Jacobus. Ik kwam de benaming misschien wel per ongeluk tegen in een folder en heb deze klakkeloos overgenomen. Zoals al eerder aangegeven zal ik de correspondentie ter kennis brengen van het bestuur van de Stichting Pelgrimage en van daaruit een reactie geven. Wij hebben al eerder uitvoerig stilgestaan bij het ontbreken van een officiële erkenning, maar dit ondergeschikt laten zijn aan de algemene doelstelling van onze pelgrimages en de persoonlijke gedachten zoals ook hiervoor al aan het papier toevertrouwd. René van Hal -----Noot van de SB-redactie. Voor meer informatie over de Soester schuttersgilde en over Stichting Pelgrimage zie de webstek www.gildesoest.nl > Pelgrimage. Confer ook SB 22 (blz. 413-414), SB 23 (blz. 434) en SB 30 (blz. 529-530). A.D.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
838
10 juli 2006
8
Schuttersbrief - nummer 49
DE OORSPRONG VAN HET OUD-LIMBURGS SCHUTTERSFEEST (1) Iets over de naam VAN: De Heer Peter Korten, voorzitter van de schutterij St.-Barbara te Tungelroy (Lb.), auteur van diverse publicaties over het schutterijwezen Geachte Heer Disch,
Molenbeersel (Belg.Lb.), 15 maart 2006
In 1906 werd een groot internationaal schuttersfeest georganiseerd in Buggenum. Dit schuttersfeest werd door het organisatiecomité en in de pers het Oud-Limburgs Schuttersfeest genoemd. (zie het degelijk artikel van Wim Pijpers in het Limburgs Schutterstijdschrift, nr. 12, pagina 9-10). Het is echter onbekend of eerdere jaargangen van dit schuttersfeest in de volksmond al de naam OudLimburgs Schuttersfeest meedroegen. We kunnen namelijk met dit bijzonder schuttersfeest teruggaan tot de jaren 70 van de 19de eeuw (winnaar dit jaar, organisator volgend jaar). Laten we als schutters onder elkaar eens afspreken, dat we deze feiten goed communiceren. Dus het OLS 2006 Stramproy is NIET het 100ste OLS. Het OLS 2006 Strampoy is het 90ste schuttersfeest dat de NAAM OLS draagt. In 2006 is het honderd jaar geleden dat de NAAM ‘Oud Limburgs Schuttersfeest’ voor het eerst officieel werd gebruikt. Laten we als Limburgs schutterswezen trots gaan op de meer dan 120 edities van dit schitterende evenement, dat teruggaat tot in de 19de eeuw! En laten we dit met z'n allen ‘tegooj’ communiceren naar degenen die het horen en lezen willen. Of nog beter naar degenen die aanwezig zijn op het OLS 2006 te Stramproy; ‘Raaktj Um tegooj in Rooj’. Het is overigens dit jaar wel 15 jaar geleden dat in Kelpen-Oler ‘de Um’ voor het eerst werd uitgereikt. Met vriendelijke schuttersgroet, Peter Korten
AAN: De Heer Peter Korten Geachte Heer Korten,
Maastricht, 15 maart 2006
Beweert dan iemand, dat het OLS 2006 Stramproy het 100ste OLS zou zijn? Zo ja, wie dan wel en waar en wanneer werd die mening verkondigd? Met vriendelijke groeten, Alfred Disch.
VAN: De Heer Peter Korten Geachte Heer Disch,
Molenbeersel, 15 maart 2006
De OLS-president drukte zich in deze ongelukkig uit (afgelopen maandag tijdens de loting). Achteraf bleek dat hij het wel wist, maar het niet juist had verwoord. Ook journalisten en verslaggevers hebben in het verleden vaak het OLS in Buggenum als eerste OLS aangemerkt. Terwijl al in de jaren tachtig van de 19de eeuw in de pers sprake was van ‘het schuttersfeest der Limburgsche plattelandsschutterijen’. Zo wordt er ook nog steeds beweerd, dat vanaf 1927 met zestallen op het OLS werd geschoten. Volgens mij werd in 1930 op het OLS te Obbicht (Lb.) met drietallen geschoten. Dit feest was aanleiding tot de oprichting van de voorloper van de huidige Oud-Limburgse Schuttersfederatie. Met vriendelijke groet, Peter Korten
AAN: De Heer Peter Korten Geachte Heer Korsten,
Maastricht, 15 maart 2006
En wie nòg mocht twijfelen aan het 100-jarige bestaan van de naam (!) ‘Oud-Limburgs Schuttersfeest’ leze het artikel ‘100 Jaar naam Oud-Limburgs Schuttersfeest (OLS)’ van Wim Pijpers in het juist vandaag verschenen nummer 70 van het Limburgse Schutterstijdschrift, jaargang 18 - maart 2006, blz. 7-9. Met vriendelijke groeten, Alfred Disch
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Schuttersbrief - nummer 49 10 juli 2006 839 9
Was het internationale schuttersfeest te Sittard in 1856 werkelijk het begin? AAN: De Heer Thimo Zegers, vaandrig van de Stadsschutterij St.-Rosa te Sittard (Lb.), mederedacteur van de OLS-website Beste Thimo,
Maastricht, 9 april 2006
In jouw e-mail van gisteren [zie hieronder op blz. 851] meld je min of meer terloops, dat het dit jaar 150 jaar geleden is dat op de Kollenberg te Sittard het eerste schuttersfeest van de moderne tijd - als voorloper van het huidige Oud-Limburgs Schuttersfeest - plaatsvond (1856). Hoe moeten we dat verstaan? Mij zijn heel wat publicaties (waaronder doctoraalscripties) bekend die gaan over de geschiedenis van het Oud-Limburgs Schuttersfeest, vaak afgekort tot ‘het OLS’ en niet te verwarren met ‘de OLS’ (= de aanzienlijk jongere Oud-Limburgse Schuttersfederatie). Publicaties waaruit overduidelijk blijkt dat we dit schuttersgebeuren zonder meer mogen beschouwen als een rechtstreekse voortzetting van wat tot 1906 heette: het Groot Internationaal Schuttersfeest (GIS). Eén van de meest opvallende kenmerken van het GIS en van het OLS is toch wel het recht van de winnende schutterij om het schutterstreffen te mogen organiseren voor het volgende jaar. Dat gegeven was voor nogal wat onderzoekers het uitgangspunt bij uitstek om aan de hand van krantenberichten en andersoortige publicaties na te gaan, in welke plaatsen binnen Belgisch en Nederlands Limburg en door welke schutterijen achtereenvolgens tijdens de tweede helft van de 19de eeuw het jaarlijkse GIS is georganiseerd. Ik kan me vergissen, maar ik meen dat vooral Wim Pijpers (oud-hoofdredacteur van het Limburgs Schutterstijdschrift) zich in deze materie verdiept heeft en er nog steeds mee bezig is. Ik weet echter niet, hoever hij inmiddels met zijn onderzoekingen gevorderd is doch - als ik mij wederom niet vergis - zit hij met zijn onderzoekingen al ‘ergens’ in de jaren zestig van de 19de eeuw. Als dat zo is, bevindt Pijpers zich al zéér dicht bij de magische grens tussen de jaren vijftig en zestig in die zelfde eeuw en dus reeds vlak bij de stelling die jij in jouw zo-even aangehaalde mededeling lijkt te opperen: het internationale schuttersfeest te Sittard in 1856 als startpunt van de sedertdien jaarlijks georganiseerde GIS, sinds 1906 voortgezet als het OLS. Mijn vraag aan jou is dan ook: beschik jij inmiddels over sterke aanwijzingen om reeds nu vooruitlopende op de onderzoekingsresultaten van Wim Pijpers - te kunnen beweren, dat ‘Sittard 1856’ inderdaad mag worden gezien als het begin van het GIS en het latere OLS? Vooralsnog heb ik zo mijn bedenkingen. Met vriendelijke groeten, Alfred Disch P.S. Overigens wil ik niet suggereren, dat elk GIS een voorganger van het OLS geweest is. Er zijn immers vóór (en ook nà!) 1906 edities van het Groot Internationaal Schuttersfeest (GIS) gehouden die géén rechtstreeks verband met het huidige Oud-Limburgse Schuttersfeest (OLS) hadden. Ook dàt maakt het onderzoek naar de precieze oorsprong van het OLS zo lastig!
