SCHUTTERSBRIEF Onregelmatig maar frequent verschijnend e-magazine als ideeënbus, discussieforum, actieprogram en informatieblad voor het schutterijwezen in het Nederlandstalige gebied van de EGS Nummer 55 – Maastricht, vrijdag 22 september 2006
REDACTIE Hoofdredacteur: Alfred Disch. Eindredacteur: Mathy Leunissen. Overige redactieleden: Ans Moors (Italië) en Jelger Visser (Kruisboog; Internet). Technisch en zakelijk adviseur: Jeroen Kaasenbrood (Compres Media System, Maastricht) --------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
INHOUDSOPGAVE Redactie, Inhoudsopgave en Internet…………………………………………………………..blz. 959 Vrijmetselaars binnen het schutterswereldje? (1)….………………………………………….blz. 960 De etymologie van het woord ‘breuk’ (1)………………………………………………………blz. 961 Het fenomeen ‘burgerschieten’ (1)……………………………………………………………..blz. 962 FVHS: Federatie van Vlaamse Historische Schuttersgilden (1)……………………………….blz. 963 Volkssport en volkscultuur: twee conflicterende belangen? (1)……………………………….blz. 964 De pauselijke zoeaven en het schutterswezen (1)……………………………………….....blz. 965-972 De Vlaamse Gildedag (1). De 5de Gildedag (2006) te Maaseik in Belgisch Limburg..………..blz. 973 VlaS: Vlaamse Traditionele Sporten vzw (3)…………………………………………………...blz. 974 De Nobele Orde van de Papegay (4)…………………………………………………………...blz. 975 Schutterijboeken (4). Hofdijk 1874 (Vervolg 1)……………………………………………………blz. 976 Vraag en antwoord; vraag en aanbod (Afl. 21)………………………………………………..blz. 977 Verschijning van de Schuttersbrief (26)…………………………………………………....blz. 978-979 Mededelingen (Afl. 31)……………………………………………………………………..blz. 980-981 Colofon en Redactieadres…..…………………………………………………………………...blz. 982 --------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
INTERNET De SB is ook te raadplegen op de website van de Europese Gemeenschap van historische Schutters (EGS): www.egs-schuetzen.com => Schuttersbrief [= Schützenbrief = Gazety Strzelcow]. In de maak zijn een SB-website en een SB-Jongerensite; geplande uitzenddatum: 1.1.2007. --------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
© Copyright: SB-stichting (i.o.), Maastricht MMIV --------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Schuttersbrief - nummer 55
22 september 2006
1
959
VRIJMETSELAARS BINNEN HET SCHUTTERSWERELDJE? (1) Een mogelijk vrijmetselaarssymbool AAN: De Heer H.E.J. (Henny) Hoppenbrouwers, lid van de overheid van de St.-Jorisgilde te Rijsbergen, voorzitter van de NBFS-kring Baronie en Markiezaat Beste Henny,
Maastricht, 8 april 2006
Vandaag ontving ik van de heer Jo Pluymakers te Beek (Lb.), kenner van het Koninklijk Huisarchief (KHA) in Den Haag en schutterijvorser, een kopie van het dossier ‘185. Voetboogschutterij, onder de Zinspreuk: Sint Joris Gilde. Gevestigd te Rijsbergen. Provincie Noord-Brabant’. Een héél klein fragmentje van dat dossier heb ik bijgaand alvast gekopieerd. Een kopie van het volledige dossier kan ik je - als je dat wil - per post toezenden. Het fragmentje dat ik gekopieerd heb, betreft de handtekeningen aan het slot van de brief die de zes bestuursleden van jouw gilde d.d. 11 juni 1852 richtten aan koning Willem III. In SB 51, blz. 889, heeft Jo Pluymakers reeds uiteengezet wat de zes bestuurders van de St.-Jorisgilde te Rijsbergen eigenlijk met hun brief beoogden. De reden waarom ik jouw aandacht vraag voor de handtekeningen is niet zozeer, omdat de eerste signatuur afkomstig is van een naamgenoot (en misschien wel van een rechtstreekse voorvader!) van *) jou , maar vooral toch vanwege de laatste handtekening, die van ouderman W. Voeten, en meer speciaal vanwege een bijzonder teken dat W. Voeten daarbij gebruikt heeft: twee min of meer horizontale streepjes met - daartussen - drie puntjes. Dat bijzondere teken zijn Pluymakers en ik vaker tegengekomen in paperassen van o.a. schuttersorganisaties. Uiteraard hebben Pluymakers en ik ons afgevraagd wat de betekenis is van die twee streepjes met de ertussen liggende drie puntjes. Navraag leerde ons, dat het hier kan (!) handelen om een vrijmetselaarssymbool.
Een vrijmetselaarssymbool (?) bij de handtekening van ouderman W. Voeten
In een volgende aflevering van deze rubriek zullen we wat méér aandacht aan dit onderwerp schenken. Met vriendelijke groeten, Alfred Disch *) Mij valt het trouwens - niet alleen bij bestudering van schutterszilver maar ook bij het doornemen van verenigingsarchiefstukken - dikwijls op, dat ik bij deze of gene schutterij (schuttersgilde) een zelfde familienaam over een reeks van eeuwen tegenkom. Ik ben beslist niet de eerste wanneer ik de aandacht vestig op het feit dat schutterijonderzoek goede diensten kan bewijzen aan de genealogie en andersom! Het lijkt me derhalve van belang om ook aan de wetenschap die de afstamming en verwantschap van families naspoort, en dus aan het ‘stamboomonderzoek’ mettertijd een aparte SB-rubriek te wijden.
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------960
22 september 2006
2
Schuttersbrief - nummer 55
DE ETYMOLOGIE VAN HET WOORD ‘BREUK’ (1) VAN: De Heer E.G.H. (Fred) Hannen, keizer van Schutterij St.-Anna te Merum Beste Alfred,
Merum, gemeente Roermond (Lb.), 9 augustus 2006
In een van de SB’s heb ik iets gelezen over de zogeheten ‘breuk’, het koningszilver, en over de ‘breuk’ van de keizer. Ik weet niet meer in welke SB. Weet jij dat zo uit de mouw te schudden? Mijn vraag is eigenlijk: waar komt de naam breuk vandaan? Wanneer dat niet is behandeld, weet jij iemand die hier iets van afweet? Groeten, Fred Hannen.
AAN: De Heer Fred Hannen Beste Fred,
Maastricht, 9 augustus 2006
In de voorgaande nummers van de SB komt nergens de aanduiding keizersbreuk of ‘breuk van de keizer’ voor. Daarentegen wèl de naam of term breuk: a) SB 6, blz. 212, en wordt dan gebezigd door Jan Severyns te Mechelen (Antw.); b) SB 6, blz. 218, ,, ,, ,, ,, ,, Dr. Robert Nouwen te Bokrijk (Belg.Lb.); c) SB 26, blz. 468, ,, ,, ,, ,, ,, Frans Geens te Schoten (Antw.); d) SB 41, blz. 669, ,, ,, ,, ,, ,, mijzelf in antwoord aan Marc Lemahieu te Brugge (W.Vl.); e) SB 51, blz. 894, ,, ,, ,, ,, ,, Rita Vlaeminck te Gent (O.Vl.). Jan Severyns heeft het over ‘gildenbreuk’, sinds de nieuwe spelling m.i.v. 1.8.2006 te schrijven zonder de tussen-n, dus als gildebreuk. Bij Dr. Robert Nouwen is er sprake van ‘breuken’ en ‘schuttersbreuken’. Frans Geens en Rita Vlaeminck hanteren de term ‘koningsbreuk’. En ikzelf - in antwoord aan Marc Lemahieu - heb het over ‘schutterskoningsbreuk’. Maar allen bedoelen we hetzelfde, nl.: een halsketting met daaraan gehangen een zilveren medaillon (of patroonsplaat), een zilveren vogel en een aantal zilveren schildjes. Het schutterlijke koningszilver kende en kent nogal wat benamingen. Ik noem ze hier in alfabetische volgorde: breuk (ook: braak of brook), haam, halsband, juweel, keten, ketting, krans, plotte, sieraad, span (ook: gespan) en zilver. Soms komen die woorden in een iets andere spelling voor; bijvoorbeeld: crans i.p.v. krans. Het is zéér wel mogelijk, dat breuk nog méér synoniemen (= woorden met dezelfde of ongeveer gelijke betekenis) heeft. En al die woorden kunnen dan óók nog met ‘gilde’, ‘konings’ of ‘schutters’ worden gecombineerd tot: gildebreuk, enz.; koningsbreuk, enz.; schuttersbreuk, enz. De etymologie of woordafleidkunde is de tak van taalwetenschap die de oorsprong en geschiedenis van woorden opspoort. Om aan de weet te komen waar breuk van afgeleid is, heb ik twee recente etymologische woordenboeken geraadpleegd: Van Veen en Van der Sijs 1997 alsmede De Vries en De Tollenaere 2004. Beide naslagwerken delen mee, dat het zelfstandig naamwoord ‘breuk’ te maken heeft met het werkwoord ‘breken’ en dat ze ablautend naast elkaar staan, d.w.z. met klankwisseling. Laatstgenoemde bron, De Vries en De Tollenaere 2004 (blz. 82), meldt dat breuk verband houdt met het Middelnederlandse (dus van vóór 1500 daterende) woord broke, en baseert zich daarbij op het Glossarium Bernense, een Latijns-Limburgse woordenlijst uit de Middeleeuwen. Ook Van Veen en Van der Sijs 1997 (blz. 124) leidt breuk af van broke (of brueke), 1201-1250. Let wel op: beide standaardwerken beweren niet (!), dat de koningsbreuk ‘dus’ al als zodanig voorkwam in de eerste helft van de 13de eeuw (1201-1250). Alleen de auteurs De Vries en De Tollenaere vergelijken het eerder gemelde Mnl. broke met: het Oudsaksische bruki, het Oudfriese breke en het Oudhoogduitse bruk (in het Nieuwhoogduits: bruch). En alleen de auteurs Van Veen en Van der Sijs (blz. 120) attenderen nog op het woord braak, afgeleid van brake (1451-1500), dat zijn oorsprong eveneens vindt in breken. Het woord brook (zie hierboven mijn opsomming van synoniemen) wordt in geen van beide werken besproken, maar heeft m.i. een zelfde etymologie als breuk en braak. Fred, de eerlijkheid gebiedt mij te zeggen, dat ik de afgelopen jaren nooit heb bijgehouden in welke oude archiefstukken ik de namen breuk, braak en brook ben tegengekomen. Vanaf heden ga ik het wèl doen! Hoewel breuk algemeen Nederlands is, kun je uit het hierboven door mij gegeven overzichtje van vindplaatsen in de SB reeds concluderen, dat vooral Vlamingen de term breuk gebruiken. Nederlanders hanteren evenwel veelal de aanduiding koningszilver of kortweg zilver. Met vriendelijke groeten, Alfred Disch
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Schuttersbrief - nummer 55
22 september 2006
3
961
HET FENOMEEN BURGERSCHIETEN (1) AAN: De Heer M.W.E.M. (Mathy) Leunissen, vaandeldrager van Broederschap St.-Sebastianus te Klimmen, documentalist van het Limburgs Schutterstijdschrift en eindredacteur van de Schuttersbrief Beste Mathy,
Maastricht, 11 september 2006
In Schuttersbrief - nummer 51 (blz. 897) maak jij bezwaar ertegen, dat er schutterijen (schuttersgilden) zijn die mede om een commerciële reden (lees: het spekken van de eigen verenigingskas) of zelfs uitsluitend om die ene reden schietingen organiseren voor ‘burgers’, d.w.z. voor niet-leden. Jij meent namelijk, dat het zogeheten burgerschieten ‘voor een groot gedeelte’ geleid heeft tot ‘de problematiek rondom het schieten met de zware buks’ en dit laatste op zijn beurt weer tot de totstandkoming van de (ook door jou) vermaledijde Circulaire Wapens en Munitie 2005, althans voorzover deze ministeriële circulaire de historische of folkloristische schuttersorganisaties die vaker dan driemaal per jaar met munitie schieten, een verplicht KNSA-lidmaatschap wil opleggen. Waar het gaat om oorzaak en gevolg, heb ik je al laten weten het met jou voltrekt oneens te zijn. Voor de argumentatie verwijs ik naar mijn reactie die ik in hetzelfde SB-nummer heb gegeven, direct aansluitend aan jouw mailing van 28 juli j.l. Bovendien wekt jouw artikel in SB 51 sterk de indruk dat je de mening bent toegedaan dat het fenomeen burgerschieten (op het platteland ook wel genoemd: dorpsschieten) pas iets van de laatste tijd is. Ook op dit punt heb ik in mijn eerdere reactie je al meegedeeld, het met jou geenszins eens te zijn. Waar het mij thans in deze SB-rubriek om te doen is, is om jou en anderen de gelegenheid te bieden om mij van repliek te dienen. Maar dàt niet alleen. Meer mensen dan enkel mijn eigen persoontje worden met deze rubriek evenzeer in staat gesteld om concrete voorbeelden aan te dragen die duidelijk maken dat de (in wezen folkloristische) traditie van het burger- of dorpsschieten inderdaad al eeuwenoud is.en dus zeker niet slechts van recente datum dagtekent. Wellicht komt het er nog eens van, dat we zullen kunnen doordringen tot in de oorsprongstijd van het schutterlijke burgerkoningschap. Want ook in het (verre?) verleden was er - naast het ‘instituut’ van de schutterskoning - eveneens het ‘instituut’ van de lokale burger- of dorpskoning! Met vriendelijke groeten, Alfred
Affiche van Schutterij-Broederschap St.-Andreas te Melick (Lb.)