VAN: De Heer Thimo Zegers Beste Alfred,
Sittard, 9 april 2006
Tijdens een recente lezing van Luc Wolters voor leden en geïnteresseerden van het Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap (LGOG) in Sittard sprak hij woorden van deze strekking, nl. dat de schuttersfeesten in 1856 en 1857 in Sittard een nieuw tijdperk voor het Limburgse schutterswezen inluidden. Plaats van handeling van de schietwedstrijden was naar alle waarschijnlijkheid de Kollenberg. Een zandheuvel in de huidige Kollenberg heet in de volksmond nog steeds ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------840
10 juli 2006
10
Schuttersbrief - nummer 49
‘de Kogelvanger’, wat duidelijk een verwijzing is naar schietactiviteiten aldaar. Vandaar dat de Sittardse stadsschutterij er trots op is om 150 jaar na dato op juist die locatie weer een schuttersfeest te mogen organiseren. Vriendelijke groeten, Thimo Zegers
VAN: De Heer W.M.J. (Wim) Pijpers, majoor b.d., oud-hoofdredacteur van het Limburgs Schutterstijdschrift Melick, gemeente Roerdalen (Lb.), 10 april 2006 Beste Alfred, De oorsprong van het OLS en de plaats waar de voorloper van dit schuttersfeest voor het eerst werd gehouden, blijft de gemoederen bezig houden. In de feestgids van het OLS-1992 in Kelpen-Oler publiceerde ik voor het eerst een lijst van organisatoren van het schuttersfeest dat we thans kennen onder de naam OLS. De tijd is echter niet stil blijven staan. Nu beschik ik over een lijst van organisatoren die teruggaat tot 1867. Ik sluit niet uit, dat het eerste schuttersfeest waaraan het OLS zijn bestaan ontleent, nog ouder is. In zijn lezing zal Luc Wolters het internationale schuttersfeest, in 1856 gehouden te Sittard, beslist niet aangeduid hebben als een voorloper of zelfs als de oorsprong van het huidige OLS. Interessant is wel de ontdekking van Luc dat er in 1856 te Sittard een schuttersfeest werd gehouden dat voor het eerst de naam ‘internationaal schuttersfeest’ droeg. Uit de mij thans ter beschikking staande gegevens blijkt nergens, dat in 1856 in Sittard een voorloper of zelfs de oorsprong van het OLS gezocht moet worden. In de tweede helft van de 19de en begin 20ste eeuw vinden we de benaming ‘Groot Internationaal Schuttersfeest’ jaarlijks enkele malen terug. In de meeste gevallen gebruikte een schutterij de omschrijving ‘Groot Internationaal Schuttersfeest’ om een extra dimensie aan een jubileum van haar vereniging te geven of gewoon om meer publiek te trekken. Gelijktijdig waren er meerdere schuttersfeesten die de naam ‘Groot Internationaal Schuttersfeest’ droegen en waarvan de winnaar het recht verwierf om dit schuttersfeest in het daaropvolgende jaar te organiseren. Slechts één van deze ‘Groot Internationale Schuttersfeesten’ wist de tand des tijds te doorstaan en kreeg in 1906 de naam ‘Oud-Limburgs Schuttersfeest’. De stelligheid waarmee Thimo nu zijn bewering wereldkundig maakt, doet vermoeden dat hij over gegevens beschikt waarmee de organisatoren van het ‘Groot Internationaal Schuttersfeest’ (voorlopers van het huidige OLS) in de jaren 1856 tot 1879 ingevuld zouden kunnen worden. Ik ben zeer benieuwd en houd me ten zeerste aanbevolen voor deze gegevens met de daarbij behorende bronvermeldingen. Het zou immers veel onderzoekwerk kunnen besparen en een publicatie over de oorsprong en de voorlopers van het OLS kunnen bespoedigen. Indien Thimo die gegevens niet kan leveren, zo verzoek ik hem te wachten met het doen van dit soort beweringen totdat hij de bewijzen wèl kan leveren. Wim Pijpers -----------
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Schuttersbrief - nummer 49 10 juli 2006 841 11
SCHUTTERIJ ST.-SALVIUS TE LIMBRICHT IN NL-LIMBURG (1) Hoe oud is zij niet? AAN: het Bestuur van Schutterij St.-Salvius te Limbricht Geacht Bestuur,
Maastricht, 11 april 2006
Eind vorige maand kreeg ik van iemand een pakketje. In dat pakketje bevond zich onder meer een bierviltje, op de voorzijde waarvan een schiethark en een buksschutter staan afgebeeld met het bijschrift ‘750 St.Salvius Limbricht’. De keerzijde van het viltje vermeldt een paar activiteiten die dit jaar - kennelijk in het teken van het ‘750’-jarige bestaan van de St.-Salviusschutterij - worden gehouden te Limbricht, t.w.: Bondsschuttersfeest op zondag 21 mei, Taptoe op zaterdag 2 september en Euregionaal Schuttersfeest op zondag 3 september. Voorzover mij bekend, zijn er twee (helaas min of meer twijfelachtige) bronnen die iets zeggen over de mogelijkheid dat Uw schutterij. lang vóór 1685 opgericht is. Het jaartal 1685 betreft overigens het keizersschild van Uw vereniging uit dat jaar. Uw vereniging moet dus in elk geval vóór 1685 opgericht zijn. De prangende vraag in dezen is nu, hoe lang dan wel hoe kort vóór 1685. die oprichting plaatsgevonden heeft. J.M.E. Vleeshouwers vermeldt in zijn artikel De schepen- en burgemeestersfamilies Wintraecken en Nelissen in Limbricht, verschenen in het regionale tijdschrift Zwentibold (deel 17, 1996, blz. 113-138, meer speciaal blz. 115), dat de schutterij St.-Salvius in 1660 een proces voerde tegen de proost van Millen. Jammer genoeg geeft Vleeshouwers nergens in zijn artikel precies aan, aan welke bron hij dat gegeven ontleend heeft. Echter, uit de context van zijn verhaal maak ik op, dat zijn informatiebron het archief van de schepenbank Limbricht moet zijn. Indien ik het bij het rechte end heb, heeft tot nu toe nog niemand eens de moeite genomen om Vleeshouwers’mededeling op haar juistheid te controleren. Vooralsnog blijft de ouderdomsbepaling ‘vóór 1660’ voor Uw vereniging dan ook twijfelachtig, maar zeker niet onmogelijk. De andere, min of meer twijfelachtige bron m.b.t. de datering lang vóór 1685 betreft het voorhanden schutterszilver van Uw vereniging. Het oudst daarvan is een zeer versleten gekroonde zilveren vogel, volgens de Voorloopige Lijst der Nederlandsche Monumenten van Geschiedenis en Kunst (’s-Gravenhage 1926, blz. 193) daterend uit ‘XVI’ [= 16de eeuw = 1501-1600], door J.A. Jolles (zie Jolles 1936-1937, deel 1, blz. 118) geschat op ‘van omstreeks 1600?’ (let op het vraagteken!) en naar de opvatting van F.Th.W. Smeets (zie OLSgids Limbricht 1964, blz. 38) zelfs te houden voor ‘15e eeuws’ (sic!), dus ergens uit de jaren 1401-1500. Van het Limbrichtse schutterszilver volgt in ouderdom dan de reeds hierboven vermelde keizersplaat uit 1685. Er bestaan dus ook hier twijfels, niet zozeer m.b.t. de zilveren vogel als zodanig (die zal naar alle waarschijnlijkheid wel altijd in het bezit van Uw vereniging geweest zijn!) als wel t.a.v. van zijn precieze ouderdom. Zelf wil ik een laatmiddeleeuwse oorsprong (pakweg uit de tijd 1400-1500) op voorhand niet uitsluiten voor Uw vereniging. Maar de bewering dat Uw schutterij reeds in of omstreeks 1256 tot stand gekomen zou zijn, lijkt mij uiterst curieus. Gaarne verneem ik dan ook van U, welke argumenten U hebt om zulk een hoge ouderdom aan Uw vereniging toe te schrijven. U beroept zich toch niet - hoop ik - op de beide publicaties van F.Th.W. Smeets uit 1981? Ook zou ik van U willen vernemen, of het Bestuur van de OLS-bond St.-Gerardus (Amstenrade) enkel en alleen op grond van Uw jubileumviering de organisatie van een zijner schuttersfeesten voor het schietseizoen 2006 aan Uw vereniging heeft toegewezen. Met vriendelijke groeten, Alfred Disch
VAN: De Heer J.H.A.L. (Jo) Pluymakers, auteur van diverse geschiedkundige publicaties betreffende het schutterijwezen Beste Alfred, Beek (Lb.), 28 juni 2006 De schutterij St.-Salvius van Limbricht viert nu haar 750-jarig bestaan. In meerdere artikelen in de Schuttersbrief is uitvoerig aandacht besteed aan het ontstaan en de oorsprong van het schutterswezen. Hoe rijmt zich e.e.a. met een schutterij in Limburg die al in 1256 het levenslicht zag? Zelf zet ik grote vraagtekens bij de juistheid van dit oprichtingsjaar. Met vriendelijke groet, Jo Pluymakers -----Alfred Disch: Ik heb géén reactie van het schutterijbestuur ontvangen op mijn e-mail van drie maanden geleden. Dat de St.-Salviusschutterij van Limbricht in of omstreeks 1256 opgericht zou zijn, is klinkklare nonsens. Ik begrijp dan ook niet, waarom (het bestuur van) de Schuttersbond St.-Gerardus in deze aangelegenheid zich voor het karretje van de St.-Salvius heeft laten spannen. Wordt ongetwijfeld vervolgd! ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
842
10 juli 2006
12
Schuttersbrief - nummer 49
FILATELIE (2) Vervolg op SB 37, blz. 612-613
Uitgifte van een kruisboogschutterszegel VAN: De Heer Frans Mennen, 2de secretaris en archiefbeheerder van de St.-Caeciliagilde te Veldhoven (NBFS-kring Kempenland - Distict West) Veldhoven (N.Br.), 16 februari 2006 Beste Alfred, In het maandblad Filatelie van februari 2006 staat de vermelding van de uitgifte door de Belgische posterijen van een zegelvelletje met 10 zegels ‘Kruisboogschutters’ en afbeeldingen van dergelijke schutters. Er is ook een blokje met 10 zegels. Onder de titel Kruisboogschutterszegel eert nobele en oude sport is tevens een artikel opgenomen over de geschiedenis van de ‘Grand Serment Royal et Noble de Saint-Georges des Arbalétriers de Bruxelles’ [= Koninklijke Grote en Edele Kruisboogschutterseed St.-Joris van Brussel]. De zegels zijn verkrijgbaar vanaf 20 februari. Met hartelijke groet, Frans Mennen.
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Schuttersbrief - nummer 49
10 juli 2006
13
843
Boogschieten, afgebeeld op postzegels (vervolg 1) VAN: De Heer S.M.G. (Sermon) Smitshuysen, lid van de Koninklijke Sociëteit van Handboogschutters ‘Sint-Sebastiaan 1408’ Maastricht, 28 februari 2005 Beste Alfred, Bijgaand eindelijk mijn tweede tekst voor de Schuttersbrief. [Voor de vorige aflevering zie SB 37, blz. 612-613]. Ik heb de carnavalsdagen gebruikt om wat achterstand weg te werken. Met vriendelijke groet, Sermon.
Een verzameling boogschutters! Beste schuttersvrienden, Na een wat lang uitgevallen winterstop nu het tweede deel over het boogschieten op postzegels. Dit keer gaat het over de legendarische kruisboogschutter Wilhelm Tell. Volgens de legende speelde het verhaal van Wilhelm Tell zich af rond het jaar 1300. In de historie van de Zwitserse kantons is niets terug te vinden van de vrijheidsstrijder Wilhelm Tell die het opnam tegen de landvoogd Gessler. Van deze Gessler moest Wilhelm Tell een appel van het hoofd van zijn zoon schieten met een pijl uit zijn kruisboog. Hij moest dit doen omdat hij weigerde om de hoed van de landvoogd te groeten. Hij schoot gelukkig raak. Gessler zag, dat Wilhelm nog een tweede pijl in zijn hand had. Toen hij hem naar de reden hiervan vroeg, zei Wilhelm dat de tweede pijl voor Gessler was geweest voor het geval hij de appel zou hebben gemist en zijn zoon zou hebben geraakt. Om een lang verhaal kort te maken: Wilhelm werd gevangen genomen, wist te ontsnappen en uiteindelijk Gessler te doden. In 1315 werden de Habsburgse soldaten verdreven waardoor de eerste drie kantons Nidwalden, Uri en Schwyz weer vrij waren. De postzegel van Uruguay in het blok rechts is uitgegeven in 1991. Dit is precies 700 jaar nadat in 1291 het Zwitserse eedgenootschap werd gesloten op de Rütli. Op de drie postzegels linksboven is de zoon van Wilhelm te zien, staande achter de kruisboog van zijn vader. Op de andere zegels staat Wilhelm Tell zelf met zijn kruisboog. Tussen 1907 en 1930 zijn enkele tientallen varianten van deze postzegels uitgegeven.
Friedrich von Schiller schreef in 1804, een jaar voor zijn dood, het toneelstuk Wilhelm Tell. Naar aanleiding van de 200ste verjaardag van de eerste opvoering werd in Duitsland een blok uitgegeven waarop dit feit wordt herdacht. Op dit blok is tevens een postzegel opgenomen van Faust II van Goethe, omdat dit 150 jaar eerder voor het eerst werd opgevoerd. Zie afbeelding op volgende bladzijde. ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------844
10 juli 2006
14
Schuttersbrief - nummer 49
Ter gelegenheid van de 200ste sterftedag van Schiller in 2005 werden in Grenada twee blokken uitgegeven waar Willem Tell op een prominente plaats is te vinden. In 1939 gaf Zwitserland een serie van vier postzegels uit in de talen Frans, Duits en Italiaans. De kruisboog is goed herkenbaar.