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
962
22 september 2006
4
Schuttersbrief - nummer 55
FVHS: FEDERATIE VAN VLAAMSE HISTORISCHE SCHUTTERSGILDEN (1)
VAN: De Heer Stan Krolicki, secretaris van de FVHS, tevens secretaris van EGS-regio 4 Dag, Beste Heer Disch.
Genk (Belg.Lb.), 17 september 2006
Om organisatorische redenen en om beter op de bal te spelen heeft de Federatie van Vlaamse Historische Schuttersgilden beslist het werkgebied van de FVHS op te splitsen in regio’s, voorlopig drie: Limburg, West1) Vlaanderen en Antwerpen-Brabant. In ons tijdschrift van de eerste helft van volgend jaar zal hier uitgebreid op ingegaan worden. De genoemde regio's zijn reeds operationeel. De vierde FVHS-regio (Oost-Vlaanderen) is in opbouw. * De FVHS-regio West-Vlaanderen heeft als naam gekozen: ‘Schild en Vriend’. Contactpersoon: dhr. Germain Beernaerts, Kerkhofblommenstraat 40, 8840 Staden; telefoon: 051 - 70 01 17; e-mail: via peter.goderis@skynet.be. Deze regio bestaat uit twee verbonden, nl.: Zuid-Westland en Veurne-Ambacht. * De FVHS-regio Limburg heeft als naam: ‘Het Land van de Bokkenrijders’. Contactpersoon: dhr. Peter Ressen, Breeërsteenweg 394, 3640 Kinrooi; telefoon: 089 - 70 29 50; e-mail: peter.ressen@skynet.be. Deze regio bestaan uit de volgende vijf bonden: Schuttersbond Maas en Kempen, Schuttersbond De Maasvallei, Het Provinciaal Verbond van Karabijnschuttersgilden Limburg, Het Verbond van Schuttersgilden Genk en De Lommelse Schuttersgilden. * De FVHS-regio Antwerpen-Brabant heeft als naam gekozen: ‘Het Land van Rijen’. Contactpersoon: dhr. Jan Severyns, Grote Nieuwedijkstraat 433, 2800 Mechelen; telefoon: 015 - 55 43 98; e-mail: jan.severyns@skynet.be. Deze regio bestaat uit de beide volgende bonden: De Hoofdschuttersgilde van Brabant en de Confederatie van Historische Schuttersgilden. Ik wil hier toch even iets kwijt wat mij reeds een tijdje op de maag ligt. Bij de ontbinding van de optocht in Bernheze (Europees Schutterstreffen) zie ik dhr. R. Wuyts van de ‘Nobele Orde van de Papegay’ pamfletten uitdelen in het Duits. Los ervan dat de organisator hiertoe geen toelating gegeven heeft, wil ik onze Duitse vrienden erop wijzen dat deze orde door het Belgische schutterswezen niet erkend wordt en als dusdanig dus 2) geen enkele binding heeft met de Belgische schutterijen en schuttersgilden. Fijne schuttersgroeten, Stan Krolicki 1) Zie ook de FVHS-website: www.vlaamseschuttersgilden.be => Activiteiten => Tijdschrift. 2) Voor een weerwoord zie hierna, blz. 975. ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Schuttersbrief - nummer 55
22 september 2006
5
963
VOLKSSPORT EN VOLKSCULTUUR: TWEE CONFLICTERENDE BELANGEN? (1) VAN: De Heer Peter Ressen, hoofdbestuurslid van de Federatie van Vlaamse Historische Schuttersgilden (FVHS), contactpersoon van de FVHS-regio Limburg, voorzitter van de FVHS-bond / OLS-bond Maas en Kempen, secretaris van de buksschutterij St.-Martinus te Kinrooi Geachte Heer Disch,
Kinrooi (Belg.Lb.), 17 september 2006
Er lijkt thans een discussie zich te ontwikkelen over de scheiding tussen volkssport en volkscultuur. Zie in dat verband ook SB 54, blz. 942. Volgens de heer Hein Comeyne is alles wat te maken heeft met het overhalen van de trekker van een geweer of buks, volkssport en géén volkscultuur. Daarin verschillen wij principieel van mening. Naar mijn mening kun je het schieten zoals dat gebeurt bij een schutterij of gilde, niet los zien van alles wat met een schutterij of gilde te maken heeft. Het is slechts een onderdeel van de totale werking ervan. Meer nog, het verleden heeft ons zeer duidelijk geleerd, dat die schutterijen of gilden waar het schieten de bovenhand gekregen heeft en de tradities en historische gebruiken naar de achtergrond geschoven zijn, het op den duur zeer moeilijk hebben gekregen om te overleven en erger nog - zelfs hun werking volledig hebben moeten stoppen. Daarom dat wij ervoor pleiten dat er weer terug aandacht geschonken wordt aan alle aspecten van het schutters- en gildewezen. Want alleen op die manier kunnen wij jongeren enthousiasmeren om toe te treden tot onze verenigingen. Dit lukt niet alleen met het schieten. VlaS doet bijzonder goed werk op het gebied van de volkssporten. En uiteraard zijn er raakpunten in de werking van VlaS als koepelorganisatie op het vlak van volkssport en de Federatie van Vlaamse Historische Schuttersgilden, (FVHS), de koepelorganisatie op het vlak van volkscultuur. De mogelijke samenwerking tussen beide koepelorganisaties beperkt zich echter tot deze raakpunten; maar dit schijnt mijn inziens niet door te dringen tot de heer Comeyne, en dat betreuren wij ten zeerste. Op zondag 24 september organiseert de FVHS haar vijfde Gildedag en dit in het centrum van Maaseik (Belg.Lb.). De dag begint met een heilige eucharistieviering, helaas niet in de SintCatharinakerk wegens verbouwingen, maar in het parochiecentrum tegenover de kerk. Om 11.30 uur trekt dan de optocht met ongeveer 50 schutterijen en schuttersgilden door het centrum van Maaseik om te eindigen op de Markt. Om 14.30 uur beginnen dan de optredens van vendelen, drumbands, volksdansen etc, ook op de Markt. Daarna, omstreeks 18.00 uur, wordt de Gildedag afgesloten. Dit is een unieke kans om kennis te maken met het gilde- en schutterijleven in Vlaanderen. Met vriendelijke schuttersgroeten, Peter Ressen
VAN: De Heer Hein Comeyne, coördinator van de Vlaamse Traditionele Sporten vzw (VlaS) Geachte Heer Disch,
Brugge (W.Vl.), 22 september 2006
We noteren, dat de heer Ressen vindt dat wij bijzonder goed werk doen op het gebied van volkssporten. VlaS wenst de Federatie Vlaamse Historische Schuttersgilden veel succes met haar Gildefeest te Maaseik. Sportieve groeten, Hein Comeyne ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
964
22 september 2006
6
Schuttersbrief - nummer 55
DE PAUSELIJKE ZOEAVEN EN HET SCHUTTERSWEZEN (1) AAN: De Heer G.N.F.M. (Georges) Disch, directeur van Schippersinternaat Julia te Zwijndrecht (Z.H.), ridder in de Orde van St.-Gregorius de Grote en lid van de vereniging Pro Petri Sede Beste Georges,
Maastricht, 22 september 2006
In de Schuttersbrief - nummer 53 (meer in het bijzonder op blz. 920-921) vertel ik iets over de opmerkelijke basiliek van de Noord-Brabantse plaats Oudenbosch. Wat ik in dat artikel niet vermeld, is de reden waarom de voormalige pastoor Willem Hellemons (1842-1884) zijn nieuwe parochiekerk heeft laten bouwen naar het voorbeeld van twee Romeinse basilieken, de St.-Pieter en de St.-Jan van Lateranen. Zeker, pastoor Hellemons had een grote voorliefde voor de stad Rome waar hij vanwege zijn studie jarenlang had gewoond, en voor de paus. Vandaar! Maar de jaren zestig van de 19de eeuw waarin gestart werd met de bouw van de huidige St.-Agatha- en St.-Barbarabasiliek van Oudenbosch, waren ook de jaren waarin men overal in en buiten Europa voor het eerst vernam van een uitzonderlijk slag van soldaten voor wier belangen Hellemons zich was gaan inzetten: de pauselijke zoeaven. Het dorp Oudenbosch, waarvan nauwelijks iemand gehoord had, zou zelfs gedurende de jaren 1860-1870 zich ontpoppen tot het centrum van de Nederlandse zoeavenbeweging. De voor deze beweging zich ijverende Hellemons had de bijnaam ‘zoeavenpastoor’. Vele jaren later, in 1911, werd dan ook op het kerkplein, pal vóór de tegenwoordige basiliek, het zoeavenmonument opgericht. En sinds 1938 herbergt Oudenbosch tevens het Nederlands Zouavenmuseum. Beste Georges, zoals in mijn hierboven aangehaalde artikel verteld, bezocht ik op vrijdag 28 juli j.l. Oudenbosch. Helaas bleek op die dag het Zouavenmuseum gesloten. Toen ik anderhalve week later een paar dagen bij je logeerde, bood je me aan om met jou mee te gaan naar Oudenbosch. Als ridder in de Orde van St.Gregorius de Grote had je een uitnodiging ontvangen van de vereniging Pro Petri Sede [= Voor Petrus’ Stoel] om toe te treden tot deze vereniging. Maar alvorens de jaarlijkse vergadering van die vereniging in Oudenbosch bij te wonen, wilde je toch eerst even ‘de kust verkennen’. Daarom jouw voorstel om samen met mij een bezoek te brengen aan het Zouavenmuseum. Na afloop van ons bezoek aan het museum kon ik niet nalaten, tegenover jou mijn lichte verbazing uit te spreken over het feit dat in het Zouavenmuseum niets tastbaars te vinden is dat wijst op vroegere bindingen van ex-zoeaven met schutterijen en schuttersgilden: die bindingen moeten er volgens mij wel degelijk geweest zijn. Ik meen me te herinneren, dat je me toen glimlachend toevoegde: Zoek dàt dan maar eens uit! of woorden van die strekking. Welnu, zie hier een begin van onderzoek. Maar vooraf daaraan allereerst twee inleidende paragraafjes. Veel liefs en groetjes, ook voor Winny en de kinderen, je broer Alfred
Wat waren zoeaven? De naam zoeaven (vroegere spelling: zouaven) heeft een drietal betekenissen. De meest oorspronkelijke betekenis is die ter aanduiding van de beste krijgers (in het Arabisch: zwāwa, in het Frans verbasterd tot: zouaves) uit de volksstam der Kabylen in het Atlasgebergte (Algerije, Noord-Afrika), krijgers die als lijfwacht voor Berberse vorsten optraden. Toen deze soldaten in dienst kwamen van de koloniale machthebber Frankrijk, ontstond er een Frans korps zoeaven in Turks aandoende klederdracht, een lichte keurinfanterie voor de dienst in Afrika en elders, welk korps van lieverlede werd aangevuld met Franse soldaten. Tenslotte spreekt men nog van pauselijke zoeaven, die met de eerder bedoelde zoeaven niets gemeen hadden behalve dan de naam en de Turks aandoende klederdracht. De pittoreske klederdracht van voornamelijk grijsblauw laken (zie de afbeelding op de navolgende bladzijde) bestond uit een vest of hemd met lage hals, een kort jasje en een zéér wijde pofbroek en dat alles afgezet met rode biezen, tressen en chevrons. Een kepie (voorzien van een kleine jachthoorn op rode afzetting), witte slobkousen of beenwindsels, lage bergschoenen, een brede rode ceintuur en, op de rechterborst, een klein pauselijk wapen van verguld koper aan een kettinkje completeerden het geheel.