Er zijn overigens de nodige verenigingen die zich Willem Tell noemen, maar die niet met een kruisboog schieten doch met een handboog. Met vriendelijke schuttersgroet, Sermon Smitshuysen (s.smitshuysen@planet.nl).
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Schuttersbrief - nummer 49
10 juli 2006
15
845
HET SCHUTTERSWEZEN IN POËZIE EN PROZA (2) Vervolg op SB 48, blz. 808-812
Journalist D. Hans over de Rotterdamse D.D. Schutterij AAN: De Heer Thimo Zegers, vaandrig van de Stadsschutterij St.-Rosa te Sittard (Lb.), mederedacteur van de OLS-website Beste Thimo,
Maastricht, 28 februari 2006
Zoals ik reeds in mijn laatste mailing aan jou aankondigde [zie SB 48, blz. 808-812, meer speciaal blz. 812], volgt thans in het verlengde van mijn publicatie over Speenhoffs spotlied op de Dienstdoende Schutterij van Rotterdam (1816-1907) ditmaal een stukje proza (van D, Hans), gewijd aan die zelfde schuttersorganisatie uit de Maasstad. Veel leesplezier! En hartelijke dank voor de tip die je me gaf! Met vriendelijke groeten, Alfred Disch.
Over de Rotterdamse D.D. Schutterij door D. Hans, journalist [Uit: De Stad aan de Maas door D. Hans, Rotterdam 1941; met dank aan de heer Alex den Jongen te Eindhoven voor de autorisatie van e.e.a. De SB-redactie]. Ik doe mijn oogen dicht en ik zie een peerd. En op dat peerd een rijzige gestalte. Een krijgsman in uniform. Hij heeft een langen peper-en-zout baard (dien ik later grijs heb zien worden). Kranig rijdt bij door de stad met zijn adjudant. En zeer velen kijken hem na. Ze kennen hem. Hij is populair aan de Maas. Dat is niemand minder dan kolonel Blankenheym met kapitein Van Alphen. Kolonel Blankenheym was het opperhoofd van de roemruchte schutterij. En welk een opperhoofd! Het penseel van een schilder waardig. Ge hadt hem door Rotterdam moeten zien rijden aan het hoofd van zijn legerscharen. Wie voelde zich niet veilig onder des schutters hoede? Tallooze, waarlijk tallooze malen heb ik met mijn kameraden achter of naast kolonel Blankenheym geloopen als hij, stapvoets, naar het Schuttersveld op Crooswijk reed, of zijn mannen aanvoerende, door de stad. Dát waren oogenblikken, die je nooit vergeet. Wat wisten we in die dagen van pacifisme en ontwapening? Het waren onze eigen schutters, de mannetjesputters van Rotterdam. Als zij de schutterij zagen, dan kwam er in de burgers iets van de stemming, die den Schoolmeester bezielde, toen hij zong: Ziet gij dien heldenstoet, mijn zoon, Die door de straten wandelt, En die een iedereen om ’t zeerst Met consideratie behandelt? Ik moet hier alleen een amendement op indienen. Veel consideratie had de Rotterdammer niet met zijn schutterij. Wèl had hij er veeleer goedmoedig vermaak in. Speenhoff heeft in zijn onsterfelijke vers de schutters werkelijk vereeuwigd op de manier, zooals Rotterdam er over dacht en sprak. Al was dat wel eens onverdiend, en al verdienden ze zeer zeker - overblijfsel van een verouderde militaire wetgeving - vaak beter bejegening. Kolonel J.J.M. Blankenheym, commandant der Schutterij. Bron: www.rotterdammers.nl. --------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
846
10 juli 2006
16
Schuttersbrief - nummer 49
De nu sinds lang ter ziele zijnde schutterij was in ieder geval een evenement in het Rotterdamsche leven. Welke Rotterdammer had niet een schutter thuis, of in ieder geval onder zijn familie of vrienden? Ik had er twee onmiddellijk bij mij in de buurt: een oom van me en mijn schoolmeester. Het was altijd een heele sensatie voor de klas, wanneer de onderwijzer 's middags in schutterspak arriveerde, omdat hij in den vooravond dienst had, want dit was het gewone moment waarop de schutterij oefende. Zijn gezag ging er bij ons zeer stellig op vooruit, en meermalen werd ons oog geboeid door de spuit, die hij dan zoolang in een hoek van het lokaal zette, en door het brandweeremmertje dat zijn sjako uitmaakte, en dat bij op een bank legde. Als de meester moest schutteren was het altijd leuk en meermalen ben ik na schooltijd naar Crooswijk gehold, om hem te zien en om er, uit de verte, de schutterij te zien oefenen. Dikwijls werd die oefening dan besloten met een tocht door de stad, en dat was een feest voor ons. Want natuurlijk liepen wij mee. En wij wierpen blikken vol ontzag naar den aanvoerder, kolonel Blankenheym, het decoratieve opperhoofd, die aan den kop reed. Den man met den indrukwekkenden baard, die zich soms langs den weg opstelde en zijn schutters aan zich liet voorbijgaan. Ook aan ons. Want wij stonden achter hem. De ontmoeting van de burgerij met haar schutters was altijd even joviaal. Menige trouwhartige, en ook wel spottende of ironische, groet werd onderweg gewisseld. Ik weet niet of het waar is - ik was toen nog te jong om het te weten - maar er is altijd gezegd dat de discipline onder de schutters vaak niet bijzonder groot was en dat Speenhoff's: ‘Sergeant, wees niet bekrompen, als ik geen schoenen heef, dan schutter ik op klompen’ de situatie wel wat overdreven, maar in wezen toch vrij aardig weergaf. Was het slecht weer, zoodat de schutters kans liepen nat of verkouden te worden, dan verscheen er een groenwit-groen vlaggetje boven op den toren van de Groote Kerk en dit beteekende dan, dat de oefening was afgelast. De schutterij was eerst in haar vollen fleur bij de parades. Extra opgepoetst en gevolgd door een talrijke schare toog zij dan naar den Heuvel of naar het Schuttersveld. Dan stonden er twee indrukwekkende baarden naast elkaar en namen de parade af : die van Burgemeester 's Jacob en die van kolonel Blankenheym. De baard van den Burgemeester was de gast, maar die van den kolonel was de chef en deinde trots op en neer met den dreunenden tred der passeerende schutters. En dán zag ik ook de tweede figuur, die mij bij de schutterij altijd sterk imponeerde, in haar volle waardigheid: het was Arthur Seidel. De schutterij had haar eigen muziek, en de kapelmeester daarvan was Arthur Seidel. Waarlijk een martiale verschijning. Kolonel Blankenheym had iets vriendelijks, iets patriarchaals over zich, maar van Arthur Seidel gingen gezag en gestrengheid uit. Hij was, meen ik, van afkomst een Duitscher, maar zal wel genaturaliseerd zijn geweest. Wat hij in het gewone leven deed heb ik nooit geweten (de kolonel stond aan het hoofd van een firma), ik zag in hem alleen den kapelmeester, en zooals hij aan het hoofd van zijn muziek door de Jonker Fransstraat liep, zóó moet Napoleon zijn legers hebben aangevoerd bij Austerlitz en Jena. Groote, stevige gestalte, borst fier vooruit, in plaats van een baard een flinke knevel, boven op den neus een lorgnet, oogen die door iedereen probeerden heen te zien, daar ging hij en zoo liep hij, achter het paard van den kolonel, aan het hoofd van den schuttersstoet. Maar mijn voornaamste ontmoetingen met Arthur Seidel vielen toch op andere oogenblikken. En die ontmoetingen waren hoogtijdagen. Seidel had de gewoonte, om in het voorjaar, zoo omtrent Mei beginnend, eenmaal in de week of in de veertien dagen heel vroeg in den morgen met zijn muziek een wandeltocht door Rotterdam te maken. Waaraan deze gewoonte haar ontstaan dankte, is mij niet bekend, maar wèl weet ik, dat dit complete feesten waren voor zeer vele Rotterdammers, waaronder de jeugd dan een ruime plaats innam. 's Morgens om zeven uur, soms nog vroeger, ik meen wel om zes uur, werd er aangetreden bij de Beurs. Doodsbang was ik, dat ik mij op zulke kostelijke ochtenden zou verslapen, maar ik geloof niet dat het ooit gebeurd is en met mijn vrienden trok ik voor dag en dauw door het nog slapende Rotterdam, om van deze voorjaarsbruiloft niets te missen. En dan hielden we onzen wandeltocht; dan schaterde en schalde, dan daverde en bruiste de muziek door de ontwakende straten van de groote stad, dan werden overal de deuren en de ramen geopend, dan zagen we Arthur Seidel in zijn volle glorie, want als een koning liep hij aan het hoofd en blies de stad aan de Maas wakker. En wij naast hem, op zij. 0h gelukkige dagen, zonnige, blije ochtenden, als ik trots en triomfantelijk met de mannen van Seidel meeliep door mijn goede stad, wat is het lang geleden, maar wat is de herinnering er aan nog glorieus. En dan, als de tocht afgeloopen was, gingen we meteen naar school, de ooren en de ziel nog vol schallende muziek. Welk een overgang dan naar de discipline van de klas, nadat we als vrijbuiters met Seidel door de stad waren getrokken. De schutterij met haar muziek, dat is een fel stuk jeugdleven voor me geweest. D. Hans ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Schuttersbrief - nummer 49
10 juli 2006
17
847
EST 2006: HET EUROPEES SCHUTTERSTREFFEN 2006 TE HEESWIJK, GEMEENTE BERNHEZE (4) Vervolg op SB 3, blz. 87, SB 47, blz. 787-789, en SB 48, blz. 816-818
Sint Barbara: Dinther Sint Willebrordus: Heeswijk
Sint Antonius Abt: Vorstenbosch Sint Anthonius Abt – Sint Catharina: Nistelrode
Hierboven: het logo van EST 2006. Hieronder: het Kasteel Heeswijk, waar EST 2006 zal plaatsvinden.
VAN: De Heer J.C. (Jan) Schakenraad, secretaris van de Stichting EST 2006 Programma EST 2006 Donderdag 20.30 uur 21.00 uur 01.00 uur Vrijdag 09.00 uur 12.45 uur 13.15 uur 16.00 uur 19.00 uur 20.30 uur 21.00 uur Zaterdag 10.00 uur 10.00 uur 12.00 uur 16.00 uur 17.30 uur 18.00 uur 20.00 uur 20.15 uur 21.00 uur Zondag 10.00 uur 10.00 uur 12.30 uur 17.00 uur 18.00 uur
24 augustus 2006 Uitreiken prijzen mooiste Erezuil. Muziekavond (Jan Smit-Jan Keizer-René Schuurmans) Sluiting muziekavond. 25 augustus 2006 Zitting van het Presidium van de EGS en van het Ordenkapitel van de Ridderorde van de Heilige Sebastianus in Europa. Zitting van het Generaalkapitel van de Orde. Openbare zitting van het Generaalkapitel van de Orde. Investituurmis van de Ridderorde van de Heilige Sebastianus in natuurtheater ‘De Kersouwe’. Opening met vlaggenparade van het EST2006. Herdenking overleden Europese Koning. Aanvang feestavond. 26 augustus 2006 Aanvang wedstrijden, EST2006 toernooi. Plenaire vergadering. Aanvang Europees Koning- en Prinsschieten. Einde wedstrijden, EST2006 toernooi. Optocht naar het natuurtheater voor de Kroningsmis. Aanvang Kroningsmis, installatie nieuwe Europese Koning en Prins. Voorstellen Europese Koning en Prins op het feestterrein. Prijsuitreiking, EST2006 toernooi. Aanvang Koningsbal met felicitaties aan Koning en Prins. 27 augustus 2006 Ontvangst van de genodigden. Aanvang wedstrijden standaardrijden Aanvang van de grote optocht met aansluitend het defilé langs de Eretribune. Brabantse Opmars met alle aanwezige gilden en de officiële sluiting door de EGS-President Afsluiting met een slangendefilé door de gilden. Prijsuitreiking van het EST 2006 toernooi standaardrijden.
INFO Secretariaat: J.C. Schakenraad , Abt van de Venstraat 30, 5473 DC Heeswijk-Dinther; telefoon: 0413 21 23 63; e-mail; info@est2006.nl; website; www.est2006.nl. Bankrekeningnr.: 15 52 14 047. Stichting EST 2006. Kamer van Koophandel: 17 15 30 86. -----Noot van de SB-redactie: inzake de tentoonstelling tijdens het EST 2006 zie hieronder op blz. 852. ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
848
10 juli 2006
18
Schuttersbrief - nummer 49
VRAAG EN ANTWOORD (Afl. 17) Vervolg op SB 48, blz. 822-823
Gelieve Uw antwoord steeds (óók) te richten aan de redactie van de SCHUTTERSBRIEF (redactie@schuttersbrief.nl), zodat niet alléén de vraagsteller maar àlle SB-lezers er profijt van kunnen hebben! -----VRAAG 63 (inzake het adres van ’t Mestreechs Rizzjemint) Stramproy (Lb.), 28 februari 2006
Hallo, Alfred. Ik heb een vraagje.
Ben jij misschien in het bezit van een adres, telefoonnummer of e-mailadres van ’t Maastrichts Regiment (ik weet niet of ik het goed schrijf)? D.P.J. (Nico) Parren, secretaris van Schutterij St.-Antonius, Stramproy, gemeente Weert (Lb.)
Bij voorbaat dank, Nico Parren.
ANTWOORD 63 Maastricht, 28 februari 2006
Beste Nico,
De adresgegevens van ’t Mestreechs Rizzjemint (in gewoon ABN inderdaad: ’t Maastrichts Regiment) luiden als volgt. Voorzitter-secretaris: A.M.Th. (Twain) Vermin, Kleine Gracht 25, 6221 CA Maastricht; telefoon: 043 - 321 69 76 of 06 - 29 34 68 61; e-mail: twain@planet.nl; postadres: Postbus 90, 6200 AB Maastricht; website: www.mestreechsrizzjemint.nl. Voor alle duidelijkheid meld ik tevens, dat ’t Mestreechs Rizzjemint sinds 2003 géén schutterij (schuttersgilde) meer is, maar een re-enactmentgroep. Wat dat laatste inhoudt, wordt kort uitgelegd in SB 15, blz. 346347; confer eveneens SB 32, blz. 553. In een van de volgende SB-nummers zal ik enkele illustraties van de reenactmentgroep ’t Mestreechs Rizzjemint plaatsen. Met vriendelijke groeten, Alfred Disch.