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Schuttersbrief - nummer 55
22 september 2006
7
965
Paus Pius IX en zijn zoeaven De pauselijke zoeaven vormden een vrijwilligerskorps ter verdediging van de Kerkelijke Staat (= officieel: de Pauselijke Staten) tegen de poging tot annexatie door Italië (1860-1870). Tot de vorming van dat vrijwilligerskorps, aanvankelijk een bataljon (ca. 1.000 manschappen) en later een regiment (ca. 4.000 manschappen), had paus Pius IX (1846-1878) besloten in 1860. Directe aanleiding tot diens beslissing was in hetzelfde jaar de verovering van Romagna, een der Pauselijke Staten, door koning Victor Emmanuel II van Sardinië-Piëmont (1849-1861; eerste koning van Italië, 1861-1878), bij wie spoedig - na een succesvolle veldtocht van generaal en vrijheidsheld Giuseppe Garibaldi - Zuid-Italië en Sicilië zich zouden aansluiten. En zo ontstond het koninkrijk Italië met Turijn als voorlopige hoofdstad. Kern van het probleem was het conflict tussen paus Pius IX en de rest van Italië. De bewoners van het Apennijns schiereiland streefden naar de totstandkoming van een eenheidsstaat (Italië) met Rome als hoofdstad. Doch Rome was anno 1860 nog steeds de hoofdstad van de Kerkelijke Staat, het wereldlijk gebied van de paus dat in Midden-Italië zich uitstrekte van de Middellandse Zee in het westen tot aan de Adriatische Zee in het oosten. De landstreek Latium (d.w.z. Rome en wijde omgeving) bestreek grofweg het zogeheten Patrimonium Petri [= Erfgoed van Petrus], het oorspronkelijke gebied van de Kerkelijke Staat, dat in 754 aan de toenmalige paus was geschonken door de Frankische vorst Pippijn III de Korte na Bron: www.geocities.com diens overwinning op de Langobarden. Nadien hadden opeenvolgende pausen hun wereldlijk gebied verder weten te vergroten, nl. met de benoorden Rome liggende landstreken Umbrië en de Marken alsmede het nog meer noordwaarts gelegen Romagna. Nu hem Romagna (de noordelijkste van de Pauselijke Staten) ontnomen was, wenste Pius IX niet langer lijdzaam toe te zien. Het meest tragische van héél zijn optreden was misschien wel, dat paus Pius IX de tekenen van zijn tijd niet verstond, het eenheidsstreven van de Italianen onderschatte, diplomatisch overleg met zijn politieke tegenstrevers categorisch weigerde en bovendien zijn geestelijke autoriteit ging gebruiken om zijn wereldlijke macht te onderstrepen en te handhaven. Dit laatste leidde mede ertoe, dat vele katholieken buiten Italië de aanvallen op de Kerkelijke Staat ten onrechte gingen beschouwen als even zovele aanvallen op de Kerk zelf, op het katholiek geloof en op de persoon van ‘de Heilige Vader’. Na een beroep van Pius IX op de katholieke wereld stroomden idealistische jongeren toe, aanvankelijk vooral uit Frankrijk en België doch allengs in steeds grotere mate uit Nederland. Volgens meer recente berekeningen moeten er van de ±11.000 zoeaven uit de periode 1860-1870 eerder 4.000 dan 3.000 van Nederlandse herkomst geweest zijn, sowieso al het grootste contingent vrijwilligers. Frankrijk zond bijna 3.000 jongemannen en België ruim 1.600 vrijwilligers (waarvan de meeste uit Vlaanderen). Italië zelf leverde - begrijpelijkerwijs - slechts een schamele 744. De nationaliteiten onder de zoeaven waren overigens zéér divers: zelfs China was vertegenwoordigd!
Bron: Zaal 1980
Beroemd is de Slag bij Mentana op 3 november 1867. In deze slag werden dankzij vooral het heldhaftige optreden van de zoeaven de troepen van Garibaldi verdreven uit het nog resterende deel van de Kerkelijke Staat. Daarmee verdween Garibaldi definitief van het Italiaanse strijdtoneel. Een periode van betrekkelijke rust volgde tot 1870. In dat jaar brak de Frans-Duitse Oorlog (1870-1871) uit. Keizer Napoleon III haalde ijlings zijn laatste troepen uit Italië weg. Koning Victor Emmanuel zag daarop zijn kans schoon. Met een overmacht aan troepen (50.000 manschappen tegenover een pauselijk leger van 8.000 man waaronder 4.000 zoeaven) begon hij het Beleg van Rome (20 september 1870). Om verder bloedvergieten te vermijden, zo wil het verhaal, gaf Pius IX de zoeaven het bevel om de strijd te staken. Op 21 september nam hij afscheid van zijn getrouwe zoeaven. Het schijnt, dat de paus daarbij, door emoties overmand, in onmacht viel. Koning Victor Emmanuel was zegevierend Rome binnengetrokken. En de paus… hij trok zich ‘als vrijwillige gevangene’ terug in het Vaticaan, een situatie die zou voortduren tot in 1929. Op 11 februari 1929 tekenden paus Pius XI en dictator Benito Mussolini het Concordaat (= Verdrag) van Lateranen, waarbij Italië de soevereiniteit van de paus erkende. Sedertdien bestaat het pauselijk territoir zowel feitelijk als rechtens uit niet veel meer dan een ministaatje van 44 hectaren. Daarmee is in minimale vorm het Erfgoed van Petrus veiliggesteld. De strijd van de zoeaven lijkt dan toch niet helemaal voor niets geweest te zijn!
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------966
22 september 2006
8
Schuttersbrief - nummer 55
AAN: De Heer Drs. L.J.E. (Luc) Wolters, conservator Limburgs Schutterijenmuseum en eindredacteur Limburgs Schutterstijdschrift (LS) Maastricht, 1 september 2006 Beste Luc, Als ik mij niet vergis, is er ooit iets over het onderwerp ‘de pauselijke zoeaven en het schutterijwezen’ gepubliceerd in het LS, hetzij door jou hetzij door iemand anders. Of vergis ik me? Ik wil binnenkort in de SB een rubriek over het voormeld onderwerp openen n.a.v. een recent bezoek van mij aan het Nederlands Zouavenmuseum te Oudenbosch. Overigens vond ik daar in de expositieruimte niets dat wees op vroegere banden tussen ex-zoeaven en schutterijen (schuttersgilden). Naar mijn mening moeten die banden er toch wel geweest zijn. Maar de (vrouwelijke) gids, ernaar gevraagd, wist me in dezen niets te melden. Ik moet de museumconservator zelf overigens nog bevragen. Met vriendelijke groeten, Alfred
VAN: De Heer Luc Wolters Simpelveld (Lb.), 5 september 2006 Beste Alfred, Los van het feit dat ik het een bijzonder interessant onderwerp vind, is er bij mijn weten niet eerder in het LS iets gepubliceerd over ‘de pauselijke zoeaven en het schutterijwezen’. Van schutterskeizer Dohmen uit Schinveld weet ik evenwel, dat hij zoeaaf geweest is. Hier is mondjesmaat wel over geschreven; wellicht is het goed om bij gelegenheid de beschikbare gegevens te bundelen tot een artikeltje. Ongetwijfeld zijn er nog meer zoeaven bij de schutterij / het gilde aangesloten geweest. Uit Nederland kwam immers een vrij groot aantal vrijwillige pauselijke strijders, die na hun Romeinse tijd in katholieke kringen zeer gezien waren en in diverse gevallen wel hun weg naar het katholiek ingestelde verenigingsleven gevonden zullen hebben. In Schuttersbrief - nr. 53 las ik, dat je in Oudenbosch was. Het onderwerp wordt dus ongetwijfeld vervolgd. Met vriendelijke groet, Luc
AAN: De Heer Luc Wolters Maastricht, 5 september 2006 Beste Luc, Dank voor jouw reactie en vooral vanwege het feit dat je mijn aandacht vestigde op met name het ZuidLimburgse dorp Schinveld. Want eensklaps herinnerde ik mij, dat ik jaren geleden iets over het onderwerp ‘de pauselijke zoeaven en het schutterswezen’ was tegengekomen in Bosch 1972. Uiteraard ben ik meteen weer eens gaan neuzen in het boek van J.H.W. Bosch. Zie bijgaand op de volgende pagina wat ik vond. Al lezende bij Bosch - en meer in het bijzonder waar hij het heeft over de Keizersberg - schoot mij te binnen, dat ik ooit ergens een passage had gelezen waarin verhaald wordt over een schutter (tevens keizer en exzoeaaf?) die nagenoeg dagelijks een heuvel (in Nederland ras ‘berg’ genoemd) beklom en op de top ervan telkens een keitje deponeerde om zodoende met al die keitjes dáár, op die heuveltop, uiteindelijk een meer dan levensgroot kruis te vervaardigen. Natuurlijk ging ik nu aan de Keizersberg van Schinveld denken! Maar ondanks herlezing van het ganse boek van Bosch (342 blz.) vond ik de bewuste passage niet. Heeft ‘mijn verhaal’ misschien dan toch betrekking op een héél andere berg en een héél andere schutterij? Hoe het ook zij, jouw reactie van vandaag was méér dan welkom en heeft de eerste concrete aanwijzing gegeven van wat ik reeds vermoedde: het vroegere bestaan van bindingen van ex-zoeaven met schuttersorganisaties. Wellicht dat deze eerste concrete aanwijzing nu ànderen ertoe zal bewegen om eveneens iets in dezen van zich te laten horen. Ik denk, dat óók het Nederlands Zouavenmuseum te Oudenbosch zulks op prijs zal stellen. Met vriendelijke groeten, Alfred
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Schuttersbrief - nummer 55
22 september 2006
9
967
UIT:
Schinveld. Bijdrage tot de geschiedenis van Schinveld door J.H.W. Bosch, emeritus priester-leraar aan het Bisschoppelijk College te Sittard, Schinveld 1972 (blz. 69 en 173) ---