------
VRAAG 64 (inzake wijze van aanmelding voor deelname aan EST 2006) Beste Alfred,
Glanerbrug, gemeente Enschede (Ov.), 13 maart 2006
Hoe kan ik mijn vereniging aanmelden voor deelname aan het Europees Schutterstreffen (EST) dit jaar? Met schuttersgroet, Albert Hulsbeek. A.M. (Albert) Hulsbeek, secretaris van Schuttersvereniging Glanerbrug
ANTWOORD 64 Beste Alfred,
Heeswijk-Dinther, gemeente Bernheze (N.Br.), 13 maart 2006
Alle 3.000 bij de EGS aangesloten verenigingen in Europa hebben het inschrijfformulier en de nodige achtergrondinformatie via hun Regio-secretaris ontvangen.Ter kennisgeving zie de bijlagen. Met vriendelijke groet, Jan Schakenraad. J.C. (Jan) Schakenraad, secretaris Stuurgroep EST 2006 Reactie van de redactie Beste Albert Hulsbeek, Het antwoord (met de bijlagen in PDF) van de EST-secretaris stuur ik je onmiddellijk separaat door. Het lijkt mij het beste, dat je het inschrijfformulier zo snel mogelijk downloadt, invult en naar het adres opstuurt dat je onderaan op het formulier aantreft. De achtergrondinformtie waarop de ESTsecretaris in zijn antwoord doelt, vind je ook verspreid over de SB-nummers: zie SB 48 (blz. 816-818), SB 49 (blz. 848) en SB 50. Met vriendelijke groeten, Alfred Disch.
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Schuttersbrief - nummer 49
10 juli 2006
19
849
VERSCHIJNING VAN DE SCHUTTERSBRIEF (22) Vervolg op SB 48, blz. 819
Donderdag, 16 februari 2006 Geachte Heer Alfred Disch, Kort geleden maakte iemand mij attent op het bestaan van een webstek waarop de Schuttersbrieven te vinden zijn [www.egs-schuetzen.com > Schuttersbrief]. Allereerst een bravo voor het genomen besluit en proficiat voor het dynamisme van Uw (…) uitermate interessante Schuttersbrief. (…), met heemkundige schuttersgroeten, René Beyst. René Beyst, bibliothecaris van Heemkundige Kring Aartselaar, Aartselaar, (Antw.) -----[Voor de volledige tekst zie hierboven blz. 833] Dinsdag, 21 februari 2006 Geachte Redactie, Hier mijn nieuwe e-mailadres. Mijn laatste Schuttersbrief dateert van nr. 42. Graag zou ik ze weer regelmatig ontvangen. Bij voorbaat dank, Willy van Rens. W.H. (Willy) van Rens, voorzitter van Gilde St.-Salvator Mundi, -----Nederasselt (Gld.) Donderdag, 23 februari 2006 Hartelijk dank voor de duidelijke uiteenzetting [zie SB 38, blz. 618] over hoe een PDF-bestand te openen! Wat een wijsheid, en we zijn er dan ook heel blij mee. Het recentste downloadprogramma was zelfs nog makkelijker. (Windowsversie was ingevuld en de taalkeuze ook). Het duurt alleen 1½ uur via de telefoon! Maar dat is onze keuze. Nogmaals dank. Dit hadden wij eerder moeten vragen waaraan dit lag! Met vriendelijke groeten, Rien en Kitty van Haren, staande deken [= voorzitter] van Gilde St.-Antonius en echtgenote, -----Beers (N.Br.) Zaterdag, 25 februari 2006 Geachte Heer Disch, Het komt de laatste tijd nogal eens voor, dat het adres van de schuttersbond Eendracht Maakt Macht (secretariaat@schuttersbondemm.nl) niet werkt. (Hier komt in april hopelijk verandering in, als we van provider gaan wisselen.). Als dit het geval is, kunt U dan de Schuttersbrief sturen naar hanssenemm@ kpnplanet.nl. Dan komt het bij mij in dezelfde mailbox terecht. Sorry voor het ongemak en bij voorbaat dank, want ik wil de Schuttersbrief niet missen. Groetjes, Tjeu Hanssen, secretaris van de OLS-bond Eendracht Maakt Macht (E.M.M., bijgenaamd ‘de Kantonnale’), -----Weert (Lb.) Maandag, 27 februari 2006 Geachte Heer Disch, Kunt U mij op de mailinglist van de Schuttersbrief zetten? Vriendelijke groeten, Gerard Heerebout. G.R. (Gerard) Heerebout, directeur van Historisch Museum De Bevelanden, Goes (prov. Zeeland) Reactie van de redactie Geachte Heer Heerebout, Met genoegen zal ik Uw naam plaatsen op de SB-verzendlijst. Hoewel de website van Uw museum op dit moment nog onder constructie is, meld ik toch alvast en nogmaals aan de SB-lezers het digitale adres, nl.: www.hmdb.nl (zie ook SB 48, blz. 828). Tevens maak ik de SB-lezers attent op de aanwezigheid van de zogeheten ‘Schutterszaal’ in Uw museum (cf. SB 14, blz. 344); hopelijk wilt U daarover bij gelegenheid nader berichten in de SB. Met vriendelijke groeten, Alfred Disch.
-----Dinsdag, 28 februari 2006 Alfred, Bedankt voor de toegezonden SB! Ik zal hem weer zorgvuldig doornemen. Groet, Peter. P.H.J.G. (Peter) van Kuijen, hoofdredacteur van het NBFS-kwartaalblad De Gildetrom, -----Eindhoven (N.Br.) Dinsdag, 28 februari 2006 Geachte Heer Disch, Als parochiepriester van het bisdom Roermond en als geboren Eindhovenaar (1961) weet ik me zeer verbonden met Schutterij en Gilde. U verdient alle lof vanwege het beleven en het doorgeven van deze rijke tradities. In Heythuysen, Weert, Roggel en Neer en nu in Mook en Middelaar heb ik daar de nodige positieve ervaring mee opgedaan.Het is zeer verheugend in Uw blad te lezen, dat U in deze tijd aandacht schenkt aan pelgrimage. (…). Pastoor Rudo Franken. T.P.H. (Rudo) Franken, pastoor te Mook en Middelaar, gemeente Mook en Middelaar (Lb.) [Voor de volledige tekst zie hierboven blz. 835-836] ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
850
10 juli 2006
20
Schuttersbrief - nummer 49
MEDEDELINGEN (Afl. 26) Vervolg op SB 48, blz. 826
------
MEDEDELING 65 (inzake bondsschuttersfeesten 2006 binnen de gemeente Sittard-Geleen) Sittard, gemeente Sittard-Geleen (Lb.), 8 april 2006 Beste Mensen, In 2006 zullen er in de gemeente Sittard-Geleen maar liefst 4 (vier) bondsschuttersfeesten plaats-vinden, t.w. drie schuttersfeesten van de OLS-bond ‘Eendracht’Born-Echt e.o. en één schuttersfeest van de OLS-bond ‘St.Gerardus’ Amstenrade e.o. De data zijn:
21 mei bij Sint-Salvius, Limbricht (Schuttersbond St.-Gerardus); 28 mei bij Sint-Rosa, Sittard (Schuttersbond Eendracht); 13 augustus bij Heilig Kruis, Grevenbicht (Schuttersbond Eendracht); 27 augustus bij Sint-Martinus, Holtum (Schuttersbond Eendracht).
Wij van de Stadsschutterij Sint-Rosa Sittard hebben onze internetsite (www.sjadssjotterie-st-rosa.nl) geheel in een nieuw jasje gestoken en voorzien van alle info over ons bondsfeest in het weekend van 26 t/m 28 mei 2006. Het is dan tevens 150 jaar geleden dat op dezelfde locatie (t.w. op de Kollenberg) het eerste schuttersfeest van de moderne tijd (als voorloper van het huidige Oud-Limburgs Schuttersfeest) plaatsvond (1856). De eerste twee bondsfeesten die we na onze heroprichting in november 1988 organiseerden vonden plaats in Einighausen (1995) en in de binnenstad van Sittard voor optocht en nevenwedstrijden en schietwedstrijden op zaterdag in Nieuwstadt. Maar wat is er mooier dan het organiseren van een schutter-feest daar waar de roots van je vereniging liggen en waar je eigen achterban kan genieten van dit stukje Limburgse volkscultuur pur sang. Wij hopen dan ook dat het publiek in grote getale het evenement zal bezoeken en dat we na afloop mogen terugblikken op een geslaagd evenement. Reden temeer voor U allen om de website te bekijken en/of in ons feestweekeinde een bezoekje aan ons schuttersfeest te brengen. Naast de gebruikelijke schuttersactiviteiten zal het weekeinde worden ingeluid met de feestelijkheden omtrent de zaligverklaring van Maria Tauscher, stichtster van de orde van de Carmelitessen in Sittard. Op 13 mei zal de zaligverklaring plaatsvinden in de kathedraal van Roermond en op vrijdag 26 mei krijgt dit religieuze hoogtepunt een vervolg in Sittard met een pontificale hoogmis en een processie, waarbij het relikwie van Maria Tauscher wordt meegedragen. Uiteraard zal de stadsschutterij Sint-Rosa deze processie begeleiden. Aansluitend zullen de zusters en genodigden in de feesttent van de schutterij worden ontvangen. Deze tent staat overigens opgesteld aan de achterzijde van het klooster van de zusters Carmelitessen aan de Kolleberg en is gemakkelijk bereikbaar vanaf de President-Kennedysingel. Parkeergelegenheid is er voldoende in de directe omgeving van het feestterrein. Vriendelijke schuttersgroeten, Thimo Zegers. Thimo Zegers, vaandrig van de Sjtadssjötterie Junggesellencompagnie Sint-Rosa Zitterd, Sittard, gemeente Sittard-Geleen (Lb.)
Noot va de SB-redactie Zie n.a.v. vorenstaande mededeling de pas geopende rubriek De oorsprong van het Oud-Limburgs Schuttersfeest, hierboven op blz. 840-841. -----MEDEDELING 66 (inzake oprichting Broederschap van Keizers) Van de heer E.G.H. (Fred) Hannen, keizer van Schutterij St.-Anna te Merum (gemeente Roermond), vernamen wij, dat hij en vier andere schutterskeizers een werk- of belangengroep hebben opgericht. De nieuwe groepering draagt de naam ‘Broederschap van Keizers’ (BvK). De bedoeling van de BvK is om ervaringen door te geven, standpunten te formuleren en advies te geven aan verenigingen of schutterskeizers indien dat gevraagd wordt. Daarnaast is er de mogelijkheid om als ervaringsdeskundigen uitgangspunten en meningen kenbaar te maken aan bijv. de Normencommissie van de OLS. Verder valt er te denken aan een of andere vorm van zelfstudie betreffende alle ins en outs van het schutterskeizerschap. In de komende SB-afleveringen zullen nadere berichten van en over de BvK volgen. SB-redactie
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------851
10 juli 2006
21
Schuttersbrief - nummer 49
MEDEDELING 67 (inzake verzoek betreffende EST-tentoonstelling en proefschrift schutterijwezen) Geachte Gildebroeders,
’s-Hertogenbosch (N.Br.), 11 juni 2006
Het is al weer een tijd geleden dat ik U allen benaderde, maar het is nu tijd voor spijkers met koppen slaan! Voor een tentoonstelling1 die ik organiseer tijdens het Europees Schutterstreffen in Heeswijk dit jaar, èn voor mijn proefschrift2 ben ik op zoek naar (rechtenvrije) afbeeldingen van gildeaangelegenheden zoals: huwelijken, begrafenissen, inhalen burgemeester, etc. Dus alle familieaangelegenheden waarbij het gilde zich manifesteert, en de publieke aangelegenheden waarbij het gilde zich representeert. Beatrix, burgemeesters, pastoors en bisschoppen. Allemaal welkom… Zoals altijd en dus verwacht: haast is geboden, de tentoonstelling opent eind augustus. Dus als jullie nog mooie foto’s hebben: oud en nieuw, waarvan jullie denken: die zijn bruikbaar, stuur ze me (het liefst zo snel mogelijk!) het liefst digitaal op! Erg belangrijk zijn ook in het kader van sociaal kapitaal 3: portretfoto’s en familiefoto’s. Ik hoop dat U mij helpen kunt. Alvast heel vriendelijk bedankt en ik hou U op de hoogte. 1ste Reitse Dreef 5, 5233 JL ’s-Hertogenbosch; telefoon: 073 - 644 58 86; e-mail: jette@janssen-beij.speedlinq.nl..
Vriendelijke groet, Jette Janssen-Beij.
Noten van de SB-redactie 1) Over de bedoelde tentoonstelling zie o.a. SB 3, blz. 87. 2) Over het bedoelde proefschrift zie o.a. SB 4, blz. 128-129. 3) Over de term en het begrip sociaal kapitaal zie o.a. mijn Recensie (06) op blz. 236 van SB 6. Alfred Disch
------
MEDEDELING 68 (inzake St.-Antonius Nederweert winnaar OLS 2006 Stramproy) De homepage van Broederschap St.-Sebastianus te Klimmen maakte als een van de eerste websites, zo niet als allereerste, reeds op zondag 9 juli er melding van: Schutterij St.-Antonius uit Nederweert heeft tijdens de herkaveling (= voortzetting schietronden) op de tweede zaterdag van juli (8.7.2006) het Oud-Limburgs Schuttersfeest te Stramproy gewonnen en is nu gerechtigd om het OLS op 1 juli 2007 te organiseren..
De winnaar van het OLS 2006 te Stramproy: het gemengde (!) zestal van Schutterij St.-Antonius uit Nederweert.
Bron afbeelding: www.sint-sebastianus.nl; fotograaf: Lieske Leunissen-Ritzen Voor een ‘Beeldverslag van de finale van het OLS in Stramproy op 8 juli 2006’ door Lieske Leunissen-Ritzen en Fred Vliegen (met toelichtende tekst van Wiel Leunissen) zie de webstek van Broederschap Sint-Sebastianus te Klimmen (Lb.): www.sint-sebastianus.nl. A.D.