Uit het hoofdstuk Pastoors en kapelaans van de laatste 100 jaar. Hoofden der school. Bijzonderheden over Pastoor Joors, Martin Dohmen, Christiaan Dohmen en Breukers op blz. 67-71, meer speciaal blz. 69 Boven [nl. op blz. 68] hebben we gesproken van de molenaar [Antoon] Dohmen. Een broer van hem, Christiaan Dohmen, is de enige Pauselijke Zouaaf in Schinveld geweest. Meer dan duizend jaar had er een Pauselijke Staat bestaan, die met zijn leger meetelde onder de Staten van Europa. Hij omvatte geheel Midden-Italië. In 1870 maakte Garibaldi met zijn troepen zich meester van de Kerkelijke Staat, om Italië tot één groot koninkrijk te verenigen. De paus had uit heel Europa katholieke jonge mannen opgeroepen om zijn Staat te verdedigen. De pauselijke soldaten heetten Zouaven. Bijna 5000 katholieke vrijwilligers trokken naar Italië alleen al uit Nederland. Uit Schinveld meldde zich Christiaan Dohmen. Hij kreeg de medaille van Verdienste wegens het deelnemen aan de slag van Mentana in 1867, waar Garibaldi verslagen werd. Doch 3 jaren later kwam er een einde aan de Pauselijke Staat. Eerst in 1929 werd deze ‘Romeinse kwestie’ opgelost, doordat de Paus de stad van het Vaticaan, enkele kerken in Rome en het buitenverblijf Castel Gandolfo terugkreeg. In Castel Gandolfo heeft in september 1949 de Zangvereniging ‘Oranje’ van Schinveld, staande voor Paus Pius XII, haar hoogste roem behaald. Christiaan Dohmen werd genoemd ‘de keizer oet de meule’ omdat hij keizer was van de schutterij. Hij verbleef veel op de Breukberg, die tenslotte naar hem de ‘Keizersberg’ is genoemd. Hij is gestorven in 1912 te Sittard en aldaar begraven op het oude kerkhof. Een andere broer, Martin Dohmen, was Internationaal Consul-Generaal in Japan. Hij schonk aan de kerk van Schinveld een blauwe Turkooizen Japanse rozenkrans, die lange tijd gehangen heeft op het O.L.Vrouwe altaar. ---
Uit het hoofdstuk Schinveldse soldaten in vroegere eeuwen op blz. 169-173, meer speciaal de laatste alinea op blz. 173 Tenslotte noemen wij nog Christiaan Dohmen, de latere Keizer van de Schutterij van Schinveld, die dienst nam in het leger der Zouaven van Paus Pius IX en in 1867 deelnam aan de slag bij Mentana, waar Garibaldi verslagen werd. Christiaan Dohmen is in 1912 gestorven te Sittard en begraven op het oude Kerkhof aldaar. ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------968
22 september 2006
10
Schuttersbrief - nummer 55
AAN: De Heer P.H.J.G. (Peter) van Kuijen, hoofdredacteur van het NBFS-kwartaalblad De Gildetrom Beste Peter,
Maastricht, 9 september 2006
In het kader van mijn onderzoek(je) naar vroegere bindingen van ex-zoeaven met schuttersgilden vroeg ik mij natuurlijk ook af, of over die banden wellicht ooit iets gepubliceerd is in De Gildetrom. Daarom ben ik allereerst eens gaan kijken bij Van Esch 1983-1996: je weet wel - de 3 (drie) repertoria, registers of indexen op jouw NBFS-kwartaalblad. Maar volgens Van Esch 1983-1996 bericht De Gildetrom nergens over zoeaven, althans niet iets in de jaargangen 1 t/m 38. Mijn vraag aan jou is dan ook, of jouw periodiek misschien vanaf 1992 tot heden (dus in de jaargangen 39 e.v.) tòch al eens iets heeft gemeld over pauselijke zoeaven in relatie tot het schuttersgildewezen. En - in meer algemene zin - weet jij misschien, of er iemand in of buiten Noord-Brabant ooit over het onderhavige onderwerp geschreven heeft? Uit de voorgaande correspondentie i.c. de e-mail van Luc Wolters en mijn reactie daarop valt al af te leiden, dat in ten minste één publicatie iets te vinden is over een ex-zoeaaf en diens betrokkenheid bij het schutterswezen. Ik doel dan op het tweetal fragmentjes in het aangehaalde boekwerk Bosch 1972. Inmiddels heb ik contact opgenomen met de conservatrice van het Nederlands Zouavenmuseum te Oudenbosch, mevrouw M.C. (Marijke) Zonneveld-Kouters, en met Dr. Eugeen van Autenboer, de opperhoofdman [= voorzitter] van de Hoge Gilderaad der Kempen (HGK), tevens hoofdredacteur van het HGK-kwartaalblad De Knaap. Eerstgenoemde meldde mij onder meer, dat haar niets bekend is van een verband tussen zoeaven en schuttersgilden. Ook Eugeen van Autenboer liet weten, dat hij nooit iets gehoord of gelezen had over bindingen van exzoeaven met schuttersgilden. Ik zou er anders onmiddellijk een notitie van hebben gemaakt, vertelde hij mij vandaag telefonisch. En aangezien Van Autenboer (inmiddels 86 jaar!) van meet af aan - aanvankelijk als griffier [= secretaris] van de HGK - ook in redactionele zin nauw betrokken is bij het wel en wee van De Knaap, kon hij mij tevens meedelen, dat nergens in het HGK-kwartaalblad (1966-heden) iets vermeld staat over het onderwerp ‘ex-zoeaven en schuttersgilden’. Overigens hoeft dàt, volgens Van Autenboer, nog helemaal niet te betekenen, dat zulke banden er niet geweest zouden zijn in het gebied der Kempen, elders in de provincie Antwerpen en/of elders in België, integendeel zelfs. Om er meteen - héél bescheiden - op te laten volgen: Ik weet immers ook niet alles! Beste Peter, tot dusver de stand van zaken. Misschien kun jij nog nieuws aan het vorenstaande toevoegen. Met vriendelijke groeten, Alfred Disch
VAN: De Heer Luc Wolters Beste Alfred,
Simpelveld, 10 september 2006
Je geheugen laat je wat de Schinveldse zoeaaf Christiaan Joseph Dohmen (1834-1912) niet in de steek. Naar hem is de Keizersberg in Schinveld genoemd, inderdaad vanwege het feit dat hij zich op deze hoogte regelmatig terugtrok. Op de heuvel had hij een Calvarieberg aangelegd met op de grond in witte steentjes drie kruisen, omplant met heesters en dennenbomen. Elke dag ging hij hierheen omwille van de herinneringen aan de Slag bij Mentana (1867), die door de pauselijke zoeaven is gestreden en gewonnen. Bron: Limburgsch Dagblad, 22 november 1951. Van andere Limburgse zoeaven is mij zo 1-2-3 geen binding met de schutterij bekend. Maar wellicht door jouw oproep - en desgewenst in combinatie met een oproep in het Limburgs Schutterstijdschrift, voorzover ons lezerspubliek zich in het Limburgse niet overlapt - worden er meerdere zoeaven-schutters aangemeld. NB: er is recent een lijst met Limburgse zoeaven gepubliceerd in het Limburgs Tijdschrift voor Genealogie [LTG], nr. 3 (2005), met 250 namen. Dat moet ons aardig in de richting helpen, nietwaar? Wellicht is er ook in de genealogische hoek kennis over het gezochte raakvlak voorhanden. Wisten de mensen van het museum uit Oudenbosch nog nadere persoonsgegevens te verstrekken? Uit dit plaatsje heeft zich overigens een behoorlijk aantal vrijwilligers als zoeaaf aangemeld, dat bij nader onderzoek ongetwijfeld voor deze of gene een relatie met het gilde St.-Sebastiaan Oudenbosch aan het licht zal kunnen brengen. Met vriendelijke groet, Luc Wolters ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Schuttersbrief - nummer 55
22 september 2006
11
969
VAN: De Heer Peter van Kuijen Beste Alfred,
Eindhoven (N.Br.), 12 september 2006
Ik heb jouw schrijven ontvangen en ben in de voorgaande jaargangen van De Gildetrom gaan snuffelen. Maar helaas, er zijn geen artikelen of berichtjes betreffende de zoeaven met betrekking tot de gilden. Maar wat ik wel vond, en dat hing nog in mijn geheugen, is een artikel in ’t Gruun Buukske, een uitgave van de Heemkundige Studiekring Kempenland (Eindhoven, jaargang 25 - nummer 1, blz. 26-32), met als titel ´De zoeaven van Waalre´. Hierin worden vijf personen beschreven waarvan er één een band had met een gilde. Het gaat hier om een zekere Willem van de Moosdijk, geboren in Waalre op 18 september 1836. Hij woonde voor 1866 al in Geldrop. Zijn stamnummer was 2255, dat op elk dossierstuk terug te vinden is. Hij vertrok op 16 februari 1866 naar Italië, deed mee aan de veldtocht van 1867 en werd onderscheiden met het Mentanakruis. Na twee jaar, in 1868, nam hij op 16 februari zijn ontslag. In 1871 was hij koning van het Catharina- en Barbaragilde van Geldrop. In 1880 werd hij dubbelkoning en liet hij een zilveren schild maken met een afbeelding van een pauselijke zoeaaf voor de St.-Pieterskerk van Rome. Hij overleed in Geldrop op 13 februari 1894. Het artikel is geschreven door E. Meijs. Hopelijk kun je hiermee vooruit. Althans, er is weer een tipje opgelicht voor jouw vraag. Als je een kopie van het artikel wil hebben, dan zal ik je dat toesturen. Groet, Peter van Kuijen
AAN: De Heer Peter van Kuijen (met cc. aan Luc Wolters) Beste Peter,
Maastricht, 12 september 2006
Hartelijk dank voor de gegevens. Gaarne toezending van Meis’ artikel. En ter attentie van Luc: op korte termijn zal ik nader berichten over de bij het Zouavenmuseum en elders voorhanden persoonsgegevens. Met vriendelijke groeten, Alfred Disch
AAN: De Heren Peter van Kuijen en Luc Wolters Beste Peter en Luc,
Maastricht, 22 september 2006
Niet alleen vond ik eerder deze week via het LTG-artikel weer een zoeaaf-schutter (ditmaal te Maastricht), maar bovendien op het Internet, allengs ook voor het schutterijonderzoek een alsmaar belangrijker wordende bron (!), twee opmerkelijke zaken, t.w.: 1) een schat aan historisch materiaal over alles wat met de zoeaventijd te maken heeft; 2) een complete zoeavenschutterij, de St.-Joris, zijnde een afdeling van de in 1871 door de ex-zoeaaf F.E. (Frans) Becx opgerichte Tilburgsche Zouaven-Broederschap ‘Fidei et Virtuti’ [= Voor Geloof en Deugd]. Hoevele exact en wie precies van de toenmalige ex-zoeaven uit de Noord-Brabantse stad Tilburg en (wijde?) omgeving lid geworden zijn van de voormelde schuttersafdeling, moet ik nog uitvogelen. De vereniging als geheel, dus de ‘Fidei et Virtuti’, telde weliswaar 240 leden, maar of die ook allemaal werkelijk zoeaaf geweest waren en tevens alle tot de St.-Joris toegetreden zijn? Mijn tot dusver enige bronnen inzake de zoeavenschutterij St.-Joris zijn: Van de Pol 1971 en Van Doremalen 1996; géén van beide auteurs noemt echter - door het verloren gaan van het verenigingsarchief - een St.-Jorislid met naam en toenaam. Beste Peter en Luc, dankzij het onmiddellijk voorafgaande en dankzij jullie waardevolle inbreng kom ik nu tot samenstelling van de beide bijgaande lijstjes. Moge dit alles een stimulans zijn voor ànderen om eens te bezien, of ook zij iets te melden hebben over bindingen tussen ex-zoeaven en het schutters(gilde)wezen! Met vriendelijke groeten, Alfred Disch
Voorlopige naamlijst van zoeaven-schutters (Stand van kennis d.d. 22.9.2006) Provincie Limburg (NL) Limburg (NL) Noord-Brabant Noord-Brabant
Plaats Maastricht Schinveld Geldrop Tilburg
Zoeaaf Becker, G.H. (Huub) Dohmen, Christiaan Joseph Van de Moosdijk, Willem NN = onbekend aantal
Schutterij Dienstdoende Schutterij St.-Eligius St.-Catharina en St.-Barbara St.-Joris [zoeavenschutterij]
Huidige gemeente Maastricht Onderbanken Geldrop-Mierlo Tilburg
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
970
22 september 2006
12
Schuttersbrief - nummer 55
Tussentijdse bronnenopgave (Stand van zaken d.d. 22.9.2006)
01) 02) 03)
04)
05)
06)
07)
Bronnen waarin zoeaven-schutters genoemd worden. (Betreft de provincies NL-Limburg en NoordBrabant. Aangaande de overige Nederlandse provincies en de Vlaamse provincies, incluis B-Limburg, zijn mij nog géén bronnen over zoeaven-schutters bekend.) Bosch 1972 = J.W.H. Bosch: Schinveld. Bijdrage tot de geschiedenis van Schinveld. Uitgegeven door de gemeente Schinveld. Schinveld 1972. [Over C.J. Dohmen, zoeaaf en schutterskeizer, zie blz. 69 en 173]. Coenen e.a. 1977 = Jean Coenen e.a.: De Geldropse Zoeaven in de strijd tegen de eenheid van Italië (1861-1870). Geldrop 1977. [Over Willem van de Moosdijk, zoeaaf en schutterskoning, zie passim]. Van Doremalen 1996 = H.J.M. (Henk) van Doremalen: Tilburgse zoeaven ten strijde voor de paus, in: Tilburg. Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur. Jaargang 14 - nr. 2 [= Zoeavennummer!], Tilburg 1996, blz. 35-57 en 76-79. Integraal óók op Internet: http://www.historietilburg.nl/tijdschrift/ 6.3/249.htm#Geraadpleegde%20bronnen of www.google.nl => Zoeken => [in te tikken zoekwoord] zoeaven => Tijdschrift. [Betreft onder meer (!) de oprichting van een zoeavenschutterij te Tilburg]. Evers 2005 = I.M.H. (Ingrid) Evers: Het Limburgse contingent zoeaven in de strijd om het behoud van de Kerkelijke Staat, in Limburgs Tijdschrift voor Genealogie (LTG), uitgegeven door de Sectie Genealogie van het Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap (LGOG), jaargang 33 - nr. 3, Maastricht 2005, blz. 69-87. [Over Huub Becker, zoeaaf en kapitein der DD Schutterij te Maastricht, zie blz.74 en 78]. LD 1951 = NN (Schutterskeizer van Schinveld was eertijds vermaard Zouaaf in het leger van de Paus), in: Limburgsch Dablad: editie van 22.11.1951. Heerlen 1951. [Confer: Stadsbibliotheek Maastricht, Collectie Microfiches] [ Betreft eerdergenoemde Christiaan Joseph Dohmen, zoeaaf en schutterskeizer]. Meis 1996 = E. Meis: De zoeaven van Waalre, in ’t Gruun Buukske, uitgegeven door de Heemkundige Studiekring Kempenland, Eindhoven 1996, jaargang 25 - nummer 1, blz. 26-32. [Zie vooral blz. 29: betreft de hierboven vermelde Willem van de Moosdijk uit Geldrop]. Van de Pol 1971 = Ben van de Pol (red.): Pierre van Beek: Heemkunde-artikelen. Tilburg leverde paus ruim dertig man a) in Het Nieuwsblad van het Zuiden - editie van donderdag 16.12.1971, en b) op de internettab www.cubra.nl/tilburgsdialect/pierrevanbeek/heemkunde15zouaven.htm. [Vermelding van o.a. de oprichting van een zoeavenschutterij te Tilburg].
Bronnen van meer algemene aard (voor Nederland en Vlaanderen) 08) Bisdom Den Bosch: Bisschoppelijk Archief te Den Bosch. [Betreft: a) doos zoeaven; b) correspondentie]. 09) Bosman 1979 = Th.E.A. Bosman: ‘Ter eere Gods, tot heil van Paus en Kerk’. Enige aspecten van de Nederlandse zouavenbeweging nader beschouwd. [Onuitgegeven scriptie; Rijksuniversiteit Utrecht]. Utrecht 1979. [Ter inzage bij o.a.: Zouavenmuseum te Oudenbosch en Bisschoppelijk Archief te Den Bosch]. 10) Brouwers 1870 = J.W. Brouwers: Nederland aan Pius IX op den XI april 1869. [Pius-Album]. Amsterdam 1870. [Op blz. 292-373: lijst van Nederlandse pauselijke zoeaven]. 11) Christofoor 1947 = Br. Christofoor [= kloosternaam voor: Christofoor van Langen]: Uit het epos der 3000 Nederlandse zouaven. Nijmegen 1947. 12) Documentatiecentrum Dr. M. Bussels te Hamont-Achel (Belg.Lb.): Bidprentjesarchief en streekarchief voortkomende van pater Dominicus De Jong, Achelse Kluis. [Trefwoord: Zoeaven]. (--) Van Doremalen 1996: zie hierboven bij punt 03. Hoewel deze publicatie (in artikelvorm en op het Internet) van drs. Henk van Doremalen toegesneden is op de zoeaven uit Tilburg (N.Br.), gaat het hier om een van de beste studies inzake de zoeaven (ook wat betreft het bronnenmateriaal!), zowel ten aanzien van Tilburg en Noord-Brabant als in meer algemene zin. [In Van Doremalen 1996 o.m. (!) gegevens over 66 zoeaven uit dan wel ex-zoeaven te Tilburg en over de oprichting van een zoeavenschutterij aldaar]. 13) Van Essen 1988 = Petra van Essen: Voor Paus en Koning. Een korte geschiedenis van de Nederlandse zouaven, 1860-1870. Uitgegeven ter gelegenheid van het 50-jarige bestaan van het Nederlands Zouavenmuseum. Oudenbosch 1988. (--) Evers 2005: zie hierboven bij punt 04. Voor deze studie van drs. Ingrid Evers geldt mutatis mutandis hetzelfde als wat vlak hierboven bij Van Doremalen 1996 vermeld staat. Bij beide auteurs wordt in weinig woorden véél gezegd. In feite geven beiden een goede samenvatting van de ganse zoeavenhistorie! [Evers 2005 verstrekt o.m. (!) een ‘aangeklede’ naamlijst van zo’n 300 Limburgse zoeaven]. 14) FvT = Fraters [= Broeders] van Tilburg: Archief Fraters van Tilburg. [Betreft: a) diverse dossiers, t.w. ‘congregatie’, ‘historie en curiosa’, ‘zoeaven’; b) persoonsdossiers van frater Eustachius Brauërs, frater Mauritius [= Livinus Vliegendehond, ex-zoeaaf], frater Fredericus Versteeg, frater Michiel van Rooij]. 15) Internetsite www.geocities.com, in het bijzonder betreffende ‘Het Belgische leger 1830-1914’: http:// www.geocities.com/belgianarmypre1914/Inhoud.html, speciaal: Pauselijke Zoeaven 1860-70, De Belgische Zoeaven in Pauselijke dienst gevallen en De nationale orden en medailles van de Pauselijke Zoeaven,
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Schuttersbrief - nummer 55
22 september 2006
13
971
16) Internetsite www.google.nl => Zoeken => [in te tikken zoekwoord] zoeaven; eventueel ook nog => Afbeeldingen. Vermeldde d.d. 17.9.2006 maar liefst ±629 hits of links resp. toonde 14 afbeeldingen. 17) Internetsite www.wikipedia.org => Nederlands => Zoeken => [in te tikken zoekwoord] zoeaven. Leverde d.d. 19.9.2006 slechts 3 links of hits op, maar daar zal mogelijk snel verandering in gaan komen. Zie aldaar ook aan het slot van lemma Zouaaf de aanduiding ‘info over zouaven’; door aanklikken krijgt men rechtstreekse verbinding met de hierboven onder punt 15 bedoelde lemmata. 18) Nederlands Zouavenmuseum te Oudenbosch (N.Br.). Bezoekadres: Markt 31, Oudenbosch; Postadres: Postbus 198, 4730 AD Oudenbosch. Telefoon (informatie): 0165 - 21 34 48. E-mail: info@zouavenmuseum.nl. Internet: www.zouavenmuseum.nl. [Betreft collecties realia, archiefbescheiden (o.a. de inschrijfregisters!), boeken, foto’s, bidprentjes, etc. etc.]. 19) Van Nispen 1995 = M.C.J.L. van Nispen: Pro Petri Sede. Voor de Stoel van Petrus. Hommage aan de zouaven van Oudenbosch. Oudenbosch z.j. (1995). 20) Nuyens 1892 = André Nuyens: Gedenkboek der pauselijke zouaven 1867-1892. Uitgegeven bij den vijf-entwingsten Gedenkdag van hunne roemrijke overwinning bij Mentana 3 November 1867. Roermond 1892. 21) Van Overveld 1967 = W. van Overveld: De geschiedenis der pauselijke zoeaven. Pro Petri Sede. Oudenbosch 1967. 22) Van Veerdegem 1914 = Armand van Veerdegem: De laatste kruisridders. Geschiedenis der pauselijke Zouaven. Z.pl. 1914. 23) Van de Ven 1985 = J. van de Ven: Van bittere ernst naar folklore. Tentoonstelling over zoeaven in Beek en Donk, in: Brabants Dagblad, editie van 15.1.1985. 24) Vereniging Pro Petri Sede [= Voor Petrus’ Stoel]: Getuigenis-Témoignage. [Driemaandelijks, tweetalig periodiek voor de afdelingen België, Luxemburg en Nederland]. Jaargangen 1 e.v. Oudenbosch 1973-heden. 25) Zaal 1980 = Wim Zaal: De vuist van de paus. De Nederlandse zouaven en het einde van de Kerkelijke Staat, 1860-1870. Amsterdam 1980. POSTSCRIPTUM. In een van de volgende afleveringen van deze rubriek zal een begin worden gemaakt met een overzicht dat aangeeft vanwaar in Nederland en Vlaanderen zoeaven afkomstig waren. Het ligt in de bedoeling om - na afronding van het onderzoek - aparte afleveringen in deze SB-rubriek te wijden aan de individuele zoeaven-schutters en natuurlijk een afzonderlijke rubriek aan de zoeavenschutterij St.-Joris te Tilburg. Ook wil ik er alvast op wijzen, dat er in een speciale SB-rubriek aandacht zal worden geschonken aan het Nederlands Zouavenmuseum te Oudenbosch. A.D.