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------852
10 juli 2006
22
Schuttersbrief - nummer 49
RECENSIE (28) Vervolg op SB 48, blz. 829
Publicatie over de St.-Barbaragilde te Oirschot (N.Br.). Schoolvoorbeeld hoe een historisch schutterijboek óók kan worden samengesteld bij wèl toereikende eigen bronnen In de 25ste aflevering van de SB-rubriek Recensie heb ik een voorbeeld gegeven van ‘een sluitend verhaal’ in boekvorm ondanks het feit dat de betreffende schutterij niet meer beschikt over toereikende eigen archivalische en/of andersoortige geschiedbronnen. Zie: Boekwerkje over de Broederschap van St.-Sebastiaan te Schimmert (Lb.). Schoolvoorbeeld hoe een historisch schutterijboek te schrijven wanneer de eigen bronnen min of meer ontoereikend zijn, in: SB 48, blz. 827. Thans wil ik Uw aandacht vestigen op een boekwerkje dat de historie behandelt van een schuttersgilde waarvan het eigen verenigingsarchief wèl (goeddeels) behouden gebleven is maar die toch ervoor gekozen heeft om haar geschiedverhaal op een volslagen andere wijze te brengen dan we doorgaans van een schutterijboek gewend zijn. Ik doel op de publicatie Uit de casse [= opbergmeubel voor o.m. archiefstukken] van Gilde Sancta Barbara Oirschot, samengesteld door Jacques van de Ven, inmiddels oud-hoofdman en oud-archivaris van voormelde schutterij. Wat Van de Ven gedaan heeft, is - kortweg gezegd - het volgende. In een reeks van 61 artikelen laat J. van de Ven uiteenlopende geschiedbronnen betreffende de Oirschotse kruisbooggilde St.-Barbara ‘aan het woord’; hooguit hier en daar geeft hij een korte toelichting, want de bronnen spreken eigenlijk voor zich. Wat die uiteenlopende geschiedbronnen zijn? Bijvoorbeeld (!): verenigingsreglementen en eedsformules; afbeeldingen van het schutterszilver; fragmenten uit notulen van leden-, bestuurs- en commissievergaderingen; foto’s van recente datum en ‘uit de oude doos’; verslagen van teerdagen, wedstrijden en jubileumvieringen; staaltjes van schilder- en beeldhouwkunst; oude tijdschriftartikelen, waaronder een zeer interessante van J.A. Jolles uit 1933; uitslagen van enquêtes; uittreksels uit de boeken van de penningmeester; enz., enz. Zó kan men dus óók een héél boeiend en representatief overzicht van de eigen schuttershistorie in woord en beeld realiseren!
De zilveren vogel (uit ±1700) en daarboven het schuttersmedaillon (uit 1982) van de St.-Barbaragilde te Oirschot Bron: Van de Ven 1994, blz. 30.
Titel:
Uit de casse van Gilde Sancta Barbara Oirschot. [Op de titelpagina: Uit de casse van Gilde Sancta Barbara. 550 Jaar geschiedenis van een Oirschots schuttersgilde]. Oirschot 1994.
Auteur: J.J.M. (Jacques) van de Ven. Editor:
Gilde Sancta Barbara, Oirschot.
Formaat: 24 cm bij 17 cm; slappe kaft in fullcolour; 88 bladzijden tekst met 15 zwart-witfoto’s en 1 tekening. Oplage: 800 exemplaren. [Er is nog een beperkt aantal over. Dus wacht niet te lang met Uw bestelling!] Prijs:
€ 10 plus - wegens verpakking en porti - € 4. Wijze van bestelling en betaling: overmaking van € 14, naar bankrekeningnummer 13 88 06 004 t.n.v. Gilde Sancta Barbara, Oirschot; m.v.v. ‘Schutterijboek’ en Uw adres. Voor eventuele nadere informatie: j.ven7@chello.nl. -----------
Alfred Disch
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Schuttersbrief - nummer 49
10 juli 2006
23
853
COLOFON De Schuttersbrief (SB) verschijnt sinds 19 juni 2004 en is een uitgave van de SB-stichting i.o. De leden van de SB-redactie (zie volgend kadertje) vormen het bestuur van de SB-stichting. Activiteiten van de SB-stichting c.q. SB-redactie zijn onder meer: de Schuttersbrief, het Schuttersbriefje (voor jongeren), de SB-bijlagen, de SB-webstek en de SB-jeugdsite. Zie verder vooral ook de lijst van actiepunten op pagina 759 van SB-nummer 45. Daar de door de SB-stichting te maken kosten vooralsnog gehéél worden betaald uit particuliere middelen, verzoekt de redactie U om een vrijwillige bijdrage o.v.v. ‘Donatie’ te storten op de in het onderstaande kadertje vermelde (voorlopige) bankrekening. Voor Uw zéér gewaardeerde gift, hoe gering ook, zegt de redactie U bij voorbaat hartelijk dank! De SB wordt gratis verstrekt: zie de verzendlijst op pagina 760 van SB-nummer 45. Wilt U ook GRATIS en RECHTSTREEKS de SB ontvangen? Laat dit dan m.v.v. Uw volledige naam, Uw woonadres en Uw telefoonnummer weten aan: redactie@schuttersbrief.nl. De Schuttersbrief heeft een doorlopende paginering. Veelgebruikte afkortingen worden verklaard op de voorlaatste pagina van SB-nummer 45. U mag - om o.a. auteursrechtelijke redenen - uitsluitend voor eigen persoonlijk gebruik de SB uitprinten, dus niet (!) ten behoeve van anderen. Oude nummers van de Schuttersbrief kunnen te allen tijde bij de redactie worden opgevraagd. Digitale en schriftelijke post ter publicatie in de Schuttersbrief wordt naar onderwerp gerubriceerd en vervolgens in logische volgorde opgenomen in de betreffende SB-rubriek. Wilt U óók Uw eigen berichten opgenomen zien in de SB, gelieve dan per brief of per e-mail steeds slechts één onderwerp te behandelen. Dat vergemakkelijkt aanzienlijk de rubricering van de correspondentie in de SB. In principe worden alle ingekomen brieven en e-mails geplaatst, ook indien ze van dezelfde persoon en van dezelfde datum zijn. Bovendien wordt voor elk nieuw aangedragen onderwerp een nieuwe rubriek in de SB geopend. De SB telt thans meer dan 100 rubrieken; die van U kan (kunnen) er dus ook nog bij! Voor een tussentijds overzicht van de SB-rubrieken zie SB-nummer 45, blz. 745-758.
REDACTIEADRES Bezoekadres SB-redactie / SB-stichting: p/a Franciscus Romanusweg 6-B, 6221 AE Maastricht. Telefoon (met voicemail): 043 - 325 76 62; vanuit het buitenland: 00.31.43.325 76 62. Mobiel: (00.31)06.42 58 70 04 Fax : (00.31) (0)43.310 04 06 E-mail: redactie@schuttersbrief.nl
SB-website: onder constructie. Voorlopige bankrekening binnenland: 85 88 27 298 t.n.v. Alfred Disch, 6221 AE Maastricht 6-B. Voorlopige bankrekening buitenland: IBAN-code: NL86SNSBO - 85 88 27 298; BIC-code: SNSBNL2A ten name van / auf den Namen von / au nom de / in the name of: Alfred Disch, NL-6221 AE Maastricht 6-B.
Redactieleden: Alfred Disch, hoofdredacteur, voor adresgegevens zie hierboven; e-mail, ook: alfred.disch@home.nl M.W.E.M. (Mathy) Leunissen, eindredacteur; e-mail: evilzwelkeisevil@hotmail.com Ans Moors, redactrice voor het Italiaanse taalgebied; e-mail: amopfor@hotmail.com Naast enkele gekwalificeerde zetels zijn er nog vacante redacteurschappen voor diverse EGS-landen en/of EGS-taalgebieden. U kunt zich daarvoor aanmelden bij de SB-redactie.
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------854
10 juli 2006
24
Schuttersbrief - nummer 49