Uitgave 1935
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
972
22 september 2006
14
Schuttersbrief - nummer 55
DE VLAAMSE GILDEDAG (1) De 5de Gildedag (2006) te Maaseik in Belgisch-Limburg
PROGRAMMA 09.00 uur
Aanmelden deelnemende gilden Ontvangst genodigden
10.00 uur
Gildemis: Parochiaal Centrum
11.30 uur
Vertrek optocht: aan het Parochiaal Centrum
12.30 uur
Ontbinding optocht: Markt
13.00 uur – Vrij middagmaal 14.30 uur 14.30 uur
Opening tentoonstelling: Parochiezaal
14.30 uur
Start optredens op de Markt * * * *
17.30 uur
Gildedansen Vendelen Trommelkorpsen Demonstraties luchtgeweer- en handboogschieten
Gastoptreden
Âą 18.00 uur Afsluiten Gildedag op de Markt
* Toespraak van de hoofdman * Afscheid door de voorzitter * Afhalen herinnering en zilveren plaket Deelnemende koepelorganisaties: Confederatie van Historische Schuttersgilden Hoofdschuttersgilde van Brabant De Lommelse Schuttersgilden Provinciaal Hoofdverbond Karabijnschuttersgilden Limburg Samenwerkende Verbonden Zuid-Westland en Veurne-Ambacht Schuttersbond Maas en Kempen Schuttersbond De Maasvallei Verbond der Schuttersgilden Genk ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Schuttersbrief - nummer 55
22 september 2006
15
973
VlaS: VLAAMSE TRADITIONELE SPORTEN vzw (3) Vervolg op SB 50, blz. 856, en SB 54, blz. 942
VAN: De Heer Hein Comeyne, coördinator van VlaS Geachte,
Brugge (W.Vl.), 11 september 2006
Hierbij een korte verduidelijking over de werking VlaS. De Vlaamse Traditionele Sporten vzw (kortweg VlaS) is erkend als ‘organisatie voor sportieve vrijetijdsbesteding’ voor de cluster ‘traditionele volksspelen’ binnen het Vlaamse decreet op de erkenning en subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor sportieve vrijetijdsbesteding. (Belgisch Staatsblad 14 sept 2001 - Vlaamse Parlement 13 juli 2001). Hiertoe dienen wij regelmatig de door Bloso gevraagde dossiers binnen voor de controle op de erkenningsvoorwaarden en voor de verantwoording van de subsidiëring. VlaS heeft als missie (uittreksel uit het beleidsplan 2005-2008): * De beoefening van traditionele sporten in Vlaanderen bevorderen als actieve wedstrijd- en recreatiesport in georganiseerd verband. * De waarden eigen aan de traditionele sporten (respect, gemeenschapsbanden, fair-play en vrijwillige inzet) nog versterken * De dynamiek van het aanbod van onze traditionele sportverenigingen en de bekendheid van dit aanbod bevorderen. * Het positief imago van de traditionele sporten versterken. * Bijdragen tot de ontwikkeling en actualisering van het sportief aspect van het spel-erfgoed aangeboden door de aangesloten bonden en clubs. * De traditionele sportverenigingen in Vlaanderen vertegenwoordigen en ondersteunen. * Dit alles op kwalitatieve wijze en los van ideologische en religieuze overtuigingen. VlaS wil aldus alle volkssportverenigingen en dus ook de schutterijen op de hoogte brengen van de mogelijkheid om bij de koepel met bovenstaande doelen aan te sluiten. Bloso legt ons, als één van de vele voorwaarde voor subsidiëring op om àl onze aangesloten leden en bestuursleden te verzekeren voor ongevallen tijdens alle activiteiten van de aangesloten verenigingen. Het is aldus voor VlaS noodzakelijk om hierover met de kandidaat leden te communiceren, temeer aangezien het VlaS-lidgeld van vijf euro per lid per jaar voor een groot gedeelte voor globale verzekeringspremie wordt aangewend. VlaS doet echter veel meer dan het aanbieden van een kwalitatieve ongevallenverzekering voor leden en bestuursleden én voor niet-leden tijdens promotie-acties. Dat kan je bijvoorbeeld zien in ons driemaandelijks tijdschrift Trend of op onze webstek www.vlas.be. VlaS werkt momenteel samen met de Federatie Vlaamse Historische Schuttersgilden vzw. In het volgende nummer van Trend *) lees je hierover meer. Sportieve groeten, Hein Comeyne *) Noot van de SB-redactie: Trend.Vlaamse Traditionele Sporten vzw. [Driemaandelijks tijdschrift van VlaS]. Redactieadres, secretariaat en zetel: Polderstraat 76-A / Bus 2, B - 8310 Brugge; telefoon en fax: 050 - 35 84 62. GSM: 0478 - 55 37 31 (Henk Comeyne). E-mail: info@vlas.be. Webstek: www.vlas.be. Abonnement voor VlaS-leden: € 5; voor anderen: € 10; bankrekeningnummer: 734-3323854-61. A.D. ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
974
22 september 2006
16
Schuttersbrief - nummer 55
DE NOBELE ORDE VAN DE PAPEGAY (4) Vervolg op SB 31, blz, 541-543, SB 32, blz. 558-561, en SB 33, blz. 576-580
VAN: De Heer Robert Wuyts, kanselier en griffier van de Nobele Orde van de Papegay (NOVP) Waarde Heer Disch, Deurne (Antw,), 18 september 2006 Wij hebben kennisgenomen van de kritiek van de heer Stan Krolicki [zie hierboven, blz. 963]. Daaromtrent volgende opmerkingen: Waarom heeft Stan Krolicki in de loop van het vriendelijk gesprek dat wij ter plaatse hadden, geen opmerkingen gemaakt als hij dan niet akkoord was met ons optreden? Wat betreft onze erkenning, hebben wij onze mening dienaangaande - en over andere zaken - o.i zeer duidelijk gemaakt in onze brief van 3 augustus 2005 [zie SB 33, blz. 579]. Nogmaals, waarom steeds dat achterbakse gedoe?
Beste groeten, R. Wuyts
AAN: De Heer Robert Wuyts (met cc aan dhr. Stan Krolicki)
Beste Robert Wuyts, Maastricht, 18 september 2006 Gaat hier Uw verwijt van ‘steeds dat achterbakse gedoe’ wel op? Is het hier niet eerder andersom? Immers, was het wel zo netjes van U om tijdens het Europees Schutterstreffen (EST) en dus op het hoogfeest van de Europese Gemeenschap van historische Schutters ongevraagd NOVP-pamfletjes uit te delen, terwijl U héél goed wist en ook kòn weten dat de EST-organisatie en het EGS-bestuur (nota bene Uw gastheren op dat moment!) niet gediend zouden zijn van Uw optreden? Juist omdat ‘het vriendelijk gesprek’ van de heer Stan Krolicki met U pas na Uw actie heeft plaatsgevonden, mag U zich niet erop beroepen dat dhr. Krolicki (als medebestuurslid van de EGS) U over Uw gedrag ter plekke niet aangesproken heeft (ofschoon hij dat recht alleszins wèl had!). Het pleit voor Stan Krolicki dat hij als medegastheer - ondanks zijn ongetwijfeld ingehouden woede - zéér gastvriendelijk is gebleven jegens U. Door Uw optreden hebt gij zeker niet bijgedragen aan een snelle normalisering van de betrekkingen tussen de NOVP en de EGS. Ik betreur Uw optreden in dezen ten zeerste, omdat ik - in tegenstelling tot de meeste EGS-bestuurders - de NOVP wèl een warm hart toedraag, wetende dat Uw organisatie haar werk doet met de bovenbeste bedoelingen voor het schutterswezen in Europa. Mede daarom mag ik hopen, dat Uw actie op de zondagmiddag van EST 2006 te Bernheze een persoonlijke (!) actie geweest is en niet één die de goedkeuring vooraf had of achteraf krijgt van de overige leden van de Kanselarij en het Bestuur van de NOVP. Laten we hopen, dat zijdens de EGS dit incident gauw wordt vergeven (en vergeten!), waaraan een méér nobele en diplomatieke houding Uwerzijds in de komende tijd het hare kan bijdragen. Met vriendelijke groeten, Alfred Disch
VAN: De Heer Stan Krolicki, secretaris van Regio 4 van de Europese Gemeenschap van historische Schutters (EGS) Beste Heer Disch, Genk (Belg.Lb.), 19 september 2006 Er was inderdaad helemaal geen sprake van ‘achterbaks gedoe’ van onze kant: ik heb ter plaatse niet willen reageren zonder de organisator (Bernheze) gevraagd te hebben of er toestemming gegeven werd tot het uitdelen van pamfletten door de Nobele Orde. Ik sta volledig achter Uw tekst. -----Met schuttersgroeten, Stan Krolicki
-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Schuttersbrief - nummer 55
22 september 2006
17
975
SCHUTTERIJBOEKEN (4) Vervolg op SB 15, blz. 350, SB 30, blz. 524, en SB 54, blz. 943-946
Hofdijk 1874 (Vervolg 1) AAN: De Heer M.W.E.M. (Mathy) Leunissen, vaandrig van de Broederschap St.-Sebastianus te Klimmen, documentalist van het Limburgs Schutterstijdschrift en eindredacteur van de SB Beste Mathy,
Maastricht, 7 maart 2006
In de vorige aflevering die over ‘De oude Schutterij in Nederland’ (door Dr. W.J. Hofdijk, Amsterdam 1874) handelde, schonk ik aandacht aan het voorkomen van plaats- en streeknamen. Ditmaal wil ik het heel beknopt hebben over de inhoudsopgave en de afbeeldingen in het 182 pagina’s dikke folioboek dat ‘Uwer Majesteits getrouwe onderdaan W.J. Hofdijk’ aan koning Willem III opdroeg in de maand november van het jaar waarin de voornoemde Nederlandse vorst zijn zilveren regeringsjubileum vierde. De inhoudsopgave ziet er vrij simpel uit, hier door mij in twee kolommen weergegeven. In werkelijkheid staan de hoofdstuktitels alle keurig in één enkele kolom genoteerd, elk met zijn eigen paginering. De Papegaai…………………………… Verplichtingen…………………………. Voorrechten……………………………. De Schutterijen in de vijftiende eeuw….. De Schutterijen in de zestiende eeuw….. De Schutterijen in de zeventiende eeuw.. Besluit…………………………………..
Oirsprong……………………………. Blz. 1. Afdeelingen…………………………... ,, 7. Inrichting…………………………….. ,, 9. Kleedij……………………………….. ,, 15. Wapenen……………….. …………… ,, 18. Vaandel…………………………….... ,, 21. De Doelens……………....................... ,, 23.
,, 35. ,, 55. ,, 76. ,, 85. ,, 89. ,, 117. ,, 180.
De hoofdstuktitels spreken bijna allemaal voor zich. Bijna allemaal, want wat zou met Afdeelingen gemeend zijn? Natuurlijk, de indeling naar het schietwapen! Bij Hofdijk nog allereerst de Handboog, want pas later (in de 20ste eeuw) drong het besef door dat het de Kruisboog is die de oudste schietdiscipline vormt binnen het schutterijwezen. Het Geweer is dan chronologisch als laatste ‘der Dritte im Bunde’. En min of meer afhankelijk van het wapentype is het type patroonheilige: St.-Joris voor de kruisboogschutterijen, St.-Sebastiaan voor de handboogschutterijen en St.-Christoffel, hij vooral, voor de kolveniers- of geweerschutterijen.
Letten we tevens op de paginering in de inhoudsopgave, dan zal het wel niemand ontgaan dat méér dan eenderde van Hofdijks geschrift uitgetrokken is voor een bespreking van de 17de eeuw (= 1601-1700). Twee of - zo min wil - drie redenen zijn daarvoor als verklaring aan te voeren: de zogenaamde Gouden Eeuw (15851670) van de Republiek Nederland valt nagenoeg geheel binnen de tijdsgrenzen van de eerdergenoemde kalendereeuw en dus daarmee - óók op schutterijgebied! - het artistieke hoogtepunt qua schilderkunst (1) en we volgen hier Hofdijk - qua dichtkunst (2). Bovendien (3) valt in dezelfde periode benoorden de grote rivieren de definitieve overgang van de ‘oude Schutterij’ of Middeleeuwse ‘schuttersgilde’ naar de meer op militaire leest geschoeide en welhaast areligieuze ‘stedelijke Schutterij’, de schutterij-nieuwe-stijl. Zeer veel aandacht schenkt Hofdijk dan ook aan de schuttersstukken, in eigenlijke zin: schilderijen die een groep schutters voorstellen. Het zijn de enige ‘platen’ (ten getale van 15) die het boekwerk van Hofdijk verluchten, overigens allemaal - jammer genoeg - uitsluitend in zwart-wit. De meesterschilders, ook zij van wie in het boek géén schuttersstuk wordt getoond, ze trekken alle dankzij Hofdijks beschrijving aan ons geestesoog voorbij. In alfabetische volgorde [A = Amsterdam]: Jacob Backer (A), Cornelis Cornelissen (Haarlem), Willem Delff alsmede diens zoons Cornelis en Rochus (Delft), Govaert Flink (A), Frans Hals (Haarlem), Batholomeus van der Helst (A), Abraham van der Houwen (Delft), Cornelis Ketel (A), Cornelis Janson van Keulen (Middelburg), Theodorus de Keyser (A), Pieter Lastman (A), NN (Alkmaar), Adriaen van Nieulandt (A), Rembrandt Harmsen van Rijn (A), Joachim Sandrat (A), Joris van Schooten (Leiden), Johan Spilberg (A) en Cornelis Theunissen alias Anthonisen (A). [Hen en nog anderen zullen we straks in de SBrubriek Schuttersstukken ongetwijfeld weer tegenkomen!]. Van de dichters die het schutterijwezen bejubelen (al dan niet óók in Hofdijks publicatie), worden aan ons voorgesteld: Peter van Alphert (Amsterdam), Ampzing [bij Hofdijk zonder voornaam] (Haarlem), Gerbrandt Adriaensen Bredero (zonder plaatsnaam), C.P. Schagen (Alkmaar) alsmede - onbetwist de belangrijkste onder -----hen - Joost van den Vondel (Amsterdam). -----Met vriendelijke groeten, Alfred Disch
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------976
22 september 2006
18
Schuttersbrief - nummer 55
VRAAG EN ANTWOORD; VRAAG EN AANBOD (Afl. 21) Vervolg op SB 54, blz. 940
Gelieve Uw antwoord steeds (óók) te richten aan de redactie van de SCHUTTERSBRIEF (redactie@schuttersbrief.nl), zodat niet alléén de vraagsteller maar àlle SB-lezers er profijt van kunnen hebben!
-----AANBOD 68 [Vervolg] (Inzake diverse schutterijboeken) Maastricht, 29 augustus 2008 Antiquariaat & Galerie De Bovenste Plank te Maastricht heeft de volgende schutterijboeken in voorraad. [LVZ.22272]. NN: Feestgids van het internationaal Oud Limburgs Schuttersfeest OLS.. Kon. Schutterij St.-Sebastiaan, Voerendaal 1 juli 1979. 1ste druk, 175 pp., softcover, Met foto's. Kartonnen band. Prijs: € 8 (boek) + 2,65 (porti). [LVZ.34322]. Werner Smets: Vier eeuwen schutterij te Kessenich. Koninklijke Schutterij St.Martinus-Kessenich. Uitgegeven door Ten Bos. Nieuwkerken-Waas 1984. 1ste druk, 80 pp., hardcover, 4vo. Met veel foto's geïllustreerd. Kartonnen gelamineerde band. Heel goed. Prijs: € 18 (boek) + € 3, 40 (porti). [LVZ.37534] E. Hannen en J. Stevens: Schutterij St. Anna Merum 1948-1988. Van landgoed tot oude Borgh tot het Zand. Gedenkboek uitgegevn bij gelegenheid van het 40-jarig jubileum van Schutterij en drumband St. Anna Merum. Uitgegeven door Schutterij St.-Anna Merum, Herten 1988. 1ste druk, 248 pp. gebrocheerd, 4vo, Met veel foto's. Zeer goed. Prijs: € 16 (boek) + € 2,65 (porti). [LVZ.35731] Alfons Ising: Met vliegend vaandel en slaande trommel. Ontstaan en ontwikkeling van schuttersgilden en schutterijen in Brabant en Limburg. Uitgeverij: De Kempen. Hapert 1986. 1ste druk. Karton. Folio. Illustraties in colour. 248 pp. In goede staat. Prijs: € 15 (boek) + € 3,40 (porti). Met vriendelijke groet, Roland Gordijn. Antiquariaat & Galerie De Bovenste Plank, Rechtstraat 49, 6221 EG Maastricht; telef.: 00.31 - (0)43 - 321 31 57; e-mail: info@debovensteplank.nl; internet: www.debovensteplank.nl
-----VRAAG 69a (Inzake de partituur van een vaandelmars) Chèvremont (Lb.), 7 september 2006 Ik ben instructeur. Wie kan mij helpen aan de partituur van de vaandelmars die het OLS en de schuttersbond Berg en Dal als zodanig erkennen? Alvast bedankt. Jo Offermans. W.J. (Jo) Offermans, instructeur van de drumband van Schutterij St.-Michaël, Chèvremont, gemeente Kerkrade (Lb.) VRAAG 69b (Aanvullende vragen inzake de vaandelmars) Hoe luidt de exacte titel van de betreffende vaandelmars? Wie is de componist? En wanneer is de vaandelmars gecomponeerd? Zijn er trouwens meer vaandelmarsen en bij welke gelegenheden wordt een vaandelmars gespeeld? Op welke zaken in het bijzonder dient bij het spelen daarvan tijdens een schuttersfeest te worden gelet? De SB-redactie
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Schuttersbrief - nummer 55
22 september 2006
19
977
VERSCHIJNING VAN DE SCHUTTERSBRIEF (26) Vervolg op SB 54, blz. 961
-----Maandag, 17 juli 2006 Sehr geehrter Herr Disch, zunächst einmal vielen Dank, dass Sie mir regelmäßig auf diesem Wege den Schuttersbrief zukommen lassen. (...). Mit freundlichen Grüßen, Heiko Katzberg. [IN VERTALING: Zeer Geachte Heer Disch, Allereerst eens hartelijk dank, dat U mij regelmatig langs deze weg de Schuttersbrief doet toekomen. (…). Met vriendelijke Groeten, Heiko Katzberg.] Heiko Katzberg; verzamelaar van schutterijboeken, Duisburg, Noord-Rijnland-Westfalen (D) [Voor de volledige tekst zie SB 53, blz. 929] -----Dinsdag, 5 september 2006 Beste, Met interesse heb ik het e-magazine SB 53 bekeken. Het magazine ga ik aan de leden van mijn vereniging en aan de leden van LUK (Landelijke Unie der Kruisboogschutters) doorsturen. Bij volgende uitgaven mag je dit tijdschrift steeds aan mij toesturen, zodat ik voor de verspreiding kan zorgen. Met vriendelijke groeten, Paul Bauters. Paul Bauters, secretaris van St.-Sebastiaansgilde te Gooreind, Wuustwezel (Antw.) -----Vrijdag, 8 september 2006 Zeer geachte Heer Disch, Bij dezen wil ik U mijn dank uitspreken voor het artikel in SB 53 (blz. 926), en de zeer snelle plaatsing hiervan. Zoals U weet van Fred Hannen is de datum van het bezoek aan het Museum Limburgse Jagers verschoven naar december of januari in verband met een verbouwing van de kazerne te Weert. U ontvangt van ons te zijner tijd nog nadere gegevens. Met vriendelijke groeten, Daniël Neutgens. D.J. (Daniël) Neutgens, keizer Schutterij St.-Joseph en medeoprichter Broederschap van Keizers, Buchten, gemeente Sittard-Geleen (Lb.) -----Maandag, 11 september 2006 Beste Alfred, Ik heb via Marcel Bachus, die ook de Schuttersbrief krijgt, de SB doorgestuurd gekregen. En omdat er best wel stukken in staan die wetenswaardig zijn, meld ik mij dus aan voor een gratis abonnement. Voor mijn schutterij onderhoud ik de contacten met zusterverenigingen omtrent de aangelegenheden van de ‘bielemannen’. Met vriendelijke groet, Jos Franssen. Jos Franssen, lid van Schutterij St.-Marcellinus en St.-Petrus, Oud-Geleen, gemeente Sittard-Geleen (Lb.) Reactie van de redactie Beste Jos, Van harte welkom bij de alsmaar uitdijende club van ‘SB-ers’. Het wordt trouwens de allerhoogste tijd, dat de SB óók een rubriek gaat krijgen over bielemannen (alias: bijldragers)! En daarom wil ik je reeds nu verklappen, dat mijn eerste ‘grote’ bijdrage aan die nieuwe rubriek zal handelen over de oorsprong van het fenomeen ‘bieleman’, een ontstaan dat een volstrekt ander (!) karakter had dan het zogeheten contrareformatorische dat men totnogtoe er steeds aan toeschreef in met name de provincie Gelderland (waar de bijldrager ook wel ‘wildeman’ wordt genoemd) en in de beide Limburgen. Ondertussen staat het uiteraard iedereen vrij om alvast met de geplande nieuwe rubriek te beginnen; wellicht wil jij de aanzet daartoe geven? Mijn steun zeg ik je bij dezen gaarne toe. Neem daarover eens contact met me op, als je wil. Met vriendelijke groeten, Alfred Disch. -----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------978
22 september 2006
20
Schuttersbrief - nummer 55
Maandag, 11 september 2006 Beste Heer Disch, Bedankt voor de genomen moeite [zie SB 53, blz. 933]. De aanschaf van een nieuwe PC heeft mij parten gespeeld. Ik ging er klakkeloos van uit, dat de leverancier (ik had hem erom gevraagd) ook Adobe reader had geïnstalleerd. Niet dus. Met het downloaden ervan is mijn PDF-probleem opgelost. Nogmaals dank voor de genomen moeite. Ik zal voortaan beter opletten. Gildegroeten van Jos Verbeeten. Jos Verbeeten, voorzitter van de Noord-Brabantse Federatie van Schuttersgilden (NBFS), Sint-Anthonis (N.Br.) -----Dinsdag, 12 september 2006 Geachte Heer Disch, Dank U wel voor Uw snelle reactie. (…). Ik wens U veel succes met Uw Schuttersbrieven. Met vriendelijke groeten, Gerda van de Bovenkamp. Gerda van de Bovenkamp, Helden (Lb.) -----Zaterdag, 16 september 2006 Mijne Heren, Met veel belangstelling las ik als Gildeheer van de Schutterij van Lexmond en Hei- en Boeicop de Schuttersbrief - no. 54, die ik via de hoofdman ontving. Te gelegener tijd en zo gewenst zou ik U enige informatie over het schuttersgilde in Lünen (Westfalen, Duitsland) in de 17de en 18de eeuw kunnen doen toekomen. Ik zou het zeer op prijs stellen, indien U mij kunt laten weten in welk boek of in welke boeken ik een overzicht kan vinden van het wel en wee van de Schutterij te Leiden in de 18de eeuw. U bij voorbaat dankend, met vriendelijke groeten, M. Bijleveld van Lexmond. Dr. Maarten Bijleveld van Lexmond, gildeheer van St.-Martinus en St.-Antonius te Lexmond en Hei- en Boeicop, gemeente Zederik (Z.H.), Neuchâtel (Zwitserland) Reactie van de redactie Geachte Heer Bijleveld van Lexmond, In een van de eerstvolgende SB-nummers wordt U op Uw wenken bediend m.b.t. het schutterijwezen te Leiden (Z.H.). Uiteraard ontvangen we gaarne nadere gegevens over de schuttersgilde van Lünen in Westfalen. Met vriendelijke groeten, Alfred Disch. -----Zaterdag, 16 september 2006 Geachte Heer Disch, Met de door U toegezonden kopieën van de brief van kardinaal Simonis inzake Medjujorje kom ik aardig mee uit de voeten en ik heb nu een acceptabele afdruk gecreëerd voor onze Nieuwsbrief AVÉ. Hartelijk dank voor Uw snelle reactie. Met vriendelijke groet, Nico Alles. Secretariaat Stichting Vaak te Hilversum (N.H.), Kapittelweg 11, 1216 HR Hilversum; telefoon: 035 - 621 48 30; fax: 084 - 222 95 75; e-mail: stichtingvaak@chello.nl; internet: www.stichtingvaak.nl Reactie van de redactie (ten behoeve van de SB-lezers) Stichting Vaak is de uitgeefster van het driemaandelijkse (gratis) tijdschrift AVÉ - Nieuwsbrief over Actuele VErschijningen. Het letterwoord Vaak staat voor: ‘Verschijningen / verschijnselen: Actualiteit, Authenticiteit en Keerzijde’. Het tijdschrift AVÉ bericht regelmatig over het ‘vermeende’ bedevaartsoord Medjujorje. De authenticiteit van ‘Medjujorje’ wordt namelijk door de AVÉredactie sterk in twijfel getrokken. Vandaar haar ernstige bedenkingen tegen reizen die ten behoeve van schuttersgezelschappen worden georganiseerd naar deze plaats in het Balkangebied. Zie over dit onderwerp eveneens SB 49 (blz. 834-838), SB 50 (blz. 859-860), SB 51 (blz. 895) en SB 53 (blz. 928). Met vriendelijke groeten, Alfred Disch. ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Schuttersbrief - nummer 55
22 september 2006
21
979
MEDEDELINGEN (Afl. 31) Vervolg op SB 54, blz. 957
------
MEDEDELING 87 (Inzake niet of onvoldoende leeggemaakte pc-brievenbussen) Aan het bestuur en de leden van de hieronder vermelde schuttersorganisaties wordt ter kennis gebracht, dat de pc-brievenbus van hun vereniging - ondanks herhaalde verzoeken zijdens de SB-redactie - niet regelmatig wordt leeggemaakt, waardoor de toezending van de Schuttersbrief aan de betrokken personen via hun secretaris of contactpersoon niet langer gewaarborgd is. Het betreft de navolgende e-mailadressen i.c. schuttersorganisaties: arnold.vanaperen@luk-kruisboog.be: nadere gegevens ons onbekend denguldenrinck@nukbunab.be = Schuttersgilde Den Gulden Rinck te Antwerpen postmaster@remigiusduiven.nl = St.-Remigiusgilde te Duiven (Gld.) Bestuurders en leden (van de betreffende schuttersorganisaties) die de SB wèl rechtstreeks ontvangen, wordt vriendelijk maar dringend verzocht hun secretaris of contactpersoon te attenderen op het onderhavige euvel. Met nadruk wordt erop gewezen, dat iedere schutter en iedere schuttersvriend de SB persoonlijk (dus buiten elk verenigingsverband om) toegezonden kan krijgen na vermelding van zijn of haar eigen naam, adres en telefoonnummer aan redactie@schuttersbrief.nl. Een abonnement op de SB is gratis. -----De SB-redactie MEDEDELING 88 (Inzake onjuiste e-mailadressen) Aan het bestuur en de leden van de hieronder vermelde schuttersorganisaties wordt ter kennis gebracht, dat blijkens mededeling van de provider het e-mailadres van de betreffende schuttersorganisaties niet of niet meer correct is en dat bijgevolg de toezending van de Schuttersbrief aan de betrokken personen via hun secretaris of contactpersoon niet langer gewaarborgd is. Het betreft de navolgende e-mailadressen i.c. schuttersorganisaties: gerico.devries@betuwe.net = Gelderse Kruisboog Bond [GKB] (Gld.) info@eendrachtulft.nl = Schutterij De Eendracht te Ulft (Gld.) info@schuttersgilde-helden.nl = Koninklijke Schuttersgilde St.-Lambertus te Helden (Lb.) info@vriendenkring-leuth.nl = Schutterij Vriendenkring te Leuth (Gld.) schutterijgiesbeek@hetnet.nl = Schutterij Eendracht Maakt Macht te Giesbeek (Gld.) Bestuurders en leden (van de betreffende schuttersorganisaties) die de SB wèl rechtstreeks ontvangen, wordt vriendelijk maar dringend verzocht om enerzijds aan de SB-redactie het correcte e-mailadres door te geven en anderzijds hun secretaris te attenderen op het onderhavige euvel. Overigens kan iedere schutter en iedere schuttersvriend de SB persoonlijk (dus buiten elk verenigingsverband om) toegezonden krijgen; daartoe hoeft hij of zij slechts zijn of haar eigen naam, adres en telefoonnummer aan redactie@schuttersbrief.nl kenbaar te maken. Een abonnement op de SB is gratis. De SB-redactie
------
MEDEDELING 89 (inzake adreswijziging Geachte Redactie,
Schutterij St.-Sebastianus Oost-Maarland)
Oost-Maarland, gemeente Eijsden (Lb.), 18 september 2006
Het secretariaatsadres van Schutterij St.-Sebastianus te Oost-Maarland is gewijzigd in: Secretariaat Schutterij St.-Sebastianus Oost-Maarland, St.-Jozefstraat 35, 6245 LK Eijsden; telefoon: 043 - 409 46 83; e-mail: gjmodekerken@home.nl; website: www.sssom.nl. -----Met vriendelijke groeten, Gerard Odekerken MEDEDELING 90 (inzake het ZLF 2007 te Mheer) Zoals reeds bekend is, vindt volgend jaar het Zuid-Limburgs Federatiefeest (ZLF) op 15 juli plaats te Mheer, gemeente Margraten (Lb.). Echter, het is dan voor het eerst in het meer dan 375-jarige bestaan van Schutterij St.-Sebastianus, dat te Mheer een schuttersfeest niet op de terreinen van het plaatselijke kasteel zal worden gehouden maar op een locatie, gelegen tussen de dorpen Mheer en Banholt. Zo’n 60 schutterijen en schuttersgilden zullen aan het ZLF deelnemen. Op 30 september a.s. wordt het logo van het ZLF 2007 gepresenteerd, evenals de speciale website (www.zlf2007.nl). Bron: DDL van 20.9.2006. De SB-redactie
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------980
22 september 2006
22
Schuttersbrief - nummer 55
MEDEDELING 91 (inzake jubileumschietingen bij ‘Den Crans’ te Antwerpen) Den Crans van Aloude Schuttersgilden
700 jaar Antwerpse schuttersgilden Zaterdag 28 oktober 2006 Pluimenschieting op 10 meter liggende wip met luchtkarabijn Publiekschieting 6 meter kruisboog Van 10.00 tot 18.00 uur in zaal Reuzenpoort, Turnhoutsebaan 110 te 2140 Borgerhout. Te bereiken via Kroonstraat, eerste straat links, Sint-Erasmusstraat, ten einde rechts, parking voor de zaal.
Voor meer informatie: Diane Streûmer, griffier Turnhoutsebaan 102 / 7 te 2140 Borgerhout telefoon: 03 - 272 16 25 of 0498 - 12 39 25 e-mail: dencrans.streumer@yucom.be website: www.members.net4all.be/p.wegner/dencrans.htm
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Schuttersbrief - nummer 55
22 september 2006
23
981
COLOFON De Schuttersbrief (SB) verschijnt sinds 19 juni 2004 en is een uitgave van de SB-stichting i.o. De leden van de SB-redactie (zie volgend kadertje) vormen het bestuur van de SB-stichting. Activiteiten van de SB-stichting c.q. SB-redactie zijn onder meer: de Schuttersbrief, het Schuttersbriefje (voor jongeren), de SB-bijlagen en de SB-websites. Zie verder vooral ook de lijst van actiepunten op pagina 759 van SB-nummer 45. Daar de door de SB-stichting te maken kosten vooralsnog gehéél worden betaald uit particuliere middelen, verzoekt de redactie U om een vrijwillige bijdrage o.v.v. ‘Donatie’ te storten op de in het onderstaande kadertje vermelde (voorlopige) bankrekening. Voor Uw zéér gewaardeerde gift, hoe gering ook, zegt de redactie U bij voorbaat hartelijk dank! De SB wordt gratis verstrekt: zie de verzendlijst op pagina 760 van SB-nummer 45. Wilt U ook GRATIS en RECHTSTREEKS de SB ontvangen? Laat dit dan m.v.v. Uw volledige naam, Uw woonadres en Uw telefoonnummer weten aan: redactie@schuttersbrief.nl. De Schuttersbrief heeft een doorlopende paginering. Veelgebruikte afkortingen worden verklaard op de voorlaatste pagina van SB-nummer 45. U mag - om o.a. auteursrechtelijke redenen - uitsluitend voor eigen persoonlijk gebruik de SB uitprinten, dus niet (!) ten behoeve van anderen. Oude nummers van de Schuttersbrief kunnen te allen tijde bij de redactie worden opgevraagd. Digitale en schriftelijke post ter publicatie in de Schuttersbrief wordt naar onderwerp gerubriceerd en vervolgens in logische volgorde opgenomen in de betreffende SB-rubriek. Wilt U óók Uw eigen berichten opgenomen zien in de SB, gelieve dan per brief of per e-mail steeds slechts één onderwerp te behandelen. Dat vergemakkelijkt aanzienlijk de rubricering van de correspondentie in de SB. In principe worden alle ingekomen brieven en e-mails geplaatst, ook indien ze van dezelfde persoon en van dezelfde datum zijn. Bovendien wordt voor elk nieuw aangedragen onderwerp een nieuwe rubriek in de SB geopend. De SB telt thans meer dan 160 rubrieken; die van U kan (kunnen) er dus ook nog bij! Voor een tussentijds overzicht van de SB-rubrieken zie SB-nummer 45, blz. 745-758.
REDACTIEADRES Bezoekadres SB-redactie / SB-stichting: p/a Franciscus Romanusweg 6-B, 6221 AE Maastricht. Telefoon (met voicemail): 043 - 325 76 62; vanuit het buitenland: 00.31.43.325 76 62. Mobiel: (00.31)06.42 58 70 04 Fax : (00.31) (0)43.310 04 06 E-mail: redactie@schuttersbrief.nl
SB-website: onder constructie. Voorlopige bankrekening binnenland: 85 88 27 298 t.n.v. Alfred Disch, 6221 AE Maastricht 6-B. Voorlopige bankrekening buitenland: IBAN-code: NL86SNSBO - 85 88 27 298; BIC-code: SNSBNL2A ten name van / auf den Namen von / au nom de / in the name of: Alfred Disch, NL-6221 AE Maastricht 6-B.
Redactieleden: Alfred Disch, hoofdredacteur, voor adresgegevens zie hierboven; e-mail, ook: alfred.disch@home.nl Mathy Leunissen, eindredacteur; e-mail: evilzwelkeisevil@hotmail.com Ans Moors: redactrice voor het Italiaanse taalgebied (Italië, San Marino, Vaticaan) Jelger Visser: redacteur voor de Kruisboog, tevens webmaster van de SB-site en SB-jongerensite. Naast enkele gekwalificeerde zetels zijn er nog vacante redacteurschappen voor diverse EGS-landen en/of EGS-taalgebieden en voor de diverse schietdisciplines. U kunt zich daarvoor aanmelden bij de SB-redactie.
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------982
22 september 2006
24
Schuttersbrief - nummer 55